Onregelmatige en sterke werkwoorden

Vergelijkbare documenten
Onregelmatige werkwoorden 1_1000

hebben of zijn + perfect participium perfect participium = ge+[stam]+d of ge+[stam]+t ge + [stam]+ t ge + [stam] + d

Engelse werkwoorden in het Nederlands. appen (E6) scoren (E8)

Onregelmatige werkwoorden -

Bijlage 2a Onregelmatige werkwoorden bekend en nieuw

verleden tijd enkelvoud meervoud

Bijlage 2b Onregelmatige werkwoorden alfabetisch

CVO GENT NT2 GRAMMATICA Threshold 3-4 Onregelmatige Werkwoorden

v.t. jij, hij, v.t. v.t. v.t. jij, hij, v.t. wij, jullie v.t. v.t. jij, hij, v.t. wij, jullie v.t. v.t. jij, hij, v.t. wij, jullie v.t. v.t.

pagina 2 van 5 genezen genas genezen genieten genoot genoten geven gaf gegeven gieten goot gegoten glijden gleed gegleden glimmen glom geglommen grave

Theorie Schrijven: grammatica en spelling voor nt2-leerders

ONREGELMATIGE WERKWOORDEN OP ALFABET

ONREGELMATIGE WERKWOORDEN OP KLANK

werkwoorden op frekwentie

Onregelmatige Werkwoorden

Theorie Schrijven: grammatica en spelling voor nt2-leerders

Lijst van sterke en onregelmatige werkwoorden

Werkwoordspelling. Zomercursus Taal. Bijzondere gevallen 1. Bijzondere gevallen 1. De drie strategieën

Werkwoordpakket thema 1 (Taal Actief 3 groep 7) roepen beginnen begrijpen breken buigen drinken duiken klimmen kruipen roepen ruiken

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.

A B C D E Werkwoord Stam Tegenw. tijd Verleden tijd Voltooid deelwoord Adelen adel hij adelt hij adelde hij heeft geadeld Aerobiccen aerobic hij

werkwoorden Onregelmatige werkwoorden

Antwoorden op de oefeningen in het boek

Onregelmatige (sterke) werkwoorden

Uw leerlingen leren bij het onderdeel Nederlands dat de Nederlandse taal leenwoorden bevat. Ze leren Engelse werkwoorden te vervoegen.

Spelling - Engelse werkwoorden HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

aerobiccen aerobicte geaerobict afchecken checkte af afgecheckt afkicken kickte af afgekickt aftapen tapete af afgetapet aftrainen trainde af

Onregelmatige werkwoorden op alfabet

Onregelmatige werkwoorden op klank

Extra oefeningen voor werkwoordspelling

OONREGELMATIGE WERKWOORDEN OP ALFABET

Onregelmatige werkwoorden op alfabet

OONREGELMATIGE WERKWOORDEN OP KLANK

irregular verbs sterk werkwoord strong verb Ik woon in Amsterdam. Ik woonde vroeger in Amsterdam. Ik heb in Amsterdam gewoond.

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

Ankie. het meisje uit de bossen van Karoetsja. Antoon Kersten ooit geschreven voor zijn kleindochter Karin. blad 1

Praktische cursus spelling M. Klein M. Visscher

Welk volk bond de strijd aan met Israël en wat was het resultaat na de strijd?

Samenvatting Nederlands Grammatica en Spelling blok 2

De eekhoorn kon niet slapen. Hij liep van zijn deur om zijn tafel heen naar zijn kast, bleef daar even staan, aarzelde of hij de kast zou opendoen,

Onregelmatige en sterke werkwoorden

Spelling - Engelse werkwoorden vmbo-kg12

Thema 7 spelling groep 7

Kastelen in Nederland

Theorie Schrijven: grammatica voor nt2-leerders, niveau B2

Ruth 1. Ruth en Noömi

Het boek van VISJE BLUB. Gemaakt door iedereen die op de foto staat

het laatste station van de wereld

Fidel en zijn kameraadjes

W E R K W O O R D E N

Nam Simpson wraak op de moord op zijn echtgenote?

