Dr.W.Dechering 1 Samenvatting In dit rapport wordt vastgesteld hoeveel vliegtuigen in 2015 onder de 609 meter vliegen, gemeten op meetpunt mp220 te Sassenheim. Het zijn dalende toestellen, om dit te bepalen, is met behulp van de weergegevens van het KNMI voor Schiphol, de windrichting gekoppeld aan de gegevens van Sensornet voor dit meetpunt ; vervolgens zijn de dagen met noordelijke windrichtingen geidentificeerd voor het inperken van de dalende vliegtuigen.voor de uiteindelijke selectie is verder vanuit alle vliegtuigbewegingen die jaarlijks geregistreerd worden alleen gekeken naar de toestellen met transponder gegevens, waardoor kenmerken als hoogte en andere variabelen betrouwbaar vastgesteld kunnen worden.voor de matching zijn aparte tijdsvariabelen als jaar, maand, dag, uur en minuten aangemaakt. Na vaststelling van het aantal laagvliegers in Sassenheim is gekeken of deze vliegtuigen terug te vinden bij hun eerdere overkomst bij andere meetpunten uit het Sensornet. Na matching is nagegaan op welke hoogten men op de verschillende meetplekken vloog. Het bleek dat veel vliegtuigen die laag binnen kwamen in Sassenheim (vaak meer dan 50%) op een grote afstand van Schiphol al beneden de 650 meter vlogen.
2 Het probleem 1 Officieel geldt dat vliegtuigen op een hoogte van 2000ft ofwel 609 meter moeten vliegen als ze zich buiten het benaderingsgebied van Schiphol bevinden. Wanneer we het aantal vliegtuigen nagaan dat geregistreerd wordt op het meetpunt mp220 van de Smirnoffstraat te Sassenheim voor 2015 dan zijn de aantallen als volgt. Er worden voor alle jaren een aantal van 10.855 vliegtuigen beneden de 609 m gevonden; in 2015 worden 61403 vliegtuigbewegingen vastgelegd; hiervan zijn er 26053 waarvan de transpondergegevens bekend zijn. voor 2015 zijn er 12026 dalende vliegtuigen waarvan de transponder gegevens bekend zijn. Dat betekent dat van ieder vliegtuig het toestel, de hoogte en passeerafstand bekend zijn. In het systeem van sensornet wordt geen onderscheid gemaakt tussen dalende of stijgende vliegtuigen. Vliegtuigen die dalen en koers zetten bijv. naar de Kaagbaan doen dat tegen de wind in, dwz. als de wind uit noordelijke richting komt. Door de weergegevens van het KNMI gemeten op Schiphol te koppelen aan de sensor-data kunnen we vaststellen op welke dagen de wind uit noord-noordoostelijke richting komt en daarmee de dalende vliegtuigen van de opstijgende scheiden. van belang is vast te stellen wat noordelijke richting inhoudt; daarvoor is de wind tussen 0 graden en 135 graden genomen en die tussen 315 en 360. Zie windroos 1 Bij de analyse werd gebruikt gemaakt van de data van het Sensornet; van belang waren ook de gesprekken met K. Vonders over regelingen mbt. de luchtvaart, waarvoor hij speciaal bedankt wordt en de kritische commentaren van Dhr.J.Edens,die verwerkt zijn in de tweede versie
3 Voor oriëntatie staan hierboven de banen op Schiphol aangegeven. Bij Noorderwind kan gedaald worden op drie banen: Zwanenburgbaan,de Aalsmeerbaan,en de Kaagbaan. Ook bij Noordoosten wind kan de Kaagbaan gebruikt worden. In totaal worden er in 2015 26.521 dalende toestellen gemeten; hieronder zijn 12026 transponder bekende vliegtuigen waarvan er 2174 beneden de 609 meter vliegen. Om vliegtuigen als bijv. helicopters die op een hoogte veel lager dan 609 meter kunnen vliegen uit te schakelen is als benedengrens 