Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Breed vmbo

Vergelijkbare documenten
Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Metselen vmbo

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Fijnhoutbewerking

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Schilderen vmbo

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Timmeren vmbo

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Elektrotechniek vmbo

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Instalektro vmbo

Handreiking schoolexamens. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling. Sport, Dienstverlening en Veiligheid vmbo

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Voertuigentechniek vmbo

Vmbo. Wat je als professional moet weten over kunst en cultuur in het vmbo.

Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo

2. Het examen. Voor de basisberoepsgerichte leerweg en de kaderberoepsgerichte leerweg is geen examenprogramma vastgesteld.

Dekkend examineren in het schoolexamen Landelijke studiedag Platform vmbo BWI Woensdag 7 juni 2017 Jan van Hilten, SLO

Mededeling vaststelling syllabi centraal examen vmbo 2008 en 2009

Handreiking schoolexamens. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling. ICT-route vmbo

Regeling vaststelling examenprogramma s v.w.o., h.a.v.o., m.a.v.o. en v.b.o.

Structuur beroepsgericht vmbo Jacqueline Kerkhoffs, Rob Abbenhuis April 2017

Examenprogramma bouwtechniek-metselen

Beeldende vakken HAVO

1. Preambule De zes algemene onderwijsdoelen die voor alle vakken en sectoren in het vmbo gelden, zijn

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Mode en Commercie vmbo

Examenprogramma Engelse taal

Examenprogramma beeldende vorming

FLEXIBILISERING VAN CENTRALE TOETSEN EN EXAMENS

Het schoolexamen van vmbo-keuzevakken Landelijke onderwijsdag Techniek Donderdag 1 juni 2017 Jan van Hilten, SLO

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Handel en Administratie vmbo

Het nieuwe vmbo. Talenten laten groeien. de Ambelt. Gentiaan College. Januari 2017 versie: 1.0. Pagina 1 van 11

De zes algemene onderwijsdoelen die voor alle vakken en sectoren in het vmbo gelden, zijn

Friese taal en cultuur HAVO. Syllabus centraal examen 2011

0. Inhoud. *) Niet opgenomen in deze uitgave

Jacqueline Kerkhoffs Jaarcongres vmbo, 20 januari 2015 Ede (1) Rob Abbenhuis

Friese taal en cultuur VWO. Syllabus centraal examen 2010

examenprogramma s vo AANVULLING BEROEPSGERICHTE VAKKEN VOORTGEZET ONDERWIJS vmbo

Examenprogramma drama

FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO

Programma van toetsing en afsluiting Schooljaar BB 4 Techniek. Fioretti College (Voortgezet Onderwijs Veghel)

FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO

FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO. Syllabus centraal examen 2015

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Administratie vmbo

Opleidingsinformatie bij het programma Dienstverlening en Producten vmbo

Handreiking schoolexamens. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling. vmbo Technologie GL

FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO

Examenprogramma muziek

Examenprogramma grafische techniek

Preview PTA in één dag voor platform BWI

Uitslagbepaling nieuwe beroepsgerichte programma s vanaf invoering nieuwe examenprogramma s 1 augustus 2016

Nederlandse taal Syllabus BB, KB en GT centraal examen 2010

Examenprogramma bouw-breed

Examenprogramma Nederlandse taal vmbo vanaf het CE 2014

Programma van toetsing en afsluiting Schooljaar KB 4 Techniek. Fioretti College

Examenprogramma maatschappijleer

De zes algemene onderwijsdoelen die voor alle vakken en sectoren in het vmbo gelden, zijn

Programma van toetsing en afsluiting Schooljaar vmbo kb

Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Handel en Verkoop vmbo

Examenprogramma Friese taal en cultuur

NEDERLANDS VMBO. Syllabus GT centraal examen November

Beeldende vakken HAVO

Examenprogramma geschiedenis en staatsinrichting vmbo

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Examenprogramma geschiedenis en staatsinrichting

Sikkel Schooljaar PROFIELEN IN HET VMBO

Programma van Toetsing en Afsluiting beroepsgerichte vakken. Technisch College Velsen. Examen periode :

AGRARISCHE TECHNIEK VMBO. Syllabus centraal examen 2016

PAKKETKEUZE EN LOOPBAAN ORIËNTATIE

Vmbo-referentieplanning PMVO, april 2000

Examenprogramma bouwtechniek-schilderen

Scholingsmiddag Consortium Beroepsonderwijs Jan van Hilten, 4 december 2014

Bijlage 1 examenprogramma vmbo Beeldende vakken

Examenprogramma maatschappijleer II

Programma van Toetsing en Afsluiting LEERJAAR 4. METHODE Bouwen op niveau. toetsvorm en tijdsduur S / P 1 S: 50 P 100. P: 100 P: Nee / S: Ja

PTA vakcollege techniek BBL - Statenkwartier - cohort

Examenprogramma vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Examenprogramma Aardrijkskunde vmbo

Vooraf. Beste examenkandidaat, Deze omschrijving van het examen bestaat uit drie delen:

Exameninformatie , september Exameninformatie vmbo basis-, kader- en gemengde leerweg.

3 Basisberoepsgerichte leerweg 3 Kaderberoepsgerichte leerweg

Het VMBO op het Groenhorst College Nijkerk. Inleiding

Jacqueline Kerkhoffs December 2016

Landelijke Onderwijsdag Techniek vmbo en mbo Thema: Sterk Beroepsonderwijs 31 mei 2018

DECANOLOGICA LEERJAAR 2 VMBO

Examenprogramma economie

Onder de loep: het centraal schriftelijk en praktisch examen (cspe) voor het vmbo landbouw-breed 2010 en 2011

Borging. experimentele programma s herontwerp vmbo techniek

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Geschiedenis vmbo

Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)

Hoe voorkom ik een enorme toetsdruk met een dekkend PTA?

Amsterdam, september PTA 3e leerjaar Sector: Zorg & Welzijn/Economie Afdeling: Verzorging/Administratie Basisberoepsgerichte leerweg

Examenprogramma handel en administratie

Ons. Onderwijs. Kwaliteit in onderwijs

Schoolexamenwijzer Helicon vmbo

VMBO-Select: een menu voor jezelf Vrije keuze in het vmbo

Welkom op Vincent van Gogh

VMBO VOORLICHTING 2016 WELKOM

Versterking van LOB in de doorlopende leerlijn vmbo-mbo

Exameninformatie vmbo - basisberoepsgerichte leerweg - kaderberoepsgerichte leerweg - gemengde leerweg

Een voorbeeld van een longitudinaal leerplan geschiedenis. Albert van der Kaap

1. Preambule De zes algemene onderwijsdoelen die voor alle vakken en sectoren in het vmbo gelden, zijn:

Examenprogramma Profielvak: dienstverlening & producten

0. Inhoud. *) Niet opgenomen in deze uitgave

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

VMBO Pascal Zuid. Ouderavond leerjaar 4

Transcriptie:

SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Breed vmbo

Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Breed vmbo

Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Breed vmbo Vmbo/4145/D/07-1217 Augustus 2007

Verantwoording 2007 Stichting leerplanontwikkeling (SLO), Enschede Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Auteurs: Wim Kluvers Eindredactie: John Hendriks In opdracht: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Besteladres SLO, Stichting Leerplanontwikkeling Postbus 2041, 7500 CA Enschede Telefoon (053) 4840 477 Internet: www.slo.nl/vmbo

