Pilot Openbare Verlichting

Vergelijkbare documenten
Openbare verlichting led pilot Kom Noord Utrechtse Heuvelrug

Woongebieden. Foto: Gorenweg in Buinen. Lantaarnpaal schijnt volop in het huis. Dat kan anders.

Woongebieden. Foto: Steven van Beusichemlaan, eerst scheen de lamp in het huis, nu met de nieuwe gerichte ledverlichting is dit veel minder.

Openbare verlichting uitrol led pilot Utrechtse Heuvelrug

Projectplan. Bestuurlijk opdrachtgever: Duurzame Openbare Verlichting: Donker waar het kan, verlichten waar het moet!

Wegen. - Erftoegangswegen. Binnen de kom in principe 30 km/uur en buiten de kom in principe 60 km/uur.

Maart Groenig licht in Steenwijkerland?

Beleid in hoofdpunten Licht in de Openbare Ruimte in de gemeente Dronten

Wegen. Foto: N374 in Borger. Gebiedsontsluitingsweg binnen de kom. Gemeente Borger-Odoorn besluit gemeenteraad: 8 maart 2018; nr. 18.

Proefproject Openbare Verlichting gemeente Leek (beleving presentatie)

Landelijke regelgeving Openbare Verlichting in de gemeente Dronten

Reclame. Foto: Wethouder Schoutenweg, verlicht reclamebord aan de lantaarnpaal. Gemeente Culemborg

Slimme openbare verlichting Tips voor Drentse provincie en gemeente

Marktconsultatie gemeente Utrechtse Heuvelrug

Gemeente Breda. Waardering LED-verlichting. SSC Onderzoek en Informatie. Achtervang

Verlichtingsklasse P

Elke dag verdient een Nacht van de Nacht! Bewonersinitiatief. Alleen licht op straat, niet in de lucht, in groengebieden en boven water.

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Donker waar het kan, licht waar het moet

Gemeente Breda. Proef met LED-verlichting. SSC Onderzoek en Informatie. Achtervang, Bijvang en Uitvang

Technieken. Foto: De West in Dronten. Licht brandt op volle sterkte tot uur.

Uitgangspuntennotitie Licht in de Openbare Ruimte gemeente Dronten

*D * D

Datum 29 september 2011

PILOT: KROONRING IN DE GOOI EN VECHTSTREEK. Een onderzoek naar de ervaring van bewoners

Smart Light Concepts. Informatieavond SLIC Buitengebied Etten-Leur

Openbare verlichting in de gemeente Oss Veiligheid Verkeer Sociale veiligheid.

Uitvoeringsplan Openbare Verlichting

Fietspad/wandelpad. Openbare Verlichting & Verkeersregelinstallaties. >> Als het gaat om energie en klimaat

BIJLAGE 3 TOELICHTING ENERGIEVERBRUIK EN ENERGIEBESPARINGSOPTIES

Beleidsuitgangspunten. openbare verlichting. Midden-Drenthe

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel:

Openbare ruimte in beeld Onderzoek naar de kwaliteit van de openbare ruimte

Aan de raad, Onderwerp: Beleidsplan Openbare Verlichting

Memo Verlichting snelle fietsroute Apeldoorn - Epe

LED OP HET LICHT OP STRAAT. Openbare verlichting voor veiligheid maar houdt ook rekening met nachtdieren

HET LEIDERDORPPANEL OVER...

Technieken. De technologische ontwikkelingen op het gebied van de openbare verlichting gaan snel. Technisch kan er al heel veel.

Energie besparen met gedimde openbare verlichting. Feiten, veelgestelde vragen en aansprekende cases van gemeenten

gemeente Bunnik Bijlage 1 Notitie vervanging openbare verlichting

Communicatie/participatieplan

Verkeers- en Sociale Veiligheid

Fietsenquête centrum Oss

Gemeentelijk besluit Energiebesparing bij Openbare Verlichting (OVL)

Actualisering visie en beleid Openbare Verlichting, beleidsperiode

CityTouch. Openbare verlichting. 4 redenen om te kiezen voor slimme verlichting

Gemeente Breda. Waardering LED-verlichting. SSC Onderzoek en Informatie. Verschuurstraat en Rochussenstraat

Notitie. 1 Inleiding. Leek Oostindië Retrofit Pilot

Ontwikkelen. Beleidsplan. Openbare verlichting. Gemeente Haren

Foto: Het reclamebord aan de gevel is zo felverlicht dat het niet meer leesbaar is.

Technieken. 2. Telemanagementsysteem

Advies aan de gemeenteraad

Bewonersenquête Veiligheid Maart 2014

Landelijke regelgeving Openbare Verlichting en Borger-Odoorn

Collegevoorstel onder verantwoordelijkheid van. : wethouder mw. W.J.F. van der Rijt-van der Kruis

Nieuwsbrief Resultaten evaluatie

Beleidsplan Openbare verlichting

Commissie Verkeer en Mobiliteit 24/06/2013. Masterplan Openbare Verlichting

= = Besluitvormende raadsvergadering d.d. 23 april 2013 Agendanr. 12. Onderwerp: Verduurzamen openbare verlichting (MIP 1201)

Communicatieplan windenergie

Elke dag verdient een Nacht van de Nacht! Bewonersini6a6ef. Alleen licht op straat, niet in de lucht, in groengebieden en boven water.

