Rij- en rusttijden voor het wegvervoer

Vergelijkbare documenten
NIEUWE VERORDENING 561/2006

P.C. P.S.C. SECTOR P.C. 116 HEIDSDUUR K.B B.S Art. 19, lid 3, 2

Aannemer op de weg December Jean-Pierre Waeytens Secretaris-generaal

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0204/194. Amendement

Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. aan de Commissie vervoer en toerisme

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0205/129. Amendement. Marita Ulvskog namens de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken

Circulaire Nr. Ci.RH.241/ (AAFisc 21/2011) dd

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 102/1. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)

ACHTERGROND 48-URIGE WERKWEEK

Specifieke regels: wegvervoer

W art. 4, lid 4

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

1 Beschrijving. 2 Wettelijke basis

1. Beschrijving. 2. Wettelijke basis

Rij en Rusttijden Wet

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van allerlei producten

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

versie december 2014 HINP Uyttendaele Davy

Rijbewijzen praalwagens

Concordantietabel B. januari Vlaamse omzettingsmaatregel

Specifieke regels: wegvervoer

Publicatieblad van de Europese Unie L 29/45 RICHTLIJNEN

Tachograaf: Rij- en rusttijden voor de chauffeur

HOOFDSTUK 09 CATEGORIE G: TREKKERS

nota Handhavingsbeleid ATB-v

Basiswetboek Wegverkeer. Voor de politie

TACHOGRAAFPLICHT EN DAGRITTENFORMULIER

1 van 14 7/02/ :52

Arbeidstijden wegvervoer. Inleiding ATB Vervoer Sam Groen Adviseur arbeidstijden FNV Bondgenoten

Harmonisatie van bepaalde voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer ***I

Datum van inontvangstneming : 27/10/2015

Rijbewijs (categorieën) en rijgeschiktheid

VR DOC.0977/2BIS

OEKRAÏNE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

Artikel 15 (uitsluitend de voor de BE-trekker/oplegger relevante delen zijn vemeld)

expertise binnen handbereik PC Vervoerskosten en mobiliteit 02/2016 Algemeen Verplaatsingskosten (sociaal abonnement) Mobiliteit

expertise binnen handbereik PC Vervoerskosten en mobiliteit 02/2017 Algemeen Verplaatsingskosten (sociaal abonnement) Mobiliteit

expertise binnen handbereik PC Vervoerskosten en mobiliteit 02/2018 Algemeen Verplaatsingskosten (sociaal abonnement) Mobiliteit

Verhuizing. Collectieve arbeidsovereenkomst van 13 december 2004 (73580) Verblijfsvergoeding... 11

KROATIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

CATEGORIE G: TREKKERS


BESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Moldavië inzake internationaal vervoer over de weg

Wegvervoer en logistiek voor rekening van derden

ARAD 06. Bepalingen inzake gemeenschappelijke industriële risico's. Voorkomen van de risico's met wegvoertuigen 1. ALGEMEEN

Goederenvervoer over de weg voor rekening van derden

TURKIJE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

Metrologische Reglementering

Samenvatting van het arrest

Informatieblad tachograaf

Datum van inontvangstneming : 18/09/2015

Paritair Comité voor de houtnijverheid Houthandel

MOLDAVIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

Houthandel. Anciënniteitspremie... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2009 (94.291)... 2 Eco-cheques... 3

Algemeen. Verplaatsingskosten (sociaal abonnement) Mobiliteit. PC Vervoerskosten en mobiliteit 07/2014

Wegvervoer en logistiek voor rekening van derden

LIJST VAN DE TE INNEN SOMMEN

INFOBLAD. Arbeidstijdenbesluit voor vervoer. Colofon

Gids arbeidstijden en gladheidbestrijding

BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN

Site map LexAlert FAQ Help Contact Links EUROPA > EUR-Lex > Eenvoudige zoekactie > Resultaten van de opzoeking > Bibliografische gegevens


Zagerijen en aanverwante nijverheden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

expertise binnen handbereik Algemeen Verplaatsingskosten (sociaal abonnement) Mobiliteit Rev Juridische dienst

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT EN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID;

SOCIALE WETGEVING VOOR HET WEGVERVOER Verordening (EG) nr. 561/2006, Richtlijn 2006/22/EG, Verordening (EU) nr. 165/2014

Vakbekwaamheid voor steden en gemeenten

Informatiefiche Arbeidsduur in de sector

SOCIALE WETGEVING MET BETREKKING TOT HET WEGVERVOER Verordening (EG) nr. 561/2006, Richtlijn 2006/22/EG, Verordening (EEG) nr. 3821/85 RICHTSNOER 1

(Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL MOBILITEIT EN VERVOER

Externe diensten voor bescherming en preventie op het werk. Voordelen in natura... 2

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van papier

Paritair Comité voor de houtnijverheid Houthandel

EUROPEES PARLEMENT. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken

Arbeidstijdenbesluit vervoer

12 DECEMBER Wet tot vaststelling van de arbeidsduur. van de geneesheren, de tandartsen, de dierenartsen,

PC Vervoerskosten en mobiliteit 02/2014

Wat kan men meer bepaald voor aanhangwagens afleiden uit die definitie?

