Externe veiligheid rondweg Oudenbosch Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen



Vergelijkbare documenten
Risicoberekening vervoer gevaarlijke stoffen Randweg Zundert

Quickscan Externe Veiligheid N240

Quickscan externe veiligheid Woningbouw Merellaan te Capelle aan den IJssel

Goirle, Vennerode. Onderzoek externe veiligheid. Auteur(s) drs. M. de Jonge. Opdrachtgever Woonstichting Leyakkers Postbus AB Rijen

Quickscan externe veiligheid Landgoed 'Klein Wolfswinkel' te Renswoude

N307 Passage Dronten Quickscan externe veiligheid

datum 26 februari 2015 aan Ben van der Waal Gemeente Muiden Joris Jennen Roel Kouwen

Rapportage quickscan externe veiligheid

Onderzoek externe veiligheid Sportpark Van den Wildenberg

Onderzoek externe veiligheid Ontwikkeling De Krijgsman te Muiden

Quickscan Externe Veiligheid uitbreiding recreatieterrein d'olde Kamp te Ansen

Memo. Inleiding. Beleidskader

Risicobeschouwing vervoer gevaarlijke stoffen uitbreiding vakantiepark Koeveringsedijk 5

Memo. Inleiding. memonummer datum 11 mei 2016 Lisette Groen Maayke Houtman Louis de Nijs

Externe veiligheid. Algemeen

Onderzoek externe veiligheid. Ontwikkeling De Krijgsman te Muiden

Risicoberekening rijksweg A28 Vakantieparken Onze Woudstee en Dennenhoek Harderwijk

Wateringse Veld Noord. Locatie Zonnepit-Populier-Steijnhof-Leyhof Quickscan externe veiligheid

Kwantitatieve Risico analyse (QRA) A27 Hoef en Haag

Quickscan externe veiligheid

Externe veiligheid. Bestemmingsplan Lingehof Beesd

Onderzoek externe veiligheid, deel A: inventarisatie risico's

Onderzoek externe veiligheid Ontwikkeling De Krijgsman te Muiden

Opdrachtgever Gemeente Zaltbommel Postbus DA Zaltbommel. Risicoberekening A2 tbv bestemmingsplan 'Zaltbommel, Van Voordenpark'

Quickscan externe veiligheid Centrum Vught e.o. Kwalitatieve beschouwing relevante risicobronnen

Risicobeschouwing vervoer gevaarlijke stoffen N50 door Kampen

Opdrachtgever Gemeente Zaltbommel Postbus DA Zaltbommel. Risicoberekening A2 tbv bestemmingsplan 'Zaltbommel, Van Voordenpark'

Memo. memonummer 1 datum 26 februari J. Eskens. Bestemmingsplan Roodeschool Eemshaven projectnr Notitie Externe veiligheid

Risicoberekening Spoor Vakantieparken Onze Woudstee en Dennenhoek Harderwijk

Bestemmingsplan Roodeschool - Eemshaven Risicoberekeningen vervoer gevaarlijke stoffen

Planlocatie Nuland Oost te Nuland

Bestemmingsplan Kern Roosteren. Teksten t.b.v. verantwoording groepsrisico

Externe veiligheid Nijmegen Hermesterrein Risicoberekening spoortraject

Quickscan externe veiligheid

Quickscan externe veiligheid Zorglandgoed Stegerveld te Stegeren

memo betreft: Quickscan externe veiligheid, Westzijde , Zaandam, ons kenmerk

BUREAUSTUDIE EXTERNE VEILIGHEID BEDRIJVENTERREIN STEPELERVELD

Bestemmingsplan Dorpshart Oijen bijlage 3 - quickscan externe veiligheid

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 16 maart C. Land

Externe veiligheidsparagraaf. Bestemmingsplan Skoatterwald

Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken

Advies externe veiligheid

BEOORDELING Exter n e v e i l i g h e i d B e s t e m m i n g s p l a n Z u i d - W e s t, L e i d e r d o r p 2 1 d e c e m b e r

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen N388 Bestemmingsplan Kalkovens en vissershuisje Zoutkamp

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen provinciale weg N 996 en Spoorwegtraject Sauwerd Delfzijl te Loppersum

1 Aanleiding. 2 Wettelijk kader. Memo

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Omgevingsplan De Geer. : Gemeente Amersfoort, mevrouw C. Heezen

Externe Veiligheid beheersverordening Prins Hendrikpark te Baarn

Risicoberekening Betuweroute Pannenhuis II

memo betreft: Quickscan externe veiligheid woontoren Bètaplein Leiden (120728)

QRA wegvervoer N329. Bestemmingsplan N329. Auteurs: G.A. van der Veen T.A. van der Linde. Opdrachtgever Gemeente Oss Postbus BA Oss

Notitie 1. Inleiding

Opdrachtgever Gemeente Zundert Postbus GA Zundert. Verantwoording van het groepsrisico bestemmingsplan Verlengde Hofdreef

