Danny Engels (afgestudeerd in 1977) Er moeten regels zijn, maar laat iedereen zich zoveel mogelijk ontplooien op hun manier en dan geraken ze er ook wel. interview: Wiebe Lepoutre (5 e wetenschappen wiskunde) Danny Engels tijdens het interview, afgenomen op woensdag 17 maart 2010. Contactgegevens: Danny Engels Mandeldreef 32 8800 Roeselare dan.engels@skynet.be Richting: Moderne talen Wiskunde B Wetenschappen B Jaar afstuderen: 1977 Later diploma: Sociaal assistent Beroep: Maatschappelijk assistent (OCMW Roeselare) 1
Het middelbaar onderwijs in het K.A. Waarom heb je voor het Koninklijk Atheneum gekozen? Omdat het Koninklijk Atheneum het logische vervolg was op de kleuterklas en de lagere school. Ik heb altijd in het gemeenschapsonderwijs gezeten, dat toen nog het rijksonderwijs werd genoemd. Dat is ook de reden waarom onze kinderen naar het gemeenschapsonderwijs gaan. Wij hebben ons daar eigenlijk nooit vragen bij gesteld, want dat was al zo van thuis uit. Mijn moeder heeft namelijk ook altijd in het rijksonderwijs gezeten en daarom was het een vrij normale keuze. Welke richting heb je toen gevolgd? Het eerste jaar dat ik in het Koninklijk Atheneum zat, startte men voor de eerste maal met het VSO, of het Vernieuwd Secundair Onderwijs. De zes schooljaren werden toen onderverdeeld in twee observatiejaren, twee oriëntatiejaren en twee determinatiejaren. Iedereen die op school toekwam vanuit het zesde leerjaar van de verschillende scholen zat dus in het eerste observatiejaar. Er waren toen nog heel veel leerlingen, zodat ieder jaar nog eens verder opgedeeld werd in een aantal klassen. Dat kon gaan van klas A tot klas H. Alle leerlingen moesten dan een test afleggen over de leerstof uit het lager onderwijs, en afhankelijk van de resultaten werd je dan in één van die klassen geplaatst. De leerlingen die toen in klas G of H zaten, waren de leerlingen die later hoogstwaarschijnlijk naar het BSO zouden gaan. In het tweede observatiejaar moest je een keuze maken: ofwel ging je naar het TSO, ofwel koos je voor het ASO zoals ik heb gedaan. Vanaf dat moment moest je ieder jaar een keuze maken. Samen met een zestal mensen waarmee ik al van in de kleuterklas en in de lagere school in klas zat, koos ik iedere keer een andere richting wanneer we een nieuwe doorstroomrichting moesten nemen. Het enige dat we toen nooit hebben gevolgd, was de economische richting. Als je daarvoor koos, moest je daarin verder doen en dat zagen we niet zitten. Zo hebben wij in het tweede observatiejaar gekozen voor de richting Wetenschappen-Techniek, zoals dat toen heette. In het eerste oriëntatiejaar volgden we Wetenschappen B Wiskunde B, ingedeeld volgens het aantal lesuren dat je kreeg. In de laatste graad, dus het eerste determinatiejaar, kozen we dan weer voor Moderne Talen. Ik heb dus zowat alle richtingen gevolgd die je maar kon volgen, maar mijn afstudeerrichting heette Moderne Talen Wiskunde B Wetenschappen B. Had je toen ook favoriete vakken? Mijn favoriete vak was eigenlijk Aardrijkskunde. En normaal was het ook mijn bedoeling om daar iets verder mee te doen, om dus later eventueel les te geven. Studeren aan de universiteit zag ik echter niet zitten want dat zou minimum vier jaar zijn. Ik wilde wel nog graag iets verder studeren, dus dan viel mijn keuze op regentaat Aardrijkskunde, dat was toen indertijd nog twee jaar. Mijn leerkracht raadde mij toen het volgende aan: Ofwel studeer je Aardrijkskunde aan de universiteit, ofwel kies je iets anders. Er was toen immers geen werk in het onderwijs, waardoor ik na die twee jaar toch ander werk zou moeten zoeken. Dan heb ik dus een andere keuze gemaakt. Maar Aardrijkskunde bleef nog altijd mijn favoriete vak, dat deed ik het liefst. Ging je eigenlijk graag naar