Bijeenkomst : Workshop BA2020 Datum : 11 mei 2017 Tijdstip : uur Locatie : Muntgebouw, Utrecht. Deelnemers:

Vergelijkbare documenten
Na een voorstelronde geeft Bart van Tongeren het woord aan Willem-Jan van Elk, gespreksleider van de workshop.

Opening Bart van Tongeren, samen met Bert Fibbe portefeuillehouder BA2020 in de algemene raad, heet de aanwezigen welkom.

Versie Workshop 11 mei 2017 : Deelnemers aan Workshops BA2020 : n.v.t. : Bureau NOvA Datum : 9 mei 2017 Betreft

concept-contouren BA2020 mei 2017 Discussie contouren BA2020 presentatie workshop 31 mei Den Haag

Opening Bart van Tongeren, samen met Bert Fibbe portefeuillehouder BA2020 in de algemene raad, heet de aanwezigen welkom.

Raad voor de rechtspraak / Universiteit Leiden

BA2020 Uitwerkingsrichting na consultatie. Lucas Korsten College van Afgevaardigden 13 december 2017

Aanwezig: B.J.R. van Tongeren W.J. van Elk. Van het college van afgevaardigden: Gelderland S.W. van Dijk

BA 2020: de beroepsopleiding advocaten op de tekentafel

Het college van afgevaardigden wordt verzocht deze notitie te bespreken.

CONSULTATIEDOCUMENT BA2020. De uitgangspunten en contouren van de beroepsopleiding voor advocaten in 2020

Beroepsopleiding Advocaten 1

Tussentijdse Evaluatie Beroepsopleiding Advocaten

BA 2020: de beroepsopleiding advocaten op de tekentafel

Nieuwe Beroepsopleiding Advocaten. 14 maart 2013

ORDE VAN ADVOCATEN STAGEVERSLAG Staqiaires vanaf 1 maart 2013

Dit verslag betreft de periode van..tot. in loondienst/voor eigen rekening en risico (stagiaireondernemer)/cohen-advocaat*

een WaardevOlle Opstap naar de praktijk

Naar een nieuwe stagiaireopleiding

ORDE VAN ADVOCATEN STAGEVERSLAG Stagiaires vanaf 1 maart 2013

in het mbo Werken aan uitstroom - instroom

Aan alle advocaat-stagiaires Beroepsopleiding Advocaten cohort september 2013 TOETSEN BEROEPSOPLEIDING ADVOCATEN

Toetsvormen. Onderwijsmiddag 14 februari 2012 Ferdi Engels & Gerrit Heil toetsadviescommissie

EEN WAARDEVOLLE OPSTAP NAAR DE PRAKTIJK

Inhoud. Introductie tot de cursus

SCHATTEN VAN ADVOCATEN

BELEIDSBEMIDDELING. Introductietraining

BESCHRIJVING VAN HET NATIONALE OPLEIDINGSSTELSEL VOOR ADVOCATEN in België

HUMOR IN PROFESSIONELE COMMUNICATIE: FOCUS OP DE MEDIATOR. Verdiepingstraining

Opleiding voor advocaten over EU-recht in Griekenland Reactie afkomstig van: de ordes van advocaten van Athene & Piraeus

Opbrengst vsv cafe 3 april talentontwikkeling Pagina 1

Verslag van de consultatiebijeenkomst van 6 januari 2014 met zorgvragers over de Kadernota Wmo 2015

Masterclass arbeidsrecht

STUDIEGIDS PREMASTERPROGRAMMA ACCOUNTING & CONTROL

Locatie: Elderman Geerts advocaten te Zeist.

