Uitbreiding en hernieuwing van een bestaand legkippenbedrijf tot legkippen BIJLAGEN

Vergelijkbare documenten
Controle van de voorwaarden uit de verordening hemelwater bij een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning of een melding

Addendum B25 Verordening hemelwater

Addendum B25 Aanstiplijst hemelwater. 1 Vul de aanstiplijst hemelwater in.

Hoofdstuk 1: Definities

GEMEENTELIJKE VERORDENING INZAKE HEMELWATERPUTTEN, INFILTRATIEVOORZIENINGEN, BUFFERVOORZIENINGEN, GESCHEIDEN LOZING VAN AFVALWATER EN HEMELWATER

Addendum E3 Effecten op het watersysteem

Ga naar schema van deze verordening. nee Soort vermelden. 0,00 m² A

Provincie Vlaams-Brabant Provinciale stedenbouwkundige verordeningen hemelwater: aanstiplijst

Het besluit treedt in werking op 1 februari 2005.

bvr 1/10/2004 b.s. 8/11/2004 Het besluit treedt in werking op 1 februari 2005.

Provincie Vlaams-Brabant

Voorbeelden berekeningen

Aalsters reglement op de rioolaansluitingen: aanstiplijst.

Subsidieaanvraag hemelwaterinstallatie en/of infiltratievoorziening

INFOSESSIE GEWESTELIJKE STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING HEMELWATER BVR 5/7/2013

SUBSIDIEFORMULIER HEMELWATERINSTALLATIE, INFILTRATIE- OF BUFFERVOORZIENING

Toelichting IMPACTSCORE NH3

Handleiding IMPACTSCORE NH 3

Aanvraag van een vergunning voor het wijzigen van vegetatie of van kleine landschapselementen

INFOSESSIE NIEUWE VERORDENING HEMELWATER STAP-VOOR-STAP PRAKTISCHE REKENVOORBEELDEN JULIE ALBOORT NAV

Subsidiereglement betreffende de afkoppeling van hemelwater afkomstig van particuliere woningen

Stedelijk aanmoedigingsreglement inzake de aanleg van een hemelwaterinstallatie bij bestaande particuliere gebouwen

STEDELIJK AANMOEDIGINGSREGLEMENT INZAKE DE AANLEG VAN EEN HEMELWATERINSTALLATIE BIJ BESTAANDE PARTICULIERE GEBOUWEN

Project-m.e.r.-screening

PRUP Regionaal bedrijventerrein Jagersborg te Maaseik - Herziening RUP's. Kaart 1 Situering

PAS. dienst milieuvergunningen 1. Programmatische Aanpak Stikstof

Aanvraag van een planologisch attest

BIJLAGE: Overschrijdingskaart N-deposities

Nieuwe regelgeving voor bouwers en verbouwers. Slim omgaan met regenwater

RUP SION. Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan. bijlage 5: aanvullende watertoets. stad Lier. 04 mei 2011

Hemelwater Studiedag KNVA, 28 februari. Michel Cuypers

Subsidiedossier Hemelwaterinstallatie en/of infiltratievoorziening

Gemeentelijk subsidiereglement voor hemelwaterinstallaties en infiltratievoorzieningen voor woningen en lokalen van verenigingen 1

RUP Klaverblad Zuid-Oost Gemeente Lummen Kaart 1 Situering

Afz.: VLM, Gulden-Vlieslaan 72, 1060 Brussel 6727 PIET DEZWART VELDSTRAAT 30 A&B 2000 PASDORP

Gemeentelijk subsidiereglement voor het plaatsen en gebruiken van regenwaterputten door particulieren plaatsing vanaf 01/01/2009

AANVRAAGFORMULIER GEMEENTELIJKE SUBSIDIE

PAS-Gebiedsgerichte analyse versie lente 2015: Deel XVII: BE Valleigebied van de Kleine Nete met brongebieden, moerassen en heiden

Project-m.e.r.-screening

Milieu. Subsidiereglement voor het plaatsen van een hemelwaterinstallatie. Art. 1.- Definities:

Hemelwater Wat moet? Wat mag?

Regenwaterhergebruik in Vlaanderen

PAS-Gebiedsgerichte analyse versie lente 2015: Deel XXIV: BE Klein en Groot Schietveld

Postel. Retie Legenda Mol Postel Zuid NEDERLAND. Mol

Afz.: VLM, Gulden-Vlieslaan 72, 1060 Brussel 6736 PIET DEZWART VELDSTRAAT 30 A&B 2000 PASDORP

PREMIEAANVRAAG VOOR DE AANLEG VAN EEN HEMELWATERINSTALLATIE EN/OF INFILTRATIEVOORZIENING

Deel 10. Niet-technische samenvatting PRMER-0018

PAS-Gebiedsgerichte analyse versie lente 2015: Deel III: BE Kalmthoutse Heide

Wijziging ABR deel Hemelwater naar aanleiding van wijziging gewestelijke verordening hemelwater

Aanvraag van een planologisch attest

PAS-Gebiedsgerichte analyse versie lente 2015: Deel XIV: BE Vennen, heiden en moerassen rond Turnhout

PAS-Gebiedsgerichte analyse versie lente 2015: Deel IV: BE Voerstreek

Remediëring door vasthouden, infiltreren en hergebruik van hemelwater. Ingeborg Barrez - VMM

Briefadvies. Het vaststelling. van een. Datum

PlanMer Regenboogstadion Waregem Situering plangebied op macroschaal Legende

PAS-Gebiedsgerichte analyse versie lente 2015: Deel XXXIX: BE Valleien van de Laambeek, Zonderikbeek, Slangebeek en

THEMADAG VAN DE VAKGROEP LANDBOUW EUREGIO SCHELDEMOND VERGUNNINGEN VAN GRENSBOEREN, WELKE MANIER VAN AANPAK?

AANMELDING MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE FIGUREN DE MEIBOOM BVBA. Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij ZWEVEZELE

Beheer van waterbronnen : Do s & Don ts

Mol. Geel. Plan-MER PRUP Regionale ontsluiting Geel

SARO Koning Albert II-laan 19 bus Brussel

GR punt 18: Leefmilieu wijziging subsidiereglement voor hemelwaterinstallaties voor woningen - goedkeuring

PAS-Gebiedsgerichte analyse versie lente 2015: Deel XXIII: BE Hageven met Dommelvallei, Beverbeekse heide, Warmbeek en Wateringen

VERSLAG ADVIES AFKOPPELING

PAS-Gebiedsgerichte analyse versie lente 2015: Deel XXXII: BE Overgang Kempen- Haspengouw

PAS-Gebiedsgerichte analyse versie lente 2015: Deel XX: BE Het Blak, Kievitsheide, Ekstergoor en nabijgelegen Kamsalamanderhabitats

SITUATIES. Of u voorziet een hemelwaterput van l (verplichte minimale inhoud) met hergebruik. Of u voorziet een groendak.

AANVRAAG VAN TOELAGE VOOR HERGEBRUIK HEMELWATER EN / OF INFILTRATIEVOORZIENING

AMV/ /1001/B. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking

UITTREKSEL uit de notulen van de Gemeenteraad

Aanvraag van een wijziging van een verkavelingsvergunning

Aanvraag van een wijziging van een verkavelingsvergunning

versie 01/2019 Handleiding Omgevingsloket Vegetatiewijzigingen omgevingvlaanderen.be natuurenbos.be

VOORBEELDDOSSIER. Aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning Bouwen van een zwembad

Gemeente HERENT Provincie Vlaams-Brabant Arrondissement Leuven Wilselsesteenweg Herent

KENNISGEVING/ONTWERP-MER BIJLAGE FIGUREN FLAVIEHOEVE GCV. Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij VEURNE

Aanvraag van een stedenbouwkundig attest

Gemeentelijke premieregeling voor hemelwaterinstallaties en infiltratievoorzieningen in wooneenheden

Raming totaalproject: EUR

Addendum B17 Verbouwen van gevels en daken en inwendige renovatiewerken

AANDACHTSPUNTEN VOOR ARCHITECTEN, BOUWERS en VERBOUWERS

1.1. Vilvoorde. Machelen. Brussel. Legenda. Projectgebied. Gemeentegrenzen Meters. Titel: Situering projectgebied.

memo Voortoets vermesting en verzuring uitbreiding manege Rijksweg Noord 123, Elst

Wateroverlast voorkomen 31/05/2016

situering op de topokaart

Melding van de stopzetting of het verval van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit of van een deel ervan

BIJLAGE I BIJ HET BESLUIT VAN DE VLAAMSE REGERING TOT BEPALING VAN DE NADERE REGELS VOOR DE AANVRAAG EN DE AFGIFTE VAN HET STEDENBOUWKUNDIG ATTEST

RUP Torhout-Noord Stad Torhout Kaart 1 Situering

Aanvraag van een herziening van een verkavelingsvergunning

Technisch achtergronddocument bij de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater

PLAN-M.E.R.-SCREENING. KAARTENBUNDEL

Aanvraag van een stedenbouwkundige vergunning waarvoor een eenvoudige dossiersamenstelling volstaat

Handleiding bij het invullen van de onderdelenlijst

stad brugge woondienst

gewenste ruimtelijke structuur voor Sint-Truiden

PAS-Gebiedsgerichte analyse versie lente 2015: Deel XXVIII: BE Schelde- en Durmeestuarium van de Nederlandse grens tot Gent

UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN DE GEMEENTERAAD ZITTING VAN 11/12/2008

12/02/2014. Bewonersvergadering Bouwen waterzuiveringsinstallatie omgeving Herentalsebaan en Dijkstraat te Zandhoven

IHD en PAS en Omzendbrief LNE/2015/1

Aanvraag van een stedenbouwkundig attest

Transcriptie:

Uitbreiding en hernieuwing van een bestaand legkippenbedrijf tot 119.280 legkippen MER BIJLAGEN eco-scan bvba Eierfarm Van Eijk BVBA Industrieweg 114H Heidebloemstraat 12 9032 Wondelgem 3940 Hechtel-Eksel

Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Bijlage 9 Bijlage 10 Bijlage 11 Bijlage 12 Bijlage 13 Bijlage 14 Bijlage 15 Bijlage 16 Bijlage 17 Bijlage 18 Topografische kaart van België Stratenatlas Aanduiding van de kadastrale percelen van het bedrijf a) Luchtfoto van de inrichting b) Luchtfoto van de ruimere omgeving van de inrichting Gewestplan Waterlopen en VMM-meetpunten in de omgeving van de inrichting Natura 2000-gebieden VEN-gebieden Reservaten Bouwkundig erfgoed Landschapsatlas Foto s van het bedrijf en zijn omgeving a) Grondplan van de huidige situatie b) Grondplan van de gewenste situatie a) Inputparameters IFDM, huidige situatie b) Inputparameters IFDM, gewenste situatie c) Inputparameters IFDM, gewenste situatie met milderende maatregelen Stalwaarderingspunten a) IFDM: individuele geuremissie, huidige situatie b) IFDM: individuele geuremissie, gewenste situatie c) IFDM: individuele geuremissie, gewenste situatie met milderende maatregelen Detailonderzoek geur: situering onderzochte zones en woningen a) IFDM: PM 10 -stof jaargemiddelde, huidige situatie b) IFDM: PM 10 -stof jaargemiddelde, gewenste situatie c) IFDM: PM 10 -stof jaargemiddelde, gewenste situatie met milderende maatregelen d) IFDM: PM 10 -stof overschrijdingen daggrenswaarde, huidige situatie e) IFDM: PM 10 -stof overschrijdingen daggrenswaarde, gewenste situatie f) IFDM: PM 10 -stof overschrijdingen daggrenswaarde, gewenste situatie met milderende maatregelenbijlage 19 a) IFDM: PM 2,5 -stof, huidige situatie b) IFDM: PM 2,5 -stof, gewenste situatie Bijlage 20 Bijlage 21 Bijlage 22 Bodemkaart Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater Output geluidsmodel a) situering meetpunten

Bijlage 23 Bijlage 24 Bijlage 25 Bijlage 26 Bijlage 27 Bijlage 28 Bijlage 29 Biologische waarderingskaart a) Habitatkaart: HAB1 b) Habitatkaart: HAB2 c) Voorlopige zoekzones a) resultaten IMPACTSCORE NH3 b) grafische weergave resultaten IMPACTSCORE NH3 actueel habitat c) grafische weergave resultaten IMPACTSCORE NH3 voorlopige zoekzones d) resultaten IMPACTSCORE NH3 bij toepassing van bijkomende maatregelen a) IFDM: verzurende depositie, huidige situatie b) IFDM: verzurende depositie, gewenste situatie c) IFDM: verzurende depositie, gewenste situatie met milderende maatregelen a) IFDM: vermestende depositie, huidige situatie b) IFDM: vermestende depositie, gewenste situatie c) IFDM: vermestende depositie, gewenste situatie met milderende maatregelen Landschapsintegratieplan Transportroutes

± Bijlage 1: Topografische kaart Legende contour bedrijf straal 1 km 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 2: Stratenplan Legende contour bedrijf 0 0.03250.065 0.13 0.195 0.26 Kilometers

Bijlage 3: Aanduiding van de kadastrale percelen van het bedrijf

± Bijlage 4a: Orthofoto bedrijfsterrein 0 0.0050.01 0.02 0.03 0.04 Kilometers

± Bijlage 4b: Orthofoto bedrijf en omgeving Legende contour bedrijf 0 0.02750.055 0.11 0.165 0.22 Kilometers

N M T N N N M N N N ± Bijlage 5: Gewestplan Legende contour bedrijf 0105 - woonuitbreidingsgebieden 0701 - natuurgebieden 1100 - ambachtelijke bedrijven en kmo's straal 1 km 0200 - gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut 0800 - bosgebieden 1400 - militaire gebieden 0100 - woongebieden 0401 - gebieden voor dagrecreatie 0900 - agrarische gebieden 0102 - woongebieden met landelijk karakter 0600 - bufferzones 0901 - landschappelijk waardevol agrarische gebieden 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

# # ± Bijlage 6: VHA en VMM-meetpunten Legende straal 1 km # MAP meetpunt # VMM meetpunt contour bedrijf bevaarbare waterloop niet-geklasseerde waterloop categorie 1 waterloop categorie 2 waterloop categorie 3 waterloop 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 7: Natura 2000-gebieden Legende straal 1 km contour bedrijf habitatrichtlijngebied vogelrichtlijngebied 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 8: Gebieden van het VEN/IVON Legende straal 1 km VEN_IVON contour bedrijf 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 9: Natuur- en bosreservaten Legende straal 1 km contour bedrijf erkend/vlaams reservaat bosreservaat 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

# # # # # # # # # # # # # # ### ## # # # # # # # 1 # 2 # 4 5 ## 3 # # 6 # 7 # ± Bijlage 10: Bouwkundig erfgoed Legende straal 1 km contour bedrijf # bouwkundig erfgoed 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

Bijlage 10 Nr. Legende Bouwkundig erfgoed Omschrijving 1 Alleenstaande langgestrekte hoeve 2 Alleenstaande langgestrekte hoeve 3 Langgestrekte hoeve "De winning" 4 Langgestrekte hoeve "De winning" 5 Langgestrekte hoeve "Ter escht" 6 Alleenstaande voormalige afspanning 't Bergske 7 Alleenstaande langgestrekte hoeve

± Bijlage 11: Landschapsatlas Legende straal 1 km ankerplaats relictzone contour bedrijf lijnrelict 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

Bijlage 12 Foto s van de inrichting Foto 1 Foto 2 Foto 3 Foto 4 Foto 5 Foto 6

Foto 7 Foto 8 Foto 9 Foto 10

10 3 _ 9 _ 2 8 _ 1 7 _ 6 _ 4 _ 5 ± Bijlage 12: Situering foto's Legende 0 0.01 0.02 0.04 0.06 0.08 Kilometers

Bijlage 13a Grondplan huidige situatie

Bijlage 13b Grondplan gewenste situatie

Bijlage 14a IFDM parameters huidige situatie

Bijlage 14b IFDM parameters gewenste situatie

Bijlage 14c IFDM parameters gewenste situatie met bijkomende maatregelen

Bijlage 15 Stalwaarderingspunten

Stal 1 2 3 4 5 6 Diersoort Omschrijving 1) Stalsystemen: Aantal dieren Punten 59640 59640 a) Strooiselvloer (droge mest); 60 b) Roostervloer (dunne mest); 20 c) Batterij zonder geforceerde mestdrogerij: - open mestopslag onder de batterij; 20 - regelmatige mestafvoer naar een afgesloten put; 40 - dagelijkse mestafvoer naar een afgesloten put; 80 d) Batterij met geforceerde mestdroging door middel van ventilatoren, plafondwaaiers of een vergelijkbaar systeem (bv. deeppit- of highrisestal, kanalenstal, mestbandbatterij met mestdroging). 110 e) ammoniakemissie-arme stal 110 59640 59640 2) Stalverluchtingssystemen: a) Mechanische verluchtingssystemen aangesloten op een 110 installatie ter bestrijding van de geurhinder; b) Mechanische verluchtingssystemen niet aangesloten op een installatie ter bestrijding van de geurhinder; 1 Met verticale uitstoot: a) uitlaatopening 0,5m of meer boven de nok: - zonder pet; 50 - met pet; 30 b) uitlaatopening minder dan 0,5m boven de nok: - zonder pet; 40 59640 - met pet; 20 2 Met zijdelingse uitstoot 10 59640 c) Natuurlijke verluchtingssystemen: 1 zonder afdekking (open nok-trekschouw); 20 2 met afdekking. 10 3) Opslag van vaste dierlijke mest: - geen opslag van mest (onmiddellijke afvoer); 50 - gesloten opslag; 40 59640 59640 - eenvoudige afdekking; 30 - open opslag, open mestgoten. 0 Subtotaal 190 160 0 0 0 0 TOTAAL 175

± Bijlage 16a Geurimmissie in de huidige situatie Legende straal 1 km hoog geurgevoelig gebied > 20 oue/m³ 3-10 oue/m³ 1-1,5 oue/m³ bedrijfsterrein matig geurgevoelig gebied 10-20 oue/m³ 1,5-3 oue/m³ 0,5-1 oue/m³ 0 0.0750.15 0.3 0.45 0.6 Kilometers

± Bijlage 16b: Geurimmissie in de gewenste situatie Legende straal 1 km hoog geurgevoelig gebied > 20 oue/m³ 3-10 oue/m³ 1-1,5 oue/m³ bedrijfsterrein matig geurgevoelig gebied 10-20 oue/m³ 1,5-3 oue/m³ 0,5-1 oue/m³ 0 0.0750.15 0.3 0.45 0.6 Kilometers

± Bijlage 16c: Geurimmissie in de gewenste situatie met bijkomende maatregelen Legende straal 1 km hoog geurgevoelig gebied 3-10 oue/m³ 1-1,5 oue/m³ bedrijfsterrein matig geurgevoelig gebied 1,5-3 oue/m³ 0,5-1 oue/m³ 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