Resultaten enquête minivoetbalveld Fijnaart

Rapportage onderzoek lidmaatschap een onderzoek onder klanten naar verschillende aspecten van het lidmaatschap van de bibliotheek en van BiebPanel

EVALUATIEPEILING BURGERPANEL MOERDIJK

RAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : OCSW Dossiernummer :

Verlichting van Fietspaden. 1 Inleiding Algemeen Functie van fietspaden Hoofdfietsroutes Utilitaire routes

Stadspanelonderzoek naar de communicatie over het groenonderhoud

Straten in Groningen

Voorstel voor de Raad

Evaluatie proces Groot onderhoud Schrijverswijk

HERINRICHTING RIJNSTRAAT

2013, peiling 2 juli 2013

Beleid Openbare verlichting (OVL) Gemeente Stadskanaal. Henk Ensing Beleidsadviseur Team Stadsbeheer Gemeente Stadskanaal

Nieuwsbrief Lelystad Haven

Evaluatie bewonerspanel Oud-West

Verslag. uitbreiding Heusden. Dialoogbijeenkomst. 29 maart Verzorgd door: Mevrouw S. Smeets (Architecten aan de Maas)

ONDERNEMERS EN INTERNETPANEL OVER DE WINKELOPENINGSTIJDEN IN PURMEREND

Verduurzamen gemeentelijk openbare verlichting

Bijlage 4 Voorbeeldproject Rijpelberg

Notitie LH/01160İVS3. Grootschalige ledvervanging Stormpolder. L. Hoebink R. Briënne

BURGERPANEL MOERDIJK OVER LEVENDIGE CENTRA

Resultaat Windmolenenquête Wakker Emmen

Kwaliteit & Kosten Verlichting Openbare Ruimte

Publiekspanel Rijkswegen Noord Resultaten peiling 5- mei 2018

Bedrijventerreinen. Veel parkeerterreinen bij bedrijven zijn afgesloten als het bedrijf gesloten is. Toch brandt het licht dan nog volop.

Internetpanel Dienst Regelingen

Buurtenquête Glanerbrug-Zuid

Kübra Ozisik September

Klanttevredenheidsonderzoek 2016 Kinderdagverblijf (KDV) Resultaten & Aanbevelingen

Aanpassing Speelruimtebeleidsplan (2012) Advies Jongerenraad Utrechtse Heuvelrug (JRUH)

Resultaten enquête t.b.v. beleidsplan openbare verlichting

Kerngroep Oeververbinding

DRAAGVLAKONDERZOEK FUSIE LANGEDIJK EN HEERHUGOWAARD

nieuwkoop raadsvoorstel G G.A.H. Eikhuizen Beheer Openbare Ruimte ( Frans Lamfers/Cees Tas)

Advies aan de gemeenteraad

Advies Plan van aanpak bestrijding K,inderarmoede

veilig en energiezuinig) 2. Concept raadsbesluit

Zuid aan Zet Gebiedsgericht werken in Colmschate-Zuid oktober 2012

Openbare Verlichting. MFA t Huis Vlierden

Aan de Raad. 2.1 Geeft meer veiligheid voor burgers en weggebruikers.

Transcriptie:

Kerkplein 2 T (0343) 56 56 00 Postbus 200 F (0343) 41 57 60 3940 AE Doorn E info@heuvelrug.nl Pilot Openbare Verlichting 1 Datum Juli 2015 Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Auteur A.M.R. ter Schure P. Witmer

Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 2 Keuze voor de locatie van het proefproject... 5 3 De resultaten uit het proefproject... 6 3.1 Bewoners van het pilotgebied in Kom Noord... 7 3.1.1 Brief en uitnodiging... 7 3.1.2 Bewonersavond... 7 3.1.3 Huis-aan-huis enquête... 7 3.1.4 Terugkoppelbijeenkomst... 10 3.2 Bewoners en belangengroepen... 11 3.3 Politie gemeente Utrechtse Heuvelrug... 13 3.4 Verlichtingsdeskundigen... 14 3.5 Inspraak van overige partijen... 15 3.5.1 Groenberaad... 15 3.5.2 Verkeersberaad... 15 3.5.3 Jongerenraad Utrechtse Heuvelrug... 16 1

