IN HET SPOOR VAN VICTOR P. EEN ONGEWONE FAMILIEWANDELING DOOR LEUVEN

Vergelijkbare documenten
De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

"Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5"

Spreekbeurt Dag. Oglaya Doua

De eekhoorn kon niet slapen. Hij liep van zijn deur om zijn tafel heen naar zijn kast, bleef daar even staan, aarzelde of hij de kast zou opendoen,

Niet in slaap vallen hoor!

Geschreven voor Ivy en Tess. met hun woordje Brompeltje

Bert staat op een ladder. En trekt aan de planten die groeien in de dakgoot. Hij verstopt de luidspreker en het stopcontact achter de planten.

LES 4. Handelingen 12:1-19; Van Jeruzalem tot Rome: Verlost uit de gevangenis blz

Naam van gedichtenalbum : De eerste 30

De gebroeders Leeuwenhart


Hans Kuyper. F-Side Story. Tekeningen Annet Schaap. leopold / amsterdam

Hoofdstuk 1. De eerste dag op een nieuwe school met een nieuw begin

Boekverslag Engels The skeleton man door Joseph Bruchac

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan.

Edward van de Vendel Toen kwam Sam. Met tekeningen van Philip Hopman

Kinderkerstfeest van de Kindernevendienst 26 december Kerstverhaal

Bijbellezing: Johannes 4 vers Zit je in de put? Praat es met Jezus!

De steen die verhalen vertelt.

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

»05« Het marktplein. Nog nooit had hij zijn boterham zo snel opgegeten. Mam, Erika en Lien hadden hem verbaasd aangekeken.

het laatste station van de wereld

Een Berbers dorp. Mijn zussen en ik mochten van mijn vader naar school. Meestal mochten alleen jongens naar school.

Dit verhaal gaat over een schat, die je overal kunt vinden : zowel hier als daar, zowel vroeger als nu. Een schat zo rijk als het leven zelf, die

We hebben verleden week nog gewinkeld. Toen wisten we het nog niet. De kinderbijslag was binnen en ik mocht voor honderd euro kleren uitkiezen.

Verhaal: Jozef en Maria

Parking - N E Je ziet hier een bord op het hek. Zet beide GROTE letters om in cijfers. Dit is A=... en B=...

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang.

Voor Indigo en Nhimo Papahoorjeme_bw.indd :02

Bob Hartman. Beste ouders en verzorgers,

Met bus 5 vaalbeek. We vertrekken naar leuven we zijn allemaal benieuwd!!!!!!


Op hun knieën blijven ze wachten op het antwoord van Maria. Maar het beeld zegt niets terug.

Een buik van wol. Tom! Tom! Cato kwam hard aan rennen. En zei: vandaag word mevr. Catharina. 90 jaar en ik wil haar een heel mooi cadeau

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

Edward van de Vendel. De grote verboden zolder

Sofie en Regenboog HOOFDSTUK ÉÉN

God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6. De berg op Genesis 22:1-8. God heeft me heel gelukkig gemaakt! Ze noemden hun zoon Izak. Dat betekent: lachen.

LES 9. Eet, drink en blijf gezond. Doe Lees. Lees. Schrijf Vraag thuis om een leeg blik, Loop Leer. Bid dat je gezonde beslissingen zal.

Paaswake voor kinderen 31 maart 2018

Gijsje zonder staart geschreven door Henk de Vos (in iets gewijzigde vorm) Er was eens een klein lief konijntje, dat Gijs heette. Althans, zo noemden

Uitleg van het thema. De Bijbel wereldwijd

rijm By fightgirl91 Submitted: October 17, 2005 Updated: October 17, 2005

Tommie, Dik en Esmeralda

Het lam. Arna van Deelen

Naar de bovenste verdieping

Een varende stad. Celien maakt overal foto s van. Binnen en buiten. Ze is zo druk aan het fotograferen, dat ze haar verdriet vergeet.

We bespieden de Watergeest

Het raam achter het gordijn stond op een kier. Uit de nacht kwamen geluiden de kamer van Dolfje binnen. Tsjirpende krekels, brullende kikkers,

Toen ze opkeek, zag ze dat ze niet meer alleen was. Bij de koeien stond een jongen met een stok. Hij had blond haar, dat rood leek in het late

De Sneeuwmachine Module Dans Groep 7-8

Ruth 1. Ruth en Noömi

Beverbadges Steven Stroom

Voor Cootje. de vuurtoren

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Hoe ik talent voor het leven kreeg

De avonturen van Tom Sawyer

Lesbrief SPRIETSELS Improvisatietheater

DE NAAM JON FOSSE. NAMNET (1995) Een toneelstuk. Vertaling Tom Kleijn ********** PERSONEN. Meisje Jongen Zus Moeder Vader Bjarne ***********

Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12. Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo?

