Netwerk Groene Bureaus J.P.M. Burger Zeisterweg NL ODIJK. Datum 24 februari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Vergelijkbare documenten
Natuurbalans - Limes Divergens B.V. G. Hoogerwerf Toernooiveld ED NIJMEGEN

Ecomilieu R. Gerritsen Bergweg 5A 7671 TA VRIEZENVEEN. Datum 16 maart 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Uw aanvraag van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 11 van de Flora- en faunawet wijs ik af

Staatsbosbeheer Divisie Ontwikkeling en Beheer S. Thijsen Smallepad MG AMERSFOORT

Eelerwoude B.V. S. Semmekrot Mossendamsdwarsweg AB GOOR. Datum 12 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Wildernistrek E.G.C. van Uchelen Reeweg GA VLEDDER. Datum 19 juni 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 27 juli 2016 t/m 1 september 2020.

Veldbiologische Werken J.C. Knotters Kastanjeberg KA ROOSENDAAL. Datum 16 december 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 29 oktober 2014 tot en met 28 oktober 2019.

Eelerwoude B.V. S. Semmekrot Mossendamsdwarsweg AB GOOR. Datum 18 november 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Op 6 maart 2014 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Gagel knippen ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 24 februari 2015 tot en met 1 januari 2018.

Staatsbosbeheer T. Muusse Hilweg MT WERKENDAM. Datum 7 augustus 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Stichting Nationaal Klok & Peel museum Asten H. A. van der Loo Ostadestraat WC ASTEN

Vereniging Natuurmonumenten J. Quik Slabroekseweg PX NISTELRODE. Datum 12 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 29 januari 2016 tot en met 28 januari 2021.

Stichting RAVON R. van Westrienen Postbus BK NIJMEGEN. Datum 17 november 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Erasmus Medisch Centrum B.E.E. Martina Dr. Molewaterplein GEROTTERDAM

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 20 september 2016 tot en met 15 oktober 2017.

NatuurInclusief J. Beijk Alexandrinalaan NN BORCULO. Datum 13 februari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Alterra Wageningen UR G. Müskens Droevendaalsesteeg PB WAGENINGEN. Datum 11 april 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Bureau Biota G. Milder-Mulderij Krulmate KD ZWOLLE. Datum 9 oktober 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Op 12 november 2014 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Welkom Bever ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Gemeente Amstelveen, Wijkbeheer Zuid Team Natuur en Milieu Educatie Postbus BAAMSTELVEEN

Stichting Waterproef R.W.G.M. Melis Postbus ZGEDAM. Datum 7 maart 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

IMARES Wageningen UR T.P. Bult Ankerpark AG DEN HELDER. Datum 16 februari 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Op 14 september 2016 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Na het MEC ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Op 2 mei 2016 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Otter ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Universiteit van Amsterdam C. Cavallo Turfdraagsterpad XT AMSTERDAM

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 31 mei 2015 tot en met 30 mei 2020.

Stichting Ravon R.W. Westrienen Toernooiveld ED NIJMEGEN. Datum 17 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Natuurmuseum Fryslan G. Koopmans Schoenmakersperk EM LEEUWARDEN. Datum 18 april 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Stichting RAVON A.M. Spitzen Postbus BK NIJMEGEN. Datum 11 april 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Stichting opvang Bronsbergen H.W. Enzerink Bronsbergen AA ZUTPHEN

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen Beslissing Aanvraag Toelichting

Vereniging Buyshaven D.J. Koopman Flevolaan MA ENKHUIZEN. Datum 22 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Stichting Zeemuseum Miramar M.J. van Geel Vledderweg AB VLEDDER. Datum 3 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Biodivers B.V. P.J.L. de Groot Hoenkoopse Buurtweg GB OUDEWATER. Datum 3 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora CJ LEEUWARDEN. Datum 15 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

M. Snelleman Ds. H. Pauwstraat AC BRIELLE. Datum 30 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Brandweer Nunspeet C. Barneveld Elburgerweg TA NUNSPEET. Datum 14 januari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Provincie Limburg M. Wouters-Ackermans Postbus MA MAASTRICHT. Datum 9 januari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Seamarco B.V. R.A. Kastelein Julianalaan CC HARDERWIJK. Datum 12 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Universiteit Utrecht, Faculteit Diergeneeskunde Prof. Dr. A. Pijpers Yalelaan CL UTRECHT

