RAPPORT Aanvraag omgevingsvergunning Plaatsing RTO Klant: Eurotank Amsterdam B.V. Referentie: IEMBE2085-101-100R001F02 Versie: 02/Finale versie Datum: 30 maart 2016
HASKONINGDHV NEDERLAND B.V. Postbus 8520 3009 AM Rotterdam Netherlands Industry & Buildings Trade register number: 56515154 +31 88 348 90 00 +31 10 209 44 26 info@rhdhv.com royalhaskoningdhv.com T F E W Titel document: Aanvraag omgevingsvergunning Ondertitel: ETA RTO aanvraag Referentie: IEMBE2085-101-100R001F02 Versie: 02/Finale versie Datum: 30 maart 2016 Projectnaam: Aanvraag RTO Projectnummer: BE2085-101-100 Auteur(s): Nelleke Verzijden Opgesteld door: Nelleke Verzijden Gecontroleerd door: Marc Giesberts Datum/Initialen: 30 maart 2016 Goedgekeurd door: Marc Giesberts Datum/Initialen: 30 maart 2016 Classificatie Projectgerelateerd Disclaimer No part of these specifications/printed matter may be reproduced and/or published by print, photocopy, microfilm or by any other means, without the prior written permission of HaskoningDHV Nederland B.V.; nor may they be used, without such permission, for any purposes other than that for which they were produced. HaskoningDHV Nederland B.V. accepts no responsibility or liability for these specifications/printed matter to any party other than the persons by whom it was commissioned and as concluded under that Appointment. The quality management system of HaskoningDHV Nederland B.V. has been certified in accordance with ISO 9001, ISO 14001 and OHSAS 18001.
Management samenvatting Eurotank Amsterdam B.V. (hierna ETA.) is een inrichting voor de opslag, overslag en behandeling van vloeibare koolwaterstoffen en vloeibare organische chemicaliën via schepen, tankauto s en railtankcars. ETA vraagt voor de terminal, gevestigd aan de Van Riebeeckhavenweg, een wijziging van haar omgevingsvergunning (milieu) aan voor het in bedrijf hebben van een Regenerative Thermal Oxidation (RTO) als nageschakelde techniek na de dampverwerkingsinstallatie op de Benzolweg. De wijziging betreft: Het installeren en in bedrijf hebben van een RTO; Het installeren van een propaanopslagvat; Het vullen van propaan in het propaanopslagvat. De omgevingsvergunning wordt aangevraagd voor onbepaalde tijd. Gezien de milieueffecten van de wijziging verzoeken wij het Bevoegd Gezag om de reguliere procedure te volgen. Milieuaspecten In de aanvraag wordt aandacht besteed aan de verschillende milieuaspecten van de geplande wijziging. Hieronder volgt een korte samenvatting van de belangrijkste aspecten in het kader van deze aanvraag. Lucht en geur De aangevraagde wijziging heeft geen significant effect op de emissies van fijn stof, maar wel een effect op de emissie van NO 2 vanaf de site. De toename van de emissie van NO x heeft een beperkt effect op de immissie van NO x en heeft geen significant effect op Natura2000 gebied. Door de installatie van de RTO nemen de VOS- en methaan emissies af. De emissie vanuit de RTO bedraagt 50 mg VOS/Nm 3. De mate van geurhinder hangt samen met de VOS-emissies. Aangezien de VOS-emissies afnemen, zal de geurbelasting gelijk blijven of zelfs iets verminderen. Energie Door plaatsing van de RTO vindt een forse besparing plaats op elektriciteit (5,9 miljoen KWh/jaar). Geluid De RTO bevindt zich meer dan 700 meter van de vergunningspunten. De geluidstoename ten gevolge van de RTO is verwaarloosbaar op deze punten. De geluidsbelasting in de omgeving neemt niet toe. Veiligheid Onderdeel van de bedrijfsvoering binnen het bedrijf zijn de zorg voor het beschermen van de gezondheid en veiligheid van de eigen medewerkers en personeel van derden en bescherming van (de kwaliteit van) het milieu. Indien noodzakelijk worden aanvullende maatregelen getroffen om risico s tot een aanvaardbaar niveau terug te brengen. Het uitgangspunt is dat minimaal aan de wet- en regelgeving wordt voldaan en invulling wordt gegeven aan de principes en beleidsdoelen van de centrale organisatie. Dit betekent geen verzuimletsel of (onomkeerbare) schade aan het milieu. 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 ii