Verhaal 1 ORPHEUS IN DE ONDERWERELD

DE GURE WIND JOEG DE HERFSTBLADEREN IN EEN GRILLIGE

't gummybeertje le journal D' Hoge School redactie: Tom & Senne jaargang 3 nr. 7 frankieweyns@hotmail.

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Zoë Zwabber en Sam Spons Een spetterend avontuur

2

Preek 23 sept 2018 ds. Mw. M.W. Gehrels Psalm 139. God kent mij

LES 8. Toen Jezus dorst kreeg. Sabbat

Zombie! Tommy Donbavand. Met tekeningen van Tom Percival

Het kasteel van Dracula

De magische deur van KASTEEL013

ACTIVITEIT 1 : Verhaaltje «Joris en de Ikkietikkietijd»

eerste communieproject H. Theobaldusparochie, Overloon Hoofdstuk 6 Het leven kan een feest zijn

het jongetje en he t onverwachte beeld

Samen met Jezus op weg

Oud wit Prins de Vos. Ik wil je.

De kleine draak vindt het drakenland Iris Kater. Vandaag wil ik jullie iets vertellen over een kleine draak.

De redding van Zacheüs Meditatie ds. Gerard Rinsma zondag 30 oktober e zondag na Trinitatis

Boekverslag Engels Waves door Sharon Dogar

Ik ben maar een eenvoudige ezel, maar ik wil je graag een mooi verhaal vertellen

Boekverslag Nederlands Spinder door Simon van der Geest

KOOS MEINDERTS NAAR HET NOORDEN MET ILLUSTRATIES VAN ANNETTE FIENIEG

Ze zouden haar treiteren! Gegiechel achter haar rug. Gemene opmerkingen. Flauwe geintjes. Misschien wel een spin in haar cola... Ze zag het gezicht

Voorwoord. Veel leesplezier! Liefs, Rhijja

!!!!! !!!!!!!!!!!! Uit: Glazen Speelgoed (Tennesse Williams)! (zacht) Hallo. (Ze schraapt haar keel)! Hoe voel je je nu? Beter?!

23 Spurgeons eerste gemeente Volmaakte mensen Hebben engelen zakken? Bidden en werken Een zacht antwoord Mevrouw

De jongen die niet griezelen kon

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Ik keek naar haar oren. Van dichtbij zagen ze er nog wat zachter en hariger uit dan van veraf. En ze bewogen. Terwijl Ariane de rest van haar kop

Wie zijn Pluck & Pien?

In de huizen aan de overkant wonen Marokkanen. Het zijn precies negen huizen. Van nummer 29 op de ene hoek tot nummer 45 op de andere hoek.

Annemarie Bon. Er was eens. Zeven sprookjes om zelf te lezen. Met tekeningen van Sandra Klaassen

De sprookjesverzamelaar

Het was de laatste dag. Die dag erna zouden we terugvliegen naar Arusha. Die ochtend zei ik: We gaan vandaag de crossing zien van de gnoes.

ISBN Daniel Nesquens Sergio Mora Tattoo-papa De Vier Windstreken. De Vier Windstreken

E H E I M G E H E I M H E I M

Het tweede avontuur van Broer Vos en Broer Konijn

Tussen de palen I E F

Transcriptie:

IN HET SPOOR VAN VICTOR P. EEN ONGEWONE FAMILIEWANDELING DOOR LEUVEN

INTRO Het spijt me zeer. Wie verwacht dat deze wandeling hem of haar naar de bekendste plaatsen van Leuven brengt, moet ik nu al teleurstellen. Deze tocht gaat langs de verschillende gezichten van de stad. Langs plaatsen waar je kan slenteren of rennen of zitten of zomaar kijken en luisteren. En zo ontdekken dat elke tijd zijn sporen en verhalen nalaat. Want zoals fossielen vertellen over de geschiedenis van het leven, zo vertelt deze wandeling over het Leuven van nu. Een verhaal van steegjes, pleinen en tuinen. Langs de sporen van de mensen die er nu leven en de stenen herinneringen aan vroegere bewoners. Los van dit alles is er natuurlijk de factor Victor P. Doe hem mijn groeten. Stefan Boonen