1 Inleiding De gemeente stelt nieuw beleid op voor de openbare verlichting. Het motto van dit beleid is: Donker waar het kan, (led)licht waar het moet. De gemeente gaat hierbij op zoek naar een zo laag mogelijk verlichtingsniveau, dat voor de gebruikers van de ruimte nog acceptabel is. In de Nota van Uitgangspunten, die op 16 mei 2013 door de raad is vastgesteld, zijn de kaders en uitgangspunten voor het beleid opgenomen. Daarnaast wilde het college voor enkele vragen het advies inwinnen van bewoners, belangenpartijen en deskundigen. Het ging hierbij om: - De lichtverdeling over de ruimte (de mastafstand) - Het dimmen van de verlichting - De lichtkleur De gemeente heeft hiervoor een pilot opgesteld in de wijk Kom Noord in Doorn. In dit pilotgebied zijn de bestaande lichtmasten verwijderd en is per straat een wisselende, nieuwe opstelling geplaatst. De gemeente heeft een externe partij de opdracht gegeven het plaatsen van de onderstaande opstelling. - Winkelstraat de Kampweg: 4 meter hoge paaltopmasten met ledverlichting. - Sparrenlaan: 6 meter hoge lichtmasten met een opstelling volgens de Richtlijn Openbare Verlichting. De verlichting heeft hierbij een verticale gelijkmatigheid van 0,2 en een verlichtingssterkte van 3 lux. De mastafstand is dan ongeveer 36 meter. - Vossenweg: 6 meter hoge lichtmasten volgens het scenario ROVL-: een verticale gelijkmatigheid van 0,15 en een verlichtingssterkte van 3 lux. De mastafstand is dan ongeveer 42 44 meter. - Pr Hendrikweg: 6 meter hoge lichtmasten volgens het scenario ROVL- - : een gelijkmatigheid van 0,10 en een verlichtingssterkte van 3 lux. De gemiddelde mastafstand is dan 48 meter. In de praktijk is de mastafstand iets lager: gemiddeld bijna 45 meter. - Heuvelweg. Masten met verschillende armaturen. - Amersfoortseweg. Langs deze doorgaande weg staan masten van 8 meter hoog. Bij het plaatsen van lichtmasten dient altijd rekening te worden gehouden met de locatie van opritten, bomen en ramen van woningen. Hierdoor is het niet mogelijk om de masten allemaal op precies de juiste locatie te plaatsen. Een aantal armaturen is voorzien van vaste dimapparatuur in de lichtmasten (dyna-dimmers). Hierbij is het volgende dimregime ingesteld: - Tot 21.00 uur 100 % - Van 21.00 uur tot 0.00 uur 60 % - Van 0.00 uur tot 6.00 uur 30 % - Na 6.00 uur 100 % Tijdens en na de pilot bleef er discussie bestaan over de vraag of de verlichting wel of niet gedimd werd en in welke mate. Meerdere deskundigen hebben zich inmiddels over de dimapparatuur en de lichtniveaus gebogen en kwamen allen tot verschillende conclusies. Een leerpunt uit de pilot is dus, dat het dimmen van de verlichting middels dyna-dimmers complexer is dan aanvankelijk werd 2

aangenomen en kwetsbaar is in de uitvoering. Het is daardoor moeilijk om conclusies te trekken ten aanzien van het dimmen van de verlichting. Naast de toepassing van dyna-dimmers in het merendeel van de armaturen, zijn de ledarmaturen in de Kampweg en enkele armaturen in de Sparrenlaan voorzien van een RF- dimbesturing. Dit betekent dat de betreffende verlichting met behulp van een computer online aangestuurd kan worden. Deze dimbesturing functioneerde naar behoren en op basis hiervan konden wel conclusies worden getrokken. Daarnaast zijn in het proefgebied verschillende lichtkleuren toegepast. Er is gevarieerd met wit licht (3500 Kelvin) en warm-wit licht (4100 Kelvin). In de winkelstraat (de Kampweg) is warm-wit toegepast, aangezien warm-wit licht ervaren wordt als sfeervoller. Op de verkeersweg ( de Amersfoortseweg) is in verband met de verkeersveiligheid en energie-efficiëntie gekozen voor wit licht. Sfeer speelt bij een verkeersweg immers een minder belangrijke rol. In de woonstraten is zowel wit als warm-wit licht toegepast. In de praktijk was het verschil tussen het witte en warm-witte licht echter klein en vrij moeilijk zichtbaar. Om de vergelijkbaarheid zuiver te houden zijn in het gehele pilotgebied dezelfde masten en armaturen gebruikt. De mast is van onbehandeld aluminium en is in de woonwijk 6 meter hoog. De mast is voorzien van een kofferarmatuur. Langs de doorgaande weg (Amersfoortseweg) zijn 8 meter hoge masten geplaatst. In de winkelstraat (Kampweg) zijn twee soorten paaltopmasten geplaatst van 4 meter hoog. Aan de Heuvelweg zijn verschillende armaturen op rij geplaatst om te laten zien, wat de uitstraling kan zijn van andere armaturen. Het doel van de pilot was om te achterhalen wat het laagst mogelijke verlichtingsniveau is, dat voor de gebruikers van de ruimte nog acceptabel is. Het zwaartepunt van het pilot lag daarom bij het belevingsaspect. Hiervoor zijn er een flink aantal bijeenkomsten georganiseerd voor de verschillende gebruikers van de openbare ruimte en is middels discussie en een enquête om hun mening gevraagd. De communicatie rond de pilot in Doorn en rond het op te stellen beleid is breed uitgezet. Allereerst zijn er artikelen in de krant gepubliceerd. Er zijn aankondigingen geplaatst via het gemeentenieuws en via persberichten. Langs de doorgaande wegen zijn aankondigingsborden geplaatst van A0 formaat. Ook via de website en twitter zijn inwoners opgeroepen om de bewonersavonden te bezoeken. Deelnemers die niet aanwezig konden zijn, werden in de mogelijkheid gesteld om het enquêteformulier via de website te downloaden en op te sturen. 3