Jasja Dekker Dierecologie J. Dekker Enkhuizenstraat WZ ARNHEM. Datum 30 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Gemeente Stein R. Vluggen Stadhouderslaan KP STEIN. Datum 28 mei 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

M.B.A. Knuvers Vicarisweg AC VARSSELDER. Datum 15 juli 2016 Betreft Beslissing aanvraag art. 75 Flora en faunawet. Geachte mevrouw Knuvers,

Gemeente Heerenveen H. Huisman Postbus BH HEERENVEEN. Datum 16 februari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Bureau Natuurbalans - Limes Divergens B.V. B.H.J.M. Crombaghs Postbus GA NIJMEGEN

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 23 september 2016 tot en met 1 juni 2021.

Tier3 solutions GmbH C. Wolf Kolberger Str LEVERKUSEN Duitsland

Gemeente Nieuwegein A.R. de Bree Postbus AA NIEUWEGEIN. Datum 22 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Gemeente Midden-Drenthe M.W.L. Koster Postbus AA BEILEN. Datum 16 december 2015 Betreft Beslissing aanvraag art. 75 Flora en faunawet

Brabants Landschap E.J. van Haaften Kasteellaan RE HAAREN. Datum 20 mei 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit. In de bijlage kunt u de relevante wet- en regelgeving lezen.

R. Grimminck duivenoverlastbestrijding R. Grimminck De Heul AJ OOSTZAAN

Gemeente Oude IJsselstreek W. Geense Postbus AA GENDRINGEN. Datum 13 november 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 1 december 2016 tot en met 30 november 2021.

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen 2 Beslissing Aanvraag

Op 3 juni 2016 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor drie grijze eekhoorns. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Gemeente Opmeer H.A.C. van Langen postbus ZK SPANBROEK. Datum 4 juli 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen 2 Beslissing Aanvraag

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 17 maart 2017 tot en met 16 maart 2022.

Op 21 juli 2016 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor Meeuwen bestrijding. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

SOVON Vogelonderzoek Nederland R.L. Vogel Toernooiveld ED NIJMEGEN

Energieonderzoek Centrum Nederland ECN P.J. Sayers Postbus ZG PETTEN. Datum 7 maart 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 30 november 2016 tot en met 31 december 2017.

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 27 januari 2015 tot en met 26 januari 2020.

Gemeente Leiden F. van der Sluis Postbus PC LEIDEN. Datum 31 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Wespro Plaagdierpreventie C.C.W.P. Schuurmans Veldstraat AW GEFFEN. Datum 13 juli 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Op 30 november 2016 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor Ontheffing roeken. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen Beslissing Aanvraag

Gemeente Westland P. Moerman Postbus AD NAALDWIJK. Datum 7 juli 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 14 oktober 2016 tot en met 14 oktober Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit.

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 22 februari 2017 tot en met 21 februari Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit.

Roflight R.J. Musters Lemselobrink GD ENSCHEDE. Datum 29 maart 2017 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 FFW/Wet natuurbescherming

Stichting Superkatten M. Heijdra Waalbandijk GR HELLOUW. Datum 6 juli 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Datum 19 juni 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet. Geachte heer Zeilmaker,

Rilksdienst voor Ondernemend

Naar aanleiding van het verzoek van de heer W.N.J. Ursem op 17 september 2013, namens de Nederlandse Vereniging van Botanische Tuinen (NVBT)

Op 9 juni 2016 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor Duiven rond gebouwen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Tamboer Plaagdierbeheersing A. Tamboer Hoofdweg LV NIEUW VENNEP. Datum 29 augustus 2014 Betreft Beslissing aanvraag jagen op begraafplaatsen

't Zinkske H.A.W. Bakker Vuurlinie RN NEERKANT. Datum 2 oktober 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Stichting RAVON de heer R. van Westrienen Toernooiveld 1, kamer A1-24 B 6525 ED NIJMEGEN. Geachte heer Van Westrienen,

