MONITORINGSACTIE BRANDVEILIGHEID KLEDING Rapportnummer NDBRV 006 Drs. H.R. Reus J.P. Westerhoff G.A. Busser Keuringsdienst van Waren, Noord Postbus 465 9700 AL Groningen Telefoon : 050 588 6000 Telefax : 050 588 6100 email : nd@kvw.nl internetsite : www.keuringsdienstvanwaren.nl Juli 2003 Kvw Noord rapportnummer NDBRV 006, juli 2003
INHOUDSOPGAVE Pagina SAMENVATTING 1 INLEIDING 1 2 DOEL VAN HET ONDERZOEK 1 3 OPZET EN WERKWIJZE 1 4 RESULTATEN 2 5 DISCUSSIE 4 6 CONCLUSIES 5 7 LITERATUUR 6 BIJLAGE Kvw Noord rapportnummer NDBRV 006, juli 2003
SAMENVATTING Op verzoek van de Directie Voeding en Gezondheidsbescherming (VGB) heeft een monitoringsactie plaatsgevonden, waarbij 179 monsters kledingstukken zijn onderzocht op hun brandgedrag. Hiervoor is gebruik gemaakt van de methode welke gebaseerd is op de norm NEN- EN 1103 met als eis dat een proefstuk van 56 x 17 cm bij een vlamcontacttijd van 1 seconde niet binnen 7 seconden mag verbranden en dat smeltgedrag niet mag leiden tot gevaarlijke situaties. In dit rapport worden de resultaten beschreven van een monitoringsactie naar de brandbaarheid van kledingstukken uit de herfst/winter collectie 2002, alsmede gangbare gelegenheidskleding. De brandbaarheid van textiel wordt bepaald door een aantal factoren, zoals de contacttijd met een vlam, de vezelsamenstelling en de dichtheid (g/m²) van de stof. In het ontwerp-warenwetbesluit Brandveiligheid kleding, nachtkleding en verkleedkleding wordt voor de bepaling van het brandgedrag van kleding verwezen naar twee testen, te weten de testmethode ASTM D 1230 en een variant van de methode als beschreven in NEN-EN 1103, waarbij een vlamcontacttijd van 1 seconde wordt aangehouden. Uit het onderzoek blijkt, dat bij 3 monsters kleding (2%) de vlamverspreiding te snel is en dat 16 monsters een gevaarlijk smeltgedrag vertonen. De dichtheid van de stof lijkt hierbij niet direct bepalend te zijn voor het brandgedrag. Samengevat kan worden gesteld, dat 16 monsters kleding (9%) niet voldoen als de eisen uit het ontwerp-warenwetbesluit Brandveiligheid kleding, nachtkleding en verkleedkleding thans van kracht zouden zijn. Met name kleding welke viscose bevat, moet uit oogpunt van brandveiligheid als risicovol worden beschouwd. Trefwoorden Brandveiligheid, textiel, kleding Kvw Noord rapportnummer NDBRV 006, juli 2003
1. INLEIDING Na de cafébrand in Volendam heeft de minister van VWS besloten dat er eisen moeten worden gesteld aan de brandveiligheid van kleding. Inmiddels heeft dit geleid tot het ontwerpwarenwetbesluit Brandveiligheid kleding, nachtkleding en verkleedkleding. Hiermee wordt beoogd dat extreem brandbare kleding niet in de handel zal komen. In dit ontwerp-warenwetbesluit zijn de methoden van onderzoek en de bijbehorende normstelling vastgelegd. 2. DOEL VAN HET ONDERZOEK Doel van het onderzoek is geweest om door middel van een monitoringsactie een beeld te krijgen van het brandgedrag van kleding uit de herfst/wintermode 2002 en van gelegenheidskleding, onder gebruikmaking van één van de testmethoden, zoals is voorgeschreven in het ontwerpwarenwetbesluit Brandveiligheid kleding, nachtkleding en verkleedkleding. Het onderzoek kan derhalve gezien worden als een nulmeting. 