De zoektocht naar kinderopvang

Vergelijkbare documenten
De zoektocht naar kinderopvang

20/02/2014 SUBSIDIES KINDEROPVANG BABY S EN PEUTERS. Principieel akkoord Vlaamse Regering 5 juli PRINCIPIEEL AKKOORD BVR SUBSIDIES 5 juli 2013

Huishoudelijk reglement & schriftelijke overeenkomst

VVSG INSPIRATIEDAG 20 maart Stand van zaken op vandaag, onder voorbehoud van definitieve goedkeuring van de regelgeving

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 2 subsidies

Kinderopvang in Aarschot

DECREET HOUDENDE DE ORGANISATIE VAN KINDEROPVANG VAN BABY S en PEUTERS. Ann Lobijn

Sociale functie KO. Drempels afbouwen VLAS 29/04/2016 INLEIDING

Moet je overdag gaan werken, studeren, een opleiding volgen, werk zoeken,?

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 1 subsidies

BROCHURE FINANCIËLE COMPENSATIE 2017

In bepaalde omstandigheden kan een afwijking worden aangevraagd van het berekende inkomenstarief voor kinderopvang.

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Procedurebesluit Buitenschoolse Opvang van 19 december 2014;

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Subsidiebesluit van 22 november 2013, wat betreft flexibele opvang

Vernieuwing kinderopvang in Vlaanderen en Brussel

Lokaal loket kinderopvang Kinderopvangzoeker

Brochure voorschotten gezinsopvang

Schriftelijke overeenkomst

1 punt 3 /1 wordt opgeheven; 2 er wordt een punt 14 /2 ingevoegd dat luidt als volgt:

Kinderopvang in Vlaanderen. 6 maart 2014

In de beleidsbrief Welzijn, Volksgezindheid en Gezin zegt de minister ook werk te maken van een flexibele kinderopvang.

BROCHURE FINANCIËLE COMPENSATIE 2014

Departement Onderwijs, Opvoeding en Jeugd Dienst Kinderopvang

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2013 houdende het lokaal beleid kinderopvang;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters, artikel 10, 3 ;

Lokaal loket kinderopvang. Resultaten enquête 2016

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Inwerkingtreding wijzigingen Wijzigingsbesluiten

Aan alle kinderopvangorganisaties met subsidie voor inkomenstarief. Afdeling contactpersoon Telefoon Kinderopvang. AMDP mei 2014

ONDERSTEUNINGSREGLEMENT VOOR KINDEROPVANGPLAATSEN VOOR BABY S EN PEUTERS HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1: Locatiepremie

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters

Inkomenstarief: veranderingen en nieuwe aanpak voor aanvraag attesten

OPVANG BESTELLEN IS OPVANG BETALEN? Duiding bij de wijzigingen n.a.v. het nieuwe Decreet Kinderopvang

1. Deze toekenningsronde richt zich tot organisatoren met locaties gezinsopvang zonder subsidies voor inkomenstarief.

gemeenteraad Besluit De volgende bepalingen zijn van toepassing inzake de bevoegdheid: Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 42, 1.

Subsidie inkomenstarief ( trap 2 )

Raad voor Maatschappelijk Welzijn

NAAR EEN VITALE SAMENWERKING tussen KINDEROPVANG en LOKAAL BESTUUR

Groepsopvang voor baby s en peuters De Mereltjes Hasseltsesteenweg Tongeren Tel 012/

Brochure voorschotten groepsopvang

Kinderopvang in Vlaanderen

Oog voor kwaliteit in de Vlaamse kinderopvang: elke kinderbegeleider en elke verantwoordelijke gekwalificeerd

DECREET KINDEROPVANG Toelichting oudercontact 23 oktober Groepsopvang De Kaboutertjes

GROEN LICHT, ACV STEUNT DEZE VISIE. PAS OP, GEVAAR VOOR KWALITEITSVOLLE, STOP! STOP! DUIDELIJK GEVAAR VOOR KWALITEITSVOLLE,

Subsidies inclusieve opvang

Subsidies voor groepsopvang van schoolkinderen

Nota Vlaamse Regionale Analyse: De Vlaamse regering bereikt een akkoord over de hervorming van de kinderbijslag

VEEL GESTELDE VRAGEN MBT OPROEP KOALA

CENTRALE AANMELDINGSLIJST KINDEROPVANG IN GROOT-AALST. voor kinderen van 0-3 jaar

