De verspreiding van 5 platvissoorten en 1 roggensoort in de Noordzee.

Vergelijkbare documenten
Producentenorganisatie Kokkelvisserij p/a Ir. J. D. Holstein Coxstraat DC Kapelle. Project nummer:

Dr. G.W.N.M. van Moorsel Postbus AC Doorn. Project nummer: Handtekening:

Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV. Rapport Nummer: C052/05

IMARES Wageningen UR. Banc de Flandres. Marcel Machiels Rapportnummer C (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

IMARES Wageningen UR. Waardekaarten Ridens & Récifs. Marcel Machiels. Rapport C073/15. (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

Praktijktest antifouling op touwen

IMARES Wageningen UR. Waardekaarten Borssele. Karin van der Reijden Rapport C002/15. (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

Postbus EK Den Haag. Handtekening: Datum: februari 2003

Stichting Wageningen Research Centrum voor Visserijonderzoek (CVO)

Kennisvraag. Methoden. Ministry of EZ Anne Marie Svoboda PO Box EK The Hague

Vestiging IJmuiden Vestiging Yerseke Vestiging Texel Postbus 68 Postbus 77 Postbus 167

Visbestanden in de Noordzee,

Intensiteit van de visserij op de Noordzee,

Ing. S.W. Verver, dr. ir. R.E. Grift, mw. ir. F.J. Quirijns. RIVM, Milieu- en natuurplanbureau De heer drs. W. Ligtvoet Postbus BA BILTHOVEN

Project Innovatieve discardvermindering in de praktijk

IMARES Wageningen UR. Passieve vismonitoring zoete Rijkswateren: Voortgangsrapportage april november Rapportnummer C140/09 1 van 9

Inventarisatie beschermde vissoorten Vreeland

Passieve vismonitoring zoete Rijkswateren: Voortgangsrapportage april november Rapportnummer C094/08 1 van 8

Visserijsterfte bij visbestanden in de Noordzee,

Baseline studie vis MVII: veldwerkrapportage najaar 2007

LOKALE ECOLOGISCHE KENNIS VAN DE VISSERIJ: PLADIJS IN EEN RUIMER PLAATJE

Ecologische basiskaarten voor de Nederlandse mariene wateren ten behoeve van advisering bij crisismanagement

Fint in rivieren en IJsselmeer

Vismonitoring Grote Kreek Ouwerkerk. Terugvangproef bot en tarbot 2018

Uitkomsten enquête over de Noordzee visbestanden 2011

Wageningen IMARES Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies. Rapport Nummer: C056/06. Paaigebieden vis. Remment ter Hofstede

Wageningen IMARES Harder en zeebaars

Ecologische duurzaamheid van de bodemvisserij op de Noordzee,

Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV. Intern Rapport. Vissen onder Bruinvissen en roodkeelduikers

Kernbegrippen visserijbeheer en overzicht toestand visbestanden in Europa. (IMARES - institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

Monitoring en Evaluatie Pilot Zandmotor Fase 2 - Meetplan groei juveniele vis Zandmotor voorjaar en zomer 2013

Gezonde visbestanden van de Belgische aanvoer

Vistoets Opsterlandse Compagnonsvaart

Meervoudig ruimtegebruik op zee

2.2. Commercieel geëxploiteerde soorten vis en schaal- en schelpdieren (D3)

paling onderzoek Prosea Eerste leerjaar

Zeeduivel, Vis van het jaar 2018

Visvangst in de Noordzee,

Bemonsteringsplan de Zandmotor

IMARES Wageningen UR. PFOS in waterbodems Schiphol II. M. Hoek-van Nieuwenhuizen Rapportnummer C007/12

Onderzoek naar de visdichtheid in de Twentekanalen m.b.v. sonar

Wageningen IMARES Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies

4.5 Riviervis. Erwin Winter en Joep de Leeuw, RIVO

Visserij Service Nederland sterk in viswerk Glasaalonderzoek Kinderdijk

Duurzame garnalenvisserij VOF Koster

Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV. Intern Rapport Nummer:

Bijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard

De halfgeknotte strandschelp, Spisula subtruncata, in de Nederlandse kustwateren in 2003

Samenvatting 4. 1 Inleiding 5. 2 Materiaal en Methode Schepen en monsterlocaties Bemonstering Analyse 7.