4

2 Keuze voor de locatie van het proefproject Het proefproject is opgesteld in de wijk Kom Noord in Doorn. De reden hiervoor was, dat de straten in Kom Noord een gelijksoortig profiel hebben en daardoor goed onderling vergelijkbaar zijn. Bovendien waren in deze wijk recent ondeugdelijke armaturen geplaatst, die op korte termijn zouden moeten worden vervangen. Kom Noord leek dus een zeer geschikte locatie om een pilotproject in te richten. Toch waren er ook enkele kanttekeningen. De led-verlichting in Kom Noord, die pas drie jaar daarvoor bij de herinrichting was geplaatst, was destijds gekozen in samenwerking met de bewoners. Zij hadden gekozen voor 4 meter hoge, groene stalen masten met een paaltoparmatuur. Het op korte termijn vervangen van deze masten zou tot onbegrip kunnen leiden. Een ander mogelijk nadeel was, dat er bij de herinrichting van de wijk drie jaar geleden een zeer hoog verlichtingsniveau was toegepast. Het contrast tussen het hoge verlichtingsniveau en de zoektocht naar een zo minimaal mogelijke verlichtingsniveau zou erg groot kunnen zijn. De vraag rees daarom of Kom Noord wel een goede locatie zou zijn voor het pilotproject. Op dat moment was het uitgangspunt voor het beleid echter, dat na het vaststellen van het beleidsplan alle lichtmasten in de gemeente binnen één à twee jaar zouden worden vervangen. De gedachte was dan ook, dat discussies over voortijdige vervanging van de lichtmasten onontkoombaar zouden zijn en wellicht beter tijdens de pilot aan de orde kon komen dan in de uitvoeringsfase. Mogelijk heeft de snelle verwijdering van de gekozen lichtmasten wel tot een vertekening van de onderzoeksresultaten geleid. De verwijderde lichtmasten uit het pilotgebied zijn overigens teruggegaan naar de leverancier en worden opnieuw hergebruikt. Er heeft dan ook geen verspilling van materialen plaatsgevonden. 5

3 De resultaten uit het proefproject In de periode maart-april-mei 2013 heeft de gemeente een aantal bijeenkomsten, cq excursies georganiseerd naar het proefproject in Kom Noord. Het doel van deze bijeenkomsten was om samen met bewoners en andere belanghebbenden te achterhalen wat het laagst mogelijke verlichtingsniveau is, dat voor de gebruikers van de ruimte nog acceptabel is. Het zwaartepunt van het pilot lag bij het belevingsaspect. Het onderzoek was niet wetenschappelijk opgezet. Tijdens het pilotproject zijn bijeenkomsten georganiseerd voor: - De bewoners van het proefgebied - 4 bijeenkomsten voor de bewoners en belangengroepen van de gemeente - De gemeenteraad - De politie - Verlichtingsdeskundigen De bijeenkomsten hadden alle een overeenkomstige opzet: - Presentatie over de uitgangspunten voor het beleid en de opzet en doel van de pilot - Excursie (met de bus) naar het pilotgebied - Het invullen van de enquête - Indien gewenst een terugkoppeling De hierna beschreven pilotresultaten geven een indruk van de beleving van deelnemers aan de bijeenkomsten en betreffen uitdrukkelijk geen wetenschappelijk onderzoek. 6

3.1 Bewoners van het pilotgebied in Kom Noord De gemeente vindt het belangrijk om de mening en ervaringen te horen van de bewoners van het pilotgebied. Zij ervaren de nieuwe verlichting immers direct en kunnen het beste de voor- en nadelen aangeven. Voor hen is daarom een uitgebreid communicatietraject ingezet, waarbij hun mening uitgebreid is gepeild. Brief en uitnodiging Allereerst zijn alle bewoners middels een brief geïnformeerd over de inrichting van het pilotgebied. Hierbij zijn ze uitgenodigd om deel te nemen aan de bewonersavond. Bewonersavond Op de informatieavond voor de bewoners waren zeventien personen aanwezig. Allereerst is een presentatie gegeven over de uitgangspunten van het beleid en over de opzet van het pilotgebied. Daarna vond er een discussie plaats. De sfeer van de bijeenkomst was kritisch. - Het merendeel van de deelnemers was ontevreden over de vormgeving en de kleur van de nieuwe lichtmasten en armaturen. De nieuwe kofferarmaturen vond men aanzienlijk minder bij het karakter van de wijk passen dan de voorheen geplaatste groene masten met paaltoparmatuur. - Over het algemeen bestond er begrip voor de duurzaamheidswensen van de gemeente. - Een aantal deelnemers gaf aan het nieuwe verlichtingsniveau te laag te vinden, met name in de Prins Hendrikweg. Na de discussie is een rondwandeling door het pilotgebied gehouden en zijn de deelnemers gevraagd hierover een enquêteformulier in te vullen. Helaas hebben slechts drie personen hier gehoor aan gegeven. Huis-aan-huis enquête Om te achterhalen in hoeverre bovenstaande punten de mening en ervaringen van de overige bewoners van het proefgebied representeerden is er in mei 2013 een huis-aan-huis enquête gehouden. Dit heeft geleid tot een respons van circa 35 %. Verlichtingsniveau In de onderstaande grafiek zijn de meningen weergegeven ten aanzien van het verlichtingsniveau in de verschillende straten. De bewoners van de wijk zijn gevraagd hoe zij het verlichtingsniveau ervoeren in de verschillende straten van het pilotgebied. 7