Woordenlijst onregelmatige werkwoorden Verleden en voltooide tijd

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2)

Wij zingen voor de dienst: Gezang 314 : 1 en 2

"Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5"

Roodkapje. Jacob Grimm en Wilhelm Grimm. bron Jacob Grimm en Wilhelm Grimm, Roodkapje. Van Holkema & Warendorf, Amsterdam 1905.

Het tweede avontuur van Broer Vos en Broer Konijn

Boekverslag Engels The skeleton man door Joseph Bruchac

Zet je voet maar op het water!

Winnen zonder te vechten.

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

Bart Moeyaert. Blote handen

II MAART. te brengen. Maar vandaag wilde ik per se de deur uit, dus ging ik naar de fontein om rond te hangen met Cornelius en Flavia.

LES 9. Eet, drink en blijf gezond. Doe Lees. Lees. Schrijf Vraag thuis om een leeg blik, Loop Leer. Bid dat je gezonde beslissingen zal.

wegen beschikt, Hem hebt gij niet verheerlijkt. Jozef, deel 1 Zijn naam betekent: (Jahwé) voege er bij.

2

Het paaltje van Oosterlittens Er stond weer een pot met bonen! Elke avond kreeg de schoenmaker van Oosterlittens bonen te eten. Maar de schoenmaker

Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus.

De steen die verhalen vertelt.


Wat gebeurde er met de beek Krith?

Talenten: Gebruik ze of verlies ze!

Grammatica. Inhoud. 21 = hetzelfde onderwerp, maar uitgebreider, zie nummer 21 van deze grammatica. Les 3 = oefening(en) over dit onderwerp bij les 3.

Boekverslag Nederlands Met mijn ogen dicht door Maren Stoffels

Weekje weg: shoppen, interview/fotoshoot en veel praten

Voor Indigo en Nhimo Papahoorjeme_bw.indd :02

Haarlem, 11 oktober lieve moeder van me,

Antwoorden bij de extra opdrachten bij hoofdstuk 4

Grammatica Tweede ronde

- Lied voor de dienst, uit het Nieuwe Liedboek, 578: 1,4,5,6 O kostbaar kruis

Hoofdstuk 1. De eerste dag op een nieuwe school met een nieuw begin

Bron: De sprookjes van Grimm; volledige uitgave, vertaald door M.M. de Vries-Vogel. Unieboek BV - Van Holkema & Warendorf, Weesp, 1984.

Ananias & Saffira. Het leven van de eerste christengemeente, openbaarde en meewerkte, ja, daar kunnen wij naar verlangen.

LES 7 DE MANIER OM TE AANBIDDEN!

Welke fout maakt Simson opnieuw?

Welke les moesten de Egyptenaren leren?

Ananias & Saffira. Het leven van de eerste christengemeente, openbaarde en meewerkte, ja, daar kunnen wij naar verlangen.

DomineeOnline.org Jrg. 1, nr. 8

Ahlberg en Tellegen :29 Pagina 1. Brieven aan bijna niemand anders

HET GEHEIM VAN HET GEBROKEN FLESJE.

Onzichtbaar ziek. Bo Van Paemele

2 Koningen 4:11-37 (nbv)

2

Kinder Woord Dienst van Oase Elke keer dat je komt, krijg je een Bijbel verhaal, Verzamel ze en je hebt je eigen Bijbel!

gans e n broer Moeyaert Dendooven met tekeningen van

Welk Bijbelboek gaat over dit hoofdstuk? Waarheen trok Abraham en zijn gevolg?

Wat zei Elia tegen koning Achab en wat ging Elia vervolgens doen?