3. OPZET EN WERKWIJZE Voor het onderzoek zijn uit de reguliere handelskanalen 106 monsters dames- en herenkleding genomen, alsmede 73 monsters gelegenheidskleding. De monstername is met name gericht geweest op artikelen van stoffen met een lage dichtheid (g/m 2 ), omdat deze als artikelen met een potentieel risico moeten worden beschouwd. Een overzicht van de aard van de onderzochte producten en de gedeclareerde samenstelling is weergegeven in de bijlage. De brandbaarheidstesten zijn uitgevoerd met de Rhoburn Flammability Tester (1). Als basis voor de methode van onderzoek heeft de norm NEN-EN 1103 model gestaan (2). De aanvullende eisen inzake het smeltgedrag en de surface flash zijn ontleend aan het gestelde in het ontwerp-warenwetbesluit Brandveiligheid kleding, nachtkleding en verkleedkleding. De gevolgde onderzoeksmethode kan in het kort als volgt worden weergegeven: Uit het kledingstuk worden 2 proefstukken van 56 x 17 cm geknipt, welke in een klimaatkast gedurende tenminste 2 uur geconditioneerd worden op 20 ± 2ºC en bij een relatieve vochtigheid van 65 ± 2%. Het proefstuk wordt in verticale stand opgehangen en gedurende 1 seconde met een vlam van 40 ± 2 mm in contact gebracht. Als het proefstuk vlam vat, wordt de tijd geregistreerd die verloopt om een draad te laten breken, die op 52 cm boven het contactpunt van de vlam met het textiel is gespannen. Hierbij wordt als norm het criterium gebruikt dat de vlamverspreidingstijd over het proefstuk niet korter dan 7 seconden mag zijn en dat smeltdruppels een stuk filtreerpapier dat onder het proefstuk is geplaatst, niet binnen 10 seconden tot ontbranding mag brengen. Indien de vlam de draad niet bereikt, bijvoorbeeld door zelfdoving, wordt de brandduur van het monster geregistreerd. Kvw Noord rapportnummer NDBRV 006, juli 2003 1
Indien tijdens het onderzoek een surface flash (oppervlakteflits) wordt waargenomen, dan mag de vlamverspreidingstijd over 52 cm niet korter zijn dan 34 seconden. Surface flash is een snelle verbranding van het oppervlak van het textielartikel zonder dat het materiaal in brand raakt. Het verschijnsel kan bij kortstondig vlamcontact optreden met name bij textielproducten met een sterk aangeruwd (harig/pluizig) oppervlak. Als alternatief mag volgens het ontwerp-warenwetbesluit Brandveiligheid kleding, nachtkleding en verkleedkleding gebruik gemaakt worden van de Amerikaanse testmethode ASTM D1230. Hierbij wordt een proefstuk van 15 x 0,5 cm onder een hoek van 45 O in contact met de vlam gebracht en mag de vlamverspreidingstijd over een afstand van 12,7 cm niet minder dan 5 seconden bedragen. Deze test is niet bruikbaar om het smeltgedrag en het verschijnsel surface flash van textiel te bestuderen en is daarom niet in gebruik bij de Keuringsdienst van Waren. 4. RESULTATEN Voor de beoordeling van de brandbaarheid van de onderzochte producten is gebruik gemaakt van de criteria uit het ontwerp-warenwetbesluit Brandveiligheid kleding, nachtkleding en verkleedkleding. Deze criteria zijn: a. de vlamverspreidingstijd over 52 cm mag niet beneden 7 seconden liggen b. smeltdruppels mogen filtreerpapier niet binnen 10 seconden tot ontbranding brengen c. bij surface flash mag de vlam zich niet binnen 34 seconden over het proefstuk verspreiden Een monster wordt als afwijkend beschouwd, als beide proefstukken op één van de onderdelen niet aan de gestelde criteria voldoen. Met betrekking tot het onderdeel smeltgedrag is vastgesteld, dat bij 23 monsters slechts één van de twee proefstukken aanleiding geeft tot ontbranding van het filtreerpapier. De resultaten van het brandgedrag en het smeltgedrag zijn samengevat in de tabellen 1 en 2. Het verschijnsel surface flash is bij geen van de monsters waargenomen. Tabel 1 Overzicht brandgedrag textiel bij een vlamcontacttijd van 1 seconde. Tijd tot draadbreuk Aantal monsters < 7 sec. (beide proefmonsters) 3 = 7 sec. (beide proefmonsters) 22 = 7 sec. (1 van de 2 proefmonsters) 14 Niet ontbrandbaar/zelfdovend 140 Kvw Noord rapportnummer NDBRV 006, juli 2003 2