school? Ja, ik heb daar eigenlijk nooit een probleem mee gehad. De laatste drie jaar van het secundair onderwijs ging ik zelfs nog naar de avondschool voor iets anders. Ik deed het dus wel graag. Ik zat ook in een heel toffe klas die heel goed aan elkaar ging. We zaten met maximum 16 leerlingen, enkel als we samen zaten voor de gemeenschappelijke vakken, anders was de groep nog kleiner. Zelfs nu nog, 33 jaar later, komen we om de vijf jaar samen met de afgestudeerden van het jaar 77 om samen met de partners iets te gaan eten. De sfeer zat dus zeker goed op school. 2
En hoe verliep het lesgebeuren toen? Is dat nog steeds hetzelfde als nu of is dat volledig veranderd? Dat is natuurlijk moeilijk te zeggen omdat ik niet precies weet hoe het er nu aan toe gaat in klas. Maar ik veronderstel dat het lesgebeuren min of meer hetzelfde is gebleven. Iedereen had een cursus en er waren ook toetsen en examens zoals nu. In een technische richting is dat weer een ander verhaal, want daar zijn de machines en dergelijke in dertig jaar tijd waarschijnlijk wel veel veranderd. Wat wij vroeger niet hadden, waren bijvoorbeeld de jaarlijkse GWP s (Geïntegreerde Werkperiode). Ook werkjes die over het hele schooljaar lopen, zoals het maken van een minor en een major, kenden wij niet. Zijn er nog bepaalde anekdotes die je jou herinnert? Ik weet niet hoe dat nu juist zit met de leerkrachten, maar in mijn tijd waren de leerkrachten wel te vinden voor een grapje. In onze klas zat het zo in elkaar: we stonden op onze rechten, maar daarnaast beseften we ook dat wie rechten wil, er de plichten ook moet bijnemen. Het moest dus een beetje van beide kanten komen. Maar als je vraagt naar bepaalde anekdotes uit mijn schooltijd, weet ik nog wel een aantal zaken die me zijn bijgebleven: Muziekles was helemaal niet ons ding. We hadden dat maar één uurtje per week, maar toch gingen we er vaak met tegenzin naartoe. Op een dag had iemand uit mijn klas een stinkbommetje meegebracht en juist voordat de leraar binnenkwam, liet hij dat bommetje ontploffen. Onze leerkracht kwam binnen en hij zei simpelweg: Ah goed, ik ga nu eventjes naar buiten, wachten jullie hier maar rustig. En wij zaten dus zelf binnen en hij ging buiten het klaslokaal staan (lacht). Maar dat was natuurlijk niet kwaad bedoeld, de leerkracht kon hier zelf om lachen. Zoals nu waarschijnlijk ook nog het geval is, werd er in mijn tijd soms wel eens kattenkwaad uitgehaald met de leerkrachten. Zo werd er eens een emmer gevuld met water boven een halfgeopende deur geplaatst voordat de leerkracht binnenkwam, en je kunt je al inbeelden wat er toen gebeurde (lacht) 100-dagen werd in mijn tijd nog gevierd op school zelf, met medewerking van de school. In de voormiddag was er zogezegd de proclamatie van de leerkrachten. Die proclamatie werd gehouden in de turnzaal, op een ludieke manier, waarbij de leerkrachten één voor één naar voren moesten komen. De turnleerkracht bijvoorbeeld moest 50 keer pompen. s Middags werd er dan een breugelmaaltijd georganiseerd in school. In de namiddag gingen we op bezoek in brouwerij Rodenbach, in de hoop dat we daar getrakteerd zouden worden (lacht). s Avonds werd er dan een fuif georganiseerd in school zelf, waar zowel de leerlingen van het technische als de leerlingen van het atheneum samenkwamen en plezier maakten. Welke leerkrachten zijn je nog het langst bijgebleven? Ik ken ze nog allemaal, maar mijn leerkracht Aardrijkskunde was toch wel mijn favoriet, vooral ook omdat het mijn lievelingsvak was. Vele van die mensen zie ik ook nu nog regelmatig. Als ik op zondag naar het voetbal ga, zie ik nog vaak mijn leerkracht Dactylo. Het contact met de school is eigenlijk nooit verbroken, omdat mijn kinderen zelf in het Koninklijk Atheneum les volgen of hebben gevolgd, en omdat ik in de schoolraad zit. Je zegt dat je in de schoolraad van het Koninklijk Atheneum zit. Waarom heb je die keuze gemaakt? Eigenlijk heb ik zelf niet echt gekozen om in de schoolraad te gaan. Op een bepaald ogenblik werd er aan de ouders van de leerlingen gevraagd of iemand zich kandidaat wilde stellen. Vanaf het moment 3