Gemeente Overbetuwe G..W.E.M. Burgers Postbus AA ELST. Datum 2 oktober 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Stichting SOS Dolfijn E. Everaarts Valkhof LL NIJKERK. Datum 29 juni 2017 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Natuurlijk! Fauna-advies B.V. C.F. Schoon Hofsemolenweg PM VAASSEN

De R.-K. Parochie H. Augustinus p/a R.-K. Begraafplaats Buitenveldert A. Vink Fred Roeskestraat EE AMSTERDAM

Gemeente Overbetuwe I.A.N.M. van Riel Postbus AA ELST. Datum 1 oktober 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Vereniging van Eigenaren Inventor Business Park M.C.J. Reijnders-Meine Keesomstraat 12 B 1821 BS ALKMAAR

M. Paarlberg - Spaanderman Stroet GM STROET. Datum 14 oktober 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Koningin Sophia-Vereeniging tot Bescherming van Dieren Mevr. drs. S. van Horck Nieuwezijds Voorburgwal RK AMSTERDAM

Oeroe Boeroe - educatieve projecten S.M.A. Bakker Bennemeersweg EL TWISK

Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit. In de bijlage kunt u de relevante wet- en regelgeving lezen.

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 15 maart 2016 tot 1 juli Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit.

Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Dieren F.C. Dales Scheveningseweg CR DEN HAAG

Op 11 december 2015 heb ik uw aanvraag ontvangen voor een ontheffing voor TNR zwerfkatten. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Gemeente Oude IJsselstreek P. Kleingeld Postbus AA GENDRINGEN. Datum 9 januari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 15 maart 2016 tot 1 juli Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit.

Stichting Zeehondenopvang Eemsdelta J. Boer De Geise BX DELFZIJL. Datum 19 oktober 2016 Betreft Goedkeuring wijziging ontheffing

Transcriptie:

> Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Netwerk Groene Bureaus J.P.M. Burger Zeisterweg 14 3984 NL ODIJK Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet Bijlagen 3 Geachte heer Burger, Op 23 december 2014 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Inventarisatie flora en fauna door leden Netwerk Groene Bureaus ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing. Beslissing Ik heb besloten uw aanvraag goed te keuren. Hierbij verleen ik u de ontheffing die u heeft aangevraagd van de verbodsbepalingen genoemd in: artikel 9 van de Flora- en faunawet voor zover dit betreft het vangen, bemachtigen en met het oog daarop opsporen van beschermde inheemse zoogdieren (Mammalia), reptielen (Reptilia), amfibieën (Amphibia), vissen (Pisces), geleedpotigen (Arthropoda) en weekdieren (Mollusca) en het doden van beschermde inheemse mieren (Formicidae), kevers (Coleoptera) en weekdieren (Mollusca); artikel 11 van de Flora- en faunawet voor zover dit betreft het verstoren van nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van inheems beschermde zoogdieren (Mammalia), reptielen (Reptilia), amfibieën (Amphibia), vissen (Pisces), geleedpotigen (Arthropoda) en weekdieren (Mollusca); artikel 12 van de Flora- en faunawet voor zover dit betreft het zoeken van eieren van beschermde inheemse amfibieën (Amphibia) en mieren (Formicidae); artikel 13, lid 1, van de Flora- en faunawet voor zover dit betreft het vervoeren en onder zich hebben van beschermde inheemse mieren (Formicidae), kevers (Coleoptera) en weekdieren (Mollusca); artikel 15, lid 2, 15b en 72, lid 5, voor zover dit betreft het gebruik van: o netten voor het vangen van beschermde inheemse amfibieën en vissen, o vallen voor het vangen van beschermde inheemse zoogdieren, o fuiken voor het vangen van beschermde inheemse geleedpotigen, Pagina 1 van 6

