Notulen WRSLN/162 d.d. 23.06.2009 1. OPENING Aanwezig: Bronsveld (ITC), Clevers (WU), Grim (NIVR), Noorbergen (NLR), Sluiter (KNMI) Aangezien de voorzitter (Michael Schaepman) naar Zwitserland is vertrokken neemt Clevers tijdelijk het voorzitterschap waar totdat een geschikte kandidaat gevonden is. Inhoudelijk gedeelte: Presentatie door Wim Bastiaanssen (WaterWatch): Boer & Satelliet. Wim Bastiaanssen geeft een presentatie over het gebruik van satellietdata door de Nederlandse boer, zie o.a.: http://www.mijnakker.nl/. Deze website wordt beheerd door Basfood, een commercieel bedrijf dat voor de marketing zorgt. De boer kan zelf op de website zijn perceel intekenen en hij krijgt vervolgens elke vrijdag een update van de situatie op het betreffende perceel met betrekking tot biomassa, bladerindex, NDVI, actuele verdamping, stikstofgehalte in blad, e.d. De berekening van het verdampingstekort is gebaseerd op het SEBAL-model. De referentie is de Penman-Monteith verdamping. De neerslag wordt bepaald met de regenradar. De oppervlaktetemperatuur komt uit TIR-beelden (met bewolking als probleem). Bodemvocht wordt geschat uit passieve microgolf-beelden (AMSR-E). Het grote voordeel hiervan is dat men geen last heeft van bewolking. Inkomende kortgolvige straling komt uit MSG-beelden. Het temporele aspect wordt ingebracht via de referentie-verdamping. Input komt deels direct uit meteo waarnemingen, deels uit satelliet-data. Naast de ongevoeligheid voor bewolking heeft AMSR-E ook het voordeel dat het voor grote gebieden beschikbaar is. Dit wordt voor een toepassing op Europese schaal gebruikt: Croplook: www.croplook.com. SEBAL geeft behalve verdamping ook de hoeveelheid biomassa. Huidige problemen die zich nog voordoen: - identificatie van gewassen; - tijdsintegratie gewassen (welke periode is van belang). Voor het wekelijks advies richting boeren heb je dus veel remote sensing beelden nodig. Over het algemeen kloppen op het ogenblik de patronen beter dan de absolute waarden. Patronen kunnen bijvoorbeeld ook gebruikt worden bij precisielandbouw. Informatie over de gehaltes aan mineralen in het gewas wordt direct uit de spectrale informatie gehaald. Nadere informatie hierover wordt niet gegeven. Huishoudelijk gedeelte: Allereerst stelt Clevers de toekomst van de WRSLN aan de orde. Sluiter vindt doorgaan toch wel nuttig. Anderen zijn het daarmee eens. Bronsveld stelt voor om eerst te kijken wie voorzitter wordt en vervolgens de doelstellingen nog eens opnieuw te formuleren. Grim meldt dat NGPA, SRON en NIVR versmelten in de Netherlands Space Office (NSO). NSO gaat met 3-jaren plannen werken en kan hierin zelf sturen. Dit biedt de WRSLN de kans om land weer op de kaart te zetten. 1
2. VERSLAG VORIGE VERGADERING Geen opmerkingen 3. MEDEDELINGEN NGPA Er zijn geen vergaderingen meer geweest. 4. MEDEDELINGEN VOORZITTER/SECRETARIS 1) Het ziet ernaar uit dat Martin Herold uit Jena (Duitsland) de opvolger van Michael Schaepman gaat worden. 2) Harm Bartholomeus (WU-CGI) zal 30 september a.s. in Wageningen promoveren. 3) Sander Mücher (Alterra-CGI) zal 6 november a.s. in Wageningen promoveren. 4) Tom Veldkamp (WU) wordt per 1 januari 2010 de opvolger van Martien Molenaar als rector van het ITC. 5. en 6. MEDEDELINGEN NSO Per 1 september a.s. gaat NIVR over naar NSO. NSO wordt onderdeel van SenterNovem en bestaat uit NIVR afdeling Ruimtevaart + NWO/SRON programmabureau + aantal fte s van EZ, OCW en VenW. Grim geeft een korte presentatie over NSO. Deze is als aparte bijlage bij het verslag gevoegd. V.d. Haar heeft een recent ESA-statusrapport toegestuurd. Dit is eveneens als aparte bijlage bijgevoegd. Ruud Grim heeft voorafgaand aan de vergadering een lijst met NIVR mededelingen rondgestuurd (zie bijlage). 7. NIEUWE PROJECT-INITIATIEVEN Sluiter meldt dat het KNMI erg actief is in GMES (verschillende groepen). Roeland van Oss is dit nu aan het coördineren. KNMI leidt het GMES Service Element PROMOTE en zit in Euroform, MACC, MyOcean, Geoland-2 en PASODOBLE. Dit verloopt binnen KNMI niet erg gecoördineerd, maar dit geldt in feite voor heel Nederland. Vraag van Sluiter is of NSO zich er voor gaat inzetten om dit beter te coördineren? Grim antwoordt dat dit zeker de bedoeling is. Vraag is hoe we in Nederland partijen bij elkaar krijgen. Is dit een rol voor de WRSLN of juist voor een club als het NGPA? Hier moeten we in de toekomst eens goed over nadenken. Probleem is dat internationale samenwerking juist noodzakelijk is binnen de EU en dit werkt Nederlandse samenwerking tegen. Sluiter meldt verder dat er als opvolger voor het programma Ruimte voor Geo- Informatie (RGI) gewerkt wordt aan een programma-voorstel Nederland Geoland. KNMI wil op dit terrein nog steeds samenwerken met andere Nederlandse partijen. 2
