heelkunde 2 informatiebrochure Darmoperatie (laparoscopisch)

Vergelijkbare documenten
heelkunde 2 informatiebrochure Darm(colon)operatie

Darm (colon) operatie

Darm (colon) operatie

heelkunde 2 informatiebrochure Sluiten laterale stoma

abdominale heelkunde informatiebrochure Blindedarmoperatie (appendectomie)

abdominale heelkunde informatiebrochure Laparotomie

heelkunde 2 informatiebrochure Sluiten laterale stoma

heelkunde 2 informatiebrochure Laparatomie

Laparoscopische colpo rectopexie en colpo recto sacropexie (darmverzakking en blaasverzakking)

heelkunde 2 informatiebrochure Antireflux ingreep Nissen (laparoscopisch)

patiënteninformatie algemene heelkunde Blindedarmoperatie

heelkunde 2 informatiebrochure Sacro-coccygeale fistel

heelkunde 2 informatiebrochure Altemeier

urologie informatiebrochure Radicale prostatectomie

bloedvatenheelkunde informatiebrochure Mediastinoscopie (Kijkoperatie in de borstholte)

abdominale heelkunde informatiebrochure Peri-anaal abces

heelkunde 2 informatiebrochure Abdominale breuk

urologie informatiebrochure Hydrocoelespermatocoele

neus-keel-oor informatiebrochure Somnoplastie

heelkunde 2 informatiebrochure AV fistel

heelkunde 2 informatiebrochure Gastric bypass (laparoscopisch)

neus-keel-oor informatiebrochure Schildklieroperatie

TVT-TOT-AMS (Tension-free Vaginal Tape) (Trans Obturatorius Tape) (vaginaal netje)

abdominale heelkunde informatiebrochure Liesbreuk

heelkunde 2 informatiebrochure Galblaasoperatie (cholecystectomie)

urologie informatiebrochure Nefrectomie - lumbotomie

urologie informatiebrochure Sachse/otis-urethrotomie (het opheffen van vernauwingen in de plasbuis)

patiënteninformatie algemene heelkunde Abdominale breuk

neus-keel-oor informatiebrochure Neusoperatie

Sacro-coccygeale fistel

neus-keel-oor informatiebrochure Tonsillectomie (wegnemen van de amandelen)

urologie informatiebrochure TURT (Trans Urethrale Resectie van een Tumor uit de blaas)

bloedvatenheelkunde informatiebrochure Trombectomie

Gastric bypass (laparoscopisch)

patiënteninformatie bloedvatenheelkunde Mediastinoscopie (Kijkoperatie in de borstholte)

bloedvatenheelkunde informatiebrochure Endarterectomie (liesendarterectomie)

abdominale heelkunde informatiebrochure Aambeien

Antireflux ingreep Nissen (laparoscopisch)

patiënteninformatie bloedvatenheelkunde Trombectomie

kindergeneeskunde informatiebrochure Blindedarmontsteking (appendicitis) op de afdeling kindergeneeskunde

heelkunde 2 heelkunde 2 informatiebrochure AV Fistel informatiebrochure Sluiten laterale stoma

patiënteninformatie neus-keel-oor Schildklieroperatie

urologie informatiebrochure Prostaatoperatie: TURP (Trans Urethrale Resectie Prostaat)

Galblaasoperatie (cholecystectomie)

Tonsillectomie (wegnemen van de amandelen)

bloedvatenheelkunde informatiebrochure Thoraxdrainage bij een pneumothorax

Sacro-coccygeale fistel

Endarterectomie (liesendarterectomie)

patiënteninformatie algemene heelkunde Altemeier

Endoscopische operaties aan de bijholten van de neus

urologie informatiebrochure Niersteenverbrijzeling (ESWL)

urologie informatiebrochure Bricker

patiënteninformatie algemene heelkunde Abdominale breuk

heelkunde 2 informatiebrochure Plaatsen hickmann- en tesiokatheter

patiënteninformatie algemene heelkunde Aambeien

VATS (video assisted thoracoscopic surgery)

orthopedie informatiebrochure Discus hernia - dr. Cuypers

bloedvatenheelkunde informatiebrochure Carotis (vernauwde halsslagader)