IN HET SPOOR VAN VICTOR P. De wandeling en gebeurtenissen in deze e gids zijn gebaseerd op het dagboek dat door agent O. Vanderplas werd gevonden op de trappen van het stadhuis. Zie PV 01Ac/ Leuv/ 303. Naar alle waarschijnlijkheid hoorde het dagboek toe aan Victor P. Die naam, een GSM-nummer en een adres staan geschreven op de eerste pagina van het dagboek. Gegevens die tot niets hebben geleid. Want agent O. Vanderplas kreeg geen gehoor toen hij het GSM-nummer belde en op het adres trof hij enkel een lege studentenkamer aan. Opvallend is dat in het dagboek maar één dag wordt beschreven. Een deel van een dag maar, met name de namiddag van woensdag 29 september. Victor P., vermoedelijk een student die nieuw was in Leuven, ontmoette die dag een meisje. In zijn dagboek beschrijft hij haar als erg bijzonder en een beetje vreemd. Hoe ze elkaar ontmoet hebben, onthult het dagboek niet. Zeker is dat het meisje Victor P. verleidde tot een wandeling. Niet zomaar een wandeling. Hun tocht ging langs smalle paadjes, steegjes en doorsteekjes. Ze kwamen in parken, speeltuintjes en op

parkeerplaatsen. Een beetje een rare manier om Leuven te ontdekken. Het was alsof een dief of spook zich een stiekeme weg door de stad had gezocht. Zeker is dat deze wandelroute het enige spoor is dat Victor P. heeft achtergelaten. Een spoor van steen, zeg maar. Met deze wandeling komt u terecht in zijn geschreven voetsporen, u stapt in het verhaal van Victor P. Victor P. en het meisje lieten die dag de Sint-Pieterskerk en zijn crypte rechts liggen en wandelden de Brusselsestraat in. Op amper honderd meter van het stadhuis draaiden ze rechts de Pensstraat in en staken ze al snel de Dirk Boutslaan over. Voor ze links de Mechelsestraat insloegen, ging Victor bovenop het Middelpunt van Leuven staan, een korte stenen pijler die aan het begin van de Schrijnmakersstraat scheef uit de kasseien groeit. In zijn dagboek schrijft Victor dat hij naar de naam van het meisje vroeg. Blijkbaar wilde ze haar naam niet zomaar verklappen. Ze maakte er een spelletje van. Onderweg zou ze haar naam letter per letter prijsgeven. Natuurlijk niet in de juiste volgorde.* Ze wandelden links de Mechelsestraat in tot aan de Vismarkt. De Vismarkt met aan de rechterzijde de Busleidengang naar het Collegium Trilingue of het drietalencollege. Vanaf 1518 werden in dat college en onder impuls van de beroemde Erasmus drie talen onderwezen: Hebreeuws, Latijns en Grieks. Het gerestaureerde gebouw herbergt inmiddels vergaderzalen en een taverne. * Achteraan in deze brochure staat een tabel waarin u de letters makkelijk kan bewaren.

Victor en het meisje staken de Vismarkt in de lengte over en liepen links de Karel van Lotharingenstraat in. Ze volgden die straat tot in de tweede bocht. Daar gingen ze links de Dijle over en liepen het binnenplein van de Sint-Geertruiabdij op. Op het binnenplein liepen ze om beurt ieder een keer om het centrale grasveld heen. Victor P. was maar een seconde sneller dan het meisje. Het meisje zei dat het grasveld een beetje leek op één van de letters uit haar naam. Victor vroeg haar wat al die gebouwen om hen heen waren, wat hun geschiedenis was? Het meisje lachte en zei dat hij de bordjes moest lezen. Ze wandelden verder, langs één van de wonderen van Leuven: de toren van de Sint-Geertruikerk. Gemaakt zonder dat er ook maar één nagel aan te pas kwam. Net voorbij de kerk sloegen ze rechtsaf en meteen weer links het Klein Begijnhof in. Woon jij hier? vroeg Victor P. (in zijn schriftje staat geschreven in de kantlijn dat het meisje zich plots zenuwachtig gedroeg.) Nee, zei ze. Kun je me niet gewoon zeggen hoe je heet? Ik hou van spelletjes. Woon je in Leuven? vroeg Victor. Ik woon overal, antwoordde het meisje mysterieus. Ze glimlachte en het was volgens Victor een glimlach zo mooi als een zomeravond.

