Overzicht 2013. De FOD en de transparante markt

Vergelijkbare documenten
Overzicht De FOD en de transparante markt

Een stand van zaken van ICT in België in 2012

Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel

De FOD Economie publiceert zijn Barometer van de informatiemaatschappij 2013

Goede ICT-prestaties voor België volgens de Barometer van de Informatiemaatschappij 2015

Barometer van de informatiemaatschappij (2012) Bronvermelding

Goede ICT-prestaties voor België, blijkt uit de Barometer van de informatiemaatschappij 2014

Niet-preferentiële certificaten van oorsprong

IPv6 Nieuwsbrief 29 november 2012

De FOD Economie informeert u! De innovatiepremie. Een creatieve werknemer belonen? Ja! Dankzij de fiscale vrijstelling van de innovatiepremies

Protocol dat de onafhankelijkheid van Vlaamse openbare statistieken garandeert

PERSBERICHT Brussel, 24 februari 2012

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis;

ENERGIE- OBSERVATORIUM. Kerncijfers % 80% 60% 40%

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 mei 2008 (04.06) (OR. en) 9935/08 SOC 316 COMPET 194

ENERGIE- OBSERVATORIUM. Kerncijfers %

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

Administrative bron. KBO : Kruispuntbank van Ondernemingen. Algemene informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

PLAN VOOR ULTRASNEL INTERNET IN BELGIË

KBO : Kruispuntbank van Ondernemingen

III BESLUITEN OP GROND VAN TITEL VI VAN HET EU-VERDRAG

Administrative bron. KBO : Kruispuntbank van Ondernemingen. Algemene informatie

R A P P O R T Nr

WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT. Boek IX

WAAROM IS FRANKRIJK AANTREKKELIJK VOOR NEDERLANDSE INVESTEERDERS?

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Prijzenobservatorium: Historiek en werking

De Octrooicellen. Bescherm en valoriseer uw uitvindingen. Gratis sectorale ondersteuning rond intellectuele eigendom op maat van uw onderneming

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 20 februari 2009 betreffende de Geografische Data- Infrastructuur Vlaanderen, artikel 22, laatste lid;

M (2015) 7. Overwegende dat deze samenwerking dus internationaal, interinstitutioneel en multidisciplinair moet zijn,

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

De FOD Economie informeert u! De innovatiepremie. Een creatieve werknemer belonen? Ja! Dankzij de fiscale vrijstelling van de innovatiepremies

Mededeling Vlaamse Regering. Vlaams statistisch programma: samenstelling en goedkeuringsproces

BEST BOSS BELEIDSNOTA Aanbevelingen voor een succesvolle bedrijfsopvolging van KMO s in toerisme

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Jaarverslag De Europese digitale agenda

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

Commissie interne markt en consumentenbescherming. van de Commissie interne markt en consumentenbescherming

Statistisch Product. Volwasseneneducatie

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.

Rapport klachtenmanagement FOD Economie, K.M.O, Middenstand en Energie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Ontwerp van samenwerkingsakkoord

DEELNAME AAN NATIONALE RADEN EN COMITÉS

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

VR DOC.0432/1

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid

Statistisch Product. Voortgezette opleidingen

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Barometer van de informatiemaatschappij (2016) Barometer van de informatiemaatschappij

Voor de delegaties gaan in bijlage dezes de ontwerp-conclusies van de Raad, waarover een akkoord is bereikt in de Groep sociale vraagstukken.

BAROMETER VAN DE INFORMATIEMAATSCHAPPIJ (2014)

ENERGIE- OBSERVATORIUM. Kerncijfers % 80% 60% 40%

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2009 (OR. en) 15137/09 CRIMORG 164 ENFOPOL 271

TETRALERT - ONDERNEMING VOORSTEL TOT HERZIENING VAN DE RICHTLIJN AANDEELHOUDERSRECHTEN

februari 2016 Europese financiering breedbandprojecten

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13289/00 LIMITE JAI 135

Barometer van de informatiemaatschappij (2017) Juli Barometer van de informatiemaatschappij

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

VR DOC.0797/1

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

GOF. Belgische gedragscode voor veiliger gsm-gebruik door jonge tieners en kinderen

Breedbandinternet voor alle Europeanen: de Commissie geeft het startsein voor een debat over de toekomst van universele diensten

EU-wetgevingsonderhandelingen EZK

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

ADMINISTRATIEVE OVEREENKOMST BETREFFENDE EEN SAMENWERKINGSKADER TUSSEN. het secretariaat van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 februari 2016 (OR. en)

Gecoördineerde handhavingsmaatregelen voor betere naleving consumentenrechten op reiswebsites

Niet-preferentiële certificaten van oorsprong

(Voor de EER relevante tekst)

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

REGLEMENT VAN ORDE VAN HET TECHNISCH COMITÉ MOTORVOERTUIGEN. Vastgesteld op 26 november 2013 Herziene versie vastgesteld op 30 oktober 2018

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)

2. Voor de voorgestelde insolventierichtlijn geldt de gewone wetgevingsprocedure.

Inhoudstafel WEGWIJZER DEEL 1. COMMENTAAR. Inleiding

Brussel, COM(2018) 109 final ANNEX 1 BIJLAGE. bij

10667/16 oms/hh 1 DGG 2B

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer

10044/17 mak/adw/sl 1 DG G 2B

Gemeenschappelijke Raadszitting van donderdag 2 mei

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

15414/14 van/mak/sv 1 DG D 2A

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Hierbij gaan voor de delegaties de conclusies die de Europese Raad op bovengenoemde bijeenkomst heeft aangenomen.

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

2. Het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft op 22 mei 2013 advies uitgebracht over de voorgestelde insolventieverordening.

Transcriptie:

Overzicht 2013 De FOD en de transparante markt

Overzicht 2013 De FOD en de transparante markt

Opmerking Begin 2014 werden de namen van een aantal algemene directies gewijzigd. We hebben ervoor gekozen in dit jaarverslag over 2013 de nieuwe namen reeds te gebruiken. We geven u de oude en nieuwe benamingen naast elkaar. 2 Oude benaming Algemene Directie Mededinging Algemene Directie Energie Algemene Directie Regulering en Organisatie van de Markt Algemene Directie Economisch Potentieel Algemene Directie K.M.O.-beleid Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid Algemene Directie Controle en Bemiddeling Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Algemene Directie Telecommunicatie en Informatiemaatschappij Nieuwe benaming of opmerking verdwijnt en wordt opgeslorpt in de Belgische Mededingingsautoriteit Algemene Directie Energie Algemene Directie Economische Reglementering Algemene Directie Economische Analyses en Internationale Economie Algemene Directie K.M.O.-beleid Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid Algemene Directie Economische Inspectie Algemene Directie Statistiek / Statistics Belgium Algemene Directie Telecommunicatie en Informatiemaatschappij Bron: Koninklijk besluit van 29 januari 2014 tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 november 2003 tot vaststelling van de benaming en van de bevoegdheden van de Algemene Directies van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie. Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Vooruitgangstraat 50 1210 Brussel Ondernemingsnr.: 0314.595.348 http://economie.fgov.be tel. 02 277 51 11 Vanuit het buitenland: tel. + 32 2 277 51 11 Verantwoordelijke uitgever: Jean-Marc Delporte Voorzitter van het Directiecomité Vooruitgangstraat 50 1210 Brussel Wettelijk depot: D/2014/2295/33 T/0262-14

