Bevoegdheid bij het verlaten van de opvangstructuur

Vergelijkbare documenten
Bevoegdheid bij het verlaten van een opvangstructuur

NOTA VRIJWILLIGE OPHEFFING CODE 207 OS Instructie Fedasil vrijwillige opheffing van de code 207 opvangstructuur

(Nieuwe) asielzoekers zonder toewijzing opvangstructuur

FAQ. Opheffing op vrijwillige basis van de code 207. Fedasil, Dienst Voorbereiding Opvangbeleid >> augustus ²² Thema s:

Hoe gebeurt de toewijzing van een asielzoeker door de Dispatching?

Betreft : Gevolgen voor het recht op maatschappelijke dienstverlening van de opheffing van code 207 «opvangstructuur» op vrijwillige basis

DE TERRITORIALE BEVOEGDHEIDSREGELS VAN DE OCMW'S. Gebruikersgids

RECHT OP MATERIËLE OPVANG

Omzendbrief betreffende de nieuwe asielprocedure en zijn gevolgen voor de maatschappelijke dienstverlening.

European Migration Network

Netwerkdag Vluchtelingenwerk Vlaanderen. Erkende vluchtelingen en huisvesting

Informatieve Nota Maatregelen Fedasil Overbezetting Opvangnetwerk Asielzoekers

Informatieve Nota Spreidingsplan en Overbezetting Opvangnetwerk

Inhoud 1. Hoofdstuk 1: Kort verblijf, lang verblijf en vestiging Kort verblijf Lang verblijf Vestiging 11

Werken en verblijf in een LOI: combinatie recht op materiële opvang en een loon

RECHT OP ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING (= ZIV) VOOR GENEESKUNDIGE VERZORGING

Versie juli 2015 Maatschappelijke dienstverlening WEGWIJS IN. maatschappelijke dienstverlening

Dienst uw brief van uw kenmerk Ons kenmerk datum Bijlage(n)

Attest van Immatriculatie

Nota VVSG van 17 augustus Inhoudstafel. Inleiding

Inhoud 1. Hoofdstuk 1: Kort verblijf, lang verblijf en vestiging Kort verblijf Lang verblijf Vestiging 11

Instructies Fedasil 6 april 2010 verlengd recht op opvang en verlaten opvangstructuur

Werken en verblijf in een LOI: combinatie recht op materiële opvang en een loon

Tegemoetkoming in de huisvestingskosten voor asielzoekers

Wat verandert in 2010 aan de opvang van asielzoekers?

Verblijfsstatuten & Gezondheidszorg voor vreemdelingen

PROVINCIE WEST-VLAANDEREN ARRONDISSEMENT VEURNE OCMW DE PANNE UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN HET OCMW.

MAANDRAPPORT - oktober 2016

Verblijfsstatuten & Gezondheidszorg voor niet-eu-burgers

Omzendbrief van 27 januari 1997 van de Staatssecretaris voor Veiligheid, voor Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu - Opvang van asielzoekers

Instructies Fedasil gewijzigde Opvangwet

Instructies Fedasil gewijzigde Opvangwet

WEGWIJS VOOR studenten. Versie januari 2017 Studenten

FAQ Einde recht op materiële hulp Verlengingen artikel 7 Overgang naar financiële steun

Omzendbrief betreffende de verblijfsregularisatie om medische redenen en de invloed daarvan op het recht op maatschappelijke dienstverlening

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELAANVRAGEN

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELAANVRAGEN

4Fiche. tzitemzo... als je een minderjarige vreemdeling bent in België. Opvang van minderjarige vreemdelingen.

FAQ Programma voor de hervestiging van vluchtelingen. De OCMW s als partners bij de hervestiging van vluchtelingen

Dit document wordt u aangeboden door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELAANVRAGEN

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELAANVRAGEN

Indiening van een asielaanvraag... 2

Welk traject legt een asielzoeker af?