Na amper vijf meter in de straat van het Klein Begijnhof, sloeg het meisje weer linksaf. Ze slenterden een klein speeltuintje in. Vroeger was hier het hol van de rat, zei ze. Nu zie of ruik je er niets meer van. Maar vroeger was hier een soort stort. De mensen uit de buurt kieperden hier hun afval. Dat was heel gewoon toen. Het hol van de rat klinkt misschien als een schuilplaats voor een bende rovers of ander geboefte. Daar had dit hol niks mee te maken. Het ging om echte ratten. Exemplaren die een stuk groter waren dan normaal. Sommige wel een halve meter groot, de dikste woog 22 kilo. Hoe dat kon? Niemand wist het zeker. Had een professor ooit één of ander goedje achtergelaten op het stort? Zou best kunnen. Joekels van ratten dus, die op hun manier toch een bende waren. De ratten gingen immers niet op de loop als er mensen aankwamen. Integendeel, de beesten werden kwaad, gingen op de achterpoten staan, beten, vlogen mensen naar de keel. Het verhaal gaat dat één man het niet overleefde. In ieder geval, op den duur durfden de mensen hun afval hier niet meer achter te laten. Daardoor maakten ze het eigenlijk alleen maar erger. Want de ratten kregen nu geen voedsel meer en gingen op rooftocht. s Nachts en overdag slopen ze door de buurt. Drongen keukens, slaapkamers en kelders binnen. Vrouwen werden gebeten, kinderen sloegen huilend op de vlucht, mensen hadden schrik in hun eigen bed. De plaag stopte pas toen het gemeentebestuur de grote middelen inzette. Een knokploeg van agenten en brandweerlui. Gewapend met knotsen en spades en lucifers trokken ze het stort in. Alle rotzooi werd verbrand, alle holen dichtgemaakt, 33 ratten de kop ingeslagen. Minstens twee van de beesten wisten te ontsnappen en werden nooit teruggezien.

Victor en het meisje liepen verder. Langs de andere kant het speeltuintje uit, onder een gebouw door om uit te komen in de Mechelsestraat. Even naar rechts en dan links de Penitentienenstraat in. Een straatnaam met zoveel letters. P E N I T E N T I E N E N. Victor en het meisje probeerden er zoveel mogelijk andere woorden mee te maken. Ze kwamen makkelijk aan 10. Terwijl ze druk met letters puzzelden, sloegen ze opnieuw linksaf. Naar de Leerlooierijstraat. Niet moeilijk te raden waar die naam vandaan komt. Ze liepen tot op de T-kruising, gingen daar rechts en op het einde van het straatje weer links. Een klein stukje rechtdoor, over een brug, de straat oversteken en dwars over het sportterrein van Den Bruul. Het meisje stelde voor om een spurtje achteruit te doen. Ze won. Victor zei dat hij op zijn hoofd kon staan. Ik op mijn handen, zei het meisje en voegde de daad bij het woord. Hoor je bij een circus soms? vroeg Victor. Het meisje glimlachte. Ze beantwoordde zijn vraag niet maar zei dat ze een letter van haar naam uitbeeldde. Het puntje moest Victor erbij verzinnen. Via het sportterrein kwamen ze bij de Brouwersstraat. Waar gaan we heen? vroeg Victor. Overal, nergens. De mooiste plekken van Leuven. Mijn naam zoeken. Kies maar. Ze staken over en wandelden de Pieter Coutereelstraat in. Na ruim honderd meter sloegen ze rechts de Zevenslapersstraat in.