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." Voorwoord 2013 was in vele opzichten het jaar van de balansen op verschillende bevoegdheidsniveaus: Europees, federaal en gewestelijk. In 2013 en begin 2014 werden heel wat wetgevende initiatieven tot een goed einde gebracht. Iets meer dan vijf jaar geleden bracht de financiële crisis tal van tekortkomingen aan het licht die de goede werking van de Europese interne markt ernstig konden schaden. Er werden dan ook verschillende plannen en strategieën geïmplementeerd. Elk overheidsniveau moest de strijd aanbinden tegen de achteruitgang van het economische, sociale en milieumodel als gevolg van de vertraagde systemische impact van deze crisis en de bezuinigingen, de armoededreiging en het verlies aan vertrouwen die hieruit resulteerden. In 2010 lanceerde de Europese Commissie haar 2020-strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei. Deze strategie gaat gepaard met kerninitiatieven op lange termijn vanuit Europa die gebundeld zijn in nationale doelstellingen waarvoor de Commissie regelmatige aanbevelingen formuleert. De uitvoering van deze doelstellingen wordt vastgelegd in het jaarlijkse nationale hervormingsplan van het land, dat gecoördineerd wordt door de FOD voor het micro -aspect en waaraan alle bevoegdheidsniveaus meewerken. De nog steeds voelbare neveneffecten van de crisis en de eisen die voortvloeien uit de begrotingssanering vertragen, weliswaar in beperkte mate, de verwezenlijking van deze initiatieven. Tijdens de zomer 2012 ontwikkelde de federale regering parallel een dynamische relancestrategie waarin de FOD Economie op basis van zijn exclusieve bevoegdheden een belangrijke rol speelt op het vlak van competitiviteit van de ondernemingen, energieprijzen en een verbetering van de marktwerking met name wat de transparantie betreft. Zo stelt het Federaal Planbureau, in samenwerking met de FOD, halfjaarlijkse voortgangsrapporten op over de relancestrategie van de federale regering. Deze evaluatierapporten steunen op een reeks indicatoren. Ook al is het niet mogelijk de effecten van de voorgestelde maatregelen op korte termijn te meten, de indicatoren voor België getuigden begin 2014 van een licht positieve trend voor de verbetering van het concurrentievermogen van de ondernemingen en de energieprijzen ten opzichte van onze buurlanden. In 2013 werd ook mijn managementplan als nieuwe voorzitter van de FOD ten volle uitgerold. De eerste transversale strategische doelstelling die ik de FOD toewees, heeft juist betrekking op zijn exclusieve, betrouwbare en innoverende steun aan de sociaaleconomische uitdagingen en prioriteiten van de federale regering, waarbij de institutionele akkoorden worden nageleefd en waarbij in goede verstandhouding wordt samengewerkt met de gewestelijke entiteiten. In 2013 werd ook een lange reflectie van het Directiecomité van de FOD en de concretisering van de strategische matrix afgerond. Deze matrix vormt het kader dat de activiteiten van de FOD stuurt bij de verwezenlijking van zijn kernopdracht de voorwaarden scheppen voor een competitieve en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België, opdracht die des te relevanter is in de hedendaagse economische context. Voor de vier kerntaken van de FOD, met name coördineren, kennen, reglementeren en toezicht houden, integreert de strategische matrix vier prioritaire krachtlijnen in de huidige conjunctuur: consumentenbescherming, duurzame ontwikkeling, concurrentievermogen en markttransparantie. Deze laatste krachtlijn, die een onontbeerlijk element in een competitieve markt is, komt in dit document uitvoerig aan bod. 3

Zorgen voor een doorzichtige markt betekent dat de spelers voortdurend worden geïnformeerd over de werking ervan om de juiste beslissingen te kunnen nemen. Deze markt is zowel aangewezen op de betrekkingen tussen de spelers onderling als op de relaties tussen de spelers en de overheid. In dat verband speelt de FOD met zijn analyses, zijn indicatoren, zijn expertise, zijn regelgevende bevoegdheid en de interinstitutionele coördinatie een prominente rol in het Belgische economische landschap. Het hele document is opgebouwd rond de vier kerntaken van de FOD Economie. Het eerste deel omvat de coördinatie-instrumenten die hetzij aan de Europese eisen, hetzij aan de noodzaak tot samenwerking met andere institutionele autoriteiten of nog aan de behoefte tot informeren van de economische subjecten beantwoorden. In het volgende hoofdstuk, dat gewijd is aan de kerntaak kennis, worden de expertise en het analytische vermogen van de FOD volgens de actualiteit (energie, telecom, kmo s) aangekaart, gevolgd door de terbeschikkingstelling van gegevens en informatie voor het publiek. Een groot deel is voorbehouden voor het Prijzenobservatorium en voor de monitoring van de sectoren en de markt, waarvan de rapporten zeer nuttig zijn met het oog op transparantie. 4 Het derde deel, dat over de kerntaak reglementering handelt, komt tegemoet aan de noodzakelijke rechtszekerheid voor het economische verkeer; zij waarborgt de kwaliteit en de veiligheid van producten en bevordert het consumentenvertrouwen. Twee domeinen hebben de laatste jaren een bijzondere ontwikkeling doorgemaakt: de digitale economie en de octrooien. 2013 werd eveneens gekenmerkt door de oprichting van de Mededingingsautoriteit en van de dienst Mededinging, die onlosmakelijk verbonden zijn met een doorzichtige markt. In het vierde deel wordt de nadruk gelegd op het belang van markttoezicht, of het nu gaat om sectorale controle (energie, diamant) of om controle die onder de economische politie ressorteert. Bedoeling is toe te zien op de correcte toepassing van de regelgeving. Maar de FOD wil eveneens constructief zijn en zijn instrumenten voor klachtenbeheer voortdurend verbeteren. Zo heeft hij de fundamenten gelegd voor een bemiddelingsdienst. Tot slot kon dit werk niet tot stand komen zonder het te hebben over de communicatiemiddelen waarover de FOD beschikt, meer bepaald zijn Contact Center en zijn website die de derde meest geraadpleegde federale site is. Wilt u meer te weten komen over markttransparantie, dan kunt u in dit jaaroverzicht 2013 de context en alle verwezenlijkingen van de FOD op dat vlak ontdekken. Jean-Marc Delporte Voorzitter van het Directiecomité