Inhoud 1. Status van de handreiking 5 2. Verschil tussen het oude en het herziene examenprogramma 7 2.1 Veranderingen in de algemene beschrijving van het examenprogramma. 7 2.2 Verdeling van de examenstof over centraal examen en schoolexamen 9 2.3 Het programma voor het schoolexamen Bouwtechniek 10 2.4 Geen koerswijziging 10 3. Mogelijke invulling van het schooldeel 11 3.1 Het schoolexamen tegen het licht 11 4. Vormen van toetsen en suggesties voor de weging 15 4.1 Helderheid 15 4.2 Voorbeeld van een beoordelingsformulier 17 5. Loopbaanoriëntatie en -begeleiding 21 5.1 Informatiegerichte leeromgeving 21 5.2 Loopbaangerichte leeromgeving 22 5.3 Leerlingen en ervaren beroepsbeoefenaars. 22 6. Mogelijke vakkenintegratie 25 6.1 Inleiding 25 6.2 Dezelfde taal spreken 25 Bijlage 1 Geglobaliseerd examenprogramma 29 Bijlage 2 Overzicht van relevante bronnen 35 Bijlage 3 Vormen van toetsen 39

1. Status van de handreiking Het zal weinigen zijn ontgaan: de examenprogramma's voor het vmbo zijn globaler geformuleerd. De 'oude' examenprogramma's dateren alweer uit de tweede helft van de jaren negentig. En, bij de destijds heersende opvatting over de rol van de overheid in de aansturing van het onderwijs hoorden examenprogramma's met gedetailleerd voorgeschreven inhouden. Deze aansturingsfilosofie past niet meer in deze tijd waarin de overheid de autonomie van de scholen hoog in het vaandel heeft staan en meer ruimte aan de scholen wil toekennen. Het globaal formuleren van de examenprogramma's heeft betrekking op de wijze waarop de eindtermen zijn uitgeschreven. Voor alle vakken en beroepsgerichte programma's bestaat een exameneenheid in de meeste gevallen nog maar uit één eindterm, waarin de inhoud van de betreffende exameneenheid is samengevat. Dit heeft geresulteerd in eindtermen die algemener en op een hoger abstractieniveau zijn geformuleerd. Omdat de herziening alleen betrekking heeft op een globalere omschrijving van de exameneisen, is het globale examenprogramma al van toepassing vanaf het examenjaar 2007. In juni jl. heeft de staatssecretaris de herziene examenprogramma's vastgesteld. De programma's zijn door het ministerie van OCW toegestuurd aan alle scholen voor voortgezet onderwijs. Ook zijn ze te downloaden van de website Het Examenblad: www.examenblad.nl Eenderde deel van het examenprogramma wordt centraal getoetst. Vanaf 2007 betreft dit een vast deel. Het roulatiesysteem dat sommige vakken kenden is daarmee verleden tijd. Voor de exameneenheden die centraal getoetst worden is voor elk vak en beroepsgericht programma een syllabus opgesteld. De syllabus beschrijft van elke exameneenheid welke concretere inhouden tot de eindterm gerekend worden. Al deze concretiseringen zijn onder de noemer 'klein onderhoud' tegen het licht gehouden en waarnodig bijgesteld. Dat heeft geresulteerd in geactualiseerde inhouden die voorschrijvend van aard zijn voor zowel makers van de opgaven voor het centraal examen als voor docenten. De omschrijvingen in de syllabus worden met ingang van het examenjaar 2007 centraal geëxamineerd. Begin juli 2007 hebben alle vmbo-scholen een pakket syllabi toegestuurd gekregen voor de vakken/programma's waarin de leerling examen doen. De syllabi zijn te downloaden van de website van het CEVO: www.examenblad.nl. Voor de exameneenheden die met een schoolexamen afgesloten worden (tweederde deel van het examenprogramma) zijn alleen de globaal geformuleerde eindtermen vastgesteld. De scholen hebben daardoor ruimte voor het maken van eigen inhoudelijke keuzes voor de concretisering van die eindtermen, maar zijn niet verplicht van die geboden ruimte gebruik te maken. Voor scholen die de geboden ruimte wel willen benutten, is de voorliggende handreiking gemaakt die niet voorschrijvend is, maar bedoeld is om docenten ideeën aan te reiken. De handreiking is te downloaden van de website van de SLO: www.slo.nl. Jacqueline Kerkhoffs, SLO, Programmamanager vmbo/mbo 5

2. Verschil tussen het oude en het herziene examenprogramma 2.1 Veranderingen in de algemene beschrijving van het examenprogramma Het herziene eindexamenprogramma voor bouwtechniek wordt, net als voor ieder ander vak, beschreven in drie documenten: 1. Een in de wet verankerd examenprogramma beschreven in globale eindtermen 2. Een syllabus 3. Een handreiking Hierna gaan we kort in op de drie afzonderlijke documenten. 1. Een in de wet verankerd examenprogramma beschreven in globale eindtermen. De globale eindtermen zijn terug te vinden in bijlage 1. Ter illustratie staat hieronder een voorbeeld 1. U kunt het examenprogramma ook vinden op de website: http://www.examen.nl (het examenblad). Voorbeeld van een globale eindterm uit het examenprogramma Bouwtechniek B/K/6 Introductie stukadoren 17. De kandidaat kan op basis van een werktekening, inclusief werkvoorbereiding basisvaardigheden met betrekking tot stukadoren uitvoeren. In het 'geglobaliseerde' examenprogramma zijn de eindtermen op hoofdlijnen geformuleerd. De globalisering van de eindtermen heeft geen verandering tot gevolg voor de indeling in exameneenheden. De veranderingen in het examenprogramma hebben betrekking op de wijze waarop de eindtermen zijn geformuleerd. In het 'oude' programma is de inhoud gedetailleerd beschreven in de vorm van opsommingen en in enkele gevallen zijn de opsommingen nog weer nader gespecificeerd. In het nieuwe examenprogramma is de inhoud van een exameneenheid is in de meeste gevallen herschreven in één globale eindterm. 1 Voor de handreikingen van de verschillende differentiaties Bouwtechniek zijn verschillende voorbeelden uitgewerkt. Bewust is gekozen voor een voorbeeld uit het gezamenlijk kerndeel om de voorbeelden ook voor de andere differentiaties relevant te maken. Kijk dus ook eens in de andere handreikingen. Per handreiking worden de voorbeelden steeds ontleend aan dezelfde eindterm zodat het voorbeeld in de verschillende hoofdstukken steeds verder worden uitgewerkt. Het 'oude' examenprogramma dateert uit de tweede helft van de jaren negentig. Volgens de toen algemeen heersende opvatting over onderwijs gaf de overheid sturing aan het onderwijs door de inhouden uitgebreid te beschrijven in voorschrijvende leerdoelen. 7

Voorbeeld van een eindterm uit het 'oude' examenprogramma Bouwtechniek B/K/6 Introductie stukadoren De kandidaat kan: 1. stukadoorswerkzaamheden voorbereiden: eenvoudige werktekeningen lezen aan de hand van voorbeelden relevante bouwdelen op schaal natekenen en schetsen, materiaal en materieel voor het stukadoren uittrekken verwerkingsvoorschriften lezen 2. het stukwerk voorbereiden: binnenwand ondergronden controleren op eigenschappen voor de stukafwerking te behandelen ondergronden repareren ondergronden stukwerk voorbehandelen reien/profielen stellen ten behoeve van het berapen van ondergronden 3. met gangbare gereedschappen stukadoorswerkzaamheden uitvoeren: wanden traditioneel vertinnen en berapen wanden afwerken als blauwpleisterwerk en witpleisterwerk het product tussentijds controleren en de werkwijze aanpassen op basis van de controleresultaten 4. met KAM-zorg de werkzaamheden uitvoeren: ARBO de werkplek (tussentijds) opruimen en onderhouden werken met trappen gereedschap schoonmaken verpakkingen en restanten volgens milieu voorschriften afvoeren 5. de werkwijze, de materialen en de gereedschappen bij het stukadoren noemen: de basistechnieken bij het voorbereiden van de ondergronden de basistechnieken bij het rapen, schuren en pleisteren de materialen bij raap- en schuurwerk de gereedschappen ten behoeve van stukadoren de werkwijze bij het opruimen, onderhouden en van de werkplek Toelichting De kandidaat kan de handelingen zoals omschreven in de eindtermen 1 t/m 3 'onder begeleiding eindterm 4 zelfstandig uitvoeren. 2. Een syllabus Voor het centraal examen is een voorschrijvende syllabus opgesteld waarin de eindtermen in detail worden beschreven. Deze syllabus wordt gebruikt voor het maken van examenopdrachten. De inhoud is in grote lijnen gelijk aan de inhoud van het 'oude' programma. De volledige syllabus kunt u vinden op de website van cevo: http://www.examenblad.nl/ 3. Een handreiking Voor het schoolexamen is een handreiking uitgewerkt waarin mogelijkheden worden beschreven die de school heeft voor de invulling. Deze handreiking ligt hier voor u. Het eindexamenprogramma en de syllabus zijn voorschrijvend van karakter, de handreiking is dat niet. De handreiking is een 'servicedocument' voor scholen om de mogelijkheden die zijn ontstaan in het schoolexamen toe te lichten. 8

