WEEK 5 - HET SCOREN (SCHIETEN)

Vergelijkbare documenten
WEEK 5 - HET SCOREN (SCHIETEN WREEF)

WEEK 2 - HET SCOREN (SCHIETEN)

WEEK 2 - HET SCOREN (SCHIETEN BINNENKANT VOET)

WEEK 2 - HET SCOREN (SCHIETEN BINNENKANT VOET)

WEEK 6 - HET POSITIESPEL IN DE OPBOUW (PASSEN/AANNEMEN)

WEEK 6 - HET POSITIESPEL IN DE OPBOUW (PASSEN/AANNEMEN)

WEEK 3 - HET POSITIESPEL IN DE OPBOUW (PASSEN/AANNEMEN)

WEEK 3 - HET POSITIESPEL IN DE OPBOUW (PASSEN/AANNEMEN)

WEEK 3 - HET POSITIESPEL IN DE OPBOUW (PASSEN/AANNEMEN)

TRAINING 2 FEBRUARI

WEEK 1 - HET SCOREN (SCHIETEN BINNENKANT VOET)

WEEK 4 - (AANV) SCOREN (SCHIETEN BINNENKANT VOET)

WEEK 13 TRAININGEN GEHELE WEEK - HET SCOREN EN RICHTEN

groep 2 voorfase-wu 2.1 t/m 2.3 / oefenvorm 2.1 t/m 2.8 / partijvorm 2A t/m 2b llen aanva

F/E-TEAMS WK 14 TRAINING. Teamfunctie. Teamtaak Scoren. Speelveldgedeelte Niet van toepassing. Rol tegenpartij

Wandelkampioen. Organisatie leeftijd 60 plus Regels:

2 (+k) tegen 2 (+k) grote doelen

doelschietspel met keeper

WEEK 1 - (AANV) UITSPELEN VAN 1:1 (DRIBBELEN)

groep 1 voorfase-wu 1.1 T/M 1.4 / oefenvorm 1.1 t/m 1.13 / partijvorm 1A t/m 1c llen

groep 3 oefenvorm 3.1 t/m 3.8 d-pupillen

groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva

groep 4 WU 4.1 en 4.2 / oefenvorm 4.1 t/m 4.3, 4.5 en 4.6 / partijvorm 4

DRIBBELEN IN VAK CARS

doelschietspel met keeper

WEEK 1 - (AANV) POSITIESPEL IN DE OPBOUW (PASSEN/AANNEMEN)

STARTVORM MET 2,3 OF 4 TIKKERS

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4(+K) tegen 4(+K) 2 grote doelen vereenvoudigingen Oefenvormen

DRIBBELEN IN VAK CARS

groep 2 oefenvorm 2.1 t/m 2.8 d-pupillen

DRIBBELEN IN VAK CARS

HOE GEBRUIK IK DIT SCHEMA? L 1X IN DE WEEK TRAINEN

STARTVORM MET 2,3 OF 4 TIKKERS

WEEK 2 - (AANV) POSITIESPEL IN DE OPBOUW (PASSEN/AANNEMEN)

WEEK 4 - (AANV) DIEP SPELEN IN DE OPBOUW (PASSEN/AANNEMEN)

1 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 met 4 doeltjes. Vereenvoudigingen. Oefenvormen

groep 2 WU 2.1 en 2.2 / oefenvorm 2.1, 2.3 en 2.4 / partijvorm 2A en 2B

2 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 lang smal veld. Vereenvoudigingen. Oefenvormen

groep 1 oefenvorm 1.1 t/m 1.8 d-pupillen

DRIBBELEN IN VAK CARS

WEEK 4 - (AANV) DIEP SPELEN IN DE OPBOUW (PASSEN/AANNEMEN)

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4 tegen 4 lang smal veld vereenvoudigingen Oefenvormen

W13-TR2 L HET SCOREN

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1, 1.2, 1.4 en 1.6 / partijvorm 1

W10-TR2 L UITSPELEN 1:1

TEST TRAINING. Teamfunctie Aanvallen. Teamtaak Opbouwen. Speelveldgedeelte Eigen helft. Rol tegenpartij Hoog druk geven op verdediging en middenveld.