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." INHOUD Voorwoord...3 Lijst van grafieken...8 Lijst van tabellen...8 1. Internationale coördinatie...9 1.1. Interne marktgovernance...9 1.1.1. Single Market Act...9 1.1.2. Internal Market Information System...10 1.1.3. Small Business Act...11 1.2. Informatie van de marktoperatoren...12 1.2.1. De Dienstenrichtlijn...12 1.2.1. Buitenlandse investeringen...15 5 1.2.2. Deelname aan internationale tentoonstellingen...15 1.3. Institutioneel overleg...16 1.3.1. Interministeriële Economische Commissie...16 1.3.2. ENOVER...17 1.3.3. Institutioneel overleg over statistiek...17 2. Kennis en verspreiding van informatie...18 2.1. De Kruispuntbank van Ondernemingen...18 2.2. Exploitatie van statistieken...19 2.3. Opvolging van de sectoren...20 2.3.1. De elektronische communicatie...20 2.3.2. De Belgische sector van kranten en tijdschriften...29 2.3.3. De SBA en de kmo s...30 2.4. De observatoria...32 2.4.1. Prijzenobservatorium en sector- en marktmonitoring...32 2.4.2. Het Energieobservatorium...36

2.5. Verspreiding van de economische informatie...38 3. Reglementering...41 3.1. Juridische veiligheid en kwaliteit en veiligheid van de producten...41 3.1.1. De normen...41 3.1.2. Bouwproducten...43 3.1.3. Wettelijke metrologie...45 3.2. Juridische veiligheid en consumentenvertrouwen...46 3.2.1. Boekhoudrecht, corporate governance, audit...46 3.2.2. Het Wetboek van economisch recht...48 3.2.3. Gedragscode in de energiesector...53 6 3.3. Digitale economie en innovatie...53 3.3.1. Elektronische communicatie...53 3.3.2. Algemeen juridisch kader voor de verleners van vertrouwensdiensten...57 3.3.3. E-government en elektronische economie...58 3.3.4. Hervormingen van het octrooisysteem...59 3.4. Mededinging...61 3.4.1. Hervorming van de mededingingsautoriteit...62 3.4.2. Oprichting van de Dienst voor de Mededinging...63 3.4.3. De oorsprong van goederen en het faciliteren van de handel...64 3.4.4. Maatschappelijk verantwoord ondernemen op internationaal niveau...65 4. Markttoezicht...66 4.1. Energie...66 4.1.1. Controle van de indexering van de prijzen van elektriciteit en aardgas...66 4.1.2. De energieleveringen...67 4.2. Hoog marktoezicht...72

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." 4.3. Diamant...73 4.4. De economische politie...75 4.4.1. Bestrijding van namaak en piraterij...75 4.4.2. De etikettering van landbouwproducten...79 4.4.3. Certificaten van oorsprong van goederen...80 4.4.4. Informatiemaatschappij en elektronische handel...81 4.4.5. Controle op de vennootschappen voor het beheer van auteursrechten en naburige rechten...83 4.5. Beheer van klachten en ombudsman...85 4.5.1. Onderzoek en behandeling van klachten...86 4.5.2. Bemiddelaars...88 4.6. Fraude...89 4.7. Kruispuntbank van Ondernemingen en fraude...90 7 4.8. De nieuwe beveiligde kaart ambulante activiteiten...91 5. Informatie en communicatie...92 5.1. Dienst van de woordvoerder...92 5.2. Het Contact Center...93 5.3. Website...94 5.4. Sociale media...96 5.5. Publicaties...97 5.6. Telefoon, gsm, internet, tv: durf vergelijken!...97 5.7. Klachten over de dienstverlening...98 5.7.1. Klachtenmanagement bij de FOD Economie...98 5.7.2. Hoeveel klachten in 2013?...98 5.7.3. Actiepunten 2014...99 5.8. Kansengroepen...99 Lijst van afkortingen...100

Lijst van grafieken Grafiek 1. Penetratiegraad breedbandinternet, 2007-2013 (vast), 2010-2013 (mobiel), België en OESO...22 Grafiek 2. SBA-profiel van België...30 Grafiek 3. Primaire energieproductie...67 Grafiek 4. Bruto-elektriciteitsproductie (2011)...69 Grafiek 5. Oorsprong van de invoer van aardgas in 2011...70 Grafiek 6. Oorsprong van de invoer van ruwe aardolie in 2011...71 Grafiek 7. Overtreden wetgevingen...88 Grafiek 8. Raadpleging van economie.fgov.be in 2013...95 8 Lijst van tabellen Tabel 1. Breedbandverbindingen per debiet, januari 2013, België en EU27...21 Tabel 2. Penetratiegraad van de elektronische communicatiediensten, 2013, België & EU27...24 Tabel 3. Tariefplannen (minst dure aanbod voorgesteld door de operatoren in België)...26 Tabel 4. Top 5 van de thema s behandeld in eerste lijn door het Contact Center in 2013...93 Tabel 5. Activiteit op de sociale media...96

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." Sergey Nivens - fotolia.com 1. Internationale coördinatie 1.1. Interne marktgovernance 1.1.1. Single Market Act Het versterken van de maatregelen voor de Europese interne markt vormt momenteel de kern van de Europese activiteit van de FOD. De oefening wordt omlijnd door twee essentiële documenten van de Commissie: SMA I en SMA II (Single Market Act). Ondanks hun naam zijn deze aktes geen rechtstreekse ontwerpen van wetsvoorstellen, maar documenten die aangeven welke maatregelen getroffen moeten worden. Het gaat hier vooral om wijzigingen, aanpassingen of uitbreidingen van bestaande essentiële richtlijnen. In dit opzicht zijn de SMA s de opvolgers van het Witboek voor het Europa van 1992. Ze omvatten eveneens onderzoeksprojecten die uitgevoerd moeten worden. De SMA II moet als een selectie van de meest prioritaire maatregelen, of de 12 hefbomen, beschouwd worden. 9 In 2013 werd aanzienlijke vooruitgang geboekt dankzij de goedkeuring van herziene teksten over de normen, de overheidsopdrachten, de toegang tot het beroep (richtlijn beroepskwalificaties), het durfkapitaal, het sociaal ondernemerschapsfonds en de ondertekening van het akkoord over het Europees octrooihof. De Europese activiteiten werden ook gekenmerkt door het initiatief van de Europese Commissie om de staatssteun te moderniseren, met andere woorden de wijze en methodes waarmee toelagen worden gecontroleerd en de mogelijkheden die lidstaten aan ondernemingen bieden in de brede zin van het woord. De oefening wordt rechtstreeks opgevolgd door de FOD in samenwerking met de Belgische federale en regionale verantwoordelijken, want elke overheidsdienst kan hierbij betrokken zijn.