Notitie. Onderzoek externe veiligheid Lelystad bestemmingsplan Stadsrandgebied. 1 Inleiding

Risicobeschouwing vervoer gevaarlijke stoffen per spoor

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Kwantitatieve risicoanalyses schoolgebouwen

Inventarisatie Externe Veiligheid voormalig kazerneterrein Venlo

Pierikstraat 11 te Gaanderen Rozenhagelaan 18a (De Overtuin) te Velp. Gemeente Doetinchem. Gemeente Rheden

risico-inventarisatie beheersverordening Paterswoldsemeer

Onderzoek externe veiligheid deel B: Verantwoordingsplicht groepsrisico

Waterdunen. Verantwoording groepsrisico; nieuwe locatie hotel. Auteur: A.S. Veger MSc. Opdrachtgever Provincie Zeeland Postbus AD Middelburg

Externe veiligheidsrisico s transport gevaarlijke stoffen over het spoor. DWI-locatie, Polderweg 1 te Amsterdam

Notitie. 1 Inleiding. 2 Ligging van het plangebied

Risicoanalyse transport spoor

Externe veiligheid en 20 woningen Noordwolderweg te Bedum

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 21 juni L. Gelissen

Risicoanalyse transport Spoor en Vaarwegen

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Bestemmingsplan Verdistraat 53 Amersfoort. : Gemeente Amersfoort, mevrouw N. Ludeking

risico inventarisatie Felland Haren

Externe Veiligheid bestemmingsplanherziening Kavel 15 Vathorst (Ierse Pond)

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax

Externe Veiligheid 47 extra woningen Vathorst

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Externe Veiligheid haalbaarheidstoets Stationsstraat short stay appartementen

Externe veiligheid en verdubbeling / verbreding N366

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid bestemmingsplanherziening Kavel 15 Vathorst (kavel Vahstal) : Gemeente Amersfoort, mevrouw C.

Externe Veiligheid ontwikkeling Amefa-terrein Apeldoorn

Rapportnummer: 2012/Polyplus/01

Intern memo. Projectteam bestemmingsplan Staatsliedenwijk. Archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobilliteit. Gert-Jan van de Bovenkamp

: De heer H. Draaisma : Postbus 126 : 2200 AC Noordwijk

rziening b ngsplan D eiland erden

Externe Veiligheid Stationskwartier, deelgebied C

Externe Veiligheid bestemmingsplan ABC Liendert

Extern veiligheidsonderzoek Bestemmingsplan Multizorgcentrum Uden. Risicoberekening t.g.v. vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg

ONDERZOEK EXTERNE VEILIGHEID A9 AANSLUITING HEILOO

Groepsrisicoberekening Nijverdalsestraat Wierden (tussen 113 en 115) projectnummer Einsteinstraat 12a 7601 PR Almelo. Versie: 1.

1.1 Externe veiligheid Beoordelingskader

Externe Veiligheid bestemmingsplan Noordelijke Rondweg Voorthuizen

Ten behoeve van besluitvorming omtrent de mogelijk te maken ruimtelijke ontwikkeling is onderzoek verricht naar het aspect externe veiligheid.

Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie

Beoordeling externe veiligheid plangebied. De Wolder te Maastricht

Rotterdam Parkhaven EV Quickscan. Woningbouwontwikkeling Euromast Rotterdam

Notitie. : Aldi Oosterbroekweg Gronsveld. Datum : 1 juni 2015 : Externe veiligheid. 1 Inleiding

Quickscan externe veiligheid woningbouwlocatie Beekzone in Twello

Risico-inventarisatie Uitbreidingslocatie Golfbaan Wageningen

Risicoberekeningen spoor Den Bosch Stationskwartier Locatie F

Intern memo. Projectteam Uitwerkingsplan Almere Poort - Duin 1e fase. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Verantwoording groepsrisico

RGLO MIT4 BSLI WP 7.13 L RAPPORT EXTERNE VEILIGHEID

Transcriptie:

Externe veiligheid rondweg Oudenbosch Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen projectnr. 188839 revisie 00 April 2009 ing. M.D.J. van Gerwen Opdrachtgever Gemeente Halderberge Postbus 5 4730 AA Oudenbosch datum vrijgave beschrijving revisie 1.0 goedkeuring vrijgave september 2009 definitief J. Eskens C. Helmes

Inhoud Blz. 1 Inleiding 3 1.1 Doel 3 1.2 Aanpak 4 1.3 Aannames 5 1.4 Juridisch kader 5 1.4.1 Toekomstig juridisch kader 6 1.5 Proces 6 2 Beleidskader externe veiligheid 7 3 Planbeschrijving 9 3.1 Ruimtelijke alternatieven bij het ruimtelijk besluit 9 4 Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen over de weg 11 4.1 Uitgangspunten 11 4.2 Plaatsgebonden risico 13 4.3 Uitgangspunten risicoberekening transport over de weg 13 4.4 Groepsrisico 14 4.5 Conclusies 15 5 Conclusie 16 Bijlage 1: RBM berekening 17 blad 1 van 17