# 25 18 # 24 16 17 # ## 2120 # 19 # 15 23 # # 12 # 22 5 # 8 # 3 7 6 # 11## 1 2 # # # 14 # # # 9 10 4 # 13 ± Bijlage 17: Situering zones en woningen detailonderzoek geur Legende straal 1 km bedrijfsterrein bestaande pluimveestal buffer 75 m buffer 300 m # onderzochte woningen binnen de 300 m indicatorwoningen woonzones hoog geurgevoelig gebied matig geurgevoelig gebied woongebied met landelijk karakter zone met negatief effect woongebied binnen zone met negatief effect toekomst > 20 oue/m³ 10-20 oue/m³ 3-10 oue/m³ 1,5-3 oue/m³ 1-1,5 oue/m³ 0,5-1 oue/m³ 0 0.03250.065 0.13 0.195 0.26 Kilometers

± Bijlage 18a: PM10-stof immissie in de huidige situatie Legende bedrijfsterrein 1-3 % PM10-norm 3-10 % PM10-norm > 10 % PM10-norm 1-3 % norm 0 0.035 0.07 0.14 0.21 0.28 Kilometers

± Bijlage 18b: PM10-stof immissie in de gewenste situatie Legende bedrijfsterrein 1-3 % PM10-norm 3-10 % PM10-norm > 10 % PM10-norm 0 0.035 0.07 0.14 0.21 0.28 Kilometers

± Bijlage 18c: PM10-stof immissie in de gewenste situatie met bijkomende maatregelen Legende bedrijfsterrein 1-3 % PM10-norm 0 0.035 0.07 0.14 0.21 0.28 Kilometers

± Bijlage 18d: Bijdrage PM10-stof immissie aan aantal overschrijdingen daggrenswaarde in de huidige situatie Legende bedrijfsterrein > norm van 31,3 µg/m³ (cumulatief) 1-3 % bijdrage 3-10 % bijdrage > 10 % bijdrage 0 0.02250.045 0.09 0.135 0.18 Kilometers

± Bijlage 18e: Bijdrage PM10-stof immissie aan aantal overschrijdingen daggrenswaarde in de gewenste situatie Legende bedrijfsterrein 1-3 % bijdrage 3-10 % bijdrage > 10 % bijdrage 0 0.02250.045 0.09 0.135 0.18 Kilometers

± Bijlage 18f: Bijdrage PM10-stof immissie aan aantal overschrijdingen daggrenswaarde in de gewenste situatie met milderende maatregelen Legende Adrespos70000 bedrijfsterrein 1-3 % bijdrage 0 0.02250.045 0.09 0.135 0.18 Kilometers

± Bijlage 19a: PM2,5-stof immissie in de huidige situatie Legende bedrijfsterrein 1-3 % PM2,5 norm 0 0.035 0.07 0.14 0.21 0.28 Kilometers

± Bijlage 19b: PM2,5-stof immissie in de gewenste situatie Legende bedrijfsterrein 1-3 % PM2,5-norm 0 0.035 0.07 0.14 0.21 0.28 Kilometers

± Bijlage 20: Bodemkaart Legende straal 1 km Bodemtypes bedrijfsterrein 0 0.05 0.1 0.2 0.3 0.4 Kilometers

In de classificatie gebruikt voor de quartaire bodemkaart is de basiseenheid de bodemserie, essentieel gekenmerkt door drie factoren: de aarde van het moedermateriaal, de draineringstoestand en de profielontwikkeling. De bodemserie wordt aangeduid door een symbool dat in principe uit drie letters bestaat, die elk op één van de drie vernoemde factoren betrekking hebben. Tabel 1 Aard van het moedermateriaal textuur omschrijving Z.. zand S.. lemig zand P.. licht zandleem L.. zandleem A.. leem E.. klei U.. zware klei V.. bodems op venig materiaal G.. stenige leembodems Textuurcomplexen worden aangeduid door combinatie van de textuursymbolen gescheiden door een streepje. Tabel 2 Draineringsklassen drainage.a..b..c..d..e..f..g..h..i. omschrijving gronden met een overdreven sterke drainage (zeer droge gronden, niet gleyige gronden) gronden met een gunstige drainering (droge gronden, niet gleyige gronden) gronden met een matige drainering (matig droge gronden, zwak gleyige gronden) gronden met onvoldoend drainering (matig natte gronden, matig gleyige gronden) gronden met tamelijk slechte drainering met reductiehorizont (natte gronden, sterk gleyige gronden, in principe op permanente watertafel) gronden met slechte drainering met reductiehorizont (zeer natte gronden, zeer sterk gleyige gronden,in principe op permanente watertafel) gronden met zeer slechte drainering (uiterst natte gronden, gereduceerde gronden) gronden met tamelijk slechte drainering zonder reductiehorizont (natte gronden, sterk gleyige gronden, in principe op tijdelijk watertafel) gronden met slechte drainering zonder reductiehorizont (zeer natte gronden, zeer sterk gleyige gronden, in principe op tijdelijke watertafel) Er bestaan ook vochttrappen die aangegeven worden door een hoofdletter onmiddellijk na het textuursymbool Tabel 3 Vochttrappen vochttrappen.b..a..d..f..g..h..i. omschrijving complex van vochttrappen a en b (a-b) complex van vochttrappen a, b, c en d (a-d) complex van vochttrappen c en d (c-d) complex van vochttrappen e en f (e-f) complex van vochttrappen e, f, g, h en i (e-i)) complex van vochttrappen g en h (g-h) complex van vochttrappen h en i (h-i) Tabel 4 Profielontwikkeling textuur omschrijving a met textuur B horizont of met weinig duidelijke kleur B horizont a+b met profielontwikkelingsklassen a en b b met structuur B horizont

textuur b-f bgh c c+f d e f g h m p p+x x omschrijving met profielontwikkelingsklassen b tot f met profielontwikkelingsklassen b, g en h met sterk gevlekte textuur (bij lemige sedimenten), verbrokkelde textuur B horizont (bij zandige sedimenten) met profielontwikkelingsklassen c en f met roodbruine textuur B horizont met zwartachtige (Chernozemachtige) A horizont met weinig duidelijke ijzer en/of humus B horizont met duidelijke ijzer en/of humus B horizont met verbrokkelde ijzer en/of humus B horizont met dikke antropogene humus A horizont zonder profielontwikkeling met profielontwikkelingsklassen p en x met onbepaalde profielontwikkeling Tabel 5 Mogelijke substraattypen substraat omschrijving (g) grint of stenig substraat op matige diepte (tussen 75 en 125 cm) (l) leem op matige diepte (tussen 75 en 125 cm) (s) zand op matige diepte (tussen 75 en 125 cm) (u) klei op matige diepte (tussen 75 en 125 cm) (v) veen op matige diepte (tussen 75 en 125 cm) (w) klei-zand op matige diepte (tussen 75 en 125 cm) (x) onbepaald op matige diepte (tussen 75 en 125 cm) f schiefer op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) g grint of stenig substraat op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) g- grint of stenig substraat op geringe of matige diepte h argilliet (schalie, kleilei) op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) l leem op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) l- leem op geringe of matige diepte lw leem-klei-zand op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) m mergelsubstraat (macigno = kalkzandsteen) op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) m- mergelsubstraat op geringe of matige diepte (mergel = vast mengsel van kalk en klei) ms mergelsubstraat + kalkhoudend zand op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) n krijtsubstraat op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) nu krijtverweringsklei op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) p- psammiet (micahoudende zandsteen) op geringe of matige diepte q zandsteen op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) q- zandsteen op gering of matige diepte qw zandsteen + klei-zand op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) r schiefer-zandsteen op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) s zand op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) s- zand op geringe of matige diepte s-w- zand + klei-zand op geringe of matige diepte t- terras(grint) op geringe of matige diepte u klei op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) u- klei op geringe of matige diepte uv klei + veen op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) uw klei + klei-zand op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) v veen op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) v- veen op geringe of matige diepte w klei-zand op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) w- klei-zand op geringe of matige diepte x onbepaald z kalkhoudend zand op geringe diepte (ondieper dan 75 cm) z- kalkhoudend zand op geringe of matige diepte

substraat gw gu omschrijving geen waarde geen uitspraak Tabel 6 Mogelijke varianten van het moedermateriaal VMM b bm by bz c co cx cy cz d de do doz dy dz e ey f k m mz n o oz p q r sz t ty tz v x xy xz y z gu gw omschrijving middelmatig zand Med 150-200 mm middelmatig zand Med 150-200 mm + ijzerrijke bovengrond combinatie b en y combinatie b en z op geelachtig of groenachtig materiaal met diepe ijzer B horizont materialen vertonen in de diepte een geel- of groenachtige kleur kwartgrintbijmenging combinatie c en x combinatie c en y combinatie c en z op geel- of groenachtig materiaal (glauconiet houdend) materialen vertonen in de diepte een groenachtige kleur (textuur Z of S) stenige materialen (textuur Z en S) materialen vertonen in de diepte een groenachtige kleuf (textuur Z of S) kwartgrintbijmenging materialen in de diepte met groenachtige kleur kwartgrintbijmenging sedimenten worden lichter of grover in de diepte combinatie d en y combinatie d en z met stevige bijmenging (limoniet in hageland) combinatie e en y schiefer bijmenging (enkel in G gronden) kalkhoudend / G..k = kalksteen met ijzerrijke bovengrond (= moerasijzer erts) combinatie m en z met sterke grintbijmenging (>50 % stenen) / G..n = krijtbijmenging kwartgrintbijmenging kwartgrintbijmenging sedimenten worden lichter of grover in de diepte psammiet bijmenging (enkel in G gronden) zandsteen bijmenging (enkel in G gronden) schieferzandsteen bijmenging (enkel in G gronden) zandbijmenging sedimenten worden lichter of grover in de diepte met grintbijmenging combinatie t en y combinatie t en z veenbijmenging (<30 % organisch materiaal) groenachtig materiaal / G..X = silexiet bijmenging combinatie x en y combinatie x en z fijner of zwaarder wordend in de diepte grover of lichter wordend in de diepte geen uitspraak geen waarde