dat onze zoon Simon in de Kijkuit in Moorslede zat, ben ik in de schoolraad gegaan. Natuurlijk is het leuk om te weten hoe de school functioneert waar je eigen kinderen les krijgen. En ben je van plan om in de schoolraad te blijven als Simon eind dit schooljaar is afgestudeerd aan het Koninklijk Atheneum? Ik ben van plan om in de schoolraad te blijven tot er opnieuw verkiezingen zijn voor een nieuwe schoolraad. Deze verkiezingen vinden telkens plaats om de vier jaar en de laatste verkiezing dateert van vorig schooljaar. Ik zal er dus waarschijnlijk binnen drie jaar uitstappen, tenzij er natuurlijk onvoldoende kandidaten zijn. Dan zal ik uiteraard niet als ouder in de schoolraad kunnen zitten maar wel als gecoöpteerd lid vanuit socio-culturele middens. Op die manier blijf je ook het contact bewaren met de school. Zou je andere mensen aanraden om hun kinderen naar het Koninklijk Atheneum te sturen? Jazeker, we doen dat al sinds onze kinderen daar zelf naar school gaan, het is een bewuste keuze. Ik zie niet in waarom het atheneum zo n slechte naam heeft. Ik vind niet dat het KA moet onderdoen voor bijvoorbeeld het College, net zoals het KTA niet moet onderdoen voor het VTI. Maar je hebt mensen die gewoon de school het dichtst bij hun huis kiezen, als dat nu vrij onderwijs, stedelijk onderwijs of gemeenschapsonderwijs is. Het is dan voor het gemak. Wij hebben zelf de keuze gemaakt om naar het GO te gaan, ik heb nooit iets anders geweten. Bij ons op het werk komt het merendeel van de werknemers uit het vrij onderwijs, maar ik heb nog nooit het gevoel gehad dat ik minder ben of dat ik minder kende als ik daar begon te werken dan die andere mensen, dus waarom zou je dan niet naar het gemeenschapsonderwijs gaan? Zo slecht kan het niet geweest zijn. Wij gaan de keuze voor het gemeenschapsonderwijs altijd verdedigen. Toch wordt deze keuze veelal aangevallen en dat is jammer. Een paar jaar geleden werd ik vanuit de schoolraad nog opgebeld door de directeur en hij vertelde me dat er inspectie was op school. Het was dan altijd dezelfde discussie: Hoe komt het dat er hier zo weinig leerlingen zitten? En in het College hebben ze er wel zoveel! Als er over het atheneum altijd maar slecht wordt gepraat, is het logisch dat mensen eerder geneigd zijn om hun kinderen naar een school als het College te sturen. Het begint uiteraard al van kleins af aan. Als er veel kinderen zijn in de basisscholen van het gemeenschapsonderwijs, is er ook hoop dat velen van hen zullen doorstromen naar het middelbaar onderwijs. Nu is er inderdaad een duidelijke groei te zien in de kleuterklas. Na het middelbaar Wat heb je na het Koninklijk Atheneum gedaan? Ik heb een opleiding Sociaal assistent gevolgd in Kortrijk (Hiepso). Dat was dan nog drie jaar eens studeren. Daarna ben ik dus als sociaal assistent aan de slag gegaan in het OCMW in Roeselare, waar ik deze zomer al 30 jaar werk. Waarom dan toch dat beroep en geen leerkracht Aardrijkskunde? Omdat sociaal assistent er altijd al een beetje heeft ingezeten. Als ik op het moment dat ik afstudeerde de mogelijkheid had om Aardrijkskunde te studeren, zou ik dat gedaan hebben. Maar zoals ik eerder al heb verteld: als je vooraf al weet dat je eerst twee jaar moet studeren om dan achteraf toch geen werk te vinden en iets anders te moeten doen, kun je beter al meteen een andere studiekeuze maken. Wil je kort iets vertellen over je privé-leven? Jazeker. Ik ben gelukkig getrouwd met Caroline Oosthuyse in het jaar 86. We hebben 2 kinderen: Sarah van 90 en Simon van 92. 4