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

De oude en nieuwe VDO Tachograaf. Verkorte handleiding. Digitale Tachograaf VDO

Beleidsregel boeteoplegging Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit vervoer (wegvervoer) 2016 Geldend van t/m heden

SOCIALE WETGEVING MET BETREKKING TOT HET WEGVERVOER Verordening (EG) nr. 561/2006, Richtlijn 2006/22/EG, Verordening (EEG) nr. 3821/85 RICHTSNOER 1

1. Toepassingsgebied van de overeenkomst. 2. Regels in verband met de organisatie en de arbeidsduur

Doc. nr. E4:23000C03 Brussel, A D V I E S. betreffende DE JAARLIJKSE BETALING VAN HET EUROVIGNET VOOR VRACHTWAGENS ***

Hof van Cassatie van België

KAZACHSTAN BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

WEGVERVOER: HARMONISATIE VAN DE WETGEVING

Verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten

FAQ land- en bosbouwtrekkers: periodieke technische keuring en andere toepasselijke reglementering

Toetsmatrijs Personeelsmanagement

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0206/864. Amendement

27 JANUARI Koninklijk besluit betreffende <praalwagens>

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0206/324. Amendement

Aanvullend PC voor de werklieden

1 Beschrijving. Infofiche Nr /2017. Kleedkamers, refters, wastafels en toiletten in de werkplaatsen en burelen 1/5

Transcriptie:

Rij- en rusttijden voor het wegvervoer Sedert 11 april 2007 zijn nieuwe regels van toepassing m.b.t. de rij- en rusttijden voor het wegvervoer (Koninklijk besluit van 9 april 2007 houdende uitvoering van de verordening (EG) nr. 561/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 tot harmonisatie van bepaalde voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer, tot wijziging van verordeningen (EEG) nr. 3821/85 en (EG) nr. 2135/98 van de Raad en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 3820/85 van de Raad). De nieuwe regeling werd ingevoerd door Verordening (EG) nr. 561/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 tot harmonisatie van bepaalde voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer, tot wijziging van Verordeningen (EEG) nr. 3821/85 en (EG) nr. 2135/98 van de Raad en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 3820/85 van de Raad. Hierna worden naast het toepassingsgebied van de regeling (punt I) ook de nieuwe rij- en rusttijden (punt II) besproken. Inbreuken op de regeling worden beboet, ook dit wordt toegelicht (punt III). Ten slotte wordt ook een opmerking gemaakt over de beschikbaarheidstijd (punt IV). I. Toepassingsgebied De nieuwe regeling is uitsluitend van toepassing op wegvervoer. Onder "wegvervoer" verstaat de verordening iedere verplaatsing die geheel of gedeeltelijk over voor openbaar gebruik toegankelijke wegen plaatsvindt, in lege of beladen toestand, door een voertuig, bestemd voor het vervoer van personen of goederen. 1. Deze regeling is van toepassing op wegvervoer: van goederen waarbij de toegestane maximummassa van de voertuigen, dat van de aanhangwagens of opleggers inbegrepen, meer dan 3,5 ton bedraagt. Volgende begrippen worden hierbij nog even toegelicht: "aanhangwagen": ieder voertuig, bestemd om aan een motorrijtuig of aan een trekker te worden gekoppeld; "oplegger": een aanhangwagen welke geen vooras heeft en op zodanige wijze aan de trekker of het motorrijtuig wordt gekoppeld dat een belangrijk deel van zijn eigen gewicht en van het gewicht van zijn lading door de trekker of het motorrijtuig wordt gedragen; van personen door voertuigen die zijn gebouwd of permanent zijn toegerust om meer dan 9 personen, de bestuurder daaronder begrepen, te kunnen vervoeren en die daartoe zijn bestemd. 2. Relevant voor de bouwsector is dat de regeling niet van toepassing is op wegvervoer door: voertuigen die gebruikt worden voor geregelde diensten van personenvervoer over een traject van niet meer dan 50 km; voertuigen waarvan de toegestane maximumsnelheid niet meer dan 40 km per uur bedraagt. Voor de toepassing van de regeling verstaat men onder "voertuig" een motorrijtuig, trekker, aanhangwagen of oplegger of een combinatie van deze voertuigen, zoals

