Een tocht door de natuurtuin t Loo over het dreuzelpad voor kinderen van groep 6,7 en 8.



Vergelijkbare documenten
Aan dit boekje werkten mee: Afke, Henriette, Paula en Lia Bron: documentatiemateriaal IVN afd. Valkenswaard en afd.

Een zadenwandeling door de tuin voor kinderen van groep 4,5 en 6.

Een zadenwandeling door de tuin voor kinderen van groep 4,5 en 6.

Een zadenwandeling over het Dreuzelpad door Natuurtuin t Loo voor kinderen van groep 1-4 onder begeleiding van een volwassene.

Plattegrond. Een zadenwandeling door de tuin voor kinderen van groep 1,2,3 en 4

KRIEBELENDE KRUIPERTJES

KRIEBELENDE KRUIPERTJES

KRIEBELENDE KRUIPERTJES

Materiaal Groen. Deel 3: Groen groeit

1. Seizoenen Lente Zomer Herfst Winter Filmpje Pluskaarten 17 Bronnen 19 Colofon en voorwaarden 20

De Vlaamse gaai is dol op eikels. De Vlaamse gaai is dus een boom-planter! Waarom zegt de Vlaamse gaai op het laatste plaatje Mijn boom mijn werk?

Raar, maar waar! deel 1. groep 3 en 4

Dieren in de winter 3

plattegrond Lijntjes trekken

Van eitje tot vlinder

Moeder Natuur BESCHUIT MET MUISJES

De kleine beestjesclub

KRIEBELENDE KRUIPERTJES

KRIEBELENDE KRUIPERTJES

Voorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep 1-2

Suchmann. Natuur, hoofdstuk Lente en natuurverschijnselen

,:,- ::s (\') ., - n. -==-. (\) ==} (\) (\) (ih. (\) (h. b,. (\)

Voorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep 1-2

inh oud 1. Dieren in de winter 2. De egel 3. De vleermuis 4. De eekhoorn 5. De merel 6. De ree 7. De pad 8. Het lieveheersbeestje 9.

Volg de aanwijzingen en ontdek met de cijfercode wat de naam van de boom is. Onze boom heet :...

Lente. groep 3, 4 en 5

Naam:...

verspreiding van zaden

Hier zien jullie alweer de zesde uitgave van ons jeugdblad. Nieuwsgierig wat de Oele nu weer heeft te vertellen. Lees maar gauw.

Opdrachten thema. Veluwe

inhoud Herfst 1. Het weer 2. Overal blad 3. Zaden 4. Paddenstoelen 5. De eekhoorn 6. De egel 7. Insecten 8. Vogels op reis 9. Filmpje Pluskaarten

Bijenhoudersvereniging St Ambrosius Boxtel

Naut. Natuur en techniek HANDLEIDING THEMA 4 LES 1

VERSJES: In de herfst zijn alle blaadjes rood en bruin en geel. Kijk, ze komen van de bomen. 't Zijn er lekker veel.

Voorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep 3-4

Dit is het lenteboekje van:

Een rondwandeling door de natuurtuin voor kinderen van groep 6, 7 en 8. Dit boekje is van:

Voortplanting. Lesbrief. Werkgroep Schoolactiviteiten. I.V.N. afd.hengelo. Tel. O

Tobi en. de wilde bijen

INSECTEN. werkboekje

Loop naar bordje 5 bij de bijenhal

ZAAI- GOED DEZE LESBRIEF IS VAN..

WATER. Een tocht over het Dreuzelpad door Natuurtuin t Loo voor kinderen van groep 4 t/m 6, met als thema: WATER.

Nachtvlinders. Glasvleugelpijlstaart. De sint-jansvlinder is een dagactieve nachtvlinder

Werkblad Natuurlijk water in de Kwebben

Voortplanting bij planten

inhoud De oude eik 1. In het park 2. De delen van de eik 3. Herfst 4. Dieren helpen de eik. 5. Winter 6. Lente 7. Rupsen 8.

natuurboekje van zomer 2015

Voorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep 3-4

Kopieer dit e-boek en stuur het door naar anderen.