Oefening 1. Druk zetten

WEEK 3 - (VERD) VERDEDIGEN VAN 1:1

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1 t/m 1.7 / partijvorm 1 llen aanva

W5-TR1 L VERDEDIGEN 1:1

STARTVORM MET 2,3 OF 4 TIKKERS

W4-TR1 L UITSPELEN 1:1

Allemaal Uitblinkers. mini- : pupillllen. de oefenvormen voor de jongste voetballers. voetb. Legenda.

W2-TR 2 L DIEPTESPEL OPBOUW

Allemaal Uitblinkers. mini- : pupillllen. spelvormen. voetb. Legenda. Welpenv etbal

W8-TR1 L STOREN & VEROVEREN

DRIBBELEN IN VAK MET KLEINE DOELTJES

Beter leren voetballen D-E-F pupillen Estria // april 2011

DRIBBELKAMPIOEN 1 VERDEDIGER LEEUWEN EN DE JAGER

W1-TR 1 L POSITIESPEL OPBOUW

D-pupillen Training 1

W8-TR1 L STOREN & VEROVEREN

WEEK 3 - (VERD) STOREN VAN DE OPBOUW

WEEK 1 L POSITIESPEL OBOUW

poortschietspel vaste afstand

W7-TR1 L POSITIESPEL OPBOUW

Techniek Knieën licht gebogen Op de voorvoeten bewegen Rechte rug. Tip! Kijk op de AZ Voetbalschool voor utgebreide uitleg over deze oefenvormen.

DRIBBELEN/DRIJVEN/PASSEREN

E-pupillen DRIBBELEN. Doelstellingen voor E-pupillen - datgene wat geleerd moet worden

E-pupillen WREEFTRAP. Doelstellingen voor E-pupillen - datgene wat geleerd moet worden

PASSEN BINNENKANT VOET

SPECIFIEK O8/9. Zo leiden wij op & wij zijn er trots op

Oefenvormen - Het Oversteekspel

W13-TR1 L VERD TS ACHTERLIJN

DRIBBELEN/DRIJVEN/PASSEREN

D-pupillen 1 TEGEN 1. Doelstellingen voor D-pupillen - datgene wat geleerd moet worden

SPECIFIEK O12. Zo leiden wij op & wij zijn er trots op

GiGa Bewegingsonderwijs Leerlijn

Trainingsinhoud Coachaanwijzingen Tekening

Trainingsprogramma 1 e jaars D-pupillen

Trainingsprogramma 2 e jaars F-pupillen

DVD D-pupillen oefenvormen

E-pupillen Circuit-model Training 10

F-pupillen WREEFTRAP. Doelstellingen voor F-pupillen - datgene wat geleerd moet worden

PASSEN BINNENKANT VOET

Materialen. Complexiteit

SPECIFIEK O10. Zo leiden wij op & wij zijn er trots op

D-pupillen AANVALLEN. Doelstellingen voor D-pupillen - datgene wat geleerd moet worden

D-pupillen VERDEDIGEN. Doelstellingen voor D-pupillen - datgene wat geleerd moet worden

G. Het verbeteren van het verdedigen

Trainingsinhoud Coachaanwijzingen Tekening

F-pupillen WREEFTRAP

Het creëren van kansen en het scoren. Uiteindelijk moet er gescoord worden. Hoe creëer je kansen en wat is van belang bij het benutten van kansen?

D-pupillen. Leeftijdskenmerken

GMC variant 3 augustus jeugdspelers in 8 teams Tegengesteld draaien p 1 v 16

Datum : Bewegen in verdedigende houding

Trainingsprogramma 1 e jaars F-pupillen

Trainingsprogramma C-junioren

Transcriptie:

WEEK 5 - HET SCOREN (SCHIETEN)