2.2 Verdeling van de examenstof over centraal examen en schoolexamen De verdeling van de exameneenheden over het centraal examen en schoolexamen voor het afdelingsprogramma ziet er als volg uit: Exameneenheden Bouwtechniek centraalexamen moet op school-examen Bouwtechniek-breed B/K/1 Oriëntatie op de bouw en bouwberoepen B,K,G B/K/2 Professionele vaardigheden B,K,G B,K,G B/K/3 Technische informatica B B/K/4 Introductie timmeren/meubelmaken B,K B/K/5 Introductie metselen B,K B/K/6 Introductie stukadoren B,K B/K/7 Introductie schilderen B,K B/K/8 Introductie reclame en decoratieve technieken B B/K/9 Introductie infrastructuur B,K B/K/10 Het bouwproces K,G K,G B/K/11 CAD/CAM en houtbewerkingsmachines K,G B/K/12 Industrialisering en automatisering in de bouw K,G K,G B/K/13 Telematica K,G B/K/14 Esthetica K,G BB/K/24 Bouwtechniek: timmeren 1 B,K B,K BB/K/25 Bouwtechniek: kunststeen 1 B,K BB/K/26 Bouwtechniek: afwerkingstechnieken 1 B,K B/V/1 Integratieve opdracht K K B K G T CE SE Basisberoepsgerichte leerweg Kaderberoepsgerichte leerweg Gemengde leerweg Theoretische leerweg Centraal examen Schoolexamen Exameneenheden Bouwtechniek mag op schoolexamen centraalexamen moet op school-examen Gemengde leerweg De gemengde leerweg is voor alle differentiaties Bouwtechniek gelijk. In deze tabel zijn de exameneenheden voor de gemengde leerweg uit de voorgaande tabel bij elkaar gezet. B/K/1 Oriëntatie op de bouw en bouwberoepen G B/K/2 Professionele vaardigheden G G B/K/10 Het bouwproces G G B/K/11 CAD/CAM en houtbewerkingsmachines G B/K/12 Industrialisering en automatisering in de bouw G G B/K/13 Telematica G B/K/14 Esthetica G mag op schoolexamen B Basisberoepsgerichte leerweg 9

Exameneenheden Bouwtechniek centraalexamen moet op school-examen mag op schoolexamen K G T CE SE Kaderberoepsgerichte leerweg Gemengde leerweg Theoretische leerweg Centraal examen Schoolexamen 2.3 Het programma voor het schoolexamen Bouwtechniek Voor het schoolexamen gelden de eisen zoals geformuleerd in de geglobaliseerde eindtermen. Met het geglobaliseerde examenprogramma is in vergelijking tot het oude examenprogramma de ruimte die scholen hebben voor de invulling van het schoolexamen groter geworden. Aan de school wordt de vrijheid gegeven om zelf accenten te leggen. Deze accenten kunnen liggen op specifiek regionaal aanbod, op doorlopende leerwegen, op specifieke wensen en talenten van de leerling. Belangrijk bij het leggen van accenten is te letten op doorstroom naar de verschillende kwalificatieniveaus van het MBO, de basisberoepsgerichte leerweg stroomt door naar niveau 2 en de kaderberoepsgerichte leerweg en gemengde leerweg naar de niveaus 3 en 4. In de programma's van de sector Techniek zijn de exameneenheden K1 en K2 een uitwerking van de vaardigheden van de preambule. Zowel de preambule als exameneenheden K1 en K 2 moeten zoveel mogelijk als een rode draad door de lessen, lesmethoden en praktijkopgaven lopen. Het belang van de preambule en de exameneenheden K1 en K2 wordt nog verder versterkt als deze, in het kader van de doorstroming naar het mbo, als opstap naar competentiegericht onderwijs worden gezien. 2.4 Geen koerswijziging De vernieuwing van de examenprogramma s hebben geen koerswijziging tot gevolg voor de betekenis die aan het diploma toegekend wordt. Het diploma blijft de kwaliteit waarborgen en blijft een duidelijk beeld geven "wat" de leerlingen kunnen. Het ministerie onderschrijft het standpunt van de Onderwijsraad dat het garanderen van de civiele effecten een belangrijke bescherming biedt voor de leerlingen tegen ondeugdelijk onderwijs. Daarmee is het civiel effect het belangrijkste criterium geworden bij de keuzes voor inhoud, vormgeving en afnamecondities van examens 2. Met deze keuzes vervult het diploma de paspoortfunctie. Het geeft de leerlingen het recht door te stromen naar een vervolgopleiding. 'Het centraal examen is een garantie voor kwaliteit en biedt een gegarandeerde toegang tot het vervolgonderwijs en de arbeidsmarkt 3.' De overheid blijft zekerheid geven aan de kwaliteit van het diploma 4 door het wat, ook voor het schoolexamen, globaal voor te schrijven en door van de scholen een heldere verantwoording te verlangen van de gemaakte keuzes. De ruimte die de overheid in het vooruitzicht stelt heeft betrekking op de invulling die de school geeft aan de specificering van de globale eindtermen, aan het vrije gedeelte, aan het 'hoe' en aan de tijdstippen van examinering. In het verlengde hiervan richt het platform vmbo Bouwtechniek haar beleid in. Het Platform vmbo Bouwtechniek zet zich in voor invoering van (delen) van het leerwerkhuis Bouwtechniek. Dit doet het platform door in samenwerking met anderen, instrumenten te ontwikkelen en ondersteuning te geven, en zo scholen te helpen bij het invoeren van vernieuwingen. Deze instrumenten hebben vooral als doel het "wat" te concretiseren. Deze inspanningen bieden voor vmbo-scholen een kader om invulling te geven aan het maken van inhoudelijke en didactische keuzen. 2 Examinering in ontwikkeling, Onderwijsraad, november 2002, p. 53. 3 Uitwerkingsnotitie examens voortgezet onderwijs, Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, 16 april 2004, VO/OK/2004 59215. 4 VMBO: het betere werk, Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, april 2005, VO/OK/05/12027, p. 4. 10