Ingenieursbureau Oranjewoud B.V.. Alle rechten voorbehouden. Behoudens uitzonderingen door de wet gesteld, mag zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbenden niets uit dit document worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, digitale reproductie of anderszins of worden toegepast op situaties waarvoor dit rapport oorspronkelijk niet bedoeld was. Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele schade voorvloeiend uit onderzoek waarbij gebruik is gemaakt van rekenprogramma's waarvan het gebruik van overheidswege verplicht is gesteld. Ook voor verschillen in uitkomsten met eerdere en/of toekomstige versies van deze rekenprogramma's kan Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. niet verantwoordelijk worden gehouden. blad 2 van 17

1 Inleiding De gemeente Halderberge is voornemens om een nieuwe rondweg aan te leggen ten zuiden van de kern Oudenbosch. Thans moet het wegverkeer dat vanaf Hoeven en Etten- Leur naar de A17 wil, door de kern Oudenbosch rijden, zo ook het vrachtverkeer voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Deze bestaande route door Oudenbosch gaat onder meer langs woonwijken met hoge personendichtheden (drukke woonwijk). Deze route is aangegeven op kaart 1. Het externe veiligheidsaspect is één van de redenen waarom dit vervoer door Oudenbosch ongewenst is, omdat er vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg plaatsvindt. De keuze voor het alternatieve traject, de rondweg Oudenbosch, is op basis van eerder onderzoek al gemaakt. Voor de gemaakte keuze van de rondweg zal een bestemmingsplanprocedure worden opgestart. Het onderhavige onderzoek naar de externe veiligheidsveiligheidsaspecten dient om een actueel inzicht te krijgen en om aan te sluiten bij de nieuwe regelgeving 1 hieromtrent. Kaart 1: nieuw tracé (rood) ten aanzien van bestaand tracé. 1.1 Doel Het doel van het onderzoek is om in het kader van het opstellen van het bestemmingsplan de aanwezige potentiële risico's in kaart te brengen en te beschrijven wat de consequenties kunnen zijn voor geplande ontwikkelingen. Aangetoond zal worden dat de aanleg van de rondweg Oudenbosch voldoet aan de geldende normen voor externe veiligheid. Tevens dient de rapportage als basis voor een mogelijke invulling van de verantwoordingsplicht door het bevoegd gezag. 1 De circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, juli 2008. blad 3 van 17

1.2 Aanpak Oranjewoud is gevraagd om in het kader van deze ontwikkeling de volgende drie zaken uit te voeren: 1. kwalitatieve risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen over de weg; 2. kwantitatieve analyse plaatsgebonden risico; 3. kwantitatieve analyse groepsrisico. 1. Kwalitatieve risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen over de weg Daar het tracé nabij de A17 ligt is het te verwachten dat over het tracé ook gevaarlijke stoffen worden getransporteerd. Dit heeft gevolgen voor de hoogte van het groepsrisico van de directe omgeving bij het tracé, alsmede kunnen wettelijke belemmeringen optreden als gevolg van de aanwezigheid van 10-6 plaatsgebonden risicocontouren. Tevens is bekend dat thans langs de LPG-tankstations in Oudenbosch vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt, dat mogelijk over de nieuw aan te leggen rondweg zal gaan. Vandaar dat dit kwalitatief onderzocht zal worden in dit onderzoek. 2. Kwantitatieve analyse plaatsgebonden risico Door middel van een kwantitatieve inschatting van het vervoer van gevaarlijke stoffen over het tracé zal met het berekeningsprogramma RBM II ingeschat worden of er beperkingen gelden door de aanwezigheid van 10-6 plaatsgebonden risicocontouren. Hierdoor wordt geanalyseerd of er wettelijke belemmeringen rondom de rondweg komen te liggen. 3. Kwantitatieve analyse groepsrisico Daar het niet mogelijk is het vervoer van gevaarlijke stoffen over het tracé exact te bepalen is een kwalitatieve inschatting in eerste instantie op zijn plaats. Echter om het Groepsrisico zo inzichtelijk mogelijk te maken is een kwantitatieve analyse uitgevoerd van het Groepsrisico. Deze kwantitatieve analyse is bepaald aan de hand van de ligging van de 10-8 contour afkomstig van het berekeningsprogramma RBM II. Deze contour dient als indicatie voor de afstand waarop aanwezige personen nog zichtbare invloed hebben op de hoogte van het Groepsrisico. 4. Mogelijke invulling Verantwoordingsplicht De berekeningen voor het plaatsgebonden risico (zie hoofdstuk 2 voor een nadere toelichting) en de kwalitatieve analyse van het groepsrisico zijn elementen die zijn aan te dragen voor de invulling van de verantwoordingsplicht. De elementen voor de invulling van de verantwoordingsplicht zijn ontleend aan de 'circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen'. Over de noodzaak tot de invulling van de verantwoordingsplicht wordt verwezen naar hoofdstuk 2. De verantwoording ligt bij het bevoegd gezag, in dit geval is dat de gemeenteraad van de gemeente Halderberge. 5 Conclusievorming, advies en rapportage Het uiteindelijke resultaat van dit onderzoek is deze rapportage, waarin de werkwijze, de resultaten en conclusies inclusief de consequenties voor de ontwikkeling van het plangebied zijn weergegeven. blad 4 van 17