Uit de grafieken blijkt een relatief groot percentage mensen aan te geven dat zij het niet wisten of er voldoende licht in een bepaalde straat is. De bewoners bleken zich vaak onvoldoende bewust van het verlichtingsniveau in een andere dan hun eigen straat om hier een goed antwoord op te kunnen geven. Daarom is in de onderstaande grafieken alleen weergegeven wat de bewoners van hun eigen straat vonden. 8

Opvallend is, dat een relatief groot aantal bewoners de verlichting als te donker ervaart, zelfs in de Sparrenlaan, die volgens de richtlijn is verlicht. Dit kan wellicht worden verklaard, doordat de straten voor de inrichting van de pilotverlichting een aanzienlijk hoger verlichtingsniveau hadden dan volgens de richtlijn noodzakelijk is. Dimmen In de lichtmasten in het pilotgebied is dimapparatuur ingebouwd, waarbij op vaste tijdstippen een andere lichtsterkte is ingesteld. In de praktijk bleek het echter zeer moeilijk te achterhalen of de geïnstalleerde apparatuur inderdaad dimde en zo ja, in welke mate. Verschillende meetapparaten gaven telkens andere resultaten weer. Onder de bewoners ontstond ook onduidelijkheid over het al of niet dimmen van de verlichting. De enquêtevraag wat zij van het dimmen vonden, was daardoor moeilijk te beantwoorden en is vaak ook theoretisch opgevat. In de grafiek is te zien, dat bijna 94 % van de bewoners het goed vindt, dat het verlichtingsniveau tijdens de drukke spitsuren hoog is. Ruim 70% kan zich vinden in het dimmen van de verlichting na de spits tot circa 60%. Het principe om na 24.00 uur het verlichtingsniveau terug te schroeven tot 30% kreeg aanzienlijk minder draagvlak: slechts 36,2 % van de respondenten gaf aan dit een goed idee te vinden. Nogmaals: deze resultaten zijn niet goed te herleiden tot de daadwerkelijke ervaringen met het dimmen in het pilotgebied. 9

Lichtkleur In het pilotgebied zijn twee verschillende lichtkleuren toegepast. Warm wit licht van 3500 Kelvin en wit licht van 4100 Kelvin. Uit de grafieken valt op te maken, dat de bewoners een voorkeur hebben voor het warm-witte licht. Degenen die aangaven het warm-witte licht niet goed te vinden, gaven over het algemeen aan dat hun voorkeur uitging naar een nog warmere kleurtint. Terugkoppelbijeenkomst In november 2013 is een bijeenkomst voor de bewoners georganiseerd met als doel om de resulaten van de pilot terug te koppelen. Tijdens deze bijeenkomst waren vier of vijf personen aanwezig. Tijdens deze bijeenkomst zijn de resultaten van de enquête weergegeven en is besproken hoe het vervolgtraject eruit zou zien. Hoewel de deelnemers aangaven de lichtmasten nog steeds niet mooi te vinden, gaven zij aan dat ze er al wel meer aan gewend waren en dat zij zich wel konden vinden in de duurzaamheidsgedachte van de gemeente. 10

3.2 Bewoners en belangengroepen Voor de bewoners en belangengroepen in de gemeente zijn meerdere bijeenkomsten georganiseerd, op verschillende locaties in de gemeente. Zo waren er bewonersavonden in Driebergen, Doorn en in Maarn. De bewonersavond in Amerongen werd afgelast vanwege een te laag aantal aanmeldingen. Deze avond is later gecompenseerd door nog een extra bijeenkomst te organiseren in Doorn. Voor de bijeenkomsten in Driebergen en Maarn is busvervoer geregeld van en naar het pilotgebied. Het deelnemersaantal lag alle avonden rond de 17-20 personen. In totaal hebben daarmee circa 70-75 personen, waaronder meerdere vertegenwoordigers van belangengroepen, deelgenomen aan de bijeenkomsten. De bijeenkomsten bestonden uit een presentatie over de beleidsuitgangspunten en een excursie door het pilotgebied. Hierbij ontvingen de deelnemers een enquêteformulier, dat zij tijdens de wandeling of achteraf konden invullen. Verlichtingsniveau Ten aanzien van het verlichtingsniveau is de deelnemers gevraagd of zij vonden dat er in de straten voldoende licht aanwezig was, onvoldoende licht of dat zij hierover geen mening hadden. Dit leidde tot de onderstaande resultaten. 11