Tabel 2 Overzicht smeltgedrag textiel bij een vlamcontacttijd van 1 seconde. Ontbrandingstijd filtreerpapier Aantal monsters < 10 sec. (beide proefmonsters) 16 < 10 sec. (1x géén ontbranding) 13 = 10 sec. (beide proefmonsters) 12 = 10 sec. (1x géén ontbranding) 10 Vat geen vlam 128 Het brandgedrag van textiel is niet alleen afhankelijk van de tijd dat een vlam in contact komt met het materiaal, ook de aard van de textielvezels die gebruikt zijn voor het vervaardigen van het betreffende artikel en de dichtheid van de stof (g/m²) spelen hierbij een belangrijke rol. Algemeen kan worden gesteld dat een artikel gemakkelijker vlam zal vatten als het een groot aandeel makkelijk brandbare textielvezels bevat en als de stof tegelijkertijd zeer dun is. Het smeltgedrag wordt veelal bepaald door de aanwezigheid van bepaalde kunststoffen, zoals polyester en polyamide. In de tabel 3 wordt een overzicht gegeven van het brand- en smeltgedrag van de onderzochte monsters kleding resp. gelegenheidskleding, in relatie tot de soort vezels die het grootste aandeel van de gedeclareerde samenstelling uitmaken. Tabel 3 Overzicht brandgedrag kleding (incl. gelegenheidskleding) in relatie tot de gedeclareerde samenstelling (vlamcontacttijd 1 sec). Hoofdbestanddeel Samenstelling Vlamverspreidingstijd Brandgedrag Ontbrandingstijd filtreerpapier <7 sec <10 sec = 10 sec Katoen 100% 1 1 Katoen 68% / polyester 32% 1 Katoen 66% / polyamide 30%/ 1 overige vezels 4% Katoen 55% / polyester 45% 1 Katoen 35% / polyester 65% 1 Katoen 50% / acryl 50% 1 Acryl 70% 1 Polyamide 100% 1 1 Polyester 100% 2 5 Polyester 90-97% 3 Viscose 100% 2 5 Viscose 57% / polyamide 43% 1 Viscose 40% / katoen 30%/ 1 polyester 30% Zijde 52% / rayon(viscose) 1 48% Acetaat 60% / viscose 20% / acryl 20% 1 Kvw Noord rapportnummer NDBRV 006, juli 2003 3
5. DISCUSSIE Het brandgedrag van textiel wordt bepaald door een aantal factoren. Hiervan zijn de vlamcontacttijd, de samenstelling en de dichtheid van de stof belangrijke parameters. Uit het onderzoek blijkt dat 3 van de 179 onderzochte textielartikelen (2%) niet voldoen aan de eis dat de vlamverspreidingstijd over een proefstuk van 52 cm niet beneden 7 seconden mag liggen. Het betreft een blouse van katoen (100%), alsmede een blouse en sjaaltje van viscose (100%). Verder blijkt dat 16 van de 179 onderzochte textielartikelen (9%) niet voldoen aan de eisen die gesteld worden aan het smeltgedrag. Het gaat om 10 blousen, 2 overhemden, 2 sjaaltjes, een jurk en een vest. De 3 monsters die niet voldoen aan de eis met betrekking tot de vlamverspreidingstijd blijken tevens niet te voldoen aan de eisen inzake het smeltgedrag. Daar textiel moet voldoen aan de eisen gesteld aan zowel de vlamverspreidingstijd als het smeltgedrag, kan gesteld worden dat 16 van de 179 onderzochte textielmonsters (9%) niet voldoen aan de eisen die gesteld worden in het ontwerp-warenwetbesluit Brandveiligheid kleding, nachtkleding en verkleedkleding. Algemeen is bekend dat textielartikelen op basis van katoen, acryl, angora