Bijlage 21 Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater

Controle van de voorwaarden uit de verordening hemelwater bij een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning of een melding RO-01-131125 Waarvoor dient dit formulier? Met dit formulier kunt u nagaan of uw aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning of uw melding voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater. Het is volgens de Vlaamse regelgeving niet verplicht om dit formulier in te vullen, maar het is raadzaam dit formulier bij elke aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning of melding te voegen waarbij de bouw van daken of de aanleg van verhardingen is gepland. Dit formulier is niet van toepassing op aanvragen voor een verkavelingsvergunning omdat daarvoor andere regels gelden. Waar vindt u meer informatie over dit formulier? Dit formulier vat de voornaamste eisen van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening beknopt samen. Het bevat echter niet alle mogelijkheden. De verordening hemelwater en meer informatie vindt u op www.ruimtelijkeordening.be. Voor meer informatie kunt u ook terecht bij uw gemeente. Gegevens van het goed 1 Vul de gegevens in van de plaats waar u de handelingen zult uitvoeren. straat en nummer Heidebloem 12 postnummer en gemeente 3940 Hechtel-Eksel Toepassingsgebied 2 Waarop heeft uw dossier betrekking? U kunt een of meer hokjes aankruisen. de bouw, herbouw of uitbreiding van overdekte constructies waarbij de nieuwe oppervlakte groter is dan 40 m² de aanleg, heraanleg of uitbreiding van verhardingen waarbij de nieuwe oppervlakte groter is dan 40 m² de aanleg van een afwatering voor de constructies of de verhardingen, vermeld in de twee bovenstaande hokjes, waarvan het hemelwater voorheen op natuurlijke wijze in de bodem infiltreerde geen van de bovenvermelde mogelijkheden. De verordening hemelwater is niet van toepassing op uw dossier. U hoeft dit formulier niet verder in te vullen. Ga naar vraag 35. 3 Kruis aan wat van toepassing is op uw dossier. U kunt een of meer hokjes aankruisen. Het hemelwater infiltreert op natuurlijke wijze naast de overdekte constructie of naast of door de verharde oppervlakte op eigen terrein in de bodem. Als het hemelwater op natuurlijke wijze op het eigen terrein in de bodem kan infiltreren, wordt het niet opgevangen in goten. De constructie of verharding kan een beperkte oppervlakte hebben of zo waterdoorlatend zijn dat het water voldoende in de bodem ernaast of eronder infiltreert. Het kan bijvoorbeeld gaan over een klein gebouw of over een verharding in waterdoorlatende materialen, in combinatie met een waterdoorlatende fundering. Het hemelwater wordt door contact met de verharde oppervlakte zo vervuild dat het als afvalwater moet worden beschouwd:. Artikel 1.1.2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne bepaalt wat beschouwd wordt als afvalwater. Zo wordt bijvoorbeeld het hemelwater dat op de tankplaats van een benzinestation valt, als afvalwater beschouwd. De verharding behoort tot het openbaar wegdomein op het ogenblik van de aanvraag of de uitvoering van de handelingen. 4 De verordening hemelwater is niet van toepassing op de delen van de overdekte constructie of de verharding die vallen onder een van de hokjes, vermeld in vraag 3. Duid op de plannen die u bij uw dossier voegt, de delen van de overdekte constructie of de verharding aan die niet onder de toepassing van de verordening vallen en vermeld de reden daarvan. Voor die delen hoeft u dit formulier niet verder in te vullen.

Controle van de voorwaarden uit de verordening hemelwater bij aanvraag stedenbouwkundige vergunning of melding- pagina 2 van 6 Hemelwaterput 5 Heeft uw dossier betrekking op gebouwen die allemaal volledig voorzien worden van een groendak? Een groendak is een plat dak dat zo gebouwd wordt dat er planten op kunnen groeien. Onder de planten is in een buffervolume voorzien van minimaal 35 liter per vierkante meter. ja. De plaatsing van een hemelwaterput is niet verplicht voor een gebouw dat volledig voorzien wordt van een groendak. Ga naar vraag 15. nee. Ga naar vraag 6. 6 Heeft uw dossier betrekking op de nieuwbouw of herbouw van een of meer eengezinswoningen? Een uitbreiding van een bestaande eengezinswoning valt hier niet onder. ja. U moet een of meer hemelwaterputten met een totale minimale inhoud van 5000 liter per eengezinswoning plaatsen. nee 7 Heeft uw dossier betrekking op de nieuwbouw of herbouw van een of meer andere gebouwen dan eengezinswoningen, waarvan minstens een gebouw groter is dan 100 m²? Een uitbreiding van een bestaand gebouw valt hier niet onder. ja. U moet een of meer hemelwaterputten plaatsen. Het volume van de hemelwaterputten bedraagt minimaal 50 liter per vierkante meter horizontale dakoppervlakte, afgerond naar het hogere duizendtal, met een maximale inhoud van 10.000 liter. De horizontale dakoppervlakte is de oppervlakte van de projectie van de buitenafmetingen van de overdekte constructie op een horizontaal vlak. Delen van gebouwen die voorzien zijn van een groendak, hoeven niet aangesloten te worden op de hemelwaterput en hoeven niet in rekening gebracht te worden bij de berekening van de minimale inhoud van de regenwaterput. nee 8 Hoeveel bedraagt de vereiste minimale inhoud van de hemelwaterput of -putten volgens de verordening? De vereiste inhoud volgt uit de antwoorden op vraag 6 en 7. Dit is inhoud A. 10000 liter 9 Als u een of meer hemelwaterputten plaatst, moeten die uitgerust zijn met een operationele pompinstallatie en een of meer aftappunten (kranen) die het gebruik van het opgevangen hemelwater mogelijk maken. De hemelwaterput hoeft niet uitgerust te worden met een operationele pompinstallatie als de aftappunten (kranen) gravitair (zonder pomp) gevoed kunnen worden. De noodoverloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een infiltratievoorziening of een buffervoorziening als die aanwezig of verplicht is. 10 Plaatst u een of meer hemelwaterputten met een grotere inhoud dan vereist door de verordening? ja. Ga naar vraag 11. nee. Ga naar vraag 14. 11 Bij welk gebouw plaatst u die hemelwaterput of -putten? bij een eengezinswoning. Ga naar vraag 14. bij een of meer andere gebouwen dan eengezinswoningen. U mag een hemelwaterput met een grotere inhoud plaatsen op voorwaarde dat u gemotiveerd aantoont dat een groter nuttig hergebruik van hemelwater mogelijk is of zal zijn. U voegt een document bij dit formulier waarin u gemotiveerd aantoont dat een groter nuttig hergebruik mogelijk is of zal zijn. Ga naar vraag 12. 12 Wat is de totale inhoud van de hemelwaterputten die u gaat plaatsen? Dit is inhoud B. / liter 13 Trek inhoud A af van inhoud B. Dit is inhoud C. / liter

Controle van de voorwaarden uit de verordening hemelwater bij aanvraag stedenbouwkundige vergunning of melding- pagina 3 van 6 14 Voor welke toepassingen gaat u gebruikmaken van het water in de hemelwaterput of -putten? Een mogelijke toepassing is de aansluiting van twee toiletten en een wasmachine. Reinigingswater stallen Verplichte plaatsing van een infiltratievoorziening of buffervoorziening 15 Is het goed kleiner dan 250 m²? ja. U hoeft geen infiltratievoorziening of buffervoorziening te plaatsen. Ga naar vraag 32. nee. Ga naar vraag 16. 16 Ligt het goed in beschermingszone 1 of 2 van een drinkwaterwingebied? De beschermingszones zijn afgebakend ter uitvoering van artikel 3, 1, 2, van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer en artikel 20 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 maart 1985 houdende nadere regelen voor de afbakening van waterwingebieden en beschermingszones. ja. U moet een buffervoorziening plaatsen. De plaatsing van een infiltratievoorziening is verboden. nee. U moet een infiltratievoorziening plaatsen. Berekening van de afwaterende oppervlakte 17 Hoeveel bedraagt de totale oppervlakte van de verharde grondoppervlakten die nieuw aangelegd of heraangelegd worden? Uitbreidingen worden ook beschouwd als nieuw aangelegde oppervlakten. Dit is oppervlakte D. 0 m² 18 Hoeveel bedraagt de totale oppervlakte van de bestaande verharde grondoppervlakten die nog niet zijn aangesloten op een hemelwaterput, infiltratievoorziening of buffervoorziening? Dit is oppervlakte E. Als deze oppervlakte groter is dan oppervlakte D, vult u hier oppervlakte D in. 0 m² 19 Hoeveel bedraagt de horizontale dakoppervlakte van de overdekte constructies die nieuw gebouwd of herbouwd worden? Uitbreidingen worden ook beschouwd als overdekte constructies die nieuw gebouwd worden. De horizontale dakoppervlakte is de oppervlakte van de projectie van de buitenafmetingen van de overdekte constructie op een horizontaal vlak. De horizontale dakoppervlakte van de delen van de daken die zijn uitgerust met een groendak, mag u delen door twee. Dit is oppervlakte F. 2084 m² 20 Hoeveel bedraagt de horizontale dakoppervlakte van de bestaande constructie waar u tegenaan bouwt, die nog niet is aangesloten op een hemelwaterput, een infiltratievoorziening of een buffervoorziening? De horizontale dakoppervlakte is de oppervlakte van de projectie van de buitenafmetingen van de overdekte constructie op een horizontaal vlak. De horizontale dakoppervlakte van de delen van de daken die zijn uitgerust met een groendak, mag u delen door twee. Dit is oppervlakte G. Als deze oppervlakte groter is dan oppervlakte F, vult u hier oppervlakte F in. 0 m² 21 Wat is de som van oppervlakte D, E, F en G, vermeld in vraag 17, 18, 19 en 20? Dit is oppervlakte H. 2084 m² 22 Bent u verplicht om een hemelwaterput te plaatsen? Dit is het geval als u op vraag 6 of 7 ja geantwoord hebt. ja. Ga naar vraag 23. nee. Ga naar vraag 27. Oppervlakte H is gelijk aan oppervlakte K.