3. Mogelijke invulling van het schooldeel De indeling in exameneenheden voor het schoolexamen hebben geen wijziging ondergaan. De school kan aan de globale eindtermen een invulling geven die past bij de eigen visie. Op deze manier kan het examenprogramma bijvoorbeeld een regionale invulling krijgen. Aan de exameneenheden voor het centraal examen is "klein onderhoud" verricht maar zodanig dat de aanpassingen niet hoeven te leiden tot herschrijven van de methoden. Het betreft aanpassingen in de taal en/of aanpassingen in de technische ontwikkelingen. Exameneenheden van het centraal examen mogen ook in het schoolexamen worden getoetst. Dat hoeft niet op dezelfde wijze te gebeuren als op het centraal examen. Dezelfde exameneenheid kan dus op het schoolexamen op een andere, op een meer bij de school passende wijze, worden uitgewerkt 5. Het is goed te realiseren dat het examen bestaat uit een schoolexamen en een centraal examen en dat de richtlijn is dat het schoolexamen betrekking heeft op 2/3 deel van het examenprogramma en het centraal examen op 1/3 deel. Dit betreft vaste delen. Het roulatiesysteem zoals het vmbo dat kende is met ingang van 2007 afgeschaft. 3.1 Het schoolexamen tegen het licht Vanaf 1 augustus 2007 gelden voor het schoolexamen de eisen zoals deze geformuleerd zijn in de geglobaliseerde eindtermen. Daarmee heeft de afdeling, in vergelijking met het oude examenprogramma, een veel grotere vrijheid voor de invulling van de opleiding: er wordt veel minder 'landelijk' voorgeschreven. Om te komen tot doorlopende leer- of ontwikkellijnen, kan de nieuwe inrichting van het schoolexamen een bijdrage leveren aan een betere afstemming met: Het regionale vervolgonderwijs: onderwijs dat beter aansluit op de opleidingen van het ROC. Zo kan bijvoorbeeld een school afspraken maken met een ROC om aanvullende delen in het schoolexamen op te nemen, om zo te realiseren dat modulen van het vervolgonderwijs volledig worden afgedekt en leerlingen vrijstellingen kunnen krijgen in het vervolgonderwijs. Het regionale bedrijfsleven: onderwijs dat beter aansluit op de regionale arbeidsmarkt. Zo kan bijvoorbeeld een school in een stad met veel timmerindustrie zich meer richten op de machinale houtbewerking en een school in een andere stad meer op bouwplaatstechniek. In het schoolexamen kan de afdeling vmbo Bouwtechniek eigen keuzes maken, bijvoorbeeld door: Wiskunde/nask1 meer te integreren in het beroepsgerichte programma en geïntegreerd te toetsen. De globalisering van de eindtermen uit het examenprogramma maakt het mogelijk de theorie (algemeen vormend en beroepsvoorbereidend) en de praktijk beter op elkaar af te stemmen. Een andere onderwijskundige vormgeving, bijvoorbeeld competentiegericht onderwijs en competentiegericht toetsen. De examens flexibel in te richten qua vorm en tijd door de examenperiode over een langere periode in te stellen waardoor het bijvoorbeeld mogelijk is in het voorlaatste jaar examens af te nemen 6. Kortom, het geglobaliseerde examenprogramma geeft aanleiding het bestaande schoolexamen eens te bezien door de bril van de het huidige onderwijsbeleid. In het volgende voorbeeld zijn vijf verschillende uitwerkingen van opdrachten beschreven die de mogelijkheden laten zien hoe een onderdeel uit het schoolexamen, afhankelijk van de eigen schoolmogelijkheden uitgewerkt kan worden. 5 syllabus centraal examen, CEVO, Utrecht, juni 2007. 6 VMBO: het betere werk, Ministerie van Onderwijs., Cultuur en Wetenschappen, april 2005, VO/OK/05/12027, p. 5. 11

De voorbeelden laten zien hoe een onderdeel uit het schoolexamen op verschillende manieren uitgewerkt kunnen worden. B/K/6 Introductie stukadoren 17. De kandidaat kan op basis van een werktekening, inclusief werkvoorbereiding basisvaardigheden met betrekking tot stukadoren uitvoeren. 1. De binnenschoolse opdracht: Een leerling krijgt de volgende opdracht: Stukwerk wordt veel toegepast om binnenmuren af te werken. Je hebt vorige week in het praktijklokaal een binnenmuur gemetseld. Werk deze muur af met witpleisterwerk of blauwpleisterwerk en bereid het stukwerk voor. Dat wat je nu leert pas je later toe als je in een bouwwerk echte metselconstructies gaat afwerken. Gebruik opdracht uit je boek. 2. Het project: Twee leerlingen krijgen de volgende opdracht: Mevrouw Jansen wil in haar slaapkamer nieuw behang, na het verwijderen van het oude behang blijkt dat de muur beschadigd en gescheurd is. Ga naar de muur die je vorige week hebt gemetseld deze is geprepareerd zoals de muur van mevrouw Jansen er uit zou kunnen zien. Beoordeel wat de oorzaak van het probleem kan zijn en overweeg de mogelijkheden die er zijn om het probleem op te lossen. Werk de oplossing uit met behulp van een werkplanning. Maak een materiaal en tijdbereking en bepaal de prijs waarvoor de muur kan worden gerepareerd en opnieuw gepleisterd kan worden. Ga naar de muur die je vorige week hebt gemetseld en beraapt. Repareer waar nodig het raapwerk en werk de muur af met pleisterwerk. In opdracht uit je boek zie je hoe raapwerk en pleisterwerk kan worden uitgevoerd. Voer aan de hand van de opdracht het raap- en pleisterwerk uit. 3. De bedrijfssimulatie Een groepje leerlingen krijgt de volgende opdracht: Stel je voor: Je werkt met een collega bij een stukadoorsbedrijf. Jullie gaan samen naar mevrouw Smith die in haar slaapkamer nieuw behang wil, ze heeft zelf het oude behang al verwijderd, maar na het verwijderen van het oude behang blijkt dat de muur ernstig beschadigd en gescheurd is. Beoordeel wat de oorzaak van het probleem kan zijn en overweeg de mogelijkheden die er zijn om het probleem op te lossen. Werk de oplossing uit met behulp van een werkplanning. Maak een materiaal en tijdbereking en bepaal de prijs waarvoor de muur kan worden gerepareerd en opnieuw gepleisterd kan worden. Mevrouw Smith komt uit Engeland en spreekt bijna geen Nederlands en kan geen Nederlands lezen. Maak een offerte en een begeleidende brief in het Engels. Voer een telefoongesprek in het Engels met een medeleerling, waarbij de medeleerling mevrouw Smith speelt en jij een toelichting geeft op je offerte. Ga naar werkbox, daar vind je een werkruimte met muren die er net zo uitzien als de muren van mevrouw Smith na het verwijderen van het oude behang. In opdracht uit je boek zie je hoe stukwerk moet worden uitgevoerd. Maak gebruik van de opdrachten zoals beschreven in het boek. Repareer de muur en werk de muur af met pleisterwerk. 4. De (snuffel)stage Tijdens een (snuffel)stage gaat een leerling met een collega van een stukadoorsbedrijf naar mevrouw Arslan. Mevrouw Arslan wil nieuw behang in haar slaapkamer, ze heeft zelf al het oude behang verwijderd, maar na het verwijderen van het behang is de muur beschadigd en gescheurd, ze wil dat de muur klaar wordt gemaakt voor nieuw behangwerk. Voordat je op stage gaat oefen je op school de (basis)vaardigheden die nodig zijn om nodig zijn om een muur te repareren en behangklaar te maken. Mevrouw Arslan komt oorspronkelijk uit Turkije. Voordat je op stage gaat overleg je aan een medeleerling die bekent is met de Turkse cultuur, wat je wel of niet moet doen en hoe je je moet gedragen als je bij mevrouw Arslan een klus gaat uitvoeren. 5. De beroepspraktijk Een stukadoorsbedrijf waar je stage loopt is in een renovatieproject bezig met het renoveren van de bestaande muren om die klaar te maken voor de behanger. Je hebt al wel gewerkt in een nieuwbouwproject, maar nog nooit in een renovatie project. De basisvaardigheden die nodig zijn om een muur behang klaar te maken heb je al in andere situaties uitgevoerd. Beoordeel welke problemen je kunt tegenkomen tijdens een renovatie en overweeg de mogelijkheden die er zijn om de problemen op te lossen. Zorgt voordat je begint, dat je een werkplanning hebt en dat alle materialen en gereedschappen beschikbaar zijn. Vervolgens ga je, tijdens je stage, samen met de collega's van het stukadoorsbedrijf de werkzaamheden uit voeren. 12

