BA 46 BA 46-ASME BA 47 BA 47-ASME BAE BAE ASME BAE BAE ASME

Vergelijkbare documenten
GESTRA. GESTRA Steam Systems VK 14 VK 16. Gebruikershandleiding Kijkglazen Vaposkop VK 14, VK 16

GESTRA Steam Systems AK 45. Gebruiksaanwijzing Opstart-aflaatklep AK 45

BA 210 BA 211 BAE 210 BAE 211

GESTRA Steam Systems BK 45 BK 45U BK 46. Gebruiksaanwijzing Condenspot BK 45, BK 45U, BK 46

Kijkglazen Vaposkop VK 14 VK 16. Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing Nederlands

GESTRA Steam Systems VK 14, VK 16. Gebruikershandleiding Kijkglazen Vaposkop

AK 45 Gebruiksaanwijzing

Condenspot BK BK 212- ASME

GESTRA. GESTRA Steam Systems BK 212. Inbouwhandleiding Condenspot BK 212

Condensaatafvoerregelaar UBK 46. Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing Nederlands

GESTRA Steam Systems BK 15. Gebruikershandleiding Condenspot BK 15, DN 40-50

BK 46 Gebruikershandleiding

BK 45 BK 45U. Gebruikershandleiding Condenspot BK 45, BK 45U

UNA 23 UNA 25 UNA 26 UNA 27

GESTRA. GESTRA Steam Systems BK 15. Gebruikershandleiding Condenspot BK 15, DN 40-50

MK 45 MK 45 A RVS. Gebruikershandleiding Condenspot MK 45, MK 45 A

UNA 23 UNA 25 UNA 26 UNA 27

TRG 5-53 TRG 5-54 TRG 5-55 TRG 5-57

GESTRA Steam Systems BK 37 BK 28 BK 29. Gebruikershandleiding Condenspot BK 37, BK 28, BK 29 BK 37 ASME, BK 28 ASME, BK 29 ASME

GESTRA MK 36/51. Installatie instructies Condenspot MK 36/51

GESTRA Steam Systems CB 1..., CB 2... Inbouwhandleiding Terugslagkleppen

UBK 46. Gebruiksaanwijzing Thermische condensaatafvoerregelaar UBK 46

MK MK Installatie instructies Condenspot

GESTRA. GESTRA Steam Systems BB...1 BB...2. Inbouwhandleiding Dubbele terugslagklep BB 1..., BB 2...

UNA 14 UNA 16 UNA 16A (RVS) UNA 14P. Gebruikershandleiding Condenspot UNA 14, UNA 16, UNA 16A Condenspot voor perslucht en gassen UNA 14P

PA 46 PA 47 MPA 46 MPA 47

LRG Gebruiksaanwijzing Geleidbaarheidselektrode LRG 12-2

Model 240 Pneumatisch open-/dicht-regelventiel Type 3351

GESTRA Steam Systems LRG Nederlands. Gebruiksaanwijzing Geleidbaarheidselektrode LRG 16-4

GESTRA. GESTRA Steam Systems ERL 16-1 LRG Gebruiksaanwijzing Geleidbaarheidselektroden ERL 16-1, LRG 16-4

GESTRA. GESTRA Steam Systems NRG Montagehandleiding GESTRA Niveau-elektrode NRG 26-21

NRG NRG NRG Montagehandleiding Niveau-elektrode NRG 16-12, NRG 17-12, NRG 19-12

URN 2. Gebruiksaanwijzing Netvoedingsapparaat URN 2

Model 42 Verschildrukregelaar (sluitend) Type type Type A type A Type B type B

PRS 9. Gebruiksaanwijzing Programmaschakelaar PRS 9

Verschildrukregelaar Type 45-1 Type 45-2 Type 45-3 Type Fig. 1 Type Fig. 2 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 3124 NL

NRG 16-12, NRG 17-12, NRG 19-12

Spuikleppen BAE, ZKE. Gebruiksaanwijzing GESTRA continue spuikleppen

NRG NRG Gebruiksaanwijzing Niveau-electrode NRG 16-36

NRG NRG NRG 19-11

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8048 NL. Pneumatisch regelventiel Type en type

Inbouw- en bedieningshandleiding EB Pneumatisch regelventiel Type en type Type Type

Model 250 Pneumatisch regelventiel Type en

Temperatuurregelaar zonder hulpenergie Model 43 Temperatuurregelaar type 43-1 type 43-2

URN 1. Gebruiksaanwijzing Stroomomvormer URN 1

Veiligheidsafsluitventiel met drukreduceer Type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

NRS 2-4. Gebruiksaanwijzing HN-schakelaar NRS 2-4

NRGT 26-1 NRGT 26-1 S. Gebruiksaanwijzing Niveau-elektrode NRGT 26-1, NRGT 26-1 S

Spuiklep PA 110 MPA 110

Magneetventielen type 3963

GESTRA Steam Systems NRS 1-7. Gebruikershandleiding Niveauschakelaar NRS 1-7

GESTRA Steam Systems NRGS 11-2 NRGS Nederlands. Gebruiksaanwijzing Compact systeem NRGS 11-2, NRGS 16-2

GESTRA. GESTRA Steam Systems NRG Gebruiksaanwijzing Niveauelektrode NRG 26-40

Reduceerventiel voor stoom type 39-2

Condenspot BK 45 BK 45U BK 45-LT BK 46

BK 37 BK 28 BK 29 BK 37 ASME BK 28 ASME BK 29 ASME

Drukreduceer Type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

Pneumatisch regelventiel type 3335/3278 Pneumatisch regelventiel type

Terugslagklep CB 14 CB 24S CB 26 CB 26A

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 2183 NL. Veiligheidstemperatuurbewaking (STW) met veiligheidsthermostaat type 2403 K

NRS 1-8. Gebruikaanwijzing GESTRA Niveauschakelaar NRS 1-8

Vlottercondenspot UNA 45 UNA 46 UNA 46A

Montagehandleiding Beschermkap

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8091 NL. Pneumatisch regelventiel Type en type Fig. 1 Pneumatische regelventielen

Alwa-Kombi-4 (IN)REGELVENTIEL VOOR WARM TAPWATER CIRCULATIESYSTEMEN MET ONDERSTEUNING VOOR THERMISCH DESINFECTEREN TOEPASSING KENMERKEN CONSTRUCTIE

Regelventielen ZK 610 ZK 613. Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing

GESTRA Steam Systems TRS 5-8. Nederlands. Gebruiksaanwijzing GESTRA temperatuurschakelaar TRS 5-8

Adapters en verloopmoeren van metaal

GESTRA Steam Systems NRS 1-7. Nederlands. Gebruikershandleiding Niveauschakelaar NRS 1-7

Handleiding. Elektronica VEGASWING 66. Document ID: 44768

Pneumatische stoomomvormer Type en type Type en type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8251 NL

VTB 200 Vlinderkleppen

Handleiding. Elektronica VEGADIS 82. Document ID: 50073

Doorstroomafsluiter met buitendraad, PN 16

Handleiding. Extra elektronica. Overspanningsbeveiliging. Document ID: 46670

NRG NRG NRG NRG GESTRA Steam Systems. Gebruiksaanwijzing Nederlands

HANDLEIDING ATEX Explosionproof

Vlottercondenspot UNA 45 MAX UNA 46 MAX UNA 46A MAX

Documentatie. magneetventielen

Drukregelaar zonder hulpenergie Universele drukreduceer type 41-23

APPENDAGES. Safety Valves. - ½ x ½. Safety by PenTec APPENDAGES

NORI 160 RXL/RXS. Productinformatie

FT44 Gesloten vlotterkondenspot (DN15 tot DN50)

Montage handleiding Meskantafsluiters

Onderhoudsvrije zachtdichtende tussenklem afsluiter in DN-bouwlengte PN 6/10/16 DN (200)

VIESMANN. Montagehandleiding. Lamellenrooster. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. Voor Vitoligno 300-C, 8 en 12 kw

NORI 40 RXL/RXS. Productinformatie

Drukregelaar type voor verhoogde luchtcapaciteit. Afb. 1 Drukregelaar type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