KINDEROPVANG voor baby s en peuters

wegwijs in opvang voor je baby of peuter

E-dossier. hoe maken we kinderopvang toegankelijker? OUDERS, KINDEROPVANGINITIATIEVEN EN ARMOEDEVERENIGINGEN AAN HET WOORD

Schriftelijke overeenkomst

Kinderopvang = instrument in strijd tegen kinderarmoede

Kind in Beeld. Kinderopvang

Kind in Beeld. Kinderopvang

We stellen de resultaten graag aan u voor op een informatievergadering. U zult hiervoor worden uitgenodigd in de loop van het najaar van 2009.

Vlaamse Regering keurt voorontwerp decreet Kinderopvang goed

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 16 maart 2016;

FINANCIËLE BIJDRAGE GEZINNEN 2017

Brochure huishoudelijk reglement en schriftelijke overeenkomst

Subsidieberekening voor kinderopvang van baby s en peuters

VERANTWOORDINGSNOTA BBC STRATEGISCHE DOELSTELLING 2.

Gezinsopvang en groepsopvang van baby's en peuters - Handhaving voorwaarden

Subsidie kinderopvang baby s en peuters: in de praktijk

Beleidsmaatregelen voor alleenstaanden en alleenstaande ouders - Beleidsdomein Welzijn

Vakantieopvang. Verbeteringen die ouders toelaten een vlottere regeling te treffen. Standpunt van de Gezinsbond

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

Oproep kandidaten voor subsidiebelofte voor basissubsidie (trap 1) voor bestaande plaatsen

Transitie decreet voor diensten voor opvanggezinnen

Contactgegevens: Marc Lammar, of of

2. UITVOEREN AUDIT VERZEKERINGSPORTEFEUILLE DOOR RISKSOLU- TIONS BVBA

Proefproject inkomenstarief-mix (IKT-mix)

Uitbreidingsronde Kinderopvang. Een zorgvuldig lokaal advies

Organisator Gezinsopvang De Mereltjes Hasseltsesteenweg Tongeren Tel 012/

REGLEMENT BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN PREMIES AAN INITIATIEVEN VOOR KINDEROPVANG VAN BABY S EN PEUTERS IN NINOVE

Respect en open communicatie zijn voor ons belangrijke bouwstenen.

Contactgegevens: Wendy Valijs, of

Voorontwerp decreet voorschoolse kinderopvang

Resultaten enquête behoefte kinderopvang van 0 tot 2,5 jaar. Er werden 420 enquêtes verstuurd waarvan er 95 enquêtes werden ingevuld dat is 22,6%

Kinderdagverblijf d Engeltjes Hulststraat Lier Tel: 03/ Gsm: 0475/ Rek.nr. : BE

Infoavond voor ouders 31 maart 2014

Voorbeeldcriteria advies lokaal bestuur bij uitbreidingsronde kinderopvang

Formulier 1: De schriftelijke overeenkomst. Overeenkomst

GEMEENTELIJK SUBSIDIEREGLEMENT VOOR HET TOEKENNEN VAN EEN INVESTERINGSTOELAGE AAN KINDEROPVANGINITIATIEVEN versie 01/01/2017

AANVRAAG EENMALIGE INVESTERINGSTOELAGE VOOR KINDEROPVANGINITIATIEVEN. Deel 1: IDENTIFICATIEGEGEVENS

Schriftelijke overeenkomst tussen organisator en contracthouder

AANVRAAG EENMALIGE INVESTERINGSTOELAGE VOOR KINDEROPVANGINITIATIEVEN. Deel 1: IDENTIFICATIEGEGEVENS

Huishoudelijk reglement

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

Formulier 1 Overeenkomst

V R A G E N K A A R T THEMA: KINDEROPVANG

De (on)gelijke deelname aan kinderopvang in Vlaanderen

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor basissubsidie (trap 1) groepsopvang

I. Situering Art. 4, eerste lid, 1 en 2 Decr.Vl. 20 april Art. 5, eerste lid, 3 Decr.Vl. 20 april 2012.

special kinderopvang Alleen opvangvoorzieningen die met het lokaal loket kinderopvang samenwerken, worden nog vergund. 26 maart 2014 Lokaal

schriftelijke overeenkomst kinderopvang

Kinderopvang cijfert. Voorrangsgroepen

Ontwerpdecreet houdende de organisatie van Kinderopvang van baby s en peuters. Definitief goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 18 november 2011

