ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12044

Vergelijkbare documenten
ArcheoPro Archeologisch rapport Nr Koningsweg, Akersloot Gemeente Castricum Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O); Karterend booronderzoek

ArcheoPro. ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 852. Sluis 11, Someren Gemeente Someren Karterend booronderzoek. November 2009

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 16049

Oentsjerk, It Aventoer Gem. Tytsjerksteradiel (Frl.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /08

Archeologisch onderzoek Booronderzoek Bommelerwaard, Gemeente Zaltbommel ArcheoPro Rapport, 17077, Pagina 3. Inhoudsopgave Samenvatting...

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 10124

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 949

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 11076

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 1082

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 853

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 14053

ArcheoPro Archeologische rapporten nr Archeologische bouwbegeleiding Klimmen gemeente Voerendaal. Souterrains Partner of ArcheoPro

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 14044

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 11072

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 930

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 734

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 8107

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 11191

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 823

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 11048

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 18068

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 1059

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 10147

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 15049

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 911

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 17002

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 1036

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 910

Archeologische onderzoek Vijf Akkers Noord, Moordrecht, Gemeente Zuidplas. ArcheoPro Rapport, 12124, Pagina 1

Someren, Provincialeweg Gem. Someren (NB.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /02

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12102

Gorinchem, Spijksedijk 56 Gemeente Gorinchem (ZH) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /13

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 18043

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 14058

Archeologische onderzoek Provincialeweg 32a, Bunnik, Gemeente Bunnik. ArcheoPro Rapport, 14032, Pagina 1. ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 14032

4 Archeologisch onderzoek

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 16098

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12053

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 16028

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 13067

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12010

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12003

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 1028

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 885

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 10123

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 11126

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 877

Burgwerd, De Hemert 13 Gem. Wûnseradiel (Frl.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /02

ArcheoPro Archeologisch rapport. Morel Uden Gemeente Uden Inventariserend Veldonderzoek Bureauonderzoek en karterend booronderzoek

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12034

Archeologische onderzoek Eijkereind, Bergeijk. ArcheoPro Rapport, Pagina 1. ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 13058

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 18033

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 11073

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 10107

Aanvulling: Archeologisch onderzoek

Archeologische onderzoek Tongerloseweg ong., Diessen, Gemeente Hilvarenbeek. ArcheoPro Rapport, 17001, Pagina 1

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 879

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 886. Elsenewal, Nieuwstadt Gemeente Echt-Susteren Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O); Geofysisch onderzoek

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 954

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 11013

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 14059

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 16038

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 921

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 14021

Archeologische onderzoek Vernieuwd Verbonden, Ter Aar, Gemeente Nieuwkoop. ArcheoPro Rapport, 17030, Pagina 1

Archeologische onderzoek Schutboomsestraat ong., Milheeze, Gemeente Gemert-Bakel. ArcheoPro Rapport, 18081, Pagina 1

Archeologische onderzoek Klapstraat, Afferden, Gemeente Druten. ArcheoPro Rapport, 13025, Pagina 1. ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 13025

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 15035

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr Austerlitz Gemeente Zeist Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O); Verkennend en karterend booronderzoek

Archeologische onderzoek Pastoriestraat, Rosmalen, Gemeente Den Bosch ArcheoPro Rapport, 16013, Pagina 1. ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 16013

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 18031

Archeologie en cultuurhistorie Strijpsche Kampen

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12065

Archeologische onderzoek Industrielaan, Asten, Gemeente Asten. ArcheoPro Rapport, 17027, Pagina 1. ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 17027

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 15010

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 11029

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 13111

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 13045

Archeologische onderzoek Boterhoeksestraat 54, Heteren ArcheoPro Rapport, 15077, Pagina 1. ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 15077

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 1090

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr Windpark Agro Wind, Reusel Gemeente Bladel Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O); Bureauonderzoek

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 9100

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12056

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 16071

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 18022

Archeologische onderzoek Uitbreiding Nunhem, Netherlands, Gemeente Leudal. ArcheoPro Rapport, 15017, Pagina 1

Archeologische onderzoek Kerkstraat, Haaren. ArcheoPro Rapport, 13050, Pagina 1. ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 13050

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 11049

Tzummarum, Buorren Gem. Franekeradeel (Frl.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /10

Heesch - Beellandstraat

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12119

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr Windpark Pottendijk, Emmen Gemeente Emmen Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O); Bureauonderzoek

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 11070

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 1022

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12091

Plangebied Visvijvers te Gendt

Heenvliet, Steenhoeck-Welleweg Gem. Bernisse (ZH.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /11Z

Archeologische onderzoek Kapelkesstraat 70-70a, Eijsden, Gemeente Eijsden-Margraten ArcheoPro Rapport, 15082, Pagina 1

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 10130

Archeologische onderz

Transcriptie:

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12044 Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O); Bureauonderzoek en karterend booronderzoek Richard Exaltus Joep Orbons Juni 2012 ArcheoPro

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 2 ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 12044 Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O); Bureauonderzoek en karterend booronderzoek Colofon Opdrachtgever: Aelmans, Kerkstraat 2, 6095 BE Baexem Status: versie 27-06-2012 Projectcode : 12-061 Bestandsnaam : ArcheoPro, Breedenweg, Dieteren 2012 06 27 Opgesteld conform KNA 3.2 Archis onderzoeksmelding (OM nummer): 51400 Bevoegd gezag: Gemeente Echt-Susteren Opslagplaats documentatie: Provincie Limburg Auteur: Richard Exaltus, Joep Orbons Projectleider : Richard Exaltus Projectmedewerkers: Richard Exaltus, Joep Orbons, Hon Rik Onderaannemers: nvt Autorisatie: Drs. R.P. Exaltus; senior-archeoloog ISSN : 1569-7363 Uitgegeven door ArcheoPro Copyright 2012 ArcheoPro, Maastricht ArcheoPro Sint Jozefstraat 45 Tel : 0(0 31) 43 3672586 Kamer van Koophandel Limburg: 14117581 NL 6245 LL Eijsden Fax: 0(0 31) 43 3672585 e-mail: info@archeopro.nl Nederland www.archeopro.nl