VIESMANN. Montagehandleiding VITOPLEX 200. Voor meer informatie: voor de vakman

NORI 320 ZXSV. Productinformatie

STAAL 100 AKK/AKKS. Productinformatie

TECHNISCHE HANDLEIDING

VIESMANN. Servicehandleiding VITOCELL 100-H. voor de vakman. Vitocell 100-H type CHA Warmwaterboiler, 130 tot 200 liter

Glijringpakking RG-4 stationair, enkelwerkend

Montage- en gebruiksaanwijzing

Reparatiehandleiding voor. koppelschotel JSK 26 D

Aanwijzingen bij het technisch gegevensblad, veiligheidsaanwijzingen, gekwalificeerd geschoold personeel pagina 2

afsluitkleppen Serie AK-Ex voor luchtdichte afsluiting in zones met explosiegevaar volgens ATEX 10/2015 NL/nl K

Magneetklep DN10, DN15 en DN20 Kenmerken

NRS 2-3. Gebruiksaanwijzing Niveauschakelaar NRS 2-3

Transcriptie:

GESTRA GESTRA Steam Systems BA 46 BA 46-ASME BA 47 BA 47-ASME BAE 46... BAE 46...-ASME BAE 47... BAE 47...-ASME Gebruiksaanwijzing / productinformatie 818687-01 Continue Spuiklep Reaktomat BA 46 / BA 46-ASME, PN 40/CL 150/300, DN 15-DN 50 BA 47 / BA 47-ASME, PN 63/CL 600, DN 25, 40, 50 BAE 46... / BAE 46...-ASME, PN 40/CL 150/300, DN 15-DN 50 BAE 47... / BAE 47...-ASME, PN 63/CL 600, DN 25, 40, 50

Inhoud Belangrijke instructies Blz. Correcte toepassing...5 Veiligheidsinstructies...5 Gevaar...5 Opgelet...6 DGRL (richtlijnen voor drukapparaten)...6 ATEX (Atmosphère Explosible)...6 Verklaringen Verpakkingsinhoud...6 Systeembeschrijving...7 Werking... 7, 8 Instructies voor de planning...8 Bestel- en aanbestedingsteksten...8 Technische gegevens Typeplaat / markering...9 Afmetingen BA 46, BA 47...10 Afmetingen BAE 46..., BAE 47......11 Aansluitmaten flenzen (uitreksel)...12 Afmetingen laseinden (uitreksel)...13 Afmetingen lasmoffen (uitreksel)...13 Toepassingsgrenzen / aansluittypen...14 Materialen...15 Corrosiebestendigheid...15 Ontwerp...15 Doorstroomdiagram voor DN 15... 32, overzicht capaciteitsbereiken...16 Doorstroomdiagram voor DN 15... 32, capaciteitsbereik tot 310 kg/h...17 Doorstroomdiagram voor DN 15... 32, capaciteitsbereik tot 1020 kg/h...18 Doorstroomdiagram voor DN 15... 32, capaciteitsbereik tot 2120 kg/h...19 Doorstroomdiagram voor DN 40 en 50, overzicht capaciteitsbereiken...20 Doorstroomdiagram voor DN 40 en 50, capaciteitsbereik tot 1340 kg/h...21 Doorstroomdiagram voor DN 40 en 50, capaciteitsbereik tot 4500 kg/h...22 Doorstroomdiagram voor DN 40 en 50, capaciteitsbereik tot 6300 kg/h...23 Constructie BA 46, BA 47...24 BAE 46..., BAE 47......25 Legenda...26 2

Inhoud vervolg Inbouw Blz. BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47......27 Opgelet...27 Uitvoering met flenzen...27 Uitvoering met laseinden...27 Uitvoering met lasmoffen...27 Opgelet...28 Warmtebehandeling van de lasnaden...28 Bedieningshendel 180 verdraaien (bij ongunstige inbouwpositie van de BA 46 of BA 47)...28 Monsternamekraan monteren (indien gewenst)...28 Elektrische aansluiting Gevaar...29 Spuiklep BAE 46..., BAE 47... met aandrijving...29 Fabrieksinstelling BAE 46..., BAE 47......29 Inbedrijfname Gevaar...30 BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47......30 Opgelet...30 Berekening van de spuihoeveelheid...30 Spuikleppen BA 46, BA 47 zonder aandrijving...30 Spuiklep BAE 46..., BAE 47... met aandrijving...30 Bedrijf Gevaar...31 BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47......31 Opgelet...31 Spoelen...31 Noodbedrijf BAE 46..., BAE 47......31 Onderhoud BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47......32 BA 46, BA 47 pakking en inwendige onderdelen vervangen...32 BAE 46..., BAE 47... Pakking en inwendige onderdelen vervangen...33 Aandraaimomenten...34 Gereedschappen...34 Demontage binnendelen...35 3

Inhoud vervolg Ombouw Blz. Gevaar...36 Montage van de aandrijving...36 Aandraaimomenten...36 Gereedschappen...36 Reserve-onderdelen Reserve-onderdelenlijst...37 Ombouwonderdelen Ombouwonderdelenlijst...38 Uit bedrijf nemen Gevaar...38 Afvoeren...38 Appendix Conformiteitverklaring...39 4

Belangrijke instructies Correcte toepassing BA 46, BA 47: De spuiklep BA 46, BA 47 alleen voor het afvoeren van ketelloog uit stoomketels toepassen. Toepassing in leidingen binnen de toegestane druk- en temperatuurgrenzen rekening houdend met de chemische en corrosieve invloeden op het drukapparaat. BAE 46-1, BAE 46-3, BAE 46-40, BAE 47-1, BAE 47-40: De spuiklep BAE 46..., BAE 47... alleen in combinatie met de besturingen KS 90, LRR 1-40 of LRR 1-5, LRR 1-6 voor het afvoeren van ketelloog uit stoomketels gebruiken. Toepassing in leidingen binnen de toegestane druk- en temperatuurgrenzen rekening houdend met de chemische en corrosieve invloeden op het drukapparaat. Voor het veilige bedrijf van de BAE 46..., BAE 47... mogen alleen door GESTRA gespecificeerde aandrijvingen op de regelklep worden gemonteerd. Gespecificeerde en toegelaten aandrijvingen zijn: ARIS EF 0.6, ARIS EF 1, ARIS EF 1-1 en GESTRA EF 1-40. Veiligheidsinstructies De armatuur mag alleen door geschikt en opgeleid personeel worden gemonteerd en in bedrijf worden genomen. Onderhouds- en ombouwwerkzaamheden mogen alleen door geautoriseerd personeel worden uitgevoerd, die daarvoor speciaal zijn opgeleid. Gevaar De armatuur staat tijdens bedrijf onder druk! Wanneer flensverbindingen, afsluitschroeven of stopbussen losgemaakt worden, stroomt heet water of stoom naar buiten. De armatuur is tijdens bedrijf heet! Ernstige brandwonden over het gehele lichaam zijn mogelijk! Voordat onderhoudswerkzaamheden aan de klep worden uitgevoerd resp. flensverbindingen, stopbuspakkingen of afsluitschroeven worden losgemaakt, moeten alle aangesloten leidingen drukloos (0 bar) worden gemaakt en zijn afgekoeld naar kamertemperatuur (20 C)! Scherpe inwendige onderdelen kunnen snijwonden aan de handen veroorzaken! Bij het vervangen van pakking, ventielzitting en klep werkhandschoenen dragen! Klemgevaar! Bewegende inwendige onderdelen kunnen tijdens bedrijf zwaar letsel veroorzaken aan handen en armen. niet in bewegende onderdelen grijpen! Spuikleppen BAE 46..., BAE 47... zijn afstandbediend en kunnen plotseling openen en sluiten! De klemmenstroken van de aandrijving EF.. staan tijdens bedrijf onder spanning! Zware verwondingen door elektrische stroom zijn mogelijk. Voor de montage en demontage het instrument spanningsloos schakelen! 5