orthopedie informatiebrochure SA decompressie

Gastric bypass (laparoscopisch)

heelkunde 2 heelkunde 2 informatiebrochure Sluiten laterale stoma

Maagband (laparoscopische plaatsing)

patiënteninformatie neus-keel-oor Neusoperatie

bloedvatenheelkunde informatiebrochure Femoro-popliteale bypass Bloedvatoverbruggingsoperatie

bloedvatenheelkunde informatiebrochure Ballondilatatie (PTA)

orthopedie informatiebrochure Rotator cuff

VATS (video assisted thoracoscopic surgery)

neus-keel-oor informatiebrochure Trommelvliesoperatie

urologie informatiebrochure Nierstenen info

patiënteninformatie neus-keel-oor Schildklieroperatie

Endoscopische operaties aan de bijholten van de neus

X-incisie (verwijderen slijmbeurs heup) dr. Jansegers

bifurcatie greffe Sluiten laterale stoma heelkunde 2 heelkunde 2 informatiebrochure Aorta informatiebrochure

Aorta bifurcatie greffe. vaatheelkunde informatiebrochure

kindergeneeskunde informatiebrochure Blindedarmontsteking (appendicitis) op de afdeling kindergeneeskunde

patiënteninformatie algemene heelkunde Borstoperatie

Verwijderen van de galblaas (cholecystectomie) Poli Chirurgie

daghospitaal informatiebrochure Echo-endoscopie via de endeldarm

patiënteninformatie algemene heelkunde Aambeien

neus-keel-oor informatiebrochure Neusbloeding

orthopedie informatiebrochure Needling

medische beeldvorming informatiebrochure Colpocystodefaecografie

orthopedie informatiebrochure Hallux valgus - dr. Cuypers

medische beeldvorming informatiebrochure Colpocystodefaecografie

gynaecologie informatiebrochure Sterilisatie van de vrouw

Thoraxdrainage bij een pneumothorax

orthopedie informatiebrochure Polsfractuur

Nefrectomie (nierverwijdering) Afdeling Urologie

medische beeldvorming informatiebrochure Algemeen CT-onderzoek

Inhoud. Beste patiënt. U wordt opgenomen om een darmoperatie te ondergaan.

orthopedie informatiebrochure Indeukingsfractuur van de wervelkolom

medische beeldvorming informatiebrochure Algemeen CT-onderzoek

daghospitaal informatiebrochure Zometa infuus

Galblaas verwijderen. Poli Chirurgie

PATIËNTEN INFORMATIE. Gynaecologie: laparascopie

DIENST ALGEMENE HEELKUNDE Onze-Lieve-Vrouwziekenhuis Aalst - Asse - Ninove

orthopedie informatiebrochure Pubistakfractuur

Colonherstelprogramma Lievensberg ziekenhuis

Maagband (laparoscopische plaatsing)

medische beeldvorming informatiebrochure Borstbiopsie

Transcriptie:

heelkunde 2 informatiebrochure Darmoperatie (laparoscopisch)

Inhoudstafel 1. Inleiding 4 2. Uitleg over de ingreep 4 3. De voorbereiding op de operatie 5 4. Laparoscopische ingreep 6 5. Pijnmedicatie 7 6. Na de ingreep 8 7. Mogelijke verwikkelingen 9 8. Ontslag 10 9. Specifieke richtlijnen 10 10. Contactgegevens bij vragen 11 11. Persoonlijke notities 11 3