Victor vond het de mooiste straatnaam tot nu toe. Het deed hem denken aan een sprookje. Aan de wolf en de zeven geitjes, aan de dwergen van sneeuwwitje. Het meisje schudde haar hoofd. Ze vertelde dat er in die straat vroeger een armenhuis lag. Een plaats waar mannen zonder dak boven hun hoofd de nacht konden doorbrengen. Er stonden in dat huis zeven bedden en daarom... Je bent zo mooi, zei Victor plots. Hmm, deed het meisje en ze streelde zijn wang. Jij bent een vreemde jongen. (Het volgende stukje in het schriftje is erg onduidelijk. Er zijn hele passages doorgestreept, in de kantlijn staat een grote Z. Agent O. Vanderplas meent dat het de derde letter is die het meisje prijsgeeft.) Verder meende hij te ontcijferen dat het duo in de Fonteinstraat enkele meters naar links ging, de straat overstak en zo het Vriezenhof inliep. Daar liepen ze links om het fl atgebouw heen en volgden van daar het steegje van de Verbrande Poort. In dit steegje vertelde het meisje blijkbaar het verhaal van de duizend zoenen. Dat verhaal of de legende kennen de meeste Leuvenaars. Zo werd het steegje vroeger genoemd: Het steegje van de duizend zoenen. Omdat het de plek was waar verliefde Leuvenaars of studenten elkaar vaak voor het eerst kusten. Zeker de koppeltjes die hun liefde nog even geheim wilden houden. Omdat hun ouders het nog niet mochten weten of omdat ze al een liefje hadden of omdat ze bang waren dat er iemand jaloers zou worden. Zoals Benjamin T., 22 jaar op het moment dat hij verliefd werd op Elisa V., 21 jaar.

Een grappige jonge vrouw die ook verliefd was. Maar niet op Benjamin. Ze kende hem zelfs nauwelijks. Elisa droomde van ene Thomas K. Het duurde even voordat die Thomas dat in de gaten kreeg. Wekenlang had hij de blikken en glimlachjes van Elisa simpelweg niet opgemerkt. Benjamin had die blikken en verliefde smoelentrekkerij wel in het ootje. Zijn hart knarste elke keer van jaloezie. Waarom keek ze zo niet naar hem? Hij was toch veel beter, mooier, slimmer, liever,... dan die Thomas. Op een dag werd Thomas wakker - of hoe moet je het anders noemen? Zijn ogen gingen open en hij zag Elisa. Begreep niet waarom hij haar niet al veel eerder had gezien. Hij sprak haar aan, zij glimlachte allerliefst. Benjamin keek toe, zijn hart brak, er borrelde iets kwaads op vanuit zijn buik. Elisa en Thomas dronken samen een glas, gingen steeds dichter bij elkaar zitten, ze aten samen één bord spaghetti, ze gingen naar een dansfeest, lachten, dansten heel zachtjes, neus aan neus. Ze merkten niks van Benjamin, die hen de hele dag als een boze schaduw volgde. De avond werd nacht. Thomas nam Elisa s hand en zij wist al waar hij haar naartoe zou brengen. Een eerste kus, zo vlakbij, ach. Hand in hand liepen ze het steegje in. Een meter of twintig. Elisa leunde tegen de muur, Thomas wist niet of hij eerst nog iets moest zeggen. Elisa glimlachte, ze legde haar handen op zijn schouders en schrok zich te pletter toen ze een schreeuw hoorde. Net als Thomas die verschrikt een stap in haar richting zette.

In het begin van het steegje, onder de poort, stond iemand. Nee, nee, nee, bulderde de schimmige fi guur. Ik wil niet dat... Elisa of Thomas begrepen niet wat er gebeurde. Al dacht Elisa even dat ze de stem ergens van kende. Verbaasd en bang tegelijk zagen ze hoe de man een aansteker bovenhaalde en vreemd genoeg zijn eigen broek in brand stak. De vlammen likten al aan zijn knieën en de omringende muren voordat Thomas en Elisa in beweging kwamen. Benjamin gilde terwijl Thomas hem tegen de grond werkte en Elisa het vuur doofde. Er kwam politie en een ziekenwagen bij. Een hoop gedoe voordat Benjamin naar het ziekenhuis verdween en Thomas en Elisa verder konden. In een zoen in het steegje hadden ze geen zin meer. Wanneer ze elkaar dan wel gekust hebben, vertelt de legende niet. Wel dat het steegje sindsdien van naam veranderde. Het werd vreemd genoeg niet Verbrande Broek. Ze staken voor een tweede keer de Brusselsestraat over. Op het trottoir wees het meisje naar een beeld links van haar. De laatste letter van zijn naam zit ook in de mijne, zei ze. Ze liepen rechts langs de leegstaande Sint-Jacobskerk de Kruis straat in, voorbij het Sint-Jacobsplein tot aan de Sint-Hubertusstraat. Van hieruit gaat de wandeling naar de Kruidtuin. Hou er rekening mee dat deze vanaf 1 oktober sluit om 17.00u. Vanaf 1 mei kan u erin tot 20.00u. Wanneer u na het sluitingsuur op dit punt aankomt, kan u van hieruit naar links gaan over de Sint- Hubertusstraat, tot aan het kruispunt met de Kapucijnenvoer, daar rechts tot u links de Minderbroedersstraat in kan en u weer aansluit op de route van Victor P.