DOELSCHIETSPEL MET KEEPER Organisatie Regels: spelers kunnen scoren door de bal stil te leggen op 8 meter van het doel en te scoren lukt dit 2x achter elkaar dan gaan ze naar de volgende lijn (10 meter), lukt dit 2x achter elkaar dan gaan ze naar de kampioenslijn (12 meter) de speler die als eerst 3x scoort van al de kampioenslijn is de winnaar wordt 2x achter elkaar van een bepaalde lijn gemist dan ga je weer een lijn dichter naar het doel toe doelpunten tellen alleen wanneer de speler via het slootje terugdribbelt naar de beginpositie spelers om beurten laten keepen keeper krijgt punten voor elke gestopte bal wie is de master keeper? Organisatie: afmeting: afhankelijk van leeftijd en vaardigheid lengte: 15-20 meter breedte: 10-12 meter Aantal spelers: 4-5 spelers Inhoud Karakteristiek: scoren door te schieten op een groot doel met keeper (binnenkant of met de wreef) verwerken van schoten op doel door keeper Eisen aan het spel: dribbelen en stilleggen van de bal schieten op het doel (binnenkant of wreef) verwerken van schoten op doel door keeper Methodiek moeilijker maken / makkelijker maken afstand naar het doel groter maken (10 12 14 meter) schieten van een rollende bal schieten vanaf schuin links of rechts van het doel schieten met het verkeerde been 1 tegen 1 (+k) grote doelen tegenstander van achteren (oefenvorm 2.8) of 1 tegen 1 (+k) grote doelen tegenstander van de zijkant (oefenvorm 2.7) makkelijker maken / moeilijker maken afstand naar het doel kleiner maken doelschietspel hoog laag (voorfase 2.1 variant) of met pionnen (voorfase 2.1 variant) Tip: zorg dat de volgende speler pas start nadat de bal op doel is geschoten (niet te snel achter elkaar) alternatieve oefenvormen zijn: doelschietspel hoog laag (voorfase 2.1 variant) of met pionnen (voorfase 2.1 variant) Materiaal: 4 ballen 10 pionnen 6-8 hoedjes 1 grote doel (5 x 2 meter)

4 (+K) TEGEN 4 (+K) GROTE DOELEN Organisatie Regels: beide teams kunnen scoren op een groot doel als de bal uit is indribbelen of inpassen bij een doelpunt, achterbal of hoekschop starten bij de eigen keeper (eventueel) doorwisselen na elk doelpunt, achterbal of hoekschop Organisatie: afmeting: afhankelijk van leeftijd en vaardigheid lengte: 25-30 meter breedte: 30 meter Aantal spelers: 10-12 spelers Materiaal: 8 ballen 4 pionnen 10-12 hesjes (twee kleuren) 16 hoedjes 2 grote doelen (5 x 2 meter) Inhoud Karakteristiek: scoren door te schieten op een groot doel met keeper door middel van dribbelen / individuele actie in scoringspositie komen of door middel van al dan niet bewust samenspel medespeler in scoringspositie brengen bal vrijmaken om op doel te kunnen schieten tegenpartij dwingen tot breedtespel / maken van fouten bal afpakken doelpogingen voorkomen verwerken van schoten op doel door keeper Eisen aan het spel: het aannemen, controleren van de bal en dribbelen richting het doel van de tegenpartij zodra de bal vrij is (binnen schotsafstand), schieten overzicht in de situatie waarheen te dribbelen, waar staan veel en waar staan weinig spelers bal steeds onder controle houden, veranderen van richting en versnellen kiezen van het moment en de richting van de passeeractie afsnijden van de pas van de tegenstander en het afschermen van de bal dribbelen (soms) afwisselen met het passen op een medespeler Methodiek moeilijker maken / makkelijker maken veld smaller maken wanneer er veel wordt geschoten en weinig wordt gedribbeld: het verdedigende team belonen wanneer ze de bal veroveren op helft tegenpartij en scoren (eerder druk zetten) makkelijker maken / moeilijker maken veld breder en/of langer maken 3 (+k) tegen 3 (+k) met grote doelen (partijvorm 2B) Tip: zorg er voor dat eventuele wisselspelers steeds staan opgesteld in het wisselvak alternatieve partijvorm: 3 (+k) tegen 3 (+k) met grote doelen (partijvorm 2B) bal blijven zien zonder overtredingen het scoren van de tegenstander beletten samenwerken (kleine ruimte maken) om de tegenpartij op