Lokaal Overleg Kinderopvang. Verslag van de vergadering van 26 november 2014

Suggesties en tips voor gebruik in gesprek met OUDERS

Transcriptie:

VROUWENRAAD Middaglijnstraat 10 1210 Brussel T 32 2 229 38 18 info@vrouwenraad.be www.vrouwenraad.be De zoektocht naar kinderopvang Persdossier Mei 2016

Betaalbare, toegankelijke en kwalitatieve kinderopvang is voor de Vrouwenraad van primordiaal belang. De sector bevindt zich bovendien in een hervormingsfase en we kregen dan ook heel wat signalen binnen van bezorgde ouders. Reden genoeg om eind 2015 een digitale bevraging op te starten over de zoektocht naar geschikte opvang voor kinderen tussen 0 en 3 jaar. Wat hebben we onderzocht? We wilden weten hoe jonge ouders het zoektraject naar geschikte kinderopvang ervaren en waar precies de knelpunten liggen. We focusten vooral op de ervaringen en noden van alleenstaande moeders. Wat de zoektocht betreft, stelden we vragen naar de volgende kenmerken: o o o o start duur breedte (aantal gecontacteerde opvangplaatsen, aantal wachtlijsten) gebruikte kanalen Wat de geschiktheid betreft, onderzochten we de volgende criteria: o bereikbaarheid o betaalbaarheid o beschikbaarheid (openingsuren) o kwaliteit Hoe? Voor het onderzoek werd gekozen voor een overwegend gesloten online vragenlijst, gericht op de profielkenmerken en de ervaringen van de personen op zoek naar geschikte en kwaliteitsvolle kinderopvang. De lijst bevatte ook vier open vragen naar verduidelijkingen bij de gesloten vragen, dit om aanvullende informatie te verkrijgen en om de respondenten de mogelijkheid te geven persoonlijke ervaringen mee te delen. Deze open oproep was rechtstreeks gericht naar de kinderopvangzoekenden, maar werd ook indirect naar de sector van de kinderopvangvoorzieningen zelf verspreid via de medewerking van een ruim aantal organisaties waaronder ook de leden van de Vrouwenraad. De vragenlijst kon ingevuld worden tussen 15 september en 15 november 2015. Waar mogelijk hebben we de resultaten van de globale respondentengroep vergeleken met een studie uit 2007 in opdracht van Kind en Gezin, over de zoektocht van ouders naar een voorschoolse kinderopvangplaats (MAS, Analyse van het zoekproces van ouders naar een voorschoolse kinderopvangplaats 2007). Hierbij stelden we vast dat de profielkenmerken van hun respondentengroep sterke overeenkomsten vertonen met die van de respondenten uit ons onderzoek. Wie waren de respondenten? De respons was zeer goed, op korte tijd kregen we bijna 1000 reacties binnen. De vragenlijst is effectief ingevuld door 976 personen. De hoge responsgraad liet toe om specifieke problemen en groepen apart te analyseren, enerzijds de algemene drempels bij de zoektocht naar kinderopvang en anderzijds de specifieke problemen van de alleenstaande mama s. We vergeleken deze groep met de globale respondentengroep. We maakten echter geen vergelijking tussen de alleenstaande papa s en de alleenstaande mama s om de eenvoudige reden dat er weinig single papa s deelgenomen hebben. Binnen de sociodemografische kenmerken verschilt het profiel van de alleenstaande mama s opvallend van dat van de globale respondentengroep. Blz. 2/8