1.3 Aannames Voor het aspect externe veiligheid zijn de concrete verkeerstellingen vervoer gevaarlijke stoffen noodzakelijk die op de (huidige) N641 ofwel de nieuwe rondweg gaan rijden. Echter zijn zowel bij de gemeente, provincie als Rijkswaterstaat geen vervoersgegevens van deze weg bekend. Daarom is gebruik gemaakt van zogeheten aannames. Voor de totstandkoming van deze aannames wordt verwezen naar hoofdstuk 4. Samengevat geldt dat het vervoer van gevaarlijke stoffen over de nieuwe rondweg ongeveer overeenkomt met de bevoorrading van de twee LPG-tankstations die in Oudenbosch gevestigd zijn. De gemeente Halderberge en de lokale brandweer hebben op 10 april 2009 ingestemd met de voorgestelde aannames van Oranjewoud welke in dit rapport zijn toegepast. 1.4 Juridisch kader Vigerende bestemmingsplannen De nieuwe rondweg is niet passend binnen de bestemmingen van de ter plaatse geldende bestemmingsplannen. Om die reden wordt een bestemmingsplanprocedure doorlopen. In het kader van deze procedure is externe veiligheid een onderdeel wat onderzocht dient te worden. Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen In het kader van de bestemmingsplanprocedure voor de weg is de risicobenadering in de 'circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen' van toepassing. Dat betekent dat voldaan moet worden aan de normen voor het plaatsgebonden risico en dat het bevoegd gezag mogelijk de verantwoordingsplicht moet invullen. De verantwoordingsplicht is van toepassing als: het groepsrisico boven de oriëntatiewaarde ligt er sprake is van een toename van het groepsrisico onder de oriëntatiewaarde Indien de verantwoordingsplicht van toepassing is, dient het bevoegd gezag, de elementen van de verantwoordingsplicht te beoordelen. Doel hierbij is het optimaliseren van de veiligheid. Ook dient het bevoegd gezag zich uit te spreken over de aanvaardbaarheid van het restrisico. Het bevoegd gezag bij deze bestemmingsplanprocedure is de gemeenteraad. Bij de besluitvorming dient de regionale brandweer / veiligheidsregio in gelegenheid te worden gesteld om te adviseren. En hoewel dit niet als zodanig wordt genoemd in de circulaire, is het logisch om de betrokken gemeente (in dit geval de gemeente Halderberge) in de gelegenheid te stellen om advies in te brengen. De verantwoordingsplicht wordt ingevuld voor het gebied waarop tracé van toepassing is, maar dient beoordeeld te worden in samenhang met de omgeving van tracé-gebied. Conform de rekenprotocollen voor het bepalen van het groepsrisico mogen verkeersdeelnemers niet betrokken worden bij het berekende groepsrisico. In de Handreiking verantwoordingsplicht groepsrisico (versie november 2007) is echter wel aangegeven dat bij de beoordeling van de overige elementen van de verantwoordingsplicht de gevolgen voor de blad 5 van 17

verkeersdeelnemers moeten worden betrokken. De 'circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen' verwijst naar deze handreiking als beoordelingskader. 1.4.1 Toekomstig juridisch kader Het Basisnet -weg is in voorbereiding. Op 5 december 2008 heeft de minister van Verkeer en Waterstaat het concept Besluit transportroutes externe veiligheid gepubliceerd incl. de toelichtende bijlagen. Wat is het Basisnet? Vervoer van gevaarlijke stoffen vindt sinds jaar en dag plaats via de weg. Knelpunt hierbij is dat er geen plafond bestaat voor de omvang en samenstelling van dit vervoer. Theoretisch kan het vervoer ongelimiteerd toenemen, met dan eveneens ongelimiteerde gevolgen voor de ruimtelijke ordening. Het beleid achter het landelijk vast te stellen Basisnet is dat er plafond komt voor dit vervoer. Ook worden er randvoorwaarden aan de ruimtelijke ordening gesteld. De N641 is niet opgenomen in het Basisnet-weg omdat het geen weg onder rijksbeheer is. Wel kan de N641 mogelijk in een provinciaal Basisnet worden ondergebracht. De provincie doet hier thans onderzoek na. 1.5 Proces Ten behoeve van het opstellen van deze rapportage en het aandragen van elementen voor de verantwoordingsplicht is overleg geweest tussen: De gemeente Halderberge; De gemeentelijke Brandweer. blad 6 van 17