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 3 Inhoudsopgave: Samenvatting... 4 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Locatiegegevens... 5 1.3 Onderzoek... 5 1.4 Bouwplannen... 6 2 Bureauonderzoek... 7 2.1 Methode en bronnen... 7 2.2 Geo(morfo)logie, aardkunde en bodem... 8 2.3 Archeologie... 13 2.4 Informatie amateurarcheologen... 14 2.5 Historie... 17 2.6 Gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel... 21 2.7 Onderzoeksstrategie... 22 3 Veldonderzoek... 23 3.1 Verrichte werkzaamheden... 23 3.2 Resultaten booronderzoek... 23 4 Conclusies en aanbevelingen (beleidsadvies)... 27 Archeologische tijdschaal... 28 Bronnen... 28 Literatuur... 29 Bijlage 1: Boorbeschrijving... 30 Bijlage 2: Bouwplan... 31

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 4 Samenvatting Op 18 maart 2012 is door ArcheoPro een Inventariserend Veldonderzoek Overig (IVO-O) uitgevoerd op een terrein aan de Breedenweg te Dieteren. Het archeologisch onderzoek betrof een Inventariserend Veldonderzoek Overig (IVO-O) met bureaustudie. Bureauonderzoek heeft tot doel om op basis van beschikbare informatie te komen tot een gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel. Het Inventariserend Veldonderzoek heeft vervolgens tot doel om het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel te toetsen door middel van veldwaarnemingen. Hiermee kan de vraagstelling beantwoord worden of binnen het plangebied archeologische waarden aanwezig (kunnen) zijn en of deze vervolgonderzoek en/of planaanpassing vereisen. Het onderzoek is uitgevoerd conform het PVA zoals in de offerte is aangegeven. Conform de KNA is voor een bureau- en/of booronderzoek geen PVE noodzakelijk. Volgens het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel geldt voor het plangebied een middelhoge archeologische verwachting voor archeologische resten daterend vanaf het laatpaleolithicum en een hoge verwachting voor resten uit het neolithicum, de ijzertijd, de Romeinse tijd en de vroege middeleeuwen. Door de ligging langs een historische weg geldt een middelhoge verwachting voor resten uit de middeleeuwen en de Nieuwe Tijd dateren. Om de kans op het aantreffen van archeologische indicatoren zo groot mogelijk te maken zijn binnen het plangebied zes boringen gezet met behulp van een guts en een megaboor. Uit het met de guts verrichte onderzoek blijkt dat de bodem binnen het plangebied uit naar boven toe fijner wordend materiaal bestaat. Onderin de boringen is zwak grindhoudend zand aangetroffen dat via sterk- en matig zandige klei overgaat in zwak zandige klei. Hieruit valt af te leiden dat het plangebied doorheen de tijd geleidelijk aan steeds minder direct onder invloed van de maas kwam te staan en de afzettingsomstandigheden derhalve steeds rustiger werden. Ondanks het per boorpunt tweemaal naboren met een edelmanboor met een diameter van 12 cm, zijn in geen van de boringen relevante archeologische indicatoren aangetroffen. De resultaten van het onderzoek geven derhalve geen aanleiding om archeologisch vervolgonderzoek te adviseren. Evenmin zijn tijdens het onderzoek archeologische resten aangetroffen waarmee tijdens de verdere planvorming of bij de uitvoering van de geplande werkzaamheden rekening zou moeten worden gehouden.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 5 1 Inleiding 1.1 Algemeen - Opdrachtgever: Aelmans, Kerkstraat 2, 6095 BE Baexem - Geplande ingrepen: De bouw van drie drie zorgunits zonder kelder, zie hoofdstuk 1.4 - Datum uitvoering veldwerk: 18 maart 2012 - Onderzoek uitgevoerd conform het PVA zoals in de offerte aangegeven. - Archis onderzoeksmelding (OM nummer): 51400 - Milieukudige situatie: Er zijn geen aanwijzingen dat binnen het plangebied een milieukundig probleem aanwezig is. Tijdens dit onderzoek is dan ook geen rekening gehouden met milieukundige aspecten. - Bevoegd gezag: Gemeente Echt-Susteren - Bewaarplaats vondsten: Provincie Limburg - Bewaarplaats documentatie: Provincie Limburg 1.2 Locatiegegevens - Provincie: Limburg - Gemeente: Echt-Susteren - Plaats: Dieteren - Toponiem: Breedenweg - Globale ligging: Ten noorden van Dieteren - Hoekcoördinaten plangebied: o 187067 / 343553 o 187067 / 343593 o 187142 / 343593 o 187142 / 343553 - Oppervlakte plangebied: 0.26 ha - Kadastraal: Gemeente Susteren, Sectie 1G, Perceel 514 - Eigendom: Particulier - Klic: Klic melding 12G086018 toont dat binnen het plangebied geen kabels of leidingen aanwezig zijn. - Grondgebruik: Tuin - Hoogteligging: ± 29 m +NAP - Bepaling locaties: GPS Garmin, meetlinten - Onderzoeksgebied bureauonderzoek: Cirkel met een straal van één kilometer rond het centrum van het plangebied 1.3 Onderzoek Op 18 maart 2012 is door ArcheoPro een Inventariserend Veldonderzoek Overig (IVO-O) uitgevoerd op een terrein aan de Breedenweg te Dieteren. Het archeologisch onderzoek betrof een Inventariserend Veldonderzoek Overig (IVO-O) met bureaustudie. Bureauonderzoek heeft tot doel om op basis van beschikbare informatie te komen tot een gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel. Het Inventariserend Veldonderzoek heeft vervolgens tot doel om het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel te toetsen door middel van veldwaarnemingen. Hiermee kan de vraagstelling beantwoord worden of binnen het plangebied archeologische waarden aanwezig (kunnen) zijn en of deze vervolgonderzoek en/of planaanpassing vereisen. Het onderzoek is uitgevoerd conform het PVA zoals in de offerte is aangegeven. Conform de KNA is voor een bureau- en/of booronderzoek geen PVE noodzakelijk.