400 meter aangehouden: het aantal laagvliegende vliegtuigen komt dan uit op 2163 ofwel bijna 18%! De vraag is waarom vliegen zoveel vliegtuigen al op zo n lage hoogte terwijl ze nog zover van Schiphol verwijderd zijn? Zijn ze net boven Sassenheim op die hoogte gaan vliegen of is dat al eerder het geval? Als vliegtuigen boven Katwijk ons land binnenvliegen zitten ze dan op een normale hoogte of zitten ze daar al laag? De speurtocht naar de plaatsen waar ze vandaan kunnen komen is vrij ingewikkeld. Want er tal van routes waarlangs
vliegtuigen in hun route over Sassenheim vandaan kunnen komen.we zullen eerst even bij dit probleem stil moeten staan. 4 Speurtocht : waar komen ze vandaan op hun route langs Sassenheim? Een eerste beeld van mogelijke routes wordt verkregen via de zgn. tracks die de routes aangeven en die door BAS worden gerapporteerd voor verschillende dagdelen. Hieronder wordt het patroon weergegeven voor een dagdeel dwz.de avonduren tussen 18.00 en 23.00 van maandag 14 maart waarbij men noordelijke wind had. in het groen staan de trajecten van inkomende vliegtuigen.
5 Ingezoomd op de kluwen is duidelijk te zien dat de vliegtuigen uit het westen =Noordwijk komen, verder twee stralen Oegstgeest en Leiden en invoegers die vanuit het oosten en zuiden via Leiderdorp, Nieuwkoop in een waaier binnen komen.
6 Tenslotte willen we nog een aantal plaatjes van tracks laten zien die aangeven dat in de praktijk tal van afwijkende patronen zich kunnen voordoen. Eerst twee plaatjes die laten zien dat vliegtuigen soms in een wachtroute terecht komen en dan heen en weer over hetzelfde gebied vliegen, wat tweemaal of meer dezelfde registratie van het vliegtuig op een meetpunt kan geven. Dit illustreert het feit dat we bij deze analyses geen totale zekerheid hebben over het aantal vliegtuigen of het aantal vliegbewegingen dat gevonden wordt. Een ander probleem is dat soms het groene traject van de dalers op dezelfde dag dicht langs het bauwe traject van de stijgende vliegtuigen ligt. Om deze laatste situatie van elkaar te onderscheiden is het zaak om goed de hoogtes waarop gevlogen wordt van elkaar te onderscheiden. Het probleem echter is dat bij de matching-fase wanneer de vliegtuigen uit de verschillende meetpunten met elkaar vergeleken worden op naam, maar ook maand en dag, uur en soms minuut dit onderscheid niet mogelijk is en daarom achteraf gekontroleerd moet worden.
7 Het probleem van waar komen de vliegtuigen vandaan laat zien dat het een groot aantal plaatsen betreft die rond Sassenheim liggen. We zullen daarom gebruik gaan maken van de verst gelegen meetpunten als Noordwijk, mp231; Leiden mp149 en mp139, Clinckenburgh, mp128 en Lange Voort, mp147 in Oegstgeest, Nieuwkoop mp262, en Leimuiden, mp422. De vliegtuigen die op die punten geregistreerd zijn zullen gematcht moeten worden met de 2163 uit Sassenheim.We zullen de manier waarop de matching is gebeurd hieronder eerst toelichten voordat we na de resultaten gaan kijken. Het probleem van matching. Hoe kunnen de 2167 vliegtuigen uit Sassenheim gematcht worden met de vliegtuigen uit de andere meetpunten? Normaal zou je kunnen zeggen we hebben de dagen waarop een vliegtuig langskomt en het type toestel of zijn vliegnummer dus match die gegevens uit de twee bestanden die gekoppeld worden. Het probleem is echter dat een vliegtuig in de ochtend maar ook in