Sectorplan 21 Metaalafvalstoffen

Vergelijkbare documenten
sectorplan 21 Metaalafvalstoffen

sectorplan 21 Metaalafvalstoffen

Sectorplan 7 Afval van energievoorziening

Sectorplan 24 PCB-houdende afvalstoffen

Sectorplan 19 Kunststofafval

Sectorplan 14 Verpakkingsafval

Sectorplan 29 Batterijen

Sectorplan 3 Restafval van handel, diensten en overheden

Sectorplan 8 Afval van verlichting

Sectorplan 26 Kabelreststoffen

Sectorplan 2 Procesafhankelijk industrieel afval

sectorplan 19 Kunststofafval

Sectorplan 4 Afval van onderhoud van openbare ruimten

Sectorplan 12: Metalen

sectorplan 14 Verpakkingsafval

Sectorplan 15 Wit- en bruingoed

sectorplan 27 Industrieel afvalwater

sectorplan 2 Procesafhankelijk industrieel afval

sectorplan 30 Accu s

sectorplan 8 Afval van verlichting

Sectorplan 11 Auto-afval

Voor deze afvalstoffen Batterijen, accu s Sectorplan 13: Batterijen en accu s Shredderafval dat ontstaat bij het shredderen van autobanden

sectorplan 32 Overige gevaarlijke afvalstoffen

Sectorplan 32 Overige gevaarlijke Afvalstoffen

sectorplan 3 Restafval van handel, diensten en overheden

Verpakkingen algemeen bestaat uit gescheiden ingezameld verpakkingsafval en via nascheiding als aparte fractie verkregen verpakkingsafval.

sectorplan 18 Papier en karton

Productspecificatie AEC-bodemas, Verbrandingsassen en Slakken

drukhouders Sectorplan 70: CFK s, HCFK s, HFK s en halonen Beleidskader

Sectorplan 6 Reststoffen van Afvalverbranding

De minimumstandaard voor het be- en verwerken van restafval van bedrijven is verbranden als vorm van verwijdering.

sectorplan 15 Wit- en bruingoed

sectorplan 11 Auto-afval

sectorplan 11 Auto-afval

Sectorplan 64: PCB-houdende afvalstoffen Sectorplan 82: Kwikhoudend afval

sectorplan 1 Huishoudelijk restafval

Ontwerpversie Pagina 1 van 5

(Voorlopige) verwijdering Uitvoer voor storten is op grond van nationale zelfverzorging in beginsel niet toegestaan.

(Voorlopige) verwijdering Uitvoer voor storten is op grond van nationale zelfverzorging in beginsel niet toegestaan.

sectorplan 10 Specifiek ziekenhuisafval

(Grof) huishoudelijk restafval is afval dat overblijft bij particuliere huishoudens nadat specifieke deelstromen gescheiden zijn aangeboden.

Sectorplan 26: Sectorplan 32: Cellenbeton

De minimumstandaard voor het be- en verwerken van shredderafval is thermisch verwerken.

Sectorplan 22 Ernstig verontreinigde grond

sectorplan Ernstig verontreinigde grond

Sectorplan 31 Oplosmiddelen en Koudemiddelen

Sectorplan 17 KCA/KGA en Chemicaliënverpakkingen

De minimumstandaard voor het be- en verwerken van gescheiden ingezameld textiel is nuttige toepassing in de vorm van materiaalhergebruik.

sectorplan 6 Reststoffen van afvalverbranding

(Voorlopige) verwijdering Uitvoer voor storten is op grond van nationale zelfverzorging in beginsel niet toegestaan.

Sectorplan 9 Organisch afval

Sectorplan 33 Zuren, basen en metaalhoudende afvalwaterstromen

Sectorplan 5 Afval van waterzuivering en waterbereiding

Sectorplan 34 Fotografisch afval

Schema voor het bepalen van de meldplicht aan het LMA: voor toezichthouders, d.d. 6 juni 2016

sectorplan 31 Oplosmiddelen en koudemiddelen

Landelijk afvalbeheerplan Deel 2 Sectorplannen Deel 3 Capaciteitsplannen

sectorplan 9 Organisch afval

(Voorlopige) verwijdering Uitvoer voor storten is op grond van nationale zelfverzorging in beginsel niet toegestaan.