MINISTERIE VAN EZ T.A.V.IR. H.R. OFFRINGA POSTBUS EK DEN HAAG. Afdeling Vis. Geachte heer Offringa,

Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV. Rapport Nummer: C011.05

Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijksinstituut voor Kust en Zee Postbus EX Den Haag. Project nummer:

Resultaten telling slaapplaats grutto en andere vogelsoorten 't Broek, Waardenburg

De ontwikkeling van de Japanse oester in de Nederlandse Waddenzee: Situatie 2006

Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV. Rapport Nummer: C062/05

KONINKRIJK BELGIE MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN. NATIONAAL INSTITUUT VOOR DE STATISTIEK Leuvenseweg DE BELGISCHE ZEEVISSERIJ IN 1979

IMARES Wageningen UR. Vogeltellingen Bruine Bank maart Aanvullende beschermde gebieden op de. Noordzee

Mr. H.J. van Geesbergen Postbus AC YERSEKE. Project nummer: Ir. H. van der Mheen Clusterleider Zeecultuur en Visteelt

Kokkels in Waddenzee en Zeeuwse Delta,

Productie kweekvis,

Biomassaschatting van de pelagische visstand in een haven van de Antwerpse Linkerscheldeoever

IMARES Wageningen UR. Verslag bedrijfssurvey Mascha Rasenberg, Marcel Machiels, Rosemarie Nijman, Hanz Wiegerinck, Gerrit Rink. Rapport C010.

IMARES Wageningen UR. Verslag Bedrijfssurvey Mascha Rasenberg, Marcel Machiels. Rapport C008/13

v a n b r o n t o t m o n d i n g

IMARES Wageningen UR. PMR Monitoring natuurcompensatie Voordelta Perceel Vis: Jaarrapport C.J.G. van Damme C030.12

Graadmeters van de bodemvisbevolking van de Noordzee: referentiewaarden voor de periode

De halfgeknotte strandschelp, Spisula subtruncata, in de Nederlandse kustwateren in 2002

IMARES Wageningen UR. Winterintrek van rivierprik bij Kornwerderzand en het Haringvliet najaar A.B. Griffioen en E. Kuijs Rapportnummer: C084/13

Pauline Kamermans, Divera Baars, Johan Jol, Joke Kesteloo en Henk van der Mheen. Postbus AD Den Burg. Project nummer:

Pulsvisserij: wat weten we wel en niet?

Werkprotocol visbemonsteringen FF-wet

De wetenschap achter het tellen van vissen. Hoe werkt een bestandsschatting?

Eindrapport VISONDERZOEK TER PLAATSE VAN EN DIRECT ROND HET HATTEMS DEEL VAN BEDRIJVENTERREIN H2O

Vissen in de 12-mijlszone

Overwinterende vleermuizen op Lunetten 2. Voortgangsrapport 2014

IMARES Wageningen UR. Passieve vismonitoring zoete Rijkswateren: Voortgangsrapportage april november 2012

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek 2009 Versie 2

Samenvatting. 1. Wageningen Marine Research (voorheen IMARES)

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, artikel 24, 1, 2, 3 en 6 ;

Flora- en faunawetbemonstering Hoorn-Enkhuizen

Vis in de Waddenzee wat vertelt de monitoring ons (en wat niet)? 6 april, Ingrid Tulp & Loes Bolle

Is zandhonger in de Oosterschelde slecht voor vissen?

Wadden Sea Fish Haven: Development agenda for fish in the Wadden Sea and overview of species

Koninkrijk België. iii ni s teri e van Economische Zaken NATIONAAL INSTITUUT VOOR DE STATISTIEK Leuvensewey 44 - ÏÜUO BRUSSEL

1 Inleiding. 2 Uitgangspunten. Notitie Petten, 15 oktober 2014

Nederlandse monitoring op de Noordzee

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Fleeting images dynamics of North Sea ray populations Walker, P.A. Link to publication

Winning aardgas in blok L09 vanaf satelietplatformen L09-FA-1 en L09-FB-1 Advies voor richtlijnen voor het milieueffectrapport

NVO's en vis. Wat is het effect van NVO s op de visstand? 32 tigste bijeenkomst Vissennetwerk: KRW, Vis & Maatregelen

Ir. F.J. Quirijns, dr. A.D. Rijnsdorp, ir. O.A. van Keeken, drs. J.J. Poos

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum ff75.06.toek augustus 2006 onderwerp doorkiesnummer bijlagen

Bodemfauna Noordzee en boomkorvisserij

Het wegvangen van Pallas eekhoorns in Weert en omgeving in 2013

Vliegroute vleermuizen Noordelijke Hogeschool Leeuwarden Beoordeling van de effectiviteit van een tijdelijke vliegroute voor vleermuizen in juli 2008

Nederlands Instituut voor Visserijonderzoek (RIVO) BV. Intern RIVO rapport Nummer:

Uitdagingen bij onderzoek garnalenvisserij

Ecologische monitoring

Met DNA visstand monitoren op de grote rivieren

Recreatieve visserij onder de loep

Kreeftachtigen hebben meestal kleine ogen, waar ze maar weinig mee zien. Ze kunnen wel bijzonder goed ruiken.