de middag of avond langs kan komen. Omdat je alleen op dag en type matcht, worden dan totaal verschillende vluchten aan elkaar gekoppeld, de ochtend vlucht aan de avond vlucht of andersom. Om dit soort problemen te vermijden is gematcht op maand, dag, en uren en radarinformatie waarin gegevens over het type vliegtuig en airline wordt vastgehouden. Deze procedure levert een eerste goede matching op. Maar het gaat mis met de gevallen waarin het vliegtuig net 5 min voor het uur op de ver verwijderde plaats langskomt en net 4 min over het uur bij Sassenheim. In de procedure
van matching zijn deze gevallen dicht bij het uur apart nagelopen wat resulteerde tot een iets groter aantal matchings dan bij de eerste matching op uren. 8 Resultaten voor de matching bij de verschillende meetpunten. Er zijn een groot aantal meetpunten van het sensoren die voor de verdere analyse in aanmerking komen (zie bijgaande kaart) Noordwijk In Noordwijk bij het meetpunt mp231(alk) worden 9611 transponder gevallen in 2015 geregistreerd, hiervan worden 594 toestellen teruggevonden die ook later over Sassenheim zullen vliegen. In de matching vinden we 610 toestellen zonder uren, en 594 met uren. Analyse van het verschil hangt samen met de matching op uren. Er zijn 16 gevallen die net voor het uur zitten bij Noordwijk en net over het uur bij Sassenheim. In totaal is 610 dus het goede aantal. Hiervan zitten 242 al beneden de 609 m in Noordwijk, dus rond 40% van de 610 komt al te laag het land binnen, terwijl 12,5% tussen de 609 en 650 meter vliegt en dus snel op de lage hoogte van 609 m kan uitkomen. Dat iets over de 50% van de vliegtuigen bij binnenkomst in Nederland in Noordwijk al zo laag zit is reden voor grote ongerustheid over het beleid van lvnl. Het is nergens voor nodig om al zo lang en zo laag te gaan vliegen. Het andere meetpunt in Noordwijk is mp178 (Voorstraat). Er zijn19324 passages in 2015. Van 9206 zijn transponder-gegevens bekend waardoor 582 vliegtuigen teruggevonden worden.
9 Het aantal dat daar onder de 609 meter vliegt is 265 (45%); dus iets meer dan op mp231. Het aantal onder de 650 meter is 78 extra ofwel in procenten een toename van 13%. Ook is hier is zo n 58% laagvliegend. Oegstgeest Hierbij zijn twee meetpunten nl mp128, de Clinckenburgh waar veel vliegtuigen die over de Noordzee vanuit het westen overkomen en het punt mp147, de Lange Voort, die veel vliegtuigen heeft die verder vanuit het zuiden komen. Bij de Clinckenburgh waar 54.226 passages geregistreerd worden, waarvan 19.812 als transponder bekend zijn, vinden we 1391 gevallen terug ofwel 64% van het aantal in Sassenheim. Van deze 1391 vliegt 48% reeds onder de 609 meter terwijl 9% net onder de 650 meter zit. Bij elkaar ook weer boven de 50%. Het meetpunt Lange Voort telt 33.342 passages waarvan12.304 bekend zijn en heeft 981 matches. Hiervan zitten er 628 (29%) onder de 609 m en nog eens 9% net onder de 650 meter. Leiden Hier zijn een drietal aantal meetpunten ten beginnen met het meest westelijke mp139 (Groene Maredijk), gevolgd door m149(valkenpad). en mp141(regenboogpad). Bij mp139 zijn er 28.735 passages met 11.784 bekende vliegtuigen; hiervan worden 955 gematcht. Onder 609 meter zitten er op dat moment 576 en nog eens 114 net onder de 650 meter. In percentages is dit resp. 26.5% en 5%.Bij elkaar net iets meer dan 31%. Voor Valkenpad vinden we 10.474 