1. Inleiding Graag duiden wij u op het belang van een goede informatie voorafgaand aan uw TURP. Wij raden u dan ook ten zeerste aan deze folder grondig door te nemen. Heeft u of uw familie nog bijkomende vragen, aarzel dan niet om uw behandelende arts aan te spreken of neem contact op met de dienst heelkunde 2 (zie contactgegevens verder in deze folder). Het is belangrijk uw thuismedicatie mee te brengen naar het ziekenhuis. Gelieve ook deze brochure mee te brengen. U hebt ze nodig om uw pijn goed op te volgen. Tijdens de dagelijkse verzorging en tijdens de zaalronde van de arts, krijgt u uitleg over het verdere verloop van uw verblijf. Voor de opname gebeurt er een verpleegkundig consult op heelkunde 2 om de nodige onderzoeken te organiseren en het verloop van het verblijf toe te lichten. Deze brochure is een overzicht van de gebruikelijke gang van zaken rond een darmoperatie. Een operatie aan de darm kan om meerdere redenen zijn aangewezen o.a. ontstekingen, grote poliepen, kwaadaardige aandoeningen 2. Uitleg over de ingreep Ons voedsel komt via slokdarm, maag en dunne darm terecht in de dikke darm. De darm is een lang, gekronkeld kanaal dat zich in de buikholte bevindt. De dunne darm (jejunum en ileum) is het langste gedeelte en is ongeveer 6 m lang. De meeste voedingsbestanddelen worden hier uit het voedsel opgenomen. Per dag scheidt de darm ongeveer 2 liter darmsap af, dit wil zeggen dat de darminhoud hier zeer vloeibaar en prikkelend is. 4

De dikke darm (colon) is het laatste gedeelte van de darm en is ongeveer 1,5 m lang. Het begint rechts in de buikholte rond de appendix en loopt eerst omhoog (colon ascendens) dan horizontaal (colon transversum) om daarna links te dalen (colon descendens) en over te gaan in een S-vormig gedeelte (sigmoïd) en te eindigen op de endeldarm (rectum). De darm wordt afgesloten door een ringspier ter hoogte van de anus. De dikke darm heeft naast een opstapelingsfunctie van stoelgang als voornaamste taak de heropname van vocht uit het voedsel waardoor de stoelgang vaster wordt. Colon transversum = horizontale Colon descendens = dalende Colon ascendens = stijgende Sigmoid Rectum Aars 3. De voorbereiding op de operatie De nodige onderzoeken worden voorgeschreven door uw behandelende arts. Om de ingreep veilig te laten verlopen, wordt er voorzien dat we kunnen beschikken over een bloedgroepkaartje van ons ziekenhuis, dit moet dus beschikbaar zijn bij de opname. De voorbereiding van de dikke darm is afhankelijk van waar op de darm de ingreep plaats heeft. Indien dit het onderste gedeelte is, zal men 6 uren voor de ingreep u een groot lavement geven. Hierbij wordt ongeveer 1,5 l water met glycerine langs de aars ingebracht. Probeer dit zo goed mogelijk op te 5

houden dan is het resultaat beter. Een uur voor de ingreep geeft men nog een klein lavement (150 ml). Bij een darmingreep die iets hoger op de darm plaatsvindt, geeft men alleen een klein lavement. Bij sommige darmoperaties of wanneer de darm niet goed leeg is, kan het nodig zijn een stoma aan te leggen, hetzij tijdelijk, hetzij definitief. Uw arts kan u hierover meer uitleg geven. Is de kans dat u een stoma krijgt reëel, dan zullen de verpleegkundige u informeren over materialen en verzorging. De dunne darm behoeft geen voorbereiding. Belangrijk: 6 uren voor de operatie mag u niet meer eten of drinken. Tot 24 uur voor de operatie mag u niet meer roken. U zult 2 koolhydraadrijke flesjes mogen opdrinken 4 uur voor de ingreep zodat uw lichaam in een zo goed mogelijke conditie is. Een recent bloedgroepkaart. De operatiestreek wordt onthaard en de navel gereinigd. Alle kledingstukken moeten uit en u krijgt een operatieschort aan. Alle juwelen uit en u krijgt een armbandje met uw persoonlijke gegevens aan. Prothesen uit. Geen make-up en geen nagellak. U mag proberen te plassen. U krijgt zo nodig blauw drankje (lysanxia) om te slapen/ontspannen. U wordt met bed naar de operatiezaal gebracht. 4. Laparoscopische ingreep De ingreep gebeurt onder algemene anesthesie. Als voorbereiding op de ingreep krijgt u een sonde in de maag en in de blaas. Het inbrengen van de sondes gebeurt terwijl u onder verdoving bent. Voordat u slaapt wordt er een epidurale verdoving geplaatst (= een buisjes in uw rug) om gedurende de ingreep en de eerste 24 uur na de operatie uw pijn onder controle te houden. Dit buisje is verwijderd als u terug op de kamer bent. 6