In de Sint-Hubertusstraat naar rechts, voorbij de pomp, aan het kruispunt weer links naar de Tervuursestraat en op de splitsing iets verder de Heilige-Geeststraat in. Na ongeveer honderd meter glipten ze links langs een smalle doorgang de Kruidtuin in. Uit het schriftje weten we dat Victor en het meisje hier even op een bankje zaten. Met hun ogen dicht. Later roken ze aan verschillende planten en kruiden. Het meisje vertelde dat deze kruidtuin de oudste was in België, van 1738. En dat de naam Kruidtuin eigenlijk niet meer klopte. Vroeger wel, toen stonden er enkel geneeskrachtige planten en kruiden. Speciaal voor professoren en studenten van geneeskunde. Die kwamen hier de planten bestuderen of hadden hier een voorraadje van dit of dat geneeskrachtig kruid staan. Tegenwoordig staan er allerlei andere planten, struiken en bomen in de tuin. Ze liepen de Kruidtuin uit langs de hoofdingang en staken de Kapucijnenvoer over naar de Minderbroedersstraat. Waar links op de hoek het torentje van de eerste snijkamer staat. Het anatomisch theater. De plaats waar studenten lessen kregen in anatomie en chirurgie. In praktijk betekende dit dat de professor lijken opensneed en daar uitleg bij gaf. Dat klonk akelig, vond Victor. Na ongeveer honderdvijftig meter wandelde het meisje rechts een naamloze parking op. Ze wilde Victor de toren van de koeienschieters laten zien. Ze liepen daarom een stukje de parking op, pakweg 50 meter, sloegen linksaf en liepen eerst over een stuk parking en toen langs een smalle doorgang tussen gebouw en struiken naar de oever van de Dijle. Een plek waar de rivier zich splitst en waar er een oude stadstoren vergeefs waakt over de

stad. Aan de overzijde staat trouwens de toren van Jansenius. In die toren schreef de bekende hoogleraar en later bisschop zijn omstreden werk Augustinus. Victor P. noteerde in zijn schriftje dat elke tijd zijn stenen sporen achterliet. Leuvenaars hebben twee bijnamen, zei het meisje. Hoe komt het dat je zoveel weet over Leuven? Ben je een gids soms? vroeg Victor. Wat ik ben...doet er niet toe, antwoordde ze geheimzinnig en vertelde verder. Twee bijnamen. Pietermannen, naar Sint-Pieter, de oudste parochie in Leuven, en Koeienschieters. In 1691 werd Leuven belegerd door de Fransen. De Leuvenaars verschansten zich achter de stadsmuren en hielden s nachts manmoedig de wacht. Tijdens zo een nacht zagen de bewakers verdachte gestaltes door het donker bewegen. Vast stiekeme Fransozen die door het duister slopen. Een aanval bij nacht. Zonder aarzelen openden de Leuvenaars het vuur en wisten de aanval af te slaan. Trots dat ze waren. Tenminste, tot s morgens bleek dat ze op een kudde koeien hadden geschoten. Ze volgden de Dijle een klein stukje stroomopwaarts, moesten toen wel naar rechts, een stukje tussen gebouw en muur door, weer links en zo de parking af. Ze kwamen in de Janseniusstraat en het meisje gebaarde dat ze naar links moesten. Of het nog lang zou duren? vroeg Victor. Ik heb dorst trouwens. Het meisje lachte en zei dat ze daaraan gedacht had. Ze wandelden tot aan de splitsing, sloegen rechts het Redingenhof in en volgden die straat door vrijwel meteen weer links af te slaan. Tot aan de brug over de Dijle.