Naast de beleidsverklaring beschikt ETA over een veiligheidsbeheerssysteem (VBS) waarin (milieu-) veiligheid, kwaliteit en de doeltreffendheid van de invulling hiervan wordt gewaarborgd. Ook is een Veiligheidsrapport opgesteld. In het Veiligheidsrapport zijn opgenomen: Kwantitatieve Risico Analyse (QRA) met de plaatsgebonden risicocontouren (PR) en Groepsrisico (GR); Milieu Risico Analyse (MRA) met de belangrijkste milieueffecten die kunnen optreden bij calamiteiten. Ten behoeve van deze vergunningaanvraag is de berekening voor de QRA aangepast. Ten gevolge van de voorgenomen wijziging wijzigt de PR en GR niet. 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 iii
Inhoud Management samenvatting ii 1 Algemeen 1 1.1 Aanvrager 1 1.2 Aard van de inrichting 1 1.3 Verzoek 1 1.4 Overzicht vergunningen en meldingen 2 1.5 Locatie en omgeving 3 1.6 Toekomstige ontwikkelingen 4 2 Beschrijving van de wijziging 5 2.1 Huidige situatie 5 2.2 Toekomstige situatie 5 3 Gevolgen van de verandering 7 3.1 Lucht 7 3.2 Geur 7 3.3 Geluid 7 3.4 Afval 7 3.5 Waterverbruik en afvalwater 7 3.6 Energie 8 3.7 Bodem 8 3.8 Externe Veiligheid 8 3.9 Verkeer 8 Bijlagen 1. Overzichtstekening Benzolweg 2. VOS- en ZZS-toets 3. Geluidsonderzoek 4. QRA 5. Berekening toename stikstofdepositie 6. PBZO-beleid ETA + ETT (VTTI-NL) 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 iv
30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 v
1 Algemeen 1.1 Aanvrager Naam aanvrager Adres Eurotank Amsterdam B.V. Van Riebeeckhavenweg 9 1041 AD Amsterdam Havennr. 2134 Inschrijvingsnr. Kamer van Koophandel 34105972 Kadastrale gegevens AI nr. 25 Eindverantwoordelijke Functie Contactpersoon Functie Dhr. J. de Moel General manager VTTI Nederland Dhr. R. Hoogendijk Manager HSEQ VTTI NL Telefoon +31(0)615831528 E-mail contactpersoon roh@vtti.com De aanvraag is ingevuld en opgesteld door: Naam Royal HaskoningDHV Adres Contactpersoon Postbus 8520 3009 AM Rotterdam Nelleke Verzijden Telefoon 06-10813274 E-mail nelleke.verzijden@rhdhv.com 1.2 Aard van de inrichting Eurotank Amsterdam B.V. (hierna ETA) is een inrichting voor de opslag, overslag en behandeling van vloeibare koolwaterstoffen en vloeibare organische chemicaliën via schepen, tankauto s en railtankcars. De inrichting van ETA bestaat uit een tankenpark voor opslag van vloeibare koolwaterstoffen en chemicaliën k1, k2, k3 installaties voor mengen en behandelen van producten, steigers en laad- en losplaatsen voor overslag (via schepen en tankauto s), als ook kantoren, werkplaatsen en hulpvoorzieningen. 1.3 Verzoek ETA vraagt voor de terminal, gevestigd aan de Van Riebeeckhavenweg, een wijziging van haar omgevingsvergunning (milieu) aan vanwege het in werking hebben van een Regenerative Thermal Oxidation (RTO) aangesloten op de dampverwerkingsinstallatie aan de Benzolweg inclusief daarbij benodigde propaanopslag. 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 1