STAGE- EN OPLEIDINGSREGLEMENT

Regeling erkenning opleidingsinstellingen. De Algemene Raad,

NOTITIE. : College van Afgevaardigden : Projectgroep Nieuwe Stagiaire Opleiding : Algemene Raad Datum : 7 september 2011 Betreft

me nse nkennis Competentiegericht opleiden in de BIG opleidingen Getting started

STUDIEGIDS PREMASTERPROGRAMMA ACCOUNTING & CONTROL

Na artikel 4.3 Professionele kennis en kunde worden de volgende artikelen ingevoegd:

Reactie op het consultatiedocument "Voorstel toepasbaarheid Code op one tier boards"

ORDE VAN ADVOCATEN IN HET ARRONDISSEMENT MIDDEN-NEDERLAND STAGEVERSLAG

Beschrijving in hoofdlijnen van de proeve van bekwaamheid Chauffeur

Koen Lemmink Lectoraat Praktijkgerichte Sportwetenschap Instituut voor Sportstudies van de Hanzehogeschool

Opleiding voor advocaten over EU-recht in Estland Reactie afkomstig van: Estse orde van advocaten (Eesti Advokatuur)

Na artikel 4.3 Professionele kennis en kunde worden de volgende artikelen ingevoegd:

LSVb visie op Decentrale Toelating

Checklist best practice patroons

Training Resultaatgericht Coachen

CODE SOCIALE ONDERNEMINGEN TOELICHTING

Privacy Statement - Advocaten

Getting Started. Competentie gericht opleiden in de BIG opleidingen

Bekwaamheidsdossier. februari 2006 O. OC0602_p8_12 Personeelsbeleid2.i :29:26

BESCHRIJVING VAN HET NATIONALE OPLEIDINGSSTELSEL VOOR ADVOCATEN

Werkend Leren in de Procestechniek Training en certificering assessoren Bevoegd en Bekwaam

Opleidingsstelsels voor advocaten in de EU

MAAK KENNIS MET DE OPLEIDING NOTARIEEL RECHT

Dilemmics. Morele Oordeelsvorming. Werkboek. voor medewerkers van het Ministerie van Buitenlandse Zaken

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN HOOFDSTUK 3 VAN DE VERORDENING OP DE ADVOCATUUR

Flexibel onderwijs in het Hoornbeeck College

TOELICHTING CONCEPTBESLUIT OPLEIDINGSEISEN ORTHOPEDAGOOG- GENERALIST VERSIE INTERNETCONSULTATIE 30 APRIL 2019

STUDIEGIDS PREMASTERPROGRAMMA ACCOUNTING & CONTROL

NRGD Nederlands Register Gerechtelijk Deskundigen

Pakket Versneld Studeren voor aanvang studie. Instituut Archimedes. Samenstelling René Karman Portefeuillehouder onderwijs Instituut Archimedes FE

OVERGANGSPROTOCOL GEERT GROOTE COLLEGE AMSTERDAM

Opleidingsstelsels voor advocaten in de EU Slowakije

Congres VELOV Elementen voor de toespraak van Pascal Smet Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel Mechelen, 26 maart 2014

1. Mobiliteitscoach, van idee tot project: Inleiding

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Studie- loopbaan plannen

Opleiding mediation voor gedragsdeskundigen

Wlz Zorginkoopbeleid drs. Ineke Wever, manager Zorg ZN

Sportleider SeniorenSport (SSS)

ECLI:NL:RVS:2014:3998

Privacy Statement - Advocaten

TUSSENBERICHT SELECTIE VAN VOLTIJD MASTEROPLEIDINGEN IN HET WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS EN STUDENTENSTROMEN

Opleidingsstelsels voor advocaten in de EU Finland

HaKa Nederland b.v

BAR-nummer patroon. Naam patroon. BAR-nummer advocaat-stagiaire: Naam advocaat-stagiaire. Vestigingsplaats kantoor

Versterking van LOB in de doorlopende leerlijn vmbo-mbo

CONCEPT NOTITIE. : College van Afgevaardigden Cc : : Algemene Raad Datum : 8 maart 2012 Betreft