Het meisje wees naar de Dijle-eend en zei dat Victor mocht drinken zoveel hij wilde. Het duurde even voor Victor het geheim van de eend ontdekte. Daarna dronk het meisje en natuurlijk spatte ze hem nat. Ze lachte en ging er vandoor. Pak me dan. Meteen na de eerste brug rende ze rechts een smal pad langs de Dijle in. Victor ging haar achterna en kreeg haar pas te pakken vlakbij een klein parkje. Als je zin hebt om het Groot Begijnhof te bezoeken, wees het meisje, gewoon het pad langs de Dijle volgen, door de Dijlemolens en schuin de straat oversteken. Je bent er binnen enkele minuten. Victor P. zei niks maar ging in het gras zitten. Wil je een Tegenwens doen? vroeg het meisje. Ze kwam naast hem zitten. Een Tegenwens? Het meisje vertelde dat het brugje over de kleine vijver de brug van de Tegenwens was. In het begin van de vorige eeuw, tijdens de Eerste Wereldoorlog, hoorde het brugje en de vijver bij de tuin van een rijke Leuvense familie. Een gezin met twee zonen, allebei soldaat en vechtend aan het front. Elke avond kwam hun moeder hier op de brug staan, sloot haar ogen en wenste dat haar jongens niets zou overkomen. Beide jongens overleefden de oorlog. Later volgden tientallen, honderden mensen haar voorbeeld. Studenten die niet wilden zakken voor een examen, bergbeklimmers die wensten dat ze niet zouden vallen, jongens die wensten dat ze niet hoefden te dansen, meisjes dat ze niet hoefden te zoenen,...

De brug van de Tegenwens. Met je ogen dicht spreek je de wens uit dat iets jou of iemand anders niet zal overkomen. In zijn schriftje beschrijft Victor dat hij op de brug heeft gestaan. Wat zijn Tegenwens was, geeft hij niet prijs. Die T van Tegenwens zit trouwens ook in mijn naam. Twee keer. Misschien ben ik wel één grote tegenwens, klonk ze opeens raadselachtig. Misschien is het beter om mij niet te ontmoeten? In het schriftje staat nog een groot uitroepteken bij die opmerking. Ze wandelden verder. Om het vijvertje heen en via een smal poortje het parkje uit. Langs een arm van de Dijle tot ze via een brede poort in de Schapenstraat kwamen. Ze staken die over en gingen naar links tot ze bij de Wolvenpoort kwamen. Niet meer dan een deuropening in een hoge rechte muur. Langs de trap omhoog en verder via het pad dat rechtdoor de heuvel opliep. In zijn dagboek noteerde hij dat hij zich ongeveer hier afvroeg waarom ze al die paadjes kende. Binnendoortjes. Handig als je ongezien van het een naar het ander wilde. Een studente was ze niet. Dat had ze zelf gezegd. Langs de andere kant leek ze hem niet het type dat gewoon een baan had. Waar zou ze van leven? Hoe verdiende ze haar geld? Het meisje nam een stok en tekende een slang in het zand. Tenminste, Victor dacht dat het een slang was. Tot ze hem zei dat het een letter uit haar naam was die veel op zo n beest leek. Het laatste stukje van het pad omhoog volgden ze de diep uitgemeten treden. Eenmaal boven wees het meisje naar links. Richting Van Dalecollege. Het paadje kronkelde tussen de

gebouwen, langs een oude pomp, over een binnenplaats tot ze via een poort op de drukke Naamsestraat kwamen. Hier ken ik het weer, zei Victor P. ** Dat is goed. Ze liepen enkele tientallen meters naar links, staken de straat over en liepen onder de poort van het Atrechtcollege door. Het meisje wees naar de grote boom voor het college. De Boom van het Groot Verdriet, wees ze. Ze vertelde dat het Atrechtcollege jarenlang een pedagogie voor meisjes was. Een soort van internaat met strenge regels: jongens ten strengste verboden! De meisjes moesten om 19.00u al binnen zijn! Onder de takken van de treurhoningboom moesten ze daarom elke avond al vroeg afscheid nemen van hun liefjes. En avond na avond werden er onder de boom zoete tranen geweend. Daarom gaven Leuvenaars de boom zijn mooie bijnaam. Langs het Ruteriuspad ging het omzeggens rechtdoor naar het stadspark. In het schriftje staat niet of ze naar elkaar keken door één van de glasstructuren van Le Jardin Imaginaire, een installatie van kunstenaar Daniel Buren. In het dagboek staat slechts één woord: KUS. Ze volgden het pad door het stadspark naar links. Namen de uitgang in de Charles Deberiotstraat, staken die meteen over. Voorbij Pieter De Somer, langs de trappen naar beneden, rechts aanhouden en dan tot aan de ingang van het Pauscollege (voluit het Paus Adriaan VI-college). ** U kan hier de wandeling inkorten en de Naamsestraat (naar links) volgen tot aan het stadhuis.