Belangrijke instructies vervolg Opgelet De typeplaat specificeert de technische eigenschappen van het apparaat. Een apparaat zonder specifieke typeplaat mag niet in bedrijf worden genomen of worden gebruikt! DGRL (richtlijnen voor drukapparaten) De apparaten voldoen aan de eisen uit de richtlijnen voor drukapparaten 97/23/EG. Toepasbaar in medium 2. CE-markering aanwezig, uitgezonderd instrumenten conform art. 3.3. ATEX (Atmosphère Explosible) De apparaten BA 46, BA 47 zijn toepasbaar in explosiegevaarlijke omgeving, voor zover de hierna volgende aanwijzingen worden aangehouden: Het bedrijfsmedium mag geen ontoelaatbaar hoge temperatuur veroorzaken. Tijdens bedrijf moet eventueel optredende statische elektriciteit worden afgeleid. De lekdichtheid van de stopbus moet zijn gewaarborgd. De gangbaarheid van de klepspindel moet zijn gewaarborgd. Toepasbaar in Ex-zones 1, 2, 21, 22 (1999/92/EG), II 2 G/D c X. De apparaten BAE 46..., BAE 47... mogen overeenkomstig de Europese richtlijn 94/9/EG niet in explosiegevaarlijke omgeving worden toegepast. Uitgebreide informatie vindt u in onze ATEX-Conformiteitverklaring. Verklaringen Verpakkingsinhoud 6 BA 46 1 Spuiklep REAKTOMAT BA 46 1 Monsternamekraan (los geleverd) 1 Afdichtingring A17 x 23 x 1,5 1 Gebruiksaanwijzing GESTRA 1 Gebruiksaanwijzing monsternamekraan BA 47 1 Spuiklep REAKTOMAT BA 47 1 Monsternamekraan (los geleverd) 1 Afdichtingring A17 x 23 x 1,5 1 Gebruiksaanwijzing GESTRA 1 Gebruiksaanwijzing monsternamekraan Ombouwset voor BA 46, BA 47 1 Aandrijving (elektrisch) EF 0.6, EF 1, EF 1-1 of EF 1-40 1 Montageset koppeling / bevestigingsbeugel 1 Gebruiksaanwijzing ARIS aandrijving EF... / GESTRA aandrijving EF 1-40 Reserveonderdelen 1 Set conform reserveonderdelenlijst blz. 37. BAE 46... 1 Spuiklep REAKTOMAT BAE 46... 1 Monsternamekraan (los geleverd) 1 Afdichtingring A17 x 23 x 1,5 1 Gebruiksaanwijzing GESTRA 1 Gebruiksaanwijzing monsternamekraan 1 Gebruiksaanwijzing ARIS aandrijving EF... / GESTRA aandrijving EF 1-40 1 Leverancierverklaring BAE 47... 1 Spuiklep REAKTOMAT BAE 47... 1 Monsternamekraan (los geleverd) 1 Afdichtingring A17 x 23 x 1,5 1 Gebruiksaanwijzing GESTRA 1 Gebruiksaanwijzing monsternamekraan 1 Gebruiksaanwijzing ARIS aandrijving EF... / GESTRA aandrijving EF 1-40 1 Leverancierverklaring

Verklaringen vervolg Systeembeschrijving Door het constante verdampingsproces in de stoomketel wordt de dichtheid verhoogd en dus het zoutgehalte in het aanwezige ketelwater. Het zoutgehalte moet binnen de door de ketelleverancier gespecificeerde grenzen blijven en binnen de grenzen zoals gegeven in de geldende richtlijnen. Dit wordt gerealiseerd door continu of periodiek afvoeren van een bepaalde ketelwaterhoeveelheid (ketelloog). De spuikleppen REAKTOMAT BA... en BAE... zijn vanwege de bijzondere geometrie van een slijtvaste naald, die concentrisch in een systeem van opeenvolgende ontspanningskamers wordt geleid, bijzonder geschikt voor het continu afvoeren van ketelloog bij een zeer hoge verschildruk. De spuikleppen REAKTOMAT BA... en BAE... zijn geschikt voor gebruik in een stoomketelinstallatie conform TRD 604, EN 12952 en EN 12953. BA 46 PN 40, handmatige bediening BA 47 PN 63, handmatige bediening BAE 46 PN 40, bediening met elektrische aandrijving EF 1 1 ) BAE 46-1 PN 40, bediening met elektrische aandrijving EF 1-1 1 ) BAE 46-3 PN 40, bediening met elektrische aandrijving EF 0.6 1 ) BAE 46-40 PN 40, bediening met elektrische aandrijving EF 1-40 1 ) BAE 47 PN 63, bediening met elektrische aandrijving EF 1 1 ) BAE 47-1 PN 63, bediening met elektrische aandrijving EF 1-1 1 ) BAE 47-40 PN 63, bediening met elektrische aandrijving EF 1-40 1 ) EF 0.6 ARIS-aandrijving met twee wegeindschakelaars en een schakelnok voor tussenstanden (basisapparaat) EF 1 ARIS-aandrijving met twee wegeindschakelaars en een schakelnok voor tussenstanden EF 1-1 ARIS-aandrijving met twee wegeindschakelaars en terugmeldpotentiometer EF 1-40 GESTRA-aandrijving met twee wegeindschakelaars, terugmeldpotentiometer en CANopen-interface 1 ) Explosieveilige aandrijvingen of aandrijvingen met gelijk- of draaistroomvoeding zijn op aanvraag leverbaar. Werking De spuiklep REAKTOMAT BA 46, BA 47 wordt met een bedieningshendel in de regelstand gebracht. Met behulp van de schaal op de bedieningshendel kan de benodigde spuihoeveelheid (ketelloog) worden ingesteld. De benodigde spuihoeveelheid wordt met een formule berekend of uit een nomogram uitgelezen. De spuiklep REAKTOMAT BAE 46..., BAE 47... wordt met de aandrijving EF... in de regelstand gebracht. De aandrijving wordt aangestuurd door de GESTRA geleidbaarheidsregelaar KS 90 in combinatie met de GESTRA geleidbaarheidsmeetelektrode LRGT 1... of de geleidbaarheidsregelaar LRR 1-5, LRR 1-6 in combinatie met de GESTRA geleidbaarheidsmeetelektrode LRG 1... of de geleidbaarheidsregelaar LRR 1-40 in combinatie met de geleidbaarheidsmeetelektrode LRG 1...-40. Afhankelijk van de benodigde spuihoeveelheid en een gewenste bedrijfsstand, waarbij onafhankelijk van de geleidbaarheid van het ketelwater een vrij instelbare basishoeveelheid met de BAE 46..., BAE 47... kan worden afgevoerd, opent of sluit de aandrijving de spuiklep. De klepstanden OPEN en DICHT worden door nokkenschakelaars in de aandrijving begrensd, de BEDRIJFSSTAND kan variabel met een schakelnok of een terugmeldpotentiometer worden ingesteld. De krachtoverbrenging in de sluitrichting wordt via een koppeling met geïntegreerde torsieveer uitgevoerd. De koppeling laat voor de aandrijving een geringe overweg toe, wanneer de naald in de zitting wordt gedrukt. 7

Verklaringen vervolg Werking vervolg De geleidbaarheid van het ketelwater wordt met een instrumentcombinatie bestaande uit een geleidbaarheidsmeetelektrode en geleidbaarheidsregelaar bewaakt. Door het constante verdampingsproces in de stoomketel neemt de dichtheid toe en daarmee het zoutgehalte van het ketelwater, de geleidbaarheid van het ketelwater stijgt. Wanneer de ingestelde grenswaarde is bereikt, krijgt de aandrijving van de geleidbaarheidsregelaar openingsimpulsen overeenkomstig de afwijking van het geleidbaarheidssetpoint. Wanneer het gewenste geleidbaarheidssetpoint is bereikt, dan sluit de aandrijving de spuiklep of gaat naar de ingestelde bedrijfsstand terug. De ventielstanden DICHT en OPEN worden door nokkenschakelaars in de aandrijving begrensd, de BEDRIJFSSTAND kan variabel met een schakelnok of een terugmeldpotentiometer worden ingesteld. 8

Technische gegevens Typeplaat / markering Druk- en temperatuurgrenzen zie de markering op de behuizing resp. de specificaties op de typeplaat. Zie voor meer informatie de GESTRA brochures, specificatiebladen en technische informatie. Conform EN 19 zijn op de typeplaat of de behuizing het type en de uitvoering aangegeven. Symbool fabrikant Typecodering Drukklasse PN of Class Materiaalnummer Maximale temperatuur Maximale druk Doorstroomrichting Stempel op de behuizing/typeplaat, bijv. (voorbeeld: 4e kwartaal 2007). 4 07 geeft fabricagekwartaal en -jaar aan Nom. doorlaat Maximaal toelaatbare temperatuur Nom. druk Markering E Fig. 1 9