Controle van de voorwaarden uit de verordening hemelwater bij aanvraag stedenbouwkundige vergunning of melding- pagina 4 van 6 23 Verminder hieronder de oppervlakte H, vermeld in vraag 21, met 60 m². Dit is oppervlakte I. 2024 m² 24 Als u bij nieuwbouw of herbouw van een of meer andere gebouwen dan eengezinswoningen een hemelwaterput plaatst met een grotere inhoud dan vereist door de verordening, kan de vergunningverlenende overheid daarmee rekening houden en een vermindering van de afwaterende oppervlakte toestaan. De verordening legt daarvoor geen vaste regels vast. Het is een afwijkingsmogelijkheid, geen absoluut recht. U motiveert de afwijkingsaanvraag in een document dat u bij dit formulier voegt. 25 Hoeveel m² in functie van de hemelwaterput met een grotere inhoud dan vereist door de verordening wilt u in mindering brengen bij nieuwbouw of herbouw van een of meer andere gebouwen dan eengezinswoningen? Dit houdt in dat u ja geantwoord hebt bij vraag 10. Richtwaarden hiervoor staan in functie van het geschatte hergebruik, het volume van de hemelwaterput en de overdekte oppervlakte die op de hemelwaterput wordt aangesloten. Dit is oppervlakte J. 0 m² 26 Trek oppervlakte J af van oppervlakte I. Dit is oppervlakte K. 2024 m² Afmetingen van de infiltratievoorziening of buffervoorziening en ledigingsdebiet 27 Hoeveel bedraagt volgens de verordening het minimale volume voor uw voorziening? Het volume van de infiltratievoorziening of de buffervoorziening bedraagt minimaal 25 liter per m² afwaterende oppervlakte K. Om het minimale buffervolume te berekenen, vermenigvuldigt u oppervlakte K met 25. 50600 liter 28 Hoeveel bedraagt het volume van de infiltratie- of buffervoorziening die u gaat plaatsen? Als uw voorziening het minimale buffervolume, vermeld in vraag 27, niet bereikt, voegt u een document bij dit formulier waarin u gemotiveerd aantoont dat de oplossing die u voorstelt, een afdoende buffer- en infiltratiecapaciteit heeft. 60000 liter 29 Als u een infiltratievoorziening moet plaatsen, hoeveel bedraagt dan volgens de verordening de minimale oppervlakte voor uw voorziening? Dit houdt in dat u nee geantwoord hebt bij vraag 16. De oppervlakte van de infiltratievoorziening bedraagt minimaal 1 m² per 25 m² afwaterende oppervlakte K. Om de minimale oppervlakte te berekenen, deelt u oppervlakte K door 25. Als u geen infiltratievoorziening hoeft te plaatsen, kunt u deze vraag overslaan. 81 m² 30 Hoeveel bedraagt de oppervlakte van de infiltratievoorziening die u gaat plaatsen? Als uw voorziening de minimale oppervlakte, vermeld in vraag 29, niet bereikt, voegt u een document bij dit formulier waarin u gemotiveerd aantoont dat de oplossing die u voorstelt, een afdoende buffer- en infiltratiecapaciteit heeft. Als u geen infiltratievoorziening hoeft te plaatsen, kunt u deze vraag overslaan. 120 m² 31 Moet u een buffervoorziening plaatsen omdat het goed in een beschermingszone 1 of 2 van een drinkwaterwingebied ligt en is oppervlakte K, vermeld in vraag 26, groter dan 2500 m²? Dit houdt in dat u ja geantwoord hebt bij vraag 16. ja. De buffervoorziening moet worden uitgerust met een vertraagde afvoer met een maximaal ledigingsdebiet van 20 liter per seconde en per aangesloten hectare. nee

Controle van de voorwaarden uit de verordening hemelwater bij aanvraag stedenbouwkundige vergunning of melding- pagina 5 van 6 Afwijking 32 Vraagt u een afwijking van de verplichtingen van de verordening? In uitzonderlijke omstandigheden kan het vergunningverlenende bestuursorgaan afwijkingen toestaan van de verplichtingen van de verordening. Een afwijking kan alleen toegestaan worden als dat om specifieke redenen met betrekking tot de mogelijkheden van hergebruik of plaatselijke terreinkenmerken verantwoord of noodzakelijk is. Als u een afwijking vraagt, voegt u bij dit formulier een nota met een verantwoording voor de gevraagde afwijking. ja. Voeg bij dit formulier een verantwoordingsnota. nee Bij te voegen bewijsstukken 33 Verzamel alle bewijsstukken die u voor de beantwoording van vraag 11, 24, 28, 30 en 32 eventueel bij dit formulier moet voegen. 34 Kruis alle bewijsstukken aan die u bij dit formulier voegt. Als u geen bewijsstukken bij dit formulier voegt, kruist u geen enkel hokje aan. een document waarin u gemotiveerd aantoont dat een groter hergebruik van hemelwater dan 10.000 liter nuttig is of zal zijn, zoals aangegeven in vraag 11 en 24 een document waarin u gemotiveerd aantoont dat de oplossing die u voorstelt, een afdoende buffer- en infiltratiecapaciteit heeft, zoals aangegeven in vraag 28 en 30 een nota met een verantwoording voor de gevraagde afwijking, zoals aangegeven in vraag 32. Ondertekening 35 Vul de onderstaande verklaring in. Ik bevestig dat alle gegevens in dit formulier naar waarheid zijn ingevuld. Ik bevestig dat de geplande hemelwaterput, de infiltratie- of buffervoorziening of de lozingsbegrenzer uiterlijk bij de ingebruikname van het gebouw of de verharding geplaatst en gebruikt zal worden. Bij de afvoer van overtollig hemelwater zal ik dat hemelwater gescheiden van het afvalwater afvoeren tot aan het lozingspunt (gracht, kunstmatige afvoerweg voor hemelwater of openbare riolering). Voor bestaande gebouwen die in een gesloten bebouwing worden uitgebreid, is de scheiding tussen afvalwater en hemelwater dat afkomstig is van overdekte constructies en verhardingen, alleen verplicht als daarvoor geen bijkomende leidingen onder of door het gebouw moeten worden aangelegd. Ik ben ervan op de hoogte dat het lozen van hemelwater op de openbare gemengde riolering alleen kan als er geen kunstmatige afvoerweg voor hemelwater of geen oppervlaktewater aanwezig is waarop voor een redelijke kostprijs kan worden aangesloten. handtekening datum dag 0 3 maand 0 4 jaar 2 0 1 4 voor- en achternaam Eierfarm Van Eijk bvba Privacywaarborg 36 De gegevens die u meedeelt, kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bij de gemeente bevinden waar u het dossier indient of waar de grond ligt waarop het dossier betrekking heeft, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de ruimtelijke ordening. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier en ze kunnen ook gebruikt worden voor de opmaak van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om kennis te nemen van uw gegevens in die bestanden en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.

Controle van de voorwaarden uit de verordening hemelwater bij aanvraag stedenbouwkundige vergunning of melding- pagina 6 van 6 Aanvullende informatie 37 Als de plaatsing van een hemelwaterput, infiltratievoorziening of buffervolume vereist is volgens de verordening, moet u de volgende zaken als ze van toepassing zijn vermelden in het vergunningsdossier en op de plannen: 1 de overdekte constructies en verhardingen waarbij het hemelwater dat erop valt, op eigen terrein infiltreert; 2 de exacte plaatsing van de hemelwaterput en de inhoud ervan in liter, de totale horizontale dakoppervlakte en de verharde grondoppervlakte die op de hemelwaterput aangesloten worden, in vierkante meter, de locatie en het niveau van de overloop, alsook de aftappunten van het hemelwater; 3 de exacte plaatsing, omvang en diepte van de infiltratievoorziening, het buffervolume van de infiltratievoorziening in liter, de totale horizontale dakoppervlakte en de verharde grondoppervlakte die op de infiltratievoorziening aangesloten worden, in vierkante meter, en de locatie en het niveau van de overloop; 4 de exacte plaatsing, omvang en diepte van de buffervoorziening, het buffervolume van de voorziening in liter, de totale horizontale dakoppervlakte en de verharde grondoppervlakte die op de voorziening aangesloten worden, in vierkante meter, en de locatie en het niveau van de leegloop en de overloop; 5 de exacte dimensionering van eventuele gebundelde voorzieningen waarvan wordt gebruikgemaakt, en de totale horizontale dakoppervlakte en de verharde grondoppervlakte die op de gebundelde voorziening aangesloten worden.