Door de dubbele binnendeur naar het binnenplein met zijn bronzen leeuwen. Rustig wandelden ze het pad af en bekeken ze de beeldhouwwerken. Het meisje vertelde over de Nacht van de vreselijke ijsjes. Een wedstrijd die op dit binnenplein tot aan het eind van de vorige eeuw eens per jaar werd gehouden. Telkens op een woensdagavond in mei. Voor studenten, telkens in groepjes van vijf. Het startschot werd gegeven om tien uur s avonds, de wedstrijd eindigde precies drie minuten na middernacht. In die tijd moesten de ploegen zoveel mogelijk ijsjes eten. Simpele ijsjes in een hoorntje met 1 bol vanille. Het record staat op naam van een ploeg Rechten-studenten, zij wisten in 1983 liefst 137 ijsjes weg te werken. Aan de wedstrijd kwam een einde toen in 1999 de wedstrijd helemaal uit de hand liep. Twee ploegen hadden na twee uur en drie minuten allebei 126 ijsjes naar binnen gewerkt. Al snel beschuldigden ze elkaar van vals spelen en het stiekem wegwerken van ijsjes in plantenbakken. Iemand gooide een ijsje naar de tegenstander en er vloog een bol vanille naar de tafel van de jury. Binnen de kortste tijd veranderde het binnenplein in een ijsjesslagveld, een tapijt van vertrappelde hoorntjes en gesmolten ijs, met vanillespatten tot tegen de hoogste ramen. Eén dag later werd de wedstrijd voor eeuwig en altijd verboden. Ze liepen naar het Hogeschoolplein, gingen naar rechts en wandelden de s Meiersstraat in. Victor probeerde met de letters die hij al had een naam te puzzelen. Sommige klonken heel gewoon, andere werkelijk te gek. Het meisje glimlachte elke keer als hij een naam noemde.

Je moet nog één letter, zei ze. Die gaf ze blijkbaar pas prijs toen ze via het Jozef Vounckplein in de Eikstraat waren beland. Links zag je het stadhuis al liggen. Ik ga die kant uit, zei het meisje. Ze wees naar rechts. Maar... zei Victor. En je naam dan? Zie ik je nog terug? Uit zijn laatste notities blijkt dat hij iets heel anders had verwacht. Samen een hapje eten, iets drinken, eindeloos praten, elkaar diep in de ogen kijken. Ze kon toch niet zomaar weg gaan? Het meisje grijnsde. Als je weet hoe vaak je op een brug stond, weet je ook de hoeveelste letter uit het alfabet er nog bij mijn naam hoort. Ze zei hem dat hij op haar moest wachten op de trappen van het stadhuis. Ze zou terugkomen zodra hij haar naam geraden had. Beloofd. Ze heeft zonder twijfel een hele poos op zich laten wachten. Agent O. Vanderplas twijfelt er zelfs aan of ze uiteindelijk wel is opgedoken. Het verdwijnen van Victor P. - van hem is sindsdien geen spoor meer - laat alle mogelijkheden open. Is hij kwaad weggelopen omdat ze niet opdaagde? Is hij in zeven haasten met haar vertrokken, zijn hart achterna? Is hij opgestaan en begonnen aan een wanhopige zoektocht? Zeker is dat het meisje lang op zich liet wachten. Ze gaf Victor P. alle tijd om de gebeurtenissen te noteren in zijn dagboek. Natuurlijk ging hij ook aan het werk met de letters die ze hem gegeven had. Hij wilde o zo graag haar naam weten.

Volgens agent O. Vanderplas kan je met de letters geen zinnige naam maken. Wel een boodschap van twee woorden met een héél andere betekenis. Zet u rustig neer en probeer het zelf. Deze wandeling is een project van Toerisme Leuven en Artes.Leuven vzw Ze werd ontwikkeld in het kader van de tentoonstelling Leven in Steen - Sporen van 4 miljard jaar evolutie VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Toerisme Leuven In&Uit, stadhuis, Naamsestraat 1, 3000 Leuven 016 20 30 20, inenuit@leuven.be www.inenuitleuven.be / www.leuven.be www.artesleuven.be Tekst & route: Stefan Boonen Foto s: Eric Dewaersegger toerisme Leuven. Eeuwenoud, springlevend.

MIJN EIGEN GEHEIMPJES STAP VOOR STAP

2,00