De wijziging betreft toevoegen van een nageschakelde techniek (RTO) op de VRU op het bedrijfsterrein aan de Benzolweg (zie figuur 1 en bijlage 1). Ten behoeve van deze RTO wordt tevens een propaanopslag voorzien van maximaal 20 m 3. De wijziging wordt aangevraagd, omdat in de huidige opstelling de emissiegrenswaarden alleen gehaald kunnen worden door de installatie minder te belasten. Om ook bij hogere belastingen aan de emissiegrenswaarden te kunnen voldoen is een aanvullende behandeling in een RTO benodigd. Een uitgebreide beschrijving van de wijziging is beschreven in hoofdstuk 2. In hoofdstuk 3 wordt de te verwachten impact op de verschillende milieuaspecten toegelicht. Er blijkt dat in het kader van de voorgenomen wijziging voor het aspect lucht de VOS-emissies afnemen. De emissie van fijn stof blijft ongewijzigd en die van NO 2 neemt toe. Tevens blijkt dat er geen wijzigingen optreden voor de aspecten geluid, afval, water, bodem, veiligheid en verkeer. Het verbruik van elektriciteit neemt aanzienlijk af. De voorgenomen wijziging heeft dan ook een milieuneutraal karakter. Om deze reden verzoeken wij het Bevoegd Gezag om de reguliere procedure te volgen. De omgevingsvergunning wordt aangevraagd voor onbepaalde tijd. Een omgevingsvergunning (bouw) voor de installatie wordt(indien nodig) in een latere fase aangevraagd. 1.4 Overzicht vergunningen en meldingen In onderstaande overzichten staan de vigerende milieuvergunningen weergegeven. Voor deze aanvraag is geen aanpassing van de lozingsvergunning nodig, want de aard van de activiteiten verandert niet door de vervanging van de opslagtanks. Tabel 1 Overzicht vergunningen en meldingen Wet Milieubeheer op moment van aanvraag Soort beschikking Omschrijving Kenmerk Datum definitieve beschikking Revisievergunning (art. 8.1 Wm) Melding Melding Revisievergunning (aanvraag d.d. 10 september 2002) Realiseren twee afleverplaatsen voor rode gasolie Aanleg van nieuwe tankput (3 x 6.000 m 3 ) als vergund in revisievergunning 2002-33386 30 juli 2003 2004-53374 18 november 2004 2004-56478 6 december 2004 Melding Melding Installatie gasmotor naast VRU Octaanweg 2005-37870 10 augustus 2005 Installatie gasmotor naast VRU Benzolweg 2005-60788 15 december 2005 Melding Verplaatsen VRU; Gasmotoren plaatsen naast VRU s; Verplaatsen van drie K1-tanks van put 01 naar put 93 2006-18604 13 april 2006 Melding 2 tanks 31.000 m 3 in tankput 02 2007-2404 26 januari 2007 Veranderingsvergunning (art. 8.1 Wm) Bouw van 4 opslagtanks en uitbreiding dampverwerking 2008-34728 24 juni 2008 Melding Het liften van de tanks H21 72 en C01 01 2008-57851 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 2
Melding Melding Melding Installatie van een dubbelwandige tank op de Benzolweg. Inhoud 5 m 3 2 tanks met elk 20.000 m 3 in nieuw te bouwen C09 en daarbij horend leidingwerk 2 tanks elk 17.500 m 3 in tankput H22 en vervanging pompput 2009-78887 2009-67220 2009-67224 Melding Liften diverse tanks 2009-7495 Veranderingsvergunning (art 8.23 Wm) Actualiseren vergunning ex artikel 8.23 van de Wet Milieubeheer 2010-63740 25 oktober 2010 Tabel 2 Overzicht lozingenbesluiten op moment van aanvraag Soort beschikking Omschrijving Kenmerk Datum definitieve beschikking Afgegeven door: Vergunning op basis van Lozingsverordening Lozingsvergunning Van Riebeeckhavenweg 20/070 BA 82 28/070 A 82.82 (aanp.) 20/041 BA 86 6 juli 1982 3 november 1982 14 juli 1986 Gemeente Amsterdam Vergunning Wvo Wijziging lozingsvergunning ANW 91/16301 7 mei 1991 Rijkswaterstaat Vergunning Wvo Watervergunning Aanvulling watervergunning Vergunning Wet verontreiniging oppervlaktewateren, Octaanweg en Benzolweg Vergunning Wet verontreiniging oppervlaktewateren Vergunning Octaanweg en Benzolweg ANW 90/17901 16 oktober 1990 Rijkswaterstaat WSV 2011 / 3501 4 juli 2011 Rijkswaterstaat Wtw 13553 18 november 2013 Rijkswaterstaat 1.5 Locatie en omgeving Locatie en directe omgeving ETA is gelegen in een gebied met industrie als bestemming. Het bedrijf wordt