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 6 ArcheoPro voert haar onderzoeken uit conform de hiervoor vastgelegde normen en richtlijnen en is door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) vergunning verleend tot het verrichten van bepaalde archeologische werkzaamheden in het kader van het doen van opgravingen, bestaande uit prospectie door middel van booronderzoek. Het onderzoek is uitgevoerd door drs. R.P. Exaltus (senior-archeoloog),ing. P.J. Orbons (senior vakspecialist) en H. Rik (veldtechnicus). Figuur 1: De ligging van het plangebied (rood omlijnd) met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft. 1.4 Bouwplannen Binnen het plangebied is de bouw van drie zorgunits met groepsaccommodatie gepland zonder kelder, gefundeerd op een fundering (plaatfundering of standaardfundering) met een diepte van circa 60 centimeter onder het maaiveld. Het ontwerp van de zorgunits met groepsaccomodatie is in bijlage 2 weergegeven.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 7 2 Bureauonderzoek 2.1 Methode en bronnen Tijdens het bureauonderzoek wordt door de bestudering van beschikbare bronnen, kennis vergaard omtrent de bodem en geologie van het onderzoeksgebied en de hierin bekende en te verwachten archeologische waarden. Aan de hand van de resultaten van het bureauonderzoek kan de beste aanpak voor het veldonderzoek worden bepaald. Hierbij zijn de volgende bronnen geraadpleegd (voor bronvermelding; zie ook literatuurlijst, dit geldt ook voor de kaarten die in de tekst opgenomen zijn): -Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN) -Archeologische MonumentenKaart (AMK) -ARCHeologisch Informatie Systeem (ARCHIS) -Atlas van topografische kaarten Nederland 1955-1965, 1:50.000 -Bodemkaart 1:50.00 -Gemeente Echt-Susteren, Archeologische beleidskaart -Landschappen van Maas en Peel, J. Renes, 1999 -Geomorfologische kaart 1:50.000 -Geologische kaart 1:50.000 -Grote historische atlas van Nederland 1:50.000 1838-1857 (Deel Zuid) -Grote historische topografische atlas van Nederland, provincie Limburg 1:25.000 1894-1926 -Indicatieve Kaart Archeologische Waarden (IKAW) -Kadastrale minuutplan met aanwijzende tafels, 1830 -Tranchotkaart 1805 Figuur 2: Luchtfoto met daarop rood omlijnd het plangebied.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 8 2.2 Geo(morfo)logie, aardkunde en bodem Het plangebied lig in het Noordlimburgse Maasdal, ten oosten van de Maas. De afstand tot de huidige Maasloop bedraagt één á twee kilometer. Het Noordlimburgse Maasdal vormt een terrassenlandschap. Dit landschap is ontstaan gedurende de verschillende koude en warme perioden van het Kwartair. Tijdens koude perioden had de Maas een vlechtend karakter met een brede riviervlakte en een opeenhoping van sedimenten. Gedurende de overgang van een koude naar een warme periode sneed de rivier zich in het rivierterras in. Daarna ging de Maas meanderen, waarbij de rivier zich concentreerde in één geul en er verschillende sedimenten in de bedding, op de oever en in de naastgelegen komgronden werden afgezet. De oudste terrassen liggen hoog, de jongere lager. Het oppervlak van de terrassen wordt veelal gekenmerkt door een meanderend geulenpatroon en de bodemopbouw is vaak wat slibrijker naar boven toe. Dit is kenmerkend voor terrasafzettingen uit een warme periode Aan het einde van het Pleistoceen raakten deze terrassen deels afgedekt met dekzand. Het plangebied ligt geomorfologisch gezien op een dalvlakteterras. Het betreft een vrij vlak, laaggelegen gebied met hoogteverschillen van een halve tot anderhalve meter. Dit landschap is ontstaan onder invloed van overstromingen vanuit de Maas. Dit dalvlakteterras wordt doorsneden door geulen van een meanderend afwateringsstelsel (Figuur 3; legenda-eenheid 2R11). Door de meest westelijke hiervan stroomt de Geleenbeek en door de meest westelijke, de (gekanaliseerde) Middelgraaf. Op de uitsnede uit het Algemeen Hoogtebestand Nederland (AHN; figuur 6) zijn deze dalen duidelijk herkenbaar. Tevens is hierop te zien dat het plangebied op een soort rug ligt die min of meer west - oost loopt. Tegen de westrand van het onderzoeksgebied ligt een vlakte die is ontstaan door afgraving of egalisatie (Figuur 3; legenda-eenheid 2M48). Ter plaatse van het plangebied geeft de bodemkaart de aanwezigheid aan van ooivaaggronden die zijn gevormd in zware zavel en klei (legenda-eenheid KRd7 op figuur 4). Dergelijke ooivaaggronden worden gekenmerkt door beginnende bodemvorming met roestverschijnselen op vrij grote diepte. De grondwatertrap VIII geeft aan dat het goed ontwaterde gronden betreft.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 9 Figuur 3: Uitsnede uit de geomorfologische kaart met daarin rood omlijnd het plangebied met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 10 Figuur 4: Uitsnede uit de bodemkaart met daarin rood omlijnd het plangebied met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft. Voor uitleg van de codes, zie hoofdstuk 2.2