Technische gegevens vervolg Afmetingen BA 46, BA 47 20 DN 15-32: 126 DN 40, 50: 132 DN 15-32: 172 DN 40, 50: 213 180 L Fig. 2 10

Technische gegevens vervolg Afmetingen BAE 46..., BAE 47... Fig. 3 DN 15-32: 126 DN 15-32: 388 20 DN 40, 50: 132 DN 40, 50: 428 100 L 11

Technische gegevens vervolg Aansluitmaten flenzen (uitreksel) L l *) Gewicht BA 4... / Gewicht BAE 4... DN EN 1092-1 (2001) EN 1092-1 (2001) PN 40 PN 63 [inch] ½ ¾ 1 1¼ 1½ 2 1 1½ 2 [mm] 15 20 25 32 40 50 25 40 50 D 95 105 115 140 150 165 140 170 180 b 16 18 18 18 18 20 24 26 26 k 65 75 85 100 110 125 100 125 135 g 45 58 68 78 88 102 68 88 102 l 14 14 14 18 18 18 18 22 22 n 4 4 4 4 4 4 4 4 4 L 150 150 160 180 200 230 190 220 250 [kg]*) 4,7/8,8 5,3/9,4 5,8/9,9 7,1/11,2 10,7/14,8 12,5/16,6 7,1/11,2 10,7/14,8 12,5/16,6 L l *) Gewicht BA 4... / Gewicht BAE 4... DN ASME B16.5 Class 150 [inch] ½ ¾ 1 1¼ 1½ 2 [mm] 15 20 25 32 40 50 D 88,9 98,4 107,9 117,5 127,0 152,4 b 11,1 12,7 14,3 15,9 17,5 19,0 k 60,3 69,8 79,4 88,9 98,4 120,6 g 34,9 42,9 50,8 63,5 73,0 92,1 l 15,9 15,9 15,9 15,9 15,9 19,0 n 4 4 4 4 4 4 L 150 150 160 180 230 230 [kg]*) 4,7/8,8 5,3/9,4 5,8/9,9 7,1/11,2 10,7/14,8 12,5/16,6 L l DN ASME B16.5 Class 300 ASME B16.5 Class 600 [inch] ½ ¾ 1 1¼ 1½ 2 1 1½ 2 [mm] 15 20 25 32 40 50 25 40 50 D 95,2 117,5 123,8 133,3 155,6 165,1 123,8 155,6 165,1 b 14,3 15,9 17,5 19,0 20,6 22,2 17,5 22,2 25,4 k 66,7 82,5 88,9 98,4 114,3 127 88,9 114,3 127 g 34,9 42,9 50,8 63,5 73,0 92,1 50,8 73,0 92,1 l 15,9 19,0 19,0 19,0 22,2 19,0 19,0 22,2 19,0 n 4 4 4 4 4 4 4 4 4 L 150 150 160 180 230 230 216 216 250 [kg]*) 4,7/8,8 5,3/9,4 5,8/9,9 7,1/11,2 10,7/14,8 12,5/16,6 7,1/11,2 10,7/14,8 12,5/16,6 *) Gewicht BA 4... / Gewicht BAE 4... Andere uitvoeringen op aanvraag. Speciale afmetingen en speciale aansluitmaterialen op aanvraag. 12

Technische gegevens vervolg Afmetingen laseinden (uitreksel) L *) Gewicht BA 4..., / Gewicht BAE 4... DN DIN 3239-1, Reihe 1 DIN 3239-1, Reihe 2 DIN 2559-2 DIN 2559-2 [inch] ½ ¾ 1 1¼ 1½ 2 1 1½ 2 [mm] 15 20 25 32 40 50 25 40 50 d 2 22 28 34 43 49 61 34 49 61 d 1 17,3 22,0 28,5 37,0 43,0 54,5 28,5 42,5 54,5 Voor leiding 21,3x2,0 26,9x2,3 33,7x2,6 42,4x2,6 48,3x2,6 60,3x2,9 33,7x2,6 48,3x2,9 60,3x2,9 L 200 200 200 200 250 250 200 250 250 [kg]*) 4,1/8,2 4,7/8,8 4,7/8,8 5,4/9,5 8,9/13,0 10,2/14,3 4,7/8,8 8,9/13,0 10,2/14,3 L DN ASME B16.25, Schedule 40 ASME B36.10 ASME B16.25, Schedule 80 ASME B36.10 [inch] ½ ¾ 1 1¼ 1½ 2 1 1½ 2 [mm] 15 20 25 32 40 50 25 40 50 d 2 22 28 34 43 49 61 34 49 61 d 1 15,7 20,9 26,6 35,1 40,9 52,5 24,3 38,1 49,3 Voor leiding 21,3x2,8 26,7x2,9 33,4x3,4 42,2x3,6 48,3x3,7 60,3x3,9 33,4x4,5 48,3x5,1 60,3x5,5 L 200 200 200 200 250 250 200 250 250 [kg]*) 4,1/8,2 4,7/8,8 4,7/8,8 5,4/9,5 8,9/13,0 10,2/14,3 4,7/8,8 8,9/13,0 10,2/14,3 *) Gewicht BA 4.. / Gewicht BAE 4... Andere uitvoeringen op aanvraag. Speciale afmetingen en speciale aansluitmaterialen op aanvraag. Afmetingen lasmoffen (uitreksel) L b d1 d2 DN DIN EN 12760, ASME B16.11 Class 3000 [inch] ½ ¾ 1 1¼ 1½ 2 [mm] 15 20 25 32 40 50 d 2 35 40 45 55 62 75 d 1 21,8 27,3 34,1 42,8 48,8 61,3 b 10 13 13 13 13 16 Voor leiding 21,3/21,3 26,9/26,7 33,7/33,4 42,4/42,2 48,3/48,3 60,3/60,3 L 200 200 200 200 250 250 [kg]*) 3,7/7,8 3,9/8,0 4,2/8,3 5,1/9,2 8,3/12,4 9,5/13,6 *) Gewicht BA 4... / Gewicht BAE 4... Andere uitvoeringen op aanvraag. Speciale afmetingen en speciale aansluitmaterialen op aanvraag. 13

Technische gegevens vervolg Toepassingsgrenzen / aansluittypen BA 46, BAE 46, flens PN 40, EN 1092-1 (2001), 1.0460 *) p max (maximale druk) [bar]g 29 t s (temperatuur kookpunt) [ C] 234 Berekend conform DIN EN 12516-2, *) materiaal conform AD 2000 BA 46, BAE 46, flens PN 40, EN 1092-1 (2001), A 105 p max (maximale druk) [bar]g 36 t s (temperatuur kookpunt) [ C] 246 Berekend conform DIN EN 12516-2 BA 47, BAE 47, flens PN 63 / PN 100, EN 1092-1 (2001), 1.0460 *) p max (maximale druk) [bar]g 44 t s (temperatuur kookpunt) [ C] 257 Berekend conform DIN EN 12516-2, *) materiaal conform AD 2000 BA 47, BAE 47, flens PN 63 / PN 100, EN 1092-1 (2001), A 105 p max (maximale druk) [bar]g 55 t s (temperatuur kookpunt) [ C] 271 Berekend conform DIN EN 12516-2 BA 4..., BAE 4...-ASME, flens B16.5 Class 150, laseinden B16.25, lasmoffen B16.11, Class 3000 p max (maximale druk) [bar]g 14 t s (temperatuur kookpunt) [ C] 198 p max (maximale druk) [psi]g 203 t s (temperatuur kookpunt) [ F] 388 Berekend conform ASME B16.34 BA 4..., BAE 4...-ASME, flens B16.5 Class 300, laseinden B16.25, lasmoffen B16.11, Class 3000 p max (maximale druk) [bar]g 42 t s (temperatuur kookpunt) [ C] 254 p max (maximale druk) [psi]g 609 t s (temperatuur kookpunt) [ F] 489 Berekend conform ASME B16.34 BA 4..., BAE 4...-ASME, flens B16.5 Class 600, laseinden B16.25, lasmoffen B16.11, Class 3000 p max (maximale druk) [bar]g 55 t s (temperatuur kookpunt) [ C] 271 p max (maximale druk) [psi]g 800 t s (temperatuur kookpunt) [ F] 520 Berekend conform ASME B16.34 14