Tabel 1 Profielkenmerken globale respondentengroep & alleenstaande mama's Profielkenmerken Globale respondentengroep in % (n=976) Alleenstaande mama s in % (n=80) Lager secundair onderwijs 4 % 18 % Hoger secundair onderwijs 20 % 37 % Hoger onderwijs 76 % 46 % Werkend 92 % 74 % Niet-werkend 8 % 26 % Gezinsinkomen van 0 tot 1199 3 % 23 % Gezinsinkomen van 1200 tot 1999 13 % 54 % Gezinsinkomen van 2000 of meer 83 % 23 % Aantal kinderen: 1 48 % 59 % Aantal kinderen: 2 38 % 29 % Bij de alleenstaande mama s waren er opvallend meer lager geschoolden, meer niet-werkenden en meer personen met een inkomen lager dan 2000 euro. Nog niet 1 op 4 van de alleenstaande mama s had een gezinsinkomen (dus mét kindergeld) van meer dan 2000 euro, terwijl meer dan vier vijfden van de samenwonenden over meer dan 2000 per maand beschikten. De groep van alleenstaande kinderopvangzoekende mama s in ons onderzoek zag zich duidelijk geconfronteerd met bijkomende precaire situaties, d.w.z. qua opleiding, tewerkstelling en inkomen. Dit maakt dat hun problematiek van kwetsbaarheid meerdere dimensies inhoudt. Wat nemen we mee uit de resultaten? Blijvende ondervertegenwoordiging van kwetsbare groepen in de kinderopvang (p. 12: algemene kenmerken van de globale respondentengroep (GR) en p. 27: kenmerken van het profiel van alleenstaande mama s (AM)). Na 10 jaar zijn het nog altijd de goed verdienende hoogopgeleiden die de grootste kinderopvanggebruikers zijn. De sociale gradiënt blijft dus sterk aanwezig. Zie de grafiek over het opleidingsniveau van alle ondervraagden (4.2.2 p. 14). Kijken we naar de groep alleenstaande ouders, dan zien we duidelijk de kwetsbaarheid: 1 op 2 heeft ten hoogste hoger secundair onderwijs gevolgd en 1 op 4 werkt niet (zie grafiek over samenwoningstype & opleidingsniveau 4.3.3. op p. 19 en grafiek over samenwoningstype & tewerkstellingssituatie 4.3.4. op p. 20). 9 % van de GR vond geen opvang of niet voor alle kinderen, bij de AM was dit dubbel zoveel: 20 % (p. 49: is er opvang gevonden - GR - p.82: is er opvang gevonden - AM -). Blz. 3/8

Opvang gevonden: globale respondentengroep Opvang gevonden: alleenstaande mama s Figuur 34 opvangzoekers die opvang gevonden hebben Figuur 64 alleenstaande mama's die opvang gevonden hebben In vergelijking met het onderzoeksrapport van Kind en Gezin (MAS, Analyse van het zoekproces van ouders naar een voorschoolse kinderopvangplaats 2007) zien we voor de globale respondentengroep geen merkbare verschillen. Dit betekent dus dat net zoals in 2007 nog 1 op de 10 opvangzoekenden met opvangproblemen geconfronteerd wordt. Voorrangsbeleid werkt: 1 op de 3 van de AM die zich in de meest precaire situatie (lager opgeleid, niet-werkend) bevinden, vindt snel opvang, maar anderzijds kan 4 op 10 toch geen gebruikmaken van de voorrangsregels (p. 85: voorrangsbeleid?). Kwalitatief onderzoek naar de redenen hiervoor is dringend nodig. Wat bevelen we aan? Meer opvangplaatsen creëren zodat er geen spanning meer is tussen de economische en sociale functie van de kinderopvang. Het voorrangsbeleid verder en beter uitbreiden en toepassen, want 44 % van de meest precaire groep van AM stelt dat ze er geen gebruik van kunnen maken. Meer investeren zodat alle kinderopvanginitiatieven de drie functies waar kunnen maken (op economisch, pedagogisch en sociaal vlak) en hiervoor de nodige middelen voorzien (m.a.w. niet enkel investeren in trap 1, nl. die met vrij te bepalen prijs). Dit is meer dan ooit noodzakelijk wanneer we zien dat de meest precaire groep van AM in 1 op de 5 gevallen geen of niet voor alle kinderen opvang vindt. Ik gebruik ook opvang in de crèche - en heel véél - want ik ben alleenstaande mama. Maar als de grootmoeder ook een gedeelte voor opvang kan zorgen en dat kost me niets, dan is de rekening wel snel gemaakt. Daarom is het kind bijna evenveel in de crèche als bij de grootmoeder. Maar als ik meereken dat het ook grootmoeder is die de overlappende tijd voor haar rekening neemt 's avonds, dan is de kleine dus wel meest bij de grootmoeder. Beide groepen (GR en AM): 6 op de 10 vindt inkomensgerelateerde tarieven (IGT) belangrijk. In de studie van Kind en Gezin uit 2007 gaf ongeveer de helft van de ouders (52 %) de voorkeur aan opvang waarvan de prijs bepaald wordt door het gezinsinkomen. Dit is - als we beide mogen vergelijken - gevoelig minder dan in ons enquêteresultaat (61,07 %). Met andere woorden, in vergelijking met 2007 zien we een vijfde meer respondenten die belang hechten aan IGT (p. 44 en p. 78: belang van IGT). Blz. 4/8

