Lees eerst informatie 1 tot en met 9 en beantwoord dan vraag 37 tot en met 48. Bij het beantwoorden van die vragen kun je de informatie gebruiken.

Vergelijkbare documenten
Bijlage VMBO-GL en TL

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 1. Deze bijlage bevat informatie.

Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op.

Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op.

Examen VMBO-GL en TL-COMPEX

biologie CSE GL en TL

Examen VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage met informatie.

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 2. Bijlage met informatie b

Examentrainer. Vragen. Vertering. Wat is de naam van P?

Eindexamen biologie vmbo gl/tl II. De kip en het ei. Informatie 1 Uiterlijk

Lees eerst informatie 1 tot en met 7 en beantwoord dan vraag 41 tot en met 52. Bij het beantwoorden van die vragen kun je de informatie gebruiken.

Bijlage VMBO-GL en TL

Examen VMBO-GL en TL-COMPEX

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 1. Deze bijlage bevat informatie.

Examen VMBO-BB. biologie CSE BB. tijdvak 1 woensdag 23 mei uur. Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje.

Bijlage VMBO-GL en TL

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 2. Bijlage met informatie. KB-0191-a-10-2-b

halvemaanvormige kleppen) Doordat de hartkamers het bloed met kracht wegpompen.

Bijlage VMBO-GL en TL

Bijlage VMBO-GL en TL

Erfelijkheid. Examen VMBO-GL en TL. biologie CSE GL en TL. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 19 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 1. Deze bijlage bevat informatie. KB-0191-a-11-1-b

Herhalingsles Het lichaam. Ademhaling. Benoem de aangeduide delen op onderstaande tekeningen aan.

Organen, Cellen en Ordening

Examenopgaven VMBO-BB 2004

7. Het gebit De bouw van het gebit Tanden en kiezen noem je gebitselementen. kroon. wortel

Examen VMBO-BB. biologie CSE BB. tijdvak 1 woensdag 21 mei uur. Naam kandidaat. Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje.

Examenopgaven VMBO-BB 2003

Bijlage VMBO-GL en TL

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 1. Deze bijlage bevat informatie. KB-0191-a-11-1-b

Examen VMBO-BB. biologie CSE BB. tijdvak 2 dinsdag 19 juni uur. Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje.

Tussen de trofoblast en de kiemschijf wordt de navelstreng gevormd.

Hierbij het verslag van het deskundigen vooroverleg van woensdag 23 mei 2007 met verwerking van verder commentaar uit de kringen, biologieexamens

Lees eerst informatie 1 tot en met 7 en beantwoord dan vraag 34 tot en met 51. Bij het beantwoorden van die vragen kun je de informatie gebruiken.

UNIFORM EINDEXAMEN MULO 2009

Bijlage VMBO-GL en TL

Voortplanting. Examen VMBO-GL en TL. biologie CSE GL en TL. Bij dit examen hoort een bijlage.

Antwoorden door een scholier 1825 woorden 28 februari keer beoordeeld

Examentrainer. Vragen vmbo-bk. Scan

Spijsverteringsstelsel. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

OPDRACHT EMBRYONALE BLOEDSOMLOOP. Gebruik voor deze opdracht je Binas en basisstof 1 van je boek.

2,7. Samenvatting door Niels 1791 woorden 6 december keer beoordeeld. Biologie voor jou

Antwoorden Biologie Thema 5

A. de hersenen en het ruggenmerg B. het hersenvlies en de hersenstam C. het cerebrospinaal vocht en de gevoelszenuwen D. de klieren en de lymfevaten

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 2. Deze bijlage bevat informatie.

Normale cyclus. Poli Gynaecologie

Mitochondriële ziekten

Samenvatting Biologie Thema 3: Voortplanting en ontwikkeling

Examen VMBO-BB. biologie CSE BB. tijdvak 1 woensdag 28 mei uur. Beantwoord alle vragen in dit opgavenboekje.

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 2. Deze bijlage bevat informatie. KB-0191-a-14-2-b

Examen VMBO-GL en TL-COMPEX

Boekverslag door Anoniem 860 woorden 16 april Samenvatting Hoofdstuk 2 Voeding en vertering

Mitochondriële ziekten Spijsvertering

Voortplanting bij dieren

Juli blauw Biologie Vraag 1

Juli geel Biologie Vraag 1

Proefexamen ANATOMIE EN FYSIOLOGIE

Oefen Repetitie KGT thema Voortplanting

Spijsverteringsstelsel vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Normale cyclus. Gynaecologie

Spijsvertering vmbo-b12

Samenvatting Voeding en Vertering Biologie voor Jou VMBO 4. M.b.v. melkzuurbacteriën kun je melk omzetten in yoghurt Kaas en zuurkool

Donderdag 28-jan 6:30 8:27 11:54 12:54 15:34 17:23 19:20

DEZE TAAK BESTAAT UIT 40 ITEMS. WEEFSELS EN ORGANEN STEVIGHEID. 1 De afbeelding geeft een doorsnede van een stengel schematisch weer.