Basisopleiding Asielprocedure en opvangwet. Dienst Studie en Beleid 16 juni 2017

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELAANVRAGEN

PROGRAMMA 2016 VOOR DE HERVESTIGING VAN VLUCHTELINGEN. DE OCMW S ALS PARTNERS BIJ DE HERVESTIGING VAN VLUCHTELINGEN: FAQ

Verblijfsstatuten en gezondheidszorg voor vreemdelingen overzicht

HUISVESTING. Hulpaanbod vanuit de OCMW s. Gerry Van de Steene Departementschef sociale dienstverlening OCMW Sint-Niklaas

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELAANVRAGEN

PROCEDURE 23/07/2015: Overgang NBMV. Om toegewezen te worden aan een individuele opvangstructuur, moet de NBMV (cumulatieve voorwaarden) :

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELAANVRAGEN

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELAANVRAGEN

Welk traject legt een asielzoeker af? Welke rechten heeft een vluchteling of subsidiair beschermde?

Basisopleiding Asielprocedure en opvangwet. Dienst Studie en Beleid 13 oktober 2017

Basisopleiding Asielprocedure en opvangwet. Dienst Studie en Beleid 21 oktober


Financiering asielzoekers en medische kosten Vragen en antwoorden

51 Jongeren in precaire situaties vooruit helpen

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

Verblijfsstatuten en gezondheidszorg voor vreemdelingen overzicht

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

Evaluatieverslag betreffende de aanvragen tot regeling van bevoegdheidsconflicten tussen OCMW's

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

Recht op OCMW-dienstverlening voor EU-onderdanen en hun familieleden

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

3. Kan de minister meedelen welk aandeel van de asielzoekers daadwerkelijk een taalcursus start?

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

Rolnummer Arrest nr. 39/2015 van 19 maart 2015 A R R E S T

HET TOEWIJZEN, WIJZIGEN EN OPHEFFEN VAN DE VERPLICHTE

Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994

Verblijfsstatuten en gezondheidszorg voor vreemdelingen

PROGRAMMA 2015 VOOR DE HERVESTIGING VAN VLUCHTELINGEN. DE OCMW S ALS PARTNERS BIJ DE HERVESTIGING VAN VLUCHTELINGEN: FAQ

Verblijfsstatuten & Gezondheidszorg voor niet-eu-burgers

Recht op OCMW-dienstverlening in het kader van gezinshereniging

Toelichtingen bij de uitbreiding van de maatregel tot de toekenning van een installatiepremie aan personen die hun hoedanigheid van dakloze verliezen

MAANDRAPPORT - april 2017

Reglement voor toewijzing tijdelijke huisvesting Campus Vesalius

fedasil FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE OPVANG VAN ASIELZOEKERS

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

Verblijfsstatuten en gezondheidszorg voor vreemdelingen deelschema [ versie 11/2009 actualiseringen verschijnen op onze websites ]

ons kenmerk KS/2016/PM/118 In antwoord op uw schriftelijke vraag met betrekking tot asielzoekers, vindt u hierbij de antwoorden op u vragen.

De Europese Economische Ruimte

Inhoudstafel. Omschrijving van het begrip «Asielzoeker» Stapsgewijze procedure tot de arbeidsmarkt Toegang tot sociale rechten

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

INHOUD. Inleiding 9 INHOUD

De installatiepremie

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

Dienst Uw brief van Uw kenmerk Ons kenmerk Datum Bijlage(n) Dienst Juridisch en Beleidsondersteunend Advies

Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken ASIELZOEKERS

ONTWERP VAN DECREET. tot wijziging van het decreet van 4 juni 2003 betreffende het inwerkingsbeleid

DE INHOUD, VOORWAARDEN EN DE PROCEDURE OM DE MEDISCHE KOSTEN VIA DE ZIEKTEVERZEKERING TE LATEN BETALEN

Bijlage 3ter. = Melding van aanwezigheid. Wat is de bijlage 3ter? Wie kan dit document krijgen?