Figuur 61 Belang van inkomensgerelateerde tarieven bij de zoektocht (alleenstaande mama s) Prijstevredenheid: de minst betalende AM zijn het meest ontevreden, de meest betalende GR zijn ook het meest ontevreden (p. 58: fig. 43 tevredenheid over de betaalde prijs, p 89: betaalde prijs AM). Met betrekking tot de kostprijs van de opvang noteerden we de volgende knelpunten (p. 44: kwaliteitscriteria): - onvoldoende respijtdagen (niet genoeg flexibiliteit in functie van ziekte van het kind en/of van de ouders en verlof van zowel de opvanginstantie zelf als de ouders). Vooral de extra kosten, het aantal respijtdagen en het principe bestellen is betalen zetten kwaad bloed bij de respondenten. - onduidelijkheid over de berekening van het dagtarief gekoppeld aan het inkomen. Wat bevelen we aan? De meest precaire groep van de alleenstaande mama s wordt extra onder druk gezet door de verdrievoudiging van de minimumtarieven begin 2016. Daarom vragen we een armoedetoets op de verhoging van het minimumtarief, het principe bestellen is betalen (sociale correcties in de maximumboetes), het aantal respijtdagen en de extra kosten. Als je wil dat zo veel mogelijk vrouwen thuisblijven om voor hun kinderen te zorgen en als je het werken buitenshuis onaantrekkelijk wil maken, zijn die respijtdagen alleszins een heel effectief middel. Een ziek kind betekent nu: crèche betalen en vakantie opnemen of kinderoppasser betalen. Prijssetting - ook al wordt er gewerkt met IKG systeem - varieert veel van opvang tot opvang. Er komen vaak heel wat extra's bij (administratieve kosten, vuilnisverwerking, kosten voor knutselmateriaal,...). Ook deze extra's zouden begrensd moeten zijn! Bijna 60 % begint 9 maanden of langer op voorhand te zoeken (p. 29 aanvang van de zoektocht) AM starten later (1 op 3 minder dan 6 maanden op voorhand; p. 68: aanvang van de zoektocht AM) Blz. 5/8

9 % heeft langer moeten zoeken dan de duur van de zwangerschap zelf, bij de AM 12,50 % (p. 30 en p. 69 duur van de zoektocht). Ruim 1 op de 3 moet nog altijd 5 of meer opvangplaatsen contacteren ( p. 38 en p.74 aantal gecontacteerde opvangplaatsen) 42 % zoekt via gemeente of OCMW, bij de AM is dit 70 % (in rangorde komt Kind en Gezin op de 4 de plaats, bij de GR op de 2 de : p. 36 en p. 73: meest gebruikte kanalen) Wat bevelen we aan? Een kwaliteitsvol en toegankelijk loket (met gebruiksvriendelijke digitale zoeksystemen) is meer dan ooit noodzakelijk. De kinderopvangzoeker van Kind en Gezin die nu on hold staat moet verder op punt gesteld worden. Ik ben nergens een website tegengekomen met een degelijk overzicht per stad/gemeente/provincie van onthaalouders/kinderopvang, ook niet op de site van Kind en Gezin... Een overkoepelende verzamelsite zou dus interessant zijn Het beloofde aantal vrije plaatsen bleek absoluut niet overeen te komen met de werkelijkheid! Het online systeem van XXX laat te wensen over: je krijgt (als je geluk hebt) na drie maanden een antwoord op je voorkeurslijst. Als deze negatief is, mag je een nieuwe lijst indienen... en dan moet je weer drie maanden wachten De globale respondentengroep hecht het meest belang aan zorg en pedagogische aanpak, terwijl alleenstaande mama s het minst tevreden zijn over de afstand/bereikbaarheid en de openingsuren (p.59 en p.89: opvang op maat?) Tabel 2 Tevredenheid ( meestal wel ) over de karakteristieken van de opvangplaats (globaal & alleenstaande mama s) Karakteristiek van opvangplaats Percentage respondenten met tevreden reacties globale respondentengroep (n=976) 1 Percentage respondenten met tevreden reacties alleenstaande mama s (n=80) 2 Betaalbaarheid (prijzen) 50 % 54 % Geschiktheid georganiseerde opvang 84 % (n=885) 86 % (n=72) Bereikbaarheid 69 % 57,5 % Openingsuren 61 % (n=971) 48 % (n=79) Kwaliteit Vriendelijkheid van het onthaal 86 % 85 % Responsiviteit van het onthaal 81 % 80 % Zorgaanbod 70 % 72 % 1 Bij de karakteristieken waar het totaal aantal respondenten afwijkt van het totaal van de respondentengroep (976) wordt dit aangegeven in de tabel zelf. 2 Idem m.b.t. het aantal alleenstaande mama s. Blz. 6/8