voor zover deze vangmiddelen worden gebruikt om soorten te vangen die worden genoemd in bijlage IV, onderdeel a, of bijlage V, onderdeel a, van richtlijn 92/43/EEG. Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 16 maart 2015 tot en met 15 maart 2020. Hieronder vindt u de redenen voor mijn besluit. Aanvraag U vraagt, namens Netwerk Groene Bureau s, ontheffing voor het uitvoeren van inventarisaties naar beschermde inheemse diersoorten. Hierbij wordt een groot aantal verschillende handelingen verricht. Voor het uitvoeren van de inventarisaties is het in veel gevallen noodzakelijk beschermde diersoorten te vangen en te hanteren, ten behoeve van een goede determinatie. Bij inventarisaties van kevers en mieren is het veelal noodzakelijk om een aantal exemplaren op te nemen in een entomologische collectie. Bij de inventarisatie van slakken is het veelal noodzakelijk de determinatie in een laboratorium uit te voeren en de dieren vervolgens te conserveren. Toelichting Relevante wet- en regelgeving In de bijlage kunt u de relevante wet- en regelgeving lezen. Ontheffing Uit de relevante wet- en regelgeving blijkt dat de aangevraagde ontheffing alleen kan worden verleend als: De gunstige staat van instandhouding van de soort niet in het geding is; Er geen andere bevredigende oplossing bestaat; De ontheffing aangevraagd wordt ten behoeve van onderzoek en onderwijs, repopulatie en herintroductie. Het activiteitenplan bij de aanvraag geeft blijk van een zorgvuldige werkwijze en expertise van de uitvoerende. Het inventariseren van soorten draagt indirect bij aan het in stand houden van diersoorten en de gebieden waar zij in leven en mag gezien worden als de juiste oplossing. Bij de inventarisaties worden dieren gevangen, maar deze worden in de meeste gevallen na korte tijd op dezelfde plaats weer vrijgelaten. Deze handelingen zijn in protocollen vastgelegd. Rapportageverplichting In uw aanvraag constateert u dat in recente ontheffingen geen rapportageverplichting meer wordt opgenomen. Ik wil u er op attenderen dat er geen sprake is van een veranderde werkwijze. Ik ontvang ook bij deze ontheffing graag jaarlijks een rapportage van u. Conclusie Gelet op het bovenstaande verleen ik u ontheffing voor inventarisatieonderzoek. Pagina 2 van 6

Bezwaar Als u het niet eens bent met deze beslissing, kunt u binnen zes weken na verzending van deze brief digitaal of schriftelijk een bezwaarschrift indienen. De datum bovenaan deze brief is de verzenddatum. Een digitaal bezwaarschrift kunt u indienen via mijn.rvo.nl/bezwaar. Als u schriftelijk bezwaar wilt maken, stuurt u het ondertekende bezwaarschrift naar de, afdeling Juridische Zaken, postbus 40219, 8004 DE Zwolle. Vermeld in uw bezwaarschrift in ieder geval onze referentie, het briefkenmerk en de datum van de beslissing waartegen u bezwaar maakt. U vindt onze referentie en het briefkenmerk in de rechter kantlijn van deze brief. Meer informatie? Heeft u nog vragen, kijk dan op onze website mijn.rvo.nl. Of bel ons: 088 042 42 42 (lokaal tarief). Met vriendelijke groet, De Staatssecretaris van Economische Zaken, namens deze: Marco Klaassen De teammanager Vergunningen Pagina 3 van 6