Voor deze afvalstoffen Accuzuur Sectorplan 13: Batterijen en accu s. Vast en pasteus oliehoudend afval Sectorplan 63: Overig oliehoudend afval

sectorplan 33 Zuren, basen en metaalhoudende afvalwaterstromen

sectorplan 33 Zuren, basen en metaalhoudende afvalwaterstromen

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het besluit. betreffende de Wet milieubeheer. voor de inrichting. G. Hindriks, Oosterwijk WZ 24 H te Nieuw-Dordrecht

Landelijk afvalbeheerplan

OMGEVINGSVERGUNNING BEPERKTE MILIEUTOETS

LANDELIJK AFVALBEHEERPLAN

Landelijk afvalbeheerplan (LAP)

Sectorplan 77: Sectorplan 76:

Sectorplan 23 Oliehoudende afvalstoffen

Sectorplan 16 Explosieve afvalstoffen en drukhouders

OMGEVINGSVERGUNNING BEPERKTE MILIEUTOETS

sectorplan 17 KCA/KGA en chemicaliënverpakkingen

sectorplan 17 KCA/KGA en chemicaliënverpakkingen

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WET MILIEUBEHEER VOOR NV AREA REINIGING TE HOOGEVEEN

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

De minimumstandaard voor het be- en verwerken van halogeenhoudende afgewerkte olie is nuttige toepassing met hoofdgebruik als brandstof.

sectorplan 34 Fotografisch afval

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Sectorplan 71: Beleidskader. Sectorplan 71: Beleidskader

Ontwerpversie. ONTWERP Landelijk afvalbeheerplan Bijlagen. Directoraat-Generaal Milieu Directie Duurzaam Produceren Afval en ketens

sectorplan 16 Explosieve afvalstoffen en drukhouders

Wubben Oliebewerking BV Postbus BN ROOSENDAAL. Melding ex artikel 8.19 Wet milieubeheer.

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Uw brief/mail van Uw kenmerk Bijlage Verzenddatum juni 2015

Gasflessen en overige drukhouders LPG-tanks In beslag genomen munitie Sectorplan 46: Munitie Evenementen-, theater- en consumentenvuurwerk

12 Toetsingskader in- en uitvoer

Nieuwe IPPC-installaties vanaf januari 2013

sectorplan Oliehoudende afvalstoffen

OMGEVINGSVERGUNNING BEPERKTE MILIEUTOETS

Het beleid voor bij het ontkwikken van actief kool vrijkomend metallisch kwik is opgenomen in sectorplan 82 van het LAP.

Aanvulling aanvraag omgevingsvergunning ITR, Weverstraat 6a te Uden

Beleidskader. Beleidskader

Onderstaand overzicht omvat afvalstoffen die overeenkomsten vertonen met de afvalstoffen in dit sectorplan, maar niet vallen onder dit sectorplan.

Het onderdeel Milieu, omgevingsvergunning beperkte milieutoets (OBM) is aangevraagd.

Voor deze afvalstoffen zie Spuitbussen Sectorplan 43: Verpakkingen van overige gevaarlijke stoffen

16 februari Landelijk afvalbeheerplan (LAP) Tekst na eerste wijziging. In werking vanaf 25 maart Bijlagen

Toelichting bij de sectorplannen

Inzamelaars, afvalstoffenhandelaars of -makelaars

Afval is een Keus. Scheiding en nasortering Grof huishoudelijk (rest)afval. NVRD Regio Noord Nederland 20 juni Definities

Branchetoezichtsplan Schrootbedrijven

Transcriptie:

Sectorplan 21 Metaalafvalstoffen 1 Achtergrondgegevens 1. Belangrijkste afvalfracties Ferro en non-ferro metaalafvalstoffen 2. Belangrijkste bronnen Metaalindustrie, huishoudens en bedrijven 3. Aanbod in 2000 (in Nederland) 1.750 kton 4. % nuttige toepassing in 2000 74% 5. % verwijdering in 2000 26% 6. Verwacht aanbod in 2006 1.870 kton 7. Verwacht aanbod in 2012 2.010 kton 8. Bijzondere kenmerken Eural 02.01.10, 12.01.01/02/03/04, 12.01.13, 15.01.04, 16.01.17, 16.01.18, 16.08, 17.04, 19.01.02, 19.10.01, 19.10.02, 19.12.02, 19.12.03 en 20.01.40. 2 Afbakening sectorplan In dit sectorplan is het beleid uitgewerkt voor ferro en non-ferro metaalafvalstoffen. Het betreft metalen in het afvalstadium en (grotendeels uit metalen bestaande) vaste afvalstoffen, zoals (metaal)schroot, roestvast staal, restanten zink, aluminium, koper, lood en legeringen, metaalstof, edele metalen en katalysatoren. Naast het beleid voor metaalafvalstoffen is in dit sectorplan aandacht besteed aan twee specifieke stromen: metaalafvalstoffen met aanhangende olie of emulsie. Dit zijn verspaningen (zoals draaisels en boorsels) van verschillende metalen met aanhangende vloeistoffen zoals boor-, snij-, slijp-, walsolie of koelemulsies, maar ook fijn metaalbewerkingsafval zoals hamerslagslib en oliehoudend fijn slijpafval. Dit metaalafval komt voornamelijk vrij bij de metaalbewerkende industrie. metalen ondergrondse opslagtanks. In onderstaande tabel is aangegeven in welke sectorplannen andere dan de hiervoor genoemde metaalhoudende afvalstromen aan de orde komen.

Voor deze stromen... zie deze sectorplannen huishoudelijk restafval 1 huishoudelijk restafval HDO- restafval 3 HDO-restafval drinkwaterslib 5 afval van waterzuivering en bereiding reststoffen van AVI s, DTO s en slibverbrandingsinstallaties 6 reststoffen van afvalverbranding autowrakken vóór shredderen 11 autoafval straalgrit 13 bouw- en sloopafval (verf)blikken en spuitbussen 14 verpakkingsafval en 17 KCA/KGA en chemicaliënverpakkingen wit- en bruingoed 15 wit- en bruingoed drukhouders, zoals lpg-tanks 16 explosieve afvalstoffen en drukhouders oliefilters en afgetapte olie 23 oliehoudende afvalstoffen PCB-bevattende apparaten en oliehoudende spoelvloeistoffen van PCB-bevattende apparaten 24 PCB-houdende afvalstoffen kabels 26 kabelreststoffen batterijen 29 batterijen accu s 30 accu s arseensulfideslib en kwikhoudend afval 32 overige gevaarlijke afvalstoffen metaalhoudende filterkoeken 33 zuren, basen, etc fotografisch afval, zoals röntgenfilm 34 fotografisch afval shredderafval dat resteert na afscheiding van metalen 25 shredderafval Voor metaalhoudende afvalstoffen die hiervoor niet zijn genoemd, zoals (zware) metalenhoudende slibben en sludges, niet zijnde fijn metaalbewerkingsafval, wordt verwezen naar het beleidskader. 3 Beleid Het beleid voor metaalafvalstoffen is gericht op het bevorderen van materiaalhergebruik. 3.1 Preventiemogelijkheden De mogelijkheden voor preventie in de metaalverwerkende industrie zijn overwegend kwalitatief van aard. Daarbij gaat het om het voorkomen van verontreiniging van metaalafvalstoffen met andere materialen, zoals olie en emulsies. In de preventie-factsheet Voorkomen van milieuvervuiling door koelsmeeremulsies van Stimular en het rapport Olie en metaalkrullen, scheiding en verwijdering (TAUW 1995) zijn mogelijkheden aangegeven, voor de afvalstoffen en situaties waarop de rapporten betrekking hebben, om dergelijke verontreinigingen te voorkomen. Het gaat dan om zaken als droog verspanen en het gebruik van precisiedoseerapparatuur. Ook het Werkboek milieumaatregelen metaal- en elektrotechnische industrie (1998), bevat mogelijkheden om het ontstaan van metaalafvalstoffen te beperken. Vergunningverleners kunnen gebruik maken van de suggesties in de hiervoor genoemde documenten bij het formuleren van concrete voorschriften in de vergunningen. 3.2 Be- en verwerken In de huidige praktijk worden vrijwel alle metaalafvalstoffen als materiaal hergebruikt. Dit hangt samen met de doorgaans positieve waarde van metaalafvalstoffen. Metaalafvalstoffen worden veelal meerdere malen doorverkocht en komen dan uiteindelijk terecht bij schroothandelaren, shredders en metaalsmelterijen. IJzerhoudende metaalafvalstoffen, zoals ijzer- en staalschroot, gietijzerschroot en roestvast-staal, worden ingezet bij de productie van ijzer en staal. Non-ferro metaalafvalstoffen zoals restanten zink, aluminium, koper, lood en legeringen van dergelijke non-ferro metalen, slakken, assen, metaalstof, edele metalen en katalysatoren worden ingezet in smelt- en gietinstallaties die doorgaans in één metaalsoort gespecialiseerd zijn.