8. RONDVRAAG Grim stelt voor een van de komende vergaderingen eens te spreken over eventuele verbreding van de WRSLN. Hij noemt ISRIC en VU-Amsterdam als mogelijk interessante partijen. 9. SLUITING 3
BIJLAGE: Mededelingen NIVR: NIVR & Netherlands Space Office: In 2008 is als ministerieel besluit aangekondigd dat NIVR, samen met SRON programmabureau en enkele beleidsmedewerkers van betrokken ministeries, op zullen gaan in een nog op te richten Netherlands Space Office (NSO). In de afgelopen maanden is het zogeheten invaarproces nader gedefinieerd en zijn er ook arbeidsvoorwaardelijke afspraken gemaakt waarmee de oprichting van het Netherlands Space Office per 1 juli 2009 kan plaatsvinden. In de eerste 2-3 maanden zal NIVR langzaam transformeren in NSO. Vooruitlopend op deze nieuwe organisatie vorm hebben NIVR en SRON Programmabureau afgesproken dat Ruud Grim het aanspreekpunt zal zijn voor de WRSLN binnen de NSO. Om diezelfde reden melden Rolf de Groot en Gerard van der Haar zich daarom voor de bijeenkomst van 23 juni 2009 af. ESA: In verband met ziekte van Joost Carpay zal Gerard van der Haar separaat verslag doen van de laatste ontwikkelingen binnen ESA. GMES Advisory Council: Laatste bijeenkomst was 6 juni 2009. Klimaat wordt mogelijk als zesde core service toegevoegd. GMES - Workshop on the Global component of the Land Monitoring Core Service (LMCS) took place in Stresa on May 6-7, 2009. You can dowload the presentations and sessions reports at: http://circa.europa.eu/public/irc/enterprise/gmes/library Written comments on both the summary report and the GLMCS document are awaited until end of June from you and GAC members. INSPIRE-GMES: On behalf of CDTI (GMES National Coordinator, Spain) we have the pleasure to inform you about an INSPIRE-GMES Workshop for Land Cover organised upon the initiative of Spain, in collaboration with the Spanish Mapping Agency (IGN), the GMES Bureau (DG Enterprise and Industry) and INSPIRE SDI Unit (JRC). It will take place at the Exhibition Room of the Ministry of Public Works, Paseo de la Castellana 67 in Madrid, Spain from June 29, 2009 14:00 until July 1st, 14:00. NGPA & GMES/GEO platforms: in afwachting van de oprichting van Netherlands Space Office hebben er geen platform bijeenkomsten meer plaatsgevonden. Er wordt nagedacht over een nieuwe opzet voor deze platforms. Nadere berichtgeving in dezen wordt in najaar 2009 verwacht. EC FP7: komende zomer komt er een nieuwe call-for-tender uit in het FP7 Space Programma. Een van de onderdelen is GMES downstream services. Informatie in zake deze call is te vinden op: http://www.nivr.nl/succesvolle-informatiebijkomst-e-oproep-kp-space-1052.html Nederland heeft overigens in de FP7 Space call-for-tender van 2008 goed gescoord. Zie hiervoor: http://www.nivr.nl/upload/files/1_resultaten_2e_oproep_fp7_space.pdf Project LNV in Beeld : NIVR voert in opdracht van LNV een verkenning uit naar mogelijk toekomstig operationeel gebruik van satellietgegevens. Ruud Grim en Tamme van der Wal (ingehuurd als consultant) voeren dit project uit. Er vinden gesprekken en interviews plaats met LNV medewerkers om informatiebehoeften nader in kaart te brengen waar het gebruik van satellietgegevens mogelijk als (deel)oplossing naar voren komt. LNV heeft NIVR gevraagd bij voorkeur een aantal kansrijke toepassingen te identificeren en te beschrijven. De slagkracht (en budget) van Ruud en Tamme is beperkt. Mocht een lid van de werkgroep nog een concreet en mogelijk kansrijk idee (voor LNV) weten, dan wordt hij/zij de sector 4
verzocht tijdig contact op te nemen met Ruud en/of Tamme. Het rapport wordt eind september bij LNV ingediend. 5