Themawandeling Herfst

1 In het begin. In het begin leefde alleen God. De Heere God is er altijd geweest. En Hij maakte de hemel en de aarde.

De lente! Werkboekje leeftijd: 10+

Voorbereiding post 2. Met de mens mee Groep 1-2-3

Lessuggesties voor groep 3 & 4

Project Planten ABC. Week 1ABC: Algemeen

Voorbereiding post 5. Kleuren om (van) te snoepen Groep

uitga uitg v a e v 2013

inhoud 1. Bloemen 2. Planten 3. Wat is een bloem? 4. Binnen in de bloem 5. De bloem krijgt bezoek 6. Van stamper naar vrucht

Paddenstoelen De herfst is echt paddenstoelentijd. Vooral als het buiten lekker vochtig is schieten de paddenstoelen als paddenstoelen uit de grond!

De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 15 december Beste natuurliefhebber/-ster,

Insectenbloemen worden dus alleen door bijen bezocht. Hieronder zie je een cartoon waarin beide soorten bloemen zijn afgebeeld.

inhoud blz. 1. Soorten 3 2. Zo herken je een insect 4 3. Insecten en hun jong 6 4. Vijanden Meer insecten Filmpjes 15 Pluskaarten 16

Limburgs Landschap. natuurboekje van

Auditieve oefeningen thema het bos

Aardoliealarm in het bos

Voorbereiding post 1. Met de dieren mee Groep

[Konijn] Beschrijving: Vindplaats: Algemene Naam: konijn. Wetenschappelijke Naam: Oryctolagus cuniculus Levenscyclus. Voeding:

KRUISWOORDRAADSEL 1: WILDE DIEREN

Rode bosmier SOORTEN MIEREN

Stripverhaal.. De vlinder.. De vleugels van een vlinder... De levenscyclus.. Vlinderlied en dans. Verstopte vlinders.. Opvallen of niet..

Planten voor de Prins Werkmap Tweede graad Basisonderwijs

Tuinvogels. Meer over onze koolmezen. Even voorstellen. Hier wonen ze. Echte natuur. Meer over de koolmees

Oele de uil vertelt over hoe de verschillende dieren de winter doorkomen

gebrouwen en nog veel meer!

Inspiratiemiddag W&T: De wereld van planten

gedichtjes herfst 2 Egeltje Prikkebol Egeltje, egeltje Prikkebol, Kruip maar in je warme hol. Holletje van gras en mos, Tussen stad en tussen bos.

Wandelroute langs insecten en andere kleine beestjes

WATER. Een waterwandeling door Natuurtuin t Loo voor kinderen van groep 1 t/m 4, onder begeleiding van een volwassene.

Raar, maar waar! Natuur Na

Invuloefeningen (derde graad)

BIOBOER. Maar vandaag is het aardoliealarm. Kijk op je aardoliekaart of er voor jou een probleem is.

SPREEKBEURT VINK VOGELS OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN. l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n

Sporen opsnorren docentenhandleiding

een rondwandeling door de natuurtuin voor kinderen van groep 4, 5 en 6. dit boekje is van:

Het is herfst in de poppenkast. door Nellie de Kok

Rivierenhof. Handleiding. Opgesteld door de domeinwachters. >> Ontdekkingstocht voor het 4, 5 en 6 leerjaar. Tjakkie de specht Ontdekt de Herfst

ALLES WAT JE WILT WETEN OVER BOMEN

Een midden- en bovenbouwproject van het IVN Veldhoven Eindhoven Vessem najaar 2015

Spelen met zand. Zandpaspoort voor kinderen van 7 tot en met 12 jaar

Bloemen en hun bezoekers

Lesbrief Bodemdiertjes favoriete voedsel

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

Winterslaap. Met filmpjes, werkblad en puzzels. groep 5/6. uitgave januari 2013

16 PLATTEGROND 1. Een rondwandeling door de natuurtuin voor kinderen van groep 4, 5 en 6. Dit boekje is van:

Welkom bij de spannendeschemerspeurtocht

Verhaal: Jozef en Maria

Vlinders kijken. op Landgoed Schothorst

NME-leerroute Kabouters in het Westerpark

Transcriptie:

2 Een tocht door de natuurtuin t Loo over het dreuzelpad voor kinderen van groep 6,7 en 8. Lees deze bladzijde goed, want dan weet je precies wat je moet doen! Dit boekje gaat over kriebelende kruipertjes. Krijg je nu al jeuk? Nou, lees maar gauw verder, dan leer je veel over deze harde werkers. Wat moet je doen Een zadenwandeling door de tuin voor kinderen van groep 6 t/m 8. Je moet elke vraag goed lezen en aankruisen wat goed is, want dan kun je achter in het boekje een lijntje zetten. Het eerste lijntje tussen 35 65 hebben wij al voor jullie getekend. In totaal zijn er 26 lijntjes te trekken. Als je klaar bent staat er iets te lezen dat met zaden te maken heeft. Je kunt dan zelf zien of je alles goed hebt gedaan, en waar je misschien foutjes hebt

gemaakt. Als je iets niet weet mag je gerust om hulp vragen. 3 Loop naar het bordje met nummer 1 (zie plattegrond achterop) 4 Wegwijzer Vanuit de Wingerd loop je richting uitgang. Vóór het informatiebord ga je rechtsaf door een klaphek de Velttuin in. Daar zie je ergens bordje 1. De verdere route staat op de plattegrond achter op je boekje. Er staan 8 bordjes langs die route en elke groep kinderen start op één van deze plaatsen. In het boekje zie je welke vragen bij elk bordje horen. Vraag 1.1 Waarom maakt een plant eigenlijk zaadjes? a. omdat dieren die nodig hebben om te overleven (6-27) b. omdat de plant zich wil voortplanten (40-70 ) c. omdat mensen de planten zó kweken dat er hele mooie bloemen en daarna vruchten aan komen (10-20) Blijf op de paden, want anders verstoor je het leven van de planten en dieren in deze natuurtuin. Veel succes, maar vooral ook veel plezier met deze rondwandeling, want daarom ben je hier!!!

Vraag 1.2 5 Vraag 1.3 6 In de zomer en herfst groeit hier heel veel Oost- Indische kers. Deze plant sterft 's winters helemaal af en elk voorjaar groeit uit de zaadjes weer een nieuwe plant. Zowel de zaadjes als de bloemen en de bladeren zijn voor mensen eetbaar (bijvoorbeeld in de sla). Hoe zorgt deze plant er zelf voor dat zijn zaadjes goed verspreid worden? a. de zaadjes zitten in een soort peultje en "springen" weg als ze rijp zijn ( 35-66) b. de mieren zijn dol op deze zaden en slepen ze van hot naar haar ( 44-59 ) c. de plant maakt hele lange uitlopers en ook aan het puntje van deze zijtakken komen bloemen en zaden ( 6-26) De meeste zaden kunnen wel een tijdje in de grond liggen voor ze ontkiemen. Sommige zaden komen echter op een plaats terecht die niet geschikt is om te kunnen groeien (bijvoorbeeld in een donker bos). Als dat bos gekapt wordt is het verbazend hoeveel planten er het volgende jaar dan plotseling groeien. Hoe kan dit? a. omdat de bomen nu geen voedsel meer uit de grond halen ( 4-24) b. omdat sommige mensen het jammer vinden dat het bos gekapt is en er dan heel veel nieuwe plantjes neerzetten ( 33-64 ) c. die zaden lagen er al en kunnen nu eindelijk ontkiemen omdat er nu licht is (31-45) Een gratis streepje!!!! (13-14)

7 Vraag 1.4 (als je deze vraag moeilijk vindt moet je even wachten met het beantwoorden tot je in de wilde plantentuin bent) Heeft het viooltje: a. oranje bessen die door vogels gegeten worden? (45-60) b. vruchtjes met weerhaakjes die overal aan blijven hangen? ( 9-20) c. drie vruchtkleppen die openspringen en uitdrogen, waarna de zaden wegspringen? ( 20-30) Je krijgt een gratis streepje omdat je zo goed je best doet: ( 34-64), en loop door naar bordje 2 Vraag 2.1 8 Hier zie je een aantal fruitbomen zoals een appelen een perenboom. Zaden zitten niet altijd op dezelfde plaats. Bij een zonnebloem zitten ze bijvoorbeeld aan de buitenkant en bij een appel zitten ze aan de binnenkant in het klokhuis. Waar zitten de zaadjes bij een aardbei? a. als spikkeltjes aan de buitenkant ( 35-36) b. op het kroontje van de aardbei ( 37-73) c. in het vruchtvlees binnen in de aardbei ( 8-27) Vraag 2.2 Niet elke plant is even vruchtbaar. Sommige vruchten bevatten maar één zaadje, denk aan de pruim of kers. Andere,zoals mais hebben wel 500 zaadjes. Hoeveel zaadjes heeft één braam denk je?