hierna omschreven: "motorrijtuig": ieder voertuig, gewoonlijk gebruikt voor het vervoer van personen of goederen, dat zich op eigen kracht over de weg beweegt, zonder een voertuig te zijn dat zich permanent langs spoorstaven beweegt; "trekker": ieder voertuig, in het bijzonder gebouwd voor het trekken, duwen of in beweging brengen van aanhangwagens, opleggers, werktuigen of machines, dat zich op eigen kracht over de weg beweegt, zonder een voertuig te zijn dat zich permanent langs spoorstaven beweegt. 3. Mogelijkheid voor een Belgische afwijking Verordening 561/2006 voorziet de mogelijkheid voor België om als lidstaat voor het eigen grondgebied een afwijking toe te staan op bepaalde punten van de regeling van de rij- en rusttijden. Van belang voor de bouwsector is dat dit o.m. kan voor: voertuigen of combinaties van voertuigen met een toegestane maximummassa van 7,5 ton die worden gebruikt voor het dragen van materiaal, apparatuur of machines die de bestuurder beroepshalve gebruikt. Deze voertuigen mogen alleen binnen een straal van 50 km rond de vestigingsplaats van het bedrijf worden gebruikt en op voorwaarde dat dit vervoer niet de hoofdactiviteit van de bestuurder is; voor goederenvervoer gebruikte voertuigen, binnen een straal van 50 km rond de vestigingsplaats van het bedrijf, die worden aangedreven met aardgas of lpg of elektriciteit, met een toegestane maximummassa, met inbegrip van de massa van de aanhangwagens of opleggers, van niet meer dan 7,5 ton; voertuigen met 10 tot 17 zitplaatsen die uitsluitend worden gebruikt voor niet-commercieel personenvervoer. II. De nieuwe rij- en rusttijden Hierna worden de belangrijkste regels m.b.t. rij- en rusttijden die sedert 11 april 2007 in werking traden toegelicht. 1. Rijtijd: dagelijkse rijtijd: 9 uur; maximaal 2 x per week: verlenging tot 10 uur per dag; wekelijkse rijtijd: maximaal 56 uur; rijtijd per 2 opeenvolgende weken: maximaal 90 uur. 2. Dagelijkse onderbrekingen: na maximaal 4 uur 30 minuten rijtijd minstens 45 minuten rij- en werkonderbreking; ofwel 2 onderbrekingen waarvan de 1ste minstens 15 minuten bedraagt en de 2 de minstens 30 minuten (en niet omgekeerd). 3. Dagelijkse rust: deze moet binnen 24 uur na het beëindigen van de vorige dagelijkse- of wekelijkse rust genomen worden; "normale dagelijkse rust": minstens 11 uur ononderbroken binnen een periode van 24 uur na inwerkingstelling van de tachograaf; deze rust mag worden gesplitst in 2 periodes waarbij de 1ste minstens 3 ononderbroken uren bedraagt en de 2 de minstens 9 uur (en niet omgekeerd); "verkorte dagelijkse rust": minder dan 11 uur maar minimaal 9 uur. Deze rust mag tussen twee wekelijkse rusttijden hoogstens 3 x genomen

worden. 4. Wekelijkse rust: 45 achtereenvolgende uren; deze periode mag worden beperkt tot 24 achtereenvolgende uren mits compensatie door een gelijke periode van rust, in één keer genomen, vóór het einde van de 3de week na de betrokken week. 5. Uitzondering op de wekelijkse rust: wanneer het voertuig over een dubbele bemanning beschikt, dan moet ieder lid ervan in elke periode van 30 uur minstens 9 achtereenvolgende uren dagelijkse rust genieten (in een stilstaand voertuig voorzien van een slaapbank). 6. Het begrip "rust" Met "rust" wordt iedere ononderbroken periode bedoeld waarin een bestuurder vrij over zijn tijd kan beschikken. Tijd besteed om te reizen naar een plaats om controle te nemen over een voertuig dat onder het toepassingsgebied van de verordening valt, of om terug te keren van deze plaats, wanneer het voertuig zich niet in de woonplaats van de bestuurder of in de exploitatievestiging van de werkgever waaraan de bestuurder normalerwijze verbonden is, bevindt, wordt niet geteld als rust of een onderbreking, tenzij de bestuurder reist met een veerboot of trein en een bed of slaapbank ter beschikking heeft. Tijd besteed door een bestuurder om met een voertuig dat buiten het toepassingsgebied van deze verordening valt, te rijden naar of van een voertuig dat onder het toepassingsgebied van deze verordening valt en zich niet in de woonplaats van de bestuurder of in de exploitatievestiging van de werkgever waaraan de bestuurder normalerwijze verbonden is, bevindt, wordt geteld als andere werkzaamheden. Met "andere werkzaamheden" worden alle activiteiten bedoeld die worden gedefinieerd als arbeidstijd in artikel 3, onder a), van Richtlijn 2002/15/EG, behalve "rijden", met inbegrip van alle werkzaamheden voor dezelfde of voor een andere werkgever in of buiten de vervoerssector. De arbeidstijd in de Richtlijn 2002/15/EG bedoelt de periode tussen het begin en het einde van het werk, waarin de werknemer op het werk is, ter beschikking van de werkgever staat en zijn taken of activiteiten uitoefent, dat wil zeggen de tijd die wordt besteed aan alle wegvervoersactiviteiten. Deze activiteiten zijn met name: III. i. rijden; ii. laden en lossen; iii. toezicht houden op het in- en uitstappen van passagiers; iv. schoonmaken en technisch onderhoud; v. alle andere werkzaamheden om de veiligheid van het voertuig, de lading of de passagiers te verzekeren, dan wel om te voldoen aan de wettelijke of bestuursrechtelijke verplichtingen die direct met het specifieke vervoer in kwestie verband houden met inbegrip van toezicht op het laden en lossen, afwikkeling van administratieve formaliteiten bij de politie, de douane, de immigratie-autoriteiten, enz. Sanctionering