Bij de operatie maakt de chirurg gebruik van een videocamera en speciale instrumenten om een gedeelte van de darm te verwijderen zonder een grote insnede te maken. Een gas wordt in uw buik gebracht om het werkterrein te vergroten. De chirurg voert zijn handelingen uit via een televisiescherm. Welk deel van de darm wordt verwijderd, is afhankelijk van de plaats, de aard en de uitgebreidheid van de aandoening. De darm is nauw verweven met lymfklierweefsel en bloedvaten. Daarom is het dikwijls noodzakelijk dat samen met het ziek stuk darm, het daarmee verbonden lymfklierweefsel en de bloedvaten worden weggenomen. Hij maakt enkele (3 of 4) kleine insneden. Er wordt 1 grotere insnede gemaakt om het stuk darm te verwijderen. Het weggenomen weefsel wordt microscopisch onderzocht om meer informatie te hebben over de aard van de aandoening. Meestal duurt het onderzoek een week. De chirurg zal u zo snel mogelijk de uitslag meedelen en een verdere behandeling met u bespreken indien deze nodig is. Bij een aantal van de operaties kan de chirurg op een probleem stuiten dat hij niet laparoscopisch kan oplossen. Dan is het nodig om op de klassieke manier het stuk darm te verwijderen, ook al was dit niet zo voorzien. 5. Pijnmedicatie Pijnmeting Op de afdeling zal de verpleegkundige naar uw pijn vragen. Het is belangrijk dat uzelf aangeeft hoeveel pijn u ervaart. Denk hierbij aan: kan ik goed slikken, doorademen, hoesten, bewegen, stappen. Dit zijn activiteiten die van belang zijn voor een spoedig herstel. Om een duidelijk beeld te krijgen van uw pijn maakt de verpleegkundige gebruik van een score die gaat van 0 tot 10 (al dan niet gebruikmakend van een latje). 7

0 = geen pijn, ook niet bij hoesten, bewegen, stappen, ademen 3 = normale pijn na een operatie 5 = pijnmedicatie om comfort te verbeteren bij hoesten, bewegen, stappen, ademen 7 = zeer hevige pijn 10 = onvoorstelbare pijn Na toediening van de medicatie vraagt de verpleegkundige nog een aantal keren naar uw pijn. Belangrijk is dat u duidelijk zegt of de pijn meer of minder wordt. Verdere pijnbehandeling wordt mede hierdoor bepaald. Pijn naar schouder of borstkas komt veelvuldig voor bij een kijkoperatie. U heeft niets aan uw ademhaling. Het gas, dat voor de operatie werd ingebracht, stijgt en werkt prikkelend. U meldt dit aan de verpleegkundige. Met pijnmedicatie zal deze pijn geleidelijk afnemen. 6. Na de ingreep De dag na de operatie is er een bloedonderzoek in functie van uw herstelproces. De eerste dagen na de operatie kan de wonde gevoelig zijn. Soms krijgt u ook een maagsonde, die via de neus is ingebracht om overtollig maagvocht te laten afvloeien. Dezelfde avond wordt deze verwijderd. Bij elke darmingreep wordt er een blaassonde geplaatst. Deze wordt de dag na de operatie verwijderd. De operatie en de narcose hebben soms misselijkheid tot gevolg. Ook hiervoor kunt u een middel vragen aan de verpleegkundige. Drinken mag u vlak na de operatie nog niet. U mag wel de lippen bevochtigen of een ijsblokje opzuigen. Drinken kan de dag na de ingreep en eten de dag daarop na advies van de chirurg. Om ervoor te zorgen dat u voldoende vocht krijgt toegediend, hebt u tijdelijk een infuus. Zodra u weer voldoende kan eten en drinken wordt het infuus verwijderd. 8