Optimaal benutten, ontwikkelen en binden van aanwezig talent

Begeleiding Startende Leraren

Examenreglement

Over sociale media, positieve psychologie en gezondheid: een impressie

ONDERZOEK. Heterogene en homogene klassen 3 H/V

Beroepsregistratie en (her)registratie voor hbo-jeugd- en gezinsprofessionals

Exameneisen NLP Practitioner

Uit de beleidsvisie maakt de AFM op dat vier modellen voor de inrichting van de corporatie te onderscheiden zijn. Dit zijn:

Management in de Zorg (Associate degree: duaal/deeltijd)

Programma van toetsing

Lunchlezing KCNR VastgoedLAB Groningen V&M 26 mei 2016

Vernieuwing masterfase UU Inputsessies met studenten. Sessie 3 Keuzemogelijkheden en interdisciplinariteit

Studiegids beroepsopleiding advocaten

1. Advocaat. gevestigd te, kantoorhoudende te...,

Geanimeerde discussie over vrijwilligers in de bibliotheek

Protocol Bouwen in het gesloten seizoen aan primaire waterkeringen

Transcriptie:

VERSLAG VASTGESTELD Bijeenkomst : Workshop BA2020 Datum : 11 mei 2017 Tijdstip : 15.00 17.00 uur Locatie : Muntgebouw, Utrecht Deelnemers: Beatrijs van Selm Legal Business Development Carla Leentjes OSR Juridische Opleidingen Caroline Bakkerus Uitvoeringsorganisatie Frank van Luijk LTP Business Psychologists Freerk Vermeulen Nauta Dutilh / LFS Herman Bröring Rijksuniversiteit Groningen / SBA Janny Lubbers Raad voor Rechtsbijstand Juliëtte Wareman Van Benthem & Keulen / Jonge Balie Lieselotte Brinkman Loyens Loeff Margo van Loon Examencommissie BA Michelle Schilperoort De Brauw Monique van der Griendt Uitvoeringsorganisatie Pieter de Jong Schouwenburg Van Doorne Advocaten Thomas Kouwenhoven Binnenstad Advocaten / VSAN Afwezig met berichtgeving: Herman Bakhuis Bakhuis Advocaten / CvA Aanwezig namens NOvA: Bernard de Leest (AR), Lucas Korsten (landelijk bureau), Willem-Jan van Elk (gespreksleider), Barbara van der Rest (landelijk bureau), Klaartje Sluijs (landelijk bureau; verslag) Opening Bernard de Leest heet de aanwezigen welkom. Hij vervangt vanuit de AR Bert Fibbe, die helaas verhinderd is, en geeft aan ook als docent in de BA affiniteit te hebben met het onderwerp van de workshop. Vandaag is de eerste van vier workshops, waarbij een gemêleerd gezelschap van advocaten van kleine en grote kantoren, aanbieders van opleidingen en experts wordt gevraagd te reflecteren op de mogelijke contouren van een beroepsopleiding voor advocaten in 2020 (BA2020). Het betreft deskundigen met wie Lucas Korsten eerder gesprekken heeft gevoerd. De contouren zijn mede op basis van deze gesprekken tot stand gekomen. Zoals eerder toegelicht betreft het een zogenoemde greenfield exercitie: hoe zou, beginnend met een blanco stuk papier, een ideale beroepsopleiding eruitzien, bezien vanuit het primaire doel van de waarborging van de kwaliteit van de advocatuur. De algemene raad heeft hierover nog geen besluit genomen; dat gebeurt pas na afronding van deze serie van workshops én de daarop volgende openbare consultatie. Wel heeft de AR uitgangspunten gekozen voor de uitwerking van de BA2020. Na een voorstelronde geeft Bernard de Leest het woord aan Willem-Jan van Elk, gespreksleider van de workshop. 1