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 11 Figuur 5: Uitsnede uit de grondwatertrappenkaart met daarin rood omlijnd het plangebied met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 12 Figuur 6: Uitsnede uit het Actueel Hoogtebestand Nederland met daarin rood omlijnd het plangebied met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 13 2.3 Archeologie Volgens de Indicatieve Kaart Archeologische Waarden (IKAW 3.0) ligt het plangebied in een zone met een middelhoge kans op het aantreffen van archeologische waarden. Ook op de gemeentelijke beleidskaart heeft het gebied waarin het plangebied ligt een middelhoge archeologische verwachting. Op deze kaart is een hoge verwachting toegekend aan alle zones die binnen tweehonderd meter van (voormalig) open water liggen. Deze hoge verwachting geldt in het bijzonder voor nederzettingsresten uit het paleo- en mesolithicum. Statistisch onderzoek heeft namelijk uitgewezen dat resten uit deze twee vroege periodes met name voorkomen binnen landschappelijke gradiëntzones (Moonen, 2008). Het plangebied ligt buiten de oude kern van Dieteren (AMK-nummer 16587). Binnen het onderzoeksgebied ligt een groot aantal bekende archeologische vindplaatsen. Voor de archeologische verwachting binnen het plangebied zijn met name de vindplaatsen van belang die op dezelfde west oost gelegen hoogte liggen als het plangebied in de zone die op meer dan tweehonderd meter van (voormalig) open water ligt (in de zone met een middelhoge archeologische verwachting. Deze vindplaatsen zullen hieronder nader worden besproken. De waarneming 421864 ligt het dichtst bij het plangebied op slechts zestig meter ten noorden van het centrum van het plangebied en betreft de vondst van een bronzen munt uit de Romeinse tijd. Iets ten noorden hiervan ligt de waarneming 421866 (honderd meter ten noorden van het centrum van het plangebied) die de vondst betreft van bewerkt vuursteen uit het neolithicum, een haak, met twee klingnagels uit de middeleeuwen, bronzen handvatten en glas uit de nieuwe tijd, een bronzen staafje uit de periode Romeinse tijd tot late middeleeuwen en een (slijp)steen uit de periode late middeleeuwen tot nieuwe tijd. De waarnemingen 422842 en 422844 liggen maximaal driehonderd meter ten oosten van het plangebied en betreft de vondst van bewerkt (vuur)steen uit het neolithicum. Deze vondsten zijn gedaan tijdens een oppervlaktekartering. De waarneming 424817 ligt ruim driehonderd meter ten oosten van het plangebied. Hier is naast aardewerk uit de nieuwe tijd eveneens bewerkt (vuur)steen uit het neolithicum aangetroffen alsmede ruwwandig gedraaid aardewerk uit de periode van Romeinse tijd tot Middeleeuwen en aardewerk uit de middeleeuwen. Ook deze vondsten zijn gedaan tijdens een oppervlaktekartering. De waarneming 425129 ligt ruim driehonderd meter ten noordwesten van het en betreft een munt van keizer Conrad en bisschop Pilgrim uit 1027-1039 die is gevonden met een metaaldetector. De waarneming 425131ligt driehonderd meter ten noordoosten van het plangebied en betreft eveneens een metaaldetectorvondst. Het betreft een armband uit de periode Romeinse tijd tot middeleeuwen. De waarneming 406306 ligt ongeveer vijfhonderd meter ten westen van het plangebied en betreft de vondst van bewerkt vuursteen uit het neolithicum en van aardewerk uit de ijzertijd en de Romeinse tijd. De waarneming 406363 ligt ongeveer vierhonderd meter ten noordwesten van het plangebied en betreft eveneens de vondst van bewerkt vuursteen uit het neolithicum en van aardewerk uit de Romeinse tijd. De waarnemingen 421433, 412472 en 421474 liggen ruim vierhonderd meter ten westen van het plangebied. Hier is bewerkt vuursteen uit het neolithicum aangetroffen alsmede diverse vondsten uit de Romeinse tijd waaronder naast aardewerk, een spinklosje, glas en metaal. Deze waarnemingen liggen binnen AMK-terrein 11204. Dit terrein bevat sporen van bewoning (mogelijk een villa-complex) uit de Romeinse tijd. In 1971 zijn hier tijdens het graven van een bermsloot een laag dakpanpuin, stenen en brandsporen aangetroffen op een diepte van circa 50 cm. Tijdens een veldcontrole (Van der Gaauw 1994) werd ongeveer 40 meter oostelijker, iets hoger op de terrasrand, een kleine concentratie van Romeins

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 14 dakpanpuin, bouwmateriaal en enkele scherven Romeins aardewerk ontdekt. Weerstandsmetingen op dit terrein lieten op de plaats van de vondstconcentratie een kleine plek met hoge weerstanden zien. In grondboringen is op circa 30 cm diepte steeds op ondoordringbaar puin gestoten. De vondstmeldingen 416492, 416493 en 416494 liggen ten noordoosten van het plangebied en betreffen oppervlaktevondsten die zijn aan de rand van onderzoeksgebied 45225 aan de rand van een akker door werkgroep Echter land. De vondstmelding 416492 betreft aardewerk uit de vroege middeleeuwen, bewerkt vuursteen uit het neolithicum, aardewerk uit de nieuwe tijd, aardewerk uit de Romeinse tijd en aardewerk uit de late middeleeuwen. De vondstmelding 416493 betreft bewerkt (vuur)steen uit het neolithicum, glas uit de Romeinse tijd, aardewerk uit de ijzertijd, aardewerk uit de vroege middeleeuwen, aardewerk uit de late middeleeuwen, aardewerk uit de nieuwe tijd. De neolithische vondsten wijzen vrijwel zeker op een nederzettingsterrein of de periferie daarvan. De vondsten uit de middeleeuwen en nieuwe tijd vormen waarschijnlijk bemestingsaardewerk. De context van de vroeg middeleeuwse scherven en het ijzertijdaardewerk is vooralsnog onduidelijk. De vondstmelding 416494 betreft aardewerk uit de Romeinse tijd. Vanwege de slechte vondstzichtbaarheid bleef de context van de vondst onduidelijk. 2.4 Informatie amateurarcheologen Omdat het terrein een afgesloten gebied geweest is, zijn er geen amateurmeldingen nagegaan van deze onderzoekslocatie. De amateurmeldingen uit de omgeving zijn in Archis opgenomen en daarom in bovenstaand hoofdstuk verwerkt.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 15 Figuur 7: Kaart met Archis-gegevens met daarop een cirkel met een straal van één kilometer rond het plangebied die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 16 De cultuurhistorische waardekaart van de gemeente Echt-Susteren toont met betrekking tot het plangebied een middelhoge verwachting zonder nadere informatie. Figuur 8: Uitsnede uit de gemeentelijke beleidskaart