2009 I GT Biologie verzameld NVON-commentaar

Aantekeningen B4T1 Voeding en vertering

Eindexamen biologie compex vmbo gl/tl I

Normale cyclus. Patiënteninformatie Normale cyclus

Samenvatting Biologie 1-1 tot 1-3

Oefen Repetitie KGT thema Bloedsomloop

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 2

Eindexamen biologie vmbo gl/tl II

Examenopgaven VMBO-KB 2004

Bijlage VMBO-GL en TL

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend.

normale cyclus patiënteninformatie

normale cyclus patiënteninformatie Inleiding Wat is een normale cyclus

Examen VMBO-GL en TL-COMPEX 2006

Peter Daels Bevruchting van de merrie

Spijsvertering. Voorwoord. Mijn spreekbeurt gaat over de reis van het voedsel. Met een moeilijk woord heet dat Spijsvertering.

mijn wetenschappelijke experimenten

Samenvattingen. Samenvatting Thema 4: Erfelijkheid. Basisstof 1. Basisstof 2. Erfelijke eigenschappen:

biologie CSE BB herziene versie

Eindexamen biologie vmbo gl/tl II


Bijlage VMBO-GL en TL

1. Een orgaan waarbij stoffen vanuit het interne milieu naar het externe milieu gebracht worden

herfstvakantie vr. 23 okt. herfstvakantie

Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie ALGEMENE INFORMATIE NORMALE CYCLUS. Versie 1.3. Datum Goedkeuring Verantwoording

Spijsverteringsstelsel. Anatomie. Mondholte Andere namen: Transportfunctie. Digestieapparaat Spijsverteringsapparaat

Eindexamen biologie vmbo gl/tl I

Oefen Repetitie thema Erfelijkheid

Thema 3 Voeding en je lichaam

Examen VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 21 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Eindexamen biologie compex havo I

Voedingsleer. Waar gaat deze kaart over? Wat wordt er van je verwacht? Voedingsleer en het plantenrijk

UNIFORM EINDEXAMEN MULO 2007

Transcriptie:

Paarden Lees eerst informatie 1 tot en met 9 en beantwoord dan vraag 37 tot en met 48. Bij het beantwoorden van die vragen kun je de informatie gebruiken. Informatie 1 Evolutie van paardachtigen In de afbeelding is weergegeven hoe de ontwikkeling van het paard volgens de evolutietheorie heeft plaatsgevonden. Gedurende ongeveer 55 miljoen jaar heeft het paard zich ontwikkeld van een klein diertje tot het moderne paard (Equus). - 1 -

Informatie 2 Skelet bekken opperarmbeen spaakbeen scheenbeen spronggewricht Het skelet van een paard bestaat uit 205 botten. De botten hebben dezelfde namen als de overeenkomstige botten bij de mens. - 2 -

Informatie 3 Voeding en vertering In de afbeelding is schematisch het verteringskanaal van een paard weergegeven. Legenda: 1 slokdarm 2 maag 3 dunne darm 4 blinde darm 5 karteldarm dikke darm 6 kleine karteldarm 7 endeldarm 8 anus Het paard is een planteneter. In de mond wordt het voedsel fijngemalen en vermengd met speeksel. Het speeksel van een paard bevat water, slijm, zouten en bacteriedodende stoffen, maar geen enzymen. Via de slokdarm komt het voedsel in de maag en de dunne darm terecht. De dikke darm van een paard is ongeveer vijf meter lang. Vooral in de eerste twee delen van de dikke darm leven bacteriën en eencellige diertjes die harde, onverteerde plantenresten afbreken. - 3 -

Informatie 4 Bloedsomloop In de afbeelding is schematisch de bloedsomloop van een paard weergegeven. De delen hebben dezelfde namen als de overeenkomstige delen bij de mens. Pijlen geven de stroomrichting van het bloed aan. Legenda: 1 darmen RB rechter boezem 2 nier LB linker boezem 3 lever RK rechter kamer 4 long LK linker kamer Informatie 5 Ovulaties Het aantal uren licht per dag heeft invloed op de productie van hormonen die een rol spelen bij de voortplanting. Daardoor treden bij paarden in Nederland meestal geen ovulaties op in de winter (zie de afbeelding). jan. febr. mrt. apr. mei juni juli aug. sept. okt. nov. dec. Legenda: geen ovulaties wel ovulaties Door in de winter de dagen te verlengen met kunstlicht tot minimaal 16 uur, kan het optreden van ovulaties vervroegd worden. Pas twee maanden na het begin van zo n lichtbehandeling beginnen dan de ovulaties. - 4 -