In de hierna volgende figuur 7 is weergegeven dat men in het begin van de opleiding (begin 3e leerjaar) veel sturing toepast en dat deze sturing vooral gericht is op het HOE, dat wil zeggen op het aanleren van deelhandelingen, vaardigheden en technieken. In de loop van de opleiding zie je dat de materiaalsturing over het HOE afneemt terwijl de zelfsturing toeneemt. Naarmate de leerling vordert in de opleiding kan de leerling de uitvoering van de opdrachtensteeds beter op de juiste wijze laten verlopen. Het hoe raakt steeds meer bekend en het wat krijgt geleidelijk het gewenste niveau van de eindtermen. De begeleiding neemt niet alleen af, maar verandert inhoudelijk van aard. Ook de complexiteit van de context waarin de opdrachten moeten worden uitgevoerd, neemt toe naarmate de opleiding vordert. 7 Visiedocument: Evalueren, Beoordelen en kwalificeren van Competentieontwikkeling, Stichting Consortium PGO, auteur: Ellen Klatter, downloaden: www.pgotechniek.nl. 13

4. Vormen van toetsen en suggesties voor de weging In het verleden ging het bij het toetsen in de beroepsgerichte programma's meestal om het beoordelen van een product. Een belangrijk aspect van de onderwijsvernieuwingen sinds de invoering van het vmbo is dat niet alleen het product maar ook het proces wordt beoordeeld. In het kader van toetsing noemen wij twee relevante vormen: 1. Formatieve toetsen Formatieve toetsen zijn gericht op de ontwikkeling van de leerling. De uitkomsten van deze toetsen worden gebruikt om leerlingen verder te helpen, te corrigeren en te sturen. Deze toetsen richten zich veelal op de beoordeling van deelaspecten. Formatieve toetsen zijn wel ondersteunend aan het proces maar maken geen deel uit van het schoolexamen. Formatieve toetsen maken vaak deel uit van de methode, het boek. Voorbeelden van een formatieve toets zijn een diagnostische computertoets (met feedback) een mondelinge overhoring een voortgangsverslag of -presentatie proefwerkstukjes met daarin vaardigheden die later in een groter geheel toegepast worden 2. Summatieve toetsen Summatieve toetsen zijn gericht op het nemen van beslissingen. Summatieve toetsen worden gebruikt om een eindbeoordeling of een cijfer te verkrijgen, waarmee een beslissing genomen kan worden in het verloop van de opleiding. Bij een summatieve toets gaat het over het totaaloordeel. Voor het schoolexamen tellen alleen de beoordelingen op summatieve toetsen. Met deze toetsen sluit de leerling een deel van de opleiding af. Als hulp voor het samenstellen van een summatieve toets is voor de afdeling vmbo Bouwtechniek een toetsenbank beschikbaar. In bijlage 2 vindt u een korte beschrijving en verwijzing naar deze toetsenbank. Voorbeelden van een summatieve toets zijn: proefwerken, eindtoetsen afsluitende computertoets (zonder feedback) afsluitende opdrachten en werkstukken 4.1 Helderheid Gelet op de verschillen waarvoor de uitkomsten van de formatieve- en summatieve toetsen gebruikt worden (bijsturen versus afrekenen) is het belangrijk dat de leerlingen vooraf weten of zij te maken hebben met een formatieve toets (beoordelen om te leren) of met een summatieve toets (beoordelen om te beslissen). Daarnaast is het ook van belang dat de leerling weet waarop hij of zij zal worden beoordeeld en hoe zwaar ieder aspect van de beoordeling meetelt. Met andere woorden de eisen waarop het werk van de leerling zal worden beoordeeld moeten, in of gekoppeld aan de opdracht worden geformuleerd, duidelijk zichtbaar en helder voor de leerling zijn. Dat kan bijvoorbeeld door een beoordelingsformulier aan de opdracht toe te voegen. Bij techniek vormen de aspecten voorbereiding, uitvoering en terugkijken een belangrijk deel van het (werk)proces, zij vormen de basis voor ons voorbeeld van een beoordelingsformulier. Voordat we een voorbeeld beoordelingformulier uitwerken gaan we eerst kort in op die drie aspecten. De voorbeelden bij de aspecten voorbereiding, uitvoering en terugkijken worden uitgewerkt aan de hand van exameneenheid: "B/K/6 Introductie stukadoren": "De kandidaat kan op basis van een werktekening, inclusief werkvoorbereiding basisvaardigheden met betrekking tot stukadoren uitvoeren". 15

Bij de uitwerking van de drie aspecten wordt de syllabussen/of het oude examenprogramma als inspiratiebron genomen. Voorbereiding In de sector techniek gaat het er bij de "voorbereiding" vooral om dat leerlingen eerst nadenken voordat ze iets gaan doen. Hierbij kan gedacht worden aan: het uitwerken van een ontwerp, een schets of tekening, een werkvoorbereiding, een taakverdeling, een tijdsplanning en een lijst met benodigde materialen en gereedschappen. Een voorbeeld van een uitwerking van voorbereiding De voorbereiding bij exameneenheid "B/K/6 Introductie stukadoren": stukadoorswerkzaamheden voorbereiden: eenvoudige werktekening lezen aan de hand van voorbeelden relevante bouwdelen op schaal natekenen en schetsen materiaal en materieel voor het stukadoren uittrekken verwerkingsvoorschriften lezen het stukwerk voorbereiden: binnenwand ondergronden controleren op eigenschappen voor de stukafwerking te behandelen ondergronden repareren ondergronden stukwerk voorbehandelen reien/profielen stellen ten behoeve van het berapen van ondergronden Uitvoering Bij de "uitvoering" gaat het om het product (werkstuk opdracht) maar ook om het proces. Hierbij kan gedacht worden aan: omgaan met machines en apparatuur, meten, monteren, bouwen, installeren, samenwerken, omgaan met materialen en gereedschappen, enzovoorts. Een voorbeeld van een uitwerking van uitvoering: De uitvoering bij exameneenheid "B/K/6 Introductie stukadoren": met gangbare gereedschappen stukadoorswerkzaamheden uitvoeren: wanden traditioneel vertinnen en berapen wanden afwerken als blauwpleisterwerk en witpleisterwerk het product tussentijds controleren en de werkwijze aanpassen op basis van de controleresultaten met KAM-zorg de werkzaamheden uitvoeren: ARBO de werkplek (tussentijds) opruimen en onderhouden werken met trappen gereedschap schoonmaken verpakkingen en restanten volgens milieuvoorschriften afvoeren Terugkijken Het gaat bij het "terugkijken" om het reflecteren door de leerling op het proces en het product bij het terugkijken, kunnen ook kennisaspecten worden meegenomen. Producteisen kunnen zijn maatvoering, kwaliteit en afwerking. Proceseisen kunnen zijn de mate van samenwerking, de houding tijdens de uitvoering, de omgang met medeleerlingen, de docent, de klant enzovoorts. Een voorbeeld van een uitwerking van terugkijken Het terugkijken bij exameneenheid "B/K/6 Introductie stukadoren": de werkwijze, de materialen en de gereedschappen bij het stukadoren noemen: de basistechnieken bij het voorbereiden van de ondergronden de basistechnieken bij het rapen, schuren en pleisteren de materialen bij het raap en schuurwerk de gereedschappen ten behoeve van stukadoren de werkwijze bij het opruimen 16

de producteisen noemen en controleren: maatvoering kwaliteit afwerking... de proceseisen noemen en controleren: samenwerking houding tijden de uitvoering het omgaan met de medeleerlingen het omgaan met de docent het omgaan met de klant of opdrachtgever... 4.2 Voorbeeld van een beoordelingsformulier Op basis van de aspecten voorbereiding, uitvoering en terugkijken is een algemeen beoordelingsformulier uitgewerkt. Dit beoordelingsformulier is niet bedoeld als een voorschrijven beoordelingsformulier, maar als model voor het maken van een beoordelingsformulier door docenten. Dit model kan gebruikt worden bij het invullen van het eigen schoolexamen. Een algemeen voorbeeld van een beoordelingsformulier: Naam opdracht:... Eindterm:... De opdracht:... Normtijd (*1) Begintijd Eindtijd Criteria Deeltaak Maximaal (*2) BB KB Beoordeling leerling (*3) Beoordeling docent Resultaat Voorbereiden Uitvoering Terugkijken Reflecteren LOB Tekening lezen 5 10 Schetsen 5 5 Materiaal en materieel 5 10 uittrekken Het werk(stuk) voorbereiden 5 5 Stelwerk 5 5 Maatvoering 5 5 Werkwijze 20 10 Afwerking 10 5 Controleren 5 5 Opruimen 10 5 Kam-zorg 10 5 Theorie 5 10 Product 5 10 Proces 5 10 Wat vond je van... Wat ging goed? Wat kan beter? Wil je dit later gaan doen? 17