Relevante wet- en regelgeving Flora- en faunawet Artikel 2 1. Een ieder neemt voldoende zorg in acht voor de in het wild levende dieren en planten, alsmede voor hun directe leefomgeving. 2. De zorg, bedoeld in het eerste lid, houdt in ieder geval in dat een ieder die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat door zijn handelen of nalaten nadelige gevolgen voor flora of fauna kunnen worden veroorzaakt, verplicht is dergelijk handelen achterwege te laten voorzover zulks in redelijkheid kan worden gevergd, dan wel alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem kunnen worden gevergd teneinde die gevolgen te voorkomen of, voorzover die gevolgen niet kunnen worden voorkomen, deze zoveel mogelijk te beperken of ongedaan te maken. Artikel 4 1. Als beschermde inheemse diersoort worden aangemerkt: a. alle van nature in Nederland voorkomende soorten zoogdieren, met uitzondering van gedomesticeerde dieren behorende tot bij algemene maatregel van bestuur aangewezen soorten en met uitzondering van de zwarte rat, de bruine rat en de huismuis; b. alle van nature op het Europese grondgebied van de Lid-Staten van de Europese Unie voorkomende soorten vogels met uitzondering van gedomesticeerde vogels behorende tot bij algemene maatregel van bestuur aangewezen soorten; c. alle van nature in Nederland voorkomende soorten amfibieën en reptielen d. alle van nature in Nederland voorkomende soorten vissen, met uitzondering van de soorten waarop de Visserijwet 1963 van toepassing is. 2. Als beschermde inheemse diersoort kunnen voorts bij algemene maatregel van bestuur worden aangewezen diersoorten die van nature in Nederland voorkomen en die: a. in hun voortbestaan worden bedreigd of het gevaar lopen in hun voortbestaan te worden bedreigd; b. niet noodzakelijkerwijs in hun voortbestaan worden bedreigd of dat gevaar lopen, doch ter bescherming waarvan maatregelen noodzakelijk zijn ter voorkoming van overmatige benutting; c. uit Nederland zijn verdwenen doch ten aanzien waarvan gerede kans op terugkeer bestaat of d. zodanige gelijkenis vertonen met soorten die zijn aangewezen op grond van het bepaalde in de onderdelen a, b of c, dat aanwijzing ervan noodzakelijk is ter bescherming van die soorten. 3. De aanwijzing van een diersoort als beschermde inheemse diersoort geschiedt in afwijking van het bepaalde in het tweede lid bij ministeriële regeling indien die aanwijzing noodzakelijk is ter uitvoering van internationale verplichtingen of bindende besluiten van organen van de Europese Unie of andere volkenrechtelijke organisaties. Artikel 9 Het is verboden dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te doden, te verwonden, te vangen, te bemachtigen of met het oog daarop op te sporen. Pagina 4 van 6

Artikel 10 Het is verboden dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, opzettelijk te verontrusten. Artikel 11 Het is verboden nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te beschadigen, te vernielen, uit te halen, weg te nemen of te verstoren. Artikel 12 Het is verboden eieren van dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te zoeken, te rapen, uit het nest te nemen, te beschadigen of te vernielen. Artikel 13 1. Het is verboden: a. planten of producten van planten, of dieren dan wel eieren, nesten of producten van dieren, behorende tot een beschermde inheemse of beschermde uitheemse plantensoort onderscheidenlijk een beschermde inheemse of beschermde uitheemse diersoort, b. te koop te vragen, te kopen of te verwerven, ten verkoop voorhanden of in voorraad te hebben, te verkopen of ten verkoop aan te bieden, te vervoeren, ten vervoer aan te bieden, af te leveren, te gebruiken voor commercieel gewin, te huren of te verhuren, te ruilen of in ruil aan te bieden, uit te wisselen of tentoon te stellen voor handelsdoeleinden, binnen of buiten het grondgebied van Nederland te brengen of onder zich te hebben. Artikel 15 2. Het is verboden zich buiten gebouwen te bevinden met bij algemene maatregel van bestuur aangewezen middelen die geschikt zijn voor het doden of vangen van dieren, of met materialen ter onmiddellijke vervaardiging van die middelen of van de krachtens het eerste lid aangewezen middelen, indien redelijkerwijs moet worden aangenomen dat die middelen of materialen voor het doden of vangen van dieren zullen worden gebruikt. 3. Bij een aanwijzing als bedoeld in het eerste of tweede lid, wordt mede rekening gehouden met het belang te voorkomen dat een onnodig grote inbreuk op het welzijn van het te doden of te vangen dier wordt gemaakt. Artikel 15b 1. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 15 en 72 is het, ingeval op grond van Hoofdstuk V, titel III, een afwijking van artikel 9 wordt toegepast, verboden om dieren die behoren tot de soorten, genoemd in bijlage IV, onderdeel a, of bijlage V, onderdeel a, van richtlijn 92/43/EEG, te bemachtigen, te vangen of te doden met gebruikmaking van niet-selectieve middelen die de plaatselijke verdwijning of ernstige verstoring van de rust van de populaties van deze soorten tot gevolg kunnen hebben. 2. Tot de middelen, bedoeld in het eerste lid, behoren in in ieder geval: a. de middelen, bedoeld in bijlage VI, onderdeel a, van richtlijn 92/43/EEG; en b. elke vorm van vangen en doden, vanuit de vervoersmiddelen, bedoeld in bijlage VI, onderdeel b, van richtlijn 92/43/EEG. Pagina 5 van 6