Technische gegevens vervolg Materialen Type BA 4..., BAE 4... BA 4... ASME, BAE 4... ASME Omschrijving DIN / EN ASTM Behuizing 1.0460 A105 Multi-zitting naald 1.4021 A 276 Grade 420 Zitting- en stopbussen 1.4104 430F Borgbout A2-70 A192 CL 2B-BB Afsluitplug 1.7225 A193 B7 Corrosiebestendigheid Bij een correcte toepassing wordt de veiligheid van het instrument niet door corrosie beïnvloed. Ontwerp De behuizing is niet geschikt voor toenemende belasting. Dimensionering en corrosietoeslagen zijn conform de laatste stand der techniek uitgevoerd. 15

Technische gegevens vervolg Doorstroomdiagram voor DN 15... 32, overzicht capaciteitsbereiken Verschildruk [bar] Heetwaterdoorstroming [kg/h] Fig. 4 Bedieningshendelstand 16

Technische gegevens vervolg Doorstroomdiagram voor DN 15... 32, capaciteitsbereik tot 310 kg/h Verschildruk [bar] Heetwaterdoorstroming [kg/h] Fig. 5 Bedieningshendelstand 17

Technische gegevens vervolg Doorstroomdiagram voor DN 15... 32, capaciteitsbereik tot 1020 kg/h Verschildruk [bar] Heetwaterdoorstroming [kg/h] Fig. 6 Bedieningshendelstand 18

Technische gegevens vervolg Doorstroomdiagram voor DN 15... 32, capaciteitsbereik tot 2120 kg/h Verschildruk [bar] Heetwaterdoorstroming [kg/h] Fig. 7 Bedieningshendelstand 19

Technische gegevens vervolg Doorstroomdiagram voor DN 40 en 50, overzicht capaciteitsbereiken Verschildruk [bar] Heetwaterdoorstroming [kg/h] Fig. 8 Bedieningshendelstand 20

Technische gegevens vervolg Doorstroomdiagram voor DN 40 en 50, capaciteitsbereik tot 1340 kg/h Verschildruk [bar] Heetwaterdoorstroming [kg/h] Fig. 9 Bedieningshendelstand 21

Technische gegevens vervolg Doorstroomdiagram voor DN 40 en 50, capaciteitsbereik tot 4500 kg/h Verschildruk [bar] Heetwaterdoorstroming [kg/h] Fig. 10 Bedieningshendelstand 22

Technische gegevens vervolg Doorstroomdiagram voor DN 40 en 50, capaciteitsbereik tot 6300 kg/h Verschildruk [bar] Heetwaterdoorstroming [kg/h] Fig. 11 Bedieningshendelstand 23

Constructie BA 46, BA 47 1 2 k j i 4 3 5 6 h 7 8 9 9 0 a g f b c d e Fig. 12 24

Constructie vervolg BAE 46..., BAE 47... l m n o p s q r Open Dicht a Fig. 13 25

Constructie vervolg Legenda 1 Stopbusbout 2 Aanwijsplaat 3 Drukstuk 4 Schotelveren (3 stuks) 5 Veerbus 6 Pakkingsring met 4 schraapringen 7 Geleidingsbus 8 Slijtage beschermbus 9 Trapbus 0 Zittingbus a Behuizing b Typeplaat c ATEX-markering d Afdichtingring A17 x 23 x 1,5 e Afsluitplug (aansluitmogelijkheid voor een monsternamekraan) f Borgbout g Afdichtingring C6 x 10 x 1,5 (DN 15-32) C10 x 16 x 1,5 (DN 40, 50) h Multi-zitting naald i Schaalindeling j Zeskantmoer k Bedieningshendel l Aandrijving m Drukveer n Drukschijf o Spanstift ISO 8742 p Bevestigingsbeugel q Draaimoment-controlepen r Zeskantbout met ring s Koppeling 26

Inbouw BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... De spuiklep rekening houdend met de doorstroomrichtingspijl in de doorstroomrichting monteren. De aansluitstomp van de spui moet onder de laagniveau-markering in de buurt van de aansluitstomp van de stoomuitlaat op de stoomketel worden geplaatst. De spuiklep is geschikt voor inbouw in horizontale en verticale leidingen. De spuiklep wordt gereed voor inbouw, zonder of met een gemonteerde aandrijving geleverd. De documentatie van de leverancier van de aandrijving moet worden aangehouden en samen met de gebruiksaanwijzing BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... worden bewaard! De spuiklep wordt geleverd met een losse monsternamekraan. De monsternamekraan mag alleen op de spuiklep worden gemonteerd op de daarvoor bedoelde plaats en conform de regels van de techniek. De afzonderlijke documentatie van de leverancier van de monsternamekraan moet worden aangehouden en samen met de gebruiksaanwijzing BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... worden bewaard! Opgelet De hoek van de aandrijving in ingebouwde toestand mag niet groter zijn dan 90! Uitvoering met flenzen 1. Let op de inbouwpositie. De bedieningshendel k moet vrij kunnen bewegen! 2. Let op de doorstroomrichting. De pijl voor de doorstroomrichting bevindt zich op de behuizing. 3. Houdt rekening met de benodigde vrije ruimte. Wanneer de spuiklep vast is ingebouwd, is voor de demontage of montage naderhand van de aandrijving een vrije ruimte van min. 180 mm nodig! 4. Kunststof afsluitplug verwijderen. De kunststof afsluitplug is alleen bedoeld als transportbeveiliging. 5. Afdichtingsoppervlakken aan beide flenzen reinigen. 6. Spuiklep inbouwen. Uitvoering met laseinden 1. Let op de inbouwpositie. De bedieningshendel k moet vrij kunnen bewegen! 2. Let op de doorstroomrichting. De pijl voor de doorstroomrichting bevindt zich op de behuizing. 3. Houdt rekening met de benodigde vrije ruimte. Wanneer de spuiklep vast is ingebouwd, is voor de demontage of montage naderhand van de aandrijving een vrije ruimte van min. 180 mm nodig! 4. Kunststof afsluitplug verwijderen. De kunststof afsluitplug is alleen bedoeld als transportbeveiliging. 5. Laseinden reinigen. 6. Montage alleen met vlambooglassen (lasproces 111 en 141 conform ISO 4063) of met autogeen lassen (lasproces 3 conform ISO 4063). Uitvoering met lasmoffen 1. Let op de inbouwpositie. De bedieningshendel k moet vrij kunnen bewegen! 2. Let op de doorstroomrichting. De pijl voor de doorstroomrichting bevindt zich op de behuizing. 3. Houdt rekening met de benodigde vrije ruimte. Wanneer de spuiklep vast is ingebouwd, is voor de demontage of montage naderhand van de aandrijving een vrije ruimte van min. 180 mm nodig! 4. Kunststof afsluitplug verwijderen. De kunststof afsluitplug is alleen bedoeld als transportbeveiliging. 5. Lasmoffen reinigen. 6. Montage alleen met vlambooglassen (lasproces 111 en 141 conform ISO 4063) of met autogeen lassen (lasproces 3 conform ISO 4063). 27

Inbouw vervolg Opgelet Het inlassen van spuikleppen in leidingen onder druk mag alleen door gekwalificeerde lassers met certificaat conform EN 287-1 worden uitgevoerd. Warmtebehandeling van de lasnaden Na het inlassen van de spuiklep kan een warmtebehandeling van de lasnaden noodzakelijk zijn (spanningsarm gloeien conform DIN EN 10052). De warmtebehandeling beperkt zich tot de directe omgeving van de lasnaad. Voor het begin van de warmtebehandeling hoeven de inwendige onderdelen van de spuiklep niet te worden gedemonteerd. Bedieningshendel 180 verdraaien (bij ongunstige inbouwpositie van de BA 46 of BA 47) Bij een ongunstige inbouwpositie met stromingsrichting van rechts naar links kan het nodig zijn de bedieningshendel met schaalindeling en de aanwijsplaat 180 te verdraaien, om de afleesbaarheid van de schaal te waarborgen. 1. Veiligheidsinstructies op blz. 5 aanhouden! 2. Moer j losmaken en afschroeven, bedieningshendel k met aftrekinrichting losmaken en verwijderen. 3. Stopbusbouten 1 losmaken en uitdraaien, drukstuk 3 afnemen, aanwijsplaat 2 afnemen en met 180 verdraaien en weer plaatsen. 4. Drukstuk 3 plaatsen en stopbusbouten 1 indraaien. 5. Multi-zitting naald h een halve slag uitdraaien en stopbusbouten 1 aantrekken. 6. Multi-zitting naald h met 7 Nm in de gesloten stand draaien, bedieningshendel k plaatsen en schaalindeling i zodanig op de aanwijsplaat 2 uitrichten, dat de markering 0 in het midden van de aanwijsplaat staat. 7. Moer j op het tapeind van de multi-zitting naald h schroeven en aandraaien, met bedieningshendel tegenhouden. Let op de aandraaimomenten vermeldt in de tabel! Monsternamekraan monteren (indien gewenst) 1. Afsluitplug e losmaken en uitdraaien. Afdichtingring d verwijderen. 2. De gebruiksaanwijzing van de monsternamekraan aanhouden. 3. Monsternamekraan conform de regels van de techniek monteren. 28