De eerste keer uit bed komen na een ingreep is steeds een moeilijk moment. Dit gebeurt dan ook in het bijzijn van een verpleegkundige. Na de operatie worden uw bloeddruk en pols opgevolgd. De verpleegkundige kijkt na of alle sondes goed aflopen en/of u koorts of pijn hebt. Mocht u nog andere ongemakken ervaren, meldt u dit best aan de verantwoordelijke verpleegkundige of aan de arts. De wondjes op de buik werden gehecht. De hechtingen worden verwijderd na 8 dagen. In of naast de wonde bevindt zich soms een wonddrain (= buisje), zodat het wondvocht vlot kan aflopen en kan worden gecontroleerd. De wonddrain wordt verwijderd na advies van de chirurg. De aard van de voeding verloopt volgens een bepaald schema. U kunt de maaltijden dan ook bespreken met de diëtiste die dagelijks langskomt. De kinesist komt dagelijks bij u langs om u te helpen goed te ademen. Diep doorademen, bewegen in bed en opzitten zijn goed om uw herstel te bevorderen. 7. Mogelijke verwikkelingen Geen enkele ingreep is vrij van de kans op verwikkelingen. Zo zijn er ook bij deze operatie de normale risico s op verwikkelingen van een operatie zoals nabloeding, wondinfectie, flebitis (aderontsteking), trombose (klontervorming in een ader), longembolie en longontsteking. Als preventie tegen flebitis en trombose krijgen de patiënten boven de 40 jaar dagelijks een inspuiting in de bovenarm. Darmkrampen, de hik, een gespannen buik komen regelmatig voor. Dit komt door de verdoving en is verschillend bij elke persoon. Gun uw darmen de tijd om wakker te worden, zo niet zal de arts instructies doorgeven. Ook een lekkage van de darmnaad (plaats waar de 2 stukken darm aan elkaar zijn gehecht) is een mogelijke, ernstige complicatie. Het geven van antibiotica en soms het aanleggen van een tijdelijk stoma zijn maatregelen om deze complicatie te behandelen. 9

8. Ontslag Een laparoscopische darmingreep maakt meestal een ziekenhuisverblijf van ongeveer 6 dagen noodzakelijk. Dit tijdstip is zeer individueel en wordt tijdig met u besproken. De vermoeidheid die de patiënt thuis ondervindt, wordt vaak onderschat. Wanneer u het rustig aandoet, zult u merken dat u geleidelijk aan meer kunt doen. Gedurende de eerste 3 weken is het best sport en hefwerk van meer dan 5 kg te vermijden om later geen breuk te krijgen. Het hervatten van uw werk is afhankelijk van het soort werk. De wonde behoeft geen speciale verzorging. Het verband dat op de wonde wordt aangebracht, laat u ter plaatse tot u naar de huisdokter gaat om de hechtingen te laten verwijderen. U kunt zich met dit verband gewoon wassen of douchen. Een bad nemen is pas toegelaten een week nadat de hechtingen zijn verwijderd. Meestal hoeft u geen dieet te volgen. Het verwijderen van een deel van de darm kan in het begin wel aanleiding geven tot lossere stoelgang, dit herstelt zich meestal. Controleraadplegingen zijn nodig afhankelijk van de wondheling en de eventuele verdere nabehandeling. 9. Specifieke richtlijnen Thuismedicatie mag worden herstart zodra je een boterham mag eten. Bloedverdunners herstarten op advies van de dokter. De dokter vult op de ontslagpapieren in van: ziekenkas, werk, sociaal verlof, hospitalisatieverzekering Indien u nood heeft aan psychische, pastorale of sociale ondersteuning verwittig dan de verpleegkundige. Tijdig doorgeven om bij uw ontslag opvang te regelen. 10

10. Contactgegevens bij vragen Heeft u bij het doorlezen van de folder toch nog bijkomende vragen? Stel ze dan gerust! U kan de dienst heelkunde 2 contacteren: Tel. 03 380 23 70 Neem ook zeker een kijkje op onze website www.azsintjozef-malle.be. U vindt er o.a. meer praktische informatie terug. Ook voor financiële informatie kan u hier terecht. 11. Persoonlijke notities 11

Opdrachtgever: Lucienne Van Akeren - hoofdverpleegkundige heelkunde 2 VU: Koen Vancraeynest - algemeen directeur Versiedatum: 18 oktober 2016 Algemeen Ziekenhuis Sint-Jozef Malle Oude Liersebaan 4 2390 Malle Tel. 03 380 20 11 azsintjozef@emmaus.be www.azsintjozef-malle.be AZ Sint-Jozef maakt deel uit van de groep Emmaüs