De FOD Economie neemt deel aan het overleg tijdens de Europese vergaderingen of Strategy meetings. De werkgroep is samengesteld uit hoge nationale vertegenwoordigers die regelmatig door de Europese Commissie worden bijeengeroepen. Politiek gezien, werd er overeengekomen dat de Raad van de Europese Unie, en meer bepaald de afdeling Mededinging en Groei, regelmatig zal onderhandelen over staatsteun, ook al wordt het beheer ervan door het verdrag (VWEU art. 108) rechtstreeks aan de Commissie toevertrouwd. 10 In 2013 heeft de Europese activiteit haar hoogtepunt bereikt bij de goedkeuring door de Raad van verordeningen over dit onderwerp (V. 734/2013) die de bestaande verordening (V. 659/1999) wijzigen. Enerzijds bestaat er de verordening voor de procesvoering en anderzijds de machtigingsverordening waardoor de Commissie het stelsel van vrijstelling rechtstreekser kan bepalen (vrijgesteld per categorie). De eerste verordening omvat echter een bepaling waardoor de Commissie op dwingende wijze informatie bij de economische actoren kan inwinnen. België heeft tegen die verordening gestemd, maar werd door te weinig lidstaten ondersteund. België heeft zich van stemming onthouden voor de tweede verordening. De werkzaamheden worden in 2014 voortgezet. De Commissie wil alle nieuwe maatregelen tegen 30 juni 2014 goedkeuren. 1.1.2. Internal Market Information System Oleksiy Mark - fotolia.com Het Internal Market Information System (IMI) is een internettoepassing die gebruikt wordt voor de administratieve samenwerking tussen de landen van de Europese Unie, Noorwegen, IJsland en Liechtenstein (EU-verordening nr. 1024/2012). Dit instrument ondersteunt de beroepsmobiliteit binnen de EU en vergemakkelijkt de overheidscontrole evenals de administratieve stappen voor vaklui die in andere lidstaten willen werken. Het IMI wordt toegepast voor de Dienstenrichtlijn, de richtlijn over de erkenning van beroepskwalificaties, de richtlijn over de detachering van werknemers, de richtlijn patiëntenrechten en de regeling over het professioneel grensoverschrijdend transport van eurocontanten. Het gebruik van deze tool is ook voorzien in het kader van andere Europese reglementeringen: de richtlijnen over overheidsopdrachten, de richtlijn over de certificatie van treinbestuurders, het voorstel van richtlijn over de cultuurgoederen en de verordening inzake de openbare documenten.

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." Deze opsomming bewijst het belang van dit instrument in het toekomstige beheer van de interne markt en meer bepaald in de beroepsmobiliteit binnen de Europese Unie. Het IMI wordt beheerd en onderhouden door de Commissie, terwijl de aanwending ervan onder de lidstaten ressorteert. In België wordt deze bevoegdheid uitsluitend door de FOD Economie uitgeoefend. 1.1.3. Small Business Act De kmo-vertegenwoordiger (SME Envoy) De voornaamste taken van de nationale kmo-vertegenwoordiger zijn het verzekeren van de omzetting van de Small Business Act (SBA), verslag uitbrengen over zijn voortgang op nationaal vlak, de uitwisseling van goede praktijken bevorderen en nieuwe initiatieven ten voordele van de kmo s voorstellen. In België heeft de minister van KMO de directeur-generaal a.i. van de AD K.M.O.-beleid aangewezen om deze opdracht uit te voeren. De Belgische kmo-vertegenwoordiger heeft een administratieve structuur van overleg en technische coördinatie opgericht waardoor betrekkingen mogelijk zijn met de drie ambtgenoten uit de gewesten, aangewezen in hun respectievelijke administraties. Voor sommige dossiers wordt de vereiste coördinatie uitgebreid tot alle betrokken departementen, via de Interministeriële Economische Commissie (IEC). 11 Bovendien werden 4 contactpunten (SPOC) aangewezen in de FOD Economie om samen met de Europese Commissie de initiatieven van de Belgische actoren te coördineren die betrokken zijn bij het jaarlijks opstellen van de SBA Fact sheets, het vaststellen van goede praktijken, het selecteren van de kandidaten voor de Europese Kmo-week en de Europese Prijzen voor Ondernemerschapsbevordering. Het Europese netwerk van kmo-vertegenwoordigers (SME Envoys) heeft in 2013 nieuwe opdrachten gekregen. Zo werd dit netwerk belast met de opvolging van de omzetting van het actieplan 1 ondernemerschap 2020 van de Commissie en uitgenodigd door de Raad 2 om regelmatig verslag uit te brengen van de omzetting van de SBA. Het netwerk neemt ook deel aan het overleg over de toekomst van de SBA, na zijn vijfjarig bestaan, wat tegen eind 2014 moet uitmonden in een nieuw Europees beleidskader ter bevordering van de kmo s. 1 COM(2012) 795 final, 09.01.2013: http://eur-lex.europa.eu/lexuriserv/lexuriserv.do?uri=com:2012:0795:fin:nl:pdf. 2 Conclusions on European Industrial Policy, COMPETITIVENESS (Internal Market, Industry, Research and Space) Council meeting, Brussels, pt.15, 2 en 3 december 2013. http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pressdata/en/intm/139845.pdf

De Belgische kmo-vertegenwoordiger heeft in 2013 door diverse acties gezorgd voor het bevorderen van de omzetting van de SBA. Bijvoorbeeld door het ontmoeten van het Verbond van Belgische Ondernemingen en het voorstellen van de opdrachten en realisaties aan de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven. 1.2. Informatie van de marktoperatoren 1.2.1. De Dienstenrichtlijn De Dienstenrichtlijn voert meer transparantie in voor de verrichters van diensten en voor de afnemers van diensten De Dienstenrichtlijn 3 streeft ernaar het groeipotentieel van de dienstenmarkt van de Europese Unie de vrije ruimte te geven door de juridische en administratieve hinderpalen weg te werken die de handel in deze sector afremmen. 12 De richtlijn wil dit doel bereiken door met name de lidstaten te verplichten de hinderpalen voor dienstenactiviteiten weg te werken, de administratieve procedures te vereenvoudigen en het recht van de afnemers van diensten, en meer bepaald van de consumenten, te versterken, via een beleid van transparantie, informatie en kwaliteit. Naar meer transparantie voor de verrichters van diensten Het vereenvoudigen van procedures en het afschaffen van ongerechtvaardigde hindernissen voor de vrije vestiging of de vrije uitoefening van diensten dragen bij tot de transparantie en de werking van de interne markt. De inspanningen die de lidstaten op dit vlak geleverd hebben, zijn volgens de Europese Commissie nog steeds ontoereikend. Deze vaststelling werd aan de Europese Raad bekendgemaakt in een verslag van de Commissie over de tenuitvoerlegging van de Dienstenrichtlijn 4, dat in juni 2012 werd gepubliceerd. Om de concrete situatie van de betrokken ondernemingen te verbeteren, heeft de Commissie een nieuw actieplan aangenomen dat dit keer vooral gericht is op een daadwerkelijke toepassing van de Dienstenrichtlijn in de volgende prioritaire sectoren: kleinhandel, bouw en zakelijke dienstverlening. 3 Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt (Publicatieblad L 376 van 27.12.2006): http://eur-lex.europa.eu/legal-content/nl/all/?uri=celex:32006l0123. 4 Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de regio s over de tenuitvoerlegging van de Dienstenrichtlijn: Een partnerschap voor nieuwe groei in diensten, 2012-2015 (Com(2012) 261 final).