Elektrische aansluiting Gevaar Klemgevaar! Bewegende inwendige onderdelen kunnen tijdens bedrijf zwaar letsel veroorzaken aan handen en armen. Niet in bewegende onderdelen grijpen! Spuikleppen BAE 46..., BAE 47... zijn afstandbediend en kunnen plotseling openen en sluiten! De klemmenstroken van de aandrijving EF... staan tijdens bedrijf onder spanning! Zware verwondingen door elektrische stroom zijn mogelijk. Voor de montage en demontage het instrument spanningsloos schakelen! Spuiklep BAE 46..., BAE 47... met aandrijving Naast de standen OPEN en DICHT is het mogelijk bij de aandrijvingen EF 0.6 en EF 1 een BEDRIJFSSTAND in te stellen. Bij de BEDRIJFSSTAND wordt continue een ingestelde hoeveelheid ketelwater afgevoerd. De BEDRIJFSSTAND kan in de aandrijving met een schakelnok worden ingesteld. De instelling wordt conform de bijgevoegde gebruiksaanwijzing uitgevoerd. Aandrijving EF.... De aandrijving EF 1-1 heeft een terugmeldpotentiometer 0... 1000 Ohm en geen schakelnokken voor een BEDRIJFSSTAND. Instelling volgt conform de bijgevoegde gebruiksaanwijzing Aandrijving EF.... De aandrijving EF 1-40 zendt cyclisch een datatelegram aan de besturing LRR 1-40. De data worden overgedragen via een CAN-bus gebruik makend van het CANopen-protocol. Houdt de afzonderlijke gebruiksaanwijzing voor de aandrijving EF 1-40 aan. De elektrische aansluiting van de aandrijving EF... wordt uitgevoerd conform de bijgevoegde gebruiksaanwijzing Aandrijving EF.... Fabrieksinstelling BAE 46..., BAE 47... De aandrijvingen EF 0.6 en EF 1 zijn af fabriek op DICHT (schaalpositie 0 ), BEDRIJFSSTAND (schaalpositie 1 ) en OPEN (schaalpositie 4 ) ingesteld. Fig. 4, Fig. 8 Bij de BEDRIJFSSTAND wordt continue een ingestelde hoeveelheid ketelwater afgevoerd. De BEDRIJFSSTAND kan in de aandrijving met een schakelnok worden ingesteld. Instelling volgens de bijgevoegde gebruiksaanwijzing Aandrijvingen EF.... De aandrijvingen EF 1-1 en EF 1-40 zijn af fabriek op DICHT (schaalpositie 0 ) en OPEN (schaalpositie 4 ) ingesteld. De terugmeldpotentiometer is af fabriek ingesteld op 50 Ω ± 5 Ω bij schaalpositie 0 en 940 Ω ± 5 Ω bij schaalpositie 4. 29

Inbedrijfname Gevaar Verbrandingsgevaar! De bedieningshendel van de spuiklep en de koppeling van de aandrijving zijn tijdens bedrijf heet. Het aanraken van de bedieningshendel en de koppeling kan zware verbrandingen aan handen en armen veroorzaken. De armatuur alleen bedienen met geïsoleerde, temperatuurbestendige veiligheidshandschoenen! BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... De flensverbindingen op de BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... moeten vast zijn geschroefd en moeten goed afdichten. Het drukstuk 3 moet worden nagetrokken, wanneer lekkage in deze omgeving optreedt. Opgelet Door het aantrekken van de stopbusbouten wordt de losbreekkracht en de wrijvingskracht van de multi-zitting naald verhoogd! De losbreekkracht van de multi-zitting naald mag de maximaal mogelijke stelkrachten van de aandrijving niet overschrijden! Te strak aantrekken van de stopbusbouten beïnvloedt de goed werking van de spuiklep en kan de multi-zitting naald blokkeren. Wanneer de multi-zitting naald is geblokkeerd, kan de spuiklep niet meer openen, regelen of sluiten. Berekening van de spuihoeveelheid Af te laten ketelwaterhoeveelheid A = Q S K S A = Af te laten ketelwaterhoeveelheid [kg/h] Q = Ketelcapaciteit [kg/h] S = Geleidbaarheid van het voedingswater [µs/cm] K = Toegestane geleidbaarheid van het ketelwater [µs/cm] Voorbeeld Verschildruk: 15 bar Nom. doorlaat spuiklep: DN 20 Ketelcapaciteit: Q = 10000 kg/h Geleidbaarheid van het voedingswater: S = 100 µs/cm Toegestane geleidbaarheid van het ketelwater: K = 3000 µs/cm Af te laten ketelwaterhoeveelheid: A 345 kg/h daarvan ca. 10 % door spuien: 35 kg/h Spuihoeveelheid: A 1 310 kg/h Bedieningshendel via de schaal op 41 % opening instellen. Fig. 6 Spuikleppen BA 46, BA 47 zonder aandrijving De conform de bedrijfsomstandigheden benodigde spuihoeveelheid met de bedieningshendel op spuiklep instellen. Gebruik s.v.p. daarvoor de doorstroomdiagrammen op de pagina s 16 t/m 23. 30 Spuiklep BAE 46..., BAE 47... met aandrijving Op de GESTRA-besturingen KS 90, LRR 1-40, LRR 1-5 of LRR 1-6 de bedrijfsmatig gegeven geleidbaarheidswaarden voor het ketelwater instellen. Vergelijk s.v.p. de in te regelen klepstanden (schaal op bedieningshendel) met de waarden in de doorstroomdiagrammen op de pagina s 16 t/m 23.

Bedrijf Gevaar Verbrandingsgevaar! De bedieningshendel van de spuiklep en de koppeling van de aandrijving zijn tijdens bedrijf heet. Het aanraken van de hendel en de koppeling kan zware verbrandingen aan handen en armen veroorzaken. De armatuur alleen bedienen met geïsoleerde, temperatuurbestendige veiligheidshandschoenen! BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... De flensverbindingen op de BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... moeten vast zijn geschroefd en moeten goed afdichten. Het drukstuk 3 moet worden nagetrokken, wanneer lekkage in deze omgeving optreedt. Opgelet Door het aantrekken van de stopbusbouten wordt de losbreekkracht en de wrijvingskracht van de multi-zitting naald verhoogd! De losbreekkracht van de multi-zitting naald mag de maximaal mogelijke stelkrachten van de aandrijving niet overschrijden! Te strak aantrekken van de stopbusbouten beïnvloedt de goed werking van de spuiklep en kan de multi-zitting naald blokkeren. Wanneer de multi-zitting naald is geblokkeerd, kan de spuiklep niet meer openen, regelen of sluiten. Spoelen De spuiklep eenmaal per dag kortstondig openen. Let bij het spoelen s.v.p. op de bedrijfsgrenzen van de installatie. Noodbedrijf BAE 46..., BAE 47... 1. Aandrijving spanningsloos schakelen en de koppeling s met de hand ca. 1 cm optillen. Fig. 13 2. Bedieningshendel k met behulp van de schaalindeling i op de gewenste doorstroomwaarde instellen. Fig. 13 31