Uit de grafieken blijkt, dat 83,7 % van de deelnemers aan de bijeenkomsten de Sparrenlaan voldoende verlicht vonden, 81,4% vond ook de Vossenweg voldoende verlicht en 72,1 % vond zelfs de Prins Hendrikweg voldoende verlicht. Lichtsterkte Tijdens de excursie door het pilotgebied kon een aantal lichtmasten met een laptop direct worden gedimd. De reacties hierop waren over het algemeen eensluidend: deelnemers vonden een verlichtingsniveau van 60% voldoende, een verlichtingsniveau van 100% vond de meerderheid zelfs te sterk verlicht. Dit gold ook voor de lichtsterkte in de winkelstraat, waar een lichtsterkte van 4 lux was ingesteld. Dit is vrij opmerkelijk aangezien over het algemeen wordt aangenomen, dat in winkelstraten een aanzien hogere lichtsterkte noodzakelijk is, dan in woonstraten. Om een te grote licht-donker verschil tussen de zeer sterk verlichte winkelpanden en de straat te voorkomen, wordt daarom over het algemeen de straatverlichting ook op een hoog niveau ingesteld, 10-11 lux of hoger. Uit de pilot blijkt dus, dat een lagere lichtsterkte in ieder geval buiten de openingstijden voor de bewoners en belangengroepen van de gemeente wenselijk is. Lichtkleur De inwoners van de gemeente gaven de volgende meningen weer over de verschillende lichtkleuren. Deelnemers die de lichtkleur niet goed vonden, gaven veelal aan een voorkeur te hebben voor een nog warmere tint. 12

3.3 Politie gemeente Utrechtse Heuvelrug In mei 2013 was een informatieavond gepland voor de medewerkers van de politie uit de gemeente. In verband met een onvoorziene crisissituatie in de gemeente was alleen een teamchef aanwezig. De presentatie is gehouden en er is een bezoek gebracht aan het proefgebied. De teamchef heeft de verlichtingsniveaus met een deel van zijn achterban besproken en vervolgens een schriftelijke reactie ingediend. De politie gaf aan dat zij tevreden waren met de goede lichtopbrengst van de nieuwe lantaarnpalen. Op de Kampweg vindt zij de verlichting ruim voldoende en daar zou het zelfs met minder afkunnen. Ook in de overige straten is de lichtopbrengst de politie meegevallen, ook op de locaties waar de palen verder uit elkaar geplaatst zijn. Burgers hoeven zich wat hen betreft absoluut geen zorgen te maken. Door de led-lampen is het licht wat helderder waardoor er beroepsmatig goed mee te werken is. Het flexibel kunnen dimmen en versterken van het verlichtingsniveau ziet de politie als een voordeel, dat handig kan zijn bij calamiteiten. Volgens de politie is het statistisch nooit aangetoond, dat er vaker wordt ingebroken in straten waar de verlichting wat minder is afgesteld. Wel vindt zij het belangrijk dat de burger zich veilig voelt bij de mate van verlichting. Het is dan ook aan de bewoners om aan te geven, waar zij zich wel of niet veilig bij voelen. Tenslotte geeft de politie aan dat zij het begrijpelijk vinden, dat duurzaamheid een grote rol speelt bij het beleid voor de openbare verlichting, wat resulteert in een lichte teruggang van de lichtmasten in het straatbeeld. 13

3.4 Verlichtingsdeskundigen In april 2013 is een bijeenkomst gehouden voor verlichtingsdeskundigen, verlichtingsmedewerkers van andere gemeenten en van de provincie. Ook hier werd eerst een presentatie gegeven en werd vervolgens de rondleiding door het pilotgebied gehouden. Verlichtingsniveau De verlichtingsdeskundigen zijn vooral gevraagd om het verlichtingsniveau te beoordelen. In de onderstaande grafiek wordt weergegeven wat hun mening hierover is. Hieruit blijkt dat de deskundigen de Sparrenlaan en in iets mindere mate de Vossenweg acceptabel vinden. Over de Prins Hendrikweg zijn de meningen behoorlijk verdeeld. 46% vindt deze verlichting te donker. De lichtkleur is vooral een kwestie van smaak. De mening van deskundigen van buiten de gemeente is daarom minder relevant en wordt daarom niet weergegeven. 14