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." Tegen die achtergrond heeft de Commissie peerreviews georganiseerd waarbij aan de lidstaten gevraagd werd te onderzoeken in hoeverre het behoud van beperkingen op de rechtsvorm en het kapitaalbezit van vennootschappen gerechtvaardigd is voor het beroep van boekhouder, accountant, architect, veearts, octrooigemachtigde. Voor de deelname aan deze peerreviews was coördinatie tussen verschillende besturen vereist. De FOD Economie nam het op zich om de door België te verdedigen standpunten te bepalen in overleg met die autoriteiten die de politieke verantwoordelijkheid dragen.. Met de conclusies van de Europese Raad van 24 en 25 oktober 2013 5 in het achterhoofd worden er van de Belgische autoriteiten op grond van de besproken punten nieuwe initiatieven verwacht om hun wettelijke eisen te verlichten. De FOD Economie wil overigens gebruikmaken van de ervaring die de afgelopen jaren opgebouwd werd met het vervullen van de procedures en formaliteiten via de eenloketten. De FOD wil met name een studie laten uitvoeren naar de voorwaarden voor de oprichting van volledig elektronische eenloketten die open, gebruiksvriendelijk en duidelijk moeten zijn. Naar meer transparantie voor de afnemers van diensten 13 De Dienstenrichtlijn versterkt de rechten van de afnemers van diensten, zowel consumenten als bedrijven. Zo verplicht ze de lidstaten tot het opheffen van hinderpalen waardoor de afnemers geen gebruik kunnen maken van diensten die aangeboden worden door een in een andere lidstaat gevestigde dienstverlener, zoals de voorafgaande toestemming om een beroep te mogen doen op een dienstverlener die in een andere lidstaat gevestigd is. De richtlijn voorziet ook in een aantal maatregelen ter versterking van de plicht tot informatie en transparantie met betrekking tot de dienstverleners en hun diensten. Elke lidstaat werd gevraagd een contactpunt te creëren dat zowel bedrijven als consumenten informatie moet bezorgen over de regels die van toepassing zijn op bedrijven in een andere lidstaat van de EU, over de mogelijkheden tot verweer bij geschillen met een dienstverrichter, over de contactgegevens van verenigingen of bedrijven in het betreffende land waar verrichters van diensten of afnemers van diensten praktische bijstand kunnen krijgen bij geschillen met instanties of organisaties van de betreffende lidstaat. Op die manier wil men komaf maken met de angst een beroep te doen op buitenlandse ondernemingen louter en alleen omdat men onvoldoende geïnformeerd is over de juridische regelingen voor deze mogelijkheden tot handel. 5 Euco 169/13 p.8, paragraaf 20.

De FOD Economie vervult de rol van contactpunt zoals omschreven in artikel 21 van de Dienstenrichtlijn. Concreet kunnen consumenten en bedrijven zich informeren over de toepassing van de Dienstenrichtlijn door hun algemene juridische vragen te sturen naar respectievelijk: consumer21services@economie.fgov.be of business- 21services@economie.fgov.be. De Dienstenrichtlijn legt de bedrijven ook rechtstreeks een aantal verplichtingen op in het voordeel van de afnemers van diensten. Zo mogen de bedrijven geen discriminerende eisen stellen op basis van de nationaliteit of de verblijfplaats van de afnemer van de dienst, zoals bijvoorbeeld discriminerende tarieven. Zij moeten ook bepaalde informatie leveren, zoals de prijzen, de belangrijkste kenmerken van hun diensten, alsook de algemene bepalingen en voorwaarden die op het verrichten van hun diensten van toepassing zijn. Daarnaast moeten zij vermelden welke instanties of beroepsorganisaties eventueel belast zijn met het toezicht op hun bedrijvigheid in eigen land. 14 De Dienstenrichtlijn eist ook van de bedrijven dat ze snel reageren op klachten van consumenten en dat ze alles in het werk stellen om bevredigende oplossingen te vinden. Zij moeten met name vermelden waar de consumenten een klacht kunnen indienen of waar ze inlichtingen kunnen vragen als ze niet tevreden zijn over de verrichte dienst. Een afnemer van diensten die meent dat een bedrijf deze voorwaarden niet naleeft, kan officieel klacht indienen bij de FOD Economie (AD Economische Inspectie) 6. Het eenloket De Dienstenrichtlijn bepaalt dat elke lidstaat een centraal contactpunt of eenloket moet hebben waar dienstverleners hun administratieve formaliteiten online kunnen afhandelen. De ondernemer kan er: alle informatie vinden over de vereiste vergunningen en erkenningen voor de activiteit die hij wil uitoefenen; online alle nodige formaliteiten afhandelen, zonder dat hij contact moet opnemen met de verschillende overheidsdiensten. Als voorbereiding op de PSC-Testing Days van de Europese Commissie op 5 en 6 juni 2013, controleerde en analyseerde de dienst Ondernemingsloketten de websites van alle ondernemingsloketten om na te gaan wat de pijnpunten zijn. De beoordeling van de Europese Commissie tijdens de Testing Days beperkte zich echter tot de website www.business.belgium.be en hield dus geen rekening met de diensten en mogelijkheden die de loketten op hun eigen website aanbieden. De testgebruikers en de Europese Commissie besluiten dat: 6 http://economie.fgov.be/nl/geschillen/klachten/waar_hoe_klacht_indienen/online_klacht/

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." de informatie op www.business.belgium.be voldoet aan de verwachtingen; de mogelijkheid om vergunningen en toelatingen online aan te vragen onvoldoende aanwezig is. De dienst Ondernemingsloketten is begonnen met de voorbereiding van een nieuwe versie van het lastenboek voor de erkende ondernemingsloketten, met het oog op de aanvraag tot verlenging van hun erkenning in 2014. Uiteraard besteedt het nieuwe lastenboek heel wat aandacht aan de taken als eenloket in de zin van de Dienstenrichtlijn. 1.2.1. Buitenlandse investeringen Het samenwerkingsakkoord van 1995 over het aantrekken van buitenlandse investeringen geeft duidelijk aan wat de taken van elke bevoegde instantie zijn. De verbindingscel Buitenlandse Investeringen, die maandelijks bijeenkomt, wordt om beurten door een van de gewesten gedurende 6 maanden voorgezeten. De FOD Economie verzorgt het secretariaat. De verbindingscel gaat na welke elementen het concurrentievermogen en het imago van België kunnen verbeteren. Zij werkt gezamenlijke studies uit, stelt een gemeenschappelijke presentatie over België samen, organiseert gemeenschappelijke acties tijdens de prinselijke zendingen, enz. Er worden nauwe contacten onderhouden met de betrokken partijen, zoals de ambassades en de internationale kamers van koophandel. 15 De FOD Economie is bovendien verantwoordelijk voor de coördinatie tussen de federale en gewestelijke autoriteiten en zorgt voor de verspreiding van informatie voor investeerders (in het Engels, Chinees en Japans) via onze ambassades in het buitenland, de buitenlandse ambassades in België, alsook tijdens diverse evenementen. De website wordt permanent up-to-date gehouden. Als lid van het OESO-Investeringscomité moet de FOD Economie daarnaast het investeringsbeleid van diverse niet-lidstaten onderzoeken en aanbevelingen formuleren. 1.2.2. Deelname aan internationale tentoonstellingen De belangrijkste opdracht van de dienst Internationale Tentoonstellingen bestaat erin België, zijn gewesten en gemeenschappen en zijn bedrijven op economisch en sociaal-cultureel gebied te promoten door de deelname van ons land aan wereldtentoonstellingen en internationale tentoonstellingen te organiseren. Via deze evenementen draagt hij bij tot de bevordering van de Belgische buitenlandse investeringen en tot de handelsbetrekkingen en culturele contacten. Amy_fang - fotolia.com