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 17 2.5 Historie De Tranchotkaart (zie figuur 9) uit 1805 laat zien dat het plangebied in die tijd uit bouwland bestond dat langs de noordelijke uitvalsweg van Dieteren lag. Volgens de kaart van de historische landschappen en historische relicten (zie figuur 10) ligt het plangebied langs de noordelijke uitvalsweg van Dieteren die al van voor 1805 stamt. Ook de landschappenkaart (figuur 11) toont dat het plangebied binnen bouwland lag. Figuur 9: Uitsnede uit de Tranchotkaart van 1805. Figuur 10: Uitsnede uit de kaart met historische landschapselementen/historische relicten mid-nrd Limburg (naar Renes, 1999).

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 18 Figuur 11: Uitsnede uit kaart van de historische landschappen

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 19 De kadasterkaart uit 1832 toont dat het plangebied destijds binnen perceel 344 lag. Uit de aanwijzende tafels blijkt dat dit perceel in eigendom was bij Lijnen en gebruikt werd als bouwland. Figuur 12: Uitsnede uit de kadastrale kaart uit 1832

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 20 Figuur 13 toont achtereenvolgens topografische kaarten van het onderzoeksgebied uit 1845, 1897, 1958 en 2009. Op deze kaarten is te zien dat het plangebied gedurende de negentiende eeuw uit onbebouwd akkerland bestond. In de twintigste eeuw is het plangebied overwegend in gebruik geweest als grasland met ongeveer in het midden daarvan een recreatie-verblijf. Ten oosten van het plangebied loopt van oudsher een weg die het noorden van Dieteren verbindt met de weg tussen Oud-Roosteren en Ophoven. De historische bouwdossiers van het plangebied zijn niet onderzocht aangezien uit de reeks historische kaarten zoals in figuur 13 is weergegeven, blijkt dat binnen het plangebied geen bebouwing aanwezig geweest is geweest in de periode waaruit historische bouwdossiers aanwezig kunnen zijn. Figuur 13: Uitsneden uit de topografische kaarten uit achtereenvolgens: 1845, 1897, 1958 en 2009.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 21 2.6 Gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel Specifieke ligging (locatie) Het plangebied ligt op een dalvlakteteras, ongeveer één á twee kilometer ten oosten van de Maas op een west-oost lopende hoogte waarop ook de oude kern van Dieren ligt. Het plangebied ligt echter buiten de oude kern, ten noorden hiervan pal ten westen van een historische weg. Verwachte perioden (datering) Op basis van de bekende gegevens omtrent archeologische waarden in het gebied moet worden geconcludeerd dat voor het plangebied op zijn minst een middelhoge archeologische verwachting geldt voor archeologische resten daterend vanaf het laat-paleolithicum. Voor resten uit het neolithicum, de ijzertijd, de Romeinse tijd en de vroege middeleeuwen, lijkt gezien de aanwezigheid van talrijke nabij gedane vondsten uit deze perioden uit dezelfde landschappelijke context als het plangebied, een hoge verwachting echter meer op zijn plaats. Door de ligging langs een historische weg geldt een middelhoge verwachting voor resten uit de middeleeuwen en de Nieuwe Tijd dateren. Complextypen Eventuele nederzettingsresten uit het paleolithicum en mesolithicum kunnen bestaan uit basisnederzettingen met een oppervlakte tussen tweehonderd en duizend vierkante meter. Voor de kleine tijdelijke kampementjes met zeer geringe afmetingen die nauwelijks meer zijn dan de neerslag van een enkele (jacht)activiteit of een kortstondig kamp geldt een lage verwachting; deze liggen veelal dichter in de buurt van landschapsgradiënten bij water en dergelijke. Resten uit het neolithicum, bronstijd, ijzertijd en de Romeinse tijd in het gebied zullen vooral van (semi)permanente nederzettingen afkomstig zijn en zijn minimaal enkele honderden vierkante meters groot. Nabij nederzettingsresten kunnen tevens sporen van begravingen, zowel in de vorm van crematiegraven als van inhumatiegraven, aanwezig zijn. Archeologische resten uit de middeleeuwen en nieuwe tijd kunnen eventueel bestaan uit offsite (greppels, wegen e.d.) verschijnselen of uit de resten van losse huisplaatsen. Uiterlijke kenmerken Veel van de in de omgeving aangetroffen vondsen zijn tijdens veldkarteringen anagetroffen. Dit betekent dat aan het oppervlak lossen vondsten kunnen liggen. Nederzettingsresten uit perioden tot en met de middeleeuwen kunnen voorkomen als concentraties van vondstmateriaal (met name aardewerk en bouwmateriaal bestaande uit natuursteen, baksteen of verbrande leem en houtskool) of als vullingen van afvalkuilen, paalkuilen, waterputten, e.d onder de bouwvoor. Eventuele sporen van begraving kunnen resten van crematies of inhumatiegraven betreffen. Deze komen voor in zowel kleine clusters van enkele graven als in grote grafvelden van vele tientallen graven. Off-site verschijnselen uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd kunnen worden verwacht in de vorm van bijvoorbeeld greppels, grensstenen, wegen of ploegsporen. Mogelijke verstoringen Door het gebruik als akker in de negentiende eeuw, zal op zijn minst oppervlakkige bodemverstoring zijn opgetreden. Het gebruik als recreatieterrein in de twintigste eeuw, heeft mogelijk plaatselijk tot diepere bodemverstoring geleid.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 22 2.7 Onderzoeksstrategie Tijdens het veldwerk moet allereerst worden vastgesteld hoe de bodem is opgebouwd, in hoeverre deze intact is en of hierin archeologische indicatoren aanwezig (kunnen) zijn. Om de bodemopbouw zo exact mogelijk te kunnen bestuderen kan het beste gebruik gemaakt worden van een guts. Indien blijkt dat de huidige grondbewerking tot in de natuurlijke bodem reikt en een goede vondstzichtbaarheid heerst, is een oppervlaktekartering een geschikte methode voor het opsporen van archeologische indicatoren. Indien een oppervlaktekartering niet mogelijk is of in onvoldoende mate effectief zal zijn, wordt nageboord met een edelmanboor met een diameter van 15 cm (of per boorpunt tweemaal met een boor met een diameter van 12 cm). Het hiermee opgeboorde is laagsgewijs afgesneden. Binnen het plangebied zijn zes boorpunten verdeeld over een zo gelijkmatig mogelijk netwerk. Hierdoor is binnen het 0,26 hectare grote plangebied een boordichtheid bereikt van ruim twintig boringen per hectare. Een dergelijke boordichtheid voldoet volgens de Leidraad inventariserend veldonderzoek; Deel: karterend booronderzoek (SIKB, 2006), als zoekoptie om vindplaatsen vanaf de steentijd in klei op te sporen (zoek-optie A6). Zelfs met de door ArcheoPro gehanteerde hoge boordichtheid is op basis van booronderzoek nooit te garanderen dat alle typen archeologische resten kunnen worden opgespoord. De kans op het aantreffen van grondsporen is bijvoorbeeld aanmerkelijk groter indien een proefsleuvenonderzoek wordt uitgevoerd. Een dergelijke aanpak zou echter in dit stadium van het onderzoek een te zwaar middel vormen en dient pas te worden toegepast na vaststelling dat een intact bodemprofiel aanwezig is met daarin archeologische indicatoren. Van alle boorpunten is de NAP-hoogte bepaald door middel van het AHN en de waterpas. Figuur 14: Het plangebied nabij boring 3, gezien in zuidelijke richting