bekende vliegtuigen uit 27.469 passages. Hiervan worden 203 gematched; 136 resp. 28 zitten onder 609 en 650 meter, ofwel 6% resp. 1%.Bij elkaar 7%. Voor het Regenboogpad zijn de getallen 33.959 passages waarvan 13.561 bekend zijn. teruggevonden worden 927 vliegtuigen, waarvan 695 (43%) en 123 (6%) resp. onder 609 meter en net 650 meter zitten.bij elkaar bijna vijfftig procent (49%). Leimuiden Een apart geval is het meetpunt mp422 (Kaag). Het is meegenomen hoewel het misschien dichterbij Schiphol ligt dan het punt in Sassenheim en de vliegtuigen dus na het punt van Sassenheim er langs moeten komen, maar gezien de bijzondere landingstracks kan het ook voor komen dat een vliegtuig de Kaag passeert komende uit het Noorden en dan naar rechts wegdraait boven Warmond om via Sassenheim de daling te gaan inzetten. (zie kaart volgende bladzij) In totaal passeren 34.572 vliegtuigen de Kaag, waarvan 32.835 bekend zijn. Er worden 1609 vliegtuigen teruggevonden, waarvan 1595 onder de 609 m en 7 onder de 650 meter zitten. Gezien het grote aantal matches zullen we nagaan hoe het tijdverschil is en korresponderende hoogte van de vliegtuigen in beide plaatsen. We hopen op deze wijze
10 het verschil in dalende en startende vliegtuigen te bepalen.we hebben de indruk dat ongeveer xx vliegtuigen stijgend zijn of via de noordelijke route naar Sassenheim gaan.. de rest komt via Sassenheim binnen Nieuwkoop Tenslotte een laatste check of een soortgelijke situatie als op de Kaag ook voorkomt mbt. Nieuwkoop meetpunt mp262, Meerewijk. We vinden inderdaad een beperkt aantal vliegtuigen terug bij Leimuiden In totaal 28 waarvan een deel inderdaad eerder Sassenheim aandoet maar een deel later. Er zijn 10 dalers en 8 starters,dwz. ze zitten hoog boven Nieuwkoop en kwamen van een laag nivo in Sassenheim. De dalers zitten al laag in Nieuwkoop, dwz. 8 onder 609 meter en 2 nog eens net onder de 650 meter en blijven laag boven Sassenheim (zie tabel hieronder) Naar hoogtenivo s is het beeld als volgt:in de tabel staan de gematchte vliegtuigen dus die in sassenheim allemaal onder de 609 meter zitten, op hun hoogte gemeten bij ieder
meetpunt.te zien valt dat heel weinig vliegtuigen boven de 1000 meter zitten bij dit eerdere meetpunt. 11 Tabel van hoogten in meters 400-609 % onder 609m 610-650 % 610-650 651-699 700-999 1000-1499 1500-1999 boven 650m % boven 650m noordwijk mp231 242 40% 76 12% 94 175 21 2 292 48% m178 265 46% 78 13% 85 134 18 237 41% Oegstgeest mp128 Clinckenburg mp147 Lange Voort Leiden mp139 Groene Maredijk mp149 Valkenpad mp141 Regenboog pad Leimuiden mp262 Kaag Nieuwkoop mp422 Meerewijk 1030 74% 188 14% 102 67 3 1 173 12% 628 63% 121 12% 117 125 4 1 247 25% 576 61% 114 12% 102 148 4 2 256 27% 136 67% 28 14% 18 17 3 1 39 19% 695 75% 123 13% 66 38 4 1 109 12% 1595 99% 7 0% 2 2 3 7 0% 8 44% 2 11% 0 2 3 3 8 44% Konklusie Van de meetpunten die ver van Sassenheim liggen zoals Noordwijk en Leiden worden percentages van in de 40% gevonden die onder de 609 meter zitten; en iets meer dan 50% voor de hoogte van 650 meter. Dit geeft jaarlijks een enorme geluidsoverlast die makkelijk vermeden kan worden wanneer beter toegezien zou worden dat vliegtuigen pas binnen het benaderingsgebied van schiphol op deze minimale hoogte van 609 meter gaan vliegen. Hier ligt een directe taak voor de LVNL, die veel winst voor de omwonenden kan opleveren.