9 a. 1 (3-24) b. ongeveer 200 ( 1-2 ) c. ongeveer 40 ( 9-10 ) 10 hebt vast wel eens een paardebloem gezien of een distel. Ook het wilgenroosje heeft zaden met pluis dat heel ver met de wind mee kan waaien. Paardenbloemenpruikje, met een diepe zucht Blaas ik al je pluisjes weg, héél ver door de lucht. En val je ergens op de grond, in noord of west of zuid. Dan komt er vast het volgend jaar, weer zo'n mooi geel bloempje uit. Na het lezen van dit gedichtje mag je weer een streepje zetten ( 3-4) Vraag 2.3 Tot nu toe heb je gezien dat zaden verspreidt worden door de plant zelf of door dieren. Sommige zaden worden echter door de wind verspreidt. Je Hoevér zou de wind zo'n zaadje mee kunnen nemen denk je? a. 2 meter (38-67) b. 200 meter ( 1-22 ) c. 2 kilometer ( 1-21 ) Loop nu naar de wilde plantentuin naar nummer 3 Vraag 3.1 Er zijn planten met bloemen die een beetje op een vlinder lijken. Ze worden vlinderbloemigen genoemd. Een bekend voorbeeld is de lupine, de brem, de sperzieboon enz. Hoe zien de zaden van vlinderbloemigen eruit?

11 a. het zijn kleine ronde knikkertjes die in een peul zitten. De peul springt bij hitte open (57-72 ) b. de lichte zaadjes worden door de wind verspreid ( 41-42 ) c. zaadjes met lekker vruchtvlees voor de vogels ( 69-71 ) Kijk nu maar even rond in de wilde planten tuin en zet een gratis streepje (58-59) Vraag 3.2 Hoe ziet het zaad van een tulp eruit? a. het zijn kleine bolletjes ( 3-23 ) b. een tulp heeft alleen een bol in de grond en geen zaad ( 4-25 ) Vraag 3.3 12 Planten hebben soms hele vreemde namen. Kun jij ontdekken welke planten niet echt bestaat? ( het zijn er twee) a. boerenwormkruid ( 41-56 ) b. berenklauw ( 52-53 ) c. engelwortel ( 28-49 ) d. geitengras ( 36-66 ) e. herderstasje ( 15-16 ) f. kievitsboon ( 21-22 ) g. vissenkruid ( 45-46 ) Loop nu door het klaphek naar bordje 4 bij het insectenhotel Vraag 4.1 Bijen helpen bij de bestuiving van planten als ze op zoek zijn naar honing. Pas als een bloem bestoven is kan er een zaadje gaan groeien. Hoe wordt een jonge bij eigenlijk geboren?

13 a. de moederbij legt een eitje en daar komt een kant en klaar bijtje uit ( 24-25 ) b. de moederbij legt een eitje, daar komt een larve uit die zich na de verpopping ontwikkelt tot een bij ( 33-34 ) c. héél voorzichtig... met de pootjes naar voren. De vleugels zitten dan nog vastgeplakt op het lijf ( 64-65 ) Maak hieronder een tekening van een maïskolf en zet een streepje tussen (63-64 ) Vraag 4.2 14 Als er een jaar helemaal geen bijen in Nederland zouden zijn, zouden we dan ook geen appels van onze bomen kunnen plukken? a. ja, in heel Nederland zou geen appel aan de boom hangen (5-6 ) b. nee, de wind blaast zoveel stuifmeel in het rond, er zouden bijna net zoveel appels als anders zijn (14-15) c. jawel maar wel minder, want er zijn ook andere insecten die bloemen bestuiven, maar niet genoeg om alle bloemen te bevruchten ( 5-25 )

