Anesthesiologie Pijnbestrijding i Pijnbestrijding na de operatie Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis
Algemeen De chirurg heeft, in overleg met u, besloten tot een operatie. Na de operatie kan pijn optreden, dit noemt men postoperatieve pijn. Het hebben van pijn kan het genezingsproces vertragen. Daarom is het belangrijk om direct na de operatie, zo nodig zelfs voor de operatie, zorgvuldig met pijn om te gaan. Samen met u proberen wij de pijn zo goed mogelijk te bestrijden. Soorten pijnmedicatie De verschillende methoden van pijnbestrijding die wij toepassen, zijn: tabletten (paracetamol, diclofenac, tramadol, movicox) zetpillen (paracetamol, diclofenac) injecties (morfine) via infuus (morfine) epiduraal katheter Voor de operatie brengt de arts via een ruggenprik een dun slangetje tussen twee ruggenwervels in. Dit slangetje noemt men epiduraal katheter. Door dit slangetje krijgt u 3 tot 5 dagen continu medicatie toegediend. Hierna bieden andere methoden voldoende pijnstilling. PCA-pomp (morfine) Voor de operatie krijgt u een infuus. Via de pomp aan het infuus krijgt u morfine toegediend. Na de operatie krijgt u de toedieningsknop in uw hand zodat u zelf pijnstilling kunt toedienen als de pijn opkomt. De infuuspomp wordt zo ingesteld dat u nooit te veel medicatie krijgt. De pijnmedicatie Afhankelijk van het soort operatie komt de anesthesioloog de dag voor de operatie bij u langs óf u hebt een afspraak met de anesthesioloog op het pre-operatieve spreekuur. De anesthesioloog informeert u over de mate van pijn die u kunt verwachten na de operatie en welke methode van pijnbestrijding hierbij het beste past. Soms is het nodig al vóór de operatie met pijnmedicatie te starten om de pijn goed te kunnen bestrijden ná de operatie.
Na de operatie Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer. Als u wakker wordt, vraagt de verpleegkundige u hoe het met de pijn is. Indien mogelijk neemt hij/zij een pijnscore af. De pijnscore De verpleegkundige vraagt u regelmatig of de pijn te verdragen is. U kunt de mate van pijn aangeven met een cijfer van nul tot tien. Nul wil zeggen dat u geen pijn hebt en tien betekent ondraaglijke pijn. 0 = geen pijn 2 = draaglijke pijn (een laag pijnniveau waarvan u zich alleen bewust bent als u er aandacht aan besteedt) 4 = onbehaaglijke pijn (pijn die op sommige momenten genegeerd kan worden) 6 = sterke pijn (de pijn is niet te negeren, maar u kunt nog wel enkele activiteiten uitvoeren) 8 = afschuwelijke pijn (hierbij kunt u zich moeilijk concentreren en alleen makkelijke activiteiten uitvoeren) 10 = ondraaglijke pijn (de pijn is zo erg dat u bijna niets kunt doen) Als u dit moeilijk vindt dan beschikken wij over een meetlat waarop u kunt aangeven hoe erg de pijn is. Meer naar links wil zeggen minder pijn, meer naar rechts geeft meer pijn weer. U gaat pas van de uitslaapkamer af en terug naar de verpleegafdeling als de pijn voor u aanvaardbaar is. Uitgangspunt hierbij is dat u goed kunt doorademen, ophoesten en bewegen bij de pijn die u op dat moment hebt. Als u een epiduraal katheter of PCA-pomp hebt gekregen, komt de verpleegkundig pijnconsulent in de loop van de dag bij u langs. Deze bespreekt met u of de pijnbestrijding voldoende is. Belangrijk Hoe langer u wacht met het melden van pijn, hoe moeilijker het is om de pijn te bestrijden. Meldt u daarom regelmatig aan de verpleegkundige en arts hoe het met de pijn is en of de pijnstillers goed helpen. Men kan de pijnmedicatie dan, indien nodig, tijdig aanpassen.
Als u op een andere plaats dan het geopereerde gebied pijn krijgt, dient u dit altijd door te geven aan de verpleegkundige en afdelingsarts. Vragen Als u vragen hebt dan kunt u ze stellen aan de anesthesioloog tijdens het pre-operatieve spreekuur. Hoe gaan wij met uw vertrouwelijke gegevens om Zodra u zich meldt in het ziekenhuis, leggen wij persoonlijke gegevens over u vast. Die gegevens zijn geheim. Alleen de arts die u behandelt, de zorgverleners die bij uw behandeling betrokken zijn en uzelf mogen uw gegevens inzien. Het ziekenhuis is verplicht om de kwaliteit van zorg te bewaken en verbeteren. Daarom kan het nodig zijn om gegevens te verstrekken aan personen binnen of buiten het ziekenhuis. Het verstrekken van gegevens is aan wettelijke regels gebonden (zie het 'Privacyreglement Patiënten', verkrijgbaar bij Bureau Patiëntenvoorlichting). Wanneer zorgverleners van verschillende zorginstanties samenwerken bij uw behandeling, noemt men dit ketenzorg. Als het voor een goede behandeling of verzorging noodzakelijk is dat de zorgverleners uit de keten toegang hebben tot uw patiëntgegevens, dan is dit toegestaan. Dit is echter alleen toegestaan als u van tevoren duidelijk bent geïnformeerd over welke hulpverleners van welke zorginstanties deel uitmaken van deze keten en u hier geen bezwaar tegen heeft. Daarnaast kunnen uw huisarts, de huisartsenpost en uw apotheker een samenvatting van uw medische gegevens inzien bij spoedeisende zorg buiten praktijkuren. Meer informatie kunt u lezen in de folder 'Uw rechten en plichten als patiënt'. Deze folder kunt u raadplegen op www.slingeland.nl (klik op: Patiënteninfo > Folders).
Slingeland Ziekenhuis Kruisbergseweg 25 Postadres: Postbus 169 7000 AD Doetinchem Telefoon: (0314) 32 99 11 Internet: www.slingeland.nl Nr. 1050-jun 13