2 Beleidskader externe veiligheid Externe veiligheid beschrijft de risico's die ontstaan als gevolg van opslag of handelingen met gevaarlijke stoffen. Dit kan betrekking hebben op inrichtingen (bedrijven) of transportroutes. Op beide categorieën is verschillende wet- en regelgeving van toepassing. Het huidige beleid voor transportmodaliteiten staat beschreven in de circulaire 'Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen' (crvgs), dat op termijn vervangen zal worden door het 'Besluit transportroutes externe veiligheid' (Btev). Binnen het beleidskader voor externe veiligheid staan twee kernbegrippen centraal: het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Hoewel beide begrippen onderlinge samenhang vertonen zijn er belangrijke verschillen. Hieronder worden beide begrippen verder uitgewerkt. Plaatsgebonden Risico (PR) Het plaatsgebonden risico (PR) geeft de kans, op een bepaalde plaats, om te overlijden ten gevolge van een ongeval bij een risicovolle activiteit. De kans heeft betrekking op een fictief persoon die permanent en onbeschermd op die plaats aanwezig is. Het PR kan op de kaart van het gebied worden weergeven met zogeheten risicocontouren: lijnen die punten verbinden met eenzelfde PR. Binnen de 10-6 /jaar contour (welke als wettelijk harde norm fungeert) mogen geen nieuwe kwetsbare objecten geprojecteerd worden. Voor beperkt kwetsbare objecten geldt de 10-6 /jaar contour niet als grenswaarde, maar als een richtwaarde. Groeprisico (GR) Het groepsrisico (GR) is een maat voor de kans dat bij een ongeval een groep slachtoffers valt met een bepaalde omvang. Het GR is daarmee een maat voor de maatschappelijke ontwrichting bij een calamiteit. Het GR wordt bepaald binnen het invloedsgebied van een risicovolle activiteit. Dit invloedsgebied wordt begrensd door de 1% letaliteitsgrens (tenzij anders bepaald): de afstand waarop nog 1% van de blootgestelde mensen in de omgeving komt te overlijden bij een calamiteit met gevaarlijke stoffen. Het GR kan niet op de kaart worden weergegeven, maar wordt weergegeven in een grafiek waar de kans (f) afgezet wordt tegen het aantal slachtoffers (N): de fn-curve. Figuur 2.1 Weergave plaatsgebonden risicocontouren, invloedsgebied en groepsrisicografiek met oriëntatiewaarde voor transport. blad 7 van 17

Plasbrandaandachtsgebied Met de komst van het Basisnet en het 'Besluit transportroutes externe veiligheid' wordt ook een nieuw toetsingselement toegevoegd: het plasbrandaandachtsgebied. Uitgaande van deze komende wetgeving betreft dit een strook van 30 meter, gemeten vanaf de rand van de weg. Het plasbrandaandachtsgebied wordt geen zone waarbinnen verboden gaan gelden zoals bij het plaatsgebonden risico. Binnen dit gebied moet onderzocht worden hoe schade en letsel ten gevolge van de warmte van een plasbrand beheerst kan worden. Verantwoordingsplicht In de crvgs is een verplichting tot verantwoording van het groepsrisico opgenomen. Vanuit de 'circulaire' dient aandacht aan de verantwoording gegeven te worden wanneer het groepsrisico boven de oriëntatiewaarde ligt of wanneer het groepsrisico (significant) toeneemt. Bij deze verantwoordingsplicht dient het bevoegd gezag op een juiste wijze de toename en ligging van het groepsrisico te onderbouwen en te verantwoorden. Hierbij geeft het bevoegd gezag aan of het groepsrisico in de betreffende situatie aanvaardbaar wordt geacht. De verantwoordingsplicht van het groepsrisico dient naast de rekenkundige hoogte van het groepsrisico, dat berekend wordt door middel van een kwantitatieve risicoanalyse (QRA), tevens rekening te houden met een aantal kwalitatieve aspecten, zoals hieronder weergegeven. Figuur 2.2 Verplichte en onmisbare onderdelen van de verantwoordingsplicht van het groepsrisico. blad 8 van 17

3 Planbeschrijving Het aan te leggen tracé van de rondweg is circa 6 km lang, takt ten oosten van Oudenbosch af en gaat dan ten zuiden van Oudenbosch richting de rijksweg A17. Nabij de A17 sluit deze weer aan op de bestaande doorgaande route, de N641. Op kaart 2 is het tracé aangegeven waarvoor de bestemmingsplanprocedure wordt gevoerd. Het tracé van de rondweg heeft een variabele breedte en wordt globaal gezien begrenst door bermsloten en grondwallen. Ter hoogte van de Zeggeweg en de spoorlijn Dordrecht - Roosendaal ligt het tracé in een tunnelbak. Kaart 2: Ligging nieuw tracé (rode lijn) 3.1 Ruimtelijke alternatieven bij het ruimtelijk besluit Een van de elementen van de verantwoordingsplicht is het afwegen van alternatieven welke leiden tot een lager groepsrisico. In deze paragraaf wordt dit deel afzonderlijk beschouwd omdat de ruimtelijke keuzes bij aanvang van het onderzoek reeds zijn gemaakt. Aanleiding voor de aanleg van de rondweg is het ontlasten van de stedelijke infrastructuur van het doorgaande verkeer en de verkeers- en milieuoverlast. Het gekozen traject vormt, op basis van eerder onderzoek, hiervoor het alternatief. In het kader van de verantwoordingsplicht zou de verandering van de externe veiligheidsaspecten om deze reden een vergelijking moeten zijn tussen: Het groepsrisico ten gevolge van het vervoer over het huidige traject door Oudenbosch. Het groepsrisico ten gevolge van het gebruik van de nieuwe rondweg om Oudenbosch. blad 9 van 17