Antwoorden bij de extra opdrachten bij hoofdstuk 3

Boekverslag Engels The curious incident of the dog in the night-time door Mark Haddon

Verslag Comeniusuitwisseling Polen oktober Maandag 29 september 2014

Transcriptie:

Onregelmatige en sterke werkwoorden A aanbieden bood aan / boden aan heeft aangeboden aankomen kwam aan / kwamen aan is aangekomen aandoen deed aan / deden aan heeft aangedaan aanwijzen wees aan / wezen aan heeft aangewezen afblijven bleef af / bleef af is afgebleven afspreken sprak af / spraken af heeft afgesproken B bedenken bedacht / bedachten heeft bedacht beginnen begon / begonnen is begonnen begrijpen begreep / begrepen heeft begrepen bekijken bekeek / bekeken heeft bekeken beschrijven beschreef / beschreven heeft beschreven besluiten besloot / besloten heeft besloten bestaan bestond / bestonden heeft bestaan betreffen betrof / betroffen heeft betroffen zich bevinden bevond zich / bevonden zich heeft zich bevonden bewegen bewoog / bewogen heeft bewogen bewijzen bewees / bewezen heeft bewezen bezitten bezat / bezaten heeft bezeten bieden bood / boden heeft geboden binden bond / bonden heeft gebonden blijven bleef / bleven is gebleven breken brak / braken heeft gebroken / is gebroken brengen bracht / brachten heeft gebracht buigen boog / bogen heeft gebogen begraven begroef / begroeven heeft begraven bespreken besprak / bespraken heeft besproken bevallen beviel / bevallen is bevallen bezoeken bezocht / bezochten heeft bezocht bidden bad / baden heeft gebeden bijten beet / beten heeft gebeten D denken dacht / dachten heeft gedacht doen deed / deden heeft gedaan doorgaan ging door / gingen door is doorgegaan dragen droeg / droegen heeft gedragen drinken dronk /dronken heeft gedronken dwingen dwong / dwongen heeft gedwongen

E eten at / aten heeft gegeten F fluiten floot / floten heeft gefloten G gaan ging / gingen is gegaan genieten genoot / genoten heeft genoten geven gaf / gaven heeft gegeven grijpen greep /grepen heeft gegrepen genezen genas / genazen heeft / is genezen graven groef / groeven heeft gegraven H hangen hing / hingen heeft gehangen hebben had / hadden heeft gehad helpen hielp / hielpen heeft geholpen houden hield / hielden heeft gehouden I ingrijpen greep in / grepen in heeft ingegrepen innemen nam in / namen in heeft ingenomen inzien zag in / zagen in heeft ingezien K kiezen koos / kozen heeft gekozen kijken keek / keken heeft gekeken klinken klonk / klonken heeft geklonken komen kwam / kwamen is gekomen kopen kocht / kochten heeft gekocht krijgen kreeg / kregen heeft gekregen kunnen kon / konden heeft gekund L laten liet / lieten heeft gelaten lezen las / lazen heeft gelezen liggen lag / lagen heeft gelegen lijden leed / leden heeft geleden lijken leek / leken heeft geleken lopen liep / liepen heeft gelopen liegen loog / logen heeft gelogen loslaten liet los / lieten los heeft losgelaten M

meenemen nam mee / namen mee heeft meegenomen moeten moest / moesten heeft gemoeten mogen mocht / mochten heeft gemogen meebrengen bracht mee / brachten mee heeft meegebracht meedoen deed mee / deden mee heeft meegedaan N nadenken dacht na / dachten na heeft nagedacht nemen nam / namen heeft genomen O ontbreken ontbrak / ontbraken heeft ontbroken ontvangen ontving / ontvingen heeft ontvangen opstaan stond op / stonden op is opgestaan optreden trad op / traden op heeft opgetreden onderhouden onderhield / onderhielden heeft onderhouden onderzoeken onderzocht / onderzochten heeft onderzocht onthouden onthield / onthielden heeft onthouden ontslaan ontsloeg / ontsloegen heeft ontslagen opgeven gaf op / gaven op heeft opgegeven ophouden hield op / hielden op is opgehouden opkomen kwam op / kwamen op is opgekomen opschieten schoot op/ schoten op is opgeschoten opschrijven schreef op / schreven op heeft opgeschreven opzoeken zocht op / zochten op heeft opgezocht overgeven gaf over / gaven over heeft overgegeven overlijden overleed/ overleden is overleden overnemen nam over / namen over heeft overgenomen oversteken stak over / staken over is overgestoken R rijden reed / reden heeft gereden roepen riep / riepen heeft geroepen ruiken rook / roken heeft geroken S schenken schonk / schonken heeft geschonken schieten schoot / schoten heeft geschoten schijnen scheen / schenen heeft geschenen schrijven schreef / schreven heeft geschreven slaan sloeg / sloegen heeft geslagen slapen sliep / sliep heeft geslapen sluiten sloot / sloten heeft gesloten spreken sprak / spraken heeft gesproken staan stond / stonden heeft gestaan