Transcriptie:

Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV Postbus 68 Centrum voor 1970 AB IJmuiden Schelpdier Onderzoek Tel.: 0255 564646 Postbus 77 Fax.: 0255 564644 4400 AB Yerseke E-mail: visserijonderzoek.asg@wur.nl Tel.: 0113 672300 Internet: www.rivo.wageningen-ur.nl Fax.: 0113 573477 Rapport Nummer: C082/05 De verspreiding van 5 platvissoorten en 1 roggensoort in de Noordzee. Remment ter Hofstede Opdrachtgever: Rijkswaterstaat Rijksinstituut voor Kust en Zee J.G. Hartholt Postbus 20907 2500 EX Den Haag Project nummer: 3889999912 Akkoord: drs. E. Jagtman Hoofd Onderzoeksorganisatie Handtekening: Datum: december 2005 In verband met de verzelfstandiging van de Stichting DLO, waartoe tevens RIVO behoort, maken wij sinds 1 juni 1999 geen deel meer uit van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Wij zijn geregistreerd in het Handelsregister Amsterdam nr. 34135929 BTW nr. NL 811383696B04. Aantal exemplaren: 10 Aantal pagina's: 13 Aantal tabellen: - Aantal figuren: 7 Aantal bijlagen: - De Directie van het Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV is niet aansprakelijk voor gevolgschade, alsmede voor schade welke voortvloeit uit toepassingen van de resultaten van werkzaamheden of andere gegevens verkregen van het Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV; opdrachtgever vrijwaart het Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV van aanspraken van derden in verband met deze toepassing. Dit rapport is vervaardigd op verzoek van de opdrachtgever hierboven aangegeven en is zijn eigendom. Niets van dit rapport mag weergegeven en/of gepubliceerd worden, gefotokopieerd of op enige andere manier zonder schriftelijke toestemming van de opdrachtgever.

pagina 2 van 13 Rapport C082/05 Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Samenvatting... 3 1. Survey... 4 2. Verspreidingskaarten... 4 3. Verspreiding per soort... 4 3.1 Sterrog (Amblyraja radiata)... 4 3.2 Tarbot (Psetta maxima)... 4 3.3 Tongschar (Microstomus kitt)... 5 3.4 Bot (Platichthys flesus)... 5 3.5 Schol (Pleuronectes platessa)... 5 3.6 Tong (Solea vulgaris)... 5 Conclusie... 6 Literatuur... 6 Figuren... 7

Rapport C082/05 pagina 3 van 13 Samenvatting Het huidige rapport geeft een beknopte beschrijving van het ruimtelijk gebruik van de Noordzee door 5 platvisoorten en 1 roggensoort, te weten schol, tong, bot, tarbot, tongschar en sterrog. Dit wordt gedaan op basis van vangsten tijdens de Nederlandse Beam Trawl Survey (BTS) over de periode 1996-2005. Er worden kaarten getoond op Noordzee-schaal, alsmede op NCPschaal van de gemiddelde vangstaantallen per subkwadrant (1/9 ICES-kwadrant ~ 19x19km). Deze raportage sluit aan op het project Systeembeschrijving Noordzee: Natuurwaardenkaarten vis (ter Hofstede et al., 2005) welke onderdeel uitmaakt van het LNV programma 418 Noordzee en Kust en voorziet in de behoefte van Directie Natuur aan natuurwaardenkaarten van het NCP, en op het EU-project ICES-Fishmap, onderdeel van het 6 e kaderprogramma, waarin een opzet wordt gemaakt voor een interactieve, online atlas van Noordzee-vissoorten. De gegevens zijn afkomstig uit geïntegreerd internationaal onderzoek. Onderzoeksschepen van verscheidene landen verzamelen gegevens over de verspreiding van eieren, larven, juveniele en volwassen commerciële vissoorten. Dankzij dergelijke onderzoeksreizen is het mogelijk het ruimtelijk gebruik van de Noordzee door vispopulaties in kaart te brengen.