Het is echter evident dat het vervoer via de nieuwe rondweg een lager groepsrisico geeft. Het vervoer kan plaatsvinden over ongelijkvloerse kruisingen (zoals de kruising met het spoor en de Zeggeweg), waarbij het nieuwe tracé van de rondweg Oudenbosch op een grotere afstand van woongebieden ligt, waarbij het tevens gebieden betreft met een lagere personendichtheid. Om deze reden is geen verdere vergelijking gemaakt met het huidige tracé, maar zijn de veiligheidsaspecten van het alternatief, de rondweg Oudenbosch, nader beschouwd. blad 10 van 17

4 Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen over de weg 4.1 Uitgangspunten Vervoer gevaarlijke stoffen Ten aanzien van de N641 zijn geen telgegevens vervoer gevaarlijke stoffen bekend. Op basis van de aanwezigheid van de relevante bedrijven zijn aannames gedaan waarbij het vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Ten aanzien van dit onderzoek komen twee LPG-tankstations in aanmerking voor het vervoer van gevaarlijke stoffen wat over de N641 mogelijk plaatsvindt. Het betreft de volgende twee tankstations: LPG-tankstation Autobedrijf Kessel (1) LPG-tankstation Jora BV Oudenbosch (2) In onderstaande figuur zijn de twee tankstations weergegeven. 1 2 Figuur 4.1: Risicokaart (Bron:Risicokaart.nl) Het vervoer van gevaarlijke stoffen over de N641 wordt gelijkgesteld met de aantallen die noodzakelijk zijn voor de bevoorrading van twee LPG-tankstations. Gesteld wordt dat het vervoer van gevaarlijke stoffen, van de twee LPG-tankstations die in Oudenbosch gevestigd zijn, gebruik zal maken van de nieuwe rondweg. Met betrekking tot de doorgaande route over de N641 (Ettten-Leur - Oudenbosch - Rijksweg A17) wordt aangenomen dat het vervoer van gevaarlijke stoffen zoveel als mogelijk via de rijksweg A17 en A58 wordt afgewikkeld. Binnen de gemeente Halderberge is geen routering gevaarlijke stoffen aanwezig. blad 11 van 17

LPG tankstations In dit hoofdstuk worden de risico's van de relevante inrichtingen, die onder de werkingsfeer van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) vallen, kwalitatief beschouwd. LPG tankstation autobedrijf Kessel (1) Uit de milieuvergunning is naar voren gekomen dat de doorzet van het LPG-tankstation gelimiteerd is op 999 m 3 / jaar. Voor verschillende doorzetcategorieën van het LPG-tankstation heeft TNO 2 onderzocht met welk aantal bevoorradingen gerekend kan worden. Voor dit tankstation betekent dit dat uitgegaan kan worden van 70 bevoorradingen per jaar. Bij een bevoorrading door een tankwagen wordt vaak niet de gehele tankinhoud van de tankwagen afgeleverd. Tankwagens vertrekken ook weer met een deels gevulde tank. Het totale aantal vervoersbewegingen bestaat dus uit twee maal het aantal bevoorradingen, dus 140 vervoersbewegingen. LPG tankstation Jora BV Oudenbosch (2) Uit de milieuvergunning is naar voren gekomen dat de doorzet van het LPG-tankstation gelimiteerd is op 499 m3 / jaar. Voor dit tankstation betekent dit dat uitgegaan kan worden van 35 bevoorradingen per jaar. Het totale aantal vervoersbewegingen bestaat dus uit twee maal het aantal bevoorradingen, dus 70 vervoersbewegingen. Benzine en diesel Voor het vervoer van benzine en diesel zijn geen richtlijnen voor het aantal aan te houden vervoersbewegingen. In Nederland rijden 8 maal zoveel voertuigen op benzine en diesel in verhouding tot LPG. Het aanhouden van 8 maal zoveel bevoorradingen zou een sterke overschatting geven. Als worst-case aanname houden we daarom een 4 maal zoveel benzine en diesel bevoorradingen aan. Formeel dienen de vervoerscijfers voor 2020 aangehouden te worden. Voor het berekenen van de toekomstige vervoersomvang, moet een groeicorrectie toegepast worden. Voor LPG (GF 3) bedraagt dit groeipercentage 0%. Gezien de grove aannames die gemaakt zijn in het vaststellen van de huidige vervoersomvang van benzine en diesel wordt hier afgezien van het toepassen van een groeicorrectie op deze stofcategorieën, omdat de invloed hiervan relatief beperkt is. In tabel 4.2 zijn voor de verschillende stofcategorieën de aan te houden vervoersaantallen van gevaarlijke stoffen weergegeven. Tabel 4.2 Transportgegevens vervoer van gevaarlijke stoffen over de N641 Stofcategorie Vervoersaantallen tankstation Kessel Vervoersaantallen tankstation Jora Totaal vervoersaantallen (beide tankstations) Invloedsgebied (1 % letaliteit) LF1 (Benzine) 560 280 840 30 meter LF2 (Diesel) 560 280 840 30 meter GF3 (LPG) 140 70 210 250 meter 2 Invloed systeemreacties LPG-tankinstallatie op risico LPG-tankstation; TNO R2004/107 (2004). blad 12 van 17