Willem-Jan van Elk schetst de agenda van de middag: om te beginnen zal Lucas Korsten een presentatie geven over de contouren BA2020; daarna volgt discussie over deze contouren aan de hand van drie stellingen. Tot slot is er ruimte voor aandachtspunten die niet in de stellingendiscussies naar voren zijn gekomen. Na afloop, tijdens een borrel, is er gelegenheid om na te praten. Uitgangspunten NOvA en opbouw contouren BA2020 Aan de hand van een presentatie geeft Lucas Korsten een toelichting op de opbouw en de verschillende elementen voor de contouren voor de BA2020 en de uitgangspunten van de NOvA die hieraan ten grondslag liggen. De stageperiode zal, zoals de Advocatenwet voorschrijft, drie jaar blijven duren. Toelating tot de stage biedt de toegang tot het beroep van advocaat (een dienstverband met een kantoor, inschrijving op het tableau en toelating tot de beroepsopleiding). Succesvolle afronding van de stageperiode zal toegang bieden tot het zelfstandig uitoefenen van het beroep van advocaat, zonder begeleiding van een patroon. Het leren houdt niet op na afronding van de stageperiode; nadrukkelijk wordt gekeken naar de doorloop in de fase van de permanente opleiding. De stageperiode bestaat uit vier onderdelen, die in samenhang beschouwd worden: Beroepsethiek en procesvaardigheden: essentieel voor de kwaliteit van de advocatuur; dit onderdeel beslaat de volle drie jaren van de stage, wordt gegeven in gemengde groepen, en krijgt naar het einde toe een steeds grotere focus op toepassing (pleitoefeningen, intervisie, etc.) Cognitie en praktijkvaardigheden, met de nadruk op toepassing in de beroepspraktijk; het streven is om dit onderdeel te geven in de eerste twee jaren van de stageperiode, waarbij de focus gaat naar specialisatie en een verschuiving naar meer homogene groepen. Er wordt uitgegaan van drie (thans ook gehanteerde) leerlijnen. Werken en leren in de kantoorpraktijk ( praktijk-leren ); dat de meeste tijd omvat in de stageperiode en de volle drie jaren van de stageperiode blijft beslaan. De BA2020 wil recht doen aan ook deze leerervaringen. De stagiaire verzamelt de resultaten hiervan in een portfolio. Een samenhangende sturing van de activiteiten in de stageperiode. Dit gebeurt aan de hand van een persoonlijk ontwikkelplan, dat dient als het persoonlijke spoorboekje van de stagiaire. De POP wordt in nauwe samenspraak tussen stagiaire, mentor en het (versterkte) patronaat opgesteld en bijgehouden, en besteedt aandacht aan gewenste richting en specialisatie, passend bij praktijk en werkzaamheden in kantoor. Beatrijs van Selm merkt op dat de grotere rol van de patroon ook betekent dat zijn/haar competenties en ontwikkeling aandacht vragen, bijvoorbeeld in de vorm van intervisie. Een nieuw element in de BA2020 is een toelatingstoets vooraf, waarbij de gedachte is dat deze selecterend is van karakter. Het niveau dat momenteel in de BA instroomt, blijkt namelijk behoorlijk wisselend, waardoor in de BA kostbare tijd verloren gaat aan het herhalen van stof die als bekend moet worden verondersteld. Door bij instroom de kennislat op een bepaald (hoger) niveau te leggen, kan dat worden voorkomen dat en kan de focus meer liggen op de toepassing in de beroepspraktijk. Lucas Korsten geeft aan dat de precieze inhoud van de toelatingstoets nog moet worden uitgewerkt. Ook komt nog aan de orde of er met één toets wordt gewerkt of dat hierin al onderscheid kan worden gemaakt in de drie onderscheiden leerlijnen. 2