CST2!( CST1!(!( CST3 ± Bijlage 22a: Situering evaluatiepunten Soundplan Legende!( evaluatiepunten bedrijfsterrein 0 0.010.02 0.04 0.06 0.08 Kilometers

± Bijlage 23: BWK Legende straal 1 km minder waardevol met waardevolle elementen waardevol bedrijfsterrein minder waardevol met zeer waardevolle elementen waardevol en zeer waardevolle elementen minder waardevol minder waardevol en zeer waardevolle elementen zeer waardevol 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 24a: Habitatkaart - HAB1 Legende straal 1 km 4030 91E0 rbbso bedrijfsterrein HAB1 6230 gh_ae vogelrichtlijngebied 2310 6430 gh_ao habitatrichtlijngebied 2330 9190 rbbhc 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 24b: Habitatkaart - HAB2 Legende straal 1 km habitatrichtlijngebied HAB2 3130 9190 rbbsm bedrijfsterrein 2310 4010 rbbhc rbbso vogelrichtlijngebied 2330 4030 rbbhf 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 24C_Voorlopige zoekzones Legende straal 1 km bedrijfsterrein habitatrichtlijngebied voorlopige zoekzones voolorige zoekzone habitat 3260 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

Bijlage 25a Uittreksel IMPACTSCORE NH3 in de gewenste situatie IMPACTSCORE NH3 Rapport 01/07/2016 12:26 (v.2.1.3) Geachte heer, mevrouw Hierbij ontvangt u het resultaat van uw aanvraag voor berekening van de bijdrage van de ammoniakemissies van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project aan de kritische depositiewaarde van habitatgebieden in de omgeving van uw exploitatie of de locatie van het vo project. Op basis van deze berekeningen werd de impactscore bepaald voor uw exploitatie of vo u voorgestelde project op de actueel aanwezige habitats alsook op de habitats gelegen in de zoe voor de berekening gebruikte gegevens vindt u eveneens terug in dit rapport. Bij deze email werden twee bijlagen toegevoegd met computerbestanden die gedetailleerd kaar bevatten in een formaat geschikt voor verwerking in een Geografisch informatiesysteem (GIS). D informatie kan teruggevonden worden in de GIS bestanden: Significantieklasse (Sigklasse), minim (KDWallmin), depositie veroorzaakt door het bedrijf op habitats (ifdmdep), de totale depositie o (totaldep) en de naam van het habitatgebied (habname). Deze bestanden zijn bedoeld voor spe zoals de consulenten van een studiebureau die u kunnen helpen bij het opmaken van een dossie aanvragen van een milieuvergunning. Geef deze bestanden samen met het rapport door aan he studiebureau in het geval u een milieuvergunning wenst aan te vragen. Voor het gedetailleerd documenteren en beschrijven van de impact van uw exploitatie in een pa beoordeling of milieuvergunningsaanvraag kan u zich wenden tot een specialist, zoals een consu een studiebureau. Met de meeste hoogachting Helpdesk PAS Identificatie van de exploitatie of van het voorgestelde project waarvoor de impactscore berek

Landbouwernummer -29061982 Nummer berekening 64817 Overzicht van de gebruikte gegevens (1) Stallen Naam van de stal stal 1 NH 3 emissie (kg NH 3 /jaar) 596,40 Dieraantallen stal 1 Diergroep Diercategorie Pluimvee Legkippen Staltype Systeem P-3.4. Kooi (indien voor leghennen: verrijkte kooi) met geforceerde mestdroging, belucht met 0,7 m³ lucht per dier per Mest afdraaien per vijf dagen; de mest heeft dan een droge stof van minimaal 55%. Vervolgsysteem Geen vervolgsysteem Luchtwassysteem bij traditionele stallen Geen luchtwassysteem PAS Hoofdmaatregel Geen maatregel Bijkomende PAS-maatregel Geen maatregel

Aantal dierplaatsen 59640 Emissiefactor (kg NH 3 /dierplaats/jaar) 0,01 NH 3 emissie (kg NH 3 /jaar) 596,40 Ventilatieopeningen stal 1 X-coördinaat (Lambert72) 220669 Y-coördinaat (Lambert72) 201143 Type mechanische ventilatie Oriëntatie verticaal Hoogte (m) 5,00 Diameter (m) 4,00 Temperatuur ( C) 15,00 Debiet (Nm³/s) 34,79 Naam van de stal stal 2 NH 3 emissie (kg NH 3 /jaar) 596,40

Dieraantallen stal 2 Diergroep Diercategorie Pluimvee Legkippen Staltype Systeem P-3.4. Kooi (indien voor leghennen: verrijkte kooi) met geforceerde mestdroging, belucht met 0,7 m³ lucht per dier per Mest afdraaien per vijf dagen; de mest heeft dan een droge stof van minimaal 55%. Vervolgsysteem Geen vervolgsysteem Luchtwassysteem bij traditionele stallen Geen luchtwassysteem PAS Hoofdmaatregel Geen maatregel Bijkomende PAS-maatregel Geen maatregel Aantal dierplaatsen 59640 Emissiefactor (kg NH 3 /dierplaats/jaar) 0,01 NH 3 emissie (kg NH 3 /jaar) 596,40 Ventilatieopeningen stal 2 X-coördinaat (Lambert72) 220654 Y-coördinaat (Lambert72) 201167 Type mechanische ventilatie

Oriëntatie horizontaal Hoogte (m) 2,00 Diameter (m) 0,90 Temperatuur ( C) 15,00 Debiet (Nm³/s) 0,01 Totaal NH 3 emissie (kg NH 3 /jaar) 1.192,80 (2) Versienummers Significantiekader Significantiekader "overgangsfase" (23/04/ VLOPS kaarten VLOPS15 gebaseerd op OPS4.4.3, gebruik m van emissies 2012, meteojaar 2012, versie aangepaste kalibratiefactoren (0.96 voor de depositie van NHx, 1.26 voor de natte depo NHx, 1.00 voor de droge depositie van NOy voor de natte depositie van NOy, en een bi van 150 mol/(ha.jaar) voor de depositie van PAS-lijst Half december 2015 Habitatkaarten Habitatkaarten gebaseerd op de nieuwe zo vs. 0.2, met inbegrip van de laatste aanpass aan actuele habitats, natuurdoelen en zow aanstuurbare als niet-aanstuurbare zoekzo

08/09/2015 IFDM 4.4.0 Emissiefactoren RLB Landbouwdieren, versie 20/03/2015 voor rundvee, varkens en pluimvee; Praktische Wegwijzer Effectgroep 3.1, versie 2; 24/02/2015 voor de andere diercategorieën IMPACTSCORE NH3 2.1.3 Berekende bijdrage van de ammoniakemissies van de exploitatie of van het voorgestelde proj kritische depositiewaarde van het habitatgebied (impactscore) Procentuele bijdrage van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project aan de kritische depositiewaarde voor de actuele oppervlakten habitattypen binnen de speciale beschermingszones aangewezen in uitvoering van de Habitatrichtlijn (SBZ-H) Dit is de bijdrage van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project aan de milieudruk op het lak a a o iake issies op het eest pro le atis he pu t i het SBZ Vallei- en ro ge iede a de Z arte Beek, Bolisser eek e Do el et heide e e ge iede, rekening houdend met het actueel habitat dat op 653 meter van uw exploitatie of van de locatie van het voorgestelde project ligt. Procentuele bijdrage van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project aan de kritische depositiewaarde voor de actuele oppervlakten habitattypen binnen de speciale beschermingszones aangewezen in uitvoering van de Habitatrichtlijn (SBZ-H) én de potentiële oppervlakten habitattypen in zoekzones voor de realisatie van de instandhoudingsdoelstellingen (IHD) Dit is de bijdrage van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project aan de milieudruk op het vlak van ammoniakemissies op het meest problematische punt in het SBZ Vallei- en brongebieden van de Zwarte Beek, Bolisserbeek en Dommel met heide en vengebieden, reke i g houde d et het a tueel ha itat e de zoekzo es oor de instandhoudingsdoelstellingen dat op 645 meter van uw exploitatie of van de locatie van het

voorgestelde project ligt. Dit getal is de impactscore van uw exploitatie. De beoordeling van een hervergunningsaanvraag voor uw exploitatie of van een vergunningsaanvraag voor het voorgestelde project zal onder andere gebeuren op basis van de berekende bijdrage van ammoniakemissies aan deze gebieden. Afhankelijk van de uiteindelijke lokalisatie van de instandhoudingsdoelstellingen kan de bijdrage van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project verminderen. Ook de oppervlakte van de zoekzones (dit zijn de zones waarin de instandhoudingsdoelstellingen zullen worden gerealiseerd) zal naarmate de instandhoudingsdoelen worden gelokaliseerd, verkleinen. De onderstaande beoordeling van uw impactscore gebeurt volgens de huidige regels en voorwaarden zoals die geldig zijn in deze fase van de Programmatische Aanpak Stikstof: Overgangsfase. Opgelet: bij de beoordeling van de passende beoordeling en de milieuvergunningsaanvraag zal er uitgegaan worden van het op die datum geldende beoordelingskader. Als een hervergunningsaanvraag wordt ingediend op basis van de gegevens die u bij de berekening hebt ingevoerd, en als uw bedrijfsvoering niet verandert, dan toont deze berekening aan dat uw exploitatie geen relevante bijdrage levert aan de stikstofneerslag op Europees te beschermen habitats in SBZ-H. Een hervergunning is mogelijk. Een toekomstige milieuvergunning voor een aanvraag met uitbreiding is mogelijk, op voorwaarde dat de berekende impactscore onder 3% blijft. Als een vergunningsaanvraag wordt ingediend voor een nieuw voorgesteld project op basis van de gegevens die u bij de berekening hebt ingevoerd, dan toont deze berekening aan dat het door u voorgestelde project een bijdrage van minder dan 3% zou leveren aan de stikstofneerslag op Europees te beschermen habitats in SBZ-H. De vergunning van het voorgestelde project is mogelijk op voorwaarde dat u via het gebruik van de Depositiescan kunt aantonen dat het voorgestelde project geen relevante bijdrage aan de stikstofdepositie levert.