of polyurethaan makkelijker brandbaar zijn, terwijl textielartikelen op basis van viscose tot de meest brandbare kunnen worden gerekend. Uit het onderzoek blijkt, dat een vlamcontacttijd van 1 seconde voldoende is om kledingstukken van viscose direct vlam te laten vatten, terwijl ook dunne kledingstukken van katoen, zijde, acetaat en zelfs polyester en polyamide onder deze conditie vlam vatten. Textielartikelen op basis van polyamide of polyester zijn in het algemeen moeilijk tot ontbranding te brengen en doven in veel gevallen uit eigen beweging. Wel vertonen deze vezels smeltgedrag, waardoor een brand zich makkelijk kan verspreiden. Het blijkt echter dat wanneer polyamide of polyester voor zeer dunne kledingstukken wordt gebruikt, dit een nadelige invloed heeft op het brandgedrag (3,4). Bovenstaande wordt bevestigd door het uitgevoerde onderzoek. Het blijkt dat 9 van de 16 monsters (56%), welke niet voldoen aan de eisen uit het ontwerp-warenwetbesluit Brandveiligheid kleding, nachtkleding en verkleedkleding, viscose bevatten. Twee van deze monsters vertoonden bovendien een te snelle vlamverspreidingstijd. Verder voldeden 4 monsters op basis van polyester en 3 monsters op basis van resp. acryl (70%), katoen (100%) en polyamide (100%) niet aan de gestelde eisen. Een derde parameter die het brandgedrag van textiel kan beïnvloeden is de dichtheid van de stof (g/m 2 ). In het algemeen kan gesteld worden dat de brandbaarheid van een kledingstuk afneemt naarmate de dichtheid van de stof toeneemt. De invloed van de dichtheid van de stof op het brandgedrag komt in dit onderzoek niet geheel eenduidig naar voren (bijlage). Bij de onderzochte kledingstukken van katoen (100%) lijkt deze stelregel op te gaan, maar bij kledingstukken van viscose (100%) kennelijk niet. Het kledingstuk van katoen (100%) met de laagste dichtheid (60 g/m 2 ) voldoet niet aan de eis voor de vlamverspreidingstijd, terwijl de kledingstukken met een hogere dichtheid (85 390 g/m 2 ) wel aan deze eis voldoen. Bij de onderzochte kledingstukken van viscose (100%) kan echter geen verband worden aangetoond tussen de dichtheid van de stof en de vlamverspreidingstijd c.q. het smeltgedrag. De 2 kledingstukken die niet aan de eis voor de vlamverspreidingstijd voldoen hebben een dichtheid van 40 120 g/m 2. De 5 kledingstukken die een afwijkend smeltgedrag vertonen, hebben een doekgewicht van 40 230 g/m 2. Kvw Noord rapportnummer NDBRV 006, juli 2003 4
De overige onderzochte kledingstukken op basis van 100% viscose (10 stuks) vertonen géén afwijkend brandgedrag, alhoewel de dichtheid van de stof van een aantal van deze monsters binnen de range van 40 230 g/m 2 valt. Het bijmengen van een tweede vezel aan viscose zorgt er in de meeste gevallen voor dat de stof minder brandbaar wordt. Dat kledingstukken van viscose (100%) tot de meest brandbare behoren, is reeds uit eerder onderzoek van de Keuringsdienst van Waren gebleken. Namelijk uit een onderzoek naar het brandgedrag van zomertextiel bleek, dat 6 van de 13 onderzochte monsters niet zouden voldoen aan de eisen als de normen van het convenant nachtkleding van toepassing zouden zijn (5). 