De dienst vervult daarnaast zijn rol van vertegenwoordiger van België bij het Bureau International des Expositions: hij neemt deel aan de werkzaamheden en draagt bij tot de werking en de ontwikkeling van de organisatie. In 2013 werkte de dienst actief mee aan de voorbereiding van de Belgische deelname aan de wereldtentoonstelling van Milaan van 1 mei tot 31 oktober 2015. Het gekozen thema feeding the planet, energy for life omvat alles wat te maken heeft met voeding, het probleem van ondervoeding in bepaalde delen van de wereld, voedingsleer, maar ook het thema genetisch gebonden organismen. 1.3. Institutioneel overleg 1.3.1. Interministeriële Economische Commissie De FOD Economie beschikt over een formeel coördinatiemechanisme om de standpunten van de federale en gewestelijke autoriteiten in nationale en internationale dossiers op elkaar af te stemmen. In dit coördinatieorgaan, de Interministeriële Economische Commissie (IEC), is de FOD voortrekker, voorzitter en administratieve ondersteuner. 16 Het is een flexibel en efficiënt coördinatie-instrument dat de samenhang moet waarborgen tussen de federale en gefedereerde entiteiten die betrokken zijn bij internationale economische aangelegenheden. Zijn taak als onafhankelijke administratieve en technische coördinator voor aangelegenheden die gemeenschappelijke economische beslissingen vereisen wint aan belang gelet op de verdeling van de bevoegdheden in de huidige en toekomstige structuur van de Belgische staat en de noodzaak om rekening te houden met de internationale context (Benelux, Europese Unie, WTO, contrastwerkstatt - fotolia.com

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." OESO, enz.). De IEC is de plaats waar ervaren ambtenaren bijeenkomen volgens hun bevoegdheidsdomein. Deze formule bevordert de samenhang wanneer België zijn standpunt moet innemen. De IEC is met de tijd een netwerk geworden waar meer dan 2.000 ambtenaren van de federale en gefedereerde entiteiten elkaar ontmoeten. Ze werken in subcommissies waarvan de samenstelling afhankelijk is van de inhoud van de te behandelen dossiers. 1.3.2. ENOVER In het raam van de interinstitutionele betrekkingen vormt het bestaande platform Enover-Concere het belangrijkste beleidsorgaan in België voor de coördinatie van het energiebeleid op Europees en internationaal niveau. Het secretariaat wordt waargenomen door de AD Energie. De rol van Enover-Concere als ultiem overlegorgaan voor energieaangelegenheden tussen de deelentiteiten en het federale niveau wordt bevestigd en verder uitgediept via structureel overleg over de nationale, Europese en internationale dossiers die behoren tot de bevoegdheid van de deelentiteiten en van het federale niveau. De AD Energie ondersteunt ook de werkzaamheden van het ministerieel overleg in het kader van Enover-Concere. 17 1.3.3. Institutioneel overleg over statistiek De transparantie van de markt vereist de productie van objectieve statistieken. Daarbij moet worden onderstreept dat de statistieken van de AD Statistiek worden geproduceerd overeenkomstig het principe van professionele onafhankelijkheid, dat zowel in de Europese als in de nationale wetgeving is ingeschreven en dat de geloofwaardigheid van de geproduceerde statistieken verzekert. De Europese statistische overheden hechten veel belang aan deze professionele onafhankelijkheid en voeren regelmatig audits uit bij de nationale statistische instellingen uit om na te gaan of ze werkelijk onafhankelijk zijn. Op nationaal niveau staat de statistiekproductie onder toezicht van de Hoge Raad voor de Statistiek 7, die als opdracht heeft bij te dragen tot de kwaliteit van de Belgische openbare statistieken. De Raad bestaat uit vertegenwoordigers van de academische gemeenschap, van de socio-economische wereld en van de verschillende beleidsniveaus. De Hoge Raad voor de Statistiek brengt advies uit over alle voorstellen over de statistische werkzaamheden en doet ook voorstellen op eigen initiatief. De federale ministeriële departementen mogen geen nieuwe statistiek starten of een bestaande statistiek stoppen of wijzigen zonder de Hoge Raad voor de Statistiek daarover vooraf te raadplegen. Ten slotte zetelen de federale, gewestelijke en gemeenschappelijke producenten van openbare statistieken samen in het Coördinatiecomité om hun statistische programma s te coördineren en op te volgen, om de effectiviteit en de kwaliteit ervan te verbeteren en de globale antwoordlast te verlichten. 7 http://statbel.fgov.be/nl/statistieken/organisatie/raad/

ra2 studio - fotolia.com 18 2. Kennis en verspreiding van informatie 2.1. De Kruispuntbank van Ondernemingen In 2013 vierde de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) haar 10-jarig bestaan. De databank wordt dagelijks door 1.500 medewerkers van verschillende federale en regionale instellingen gebruikt om gegevens aan te passen en/of te consulteren. Daarnaast bleven de KBO-gegevens verspreid worden naar ongeveer 100 federale en regionale instellingen via webservices, extracten en listings. Het grote aantal opzoekingen op de Public Search website, maar liefst 200.000 per dag, bevestigde opnieuw het nut van de KBO voor gewone burgers, consumenten en bedrijven die snel en eenvoudig, correcte en betrouwbare informatie wensen over de ondernemingen waarmee zij in contact komen. Ook de kruispuntfunctie van KBO werd uitgebreid door een link te voorzien naar BELAC. De transparantie van de KBO-gegevens beïnvloedt het consumentenvertrouwen in positieve zin. Niet enkel de consument profiteert van de betere zichtbaarheid van bedrijfsgegevens, ook voor de ondernemer is extra publiciteit mooi meegenomen. Het laatste decennium droeg de KBO al bij tot het ontsluiten van gegevens over ondernemingen, tijdens het afgelopen jaar werden de eerste stappen gezet om dit in de toekomst nog te versterken. Op juridisch vlak was de codificatie van het economische recht de ideale gelegenheid om de verouderde regelgeving aan te passen aan diverse ontwikkelingen. Een aangepaste versie van de KBO-wetgeving werd dan ook opgenomen in boek III van het Wetboek van economisch recht (WER). De inwerkingtreding van boek III is slechts voorzien voor 2014.