Korte toelichting beoordelingsformulier: *1. Normtijd is de tijd die maximaal aan de opdracht gewerkt mag worden. *2. Het aantal punten dat men maximaal voor dit onderdeel kan scoren. Let op het accentverschil tussen BB en KB. Er is een verschil gemaakt in het maximaal te behalen punten op de verschillende onderdelen. Op deze manier is het verschil in de leerwegen BB en KB duidelijk zichtbaar en "herkennen" leerlingen het karakter van hun opleiding. De basisberoepsgerichte leerweg heeft veel meer een uitvoerend karakter. In de kaderberoepsgerichte leerweg zijn de accenten gelegd bij de voorbereiding, het terugkijken van de opdracht. Het verschil tussen beide leerwegen komt tevens tot uitdrukking in die eindtermen waar gevraagd wordt naar het geven van een 'toelichting'. Aan de leerlingen in de kaderberoepsgerichte leerweg wordt dat wel gevraagd, aan de leerlingen in de basisberoepsgerichte leerweg niet. *3. Beoordeling leerling: in dit schema geeft de leerling ook een beoordeling aan zichzelf. Deze kan vervolgens vergeleken worden met de beoordeling van de docent. Op basis van het algemene voorbeeld van een beoordelingsformulier kan een invulling worden gemaakt van een specifiek beoordelingsformulier. In het volgende voorbeeld wordt de exameneenheid "B/K/6 Introductie stukadoren" weer als uitgangspunt gebruikt. Bij de uitwerking worden de voorbeelden genoemd bij de aspecten voorbereiding, uitvoering en terugkijken als bron gehanteerd. De opdracht die is gekoppeld aan de specifieke invulling van het beoordelingformulier is ontleend aan voorbeeld in hoofdstuk 3, " De bedrijfssimulatie". Een ingevuld voorbeeld van een beoordelingsformulier: Naam opdracht: Introductie stukadoren 3. Eindterm: De kandidaat kan op basis van een werktekening, inclusief werkvoorbereiding basisvaardigheden met betrekking tot stukadoren uitvoeren. De opdracht Een groepje leerlingen krijgt de volgende opdracht: Stel je voor: Je werkt met een collega bij een stukadoorsbedrijf. Jullie gaan samen naar mevrouw Smith die in haar slaapkamer nieuw behang wil, ze heeft zelf het oude behang al verwijderd, maar na het verwijderen van het oude behang blijkt dat de muur ernstig beschadigd en gescheurd is. Beoordeel wat de oorzaak van het probleem kan zijn en overweeg de mogelijkheden die er zijn om het probleem op te lossen. Werk de oplossing uit met behulp van een werkplanning. Maak een materiaal en tijdberekening en bepaal de prijs waarvoor de muur kan worden gerepareerd en opnieuw gepleisterd kan worden. Mevrouw Smith komt uit Engeland en spreekt bijna geen Nederlands en kan geen Nederlands lezen. Maak een offerte en een begeleidende brief in het Engels. Voer een telefoongesprek in het Engels met een medeleerling, waarbij de medeleerling mevrouw Smith speelt en jij een toelichting geeft op je offerte. Ga naar werkbox, daar vind je een werkruimte met muren die er net zo uitzien als de muren van mevrouw Smith na het verwijderen van het oude behang. In opdracht uit je boek zie je hoe stukwerk moet worden uitgevoerd. Maak gebruik van de opdrachten zoals beschreven in het boek. Repareer de muur en werk de muur af met pleisterwerk. Normtijd 4 uur Begintijd Eindtijd Criteria Deeltaak Maximaal BB KB Beoordeling leerling Beoordeling docent Resultaat Voorbereiden Eenvoudige werktekening lezen 5 10 Aan de hand van voorbeelden 5 5 relevante bouwdelen op schaal natekenen en schetsen 18

Uitvoering Terugkijken Materiaal en materieel voor het 5 10 stukadoren uittrekken 8 Ondergrond; controleren, 5 5 repareren en voorbehandelen Reien/profielen stellen ten 5 5 behoeve van het berapen van ondergronden Maatvoering 5 5 Werkwijze: 20 10 Wanden afwerken als blauwpleisterwerk Afwerking 10 5 Het product tussentijds controleren 5 5 en de werkwijze aanpassen op basis van de controleresultaten De werkplek (tussentijds) opruimen en onderhouden 10 5 Met KAM-zorg de werkzaamheden 10 5 uitvoeren: ARBO werken met trappen gereedschap schoonmaken verpakkingen en restanten volgens milieuvoorschriften afvoeren Theorie, De werkwijze, de 5 10 materialen en de gereedschappen bij het stukadoren noemen: de basistechnieken bij het voorbereiden van de ondergronden de basistechnieken bij het rapen, schuren en pleisteren de materialen bij het raap en schuurwerk de gereedschappen t.b.v. stukadoren de werkwijze bij het opruimen De producteisen noemen en 5 10 controleren maatvoering kwaliteit afwerking De proceseisen noemen en 5 10 controleren samenwerking houding tijden de uitvoering het omgaan met de medeleerlingen 8 Inclusief offerte en brief in het Engels. Overwogen kan worden om dit aspect bij het vak een aanvullende waardering te geven. In het geval van een Nederlandse brief kan dit natuurlijk ook gekoppeld worden aan Nederlands. 19

Reflecteren LOB het omgaan met de docent het omgaan met de klant 9 of opdrachtgever Wat vond je van... Wat ging goed? Wat kan beter? Wil je dit later gaan doen? 9 Overwogen kan worden om "omgaan met de klant" in het geval van dit voorbeeld ook aanvullend te waarderen voor Engels en/of maatschappijleer. 20