steken stak / staken heeft gestoken sterven stierf / stierven is gestorven stijgen steeg / stegen is gestegen schrikken schrok / schrokken is geschrokken schuiven schoof / schoven heeft geschoven snijden sneed / sneden heeft gesneden spijten speet / speten heeft gespeten springen sprong / sprongen heeft gesprongen stelen stal / stalen heeft gestolen stinken stonk / stonken heeft gestonken T trekken trok / trokken heeft getrokken toegeven gaf toe / gaven toe heeft toegegeven U uitdoen deed uit / deden uit heeft uitgedaan uitgeven gaf uit / gaven uit heeft uitgegeven uitkijken keek uit / keken uit heeft uitgekeken uitzoeken zocht uit / zochten uit heeft uitgezocht V vallen viel / vielen is gevallen verbinden verbond / verbonden heeft verbonden verdwijnen verdween / verdwenen is verdwenen vergelijken vergeleek / vergeleken heeft vergeleken vergeten vergat / vergaten heeft / is vergeten verkopen verkocht / verkochten heeft verkocht verliezen verloor / verloren heeft verloren verstaan verstond / verstonden heeft verstaan vinden vond / vonden heeft gevonden vliegen vloog / vlogen heeft gevlogen voorzien voorzag / voorzagen heeft voorzien vragen vroeg / vroegen heeft gevraagd vangen ving / vingen heeft gevangen varen voer / voeren heeft gevaren vechten vocht / vochten heeft gevochten verbieden verbood / verbood heeft verboden vertrekken vertrok / vertrokken is vertrokken vervangen verving / vervingen heeft vervangen voorlezen las voor / lazen voor heeft voorgelezen vriezen vroor / vroren heeft gevroren vrijen vree / gevreeën heeft gevreeën weglopen liep weg / liepen weg is weggelopen

W weten wist / wisten heeft geweten wijzen wees / wezen heeft gewezen willen wilde / wilden heeft gewild winnen won / wonnen heeft gewonnen worden werd / werden is geworden Z zuigen zoog / zogen heeft gezogen zwemmen zwom / zwommen heeft gezwommen zwijgen zweeg / zwegen heeft gezwegen zeggen zei / zeiden heeft gezegd zien zag / zagen heeft gezien zijn was / waren is geweest zingen zong / zongen heeft gezongen zitten zat / zaten heeft gezeten zoeken zocht / zochten heeft gezocht zullen zou / zouden... Overige lastige (onregelmatige/sterke) werkwoorden Opbergen borg op opgeborgen Erven erfde geërfd Bederven bedierf bedorven Gieten goot gegoten Meten mat gemeten Heffen hief geheven Melken molk gemolken Nijgen neeg genegen Pluizen ploos geplozen Rijgen reeg geregen Scheppen schiep geschapen Scheren schoor geschoren Slinken slonk geslonken Smijten smeet gesmeten Spijten speet gespeten Stelen stal gestolen Ervaren ervoer ervaren Bevelen beval bevolen Vlechten vlocht gevlochten Werpen wierp geworpen Wijzen wees gewezen Zwerven zwierf gezworven Hebben had gehad Kunnen kon gekund