Artikel 72 1. Bij algemene maatregel van bestuur worden, voorzover noodzakelijk in afwijking van artikel 15, de middelen aangewezen waarmee, met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 65 tot en met 70, dieren mogen worden gevangen of gedood. Als middelen worden slechts aangewezen middelen die geen onnodig lijden van dieren veroorzaken. 3. Bij de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in het eerste lid, worden regels gesteld met betrekking tot het gebruik van de in het eerste en tweede lid bedoelde middelen. Deze regels betreffen in ieder geval: a. de soorten waarop de middelen betrekking hebben; b. de afmetingen van de gronden waarop de middelen gebruikt mogen worden en c. de vaardigheden waarover bij het gebruik van de middelen beschikt moet worden. 5. Het is verboden dieren te vangen of te doden met andere dan de in het eerste of tweede lid bedoelde middelen of in strijd met de toestemming, bedoeld in het vierde lid of de regels die op grond van het derde lid worden gesteld. Artikel 75 3. Onze Minister kan, voorzover niet overeenkomstig artikel 68 van deze wet door gedeputeerde staten ontheffing is of kan worden verleend, ontheffing verlenen van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 8 tot en met 15a, 15b, tweede lid in samenhang met het eerste lid, 16, 17, 18, 50, 51, 52, 53, 58, 59, tweede lid, 64, tweede lid, en 72, vijfde lid. 5. Vrijstellingen en ontheffingen worden tenzij uitvoering van internationale verplichtingen of bindende besluiten van organen van de Europese Unie of andere volkenrechtelijke organisaties noodzaakt tot het verlenen van vrijstelling of ontheffing om andere redenen, slechts verleend indien geen afbreuk wordt gedaan aan een gunstige staat van instandhouding van de soort. 6. Onverminderd het vijfde lid, worden voor soorten genoemd in bijlage IV van richtlijn 92/43/EEG, voor soorten vogels als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel b, en voor bij algemene maatregel van bestuur aangewezen beschermde inheemse dier- of plantensoorten vrijstelling of ontheffing slechts verleend wanneer er geen andere bevredigende oplossing bestaat: a. ten behoeve van onderzoek en onderwijs, repopulatie en herintroductie, alsmede voor de daartoe benodigde kweek, met inbegrip van de kunstmatige vermeerdering van planten; Pagina 6 van 6

ONTHEFFING Naar aanleiding van het verzoek van heer J.P.M. Burger op 23 december 2014, namens het Netwerk Groene Bureaus gelet op artikel 75, lid 3, 5 en 6, onderdeel a van de Flora- en faunawet Verleent de Staatssecretaris van Economische Zaken hierbij aan: Naam: Netwerk Groene Bureaus (hierna: ontheffinghouder) Adres: Zeisterweg 14 Postcode en woonplaats: 3984 NL ODIJK Ontheffing voor het tijdvak van: 16 maart 2015 tot en met 16 maart 2020 Van de verbodsbepalingen genoemd in: artikel 9 van de Flora- en faunawet voor zover dit betreft het vangen, bemachtigen en met het oog daarop opsporen van beschermde inheemse zoogdieren (Mammalia), reptielen (Reptilia), amfibieën (Amphibia), vissen (Pisces), geleedpotigen (Arthropoda) en weekdieren (Mollusca) en het doden van beschermde inheemse mieren (Formicidae), kevers (Coleoptera) en weekdieren (Mollusca); artikel 11 van de Flora- en faunawet voor zover dit betreft het verstoren van nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van inheems beschermde zoogdieren (Mammalia), reptielen (Reptilia), amfibieën (Amphibia), vissen (Pisces), geleedpotigen (Arthropoda) en weekdieren (Mollusca); artikel 12 van de Flora- en faunawet voor zover dit betreft het zoeken van eieren van beschermde inheemse amfibieën (Amphibia) en mieren (Formicidae); artikel 13, lid 1, van de Flora- en faunawet voor zover dit betreft het vervoeren en onder zich hebben van beschermde inheemse mieren (Formicidae), kevers (Coleoptera) en weekdieren (Mollusca); artikel 15, lid 2, 15b en 72, lid 5, voor zover dit betreft het gebruik van: o netten voor het vangen van beschermde inheemse amfibieën en vissen, o vallen voor het vangen van beschermde inheemse zoogdieren, o fuiken voor het vangen van beschermde inheemse geleedpotigen, voor zover deze vangmiddelen worden gebruikt om soorten te vangen die worden genoemd in bijlage IV, onderdeel a, of bijlage V, onderdeel a, van richtlijn 92/43/EEG, ten behoeve van onderzoek. De ontheffing geldt voor heel Nederland. Aan deze ontheffing zijn de volgende voorwaarden verbonden: 1. Het bestuur van de ontheffinghouder dient toe te zien op de strikte naleving van deze ontheffing met de daarin vermelde voorwaarden. 2. De ontheffinghouder dient alle door of namens de Staatssecretaris van Economische Zaken verstrekte of nog te verstrekken aanwijzingen in verband met de uitvoering van deze ontheffing nauwkeurig op te volgen. 1 van 3