Monitoring verhuisbewegingen erkend vluchtelingen oktober 2016

= Aanvraag van een verklaring van inschrijving of van een identiteitskaart voor vreemdelingen in de hoedanigheid van Zwitserse onderdaan


Transcriptie:

Bevoegdheid bij het verlaten van de opvangstructuur 1) De bijzondere bevoegdheidsregel voor het toekennen van een huurwaarborg bij het verlaten van een opvangstructuur Voor we de verschillende situaties overlopen, gaan we dieper in op de bijzondere bevoegdheidsregel voor het toekennen van een huurwaarborg bij het verlaten van een opvangstructuur voor asielzoekers. Artikel 2, 8: In afwijking van artikel 1, 1, is het van de gemeente waar de woonst zich bevindt waarvoor de betrokkene de huurwaarborg vraagt, bevoegd om deze hulp te verlenen bij het verlaten van een opvangstructuur in de zin van artikel 2, 10 van de Wet van 12 januari 2007 betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen (Wetgeving: Artikel 2, 8 werd ingevoerd door de Wet houdende diverse bepalingen van 22 december 2008 (B.S. 29 december 2008), inforum nr. 233371) De wetgever heeft deze bevoegdheidsregel ingevoerd om een einde te maken aan de onduidelijkheid bij het bepalen van het bevoegd voor het regelen van de huurwaarborg wanneer de hulpvrager een opvangstructuur voor asielzoekers verlaat. Het type opvangstructuur speelt geen rol (federaal centrum, centrum van het Rode Kruis, LOI, opvang door één van de NGO s bijvoorbeeld Vluchtelingenwerk Vlaanderen) en artikel 2, 8 geldt ongeacht het statuut van de persoon die de opvangstructuur verlaat. Met andere woorden, zowel voor bewoners van opvangstructuren die een verblijfsrecht verwerven (erkenning, subsidiaire bescherming en regularisatie) als voor asielzoekers waarvan de code 207 opvangstructuur werd opgeheven. Er is slechts één uitzondering: asielzoekers die bij het verlaten van een opvangstructuur aan een zijn toegewezen. In dat geval is het toegewezen (code 207 ) ook bevoegd voor het toekennen van de huurwaarborg. De nieuwe regel trad op 8 januari 2009 in werking. Op het eerste zicht is dat een duidelijk toepasbare regel waarmee bevoegdheidsconflicten voorkomen kunnen worden. Dat moet er onder andere ook toe leiden dat meer s een huurwaarborg toekennen en dat de betrokken personen de opvangstructuren binnen de gestelde termijnen kunnen verlaten. Toch is de VVSG geen voorstander van deze bevoegdheidsregel. Het grootste probleem waarmee hulpvragers geconfronteerd worden is het gebrek aan betaalbare gezonde woningen op de huurmarkt en de veel te hoge huurwaarborgen die door eigenaars gevraagd worden. Deze bevoegdheidsregel verandert daar niets aan 1. Bovendien is het niet omdat een bevoegd is dat het de gevraagde hulpverlening ook meteen zal toekennen. Het moet eerst nagaan of de hulpvrager de toekenningsvoorwaarden vervult. Op het moment van de hulpvraag verblijft de hulpvrager in een opvangstructuur die in 1 Uit onderzoek van Fedasil (cijfers eind 2008) blijkt trouwens dat bevoegdheidsconflicten slechts in 3,1% van de gevallen vertraging bij het verlaten van een opvangstructuur veroorzaken tegenover meer dan 50% voor problemen bij het vinden van huisvesting. FC - 1 juni 2010-1/7