5. Loopbaanoriëntatie en -begeleiding In het examenprogramma Bouwtechniek heeft de eerste exameneenheid K/1 "Oriëntatie op de bouw en bouwberoepen" betrekking op loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB). Daarbij gaat het erom dat de leerling zich een beeld kan vormen van de belangrijkste aspecten voor zijn of haar toekomstige beroep. B/K/1 Oriëntatie op de bouw en bouwberoepen De kandidaat kan: o de gang van zaken bij het maken van een bouwwerk beschrijven o de belangrijkste wetten en regelgeving in de bouw noemen o aspecten van het bouwproces noemen o de instituten en bedrijven in de bouwbranche en aanverwante bedrijfstakken noemen o de technologische ontwikkelingen in de bouwtechniek beschrijven o een bewuste keuze voor een vervolgopleiding maken o aspecten van het werken in de bouw noemen. Leerlingen baseren hun studie- en beroepskeuze vooral door ervaringen die zij hebben opgedaan. Zij hebben een referentiekader nodig om te weten waarvoor zij kiezen. Het is dan ook belangrijk dat 'loopbaanoriëntatie en - begeleiding' de leerlingen laat kennismaken met de 'echte' beroepspraktijk. Dat stelt hen in de gelegenheid praktische ervaringen op te doen in de beroepspraktijk. Belangrijk daarbij is dat de leerlingen te maken krijgen met typerende situaties. Het verblijf in de beroepspraktijk zal in belangrijke mate bestaan uit het meelopen met een beroepsbeoefenaar. Daarbij gaat het niet alleen om de vakmatige vaardigheden maar ook om de menselijke kant van de beroepsgroep. De leerling ontdekt wat de leuke en minder leuke kanten van het beroep zijn. Leerlingen worden geconfronteerd met beroepsdilemma's uit de dagelijkse praktijk. Bijzonder leerzaam, vooral ook als deze bespreekbaar worden gemaakt met de beroepsbeoefenaar. Ook zijn de beroepsdilemma's erg geschikt om later in de schoolsituatie te bespreken met de hele klas. Hoe ging de beroepsbeoefenaar met dit dilemma om en hoe zou jij zelf gereageerd hebben? Leerlingen krijgen zo een duidelijker zicht op het toekomstige beroep. En wat misschien nog belangrijker is, de leerlingen houden zich bezig met de vraag "wil ik deze werkzaamheden leren". De gesprekken over de beroepsdilemma's kunnen de leerlingen met behulp van drie onderdelen structuur geven: Welke beroepsdilemma's komt de beroepsbeoefenaar in de uitoefening van zijn beroep zoal tegen? Welke keuzes moeten tijdens het werk gemaakt worden? Vervolgens stellen de leerlingen zichzelf de vraag: Welke keuzes zou ik bij deze dilemma's gemaakt hebben? Uiteindelijk worden de gemaakte keuzes bespreekbaar gemaakt met de beroepsbeoefenaar of in een klassengesprek. Deze ervaringen geven de leerlingen inzicht in de eigen mogelijkheden en wensen. Voor de variëteit is het goed dat leerlingen ervaringen op doen in verschillende beroepssituaties, zodat hun horizon wordt verbreed en zij uiteindelijk een meer gefundeerde keuze kunnen maken. Hoe de leerlingen zich zullen oriënteren hangt in grote mate af van de leeromgeving en het contact met de echte beroepspraktijk. 5.1 Informatiegerichte leeromgeving De meest voorkomende onderwijsvormen voor 'loopbaanoriëntatie en -begeleiding' zijn klassikaal, aanbodgericht en binnenschools, lessen gericht op informatieoverdracht. Daarbij wordt in veel gevallen gebruik gemaakt van een loopbaanmethode, beroepskeuzetests en individuele gesprekken. Het effect van al deze inspanningen is zeer beperkt. 21

Leerlingen laten zich bij hun beroepskeuze vooral leiden door hun ervaringen. In eerste instantie maken zij daarvoor gebruik van eigen ervaringen en - als die er niet of in onvoldoende mate zijn - van de ervaringen van vooral de ouders 10. De keuzes van leerlingen zijn veel meer ingegeven door situatiegebonden ervaringen en zijn veelal situatiegestuurd. Leerlingen willen begrijpen waarvoor zij kiezen. Voor een goed begrip hebben zij praktische ervaringen nodig die duidelijkheid bieden over de consequenties van hun beroepskeuze. Om dat mogelijk te maken hebben leerlingen behoefte aan een loopbaangerichte leeromgeving 11. 5.2 Loopbaangerichte leeromgeving Voor het maken van een goede keuze voor een vervolgopleiding is het van belang dat de leerlingen loopbaancompetenties en een beroepsidentiteit kunnen ontwikkelen 12. Loopbaancompetenties zijn vaardigheden van leerlingen om over de eigen motieven en kwaliteiten na te denken, om via het verkennen van mogelijkheden en het daadwerkelijk sturen van de eigen leerprocessen aan de loopbaan vorm te geven en om te netwerken. Bij arbeidsidentiteit gaat het erom dat leerlingen zich identificeren met een arbeidsveld en daarbinnen met een specifieke arbeidsrol; gaat het om de zekerheid die leerlingen hebben over zichzelf, de opleiding, de toekomst en het zelfvertrouwen dat zij hieraan ontlenen. De ontwikkeling van loopbaancompetenties en een beroepsidentiteit komen het best tot hun recht in een loopbaangerichte leeromgeving met de kenmerken: 1. De leerlingen komen veelvuldig in contact met de 'echte' beroepspraktijk 2. Het maatschappelijke belang of nut wordt zichtbaar gemaakt 3. De leerlingen worden in staat gesteld te communiceren over zowel de maatschappelijke betekenis van bepaalde beroepsactiviteiten als over de persoonlijke zin ervan 4. De leerlingen worden goed gecoached en krijgen gelijkertijd een eigen verantwoordelijkheid wat betreft het maken van keuzes 5. De leerlingen kunnen spreken met ervaren beroepsbeoefenaars die als mogelijk groepsmodel kunnen functioneren 5.3 Leerlingen en ervaren beroepsbeoefenaars. De oriëntaties van de leerlingen op verschillende beroepen zijn vooral kennismakingen met sociaal-culturele praktijken van een beroepsgroep 13. Door met de professionele vakman mee te lopen en met hen in gesprek te raken komen de leerling in aanraking met de technische, sociale en menselijke kanten van het beroep. In elk beroep doen zich dilemma's voor waarbij de vakman met situaties te maken krijgt waarin het werk niet kan zoals het moet en dan maar moet zoals het kan. 10 Meijers, F., Heeft beroepskeuzevoorlichting zin? Naar een strategie van participerend leren, In: Pedagogiek, jrg. 21, 2001, 3, p. 204. 11 Meijers, F, Kuijpers, M. en Bakker, J, Over leerloopbanen en loopbaanleren, Platform beroepsonderwijs, februari 2006; Boer, P. den, Mittendorff, K., Sjenitzer, T., Beter kiezen., Onderzoek naar keuzeprocessen van jongeren in traditionele en herontwerpopleidingen techniek in het vmbo en mbo, Stoas Onderzoek, Wageningen, juli 2005. Meijers, F, Kuijpers, M. en Bakker, J, Over leerloopbanen en loopbaanleren, Platform beroepsonderwijs, februari 2006, p. 25 e.v. 12 Meijers, F, Kuijpers, M. en Bakker, J, Over leerloopbanen en loopbaanleren, Platform beroepsonderwijs, februari 2006, p. 25 e.v. 13 Meijers, F., Heeft beroepskeuzevoorlichting zin? Naar een strategie van participerend leren, In: Pedagogiek, jrg. 21, 2001, 207. 22

Voorbeelden beroepsdilemma's Eenvoudige beroepsdilemma's Waarom moet ik een planning maken, dat kost alleen maar tijd? Waarom moet ik speciaal gereedschap reserveren, het ligt altijd in het magazijn te roesten? Wat doet een magazijnmeester, ik kan het ook wel zelf pakken? Wat doet een logistiek medewerker, ik weet toch waar die klant woont? Waarom moet ik meerwerkbonnen schrijven? Wat heb ik met de wensen van de klant te maken? Om met die dilemma's kennis te maken is het van groot belang dat leerlingen kennismaken met typerende situaties van het beroep. Het vmbo is daar, als voorbereidend beroepsonderwijs, bij uitstek de juiste onderwijssoort voor: het aanbieden van typerende, veelvoorkomende situaties uit de beroepspraktijk. Leerlingen krijgen een duidelijker zicht op de kern van het vak en meer begrip voor de liefde van de vakman voor zijn vak, door de beroepsdilemma's met de vakman te bespreken. De gesprekken over de beroepsdilemma's kunnen de leerlingen met behulp van vier vragen 14 structuur geven: Welke beroepsdilemma's komt de beroepsbeoefenaar in de uitoefening van zijn beroep zoal tegen? Welke keuzes moeten tijdens het werk gemaakt worden? Vervolgens stellen de leerlingen zichzelf de vraag: Welke keuzes zou ik bij deze dilemma's gemaakt hebben? Voor de laatste vraag gaan de leerlingen terug naar de beroepsbeoefenaar: Welke keuzes heeft u als beroepsbeoefenaar gemaakt? Daarna bespreken de leerlingen de gemaakte keuzes. Voorbeelden beroepsdilemma's Complexe beroepsdilemma's Een klant heeft de winkelopening morgen gepland. Het is nu 16.00 uur en er moet nog worden afgemonteerd...wat nu te doen? Bij een boerenbedrijf worden graafwerkzaamheden uitgevoerd. Op een tijdstip net voordat de koeien gemolken moeten worden stuiten de grondwerkers op een elektriciteitskabel die niet is ingetekend in het plan. Om de werkzaamheden door te laten gaat moet de kabel afgekoppeld/weggehaald worden. Wat nu te doen? Het is herfst en het dak van het kinderdagverblijf is beschadigd door de storm eerder deze dag, onder het dak staan bedjes en morgen is weer veel regen voorspeld. Wat nu te doen? De afvoer van het toilet is al twee dagen defect. Het stinkt gigantisch. Wat nu te doen? Binnen moet watergedragen verf worden gebruikt, de verf is op, Wel is nog een niet toegestane verf voor binnen beschikbaar in de juiste kleur. Morgen is de oplevering. Wat nu te doen? Het 4 uur, over een paar dagen moet het gebouw worden opgeleverd. Er moet nog gevoegd worden, maar de komende dagen is alleen maar regen voorspeld. Nog een drie uur doorwerken en het metselwerk is klaar. Wat nu te doen? 14 Boer den P., Mittendorff K., Sjenitzer T., Beter kiezen, Stoas, Wageningen, juli 2005, p. 24-25. 23