Het Besluit opslaan in ondergrondse tanks uit 1998 stelt voorschriften aan het uit de bodem halen en onklaar maken van ondergrondse opslagtanks die niet meer worden gebruikt voor de opslag van vloeistof. Be- en verwerking van de ondergrondse tank moet gebeuren door een erkend tanksaneringsbedrijf. Van belang zijn de beoordelingsrichtlijn tanksaneringen-hbo/diesel (BRL-K902), tanksaneringen (BRL-K904), tankreiniging (BRL-K905) en tankverwerking (BRL-K909). Een klein deel van de metaalafvalstoffen is radioactief. Detectie van radioactief metaalschroot gebeurt momenteel op vrijwillige basis. Het Besluit detectie radioactief schroot, dat op 1 januari 2003 in werking is getreden, stelt de detectie van radioactief schroot voor een aantal categorieën van inrichtingen verplicht. De Derde voorlopige richtlijn metaal en schroot met radioactieve stoffen van de Inspectie milieuhygiëne is geldig totdat de Inspectie milieuhygiëne een definitieve richtlijn heeft opgesteld. Het beheer van radioactief afval valt buiten de reikwijdte van het LAP. Voor het beleid ter zake wordt verwezen naar de Kernenergiewet en de nota Radioactief afval. 4 Aspecten van vergunningverlening Voor de algemeen geldende bepalingen bij vergunningverlening wordt verwezen naar Toelichting bij de sectorplannen. Aanvullingen op en afwijkingen van deze algemene bepalingen zijn hierna gegeven. 4.1 Metaalafvalstoffen algemeen 4.1.1 Inzamelen en opslaan Ten aanzien van inzamelen en opslaan zijn geen afvalstroomspecifieke aspecten van vergunningverlening aan de orde. 4.1.2 Be- en verwerken Voorafgaand aan verdere verwerking worden metaalafvalstoffen bewerkt door middel van schoonmaken, snijden, pletten, persen, knippen en shredderen. Deze activiteiten worden vergund aan houders van vergunningen voor het uitsluitend opslaan (opslaan als zelfstandige activiteit) of be- en verwerken van metaalafvalstoffen. Minimumstandaard De minimumstandaard voor de be- en verwerking van metaalafvalstoffen, met uitzondering van metaal met aanhangende olie of emulsie en metalen ondergrondse opslagtanks, is nuttige toepassing in de vorm van materiaalhergebruik. Uitval en niet voor hergebruik geschikt metaal moet worden verwijderd. Overwegingen bij het vaststellen van de minimumstandaard De aangegeven minimumstandaard sluit aan bij technieken voor be- en verwerking die operationeel zijn. Daarmee is de minimumstandaard uitvoerbaar en bedrijfszeker. Door het materiaalhergebruik van metaalafvalstoffen wordt het gebruik van primaire grondstoffen verminderd. Deze wijze van verwerking is kosteneffectief en heeft uit oogpunt van milieueffecten de voorkeur. Het niveau van verwerking dat in de minimumstandaard is vastgelegd komt overeen met de gangbare wijze van verwerking in het buitenland. De minimumstandaard betekent dat slechts vergunning mag worden verleend voor de be- en verwerking van metaalafvalstoffen wanneer deze be- en verwerking leidt tot hergebruik van de ferro- en non-ferro fracties in de metaalafvalstoffen. 4.2 Metaalafvalstoffen met aanhangende olie of emulsie 4.2.1 Inzamelen en opslaan