3.5 Inspraak van overige partijen 3.5.1 Groenberaad Op 11 februari 2013 is tijdens een reguliere bijeenkomst van het Groenberaad een toelichting gegeven over het in ontwikkeling zijnde beleidsplan openbare verlichting. Naar aanleiding van de presentatie gaf het Groenberaad de volgende suggesties mee: Variatie in armaturen per wijk is wenselijk. Let op de bomen en de hoogte van de armaturen. Let op historische assen (bijvoorbeeld vanuit landgoederen). Let op vleermuizenroutes. Let op doorgaande fietsroutes bijvoorbeeld naar sportparken. Zorg dat hier s avonds voldoende licht is, maar doe het licht bijvoorbeeld tussen 23.00 en 05.00 uur uit. Dat geldt ook voor het buitengebied. Verwijder hier geen lichtmasten. Laat de verlichting aan bij bedrijventerreinen in verband met inbraakwerende functie; Alleen openbare ruimtes verlichten (niet tot de voordeur) is prima. Pas op met led-verlichting in het wegdek. Die wordt minder zichtbaar bij vuiligheid en sneeuw. Vervolgens is het Groenberaad uitgenodigd deel te nemen aan de informatiebijeenkomst en de excursie in het pilotgebied in Doorn. Aangezien zij het theoretische deel al kenden, waren de vertegenwoordigers van het Groenberaad alleen bij de excursie naar het pilotgebied aanwezig. In hun reactie gaven zij aan: Het warme licht beviel beter dan het hele witte licht. Het gedimde licht (70-75%) beviel doorgaans prima, beter dan 100% sterkte. s Nachts zou de verlichting nog verder kunnen worden gedimd (naar bijvoorbeeld 30%). Tenslotte is op 7 oktober 2013 het conceptbeleidsplan aan het Groenberaad voorgelegd. Hierbij gaven zij de volgende opmerkingen mee: Het groenberaad vraagt nadrukkelijk aandacht voor de hoogte van de lichtmasten in relatie tot de bomen. Het groenberaad vindt het onwenselijk dat bomen worden opgekroond voor de plaatsing van hogere lichtmasten. Ook vraagt het Groenberaad aandacht voor de beeldkwaliteit van de Stichtse Lustwarande. 3.5.2 Verkeersberaad Het verkeersberaad is in een vroegtijdig stadium van de beleidsvorming gevraagd naar hun standpunten omtrent de verlichting. Op meerdere momenten is het onderwerp op de bijeenkomsten van het groenberaad besproken. De conclusies van het verkeersberaad zijn door de interne medewerker mobiliteit meegenomen bij de advisering op dit plan. Ook zijn vertegenwoordigers van het verkeersberaad aanwezig geweest op de excursies in het pilotgebied. De enquêteresultaten zijn meegenomen de eerder beschreven analyses. 15

3.5.3 Jongerenraad Utrechtse Heuvelrug Vertegenwoordigers van de Jongerenraad zijn bij de gemeente in gesprek gegaan over de uitgangspunten voor het beleidsplan Openbare Verlichting. Vertegenwoordigers van de Jongerenraad hebben een gesprek aangevraagd met de ambtelijke organisatie om van gedachten te wisselen over de openbare verlichting. Op basis van de Nota van uitgangspunten Beleid Openbare Verlichting hebben zij in maart 2013 een advies opgesteld. Deze is in de bijlage toegevoegd. 16

Bijlagen 17

Advies Jongerenraad Utrechtse Heuvelrug Kaders voor het beleid Openbare Verlichting gemeente UH Vergroten duurzaamheid o De JRUH is van mening dat het belangrijk is om vergroting van de duurzaamheid na te streven, maar dat de openbare veiligheid niet mag lijden onder het minimaliseren van het aantal lichtmasten en het energieverbruik. Veiligheid en duurzaamheid gaan zeer goed samen. Veiligheid heeft de prioriteit. De JRUH ziet dit namelijk als het primaire doel van straatverlichting. Goede verkeersveiligheid bij duister o De JRUH verwacht dat er met maatwerk op het gebied van de verlichting van wegen winst te behalen is. Door het aanpassen van de sterkte van de verlichting en de frequentie van de lantaarnpalen op de verkeersintensiteit en de verkeersrisico s op bepaalde wegen, komt de verkeersveiligheid niet in het geding en worden de verlichtingskosten wel positief beïnvloed. Bijdragen aan sociale veiligheid o De JRUH is van mening dat het erg belangrijk is om onderscheid te maken tussen locaties waar lantaarnpalen sociale veiligheid creëren en waar lantaarnpalen schijnveiligheid creëren. Op locaties waar sprake is van schijnveiligheid, kan het aantal lantaarnpalen beter worden geminimaliseerd. Op locaties waar sprake is van sociale veiligheid, moet de verlichting optimaal in orde zijn. Beperken van lichthinder voor inwoners o De JRUH staat achter het beperken van lichthinder voor inwoners, hoewel de JRUH veiligheid als het primaire doel van straatverlichting ziet. Met de nieuwe armaturen, die het licht verspreiden op alleen de plekken waar het nodig is, kan licht hinder worden beperkt en de veiligheid worden gewaarborgd. Beperken van lichthinder voor flora en fauna o De JRUH staat achter het beperken van lichthinder voor flora en fauna, maar ziet de openbare veiligheid als het primaire doel van straatverlichting. De Utrechtse Heuvelrug is een natuurrijke gemeente en staat daar ook bekend om. De JRUH denkt daarom dat het belangrijk is om rekening te houden met flora en fauna. De openbare veiligheid mag hier echter niet onder lijden. De JRUH meent dat flora en fauna buiten de bebouwde kom een voorkeurspositie boven straatverlichting moeten genieten. In het duister intensief gebruikte routes naar bijvoorbeeld sportclubs en uitgaansgelegenheden vormen hier wat betreft de JRUH een uitzondering op. Meer eenheid in verlichting o De JRUH steunt het brengen van meer eenheid in de verlichting binnen de gehele gemeente. Dit bespaart overbodige kosten. Wel merkt de JRUH op dat het belangrijk is dat de centra van de kernen op de locatie aangepaste verlichting krijgen, aangezien de stijl van de verlichting bijdraagt aan de identiteit van een centrum. Recht doen aan de cultuurhistorische waarde van de gemeente o De JRUH schaart zich volledig achter het standpunt van de gemeente UH. 18