Als mogelijk onderdeel van de toelatingstoets wordt gedacht aan een assessment voorafgaand aan de BA, waarbij wordt getoetst op zogenoemde niet-leerbare vaardigheden, bijvoorbeeld analytische vaardigheden: is een kandidaat in potentie geschikt voor het beroep van advocaat? Frank van Luijk geeft aan dat deze assessments bij de rechterlijke macht en het OM al langere tijd worden afgenomen en dat de ervaringen hiermee zeer positief zijn. Er is namelijk gebleken dat voortijdige uitstroom vaak verband houdt met onvoldoende analytisch vermogen. Door dit vooraf te toetsen, kan uitval uit de BA worden voorkomen. Daarnaast kan een assessment inzicht geven in de specifieke ontwikkelpunten van een kandidaat, en daarmee input vormen voor het formuleren van het POP. Thomas Kouwenhoven vraagt zich af of een toelatingstoets pér leerlijn wenselijk is. Hij meent dat het voor een stagiaire van belang is om zich in beginsel breed te ontwikkelen om een loopbaan buiten een groot kantoor niet vooraf uit te sluiten. Freerk Vermeulen geeft hierbij de nuance dat degenen die vertrekken vrijwel altijd uitstromen naar het bedrijfsleven of de rechterlijke macht. De NOvA zal in elk geval de beroepsopleiding integraal (laten) aanbieden. Omdat het waarde heeft (toegepaste) cognitie en praktijkvaardigheden in het onderwijs met elkaar te integreren, is het idee om geaccrediteerde aanbieders de mogelijkheid te geven om - onder strenge kwaliteitseisen van de NOvA - het geïntegreerde geheel van toepassing cognitief en praktijkvaardigheden aan te bieden. De NOvA blijft eindverantwoordelijk. Hoe de accreditatie en de toetsing wordt ingericht, zal nog worden uitgewerkt. Discussie aan de hand van stellingen Willem-Jan van Elk bedankt Lucas Korsten voor de toelichting en gaat over op de discussie over de contouren BA2020 aan de hand van drie thema s: een samenhangende sturing gedurende de gehele stage; een selectieve toelatingstoets; cognitie en vaardigheden in samenhang organiseren. Hij benadrukt nogmaals dat het doel van de discussie is om argumenten voor en tegen te verzamelen en niet om het eens te worden met elkaar of om besluiten te nemen. Om de discussie op gang te brengen zijn drie stellingen geformuleerd. De eerste stelling luidt als volgt: Het borgen van de kwaliteit van (de instroom in) de advocatuur vergt een samenhangende besturing van de activiteiten uit de gehele stage. De aanwezigen onderschrijven de stelling. Herman Bröring plaatst als kanttekening dat de begeleiding tijdens de BA goed moet worden uitgewerkt en geborgd. Samenhangende sturing stelt hoge eisen aan het patronaat. Ook bij grote kantoren waar soms tijdens de stage wordt gewisseld van patroon. Beatrijs van Selm merkt op dat ook de mentor (vanuit de BA2020) voldoende tijd voor de begeleiding moet hebben. Frank van Luijk vraagt zich af of het verstandig is om begeleiden en beoordelen in één hand te houden. Monique van de Griendt brengt de suggestie in om de daadwerkelijke begeleiders uit kantoren meer te betrekken bij evaluatiegesprekken, met of naast de formele patroon. Lieselotte Brinkman vult aan dat er op dit punt ook veel eigen verantwoordelijkheid mag worden verwacht van de stagairs zelf; de BA is maatwerk waarbij de POP het uitgangspunt vormt en gedurende de opleiding kan worden bijgesteld. De stagiaire is daarmee eigenaar van zijn POP. 3