Informatie 6 Hengstigheid Een vrouwelijk paard wordt een merrie genoemd, een mannelijk paard een hengst. Ovulaties treden bij een merrie gemiddeld om de 21 dagen op. In de periode rond de ovulatie is een merrie bereid om te paren. Ze wordt dan hengstig genoemd. Dit gedrag wordt beïnvloed door het hormoon oestrogeen dat in de eierstokken wordt geproduceerd (zie de afbeelding). hoeveelheid oestrogeen in het bloed 0 5 10 15 20 25 tijd (dagen) ovulatie ovulatie Legenda: periode van hengstigheid Informatie 7 Geboorte een normale geboorte Elf maanden na een bevruchting wordt het veulen geboren. Bij de geboorte komen eerst de voorbenen en het hoofd naar buiten (zie de afbeelding). Als het veulen omgekeerd in de baarmoeder ligt, zodat bij de geboorte eerst de achterbenen naar buiten komen, spreekt men van een stuitligging. Als bij een stuitligging tijdens de geboorte de navelstreng breekt, bestaat het gevaar dat het veulen sterft door zuurstofgebrek. - 5 -

Informatie 8 Chromosomen In de afbeelding zijn de chromosomen van een paard weergegeven. Het geslacht van een paard wordt op dezelfde manier bepaald als bij een mens. Informatie 9 Kleuren Bij paarden komen verschillende kleuren en kleurpatronen voor. Er zijn veel verschillende genen die de kleur bepalen. Als een paard het dominante Tobiano-gen (T) heeft, heeft het witte vlekken. Een paard dat homozygoot recessief is voor dit gen, is ongevlekt (zie de afbeelding). Tobiano ongevlekt paard P - 6 -

Paarden Lees eerst informatie 1 tot en met 9 en beantwoord dan vraag 37 tot en met 48. Bij het beantwoorden van die vragen kun je de informatie gebruiken. 1p 37 In informatie 1 staat weergegeven hoe het moderne paard (Equus) zich volgens de evolutietheorie heeft ontwikkeld. Geef de namen van de twee perioden waarin volgens de afbeelding paardachtigen geleefd hebben in Zuid-Amerika. 2p 38 In informatie 2 staat het skelet van een paard afgebeeld. Geef de namen van bot P en van bot Q uit de afbeelding. Schrijf je antwoord zó op: P =... Q =... 1p 39 In de afbeelding van informatie 2 staat onder andere het spronggewricht aangegeven. Met welk gewricht bij de mens komt het spronggewricht overeen? A met het ellebooggewricht B met het enkelgewricht C met het kniegewricht D met het polsgewricht 2p 40 In informatie 3 is het verteringskanaal van een paard afgebeeld. Welke twee cijfers geven delen aan waarin volgens de informatie veel microorganismen leven? 1p 41 Door micro-organismen afgebroken koolhydraten worden in het bloed opgenomen en naar de lever gevoerd. Hoe heet het bloedvat waardoor deze stoffen vanuit het verteringsstelsel naar de lever worden gevoerd? (zie informatie 4) A darmslagader B leverslagader C poortader 2p 42 In informatie 4 staat schematisch de bloedsomloop van een paard weergegeven. Geef de namen van de bloedvaten die aangegeven zijn met R en met S. Schrijf je antwoord zó op: R =... S =... - 7 -

1p 43 In een periode van hengstigheid is een merrie bereid tot paren (informatie 6). Wanneer is de kans op een bevruchting van een eicel in die periode het grootst? A aan het begin van de periode B halverwege de periode C aan het eind van de periode 1p 44 Wat is de inwendige prikkel voor hengstigheid bij een merrie? 1p 45 Een paardenfokker wil met een lichtbehandeling het optreden van ovulaties vervroegen naar de tweede week van februari. In welke maand moet de fokker dan volgens de informatie uiterlijk beginnen met die behandeling? (zie informatie 5) 1p 46 Als tijdens de geboorte van een veulen de navelstreng breekt, bestaat de kans op zuurstofgebrek. Deze kans is bij een normale geboorte minder groot dan bij een stuitligging. Leg met behulp van informatie 7 uit waardoor bij een normale geboorte de kans op zuurstofgebrek minder groot is als de navelstreng breekt. 1p 47 In informatie 8 zijn de chromosomen van een paard afgebeeld. Zijn dit de chromosomen van een hengst of van een merrie? Leg uit waaraan je dat in de afbeelding kunt zien. 2p 48 Twee gevlekte Tobiano-paarden worden met elkaar gekruist. Ze krijgen een veulen zonder vlekken. Wat zijn de genotypen van de ouders? Schijf je antwoord zó op: ouder 1 =... ouder 2 =... - 8 -