4.2 Plaatsgebonden risico Door middel van een kwantitatieve inschatting van het vervoer van gevaarlijke stoffen over het tracé is met het berekeningsprogramma RBM II versie 1.3 ingeschat of er beperkingen gelden door de aanwezigheid van 10-6 plaatsgebonden risicocontouren. Hierdoor wordt geanalyseerd of er wettelijke belemmeringen rondom de rondweg komen te liggen. Risico vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg Het risico van vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg ontstaat door de passage van tankwagens beladen met gevaarlijke stoffen en de aanwezigheid van personen in de omgeving van de betreffende weg. In dit hoofdstuk staan de uitkomsten van de berekeningen die zijn uitgevoerd met het programma RBM II. Uitgebreide rapportages van de berekeningen staan in de bijlagen. Het plaatsgebonden risico Het plaatsgebonden risico is berekend voor het scenario's in de toekomstige situatie. Het scenario in de huidige situatie is de situatie zonder weg. In de onderstaande tabel zijn de resultaten van het plaatsgebonden risico opgenomen. Wegen Afstand tot de wegas (in meters) 10-5 /jaar 10-6 /jaar 10-7 /jaar 10-8 /jaar Nieuwe rondweg Niet aanwezig Niet aanwezig 13 mtr 90 mtr Oudenbosch Tabel 4.2 Resultaten plaatsgebonden risico (Bron: RBM II versie 1.3) Conclusie Plaatsgebonden Risico Uit de PR - berekening blijkt dat er geen plaatsgebonden risicocontour 10-6 aanwezig is, zodat voldaan wordt aan de normstelling voor het plaatsgebonden risico in de 'circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen'. Verwezen wordt naar bijlage 1 voor de volledige PR berekening. 4.3 Uitgangspunten risicoberekening transport over de weg In dit hoofdstuk volgt een toelichting op het gebruikte risicoberekeningprogramma. Daarna wordt ingegaan op de transportintensiteit. Berekeningsmodel en scenario's Het risico van het transport over de rondweg is berekend met RBM II, versie 1,3. Dit programma is ontwikkeld om externe veiligheidsaspecten met betrekking tot het transport van gevaarlijke stoffen over transportmodaliteiten te berekenen. Met RBM II kan het plaatsgebonden risico en het groepsrisico berekend worden. Het rekenmodel geeft een algemeen toepasbare benadering waarmee het vervoer van gevaarlijke stoffen geanalyseerd kan worden. Voor de berekening van het PR zijn de volgende gegevens relevant: De transportintensiteit van gevaarlijke stoffen en de aard van deze stoffen. De afstand tussen risicobron en kwetsbare objecten. Het aantal personen dat langs de route blootgesteld wordt aan de gevolgen van een mogelijk ongeval. De ongevalkans. blad 13 van 17