Lieselotte Brinkman merkt op dat de POP de basis is voor maatwerk, en dan ook door het stagekantoor moet worden goedgekeurd. Thomas Kouwenhoven wijst op het risico dat de stagiaire in de knel komt bij eventuele problemen met zijn patroon. De gezamenlijke conclusie is dat er veel draagvlak is voor een geïntegreerde sturing gedurende de stage. De begeleiding moet nader worden uitgewerkt, met voldoende veiligheid voor de stagiaire. Zeker is al dat dit hoge eisen aan het patronaat, waarbij de invulling hiervan bij grote en kleine kantoren van elkaar verschilt. Ook de buitenpatroon verdient aandacht. Willem-Jan van Elk rondt de discussie af en brengt de tweede stelling in: Een toelatingstoets is noodzakelijk als basis voor een opleiding die zowel efficiënt (geen herhalingen) als effectief (waarborgt kwaliteit advocatuur) is. Frank van Luijk trekt opnieuw de vergelijking met de rechterlijke macht waar de ervaringen met een assesment-achtige toelatingstoets positief zijn. Een universitaire vooropleiding is in zijn ogen geen garantie voor het intellectueel vermogen dat ook het vak van advocaat verreist. Een toelatingstoets inclusief assessment voorkomt in zijn ogen onnodige uitval uit de BA. Wél zou in een assesment ook gekeken kunnen worden naar wél-leerbare en dus nog verder te ontwikkelen vaardigheden. Dat kan dan input zijn voor de POP. Freerk Vermeulen en Michelle Schilperoort geven aan dat ook de grote kantoren voorstander zijn van een toelatingstoets en spreken hun voorkeur uit voor een toets per leerlijn. Zij benadrukken dat de BA2020 hiermee echt een beroepsopleiding kan worden die is gericht op de toepassing in de beroepspraktijk, met meer ruimte voor het ontwikkelen van vaardigheden. Cognitie zou vanuit de visie van de grote kantoren zoveel als mogelijk uit de beroepsopleiding moeten verdwijnen. De belasting (tijd/kosten) van een beroepsopleiding zouden significant moeten worden teruggebracht, aldus Vermeulen. Het kunnen combineren van cognitie en vaardigheden maakt de opleiding volgens Schilperoort veel effectiever. Een deel van wat de Uitvoeringsorganisatie nu ter hand neemt zal vanzelf door de universiteiten en private partijen worden opgepakt. De ontwikkeling van zogenoemde togamasters laat dit al zien. Monique van de Griendt vraagt welk probleem precies wordt opgelost met het invoeren van een toelatingstoets. Zij vindt het belangrijk om vooraf goed te definiëren welke basiskennis is vereist om tot de BA te worden toegelaten. In haar ogen hebben we nu eenmaal te maken met een diversiteit in masters en dus diversiteit in de instroom. Ook de discussie over wat het profiel is van de advocaat van de toekomst, moet worden meegenomen bij de invulling van een eventuele toelatingstoets, vindt zij. Vervolgens komen de uitvoerbaarheid en timing van de toelatingstoets en het assessment ter sprake, ook in relatie tot de sollicitatieprocedure bij het kantoor. Lucas Korsten geeft aan dat deze aspecten nog moeten worden uitgewerkt. Ook wordt besproken dat het ook mogelijk is om de verantwoordelijkheid van de stagiaire voor zijn voorkennis te vergroten, en meer gewicht te geven aan de diagnostische zelftoets (per vak). Thomas Kouwenhoven waarschuwt de NOvA het kind niet met het badwater weg te gooien door te veel op de studenten af te wentelen, bijvoorbeeld door de toelatingstoets te laten drukken op 4