Mogen mocht gemogen Willen wilde gewild Zijn was geweest Zullen zou - Stofzuigen stofzuigde gestofzuigd Zweefvliegen zweefvliegde gezweefvliegd Importwerkwoorden Appen appte geappt Babysitten babysitte gebabysit Backpacken backpackte gebackpackt Barbecueën barbecuede gebarbecued Basketballen basketbalde gebasketbald Baseballen baseballde gebaseballd Boycotten boycotte geboycot Brainstormen brainstormde gebrainstormd Breakdancen breakdancete gebreakdancet Brunchen brunchte gebruncht Bungeejumpen bungeejumpte gebungeejumpt Cancelen cancelde gecanceld Carpoolen carpoolde gecarpoold Chatten chatte gechat Checken checkte gecheckt Chillen childe gechild Claimen claimde geclaimd Clusteren clusterde geclusterd Coachen coachte gecoacht Connecten connectte geconnect Crashen crashte gecrasht Daten datete gedatet Deleten deletete gedeletet Dissen diste gedist Douchen douchte gedoucht Downloaden downloadde gedownload Dumpen dumpte gedumpt Editen editte geëdit E-mailen e-mailde ge-e-maild Facebooken facebookte gefacebookt Faceliften faceliftte gefacelift Faxen faxte gefaxt Fitnessen fitneste gefitnest Flirten flirtte geflirt Freestylen freestylede gefreestyled Frisbeeën frisbeede gefrisbeed Gamen gamede gegamed

Grillen grilde gegrild Googelen googelde gegoogeld Hacken hackte gehackt Hiken hikete gehiket Hockeyen hockeyde gehockeyd Inchecken checkte in ingecheckt Inloggen logde in ingelogd Internetten internette geïnternet Interviewen interviewde geïnterviewd Inzoomen zoomde in ingezoomd Jammen jamde gejamd Jazzdancen jazzdancete gejazzdancet Jetskiën jetskiede gejetskied Joggen jogde gejogd Karten kartte gekart Kanoën kanode gekanood Kidnappen kidnapte gekidnapt Kiten kitete gekitet Labelen labelde gelabeld Leasen leasede geleased Liften liftte gelift Liken likete geliket Lunchen lunchte geluncht Lynchen lynchte gelyncht Marketen markette gemarket Matchen matchte gematcht Messagen messagede gemessaged Mixen mixte gemixt Mountainbiken mountainbikete gemountainbiket Multitasken multitaskte gemultitaskt Optimizen optimizede geoptimized Paintballen paintballde gepaintballd Pamperen pamperde gepamperd Paragliden paraglidede geparaglided Picknicken picknickte gepicknickt Piercen piercete gepiercet Poolen poolde gepoold Posten postte gepost Printen printte geprint Pushen pushte gepusht Quoten quootte gequoot Racen racete geracet Rappen rapte gerapt Raten ratete geratet Recruiten recruitte gerecruit

Recyclen recyclede gerecycled Relaxen relaxte gerelaxt Remixen remixte geremixt Resetten resette gereset Rugbyen rugbyde gerugbyd Saven savede gesaved Scannen scande gescand Scoren scoorde gescoord Screenen screende gescreend Scrollen scrolde gescrold Settelen settelde gesetteld Shoppen shopte geshopt Skaten skatete geskatet Skydiven skydivede geskydived Skypen skypete geskypet Smashen smashte gesmasht Snacken snackte gesnackt Softballen softbalde gesoftbald Spacen spacete gespacet Spammen spamde gespamd Streamen streamde gestreamd Stressen streste gestrest Switchen switchte geswitcht Tackelen tackelde getackeld Tatoeëren tatoeëerde getatoeëerd Testen teste getest Timen timede getimed Toasten toastte getoast Tracen tracete getracet Trainen trainde getraind Typen typte getypt Updaten updatete geüpdatet Upgraden upgradede geüpgraded Uploaden uploadde geüpload Volleyballen volleybalde gevolleybald Waterpoloën waterpolodo gewaterpolood Waxen waxte gewaxt Youtuben youtubede geyoutubed Zappen zapte gezapt Zoomen zoomde gezoomd