Onderhoud BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... De spuikleppen BA 46, BA 47, BAE 46... en BAE 47... zijn in principe onderhoudsvrij. Afhankelijk van de kwaliteit van het ketelwater kan echter na twee jaar bedrijf onderhoud van de armatuur nodig zijn. BA 46, BA 47 pakking en inwendige onderdelen vervangen 1. Veiligheidsinstructies op blz. 5 aanhouden! 2. Zeskantmoer j losmaken en afschroeven, bedieningshendel k met aftrekinrichting losmaken en verwijderen. 3. Stopbusbouten 1 losmaken en uitdraaien, drukstuk 3 afnemen, Aanwijsplaat 2 afnemen, schotelveren 4 afnemen, veerbus 5 losmaken en uitnemen. 4. Multi-zitting naald h uitnemen en uit de behuizing trekken. 5. Borgbout f losmaken en uitdraaien, afdichtring g verwijderen. 6. Afsluitplug e losmaken en uitdraaien, afdichtring d verwijderen. 7. Binnendelen 6 t/m 0 met een messing doorn d = 14,8 mm uitslaan. Fig. 14 8. Behuizing a en binnendelen reinigen of indien nodig vervangen. 9. Zittingbus 0 met lijm Loctite 620 plaatsen, expansiebussen 9 los plaatsen. 10. Slijtage beschermbus 8 zodanig uitrichten en plaatsen, dat de borgmoer op de langsas van de borgbout f ligt. 11. Borgbout f met afdichtingring g inschroeven en in koude toestand aantrekken. 12. Geleidingsbus 7 zodanig uitrichten en plaatsen, dat de borgmoer op de langsas van de borgbout f ligt. Fig. 12 13. Nieuwe schraapringen en pakkingringen 6 in de getoonde volgorde plaatsen. Fig. 12 14. Schroefdraad en afdichtoppervlak van de multi-zitting naald met smeermiddel WINIX 2010 insmeren. 15. Multi-zitting naald h plaatsen en twee slagen in de geleidingsbus 7 draaien. 16. Veerbus 5 plaatsen, schotelveren 4 in de getoonde volgorde plaatsen. 17. Aanwijsplaat 2 en drukstuk 3 plaatsen, stopbusbouten 1 iets aandraaien. 18. Multi-zitting naald h een halve slag uitdraaien en stopbusbouten 1 aantrekken. 19. Multi-zitting naald h met 7 Nm in de gesloten stand draaien, bedieningshendel k plaatsen en schaalindeling i zodanig op de aanwijsplaat 2 uitrichten, dat de markering 0 in het midden van de aanwijsplaat staat. 20. Zeskantmoer j op het tapeind van de multi-zitting naald h schroeven en aandraaien, met bedieningshendel tegenhouden. 21. Afsluitplug e samen met de afdichtring d in de behuizing schroeven en aantrekken of monsternamekraan conform de specificaties van de leverancier met afdichtring inschroeven. Let op de aandraaimomenten vermeldt in de tabel! WINIX 2010 is een gedeponeerd handelsmerk van WINIX GmbH, Norderstedt LOCTITE 620 is een gedeponeerd handelsmerk van HENKEL KGaA, Düsseldorf 32

Onderhoud vervolg BAE 46..., BAE 47... Pakking en inwendige onderdelen vervangen 1. Veiligheidsinstructies op blz. 5 aanhouden! 2. Aandrijving l spanningsloos schakelen. 3. Schroeven r losdraaien en aandrijving samen met koppeling s afnemen. 4. Zeskantmoer j losmaken en afschroeven, bedieningshendel k met aftrekinrichting losmaken en verwijderen. 5. Stopbusbouten 1 losmaken en uitdraaien, drukstuk 3 afnemen, Aanwijsplaat 2 afnemen, schotelveren 4 afnemen, veerbus 5 losmaken en uitnemen. 6. Multi-zitting naald h uitnemen en uit de behuizing trekken. 7. Borgbout f losmaken en uitdraaien, afdichtring g verwijderen. 8. Afsluitplug e losmaken en uitdraaien, afdichtring d verwijderen. 9. Binnendelen 6 t/m 0 met een messing doorn d = 14,8 mm uitslaan. Fig. 14 10. Behuizing a en binnendelen reinigen of indien nodig vervangen. 11. Zittingbus 0 met lijm Loctite 620 plaatsen, expansiebussen 9 los plaatsen. 12. Slijtage beschermbus 8 zodanig uitrichten en plaatsen, dat de borggroef op de langsas van de borgbout f ligt. 13. Borgbout f met afdichtingring g inschroeven en in koude toestand aantrekken. 14. Geleidingsbus 7 zodanig uitrichten en plaatsen, dat de borgmoer op de langsas van de borgbout f ligt. Fig. 12 15. Nieuwe schraapringen en pakkingringen 6 in de getoonde volgorde plaatsen. Fig. 12 16. Schroefdraad en afdichtoppervlak van de multi-zitting naald met smeermiddel WINIX 2010 insmeren. 17. Multi-zitting naald h plaatsen en twee slagen in de geleidingsbus 7 draaien. 18. Veerbus 5 plaatsen, schotelveren 4 in de getoonde volgorde plaatsen. 19. Aanwijsplaat 2 en drukstuk 3 plaatsen, stopbusbouten 1 iets aandraaien. 20. Multi-zitting naald h een halve slag uitdraaien en stopbusbouten 1 aantrekken. 21. Multi-zitting naald h met 7 Nm in de gesloten stand draaien, bedieningshendel k plaatsen en schaalindeling i zodanig op de aanwijsplaat 2 uitrichten, dat de markering 0 in het midden van de aanwijsplaat staat. 22. Zeskantmoer j op het tapeind van de multi-zitting naald h schroeven en aandraaien, met bedieningshendel tegenhouden. 23. Afsluitplug e samen met afdichtring d in de behuizing schroeven en aantrekken of monsternamekraan conform de specificaties van de leverancier met afdichtingring inschroeven. 24. Koppeling s op de bedieningshendel k plaatsen, bevestigingsbeugel p aan aandrijving l met bouten met ring r op de behuizing vastzetten. Bedieningshendel verstellen tot de koppeling ingrijpt. 25. Aandrijving uitrichten, de koppeling s moet vlak op de bedieningshendel aanliggen. Bouten r aantrekken. 26. De schakelnokken voor OPEN, DICHT en BEDRIJFSSTAND of indien aanwezig de terugmeldpotentiometer conform de meegeleverde gebruiksaanwijzing Aandrijving EF... instellen. 27. In de aandrijving met schakelnokken DICHT de eindstand zodanig instellen, dat de draaimomentcontrolepen q rechts niet geheel op het controlegat aanligt. In deze stand is het sluitmoment 10 Nm. Fig. 13 Let op de aandraaimomenten vermeldt in de tabel! WINIX 2010 is een gedeponeerd handelsmerk van WINIX GmbH, Norderstedt LOCTITE 620 is een gedeponeerd handelsmerk van HENKEL KGaA, Düsseldorf 33

Onderhoud vervolg Aandraaimomenten Onderdeel Spuiklep Aandraaimoment [Nm] DN 15-32 DN 40, 50 1 BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... 7 11 e BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... 130 f BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... 5 11 h BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... 7 j BA 46, BA 47, BAE 46..., BAE 47... 20 r BAE 46..., BAE 47... DIN EN 10052 30 Allen aandraaimomenten zijn gerelateerd aan een kamertemperatuur van 20 C. Gereedschappen Ringsteeksleutel SW 7, DIN 3113, vorm B Ringsteeksleutel SW 10, DIN 3113, vorm B Ringsteeksleutel SW 13, DIN 3113, vorm B Ringsteeksleutel SW 16, DIN 3113, vorm B Ringsteeksleutel SW 17, DIN 3113, vorm B Momentsleutel 1-12 Nm, ISO 6789 Momentsleutel 8-40 Nm, ISO 6789 Momentsleutel 80-400 Nm, ISO 6789 Slagdoorn 14,8 x 220, CuZn (Messing) Hamer 300 g, DIN 1041 Zelfcentrerende aftrekker grootte 0 34