Meer informatie Voor meer informatie kunt u terecht op de PAS-webpagina's op de Natura 2000-website www.natura2000.vlaanderen.be. Als u vragen hebt, kunt u via email contact opnemen met de betrokkenen administraties. Vragen over de ondersteuning door de overheid richt u aan één van de volgende contactperso de Vlaamse Landmaatschappij (VLM): West- en Oost-Vlaanderen: Els Goethals (els.goethals@vlm.be) Antwerpen, Limburg en Vlaams-Brabant: Stan Forier (stan.forier@vlm.be) Vragen over de beoordeling van het effect richt u aan één van de volgende contactpersonen b Agentschap voor Natuur en Bos (ANB): West-Vlaanderen: Indra Lamoot (indra.lamoot@lne.vlaanderen.be) Oost-Vlaanderen: Delphine de Hemptinne (delphine.dehemptinne@lne.vlaanderen.b Antwerpen: Karolien Van Kerckhove (karolien.vankerckhove@lne.vlaanderen.be) Vlaams-Brabant: Sara Heerinckx (sara.heerinckx@lne.vlaanderen.be) Limburg: Benny Mathijs (benny.mathijs@lne.vlaanderen.be) Dit is een automatisch gegenereerd e-mailbericht waarop u niet kunt antwoorden.

± Bijlage 25b_Impactscore in de gewenste situatie ter hoogte van actueel habitat Legende straal 1 km habitatrichtlijngebied significantieklasse 3-50 % KDW bedrijfsterrein < 3 % KDW > 50 % KDW 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 25c_Impactscore in de gewenste situatie ter hoogte van voorlopige zoekzones Legende straal 1 km habitatrichtlijngebied significantieklasse 3-50 % KDW bedrijfsterrein < 3 % KDW > 50 % KDW 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

Bijlage 25d Uittreksel IMPACTSCORE NH3 in de gewenste situatie met bijkomende maatregelen IMPACTSCORE NH3 Rapport 01/07/2016 12:31 (v.2.1.3) Geachte heer, mevrouw Hierbij ontvangt u het resultaat van uw aanvraag voor berekening van de bijdrage van de ammoniakemissies van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project aan de kritische depositiewaarde van habitatgebieden in de omgeving van uw exploitatie of de locatie van het voorgestelde project. Op basis van deze berekeningen werd de impactscore bepaald voor uw exploitatie of voor het door u voorgestelde project op de actueel aanwezige habitats alsook op de habitats gelegen in de zoekzones. De voor de berekening gebruikte gegevens vindt u eveneens terug in dit rapport. Bij deze email werden twee bijlagen toegevoegd met computerbestanden die gedetailleerd kaartmateriaal bevatten in een formaat geschikt voor verwerking in een Geografisch informatiesysteem (GIS). De volgende informatie kan teruggevonden worden in de GIS bestanden: Significantieklasse (Sigklasse), minimum KDW (KDWallmin), depositie veroorzaakt door het bedrijf op habitats (ifdmdep), de totale depositie op habitats (totaldep) en de naam van het habitatgebied (habname). Deze bestanden zijn bedoeld voor specialisten, zoals de consulenten van een studiebureau die u kunnen helpen bij het opmaken van een dossier voor het aanvragen van een milieuvergunning. Geef deze bestanden samen met het rapport door aan het studiebureau in het geval u een milieuvergunning wenst aan te vragen. Voor het gedetailleerd documenteren en beschrijven van de impact van uw exploitatie in een passende beoordeling of milieuvergunningsaanvraag kan u zich wenden tot een specialist, zoals een consulent van een studiebureau. Met de meeste hoogachting Helpdesk PAS Identificatie van de exploitatie of van het voorgestelde project waarvoor de impactscore berekend werd

Landbouwernummer -29061982 Nummer berekening 64824 Overzicht van de gebruikte gegevens (1) Stallen Naam van de stal stal 1 NH 3 emissie (kg NH 3 /jaar) 596,40 Dieraantallen stal 1 Diergroep Diercategorie Pluimvee Legkippen Staltype Systeem P-3.4. Kooi (indien voor leghennen: verrijkte kooi) met geforceerde mestdroging, belucht met 0,7 m³ lucht per dier per uur. Mest afdraaien per vijf dagen; de mest heeft dan een droge stofgehalte van minimaal 55%. Vervolgsysteem Geen vervolgsysteem Luchtwassysteem bij traditionele stallen Geen luchtwassysteem PAS Hoofdmaatregel Geen maatregel Bijkomende PAS-maatregel Geen maatregel

Aantal dierplaatsen 59640 Emissiefactor (kg NH 3 /dierplaats/jaar) 0,01 NH 3 emissie (kg NH 3 /jaar) 596,40 Ventilatieopeningen stal 1 X-coördinaat (Lambert72) 220669 Y-coördinaat (Lambert72) 201143 Type mechanische ventilatie Oriëntatie verticaal Hoogte (m) 8,00 Diameter (m) 4,00 Temperatuur ( C) 15,00 Debiet (Nm³/s) 34,79 Naam van de stal stal 2 NH 3 emissie (kg NH 3 /jaar) 596,40

Dieraantallen stal 2 Diergroep Diercategorie Pluimvee Legkippen Staltype Systeem P-3.4. Kooi (indien voor leghennen: verrijkte kooi) met geforceerde mestdroging, belucht met 0,7 m³ lucht per dier per uur. Mest afdraaien per vijf dagen; de mest heeft dan een droge stofgehalte van minimaal 55%. Vervolgsysteem Geen vervolgsysteem Luchtwassysteem bij traditionele stallen Geen luchtwassysteem PAS Hoofdmaatregel Geen maatregel Bijkomende PAS-maatregel Geen maatregel Aantal dierplaatsen 59640 Emissiefactor (kg NH 3 /dierplaats/jaar) 0,01 NH 3 emissie (kg NH 3 /jaar) 596,40 Ventilatieopeningen stal 2 X-coördinaat (Lambert72) 220669 Y-coördinaat (Lambert72) 201167 Type mechanische ventilatie

Oriëntatie verticaal Hoogte (m) 8,00 Diameter (m) 4,00 Temperatuur ( C) 15,00 Debiet (Nm³/s) 34,79 Totaal NH 3 emissie (kg NH 3 /jaar) 1.192,80 (2) Versienummers Significantiekader Significantiekader "overgangsfase" (23/04/2014) VLOPS kaarten VLOPS15 gebaseerd op OPS4.4.3, gebruik makend van emissies 2012, meteojaar 2012, versie 2 en aangepaste kalibratiefactoren (0.96 voor de droge depositie van NHx, 1.26 voor de natte depositie van NHx, 1.00 voor de droge depositie van NOy, 0.90 voor de natte depositie van NOy, en een bijtelling van 150 mol/(ha.jaar) voor de depositie van DON) PAS-lijst Half december 2015 Habitatkaarten Habitatkaarten gebaseerd op de nieuwe zoekzones vs. 0.2, met inbegrip van de laatste aanpassingen aan actuele habitats, natuurdoelen en zowel aanstuurbare als niet-aanstuurbare zoekzones, d.d.

08/09/2015 IFDM 4.4.0 Emissiefactoren RLB Landbouwdieren, versie 20/03/2015 voor rundvee, varkens en pluimvee; Praktische Wegwijzer Effectgroep 3.1, versie 2; 24/02/2015 voor de andere diercategorieën IMPACTSCORE NH3 2.1.3 Berekende bijdrage van de ammoniakemissies van de exploitatie of van het voorgestelde project aan de kritische depositiewaarde van het habitatgebied (impactscore) Procentuele bijdrage van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project aan de kritische depositiewaarde voor de actuele oppervlakten habitattypen binnen de speciale beschermingszones aangewezen in uitvoering van de Habitatrichtlijn (SBZ-H) 1,05% Dit is de bijdrage van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project aan de milieudruk op het lak a a o iake issies op het eest pro le atis he pu t i het SBZ Vallei- en ro ge iede a de Z arte Beek, Bolisser eek e Do el et heide e e ge iede, rekening houdend met het actueel habitat dat op 658 meter van uw exploitatie of van de locatie van het voorgestelde project ligt. Procentuele bijdrage van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project aan de kritische depositiewaarde voor de actuele oppervlakten habitattypen binnen de speciale beschermingszones aangewezen in uitvoering van de Habitatrichtlijn (SBZ-H) én de potentiële oppervlakten habitattypen in zoekzones voor de realisatie van de instandhoudingsdoelstellingen (IHD) 1,09% Dit is de bijdrage van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project aan de milieudruk op het vlak van ammoniakemissies op het meest problematische punt in het SBZ Vallei- en brongebieden van de Zwarte Beek, Bolisserbeek en Dommel met heide en e ge iede, reke i g houde d et het a tueel ha itat e de zoekzo es oor de instandhoudingsdoelstellingen dat op 651 meter van uw exploitatie of van de locatie van het

voorgestelde project ligt. Dit getal is de impactscore van uw exploitatie. De beoordeling van een hervergunningsaanvraag voor uw exploitatie of van een vergunningsaanvraag voor het voorgestelde project zal onder andere gebeuren op basis van de berekende bijdrage van ammoniakemissies aan deze gebieden. Afhankelijk van de uiteindelijke lokalisatie van de instandhoudingsdoelstellingen kan de bijdrage van uw exploitatie of van het door u voorgestelde project verminderen. Ook de oppervlakte van de zoekzones (dit zijn de zones waarin de instandhoudingsdoelstellingen zullen worden gerealiseerd) zal naarmate de instandhoudingsdoelen worden gelokaliseerd, verkleinen. De onderstaande beoordeling van uw impactscore gebeurt volgens de huidige regels en voorwaarden zoals die geldig zijn in deze fase van de Programmatische Aanpak Stikstof: Overgangsfase. Opgelet: bij de beoordeling van de passende beoordeling en de milieuvergunningsaanvraag zal er uitgegaan worden van het op die datum geldende beoordelingskader. Als een hervergunningsaanvraag wordt ingediend op basis van de gegevens die u bij de berekening hebt ingevoerd, en als uw bedrijfsvoering niet verandert, dan toont deze berekening aan dat uw exploitatie geen relevante bijdrage levert aan de stikstofneerslag op Europees te beschermen habitats in SBZ-H. Een hervergunning is mogelijk. Een toekomstige milieuvergunning voor een aanvraag met uitbreiding is mogelijk, op voorwaarde dat de berekende impactscore onder 3% blijft. Als een vergunningsaanvraag wordt ingediend voor een nieuw voorgesteld project op basis van de gegevens die u bij de berekening hebt ingevoerd, dan toont deze berekening aan dat het door u voorgestelde project een bijdrage van minder dan 3% zou leveren aan de stikstofneerslag op Europees te beschermen habitats in SBZ-H. De vergunning van het voorgestelde project is mogelijk op voorwaarde dat u via het gebruik van de Depositiescan kunt aantonen dat het voorgestelde project geen relevante bijdrage aan de stikstofdepositie levert. Meer informatie