Inbreuken op de regeling worden beboet naargelang het gaat om het niet naleven van de rijtijden, de dagelijkse onderbrekingen en de rusttijden. Bij vaststelling van de inbreuken worden deze beboet met een onmiddellijke inning. 1. Inbreuken op de rijtijden Het aantal uren dagelijkse rijtijd waarmee de toegelaten rijtijd (9 of 10 uur) wordt overschreden Het grootste aantal uren achtereenvolgende rusttijd in de beschouwde periode van dagelijkse rijtijd Van 0 tot 2 uur > 2 uur tot 6 uur > 6 uur en < 8 uur 1 uur of minder 125 EUR 62 EUR 62 EUR > 1 uur tot 3 uur 250 EUR 200 EUR 125 EUR > 3 uur tot 5 uur 750 EUR 375 EUR 250 EUR > 5 uur tot 8 uur 1.000 EUR 500 EUR 375 EUR > 8 uur tot 12 uur 1.250 EUR 750 EUR 500 EUR > 12 uur 1.500 EUR 1.000 EUR 625 EUR 2. Inbreuken op de dagelijkse onderbrekingen Een onderbreking van minder dan 15 minuten binnen een periode van 4 uur 30 minuten rijden wordt beboet met 250 EUR. Een onderbreking van minder dan 45 minuten doch méér dan 15 minuten binnen een periode van 4 uur 30 minuten rijden wordt beboet met 125 EUR. 3. Inbreuken op de rusttijden Dagelijkse rusttijd: per ontbrekende periode van 30 minuten rusttijd een boete van 62 EUR. Wekelijkse rusttijd: deze overtredingen worden niet beboet met een onmiddellijke inning maar met een proces-verbaal. IV. Opmerkingen over de beschikbaarheidstijd In het kader van de reglementering op de rij- en rusttijden dient men steeds het onderscheid met de beschikbaarheidstijd voor ogen te houden. Ten onrechte wordt soms gedacht dat men via de beschikbaarheidstijd kan afwijken van de rij- en rusttijden. De regeling van de rij- en rusttijden die betrekking heeft op het effectief besturen van een voertuig staat echter onafhankelijk van deze van de beschikbaarheidstijd die zich situeert in het kader van de arbeidsduur. De beschikbaarheidstijd is de tijd waarbinnen de arbeider ter beschikking staat van de werkgever zonder dat hij prestaties kan leveren. Voor de vaststelling van de arbeidsduur wordt de tijd van laden, lossen en de wachttijden ingevolge rijverboden niet als arbeidstijd beschouwd. Deze uren worden niet beschouwd als overuren en worden betaald volgens het normale uurloon. De beschikbaarheidstijd wordt geregeld door het KB van 5 maart 2006. Dit KB is van toepassing op werknemers die actief zijn in een onderneming die ressorteert onder het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf en die:

1. ofwel, als chauffeur belast zijn met het vervoer van materialen en gereedschap naar de werven van de onderneming. De beschikbaarheidstijd voor deze chauffeurs bedraagt maximaal 2 uur per dag, met een maximum van 10 uur per week. 2. ofwel, tewerkgesteld zijn aan werken van vervoer in een onderneming die gebruiksklaar beton produceert en/of levert. Voor deze chauffeurs bedraagt de beschikbaarheidtijd één uur per dag, met een maximum van 5 uur per week.