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 23 3 Veldonderzoek 3.1 Verrichte werkzaamheden - Positie boringen: regelmatige verdeling over het plangebied, zie figuur 17. - Gebruikt boormateriaal: guts met diameter van 3 cm / edelmanboor met diameter van 12 cm (2x). - Totaal aantal boringen: 6 - Boorgrid: 20x25 m - Boordichtheid: 20 boringen per hectare - Geboorde diepte: -2.00 m Mv - Inmeten boorlocaties: GPS, meetlint en waterpas - Boorbeschrijving: Archeologische Standaard Boorbeschrijving (ASB 5.1) - Inspectie bodemontsluitingen en/of oppervlaktekartering: In verband met de begroeiing van het plangebied was geen oppervlaktekartering mogelijk. Evenmin waren bodemontsluitingen aanwezig die geïnspecteerd konden worden op de aanwezigheid van archeologische indicatoren. 3.2 Resultaten booronderzoek Binnen het plangebied zijn twee west-oost gerichte boorraaien gezet met elk drie boringen in een boorraster van 20x25. Dit is een boordichtheid van 20 boringen per hectare. Voor het plangebied van 0.26 hectare zouden 5.2 boringen gezet moeten worden. Er zijn daarom 6 boringen gezet. Op alle boorpunten is driemaal geboord. Éénmaal met de 3 centimeter guts tot minimaal 1.6 meter onder het maaiveld waarbij nauwgezet de lagen in het bodemprofiel bestudeerd zijn en waarbij het opgeboorde materiaal tevens is geïnspecteerd op de aanwezigheid van archeologische indicatoren. Vervolgens is per boorpunt tweemaal geboord met een edelmanboor met een diameter van twaalf centimeter tot dezelfde diepte als met de guts. Het met de edelmanboor opgeboorde materiaal is zorgvuldig laagsgewijs afgesneden en geïnspecteerd op de aanwezigheid van archeologische indicatoren. Bij een boordiameter van twaalf centimeter wordt per geboorde centimeter een bodemvolume van 113 cm 3 opgeboord. In totaal zijn 12 boringen (tweemaal zes boringen) met een diameter van twaalf centimeter verricht. Dit is een bodemvolume van 1357 cm 3 per geboorde centimeter. Zou gekozen zijn voor een boorraster van 17 x 20 meter, dan zouden 8 boringen zijn gezet met een edelmanboor met een diameter van twaalf centimeter. Hierbij zou een bodemvolume van 905 cm 3 per geboorde centimeter opgeboord zijn. Door het dubbel boren in het 20 x 25 boorraster is dus vijftig procent meer bodemvolume opgeboord dan wanneer gewerkt zou zijn in een 17 x 20 boorraster met een edelmanboor met een diameter van 15cm. Het booronderzoek overtreft de gestelde booreisen derhalve ruimschoots doordat er 50% meer bodemvolume is opgeboord en doordat het voorboren met een guts een beter inzicht biedt in de laagopbouw dat wanneer alleen met een edelmanboor zou zijn geboord. De ligging van de boorpunten is weergegeven op de boorpuntenkaart. De resultaten van het booronderzoek zijn opgesomd in Bijlage 1. Bovenin de boringen is een dertig tot zestig centimeter dikke teeltlaag aangetroffen die bestaat uit humusrijke klei. Hieronder is stevige, zwak zandige en zwak humeuze klei aangetroffen die op een diepte van zeventig tot tachtig centimeter beneden het maaiveld overgaat in matig zandige klei. Ook deze klei is stevig en zwak humeus. Deze klei gaat op ruim een meter beneden het maaiveld over in sterk zandige klei. Deze klei is matig stevig en bevat nauwelijks humus. Onderin alle boringen (vanaf een diepte van ongeveer anderhalve meter beneden het maaiveld) is zwak grindhoudend zand aangetroffen.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 24 Ondanks het zorgvuldig laagsgewijs afsnijden van het hierbij opgeboorde materiaal, zijn in geen van de boringen (gutsboringen en edelmanboringen) relevante archeologische indicatoren aangetroffen. De enige vondsten zijn afkomstig uit de teeltlaag en bestaan uit moderne insluitsels zoals brokjes antraciet en een deeltjes hardgebakken, oranje baksteenpuin (zie figuur 15). Figuur 15: Foto van ter plaatse van boorpunt 4 opgeboord materiaal met daarin brokjes baksteenpuin