pagina 4 van 13 Rapport C082/05 1. Survey De verspreiding van de 6 genoemde vissoorten in de Noordzee wordt beschreven aan de hand van gegevens afkomstig uit de Nederlandse Beam Trawl Survey (BTS) (van Damme et al., 2003). De BTS is primair bedoeld om een visserij-onafhankelijke schatting te leveren van de leeftijdssamenstelling van Noordzee tong en schol voor het uitvoeren van bestandschattingen in ICES-verband. Daarnaast levert de BTS waardevolle informatie voor het monitoren van de toestand van het Noordzee ecosysteem (EcoQOs), voor vis (met name platvis) en macroepibenthos. Tijdens deze survey wordt alle gevangen vis gedetermineerd, geteld en gemeten op soortniveau. Daarnaast worden enkele doelsoorten onderworpen aan biologische analyses. De BTS wordt sinds 1985 jaarlijks in augustus/september uitgevoerd met een 8m boomkor door de onderzoeksschepen Isis en Tridens. De Isis bevist de zuidoostelijke Noordzee, de Tridens dekt de zuidwestelijke, westelijke en centrale Noordzee. De inzet voor de Nederlandse kust is extra intensief, zodat het NCP in detail kan worden uitgelicht. 2. Verspreidingskaarten De verspreidingskaarten zijn gebaseerd op een periode van 10 jaar, 1996 t/m 2005. De gekozen resolutie bedraagt 1/9 ICES-kwadrant (20 lengtegraad bij 10 breedtegraad; 10*10 zeemijl). Deze resolutie waarborgt een goede spreiding van de trekken over de subkwadranten. Elke uitgevoerde trek werd toegekend aan een subkwadrant op basis van de beginpositie. De gegevens zijn per soort opgewerkt door eerst per jaar de gemiddelde vangstaantallen per trek in elk subkwadrant te berekenen. Getoond worden uiteindelijk de gemiddelde jaarlijkse vangsten per subkwadrant, onderverdeeld in klassen, zowel op Noordzee- als op NCP-schaal. Dit is geen indicatie voor de werkelijke dichtheden, maar laat de relatieve verhouding tussen gebieden zien. Gebieden die wel bemonsterd zijn, maar waar de betreffende soort niet is waargenomen worden weergegeven door middel van een kruisje. 3. Verspreiding per soort 3.1 Sterrog (Amblyraja radiata) Gedurende het gehele jaar bevindt het centrum van de verspreiding van de sterrog (Amblyraja radiata) zich in de centrale Noordzee (Figuur 2). De soort is nauwelijks aanwezig in de trekken die ten zuiden van de Doggersbank zijn uitgevoerd. Het Nederlands Continentaal Plat is van dan ook niet van betekenis voor de sterrog. 3.2 Tarbot (Psetta maxima) De verspreiding van tarbot (Psetta maxima) in de Noordzee concentreert zich voor de Nederlandse, Duitse en Deense kust (Figuur 3). Binnen dit gebied, ligt in de zomer het zwaartepunt van deze verspreiding iets zuidelijker dan in de winter. Het Nederlands Continentaal Plat van groot belang voor tarbot in de Noordzee, en de gemiddelde aantallen zijn op het NCP het hoogst dicht onder de kust.

Rapport C082/05 pagina 5 van 13 3.3 Tongschar (Microstomus kitt) De verspreiding van tongschar strekt zich uit over de gehele Noordzee. Het centrum van de verspreiding bevindt zich gedurende het gehele jaar voor de Schotse kust en nabij de Orkneyen Shetlandeilanden (de laatsten vallen buiten het BTS-gebied). Hoewel er ook verhoogde dichtheden te vinden zijn voor de Engelse kust en in de Duitse Bocht, is het gebied hiertussen relatief arm aan tongschar (Figuur 4). De verspreiding van tongschar binnen het NCP concentreert zich in de noordelijke helft en in het uiterste zuiden. 3.4 Bot (Platichthys flesus) Bot vertoont een duidelijke seizoensmigratie binnen de Noordzee. In de winter komt de soort verspreid voor in de Zuidelijke en Duitse bocht, in de zomer beperkt de verspreiding zich tot de ondiepe kustwateren. Binnen het Nederlands Continentaal Plat is daarom vooral de Kustzee van belang voor bot (Figuur 5). 3.5 Schol (Pleuronectes platessa) Schol bevindt zich in de Noordzee langs de kust van Schotland en Engeland, en vooral in het zuidoostelijke gedeelte, voor de Nederlandse kust en in de Duitse Bocht. De dichtheden in de centrale en noordelijke Noordzee zijn aanzienlijk lager (Figuur 6). Het Nederlands Continentaal Plat heeft een belangrijke rol voor schol, zeker ook als paai- en opgroeigebied. Naarmate men dichter onder de kust komt, neemt de dichtheid van (jonge) schol duidelijk toe. Oudere schol trekt naar dieper water. 3.6 Tong (Solea vulgaris) De verspreiding van tong in de Noordzee beperkt zich tot de zuidelijke regionen, van de Engelse kust tot in de Duitse Bocht (Figuur 7). Het Nederlands Continentaal Plat vervult hiermee een belangrijke functie, vooral als kinderkamer voor jonge tong. De grootste hoeveelheden tong bevinden zich dicht onder de kust en de dichtheid wordt lager naarmate de afstand tot de kust toeneemt.