Onderhoud vervolg Demontage binnendelen Fig. 14 35

Ombouw GESTRA spuikleppen BA 46 en BA 47 kunnen naderhand met een aandrijving EF... worden uitgerust (BAE 46..., BAE 47...). Gevaar Klemgevaar! Bewegende inwendige onderdelen kunnen tijdens bedrijf zwaar letsel veroorzaken aan handen en armen. Niet in bewegende onderdelen grijpen! Spuikleppen BAE 46..., BAE 47... zijn afstandbediend en kunnen plotseling openen en sluiten! De klemmenstroken van de aandrijving EF.. staan tijdens bedrijf onder spanning! Zware verwondingen door elektrische stroom zijn mogelijk. Voor de montage en demontage het instrument spanningsloos schakelen! Montage van de aandrijving 1. Gebruiksaanwijzing van de leverancier van de aandrijving aanhouden. 2. Drukveer m, drukring n en klemkerfpen o op de aandrijving l EF... monteren. Fig. 13 3. Koppeling s op de bedieningshendel k plaatsen, bevestigingsbeugel p en aandrijving l met zeskantbouten r op de behuizing vastzetten. Bedieningshendel verstellen tot de koppeling ingrijpt. 4. Aandrijving uitrichten, de koppeling s moet vlak op de bedieningshendel aanliggen. Zeskantbouten r met 30 Nm aantrekken. 5. De schakelnokken voor OPEN, DICHT en BEDRIJFSSTAND of indien aanwezig de terugmeldpotentiometer conform de meegeleverde gebruiksaanwijzing Aandrijving EF... instellen. 6. In de aandrijving met schakelnokken DICHT de eindstand zodanig instellen, dat de draaimomentcontrolepen q rechts niet geheel op het controlegat aanligt. In deze stand is het sluitmoment 10 Nm. Fig. 13 7. ATEX-markering c van behuizing a verwijderen. BAE 46..., BAE 47... mogen niet in EX-omgeving worden toegepast. Aandraaimomenten Onderdeel Spuiklep Aantrekmoment [Nm] r BAE 46..., BAE 47... 30 Allen aandraaimomenten zijn gerelateerd aan een kamertemperatuur van 20 C. Gereedschappen Ringsteeksleutel SW 13, DIN 3113, vorm B Momentsleutel 1-12 Nm, ISO 6789 Hamer 300 g, DIN 1041 36

Reserve-onderdelen Reserve-onderdelenlijst Bestelnummer Bestelnummer Onderdeel Omschrijving BA 46 BA 47 BAE 46... BAE 47... 6 d g 5 6 d g 5 6 7 8 9 0 d g h 6 7 8 9 0 d g h Pakkings-, afdichtingsset, DN 15 t/m DN 32: 1 pakkingsring 15 x 23 x 8, 4 schraapringen, 1 afdichtingring C 6 x 10 x 1,5, 1 afdichtingring A 17 x 23 x 1,5 Pakkings-, afdichtingsset, DN 40 en DN 50: 1 pakkingsring 18 x 28 x 10, 4 schraapringen, 1 afdichtingring C 10 x 16 x 1,5, 1 afdichtingring A 17 x 23 x 1,5 Reserve-onderdelenset compleet, DN 15 t/m DN 32: 1 multi-zitting naald, 1 zittingbus, 2 expansiebussen, 1 slijtage beschermbus, 1 geleidingsbus, 1 pakkingsring 15 x 23 x 8, 4 schraapringen, 1 afdichtingring C 6 x 10 x 1,5, 1 afdichtingring A 17 x 23 x 1,5 Reserve-onderdelenset compleet, DN 40 en DN 50: 1 multi-zitting naald, 1 zittingbus, 2 expansiebussen, 1 slijtage beschermbus, 1 geleidingsbus, 1 pakkingsring 18 x 28 x 10, 4 schraapringen, 1 afdichtingring C 10 x 16 x 1,5, 1 afdichtingring A 17 x 23 x 1,5 335702 335702 335704 335704 335703 335703 335705 335705 l Aandrijving EF 0.6, 230 V, 50/60 Hz (voor BAE 46-3) 335932 l Aandrijving EF 1, 230 V, 50/60 Hz (voor BAE 46, BAE 47) 335929 l Aandrijving EF 1-1, 230 V, 50/60 Hz (voor BAE 4...-1) 335931 l Aandrijving EF 1-40, 230 V, 50/60 Hz (voor BAE 4...-4) 335952 Explosieveilige aandrijvingen of aandrijvingen met gelijk- of draaistroomvoeding zijn op aanvraag leverbaar. 37

Ombouwonderdelen Ombouwonderdelenlijst Onderdeel l m n o p r s Omschrijving 1 aandrijving EF 0.6, 230 V, 50/60 Hz, 1 bevestigingsbeugel, 1 montageset koppeling, 3 zeskantbouten (voor BAE 46-3) 1 aandrijving EF 1, 230 V, 50/60 Hz, 1 bevestigingsbeugel, 1 montageset koppeling, 3 zeskantbouten (voor BAE 46..., BAE 47...) 1 aandrijving EF 1-1, 230 V, 50/60 Hz, 1 bevestigingsbeugel, 1 montageset koppeling, 3 zeskantbouten (voor BAE 4...-1) 1 aandrijving EF 1-40, 230 V, 50/60 Hz, 1 bevestigingsbeugel, 1 montageset koppeling, 3 zeskantbouten (voor BAE 4...-4) 1 bevestigingsbeugel, 1 montageset koppeling, 3 zeskantbouten (zonder aandrijving, onderdeel l) Bestelnummer BA 46 BA 47 335658 335659 335660 335661 335769 Bestelnummer BAE 46... BAE 47... Uit bedrijf nemen Gevaar Ernstige brandwonden over het gehele lichaam zijn mogelijk! Voordat flensverbindingen of afsluitschroeven worden losgemaakt moeten alle aangesloten leidingen drukloos zijn (0 bar) en zijn afgekoeld tot kamertemperatuur (20 C)! De klemmenstroken van de aandrijving EF.. staan tijdens bedrijf onder spanning! Zware verwondingen door elektrische stroom zijn mogelijk. Voor de montage en demontage het instrument spanningsloos schakelen! Afvoeren Demonteer het apparaat en scheidt de afvalstoffen conform de geldende voorschriften. Bij het afvoeren van het instrument moeten de wettelijke voorschriften worden aangehouden. 38

Appendix Conformiteitverklaring Voor de spuikleppen BA 46, BA 47 bevestigen wij de conformiteit met de volgende Europese richtlijnen: Explosieveiligheids richtlijn 94/9/EG d.d. 23.03.1994. Richtlijnen voor drukapparaten 97/23/EG van 29.05.1997, voor zover het apparaat niet onder uitzonderingsregel conform artikel 3.3 valt. Gebruikte conformiteit-controlemethode: appendix III, module H, gecontroleerd door geautoriseerd instituut 0525. Bij niet met ons overeengekomen verandering aan het instrument verliest deze verklaring haar geldigheid. Voor de apparaten BAE 46... en BAE 47... verklaren wij de conformiteit met de volgende Europese richtlijn: Richtlijnen voor drukapparaten 97/23/EG van 29.05.1997, voor zover het apparaat niet onder uitzonderingsregel conform artikel 3.3 valt. Gebruikte conformiteit-controlemethode: appendix III, module H, gecontroleerd door geautoriseerd instituut 0525. Bij niet met ons overeengekomen verandering aan het instrument verliest deze verklaring haar geldigheid. Bremen, 05.06. 2008 GESTRA AG Dipl.-Ing. Uwe Bledschun Manager constructie Dipl.-Ing. Lars Bohl Kwaliteitsmanager 39

GESTRA Wereldwijde vertegenwoordigingen vindt u onder: www.gestra.de Vertegenwoordigd door: Transmark Fcx Netherlands Coenecoop 19 NL 2741 PG Waddinxveen Postbus 385 NL 2740 AJ Waddinxveen Telefoon 00 31 / 182 64 22 22 Telefax 00 31 / 182 64 22 33 E-mail netherlands@transmark-fcx.com Internet www.transmark-fcx.com Transmark Fcx Belgium Bredastraat 129/133 B 2060 Antwerpen België Tel: 00 32 / 3 / 205.13.20 Fax: 00 32 / 3 / 232.84.34 E-mail belgium@transmark-fcx.com Internet www.transmark-fcx.com GESTRA AG Postfach 10 54 60, D-28054 Bremen Münchener Str. 77, D-28215 Bremen Telefon +49 (0) 421 35 03-0 Telefax +49 (0) 421 35 03-393 E-Mail gestra.ag@flowserve.com Internet www.gestra.de 818687-01/708csa 2007 GESTRA AG Bremen Printed in Germany 40