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 25 Figuur 16: Boorprofielen

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 26 Figuur 17: Boorpunten met verstoringsdiepten.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 27 4 Conclusies en aanbevelingen (beleidsadvies) Volgens het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel geldt voor het plangebied een middelhoge archeologische verwachting voor archeologische resten daterend vanaf het laatpaleolithicum en een hoge verwachting voor resten uit het neolithicum, de ijzertijd, de Romeinse tijd en de vroege middeleeuwen. Door de ligging langs een historische weg geldt een middelhoge verwachting voor resten uit de middeleeuwen en de Nieuwe Tijd dateren. Om de kans op het aantreffen van archeologische indicatoren zo groot mogelijk te maken zijn binnen het plangebied zes boringen gezet met behulp van een guts en een megaboor. Uit het met de guts verrichte onderzoek blijkt dat de bodem binnen het plangebied uit naar boven toe fijner wordend materiaal bestaat. Onderin de boringen is zwak grindhoudend zand aangetroffen dat via sterk- en matig zandige klei overgaat in zwak zandige klei. Hieruit valt af te leiden dat het plangebied doorheen de tijd geleidelijk aan steeds minder direct onder invloed van de maas kwam te staan en de afzettingsomstandigheden derhalve steeds rustiger werden. Ondanks het per boorpunt tweemaal naboren met een edelmanboor met een diameter van 12 cm, zijn in geen van de boringen relevante archeologische indicatoren aangetroffen. De resultaten van het onderzoek geven derhalve geen aanleiding om archeologisch vervolgonderzoek te adviseren. Evenmin zijn tijdens het onderzoek archeologische resten aangetroffen waarmee tijdens de verdere planvorming of bij de uitvoering van de geplande werkzaamheden rekening zou moeten worden gehouden. In verband met het volledig ontbreken van archeologische indicatoren binnen het plangebied, zijn de KNA-onderdelen Waardestelling en Beleidsadvies, in dit rapport niet nader uitgewerkt. In alle gevallen geldt dat indien archeologische materialen en/of sporen aangetroffen worden, deze gemeld dienen te worden bij de gemeente Echt-Susteren, conform Monumentenwet 1988, laatste wijziging van 1 september 2007, paragraaf 7, artikel 53 en verder.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 28 Verklarende woordenlijst: BP: Before Present (present = 1950) GPS: Global Positioning System IVO: Inventariserend VeldOnderzoek NAP: Normaal Amsterdams Peil. RCE: Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed SIKB: Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer Archeologische tijdschaal Periode Datering Midden- en Laat Paleolithicum (oude steentijd) 250.000-9000 Mesolithicum (midden steentijd) 9000-4500 Neolithicum (nieuwe steentijd) 4500-2000 Bronstijd 2000-800 IJzertijd 800-12 v. chr. Romeinse tijd 12 v chr. - 500 n. chr. Vroege middeleeuwen 500-1000 Volle middeleeuwen 1000-1250 Late middeleeuwen 1250-1500 Nieuwe tijd 1500 - heden Bronnen Grote historische Provincie Atlas van Nederland; deel 4 Zuid-Nederland 1838-1857 1:50.000. Topografische dienst Wolters Noordhoff Groningen 1990 Grote historische topografische Provincie Atlas Limburg; 1894-1926 1:25.000. Nieuwland Tilburg 2006 Grote topografische atlas van Nederland 1:50.000 Deel 4 Zuid-Nederland. Topografische dienst. Wolters Noordhoff Groningen 1997 Kadastrale minuut 1830 met aanwijzende tafels, (www.watwaswaar.nl) Kadaster Topografische Dienst, Top25Raster, Top10Vector, GBKN kaarten, Emmen 2008 Luchtfoto, http://maps.google.nl Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, IKAW 2 (Indicatieve kaart Archeologische Waarden), Amersfoort. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, AMK (Archeologische monumentenkaart), Amersfoort. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, ARCHIS II (Archeologisch Informatie Systeem), http://archis2.archis.nl/ Rijkswaterstaat, Servicedesk Data, AHN (Actueel Hoogtebestand Nederland), Delft. Stichting voor Bodemkartering, Bodemkaart van Nederland 1:50.000. Wageningen, 1968.