De met RBM II doorgerekende scenario's zien er als volgt uit: huidige situatie: geen weg toekomstige situatie: nieuwe rondweg Door deze scenario's naast elkaar te leggen wordt gekeken wat de invloed van de ontwikkeling van het plangebied is op het groepsrisico als gevolg van het transport van gevaarlijke stoffen over de rondweg. De risicoberekeningen zijn uitgevoerd met een ongevalfrequentie van 3,6 * 10-7. Dit is de standaard faalfrequentie behorende bij een weg buiten de bebouwde kom. Effecten van ongelukken met brandbare vloeistoffen Het effect dat optreedt bij een ongeval met deze groep stoffen is vooral warmtestraling ten gevolge van een (plas)brand. Het invloedsgebied is circa 30 meter, uitgaande van een calamiteit waarbij de gehele wageninhoud vrijkomt. De omvang van het effect wordt beïnvloed door de oppervlakte van de brand (plasbrand). Effecten van ongelukken met brandbare gassen Het maatgevende effect bij een ongeval met een tankauto gevuld met brandbaar gas is een BLEVE (boiling liquid expanding vapor explosion). De indicatieve waarde voor het invloedsgebied bij een grote calamiteit, waarbij de gehele tankinhoud vrijkomt, is 250 meter. De BLEVE geeft zowel een drukgolf als een intense warmtestraling. Buiten 150 meter is het effect van een BLEVE dusdanig, dat mensen binnenshuis beter beschermd zijn, mits ze zich niet direct achter glas bevinden. Effecten van ongelukken met toxische vloeistoffen en (zeer) toxische gassen Bij toxische vloeistoffen is het scenario dat ten gevolge van een ongeval de ketelwagen lek raakt en een vloeistofplas vormt. Vervolgens verdampen deze toxische vloeistoffen waardoor een gaswolk ontstaat. Bij toxische gassen zal deze toxische gaswolk zich direct vormen. Bij een percentage aanwezige personen zal letaal letsel optreden door blootstelling aan deze gaswolk. Bij de toxische scenario's zit er enige tijd tussen het ontstaan van het ongeval en het optreden van letsel bij aanwezigen. Daarbij is ook de duur van de blootstelling van invloed op de ernst van het letsel. Snel reageren, naar binnen vluchten en ramen en deuren sluiten, is bij dit scenario van belang. 4.4 Groepsrisico Daar het niet mogelijk is het vervoer van gevaarlijke stoffen over het tracé exact te bepalen is een kwalitatieve inschatting in eerste instantie op zijn plaats. Echter om het Groepsrisico zo inzichtelijk mogelijk te maken is wel een kwantitatieve analyse uitgevoerd van het Groepsrisico. In de onderstaande tabel zijn de resultaten van de RBM berekening opgenomen. De 10-8 contour wordt gehanteerd als richtingskader voor het groepsrisico, omdat deze een indicatieve afstand is waarop aanwezige personen nog zichtbare invloed hebben op de hoogte van het groepsrisico. blad 14 van 17

Wegen Afstand tot de wegas (in meters) 10-5 /jaar 10-6 /jaar 10-7 /jaar 10-8 /jaar Nieuwe rondweg Niet aanwezig Niet aanwezig 13 mtr 90 mtr Oudenbosch Tabel 4.3 Resultaten RBM berekening (Bron: RBM II versie 1.3) Conclusie Groepsrisico Op basis van voornoemde verkeersintensiteiten, de aard van de stoffen en de aard van de omgeving wordt met zekerheid gesteld dat geen overschrijding van de oriëntatiewaarde plaats vindt. Alhoewel sprake is van een nieuwe weg, en in zekere zin dus altijd sprake is van een toename van het groepsrisico, kan in deze situatie met zekerheid worden gesteld dat het groepsrisico zeer laag of niet aanwezig zal zijn. Dit wordt bevestigd door de ligging van de 10-8 contour op ongeveer 90 meter van de weg. Deze dient als indicatie voor de afstand waarop aanwezige personen nog zichtbare invloed hebben op de hoogte van het Groepsrisico. In zowel de feitelijke als juridische situatie geldt dat daarbinnen vrijwel geen personen aanwezig zijn. 4.5 Conclusies Er wordt voldaan aan de normstelling voor het plaatsgebonden risico. Ten aanzien van het groepsrisico wordt gesteld dat het groepsrisico zeer laag of niet aanwezig zal zijn, gezien het feit dat binnen de 10-8 contour op ongeveer 90 meter van de weg vrijwel geen personen aanwezig zijn. Geconcludeerd wordt dat het groepsrisico niet boven de oriëntatiewaarde komt te liggen en dat er geen sprake is van een toename van het groepsrisico onder de oriëntatiewaarde. Het invullen van de verantwoordingsplicht wordt in deze situatie daarom niet noodzakelijk geacht. blad 15 van 17

5 Conclusie Op het gebied van externe veiligheid heeft de aanleg van de nieuwe rondweg geen nadelige consequenties op de omgeving. De mogelijke risico's over de weg zijn de bevoorradingen van de twee LPG-tankstations die in Oudenbosch gevestigd zijn. Gezien deze verkeersintensiteit is er geen sprake van een potentieel risico. Ook de omgeving heeft geen consequenties op de voorgestelde planontwikkeling, omdat in een strook van 100 meter vrijwel geen personen aanwezig zijn. De nieuwe rondweg is mogelijk een verbetering ten opzichte van de huidige situatie. Dit omdat het vervoer van gevaarlijke stoffen bij de aanleg van de nieuwe weg zoveel als mogelijk uit de kern Oudenbosch wordt geweerd en over de nieuwe rondweg wordt afgewikkeld. De weg voldoet aan de normen op het gebied van externe veiligheid en een mogelijke invulling van de verantwoordingsplicht wordt in deze situatie niet noodzakelijk geacht. blad 16 van 17

Bijlage 1: RBM berekening blad 17 van 17