een andere gemeente kan liggen dan deze van de woning en van het bevoegde. Hoe groter die afstand, hoe hoger de kans op vertraging bij het nemen van de beslissing door het aangezien afstand het nagaan van de toekenningsvoorwaarden bemoeilijkt. Om de woning waarvoor de waarborg gevraagd wordt daadwerkelijk te kunnen huren, zal de hulpvrager echter snel duidelijkheid moeten kunnen geven aan de eigenaar over de betaling van de waarborg. Het is ook niet duidelijk geregeld vanaf welk moment in het proces dat tot het sluiten van een huurovereenkomst leidt, de hulpvrager naar het kan stappen. Volstaat het bijvoorbeeld om naar een advertentie te verwijzen zonder enige toezegging van de verhuurder? Of moet er een mondelinge of zelfs schriftelijke verklaring van die verhuurder zijn dat hij bereid is om te verhuren indien het de waarborg ten laste neemt? Indien de woning waarvoor de huurwaarborg gevraagd wordt niet voldoende bepaalbaar is, kan de specifieke bevoegdheidsregel niet toegepast worden en is de gewoonlijke verblijfplaats bevoegd (dat wordt bevestigd in de parlementaire werken naar aanleiding van het invoeren van artikel 2 8). En wat wanneer een hulpvrager voor meerdere woningen tegelijkertijd bij de verschillende s een huurwaarborg vraagt? Dat is immers noodzakelijk om de slaagkansen te maximaliseren. In hoeverre moet de hulpvrager dan een realistische kans hebben en kunnen aantonen? Daarnaast kunnen door deze specifieke bevoegdheidsregel verschillende s bevoegd worden voor verschillende aspecten van de dienstverlening aan één hulpvrager op één en hetzelfde moment. Ook wordt het probleem van de overbevraging van een beperkte groep s niet opgelost. Waar voordien de s met een opvangstructuur op hun grondgebied deze hulpvragen moesten behandelen (wat met de spreiding van de LOI over de s toch tot een vrij ruime spreiding leidde), zal de nieuwe regel hoogstwaarschijnlijk een concentratie van hulpvragen in de stedelijke s met zich mee brengen. Ten slotte maakt deze afwijking op de algemene regel die geldt voor één specifieke vorm van hulpverlening (huurwaarborg) en voor één specifieke groep hulpvragers (vreemdelingen die een opvangstructuur verlaten) de toepassing van de Bevoegdheidswet van 2 april 1965 nog wat complexer. 2) Bevoegdheid bij het verlaten van een opvangstructuur Voor een schematisch overzicht verwijzen we naar het schema onderaan deze paragraaf. We onderscheiden 3 situaties: 1) de asielzoeker die tijdens zijn verblijf in een opvangstructuur een verblijfsrecht verwerft; De meest voorkomende zijn: erkenning, subsidiaire bescherming, regularisatie. 2) de asielzoeker waarvan de code 207 opvangstructuur werd opgeheven en die geen code 207 meer heeft en 3) de asielzoeker die wordt toegewezen aan een. FC - 1 juni 2010-2/7

1) de asielzoeker die tijdens zijn verblijf in een opvangstructuur een verblijfsrecht verwerft (erkenning, subsidiaire bescherming, regularisatie) Indien de asielzoeker tijdens zijn verblijf in een opvangstructuur een verblijfsrecht verwerft (erkenning, subsidiaire bescherming, regularisatie), moet hij de opvangstructuur verlaten en zijn recht op maatschappelijke integratie of maatschappelijke dienstverlening uitoefenen. Het moment waarop de hulpvraag gesteld wordt, bepaalt mee welk bevoegd is. We onderscheiden 3 momenten: i) ten laatste bij het verlaten van de opvangstructuur, ii) na het verlaten van de opvangstructuur en iii) als no show. i) de hulpvraag wordt gesteld ten laatste bij het verlaten van de opvangstructuur De hulpvraag die gesteld wordt voor het verlaten van de opvangstructuur gaat meestal over de nodige begeleiding bij het zoeken naar een woning en de betaling van de huurwaarborg en de eerste huur. Bij het vertrek stelt zich dan de vraag naar de eerste maandelijkse financiële steun. Na het vertrek stelt zich de vraag naar de installatiepremie en de verdere maandelijkse steun. Uiteraard kunnen er ook andere hulpvragen gesteld worden maar dit zijn de meest voorkomende naar aanleiding van het verlaten van een opvangstructuur. Voor deze situatie werd de nieuwe bevoegdheidsregel voorzien in artikel 2, 8 ingevoerd. Het van de plaats waar de woning ligt, is bevoegd voor het toekennen van de huurwaarborg. Indien de woning waarvoor de huurwaarborg gevraagd wordt niet voldoende bepaalbaar is, kan de specifieke bevoegdheidsregel niet toegepast worden en is de gewoonlijke verblijfplaats bevoegd. Concreet dus het van de plaats waar de opvangstructuur ligt. Bij gebrek aan een specifieke uitzondering in de wet voor andere dienstverlening dan het toekennen van een huurwaarborg bij het verlaten van een opvangstructuur, geldt de algemene regel die stelt dat het van de gewoonlijke verblijfplaats bevoegd is. Voor hulpvragen gesteld voor het verlaten van de opvangstructuur is bijgevolg het van de plaats waar de opvangstructuur ligt bevoegd. Artikel 2, 5 is in dit geval niet van toepassing omdat de betrokkene geen asielzoeker meer is maar een erkend vluchteling, een subsidiair beschermde of een geregulariseerde vreemdeling. Volgens de POD Maatschappelijke Integratie (zie www.mi-is.be Heeft u nog vragen? Klik hier! integratie<bevoegdheid s) is voor de toekenning bij het verlaten van een opvangstructuur van het eerste huurgeld aan een erkend vluchteling, een subsidiair beschermde of een geregulariseerde vreemdeling het van de plaats waar de woning ligt bevoegd. Dit omdat dat het van de gewoonlijke verblijfplaats wordt nadat de betrokkene de opvang verlaten heeft. Deze redenering klopt, maar als de verhuurder de betaling van de huurwaarborg en de eerste huur vraagt voorafgaand aan het overhandigen van de sleutels, kan de regel niet toegepast worden. Ook nadat de betrokkene de opvangstructuur verlaten heeft, is in principe het van de (nieuwe) gewoonlijke verblijfplaats bevoegd. Dat zal bevoegd zijn voor de eventuele toekenning van de installatiepremie aangezien de betrokkene zijn hoedanigheid van dakloze pas verliest nadat hij de opvangstructuur verlaten heeft en een nieuwe woning betrokken heeft. De vraag naar de bevoegdheid voordien stellen, heeft bijgevolg geen zin. Indien de betrokkene de opvangstructuur verlaat en dakloos wordt, is het van zijn feitelijke verblijfplaats bevoegd. FC - 24 februari 2010-3/7