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." Deze update zal onder andere de KBO Public Search nog transparanter en relevanter maken voor het grote publiek: meer gegevens, zoals de rechtstoestand en wettelijke functies, worden beschikbaar. De zoekmogelijkheid zal ook voorzien in een opvraging per activiteit. Het bestand voor hergebruik zal worden uitgebreid met de niet-handelsondernemingen naar privaat recht (sinds 2009 in KBO). Aan de smartphone en tabletgebruikers werd in 2013 al gedacht met de KBO Mobile toepassing. Daarnaast zal de mogelijkheid om de KBO-gegevens op te vragen via webservices niet langer beperkt worden tot overheidsdiensten in het kader van hun taken, maar ook opengesteld worden voor iedere geïnteresseerde, dit zullen de Webservices Public Search worden. Om al deze nieuwe modaliteiten te kunnen voorzien, werd in 2013 door KBO en ICT gestart met de voorbereidingen zoals het technisch ontwikkelen van de nieuwe functies. KBO zal bovendien ook ingaan op de grote vraag naar open data door het vrij ter beschikking stellen van basisgegevens. Deze maatregel zou ontwikkelaars de mogelijkheid moeten geven om tal van nieuwe toepassingen te ontwikkelen. Door meer zichtbaarheid te geven aan haar inhoud, zal KBO ontegensprekelijk ook een positieve invloed ervaren op haar datakwaliteit. Foutieve of ontbrekende gegevens zullen sneller worden opgemerkt, waardoor er een grotere stimulans is voor een onderneming om zijn registratie up-to-date te houden. 19 De inspanningen tijdens dit kalenderjaar zouden in 2014 hun vruchten moeten afwerpen op het vlak van transparantie. 2.2. Exploitatie van statistieken Om de transparantie van de markt te waarborgen, is het noodzakelijk dat de statistische informatie voor iedereen gemakkelijk toegankelijk is, snel wordt bijgewerkt en van de best mogelijke kwaliteit is. In dat opzicht moet de AD Statistiek de principes van de Praktijkcode Europese statistieken navolgen, die in 2005 door het Europees Statistisch Systeem werd aangenomen. Van de vijftien principes van deze code zijn er drie bijzonder relevant voor een transparante markt. Principe 12, nauwkeurigheid en betrouwbaarheid : de statistieken moeten een accuraat en betrouwbaar beeld van de werkelijkheid geven. Principe 13, tijdigheid en stiptheid : de statistieken moeten actueel zijn en op de aangekondigde tijdstippen verspreid worden. Principe 15, toegankelijkheid en duidelijkheid : de statistieken moeten in een duidelijke en begrijpelijke vorm gepresenteerd worden en op passende en gebruikersvriendelijke wijze verspreid worden; zij moeten op onpartijdige basis beschikbaar en toegankelijk zijn, met metadata en toelichtingen.

Om deze principes op te volgen, worden de voornaamste economische indicatoren gepubliceerd volgens een verspreidingskalender die voor het hele jaar wordt opgesteld en op de website van de FOD Economie beschikbaar is. Het merendeel van die indicatoren beantwoordt aan Europese verplichtingen en worden aan het statistisch bureau van de Europese Gemeenschappen (Eurostat) overgemaakt volgens zeer stikte termijnen. De verspreiding van deze indicatoren op nationaal niveau en de mededeling aan Eurostat gebeuren simultaan. Alle verspreide statistieken zijn op het internet beschikbaar om de toegang tot de gegevens te garanderen en ervoor te zorgen dat ze simultaan voor alle potentiële gebruikers beschikbaar zijn. De statistieken kunnen in verschillende formaten geraadpleegd worden (pdf-bestanden, html-pagina s, downloadbare excelbestanden, Be.Stat - dynamische interface waarop tabellen op maat kunnen worden opgemaakt) zodat de gebruikers zelf het meest geschikte formaat kunnen kiezen. Bij elke statistiek wordt er een metadatafiche gevoegd waarin allerlei informatie kan worden gevonden om de voorgestelde cijfers beter te begrijpen. Deze metadata worden minstens één keer per jaar bijgewerkt. 20 De gebruikers die het willen, ontvangen een newsletter. Ze kunnen ook de updates via Facebook of Twitter volgen. De kwaliteit van de statistieken is een belangrijk aandachtspunt voor de statistici, die hun werkwijzen constant aanpassen. Kwaliteitsindicatoren werden ontwikkeld om de kwaliteit van de geproduceerde statistieken continu op te volgen. Voor hun verspreiding ondergaan de statistieken bovendien een interne validatieprocedure. De steekproeffouten en andere fouten worden daarbij geanalyseerd en systematisch gedocumenteerd. 2.3. Opvolging van de sectoren HaywireMedia - fotolia.com 2.3.1. De elektronische communicatie De consumenten hebben alle baat bij de ontwikkelingen in de elektronische communicatie. Ze maken het voor hen immers mogelijk om waar en wanneer ze maar willen met elkaar te communiceren, zich te informeren en zich te ontspannen, en dit op een zeer afwisselende en performante manier. De toevloed van goederen en diensten heeft echter voor een stijging van het aantal tariefplannen en voor een grotere complexiteit van de technologische keuzes gezorgd, waardoor de transparantie, voor weinig waakzame consumenten, is afgenomen.

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." In november 2013 voerde de FOD Economie een sensibiliseringscampagne Telefoon, gsm, internet, tv: durf vergelijken! Het doel was tweevoudig: enerzijds de consumenten helpen bij de vergelijking van de tarieven die aan hun profielen beantwoorden, en anderzijds hen de praktische informatie over deze diensten verschaffen. Dankzij de campagne konden in de deelnemende gemeenten bijna tienduizend consumenten op een eenvoudige, duidelijke en transparante manier de tarieven vergelijken die aan hun behoeften beantwoorden. In 2013 werd een ontwerp van nationaal plan voor de invoering van een snel en ultrasnel internetnetwerk opgemaakt dat in het eerste kwartaal van 2014 ter raadpleging wordt voorgelegd. Dit plan beoogt een dubbele doelstelling: enerzijds de huidige positionering van België voor snel en ultrasnel internet bevestigen en versterken, en anderzijds de invoering en uitrol van toegangsnetwerken van de nieuwe generatie (NGA) in heel België stimuleren om in 2020 over internetaansluitingen van meer dan 100 Mbps te kunnen beschikken. Verschillende maatregelen stellen overigens een betere transparantie voor om het plan uit te voeren. Internet In België ligt de dekkingsgraad van vaste breedbandlijnen relatief hoog. Meer dan de helft van de vaste breedbandlijnen (58,4 %) heeft een snelheid van minstens 30 Mbps. Hiermee staat België op de eerste plaats in de EU. 21 Tabel 1. Breedbandverbindingen per debiet, januari 2013, België en EU27 (in % van het totale aantal verbindingen) België EU27 Minstens 144 Kbps en minder dan 30 Mbps 41,6 85,2 Minstens 30 Mbps en minder dan 30 Mbps 46,2 11,4 100 Mbps en meer 12,2 3,4 Bron: Fixed broadband lines by speed (Digital Agenda categories), January 2013, Communications Committee. Deze situatie is een onbetwistbare troef voor België. De consumenten moeten echter in staat zijn om een abonnement te kiezen waarbij de aangeboden snelheid met hun reële behoeften overeenkomt. Uit een in juli 2013 gepubliceerd onderzoek 8 blijkt dat de meerderheid van de Belgische internetgebruikers geen weet heeft van de vereiste minimale internetsnelheid om te kunnen surfen en mails te kunnen raadplegen. 8 Enquête over de perceptie van de Belgische elektronische communicatiemarkt door de gebruikers, UCL (rapport gerealiseerd op vraag van het BIPT), 15 juli 2013. Gemakshalve wordt dit rapport hierna UCL-enquête genoemd. http://www.ibpt.be/nl/operatoren/telecom/bescherming-van-de-consumenten/enquete-over-deperceptie-van-de-belgische-elektronische-communicatie-markt-door-de-gebruikers.