6. Mogelijke vakkenintegratie 6.1 Inleiding In de notitie 'VMBO: het betere werk' spreekt de minister zich uit voor het meer in lijn brengen van de examenprogramma's met het competentiegericht leren 15. Hoewel het competentiegericht leren vele gezichten kent, zijn twee kenmerken als karakteristiek aan te merken. De inhoud van het onderwijs aanbod is ontleend aan situaties die de leerlingen ook in de beroepspraktijk en in de samenleving tegenkomen en het onderwijs is georganiseerd in samenhangende gehelen, bijvoorbeeld in de vorm van taken of opdrachten. Bij het ontwerpen van competentiegericht leren en opleiden dient het eindproduct van de opleiding het uitgangspunt te vormen. Dat wil zeggen dat de examens (en tussenliggende certificeerbare eenheden of vaststellingsmomenten) het uitgangspunt vormen voor het ontwerpen van het leerproces. Anders gezegd: De lesinhouden worden "van achteren naar voren" ingevuld in het leerplan. De integratie van vakken kan gezien worden als een op weg naar competentiegericht leren. De leerlingen krijgen de vakinhouden niet langer als afzonderlijke bouwstenen aangeboden maar als gehelen. De afzonderlijke inhouden van de vakken worden in samenhang geordend en in samenhang aangeboden. Het leggen van verbanden tussen de inhouden uit de verschillende vakken is niet iets dat aan de leerling overgelaten wordt, maar is iets dat de afdeling van meet af aan in het onderwijsaanbod tot uitdrukking laat komen. De integratie van de beroepsgerichte vakken is een eerste stap in de richting van vakkenintegratie. De integratie van de beroepsgerichte vakken in de afdeling vmbo bouwtechniek is in de meeste vmbo scholen een feitelijk gegeven. Een volgende stap van vakkenintegratie kan gezet worden door meer samenhang te brengen in de beroepsgerichte vakken en de algemene vakken. 6.2 Dezelfde taal spreken Leerlingen in de sector Techniek volgen een vaststaand examenpakket. Dit bestaat uit de vakken: Nederlands Engels Wiskunde Nask 1 Beroepsgericht programma Daarnaast moeten de leerlingen, net als alle vmbo-leerlingen, de vakken maatschappijleer 1, lichamelijke opvoeding en kunstvakken 1 volgen. Omdat de verschillende type vakken (AVO en beroepsgericht) vaak in verschillende delen van het schoolgebouw gegeven worden ervaren leerlingen geen samenhang tussen deze vakken. Deze ervaring kan nog versterkt worden wanneer leerlingen de algemene vakken volgen in een anders samengestelde groep dan de beroepsgerichte vakken. Als leerlingen bijvoorbeeld voor Nederlands een brief moeten schrijven wordt maar zelden een onderwerp gekozen uit de sector Techniek als onderwerp voor die brief. 15 VMBO: het betere werk, Ministerie van Onderwijs., Cultuur en Wetenschappen, april 2005, VO/OK/05/12027, p. 4-5 25

Een van de eindtermen van het vak Engels luidt: De kandidaat kan de Moderne vreemde taal (Engels in dit geval) taal functioneel gebruiken teksten begrijpend lezen en beluisteren eenvoudige schriftelijke teksten produceren in gesprekken passende verbale en non-verbale middelen kiezen zich in uiteenlopende taalsituaties gepast presenteren In deze eindterm wordt gesproken over 'teksten'. Nergens staat voorgeschreven waar deze teksten over moeten gaan. Het staat een docent dus vrij te kiezen voor een onderwerp dat past in de sector Techniek Vakkenintegratie kan op heel veel verschillende manieren vorm gegeven worden. Integratie is het laatste punt op een schaal van inventariseren, afstemmen, samen werken en integreren. Een vierslag die tot doel heeft samenhang tussen vakken in kaart te brengen en daar waar mogelijk te bevorderen. Door middel van inventariseren, afstemmen, samen werken en integreren wordt de samenhang tussen vakken vergroot. De vierslag moet voorgesteld worden als een glijdende schaal van steeds intensiever wordende samenhang en samenwerking. Inventariseren Inventariseren is het zoeken van overeenstemming tussen de vakken, zodat men weet waar overlap zit en docenten leerlingen naar elkaars vakken kunnen verwijzen. In de les wordt met de overlap niet meer gedaan dan alleen de verwijzing. Bijvoorbeeld: Er bestaat een overlap tussen Wiskunde en het beroepsgericht programma Bouwtechniek en de basisvaardigheden uit kerndeel K2. Afstemmen Afstemmen gaat een stap verder dan inventariseren. Bij afstemmen constateren docenten dat er overlap is tussen twee vakken en maken zij afspraken over de wijze waarop een onderwerp wordt aangeboden. Van belang bij het afstemmen is dat vakdocenten van alle vakken dezelfde taal spreken. Dat lijkt logisch maar is dat in de praktijk vaak niet! Een sprekend voorbeeld hierbij is dat leerlingen vaak op meerdere manieren leren om procenten uit te rekenen. In elke andere situatie klinkt dan: "vergeet wat je daar geleerd hebt, wij doen dat hier anders..." Verschillende strategieën leiden tot misverstanden, ruis en bij leerlingen niet zelden tot wanhoop. Door met elkaar af te spreken welke strategie en welke taal gekozen wordt voor het gebruik in alle lessen zal de integratie van vakken voor zowel docenten als leerlingen makkelijker en natuurlijker verlopen. Deze strategieën kunnen eventueel op steunkaarten in de vaklokalen worden opgehangen zodat de leerlingen de strategie als heel natuurlijk zien en kunnen toepassen in de verschillende lessen. Samenwerken Er is sprake van samenwerken als vakken samen vormgeven aan een deel van het onderwijs. Wel blijft elk vak verantwoordelijk voor het eigen deel. Bij samenwerken worden niet alleen afspraken gemaakt over de wijze waarop een onderwerp wordt aangeboden of bijvoorbeeld het vakjargon dat wordt gehanteerd, maar ook over het moment waarop een onderwerp aan de orde komt. Bijvoorbeeld: wiskunde en techniek zijn beide tegelijk bezig met procenten en het omrekenen van eenheden. Integreren Integreren is de meest vergaande vorm van samengaan. Hierbij worden delen van de verschillende vakken en programma s in één opdracht opgenomen. In de beoordeling tellen de uitkomsten van deelopdrachten bij de verschillende vakken mee. Dit is een tendens die in steeds meer scholen in meerdere of mindere mate wordt ingevoerd. Integratie heeft consequenties voor wat betreft het rooster van leerlingen en docenten, de inzet van lokalen en dergelijke. Integratie levert leerlingen voordeel op, omdat er samenhang wordt gebracht tussen vakken. De leerling hoeft deze samenhang niet meer zelf te ontdekken. In sommige gevallen kan het wenselijk zijn dat delen van een vak die voorkomen in het centraal examen in een apart (instructie)lokaal door de vakdocent gegeven worden, omdat het 26