6. CONCLUSIES Uit het onderzoek naar de brandveiligheid van kleding (incl. gelegenheidskleding) uit de herfst/wintercollectie 2002 kunnen de volgende conclusies getrokken worden: - 3 van de 179 onderzochte textielartikelen (2%) voldoen niet aan het gestelde conceptcriterium inzake de vlamverspreidingstijd - 16 van de 179 onderzochte textielartikelen (9%) voldoen niet aan het gestelde conceptcriterium inzake het smeltgedrag - bij het toepassen van de criteria voor het brandgedrag van textiel, zoals deze geformuleerd zijn in het ontwerp-warenwetbesluit Brandveiligheid kleding, nachtkleding en verkleedkleding, voldoen 16 van de 179 onderzochte artikelen (9%) niet aan de gestelde concept-criteria - 9 van de 16 monsters die niet voldoen aan de gestelde concept-criteria bevatten de textielvezel viscose (56%) - de dichtheid van de stof lijkt niet altijd bepalend te zijn voor het brandgedrag van textielartikelen Kvw Noord rapportnummer NDBRV 006, juli 2003 5
7. LITERATUUR 1. Keuringsdienst van Waren, Voorschrift CHE-01\ND 605, 31 mei 2000 Onderzoek naar het brandgedrag van textiel met behulp van de Rhoburn Flammability Tester 2. NEN-EN 1103, januari 1996 Textiel Brandgedrag Textiel voor kleding Gedetailleerde procedure voor de bepaling van het brandgedrag van textiel voor kleding. 3. Het Textiel ABC, 13 e druk 2000, Vereniging Textieletikettering voor Was- en Strijk behandeling, Delft. 4. Brandwondenwijzer 2002, Uitgeverij Brunstee, Amsterdam 5. H.R. Reus en A. de Groot, Monitoringsactie brandveiligheid zomerkleding, Keuringsdienst van Waren Noord, rapport ND TEX 001/03, september 2001 Kvw Noord rapportnummer NDBRV 006, juli 2003 6
Bijlage behorende bij rapport NDBRV 006 I. Overzicht aard van de onderzochte textielproducten Soort textiel Aantal T-shirt 6 Hemd/blouse 110 Broek 9 Jurk/rok 12 Trui/vest 25 Sjaal/stropdas 16 Handschoenen 1 II. Overzicht gedeclareerde samenstelling van de onderzochte textielproducten Samenstelling Aantal Katoen 100% 15 Katoen 55-98% / overige vezels 2-45% 18 Katoen 50% / acryl 50% 5 Acryl 100% 10 Acryl 70-90% / overige vezels 10-30% 10 Acryl 41-51% / overige vezels 49-59% 4 Acryl 35% / polyester 35% / overige vezels 30% 1 Polyamide 100% 13 Polyamide 87-97% / overige vezels 3-13% 10 Polyester 100% 24 Polyester 50-97% / overige vezels 3-50% 15 Polyester 50% / polyamide 50% 1 Viscose 100% 15 Viscose 65-96% / overige vezels 4-35% 21 Viscose 40-57% / overige vezels 43-60% 6 Linnen 100% 1 Linnen 55-65% / overige vezels 35-45% 2 Zijde 100% 2 Zijde 52% / rayon (=viscose) 48% 1 Wol 100% 1 Wol 50-80% / polyamide 20-50% 2 Ramee 45% / overige vezels 55% 1 Acetaat 60% / viscose 20% / acryl 20% 1 Kvw Noord rapportnummer NDBRV 006, juli 2003
III. Kleding die niet voldoet aan het ontwerpbesluit (vlamtijd 1 sec) gelegenheidskleding nr soort maat vezel % g/m2 stof brandt <7sec papier brandt <10 sec 3 shirt 42 viscose 100 104 x 9 shirt 42 zijde 52 98 x rayon 48 10 vest M acrylic 70 92 x wol 30 24 blouse 42 viscose 57 136 x polyamide 43 33 jurk 38 polyamide 100 151 x 47 blouse 4 viscose 100 85 x 50 blouse 3 katoen 100 59 x x 61 blouse s polyester 100 87 x 65 blouse s polyester 100 86 x papier brandt = 10 sec Opm: overige monsters voldeden wel, doekgewicht tussen 16 en 735 g/m2 kleding nr soort maat vezel % g/m2 stof brandt <7sec papier brandt <10 sec 25 sjaal nvt acetaat 60 150 x acryl 20 viscose 20 26 overhemd 43/44 katoen 55 120 x polyester 45 42 blouse L viscose 100 120 x x 44 overhemd M viscose 40 130 x katoen 30 polyester 30 46 shirt M viscose 100 230 x 73 blouse S polyester 65 110 x katoen 35 74 sjaal nvt viscose 100 40 x x papier brandt = 10 sec Opm: overige monsters voldeden wel, doekgewicht tussen 40 en 812 g/m2