Wat bevelen we aan? Er moet meer ingezet worden op flexibele opvang in de buurt. Maar er zijn grenzen aan flexibiliteit en dus ook aan flexibiliteit op de werkvloer. In die zin is de intentie om deeltijds werkenden pas één dag op voorhand te verwittigen in verband met hun uurrooster, nefast te noemen. Net zoals het principe van de 38- urenweek op jaarbasis waarbij niet op voorhand kan ingeschat worden wanneer er langer of korter gewerkt moet worden en de aanpassing van de notie aangepast werk waarbij werkzoekenden nu ook een job op 90 km van huis moeten aanvaarden. Ik heb maar één opvangplaats gevonden die aan onze eisen voldeed. Omdat ik heel flexibele werkuren heb en mijn man ook en ik daarbij mijn uurrooster pas op het einde van de maand krijg, moest ik ook een opvang vinden die rekening hield met hele verschillende weken en dagen. Bij onthaalouders kon ik dus meestal niet terecht wegens vele die 4/5 de werken of halftijds. Bij de meeste crèches waren ze hier niet blij mee toen ik opvang vroeg. Inmiddels is het decreet veranderd en mag je normaal helemaal niet wisselen, je moet met vaste dagen werken. Ook de afstand van ons huis naar de crèche is ver. Tijdens de spitsuren kan ik er soms 55 minuten over doen om mijn kind af te zetten aan de crèche. We hebben geen keuze. Als je een opvang vindt die niet te ver van je deur is mag je al heel blij zijn. Onmogelijk om bij ons in de buurt een onthaalmoeder te vinden die voltijds werkt! Enkel vervroegde sluiting op vrijdag (17u) is een puzzelwerk. Ook hebben veel kribbes geen aangepaste openingsuren: als je in XXX werkt van 9 tot 17, heb je minstens een kribbe nodig die van 8-18 open is (elke dag)! Met betrekking tot de kwaliteitskenmerken van de opvangplaats zagen we dat zowel de globale respondentengroep als de alleenstaande mama s veel belang hechten aan de pedagogische functie van kinderopvang. Bij de globale respondentengroep stond dit zelfs op de eerste plaats en bij de alleenstaande mama s op de tweede plaats (p. 40 en p.76: kwaliteitscriteria algemeen). Zowel bij de GR als bij de AM is de nood aan communicatie met de opvangplaats een belangrijk aandachtspunt (p. 42 en p. 77: onder kwaliteitscriteria algemeen). Wat bevelen we aan? Het is belangrijk dat er dringend extra geïnvesteerd wordt in de implementatie van een pedagogisch raamwerk voor kinderopvang én dat het verplicht en adequaat opgevolgd wordt. Dit kan ook leiden tot een betere aansluiting tussen kinderopvang en kleuteronderwijs. De respondenten zouden bovendien graag minder kinderen per begeleider zien (nu 8 à 9). Daarnaast moet de ouderparticipatie die nog altijd projectmatig verloopt, operationeel worden in de hele sector. Ten slotte is de extreme gendersegregatie ons een doorn in het oog: opvang van jonge kinderen is immers geen zaak van vrouwen alleen! Wat voor ons belangrijk was: de zorg voor de kinderen moet centraal staan, een rustige sfeer. Op een rustige manier omgaan met de kindjes. Open contact met de ouders en ingaan op hun vragen. Ik hecht veel belang aan de inkleding en gezonde voeding (!) en borstvoeding. Een pluspunt is openstaan voor wasbare luiers. Op voorhand eens gaan kijken, dit is niet meer mogelijk door de huidige regeling: online aanvraag en Kind en Gezin beslist waar je je baby kunt brengen. Of dit nu past bij jouw eigen waarden en normen is niet belangrijk voor hen. We zijn enorm tevreden over XXX. Ook over het bezoek aan de eerste kleuterklas met de oudste peuters. Het zijn twee onthaalouders die samenwerken en ze hebben ongeveer acht kindjes per dag. Ik hoor echter van collega's dat er opvangplaatsen zijn met wel achttien kindjes elke dag en die mensen werken ook maar met z'n tweeën... Onthaalouders hebben geen statuut dat veel zekerheden biedt. Hierdoor hebben we tweemaal meegemaakt dat ons kind erg plots naar een andere onthaalouder moest. Blz. 7/8