Als de algemene regel van toepassing, stelt zich steeds de vraag of en hoe de uitzonderingen op de algemene regel toegepast moeten worden. Indien de betrokkene vanuit de opvangstructuur in een instelling of bij een persoon vermeld in artikel 2, 1. opgenomen moet worden, is het van de plaats van inschrijving voor de hoofdverblijfplaats in het bevolkings-, vreemdelingen-, of wachtregister op de dag van de opname bevoegd. In deze hypothese zal de betrokkene op het moment van de opname nog op het adres van de opvangstructuur ingeschreven staat. Bijgevolg is het van de gemeente waar de opvangstructuur ligt bevoegd. Indien de betrokkene tijdens zijn verblijf in de opvangstructuur student 2 geworden is, is het van de inschrijving voor de hoofdverblijfplaats in het bevolkings- of vreemdelingenregister op de dag van de aanvraag bevoegd. Indien de betrokkene op het moment van de aanvraag al in het vreemdelingenregister ingeschreven staat, kan de bevoegdheidsregel voor studenten wel toegepast worden. Het van de plaats van inschrijving in het vreemdelingenregister (dus het van de plaats waar de opvangstructuur ligt) is bevoegd voor de ononderbroken duur van de studie. Indien de betrokkene op het moment van de aanvraag nog op het adres van de opvangstructuur in het wachtregister ingeschreven staat, kan de bevoegdheidsregel voor studenten niet toegepast worden. Het van de gewoonlijke verblijfplaats is bijgevolg bevoegd. Hetzelfde geldt indien de betrokkene minderjarig is. Minderjarigen zijn immers geen studenten in de zin van de bevoegdheidsregels. Als de uitzonderingsregel niet van toepassing is (geen student in de zin van de wet, geen inschrijving in vreemdelingen- of bevolkingsregister), grijpen we altijd terug naar de algemene regel en is het van de gewoonlijke verblijfplaats op het moment van de hulpvraag bevoegd. Dat zal vaak ook het van het LOI zijn. Na verhuis naar een andere gemeente wordt dan ook het andere bevoegd, ook op basis van de gewoonlijke verblijfplaats (door de verhuis zal de gemeente waar het LOI ligt de betrokkene immers niet meer daar in schrijven en heeft hij dus nog geen inschrijving in het vreemdelingenof bevolkingsregister bij de overdracht naar het andere ). Het is niet omdat er een bevoegd bepaald kan worden in toepassing van de Wet van 2 april 1965, dat het bevoegd ook (als enige) dienstverlening moet toekennen. Volgens de VVSG is het zelfs in eerste instantie de opdracht van de opvangstructuur om de nodige begeleiding bij het zoeken naar een woning te bieden. De maatschappelijk werker van de opvangstructuur kent de betrokkene immers en er werd al een vertrouwensband opgebouwd. De opvangstructuur kan dan het bevoegde aanspreken om de samenwerking verder gestalte te geven en het nodige te doen met het oog op de betaling van de huurwaarborg en de eerste huur, de installatiepremie en de maandelijkse financiële steun. In de praktijk wordt dergelijke begeleiding niet in gelijke mate aangeboden door elke opvangstructuur. Het is dan ook aan te raden om contact op te nemen met de opvangstructuur wanneer een dergelijk hulpvraag wordt ingediend. Om de kansen van de betrokkene op de huurmarkt niet nog meer te beperken, kunnen de s best onderling afspraken maken over de taakverdeling. ii) de hulpvraag wordt gesteld na het verlaten van de opvangstructuur De ex-asielzoeker kan meteen ergens terecht en verlaat de opvangstructuur op eigen initiatief zonder een hulpvraag bij het te stellen. Vervolgens hangt het ervan af waar de betrokkene terecht kon. Indien de betrokkene in een (huur)woning terecht kan waar hij ook werkelijk kan wonen en 2 Zie voor de definitie van student: www.vvsg.be onder sociaalbeleid<ocmwdienstverlening<bevoegd<studenten. FC - 1 juni 2010-4/7