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 29 Stichting voor Bodemkartering: Geomorfologische kaart van Nederland 1:50.000, Staring Centrum, Wageningen, 1989 Stichting voor Bodemkartering, Geologische kaart van Nederland 1:50.000. Wageningen, 1968. Tranchot en v. Muffling, Kartenaufnahme der Rheinlande 1803-1820 Twaalf provinciën 2007. Atlas van topografische kaarten. Nederland 1955-1965. Uitgeverij twaalf provinciën. Landsmeer. Paumen, G.W.F.M., Landschappelijke inpassing en tegenprestatie Bouwplan Mts Houtackers, Breedenweg 4, 6114 LA Dieteren PNR 6114LA4-280211 / AGP 120411, Roermond 2012 Literatuur Berendsen, H.J.A. & E. Stouthamer, 2001. Palaeogeographic development of the Rhine-Meuse delta, The Netherlands. Assen. Cate, J. A. M. ten. A. F. van Holst, H. Kleijer en J. Stolp, 1995. Handleiding bodemgeografisch onderzoek; richtlijnen en voorschriften. Deel A: Bodem. Wageningen, DLO-Staring Centrum. Technisch Document 19A. Es. Van W.A., Sarfatij, H. & P.J. Woltering (red.) 1988. Archeologie in Nederland; De rijkdom van het bodemarchief. Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek. Amersfoort. Kuiper, M. 2006/2007. Atlas van topografische kaarten Nederland, 1955-1965. Uitgeverij 12 Provinciën, Landsmeer. Leidraad inventariserend veldonderzoek; Deel: karterend booronderzoek (SIKB, 2006) Renes, J. Landschappen van Maas en Peel, Maastricht, 1999

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 30 Bijlage 1: Boorbeschrijving Algemene kopgegevens Soort boring BAR Projectnummer 12-061 Projectnaam Breedenweg, Dieteren Deelgebied Nvt Organisatie ArcheoPro OM-nummer 51400 coördinaatsysteem RD2000 Coördinaatsysteemdatum ETRS89 Locatiebepaling GPS en meetlint Referentievlak NAP Bepaling maaiveldhoogte AHN Waterpas Boormethode Guts en edelman Boordiameter 3 cm en 12 cm Opdrachtgever Aelmans Posities van de boringen (boorlocaties) Boornummer XCO YCO MA, M s tov NAP 1 187077.7 343583.8 29.49 2 187103.8 343586.5 29.24 3 187124.8 343588.7 29.27 4 187077.9 343562.0 29.52 5 187104.2 343561.8 29.24 6 187128.0 343563.7 29.24 Boorbeschrijving volgens ASB 5.1 Boor LDO Lithologie Kleur Overige kenmerken AIS Nr GD B K BS BZ B G BH HK TK IK VLK C O PLH VS SST BHN BI GI 1 30 K 3 BR DO Ap BOV 90 K 1 BR LI AC 110 K 1 BR GR Cg 140 K 2 1 BR GR Cg 200 Z 1 BR GR C 2 30 K 3 BR DO Ap BOV 80 K 1 BR LI AC 110 K 1 BR GR Cg 170 K 2 1 BR GR Cg 200 Z 1 BR GR C 3 60 K 3 BR DO Ap BOV 80 K 1 BR LI AC 110 K 1 BR GR Cg 160 K 2 1 BR GR Cg 200 Z 1 BR GR C 4 30 K 3 BR DO Ap BOV 80 K 1 BR LI AC 110 K 1 BR GR Cg 130 K 2 1 BR GR Cg 160 Z 1 BR GR C 5 35 K 3 BR DO AP BOV 70 K 1 BR LI AC 120 K 1 BR GR Cg 160 K 2 1 BR GR Cg 200 Z 1 BR GR C 6 35 K 3 BR DO AP BOV 80 K 1 BR LI AC 140 K 1 BR GR Cg 160 K 2 1 BR GR Cg 200 Z 1 BR GR C Betekenis van de afkortingen: LDO Onderzijde boortraject Lithologie: GD Onverharde sedimenten: G = grind, K = klei, L = leem, V = veen en Z = zand Bijmengsels: BK = bijmengsel klei, BS = bijmengsel silt, BZ =bijmengsel zand, BG= bijmengsel grind, BH = bijmengsel humus. Betekenis toegevoegde cijfers: 1 = zwak, 2 = matig, 3 = sterk en 4 = uiterst. Kleur: HK = hoofdkleur, BL = blauw, BR = bruin, GE = geel, GN = groen, GR = grijs, OL = olijf, OR =oranje, PA = paars, RO = rood, RZ = roze, WI = wit, ZW = zwart. TK = Tweede kleur (kleurafkortingen als boven). IK = Intensiteit kleur: LI = licht en DO = donker VLK = Vlekken (V): 2 e en 3 e letter is kleurafkorting als boven, 1 = weinig, 2 = matig, 3= veel

Archeologische onderzoek Breedenweg, Dieteren Gemeente Echt-Susteren. ArcheoPro Rapport, 12044, Pagina 31 Overige kenmerken: CO = Consistentie (C ): ZSL-zeer slap, SLA-slap, MSL-matig slap, MST-matig stevig, STV-stevig PLH = plantenresten (PL0 = geen, PL1 = spoor, PL2 = weinig, PL3 = veel) VS = veensoorten SST = Sedimentaire structuren BHN = Bodemhorizont; BHC = C-horizont BI = Bodemkundige interpretaties; BOV = bouwvoor, ROG = rommelig, OPG = opgebracht GI = Geologische interpretaties AIS = Archeologische indicatoren Bijlage 2: Bouwplan Uitsnede uit Landschappelijke inpassing en tegenprestatie Bouwplan Mts Houtackers, Breedenweg 4, 6114 LA Dieteren PNR 6114LA4-280211 / AGP 120411, pagina 6.