omringd door bedrijven en open water. Op circa 200 meter van de locatie Van Riebeeckhavenweg bevinden zich enkele tientallen bedrijfswoningen (in zuidoostelijke richting). De meest nabij gelegen aaneengesloten woonbebouwing voor de locatie Van Riebeeckhavenweg betreft Zaanstad (1,5 km in noordelijke richting). Tankput C02 op de Benzolweg bevindt zich circa 500 meter ten zuiden van de locatie Riebeeckhavenweg. De Amsterdamse wijken Geuzenveld en Slotermeer liggen op ruim 2 km ten zuiden van de locaties Benzolweg (waar de RTO komt) en Octaanweg. Figuur 1 geeft de topografische kaart van ETA en zijn directe omgeving. Met oranje zijn de locaties van het tankenpark van ETA aangegeven. 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 3
Locatie Benzolweg Figuur 1 Omgevingsplattegrond ETA Beschermde natuur Het plangebied en haar directe omgeving zijn geen onderdeel van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), is geen natuurbeschermingsgebied en bevat evenmin een ecologische zone. De dichtstbijzijnde natuurgebieden in de omgeving van de inrichting zijn het Vogelrichtlijngebied Ilperveld, Varkensland en Twiske dat op een afstand van 5 km van de inrichting is gelegen en het Habitatrichtlijngebied Polder Westzaan op een afstand van 4 km van de inrichting gelegen. De afstanden tussen de inrichting van ETA en de maatgevende natuurgebieden worden als voldoende groot beschouwd, zodat geen nadelige gevolgen vanwege de inrichting zullen optreden met betrekking tot flora en fauna. 1.6 Toekomstige ontwikkelingen ETA is haar terminal aan het moderniseren en verbeteren voorzieningen in lijn met de huidige stand der techniek/richtlijnen. De terminal wordt aan de hand van het plan van Aanpak PGS 29 en het Masterplan gemoderniseerd. Wanneer de activiteiten in de overslag van K1 binnen de activiteiten van ETA toenemen en er nog meer RTO capaciteit noodzakelijk is dan zal dan een aanvraag worden ingediend om ook de VRU op de Jan van Riebeeckhaven site (capaciteit 2500 Nm 3 /uur) te voorzien van een RTO. 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 4
2 Beschrijving van de wijziging ETA is voornemens om de emissie van de dampverwerkingsinstallatie (VRU) op de Benzolweg en de Jan van Riebeeckhavenweg te gaan behandelen met een nageschakelde techniek. Als nageschakelde techniek is gekozen voor een Regerative Thermal Oxidation (RTO). Een RTO is een volledig geautomatiseerd systeem waarbij de overgebleven VOS emissies na de VRU worden verbrand. De vrijkomende emissies van de VRU aan de Jan van Riebeeckhavenweg worden omgeleid en samen met die aan de Benzolweg behandeld in de nieuw te plaatsen installatie. In bijlage 1 is een overzichtstekening van het Benzolwegterrein opgenomen met daarop de toekomstige locatie van de RTO en bijbehorende voorzieningen. Een beschrijving van de RTO en bijbehorende voorzieningen wordt hieronder gegeven. 2.1 Huidige situatie In de huidige situatie worden dampen, voornamelijk afkomstig van K1-producten, naar een dampverwerkingsinstallatie gestuurd. ETA beschikt hiervoor over een VRU op het Benzolwegterrein en een VRU op de Jan van Riebeeckhavenweg (figuur 2). De gezamenlijke verwerkingscapaciteit van beide VRU s bedraagt 7.500 m 3 /uur. Figuur 2 Impressie van de RTO Zie tabel voor de vigerende vergunde emissie-eisen van beide VRU s. Tabel 1 Vigerende emissie-eisen VRU s Emissie-concentratie Stofklasse [mg/nm 3 ] VOS 150 MVP2 1 2.2 Toekomstige situatie De dampverwerkingsinstallatie aan de Jan van Riebeeckhavenweg wordt buiten werking gesteld. Deze VRU blijft bruikbaar voor noodgevallen i.c. storing aan de RTO en bij onderhoud aan de RTO. De 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 5