ingeschreven kan worden in het vreemdelingen- of bevolkingsregister, is het van zijn gewoonlijke verblijfplaats bevoegd zowel voor de vraag naar hulp bij de betaling van de huurwaarborg (dit in het uitzonderlijke geval dat de eigenaar ingestemd heeft met het betrekken van de woning voorafgaand aan de betaling van de huurwaarborg en de eerste huur) als voor de eerste huur, de installatiepremie, de maandelijkse steun en alle andere mogelijke vormen van -dienstverlening waarvoor er geen specifieke regels in afzonderlijke wetgeving voorzien zijn. De in 8 voorziene bijzondere bevoegdheidsregel voor huurwaarborgen is niet van toepassing omdat de betrokkene in deze hypothese de opvangstructuur al verlaten heeft en in 8 duidelijk staat bij het verlaten van de opvangstructuur. Indien de betrokkene wel ergens terecht kan maar daar niet werkelijk kan wonen, hij mag bijvoorbeeld tijdelijk op sofa slapen bij familie of vrienden, en bijgevolg als dakloze moet worden beschouwd, is het van zijn feitelijke verblijfplaats bevoegd voor de dienstverlening (zoeken naar een woning, huurwaarborg en eerste huur als er een woning gevonden wordt enz.) aan een dakloze hulpvrager. Wanneer de betrokkene in een instelling of bij een persoon vermeld in artikel 2, 1. opgenomen moet worden nadat hij de opvangstructuur op eigen initiatief verlaten heeft, is het van de plaats van inschrijving voor de hoofdverblijfplaats in het bevolkings-, vreemdelingen-, of wachtregister op de dag van de opname bevoegd. Indien de betrokkene op het moment van de opname al ingeschreven is op een ander adres dan dat van de opvangstructuur, is het van de gemeente waar de betrokkene ingeschreven is bevoegd. Indien de betrokkene op het moment van de opname nog op het adres van de opvangstructuur ingeschreven staat, is het van de gemeente waar de opvangstructuur ligt bevoegd. Wanneer de betrokkene tijdens zijn verblijf in de opvangstructuur student geworden is, is het van de inschrijving voor de hoofdverblijfplaats in het bevolkings-, of vreemdelingenregister op de dag van de aanvraag bevoegd. Indien de betrokkene op het moment van de aanvraag al ingeschreven is op een ander adres dan dat van de opvangstructuur, is het van de gemeente waar de betrokkene ingeschreven is bevoegd. Indien de betrokkene op het moment van de aanvraag nog op het adres van de opvangstructuur in het wachtregister ingeschreven staat, kan de bevoegdheidsregel voor studenten niet toegepast worden en is het van de gewoonlijke verblijfplaats bevoegd. Als de uitzonderingsregel niet van toepassing is, grijpen we altijd terug naar de algemene regel. Artikel 2, 5 is in dit geval niet meer van toepassing omdat de betrokkene geen asielzoeker meer is maar een erkend vluchteling, een subsidiair beschermde of een geregulariseerde vreemdeling. iii) de betrokken vreemdeling verbleef niet in de hem toegewezen opvangstructuur (no show s) Een aan een opvangstructuur toegewezen asielzoeker is niet verplicht om in die opvangstructuur te verblijven. Indien hij ervoor kiest om niet in de hem toegewezen opvangstructuur te verblijven (de zgn. no show s), heeft hij geen recht op maatschappelijke dienstverlening door een (art 57ter -wet). Er is bijgevolg geen enkel bevoegd. Deze asielzoekers zijn te herkennen aan hun code 207 WSP/SPW no show. Wanneer een no show op een gegeven ogenblik een verblijfsrecht verwerft, ontstaat zijn recht op maatschappelijke integratie (erkenning) of op maatschappelijke dienstverlening (subsidiaire bescherming, regularisatie) van zodra de beslissing tot toekenning van het verblijfsrecht FC - 24 februari 2010-5/7