Vraag 4.3 15 16 Loop naar bordje 5 bij de bijenhal Vraag 5.1 Je weet dat zaadjes heel belangrijk zijn voor het voortbestaan van de natuur. Maar zaadjes kunnen pas ontstaan uit de bloem als die bloem ook bevrucht is. Welke dieren zorgen daarvoor (in Nederland)? a. bijen en vogels ( 37-38 ) b. bijen en vlinders ( 37-68 ) c. vlinders en spinnen (67-68 ) Op het plaatje zie je een erwt met vrij groot zaad en een klaproos met heel klein zaad. Wat zou het grootste en zwaarste zaad op aarde zijn? Vraag 5.2 Maak een tekening van een madeliefje. Kun je ook de blaadjes tekenen? Waar zouden de zaadjes van dit bloemetje zitten? Als je klaar bent mag je een streep zetten (65-66) a. kokosnoot ( 43-74 ) b. ananas ( 42-43 ) c. mango (73-58 )

17 Lees het volgende gedichtje en zet het streepje (74-75). Slakje, slakje, luie slak Kan het niet wat sneller? Heb jij in je binnenzak Geen kilometerteller? Het slakje zegt: ik loop niet vlug Ik heb genoeg te sjouwen. Ik draag mijn huisje op mijn rug. Zeg, draag jij soms het jouwe? Vraag 5.3 Ook in het water of aan de oever groeien planten: waterplanten. Deze planten gebruiken voor de verspreiding van hun zaden soms het water. De stroming van het water neemt de zaden dan mee. Deze zaden moeten dan wel een tijdje kunnen 18 blijven drijven. Daarom hebben ze een kurk-, lucht-, vet- of olielaagje. Waarom moet het zaad kunnen drijven? a. anders eten de vissen alle zaadjes op ( 6-7 ) b. anders komt het zaad te dicht bij de moederplant terecht (23-24 ) c. in het water is het te koud om te kunnen ontkiemen ( 28-29 ) Vraag 5.4 Hoe lang zouden zaden in de grond kunnen liggen te "slapen" voor ze ontkiemen? a. ongeveer 1 jaar ( 8-29 ) b. wel 10 jaar ( 68-70 ) c. wel 100 jaar ( 8-28 ) Loop naar bordje 6 achter de poel.

Vraag 6.1 19 20 Een gratis streepje!!!!! (29-30) Viooltjes verspreiden hun zaadjes zowel op eigen kracht als met behulp van dieren. Je ziet de zaadjes netjes in een rijtje liggen. Aan de onderkant zitten ze aan een steeltje vast. Als het zaad rijp is breken de steeltjes plotseling en wordt het zaad weggeslingerd. Maar welke dieren staan er speciaal om bekend dat ze het viooltje helpen bij het verspreiden van hun zaadjes? a. mieren: aan het viooltjeszaad zit een zoet aanhangsel waar mieren dol op zijn ( 11-12) b. mezen: zij eten de zaadjes en poepen ze later ergens anders uit (2-23) c. muizen: zij lopen langs de viooltjes en als het zaad er dan uitspringt blijft het een tijdje in de vacht zitten en valt er pas later uit (34-65) Vraag 6.2 Je ziet hier vast wel een aantal jonge boompjes. Vooral ook eikenboompjes. Wie zou daar voor gezorgd hebben? a. de wind heeft ze hier tijdens een storm naar toe geblazen (39-71) b. met de boomplantdag zijn ze hier 25 jaar geleden neergezet (61-62) c. De Vlaamse gaai en eekhoorn hebben een aantal eikeltjes in de grond gestopt als wintervoorraad en zijn vergeten ze weer op te graven (61-60)