dampen die nu naar de VRU aan de Jan van Riebeeckhavenweg worden gestuurd, worden via een bestaande leiding onder de haven naar de VRU aan de Benzolweg geleid en daar verwerkt. Daarnaast worden in deze VRU ook de dampen verwerkt vanaf het Benzolwegterrein. Om de benodigde capaciteit van 5.000 m 3 /uur te halen, wordt achter de VRU op de Benzolweg een Regenerative Thermal Oxidation (RTO) geplaatst. Een RTO is een volledig geautomatiseerd systeem om de overgebleven VOS emissies na de VRU te verwerken. Figuur 2 toont de toekomstige situatie van dampverwerking, figuur 3 geeft een impressie van de RTO installatie. Figuur 2 Nieuwe situatie met na-geschakelde RTO De RTO heeft een nominale capaciteit van 5000m³/h. Operationeel wordt de RTO op de temperatuur van het keramische bed geregeld. Zolang deze binnen de door de leverancier gestelde temperatuurlimieten blijft, is de emissie van maximaal 50 mg VOS/m 3 en maximaal 1 mg benzeen/m 3 door de leverancier gegarandeerd. Bij storing van de RTO of onderhoud aan de RTO wordt teruggevallen op standalone operatie van de VRU. De VRU aan de Jan van Riebeeckhavenweg wordt dan terug in bedrijf genomen om het verwerkingsdebiet te verhogen. In deze tijdelijke situaties wordt teruggevallen op de reeds vergunde emissie-eisen zoals weergegeven in tabel 1. Om een veilige operatie van de RTO te waarborgen zijn de volgende veiligheidsvoorzieningen getroffen: Op de ingaande dampstroom wordt een concentratie meting (LEL) toegepast. Indien de concentratie vluchtige organische stoffen te hoog is, wordt de ingaande dampstroom verdund met omgevingslucht om oververhitting van het keramische bed te voorkomen; De RTO is uitgevoerd met een hete bypass om het hete gas van het keramische bed rechtstreeks af te voeren om oververhitting bij kortstondige VOS concentratie pieken van het keramische bed te voorkomen. De RTO is voorzien van een bypass. Bij noodgevallen emitteert de installatie direct naar de atmosfeer (onvoorzien voorval). 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 6
3 Gevolgen van de verandering In de volgende paragrafen worden de gevolgen van de installatie van de RTO beschreven met betrekking tot de milieuaspecten. 3.1 Lucht De gevolgen van de aanvullende dampbehandeling op het gebied van emissie van stoffen zijn nader beschreven in bijlage 2 van deze aanvraag. Emissie VOS Met de nabehandeling van de vrij komende dampen in de RTO wordt de emissie van schadelijke stoffen beter beheerst. NOx Het verbrandingsproces heeft wel tot gevolg dat CO 2 en NO x wordt uitgestoten. Uit modelberekeningen, bijgevoegd in bijlage 5 bij deze aanvraag, blijkt dat de toename van de emissie van NO x geen significant effect heeft op gevoelige gebieden. CO2 In de bestaande situatie wordt methaan (geen VOS) niet door de VRU verwijderd. Het opwarmingspotentieel van methaan is een factor 30 hoger dan CO 2In de RTO wordt methaan volledig verbrand en dus als emissie geëlimineerd. Rekening houdend met de equivalente CO2 emissie is het effect van de RTO positief. Zie bijlage 2 van de voor een kwantificering. Bovendien word het energieverbruik van de bestaande VRU s grotendeels vermeden en daarmee vindt een aanzienlijke verlaging plaats van de aan dit verbruik gerelateerde emissies. 3.2 Geur De mate van geurhinder hangt samen met de VOS-emissies. Aangezien de VOS-emissies afnemen, zal de geurbelasting gelijk blijven of zelfs iets verminderen. Hiermee is de voorgenomen wijziging voor wat betreft het aspect geur milieupositief. 