3. De aangegeven handelingen mogen uitsluitend worden verricht voor inventarisatieonderzoek, volgens de bij de aanvraag gevoegde protocollen, welke als bijlage bij deze ontheffing zijn gevoegd. De protocollen mogen alleen gewijzigd of aangevuld worden na schriftelijke goedkeuring van. 4. Voor het verrichten van de in deze ontheffing genoemde handelingen, voor wat betreft bovengenoemde artikelen van de Flora- en faunawet, mogen vaste medewerkers van de ontheffinghouder middels een machtiging gebruik maken van deze ontheffing. Indien de ontheffinghouder een ander dan een vaste medewerker machtigt, dan dient de ontheffinghouder een kopie van de verleende machtiging aan, Postbus 19530, 2500 CM Den Haag te zenden. De machtiging vermeldt in ieder geval de volgende gegevens: a) volledige naam, adres, woonplaats en geboortedatum van degene aan wie de machtiging is verleend; b) soort(en) en eventuele aantallen waarvoor de machtiging geldt; c) kwalificaties met betrekking tot deskundigheid op het gebied van beschermde soorten; d) de handelingen die mogen worden verricht; e) plaats(en) waar de handelingen mogen worden verricht; f) periode waarvoor de machtiging geldt; g) naam en handtekening ontheffinghouder; h) het nummer van de ontheffing die aan de ontheffinghouder is verleend. 5. Gemachtigden dragen bij het verrichten van de handelingen waarvoor de ontheffing verleend is de machtiging bij zich. Deze machtiging dient te zijn gehecht aan een kopie van deze ontheffing, inclusief de bovengenoemde bijlage. Gemachtigden dienen de machtiging op eerste vordering te tonen aan een bevoegd controleur of opsporingsambtenaar. 6. De ontheffinghouder zorgt dat de gemachtigde op de hoogte is van de laatste wijzigingen of aanwijzingen inzake de protocollen die door goedgekeurd zijn. 7. Bij overtreding van de ontheffingsvoorwaarden door gemachtigden zijn de in overtreding zijnde gemachtigden wettelijk aansprakelijk. 8. De ontheffinghouder dient schriftelijke toestemming van de grondgebruiker te hebben voor het betreden van de percelen. 9. Soorten waarvoor geen ontheffing is verleend, dienen gelijk los gelaten te worden. 10. De ontheffinghouder dient een overzicht van de onderzoeken van de ontheffinghouder zelf en van de gemachtigden in de maand januari van ieder jaar te zenden aan Ondernemend Nederland, Postbus 19530, 2500 CM Den Haag. De ontheffinghouder geeft daarbij in het algemeen aan wat de effecten en de mate van ongerief van de werkwijze in de praktijk zijn. 2 van 3

11. Deze ontheffing kan bij het niet of niet voldoende naleven van de voorwaarden worden ingetrokken. Den Haag, De Staatssecretaris van Economische Zaken, namens deze: Marco Klaassen De teammanager Vergunningen 3 van 3