Vraag 6.3 21 Vraag 7.1 22 Weet je hoe een brandnetel bloeit? Kijk maar of je er hier één kunt vinden en probeer hem na te tekenen. Zet een streepje van ( 38-68) De lijsterbesboom in de houtwal kun je in de herfst makkelijk herkennen aan zijn oranje bessen. Je raadt vast wel welke vogel deze bessen heerlijk vindt:...de lijster. Deze lijster helpt de plant bij het verspreiden van zijn zaden omdat: a. hij de bessen in de grond verstopt voor de winter (10-20) b. hij de vrucht opeet en het pitje ergens anders uitpoept (39-41) c. de besjes blijven kleven aan z'n veren (37-58) Vraag 6.4 Hoe heet de tuin waar je nu bent? a. natuurtuin Bergeijk (31-32) b. de Wingerd (47-48) c. natuurtuin 't Loo ( 46-60) Vraag 7.2 Wat is de titel van dit boekje? a. zaden op reis ( 43-44) b. zaden en vruchten (41-72) c. zadenverspreiding ( 36-67) Loop door naar bordje 7 bij de insectenmuur.

23 24 Vraag 7.4 Vraag 7.3 Veel mensen zijn bang voor wespen. Dat is niet nodig want het zijn hele nuttige insecten. In de natuur leven verschillende soorten wilde wespen met hele mooie namen. Welke wesp bestaat niet echt? a. snuitkeverdoder (34-35) b.vliegendoder (29-20) c.vissendoder (31-61) d.glasvleugelspinnendoder (25-26) Maak hieronder een mooie tekening van een vlinder en zet een streepje van (26-27) Welke bewering is niet waar? a. wespen eten spinnen, muggen, vliegen en bladluizen (2-3) b. wespen verlammen hun prooi met een steek (22-23) c. wespen bestuiven bloemen als ze op zoek zijn naar honing (2-22)

25 Los de volgende puzzel op Welk woord staat in de grijze vakjes? 26 1. de Vlaamse gaai verstopt veel... 2. deze plant komt uit Zuid-Amerika en wij eten hem bijna dagelijks... 3. dit kruit verspreidt geen zaad maar ontploft als je het aansteekt. 4. hoe heet het huisje in de Natuurtuin (bij bordje4) waar veel kriebelende kruipertjes wonen? Insecten-.. 5. zaad van o.a. de klit wordt door dieren meegenomen in hun... 6. dit boekje gaat over vruchten en... 7. de zaadjes van paardebloem hebben... 8. deze groep dieren eten de meeste bessen. Het zijn echte snoepers die... 6 7 1 2 3 4 5 8

27 Ben je klaar? Zet dan een streepje (9-29) en loop naar bordje 8 bij de Wingerd. Vraag 8.2 28 Vraag 8.1 Je hebt onderweg een heleboel manieren gezien waarop zaadjes verspreid kunnen worden. Probeer maar eens of je deze puzzel kunt oplossen. Vul de volgende woorden in: Dieren, Mens, Springen, Water, Wind. Ook bomen hebben zaadjes. Heb je wel eens het zaad van een esdoorn gezien? Deze zaadjes worden ook wel helikoptertjes genoemd.probeer eens een zaadje van een esdoorn te tekenen. Als je echt niet weet hoe ze er uitzien kijk dan op bladzijde van vraag 2, daar staat er wel ergens één. Zet een streepje (37-67) Vraag 8.3 Kunnen mensen tamme kastanjes eten? a. ja (33-63) b. nee ( 19-20) En lusten ze ook eikeltjes? a. ja (71-72) b. nee ( 42-57) Ben je halverwege de tocht gestart? Loop dan nu naar bordje 1.

Tenslotte 29 30 Je hebt nu een tocht gemaakt door de natuurtuin van VELT, de Imkers en het IVN. Als je alle vragen goed hebt beantwoord en de streepjes op de juiste plaats hebt gezet, dan komt er de naam van een heel vreemd zaadje uit. Weet je hoe die er uitziet? Nee? Vraag het dan maar aan je juf of meester. Wij hopen dat je het een leuke tocht vond en dat je veel geleerd hebt over de reis die zaden maken. Kom nog maar eens op bezoek Dat vinden we fijn. Tot ziens!!

31 Aan dit boekje werkten mee: Afke, Henriette, Paula en Lia Bron: documentatiemateriaal IVN afd. Valkenswaard en afd. Bergeijk-Eersel