Voor meer informatie kunt u terecht op de PAS-webpagina's op de Natura 2000-website www.natura2000.vlaanderen.be. Als u vragen hebt, kunt u via email contact opnemen met de betrokkenen administraties. Vragen over de ondersteuning door de overheid richt u aan één van de volgende contactpersonen bij de Vlaamse Landmaatschappij (VLM): West- en Oost-Vlaanderen: Els Goethals (els.goethals@vlm.be) Antwerpen, Limburg en Vlaams-Brabant: Stan Forier (stan.forier@vlm.be) Vragen over de beoordeling van het effect richt u aan één van de volgende contactpersonen bij het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB): West-Vlaanderen: Indra Lamoot (indra.lamoot@lne.vlaanderen.be) Oost-Vlaanderen: Delphine de Hemptinne (delphine.dehemptinne@lne.vlaanderen.be) Antwerpen: Karolien Van Kerckhove (karolien.vankerckhove@lne.vlaanderen.be) Vlaams-Brabant: Sara Heerinckx (sara.heerinckx@lne.vlaanderen.be) Limburg: Benny Mathijs (benny.mathijs@lne.vlaanderen.be) Dit is een automatisch gegenereerd e-mailbericht waarop u niet kunt antwoorden.

± Bijlage 26a: Verzurende depositie in de huidige situatie Legende straal 1 km verzurende depositie # 250-500 Zeq/ha/jaar # 2000-2500 Zeq/ha/jaar # > 4000 Zeq/ha/jaar 2330 9190 bedrijfsterrein < 100 Zeq/ha/jaar # 500-1000 Zeq/ha/jaar # 2500-3000 Zeq/ha/jaar 4030 91E0 habitatrichtlijngebied # 100-150 Zeq/ha/jaar # 1000-1500 Zeq/ha/jaar # 3000-3500 Zeq/ha/jaar HAB1 6230 rbbhc # 150-250 Zeq/ha/jaar # 1500-2000 Zeq/ha/jaar # 3500-4000 Zeq/ha/jaar 2310 6430 rbbso 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 26b: Verzurende depositie in de gewenste situatie Legende straal 1 km verzurende depositie # 250-500 Zeq/ha/jaar # 2000-2500 Zeq/ha/jaar # > 4000 Zeq/ha/jaar 2330 9190 bedrijfsterrein < 100 Zeq/ha/jaar # 500-1000 Zeq/ha/jaar # 2500-3000 Zeq/ha/jaar 4030 91E0 habitatrichtlijngebied # 100-150 Zeq/ha/jaar # 1000-1500 Zeq/ha/jaar # 3000-3500 Zeq/ha/jaar HAB1 6230 rbbhc # 150-250 Zeq/ha/jaar # 1500-2000 Zeq/ha/jaar # 3500-4000 Zeq/ha/jaar 2310 6430 rbbso 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 26c: Verzurende depositie in de gewenste situatie met bijkomende maatregelen Legende straal 1 km verzurende depositie # 250-500 Zeq/ha/jaar # 2000-2500 Zeq/ha/jaar # > 4000 Zeq/ha/jaar 2330 9190 bedrijfsterrein < 100 Zeq/ha/jaar # 500-1000 Zeq/ha/jaar # 2500-3000 Zeq/ha/jaar 4030 91E0 habitatrichtlijngebied # 100-150 Zeq/ha/jaar # 1000-1500 Zeq/ha/jaar # 3000-3500 Zeq/ha/jaar HAB1 6230 rbbhc # 150-250 Zeq/ha/jaar # 1500-2000 Zeq/ha/jaar # 3500-4000 Zeq/ha/jaar 2310 6430 rbbso 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 27a: Vermestende depositie in de huidige situatie Legende straal 1 km vermestende depositie # 6-8 kg N/ha/jaar # 20-25 kg N/ha/jaar 4030 91E0 bedrijfsterrein < 2 kg N/ha/jaar # 8-10 kg N/ha/jaar # 25-30 kg N/ha/jaar HAB1 6230 rbbhc habitatrichtlijngebied # 2-4 kg N/ha/jaar # 10-15 kg N/ha/jaar # 30-35 kg N/ha/jaar 2310 6430 rbbso # 4-6 kg N/ha/jaar # 15-20 kg N/ha/jaar # > 35 kg N/ha/jaar 2330 9190 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 27b: Vermestende depositie in de gewenste situatie Legende straal 1 km vermestende depositie # 6-8 kg N/ha/jaar # 20-25 kg N/ha/jaar 4030 91E0 bedrijfsterrein < 2 kg N/ha/jaar # 8-10 kg N/ha/jaar # 25-30 kg N/ha/jaar HAB1 6230 rbbhc habitatrichtlijngebied # 2-4 kg N/ha/jaar # 10-15 kg N/ha/jaar # 30-35 kg N/ha/jaar 2310 6430 rbbso # 4-6 kg N/ha/jaar # 15-20 kg N/ha/jaar # > 35 kg N/ha/jaar 2330 9190 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

± Bijlage 27c: Vermestende depositie in de gewenste situatie met bijkomende maatregelen Legende straal 1 km vermestende depositie # 6-8 kg N/ha/jaar # 20-25 kg N/ha/jaar 4030 91E0 bedrijfsterrein < 2 kg N/ha/jaar # 8-10 kg N/ha/jaar # 25-30 kg N/ha/jaar HAB1 6230 rbbhc habitatrichtlijngebied # 2-4 kg N/ha/jaar # 10-15 kg N/ha/jaar # 30-35 kg N/ha/jaar 2310 6430 rbbso # 4-6 kg N/ha/jaar # 15-20 kg N/ha/jaar # > 35 kg N/ha/jaar 2330 9190 0 0.1 0.2 0.4 0.6 0.8 Kilometers

Bijlage 28 Bedrijfsintegratieplan

-/ van EtIk Eierfarm Heidebloemstraat 1 2 3940 Hec hte t-eksel 04991552432 ies lnpassing Agrarische Bedrijfsge bouwen N cole Vreys prov nc ie Limburg 0 Juli 2014 H l" ilrl[rr,;r rl ffit''! \ 9 ù+?,f øø^^ rt. ùn*,ha,,.ót na1* óø ca. 1/1 124 "tl & 1 I 1237 Groenadvies: Het volgende is nodig voor de landschappelijke en ecologische buffering van het kippenbedrijf: l. Erfordening en inpassing bedrijfsgebouwen in de directe bebouwde omgeving via streekeigen hagen zoals Carpinus betulus 60/80 (haagbeuk - 4 planten/mj en aanplantvan een aantal bomen als okkernoot (Juglans regial0/12) en lindebomen [Tilia cordata 70/72) 2. Aanleg van 2 brede aarden wallen en beplanten met streekeigen soorten: max 2 mhoogte en max I mbreed- minimum 4 rijenbosplantsoen- in verbandplanten 1,5 mx L,5 m- mengen in groepjesvan 3 à 5 persoort. Soortkeuze: Corylus aveìana 60 / B0 (hazelaarj, Carpinus betulus 60/80 (haagbeukj, Rhamnus frangula 60/80 (sporkehoutj, Fagus sylvatica 60/80 (groene beuk), 25 Prunus padus 60/80 [inlandse vogelkersj, Tilia cordata 60/80 (lindej, Betula pubescens 60/80 (gewone berk), Sorbus aucuparia 60/80, Alnus glutinosa 60/80 (els), Crataegus monogyna 60/80 (meidoorn), Fraxinus excelsior (es), Cornus mas 60/80 (gele kornoeljej, Cornus sanguinea 60/80 [gewone kornoeljej, Viburnum opulus 60/80 [gelderse roos], Rosa canina (hondsroos), Ilex aquifolium (hulst),... Het omgevingsadvies verbindt de provincie Limburg op geen enkele wijze. IJit het omgevingsadvies kunnen geen rechten worden ontleend voor het verkríjgen van stedenbouwkundige of andere vergunningen. Het omgevingsadvies heefi enkel en alleen tot doel om door middel van groenaanplantingen gebouwen binnen het agrarisch gebied te integreren en zo de landschappelijke beeldkwaliteit als belevingswaarde van het platteland te behouden en kan met dit doel worden opgenomen als voorwaarde bij een stedenbouwkundige vergunning. De provincie kan niet aansprakelijk worden gesteld op grond van de ínhoud van het A, 04 r*0..t û1 r r f J 0t G t6, a i (r 20It t I I { I tl I I I I t T I Aanvraag q-'