2 (+K) TEGEN 1 (+K) GROTE DOELEN Organisatie Regels: beide teams kunnen scoren op een groot doel als de bal uit is indribbelen voor de verdediger of inpassen voor de aanvallers, 3e keer uit is doorwisselen bij een doelpunt, achterbal of hoekschop starten bij de keeper van het tweetal (eventueel) doorwisselen na elk doelpunt, achterbal of hoekschop keeper aanvallers mag alleen op de eigen helft meevoetballen na verloop van tijd wisselen team A en team B van rol Organisatie: afmeting: afhankelijk van leeftijd en vaardigheid lengte: 25-30 meter breedte: 10-12 meter Aantal spelers: 5-9 spelers Materiaal: 8 ballen 4 pionnen 5-9 hesjes (twee kleuren) 16 hoedjes 2 grote doelen (5 x 2 meter) Inhoud Karakteristiek: scoren door te schieten op een groot doel met keeper door middel van dribbelen / individuele actie in scoringspositie komen of door middel van al dan niet bewust samenspel medespeler in scoringspositie brengen bal vrijmaken om op doel te kunnen schieten tegenpartij dwingen tot breedtespel / maken van fouten bal afpakken doelpogingen voorkomen verwerken van schoten op doel door keeper Eisen aan het spel: het aannemen, controleren van de bal en dribbelen richting het doel van de tegenpartij zodra de bal vrij is (binnen schotsafstand), schieten overzicht in de situatie waarheen te dribbelen, waar staan veel en waar staan weinig spelers bal steeds onder controle houden, veranderen van richting en versnellen kiezen van het moment en de richting van de passeeractie afsnijden van de pas van de tegenstander en het afschermen van de bal dribbelen (soms) afwisselen met het passen op een medespeler Methodiek moeilijker maken / makkelijker maken veld smaller maken wanneer er veel wordt geschoten en weinig wordt gedribbeld: de verdediger belonen wanneer hij de bal verovert op helft tegenpartij en scoort (eerder druk zetten) 3 (+k) tegen 2 (+k) met grote doelen (oefenvorm 2.1) of 2 (+k) tegen 2 (+k) met grote doelen (oefenvorm 2.2) makkelijker maken / moeilijker maken veld breder en/of langer maken verdediger start halverwege het speelveld (meer tijd / ruimte om in te dribbelen) Tip: zorg er voor dat eventuele wisselspelers steeds staan opgesteld in het wisselvak door het inspelen van de bal door de trainer van de zijkant kun je de beginsituatie sturen, zeker in combinatie met het doorwisselen bal blijven zien zonder overtredingen het scoren van de tegenstander beletten positie kiezen tussen tegenstanders en het eigen doel druk op de bal houden en de bal op het juiste moment

4 (+K) TEGEN 4 (+K) GROTE DOELEN Organisatie Regels: beide teams kunnen scoren op een groot doel als de bal uit is indribbelen of inpassen bij een doelpunt, achterbal of hoekschop starten bij de eigen keeper (eventueel) doorwisselen na elk doelpunt, achterbal of hoekschop Organisatie: afmeting: afhankelijk van leeftijd en vaardigheid lengte: 25-30 meter breedte: 30 meter Aantal spelers: 10-12 spelers Materiaal: 8 ballen 4 pionnen 10-12 hesjes (twee kleuren) 16 hoedjes 2 grote doelen (5 x 2 meter) Inhoud Karakteristiek: scoren door te schieten op een groot doel met keeper door middel van dribbelen / individuele actie in scoringspositie komen of door middel van al dan niet bewust samenspel medespeler in scoringspositie brengen bal vrijmaken om op doel te kunnen schieten tegenpartij dwingen tot breedtespel / maken van fouten bal afpakken doelpogingen voorkomen verwerken van schoten op doel door keeper Eisen aan het spel: het aannemen, controleren van de bal en dribbelen richting het doel van de tegenpartij zodra de bal vrij is (binnen schotsafstand), schieten overzicht in de situatie waarheen te dribbelen, waar staan veel en waar staan weinig spelers bal steeds onder controle houden, veranderen van richting en versnellen kiezen van het moment en de richting van de passeeractie afsnijden van de pas van de tegenstander en het afschermen van de bal dribbelen (soms) afwisselen met het passen op een medespeler Methodiek moeilijker maken / makkelijker maken veld smaller maken wanneer er veel wordt geschoten en weinig wordt gedribbeld: het verdedigende team belonen wanneer ze de bal veroveren op helft tegenpartij en scoren (eerder druk zetten) makkelijker maken / moeilijker maken veld breder en/of langer maken 3 (+k) tegen 3 (+k) met grote doelen (partijvorm 2B) Tip: zorg er voor dat eventuele wisselspelers steeds staan opgesteld in het wisselvak alternatieve partijvorm: 3 (+k) tegen 3 (+k) met grote doelen (partijvorm 2B) bal blijven zien zonder overtredingen het scoren van de tegenstander beletten samenwerken (kleine ruimte maken) om de tegenpartij op