We hebben enorm veel bezigheden. Ik zit in de schoolraad van het KA en in de raad van bestuur van de mutualiteit Bond Moyson, waarvan ik geregeld vergaderingen moet bijwonen. Ik ben ook nog secretaris van de gehandicaptenvereniging van de Bond Moyson (VFG), dus daarvan moet ik de administratie in orde brengen, eens een reisje organiseren, ervoor zorgen dat alle activiteiten in orde zijn, enzovoort. Ook op het werk zit ik vaak met verplichtingen s avonds, dus zijn er veel avonden dat ik niet thuis ben. Mijn vrouw heeft eveneens een job in de socio-culturele wereld, waardoor er veel activiteiten zijn die enkel s avonds kunnen doorgaan omdat mensen dan maar vrij zijn. Ook zij moet vaak vergaderingen bijwonen of zelf een voordracht geven. Je kunt dus wel geloven dat we soms blij zijn als er eens een weekend is dat we niet weg moeten. Maar uiteraard is dat een keuze die je zelf maakt. Heb je tussen die vele vergaderingen door nog tijd voor andere bijzondere hobby s? Ik ben jaren supporter geweest van Club Roeselare (1 e provinciale), maar op het moment van de fusie met de Sportkring Roeselare (SK) tot SV Roeselare ben ik daarmee gestopt. Zo n tien jaar geleden is Club Roeselare dan opnieuw op zichzelf gestart en sindsdien ga ik weer kijken. Maar in dat opzicht kan je ook het secretariaat van een vereniging als een hobby beschouwen, want ik heb daar zelf voor gekozen. Daarnaast kan ik mij ook wel bezighouden met muziek of geniet ik ervan om eens goed te gaan eten met mijn vrouw (lacht). Maar veel tijd voor andere hobby s, zoals muziekspelen of het verzamelen van postzegels, dat zit er voor mij niet in. Visie op geluk Wat vind je belangrijk in het leven? Als je een keuze maakt, bijvoorbeeld om samen te gaan wonen of om te trouwen, dat alles loopt zoals het moet. Als je dan kinderen hebt, dat je ziet dat zij ook vooruit willen, maar dat heb je natuurlijk niet altijd zelf in de hand. En als je werkt, dat er werk is dat je een beetje graag doet. Dus dat vind ik wel belangrijk. Wat betekent voor jou geluk? (denkt lang na) Je hebt de moeilijkste vragen voor het laatst gehouden zeker? (lacht) Dat hangt natuurlijk een beetje samen met wat ik juist verteld heb. Voor mij is geluk het feit dat wanneer alles waar je mee bezig bent, goed gaat, en dat je dan naast het werk ook nog eens kan ontspannen (op reis gaan, uit eten,...). Heb je een goede raad voor jongeren in verband met hun studies? Doe iets dat je graag doet, maar kijk ook een beetje of je daar iets mee kan aanvangen in de toekomst. Probeer datgene dat je wilt doen tot een goed einde te brengen, meer kan ik daar niet aan toevoegen. Ik zeg dat ook tegen mijn kinderen: wat je doet is minder belangrijk, probeer het vooral goed te doen, zodat je toch ergens een basis hebt voor later. Je kunt evengoed gaan stempelen, maar als je een gezin moet onderhouden met een vervangingsinkomen hoewel geld uiteraard niet het allerbelangrijkste is is dat ook niet eenvoudig. Welke waarden heb je van de school meegekregen? Laat iedereen zichzelf zijn, je moet mensen geen dingen opleggen. Er moeten regels zijn, maar laat iedereen zich zoveel mogelijk ontplooien op hun manier en dan geraken ze er ook wel. 5
Heb je hier zelf nog iets aan toe te voegen? Wat ik ook zeer belangrijk vind, is dat de mensen die in het KA hebben gezeten of die daar nog zitten, hun visie ook aan anderen duidelijk maken. Durven zeggen dat het atheneum jouw keuze is en dat je daar achter staat. Wat iemand anders daarvan denkt doet er niet toe, het is bij ons even goed als ergens anders. Dit was het ongeveer. Bedankt voor de medewerking. 6