betekend werd tenzij er nog een schorsende beroepstermijn loopt. In dat geval moet ook de beroepstermijn verstrijken en mag er geen beroep ingediend worden. Indien er een beroep wordt ingediend, schorst dat de toekenning van het verblijfsrecht en blijft de betrokken in zijn vorige situatie. Aangezien deze ex-asielzoekers niet in een opvangstructuur verbleven, kan artikel 2, 8 niet toegepast worden. Dat artikel is immers enkel van toepassing bij het verlaten van een opvangstructuur. Dat betekent dat het van de gewoonlijke verblijfplaats bevoegd is tenzij één van de andere uitzonderingen voorzien in de Wet van 2 april 1965 van toepassing is. Wanneer de ex-asielzoeker bijvoorbeeld dakloos is, dan zal het van de feitelijke verblijfplaats bevoegd zijn voor de hulpvraag die bestaat in het vragen van een huurwaarborg. Ook voor de andere -dienstverlening aan een ex-asielzoeker is het van de gewoonlijke verblijfplaats bevoegd tenzij één van de andere uitzonderingen voorzien in de Wet van 2 april 1965 van toepassing is. 2) de asielzoeker waarvan de code 207 opvangstructuur werd opgeheven en die geen code 207 meer heeft Als de hulpvraag gesteld wordt ten laatste bij het verlaten van een opvangstructuur is het van de plaats waar de woning gelegen is, bevoegd voor het toekennen van de huurwaarborg (artikel 2, 8). Indien er geen bepaalbare woning is, kan de regel niet toegepast worden en is het van de plaats van inschrijving in het wacht-, vreemdelingen- of bevolkingsregister bevoegd. Voor de overige mogelijke -dienstverlening is het van de plaats van inschrijving in het wacht-, vreemdelingen- of bevolkingsregister bevoegd. 3) de asielzoeker die wordt toegewezen aan een In dat geval is het van de code 207 bevoegd voor alle dienstverlening met inbegrip van het toekennen van de huurwaarborg. Schema 1: bij het verlaten van de opvang Bij verlaten opvang AZ code 207 HWB IP eerste huur steun AZ code 207 OS Geen Geen Geen Geen AZ geen code 207 Plaats woning Plaats van inschrijving verblijfsrecht Plaats woning Gewoonlijke verblijfplaats (dus plaats woning) Plaats van inschrijving Gewoonlijke verblijfplaats Plaats van inschrijving Gewoonlijke verblijfplaats FC - 1 juni 2010-6/7

- AZ = asielzoeker = vanaf het indienen van de asielaanvraag bij de DVZ tot ofwel het verstrijken van een beroepstermijn tegen een beslissing van DVZ, CGVS of RVV zonder dat er een beroep werd ingediend ofwel de Raad van State het beroep verwerpt. Uitgeprocedeerde asielzoekers die nadien nog in de opvangstructuur verblijven, zijn geen asielzoekers meer ook al hebben ze eventueel nog een verplichte toewijzing bij de code 207 in het wachtregister staan (zie verder). - OS = opvangstructuur. Dat kan een collectief opvangcentrum zijn, een LOI of een opvangplaats van een NGO. - plaats van inschrijving voor de hoofdverblijfplaats (codes 001 en 020) in het wachtregister op de dag van de hulpvraag. Fabienne Crauwels 24 februari 2010 FC - 24 februari 2010-7/7