Bepalingen m.b.t. de organisatie van kinderopvang 3 Het decreet Kinderopvang van baby s en peuters trad op 1 april 2014 in werking. Dit bracht belangrijke wijzigingen met zich mee, zowel voor de organisatoren als voor de ouders. De sector bevindt zich nog steeds in een overgangsperiode. Er zijn voortaan nog slechts twee soorten opvang: gezinsopvang (vroeger onthaalouder) en groepsopvang (vroeger kinderdagverblijf), georganiseerd vanuit een privé-initiatief of vanuit een openbaar bestuur. Elke professionele opvang van baby s en peuters tegen betaling heeft een vergunning nodig. Die is enkel verkrijgbaar wanneer de opvang aan bepaalde voorwaarden voldoet. Kwaliteitsvolle kinderopvang heeft naast een economische ook een pedagogische en een sociale functie. Het subsidiesysteem werkt trapsgewijs, te beginnen vanaf trap 0. Per trede zijn er bijkomende opdrachten/voorwaarden. Hoe hoger de trede, hoe meer subsidies er verkrijgbaar zijn, maar ook hoe meer voorwaarden er vervuld moeten worden. Kinderopvang van baby s en peuters met een vergunning maar zonder enige subsidie (trap 0) of met enkel een basissubsidie (trap 1) is vrij in het bepalen van de kostprijs. In opvanglocaties die bovenop de basissubsidie een subsidie voor inkomenstarief (trap 2) of een plussubsidie (trap 3) ontvangen, kunnen gezinnen een prijs betalen volgens hun inkomen. De opvang in trap 2 en 3 is verplicht om een aantal voorrangsregels te respecteren. De sociale functie van de kinderopvang wordt vertaald in de regelgeving via de bepaling van voorrangsregels. Elke organisator die een subsidie voor inkomenstarief ontvangt moet in het opnamebeleid voorrang geven aan kinderen van bepaalde gezinnen (zoals alleenstaanden, gezinnen met een laag inkomen, pleegkinderen en broers/zussen) 4. Om de sector economisch leefbaar te houden werd het principe bestellen is betalen ingevoerd. Sinds 1 april 2015 is voor elke opvang op basis van het inkomen van de ouders een opvangplan verplicht. In dit plan wordt contractueel vastgelegd welke dagen het kind naar de opvang gaat. Dit betekent dus dat de bestelde dagen betaald moeten worden. Per jaar worden minimaal 18 dagen (bij een voltijds opvangplan) vrijgesteld van die verplichting. Die dagen noemt men de respijtdagen. Wanneer de respijtdagen op zijn, betaalt de ouder een tarief (boete) door de opvang bepaald: soms is dat het gewone dagtarief, soms het maximumtarief (27,83 euro). Sedert begin 2016 gelden nieuwe tarieven: het minimumtarief werd opgetrokken van 1,56 naar 5 euro. Wie het echt moeilijk heeft (mits hij of zij een bepaald sociaal statuut heeft), kan een beroep doen op een individueel verminderd tarief. De toekenning van deze sociale correctie verloopt via een OCMW-onderzoek. Bovenop het dagtarief kunnen ook een aantal extra s worden aangerekend (producten voor verzorging, kosten voor administratie en facturatie, vroeg- of laattijdig ophalen van het kind, ) 5. 3 Dit overzicht van bepalingen steunt op het Jaarverslag 2014 van Kind en Gezin. 4 Zie brochure voorrangsbeleid op de website van Kind en Gezin 5 Brochure inkomenstarief voor ouders op de website van Kind en Gezin, versie maart 2016 Blz. 8/8