3.3 Geluid De vergunningspunten voor geluid liggen op tenminste 700 m afstand van de RTO. In de notitie in bijlage 3 is berekend wat het effect is van de RTO op de vergunningspunten. Uit deze berekening blijkt dat de toename van het geluid op de vergunningspunten ten gevolge van de RTO verwaarloosbaar is. 3.4 Afval De soorten en grote van de afvalstromen wijzigt niet door de voorgenomen wijziging. Hiermee is de voorgenomen wijziging voor wat betreft het aspect afval milieuneutraal. 3.5 Waterverbruik en afvalwater Het waterverbruik wijzigt niet door de voorgenomen wijziging. Hiermee is de voorgenomen wijziging voor wat betreft het aspect waterverbruik milieuneutraal. Het afvalwater wijzigt niet door de voorgenomen wijziging. Hiermee is de voorgenomen wijziging voor wat betreft het aspect afvalwater milieuneutraal. 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 7
3.6 Energie ETA heeft een raming gemaakt van de besparing van elektriciteit, waarbij uitgegaan wordt van 8.760 draaiuren, het uitschakelen van VRU-02 en het beperken van het aantal in te zetten koolbedden in VRU- 01. De besparing wordt geraamd op circa 5,9 miljoen kwh per jaar. Dit komt overeen met het vermijden van circa 2.900 kg NO x bij de productie van elektriciteit. Het aardgasverbruik van de terminal wijzigt niet of nauwelijks door de voorgenomen wijziging, doordat de doorzet van de terminal gelijk blijft. Hiermee is de voorgenomen wijziging voor wat betreft energieverbruik milieupositief. De RTO opereert onder normale omstandigheden autotherm. Dit betekent dat de hete verbrandingsgassen worden gebruikt voor de opwarming van de keramische bedden. Voor het opstarten van de RTO is een voeding met propaan voorzien. Daarvoor wordt een propaanopslagtank geplaatst. 3.7 Bodem In de RTO worden uitsluitend dampen verwerkt. Hierdoor is de kans op bodemverontreiniging verwaarloosbaar. 3.8 Externe Veiligheid Het beleid op het gebied van (externe) Veiligheid staat omschreven in een vastgesteld PBZObeleidsdocument. Ter informatie is dit document als bijlage 6 bij de aanvraag gevoegd. Naast de beleidsverklaring beschikt ETA over een veiligheidsbeheerssysteem (VBS) waarin (milieu-) veiligheid, kwaliteit en de doeltreffendheid van de invulling hiervan wordt gewaarborgd. Ook is een Veiligheidsrapport opgesteld. In het Veiligheidsrapport zijn opgenomen: Kwantitatieve Risico Analyse (QRA) met de plaatsgebonden risicocontouren (PR) en Groepsrisico (GR); Milieu Risico Analyse (MRA) met de belangrijkste milieueffecten die kunnen optreden bij calamiteiten. MRA In de RTO worden enkel dampen verwerkt, de opslag betreft een onder druk vloeibaar gemaakt gas. Eventueel falen kan daardoor niet leiden tot emissies naar het oppervlaktewater. De MRA wijzigt daardoor niet. QRA Door de plaatsing van een propaantank en de daarbij behorende propaanverlading wijzigt de situatie wel in het kader van de QRA. Om deze reden is de berekening van de QRA aangepast. In bijlage 4 is een notitie opgenomen met de berekening. De opslag wordt buiten de hittecontouren van de bestaande voorzieningen geplaatst. Details van de opslag en aanvullende beschermingsmaatregelen worden in een lager stadium nader uitgewerkt. Ten gevolge van de voorgenomen wijziging wijzigt het PR en de GR niet. Hiermee is de voorgenomen wijziging voor wat betreft het aspect veiligheid milieuneutraal. 3.9 Verkeer De verkeersbewegingen en het type verkeer veranderen door de RTO niet. Hiermee is de voorgenomen wijziging voor wat betreft het aspect verkeer milieuneutraal. 30 maart 2016 ETA RTO AANVRAAG IEMBE2085-101-100R001F02 8
Bijlage 1. Overzichtstekening Benzolweg
Bijlage 2. VOS en ZZS toets
Bijlage 3. Geluidsonderzoek
Bijlage 4. QRA
Bijlage 5. Berekening toename stikstofdepositie
Bijlage 6. PBZO-beleid ETA + ETT (VTTI-NL)