pagina 6 van 13 Rapport C082/05 Conclusie De beschreven soorten tonen grote individuele verschillen in hun gebruik van de Noordzee in termen van verspreiding. Niettemin is het evident dat binnen het Nederlands Continentaal Plat het kustwater (inclusief de estuariën en de Waddenzee) een belangrijke functie heeft, zowel als specifiek leefgebied voor een aantal soorten maar ook als kinderkamer. Duidelijke grenzen voor de verspreidingsgebieden van vissoorten bestaan niet en hebben dan ook geen relatie met de grenzen van het NCP of beschermde gebieden. Dit heeft te maken met de grote mobiliteit van vissen zelf en met de geleidelijke veranderingen in habitatkarakteristieken van de zee. Literatuur van Damme, C. H., Heessen, L. Bolle, I. de Boois, B. Couperus, W. Dekker, G. Eltink, R. Grift, M. Pastoors, G. Piet, J.J. Poos, L. Schaap., H. Wiegerinck, J. van Willigen, S. Ybema. 2003. Handboek bestandsopnamen en routinematige bemonsteringen op het water. Intern CVOrapport, CVO 03.011. 236 pp. ter Hofstede, R., H.J.L. Heessen, N. Daan. 2005. Systeembeschrijving Noordzee: Natuurwaardenkaarten vis. RIVO rapport, in prep. 54 pp. Lindeboom, H.J., A.J.M. Geurts van Kessel, A. Berkenbosch. 2005. Gebieden met bijzondere ecologische waarden op het Nederlands Continentaal Plat. Rapport RIKZ/2005.008; Alterra Rapport nr. 1109. 104 pp.

Rapport C082/05 pagina 7 van 13 Figuren Figuur 1: Gebieden met ecologische waarden op het NCP (naar: Lindeboom et al., 2005).

pagina 8 van 13 Rapport C082/05 Figuur 2: Gemiddelde jaarlijkse vangst (aantallen per uur) voor sterrog (Amblyraja radiata) tijdens de BTS-survey (3 e kwartaal) over de periode 1996-2005, op Noordzeeschaal (boven) en ingezoomd op het NCP (onder).

Rapport C082/05 pagina 9 van 13 Figuur 3: Gemiddelde jaarlijkse vangst (aantallen per uur) voor tarbot (Psetta maxima) tijdens de BTS-survey (3 e kwartaal) over de periode 1996-2005, op Noordzeeschaal (boven) en ingezoomd op het NCP (onder).

pagina 10 van 13 Rapport C082/05 Figuur 4: Gemiddelde jaarlijkse vangst (aantallen per uur) voor tongschar (Microstomus kitt) tijdens de BTS-survey (3 e kwartaal) over de periode 1996-2005, op Noordzeeschaal (boven) en ingezoomd op het NCP (onder).

Rapport C082/05 pagina 11 van 13 Figuur 5: Gemiddelde jaarlijkse vangst (aantallen per uur) voor bot (Platichthys flesus) tijdens de BTS-survey (3 e kwartaal) over de periode 1996-2005, op Noordzeeschaal (boven) en ingezoomd op het NCP (onder).

pagina 12 van 13 Rapport C082/05 Figuur 6: Gemiddelde jaarlijkse vangst (aantallen per uur) voor schol (Pleuronectes platessa) tijdens de BTS-survey (3 e kwartaal) over de periode 1996-2005, op Noordzeeschaal (boven) en ingezoomd op het NCP (onder).

Rapport C082/05 pagina 13 van 13 Figuur 7: Gemiddelde jaarlijkse vangst (aantallen per uur) voor tong (Solea vulgaris) tijdens de BTS-survey (3 e kwartaal) over de periode 1996-2005, op Noordzeeschaal (boven) en ingezoomd op het NCP (onder).