studenten. Hij pleit ervoor om studenten bij de discussie over de contouren BA2020 te betrekken. Daarnaast zou ook een eventuele voorgaande werkervaring meegewogen kunnen worden bij toegang tot de beroepsopleiding. Verschillende deelnemers vragen aandacht voor de wijze van toetsen in de BA2020. Een beroepsopleiding is niet gebaat bij teaching to the test. De gezamenlijke conclusie is dat het de moeite waar is om een cognitieve toelatingstoets uit te werken. Die moet eraan bijdragen dat de stagiaire met voldoende bagage aan de opleiding begint. Wel zijn er twijfels zijn bij de uitvoerbaarheid en toegevoegde waarde van een assessment. Willem-Jan van Elk rondt de discussie af en gaat over naar de derde en laatste stelling. Deze luidt: In een goede beroepsopleiding zijn cognitie en vaardigheden in het onderwijs verweven, en gericht op praktische toepassing en reflectief denken. Een accreditatieregime moet deze onderwijsonderdelen dan ook geïntegreerd behandelen. Beatrijs van Selm geeft aan in de discussie nog te missen wat de visie van de NOvA is op de rol van de advocaat in de samenleving en wat deze in de toekomst aan kennis en vaardigheden nodig heeft, gelet op de ontwikkelingen, met name in de (legal) technologie. De BA is geen statisch geheel maar moet meebewegen met de ontwikkelingen van het vak, bijvoorbeeld de samenwerking met andere disciplines. Ook Monique van der Griendt geeft aan behoefte te hebben aan een visie. De aanwezigen concluderen dat het belangrijk is om ook naar andere sectoren te kijken en het belang van de rechtzoekende niet uit het oog te verliezen. Herman Bröring vraagt aandacht voor de onderwijsvorm. Ethiek lijkt in de contouren nu gescheiden van de andere onderwerpen, maar zou juist moeten worden opgenomen in casuïstiek. In het ethiekonderwijs moet de nadruk liggen op het herkennen en kunnen behandelen van morele dilemma s. Thomas Kouwenhoven geeft aan dat als de BA2020 moet opleiden voor het beroep, stagiaires ook boven de cultuur van het kantoor moeten uitstijgen. Dat pleit voor gemengde groepen, met nietpeers: stagiaires vanuit verschillende praktijken en rechtsgebieden. Schilperoort geeft aan dat de invulling en afbakening van procesvaardigheden nog wel verduidelijking behoeft. Het vertrekpunt hierbij voor de NOvA zijn de staatsrechtelijke positie en het procesmonopolie van de advocaat. Schilperoort geeft aan dat de Brauw het belangrijk vindt om het vaardigheden-onderwijs zelf te mogen verzorgen. Lucas Korsten licht toe dat het opstellen van het curriculum een verantwoordelijkheid van de NOvA blijft en de uitvoering van de BA2020 deels kan worden geliberaliseerd en door kantoren zelf kan worden uitgevoerd. Uitgangspunt blijft dat de BA stagiairs opleidt voor het vak van advocaat en niet voor een specifiek kantoor. Om die reden zal de NOvA bepaalde onderdelen van de BA, ethiek en procesvaardigheden, in eigen hand blijven houden. Freerk Vermeulen geeft aan zich hier goed in te kunnen vinden, althans waar het ethiek betreft. De diversiteit van een groep heeft hierbij juist meerwaarde. Wvttk 5

Willem-Jan van Elk biedt de aanwezigen de ruimte om punten in te brengen die nog niet aan de orde zijn geweest. Freerk Vermeulen pleit voor structureel meer aandacht voor ethiek in de BA. Ook geeft hij aan dat NautaDutilh graag een bijdrage aan wil leveren, concreet in de vorm van docenten voor procesvaardigheden. Michelle Schilpenoort benadrukt nog dat het streven ook echt een minder omvangrijke opleiding zou moeten zijn zodat er meer ruimte komt voor onderwijs in de praktijk. Thomas Kouwenhoven merkt op dat de nu voorgestelde leerlijnen inhoudelijk van aard zijn en dat ook een overweging zou kunnen zijn om onderscheid te maken in type cliënt. Overigens kan dit het voor een stagiaire moelijker maken om te switchen. Daarnaast vraagt hij nog aandacht voor de vereisten van de RvdR. Michele Schilperoort sluit zich aan bij de opmerking van Lieselotte Brinkman dat de toelatingstoets ook eventueel grond zou kunnen bieden voor de toelating van internationale stagiaires tot de balie. Sluiting Willem-Jan van Elk bedankt alle aanwezigen voor hun komst naar Utrecht en hun waardevolle input en geeft een korte schets van het vervolg. De resultaten van de workshops worden gebruikt bij het opstellen van het consultatiedocument BA2020, dat komende zomer breed wordt uitgezet. Vervolgens zal de algemene raad een besluit nemen over de aard en invulling van de beroepsopleiding voor advocaten in 2020. 6