Bij metaal met aanhangende olie of emulsie dient een scheiding plaats te vinden van het metaal en de olie of emulsie. Bij fijn metaalbewerkingsafval is scheiding niet altijd mogelijk, in verband met verstopping van de aftapvoorziening. De scheiding dient bij voorkeur plaats te vinden bij de bedrijven waar deze metaalafvalstoffen vrijkomen. De scheiding kan plaatsvinden door deze metaalafvalstoffen minimaal 48 uur te laten uitlekken en de olie of emulsie apart op te vangen. Een andere mogelijkheid is centrifugeren. Door deze scheiding vermindert het milieurisico tijdens opslag en transport in het vervolgtraject. De afgescheiden olie dient als gevaarlijk afval afgevoerd te worden. De verplichting tot scheiden wordt in de vergunning opgenomen. 4.2.2 Be- en verwerken Om te garanderen dat scheiding alsnog plaatsvindt wanneer dit niet bij de ontdoener of houder van een vergunning voor het opslaan is gebeurd, wordt de verplichting daartoe opgenomen in de vergunningen voor be- en verwerken. Minimumstandaard De minimumstandaard voor de be- en verwerking van metaalafvalstoffen met aanhangende olie of emulsie, met uitzondering van fijn metaalbewerkingsafval, is scheiding van metaal en de olie of emulsie. De afgescheiden olie of emulsie moet worden verwerkt conform de minimumstandaard voor oliehoudende afvalstoffen (zie sectorplan 23 Oliehoudende afvalstoffen of sectorplan 24 PCBhoudende afvalstoffen ). Voor de be- en verwerking van de resterende metalen geldt de minimumstandaard voor metaalafvalstoffen algemeen (paragraaf 4.1.2). De minimumstandaard voor fijn metaalbewerkingsafval is nuttige toepassing. Overwegingen bij het vaststellen van de minimumstandaard De aangegeven minimumstandaard sluit aan bij technieken voor be- en verwerking die operationeel zijn. Daarmee is de minimumstandaard uitvoerbaar en bedrijfszeker. Scheiding van metaal en olie of emulsie is van belang uit oogpunt van het tegengaan van de verspreiding van olie of emulsie in het milieu, en hergebruik van metaal. Een dergelijke verwerking brengt hogere kosten met zich mee dan integrale verwerking en kan aanleiding zijn voor ontwijkgedrag, maar heeft uit oogpunt van milieueffecten de voorkeur. Het niveau van verwerking dat in de minimumstandaard is vastgelegd komt overeen met de gangbare wijze van verwerking in het buitenland.