In juni 2013 bedroeg de penetratiegraad in België voor vast breedbandinternet 34 %. Voor mobiel breedbandinternet 9 ligt deze verhouding op 40,7 %. Het resultaat dat België voor vast internet behaalt, rangschikt ons land op de 10 de plaats van de 34 OESO-landen. Voor mobiel internet behaalt ons land slechts de 28 ste plaats. Voor mobiel internet stijgt de Belgische penetratiegraad fors, hoewel hij duidelijk lager ligt dan het gemiddelde van de OESO-lidstaten. 22 Grafiek 1. Penetratiegraad breedbandinternet, 2007-2013 (vast), 2010-2013 (mobiel), België en OESO (aantal abonnementen per 100 inwoners in het tweede trimester) 40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% 23,8% 26,1% 28,2% Vast internet België 30,0% OESO 31,6% 32,7% 34,0% 26,7% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 6,9% Mobiel internet 13,1% België OESO 25,9% 68,4% 40,7% 0% 2007-Q2 2008-Q2 2009-Q2 2010-Q2 2011-Q2 2012-Q2 2013-Q2 0% 2010-Q2 2011-Q2 2012-Q2 2013-Q2 Bron: OECD Broadband statistics (http://www.oecd.org/sti/broadband/). Ook al beschikken acht op de tien Belgische huishoudens over een internetverbinding 10 ), dit percentage ligt 2 à 15 procentpunten lager dan in onze buurlanden 11. Daarnaast kende de digitale kloof in ons land een constante daling, maar sinds twee jaar lijkt deze zich te stabiliseren: in 2013 had 15 % van de particulieren die in België gevestigd zijn nog nooit internet gebruikt. De kloof ligt duidelijk onder het Europese gemiddelde, maar boven het resultaat van onze buurlanden, gaande van 1 tot 10 procentpunten. Wat de Belgische huishoudens, die thuis geen internetaansluiting hebben, betreft, haalt bijna 20 % de te hoge toegangskosten als reden aan. Ondanks het feit dat de verschillende internettarieven, die in augustus 2013 in België werden aangeboden, aantrekkelijker zijn ten opzichte van deze van onze vier buurlanden 12, blijkt dit niet het geval te zijn in twee categorieën: ultrasnel internet ( 100 Mbps) en intensief gebruik van mobiel internet voor tablets. 9 De OESO gebruikt voor de penetratiegraad van mobiel internet een andere definitie dan COCOM (Communications Committee). 10 Eurostat, Persbericht 199/2013, 18 december 2013. 11 Duitsland, Frankrijk, Nederland, Verenigd Koninkrijk. 12 Vergelijkende studie prijsniveau telecomproducten in België, Frankrijk, Duitsland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk [Tarieven van augustus 2013], BIPT, 5 februari 2014.

"De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en dienstenmarkt in België." Een daling van de tarieven in duurdere marktsegmenten en de opkomst van aangepaste aanbiedingen voor bevolkingsgroepen die internet niet gebruiken, zouden de stijging van de penetratiegraad van internet in ons land stimuleren. In dit opzicht is het voor de consumenten belangrijk om, afhankelijk van hun profielen, de voor hen meest voordelige tarieven goed te kennen. Gebruik van elektronische communicatie De sector van de informatie- en communicatietechnologie (ICT) wordt gekenmerkt door een grondige verandering die toe te schrijven is aan de ontwikkeling van nieuwe goederen en diensten en aan de consolidatie van het convergentiefenomeen 13. De mobiele telefoon en de microcomputer verdwijnen geleidelijk ten gunste van nieuwe producten zoals smartphones en tablets. Daarnaast bestaat ook de mogelijkheid om televisiekanalen via een telefoonnetwerk te verkrijgen of om via de kabel te bellen. Hierdoor hebben de Belgische huishoudens hun consumptiepatroon van elektronische-communicatiegoederen en diensten meer gevarieerd: 1. Het gebruik van de vaste telefoon is niet verdwenen, maar hij is minder aanwezig bij huishoudens: hij wordt vaak aangevuld en soms vervangen door een mobiele telefoon of door Voice over IP (VoIP). 2. Een geleidelijke kentering vindt plaats in de aanwending van oudere toestellen met een specifiek gebruik (pc, telefoon, televisie) ten voordele van nieuwe toestellen met een veelzijdig gebruik. Dit fenomeen brengt een grotere globale consumptie (oproepen + gegevens + informatie) en een grotere vraag naar diensten zoals mobiel internet met zich mee. 3. Belgische huishoudens tekenen steeds meer in op gebundelde aanbiedingen 14 van diensten. 23 De gegevens 15 in tabel 2 zijn afkomstig uit een enquête die het netwerk TNS opinion & social in de 27 lidstaten van de Europese Unie en in Kroatië tussen 23 februari en 10 maart 2013 uitvoerde. De gebruikte methodologie is dezelfde als die voor de enquêtes van de Eurobarometer van het Directoraat-generaal Communicatie (EC). 13 Het convergentiefenomeen wordt gekenmerkt door een verwatering van de grenzen tussen de telecommunicatiesectoren, de audiovisuele media en de informatietechnologieën. Dankzij de digitalisering van de inhoud en de compressietechnieken kan één enkele drager immers verschillende elektronische communicatiediensten aanbieden. 14 Een gebundelde aanbieding is een geheel van communicatiediensten die door eenzelfde leverancier voor een globale prijs wordt aangeboden. 15 Het zijn niet de gegevens van de EU inzake internettoegang die door Eurostat in het kader van de enquête van de EU over ICT bij huishoudens wordt uitgevoerd.

Tabel 2. Penetratiegraad van de elektronische communicatiediensten, 2013, België & EU27 (gezinnen of individuen, in % van het totaal van de groep) België EU27 Telefonie Gezinnen met toegang tot een vaste telefoon 66 71 Individuele toegang tot een mobiele telefoon 92 91 Gezinnen die via internet bellen 28 23 Internet Gezinnen met internettoegang 74 68 Gezinnen met breedband internettoegang 69 60 Televisie Gezinnen met een televisie 98 97 24 Gezinnen die televisie ontvangen via de kabel 68 30 Gezinnen die televisie ontvangen via het telefoonnetwerk 18 6 Gezinnen die televisie ontvangen via DTT (a) 6 39 Gegroepeerde aanbiedingen (telefonie, internet, televisie) Gezinnen met een gegroepeerd abonnement met twee of meer diensten Gezinnen met een gegroepeerd abonnement dat internet omvat Gezinnen met een gegroepeerd abonnement dat televisie omvat Gezinnen met een gegroepeerd abonnement dat vaste telefonie omvat Gezinnen met een gegroepeerd abonnement dat mobiele telefonie omvat 62 45 56 41 56 25 45 37 16 12 (a) Digital Terrestrial Television. Bron: E-communications household survey, Special Eurobarometer 396, november 2013. Consumenten hebben baat bij de ontwikkeling van de elektronische communicatie. Ze kunnen zo, waar en wanneer ze maar willen, met elkaar communiceren, zich informeren en zich ontspannen, op een zeer afwisselende en performante manier. De toevloed van producten en diensten heeft echter voor meer tariefplannen en voor een grotere complexiteit in de technologische keuzes gezorgd.