De cultuurhistorische waarden nemen een belangrijke plek in op de Heuvelrug. Wat betreft de JRUH ligt de prioriteit op het gebied van aanpassing aan cultuurhistorische waarden in de centra van de kernen. Het doven van verlichting in buitengebieden, waar de veiligheid bij het doven niet in gevaar komt, is volgens de JRUH ook een goede optie. Zo goed mogelijke verlichting tegen zo laag mogelijke kosten o De JRUH steunt de instelling om de verlichting in de gemeente UH zo efficiënt mogelijk te beheren. Wellicht is het een optie om op het gebied van verlichting samen te werken met andere gemeenten, om de efficiëntie verder te verhogen. De JRUH pleit wel voor maatwerk als het gaat om het efficiënter maken van het beheer van de verlichting. Volgens de JRUH zou het goed zijn als er per onderdeel wordt bekeken of deze door de gemeente zelf, in samenwerking met andere gemeenten of door een particuliere organisatie moet worden uitgevoerd. JRUH-punten De JRUH is van mening dat het verstandig is om wegen die op de route naar sportclubs en uitgaansgelegenheden liggen, goed te verlichten. Zeker wanneer een sportclub buiten de bebouwde kom ligt. o Hier fietsen s avonds veel jongeren, die meestal geen andere optie hebben dan daar in het donker te fietsen. Zij vormen zo een kwetsbare groep. o Veel mensen hebben verlichting op hun fiets die hen zichtbaar maakt voor anderen, maar die weinig zicht geeft voor de fietser zelf. Het ontbreken van verlichting bevordert dan op relatief drukke routes de veiligheid niet. De JRUH denkt dat de gemeente UH er goed aan doet om op de plaatsen waar de verlichting volledig wordt verwijderd of wordt gedimd, reflectoren te plaatsen. o Dit vergt weinig onderhoudskosten en ook de aanschaf is relatief goedkoop. o Fietsers kunnen zo s nachts beter zien hoe de weg loopt dan zonder enige verlichting of reflectoren. o Belangrijk is wel, dat de reflectoren bestand zijn tegen extreme weersomstandigheden. De JRUH is van mening dat de straatverlichting tijdens uitgaansavonden niet gedimd zou moeten worden. o Verlichting is er om bij te dragen aan de veiligheid in het donker. Juist tijdens uitgaansavonden en nachten, (donderdag), vrijdag en zaterdag, is de verlichting om deze reden extra hard nodig. De JRUH denkt dat het handig zou zijn om gebruik te maken van sensoren, mits deze functioneren zoals ze behoren te functioneren. o Door gebruik te maken van sensoren gaat de verlichting alleen aan wanneer het nodig is. o Als er niemand is hoeft de straatverlichting niet onnodig aan te staan. Hierdoor wordt er op energie bespaard. o De JRUH is van mening dat de straatverlichting van zondagnacht (maandagochtend) tot en met woensdagnacht (donderdagochtend)volledig of gedeeltelijk gedimd kan worden. o Wel is het noodzakelijk om per wijk te bekijken of dit geen gevaarlijke situaties creëert. o Door de week is er bijna geen verkeer s nachts en is het dus onnodig om de verlichting de hele nacht vol te laten branden. Facebook-poll 19

De JRUH heeft een poll op Facebook geplaatst, waar op jongeren hun stem konden uitbrengen. De poll vroeg wat jongeren belangrijk vinden als het gaat om straatverlichting. De ondervraagden konden kiezen uit vijf verschillende antwoorden veiligheid, bezuinigen, duurzaamheid, minder lichtvervuiling voor de natuur en minder lichtvervuiling voor inwoners. Uit antwoorden op de poll blijkt dat veiligheid het populairst was met meer dan de helft van de stemmen. Het minst gekozen was: minder lichtvervuiling voor inwoners. Uit deze poll kunnen wij concluderen dat jongeren veiligheid het belangrijkst vinden als het gaat om straatverlichting. Gesprekken met leerlingen tijdens de Actief Burgerschap-week op het Revius Lyceum en overige mondelinge communicatie met jongeren bevestigen deze conclusie. Wij adviseren de gemeente dan ook om de veiligheid als prioriteit te stellen. Na veiligheid is duurzaamheid van straatverlichting het meest gekozen. Dit gaat goed samen met veiligheid. 20