4.3 Metalen ondergrondse opslagtanks 4.3.1 Inzamelen en opslaan Ten aan zien van inzamelen en opslaan zijn geen afvalstroomspecifieke aspecten van vergunningverlening aan de orde. 4.3.2 Be- en verwerken Minimumstandaard De minimumstandaard voor de be- en verwerking van uit de bodem gehaalde metalen opslagtanks in het afvalstadium is inwendige en uitwendige reiniging, waarna de daarbij vrijkomende resten (vloeistofresten, teer, bitumen, het bezinksel, oliehoudende schoonmaakmiddelen en verontreinigde spoelmiddelen) worden afgevoerd naar een houder van een vergunning voor het verwerken van dergelijke afvalstoffen. De minimumstandaard die geldt voor de be- en verwerking van de vrijkomende resten is afhankelijk van de aard van deze resten. Daartoe wordt verwezen naar betreffende sectorplannen. Voor de be- en verwerking van de resterende metalen geldt de minimumstandaard voor metaalafvalstoffen algemeen (paragraaf 4.1.2). Overwegingen bij het vaststellen van de minimumstandaard Be- en verwerking conform de minimumstandaard is uit oogpunt van milieueffecten naar de bodem gewenst, ondanks de hogere kosten die dit met zich mee brengt in vergelijking met integrale verwerking. Dit kan aanleiding zijn tot ontwijkgedrag. Zie verder de overwegingen onder paragraaf 4.1.2. 5 In- en uitvoer Het toetsingskader, de bezwaargronden en de bijbehorende procedures voor in- en uitvoer zijn opgenomen in hoofdstuk 12 van het beleidskader. De uitwerking voor metaalafvalstoffen is hierna gegeven. 5.1 Verwijderen In- en uitvoer van metaalafvalstoffen voor storten is op basis van nationale zelfverzorging en/of omdat de overbrenging niet in overeenstemming is met nationale wettelijke bepalingen in beginsel niet toegestaan. Gelet op de aard van de afvalstoffen is verbranden als vorm van verwijdering geen reële verwerkingoptie en in- en uitvoer voor verbranden als vorm van verwijdering wordt daarom in beginsel niet toegestaan. 5.2 Nuttige toepassing Tegen invoer van metaalafvalstoffen voor nuttige toepassing wordt in beginsel geen bezwaar gemaakt wanneer de beoogde verwerking in lijn is met de Nederlandse minimumstandaard en als zodanig is vergund aan de beoogde verwerker. Tegen uitvoer voor nuttige toepassing wordt in beginsel geen bezwaar gemaakt.

5.3 Voorlopige verwijdering of voorlopige nuttige toepassing Worden metaalafvalstoffen na overbrenging verkleind, gesorteerd of anderszins voorbehandeld, dan is in het algemeen sprake van voorlopige nuttige toepassing (R12/R13) of van voorlopige verwijdering (D13/D14/D15). Tegen in- en uitvoer voor voorlopige verwijdering wordt in beginsel bezwaar gemaakt op grond van nationale zelfverzorging wanneer als vervolghandeling een deel van het overgebrachte afval wordt gestort. Tegen invoer voor voorlopige nuttige toepassing wordt in beginsel geen bezwaar gemaakt wanneer de beoogde verwerking in lijn is met de Nederlandse minimumstandaard en als zodanig is vergund aan de beoogde verwerker. Tegen uitvoer voor voorlopige nuttige toepassing wordt bezwaar gemaakt wanneer als vervolghandeling zoveel van het overgebrachte afval wordt gestort dat de mate van nuttige toepassing de overbrenging niet rechtvaardigt. Het toetsingskader hiervoor is paragraaf 12.4 beleidskader. Als uitgangspunt geldt hierbij dat iedere mate van storten van metaalhoudende en/of brandbare fracties in beginsel te hoog is om de overbrenging te rechtvaardigen aangezien nuttige toepassing of verbranden als vorm van verwijdering mogelijk is. Het gestelde in de vorige zin geldt niet voor uitval en/of afgescheiden delen waarvoor door de kennisgever voldoende aannemelijk wordt onderbouwd dat nuttige toepassing of verbranden als vorm van verwijderen niet goed mogelijk is. Wanneer de kennisgeving onvoldoende gegevens bevat over de vervolghandeling(en) wordt in beginsel bezwaar gemaakt, zowel bij voorlopige nuttige toepassing als bij voorlopige verwijdering. 6 Monitoring Het LMA registreert de gegevens van metaalafvalstoffen die als gevaarlijk zijn aangemerkt. De meeste metaalafvalstoffen zijn echter niet gevaarlijk en worden niet gemeld. Na het van kracht worden van de AMvB melden zal het dan operationele meldingen- en registratiesysteem informatie geven over aard, omvang en bestemming van alle metaalhoudende afvalstoffen.