Titel: Risico-inventarisatie en analyse van stralingstoepassingen 1

Vergelijkbare documenten
Handleiding Handleiding voor het gebruik van het Excelbestand samenvattingsblad handelingen-rias"

voor toezichthoudend stralingsdeskundigen Titel: Voorwaarden voor vrijgave van een radiologische ruimte 1

1. Inleiding. 2. Individuele toestemming. Nummer: V&Msv , versie 2 Datum invoering: Datum laatste wijziging:

In het Excelbestand worden de stralingsrisico s voor drie groepen blootgestelden berekend (uitvoerenden, omstanders en buitenstaanders):

B-werknemer: Andere blootgestelde werknemer dan een A-werknemer.

PROCEDURE V.3 NOV 2016

Titel: 1 Inleiding 1/26. Stralingsbeschermingseenheid Veiligheid & Milieu V&Msh12002

Handleiding voor het gebruik van de Access-database voor de personen-rias door de toezichthoudend stralingsdeskundige

Handleiding Handleiding voor het gebruik van het Excelbestand voor de risicoinventarisatie en analyse van stralingstoepassingen met röntgentoestellen

Procedure classificatie en eisen aan werknemers. Doel. Toepassingsgebied. Definities. Inhoud

Handleiding voor het gebruik van de Access-database voor de personen-rias

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Competenties en Beheer Coördinerend deskundige Ethiek / gedragscode / organisaties

PROCEDURE WAARSCHUWINGSSIGNALERING EN ZONERING VAN

Competenties en Beheer Niveau 3 Organisaties / gedragscode

PROCEDURE AUDITS. Inleiding. Werkwijze. Afspraken en rapportage. Afwijkingen en tekortkomingen

Competenties SB deskundige als SB deskundige Ethiek / gedragscode / organisaties Toezichthouder Stralingsbescherming beheer

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

Stralingsveiligheid niveau 5

Syllabus Instellingsgebonden Regelgeving Stralingsbescherming Erasmus MC

DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER. Mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

PROCEDURE V.3 OKT 2016

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Eisen aan en indeling en aanduiding van radiologische ruimten en plaatsen 1, 2

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

Regeling Stralingsbescherming Erasmus MC

Arbo & Milieu. Met het oog op veilig werken! Y Arbo & Milieu. Stralingsbeschermingseenheid. Zwangerschap & Straling

Regeling persoonlijke stralingsdosimetrie Universiteit Leiden

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Toetsingskader Inspectie voor de Gezondheidszorg

PROCEDURE V.2 DEC 2016

Leidraad risicoanalyse stralingstoepassingen

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

BESCHRIJVING PROCEDURE

RICHTLIJN ZWANGERSCHAP EN IONISERENDE STRALING

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER. Mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

REGELING VERWERKEN EN AFVOEREN VAN RADIOACTIEF AFVAL

O nieuwe keten ga door naar 5

BESCHRIJVING PROCEDURE

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Risicoanalyse stralingstoepassingen

PROCEDURE V.2 SEP 2018

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aanbevelingen risico-inventarisatie en analyse van de stralingstoepassingen in ziekenhuizen. Uniforme Samenvatting

Ronde tafel 28/09/2017: aanpassing reglementair kader medische blootstellingen. Verantwoordelijkheden

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

L3G C.18 - Werken met of nabij ioniserende straling

Regeling Stralingsbescherming voor de Technische Universiteit Eindhoven

PROCEDURE V1. APR 2017

Toezichthouder Stralingsbescherming meet- en regeltoepassingen verspreidbare radioactieve stoffen - D. Proefexamen uitwerking open vragen

PROCEDURE INRICHTING KERNENERGIE WET DOSSIER

Inhoudsopgave Erasmus MC Zorgacademie, Unit Medische Beeldvorming en Radiotherapie en de Stralingsbeschermingseenheid Erasmus MC

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Praktische stralingsbescherming

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aanbevelingen risico-inventarisatie en analyse van de stralingstoepassingen in ziekenhuizen. Algemene inleiding

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

+8H"H*'7'A'("(&'()Y03R) 5%(1'$"(&'() )

Reglement privacybescherming persoonsgegevens NDRIS

DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

p a t i ë n t e n i n f o r m a t i e 2

In het ARBIS aan te brengen wijzigingen met betrekking tot het individueel dosimetrisch toezicht van de werknemers

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

HARAS. Systematiek voor risico-analyse van het werken met open radioactieve stoffen 1.1. Hazard Analysis of RadioActive Substances

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Het is tijd voor een evaluatie van het opleidingstelsel voor stralingsbescherming

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID. Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

NEDERLANDSE COMMISSIE VOOR STRALINGSDOSIMETRIE

Arbo- en Milieudienst. Wetgeving en de ondernemer in de gezondheidszorg

Transcriptie:

Sector Veiligheid & Milieu Titel: 1 Nummer: V&Msv16001, versie 1 Datum invoering: 12-01-2016 Datum laatste wijziging: 12-01-2016 1. Inleiding Handelingen en werkzaamheden 2 met bronnen van ioniserende straling worden uitsluitend uitgevoerd nadat hiervoor een risico-inventarisatie en analyse van de stralingstoepassingen, verder rias 3 genoemd, is uitgevoerd. Dit stralingsbeschermingsvoorschrift is bedoeld (TSD) van het Erasmus MC en beschrijft de wijze waarop een rias voor handelingen wordt uitgevoerd. Tevens beschrijft dit voorschrift welke bijdrage de toezichthoudend stralingsdeskundige levert aan de totstandkoming van de personen-rias. Een rias is een werkwijze waarmee op gestructureerde wijze op basis van dosimetrieresultaten en/of modelberekeningen, met in achtneming van o.a. bouwkundige en organisatorische beschermingsmaatregelen een schatting wordt gemaakt van de stralingsrisico s. Onder stralingsrisico verstaan we de combinatie van stralingsbelasting tijdens de normale uitvoering van de handelingen en de stralingsbelasting bij afwijkende situaties. Afwijkende situaties worden beschreven als voorziene, onbedoelde gebeurtenissen 4 (dit is toegelicht in paragraaf 3.1). Een volledige rias bestaat uit een handelingen-rias en een personen-rias 5. In een handelingen-rias wordt een set van bij elkaar horende deelhandelingen beschreven. Tevens wordt in de handelingen-rias aangegeven hoe vaak deze set van deelhandelingen in een kalenderjaar wordt of gaat worden uitgevoerd. In paragraaf 2 worden de verschillende groepen personen omschreven die in de handelingen-rias worden meegenomen. Paragraaf 3 beschrijft hoe een handelingen-rias wordt opgesteld. De handelingen-rias maakt deel uit van de aanvraag van een schriftelijke interne toestemming. Paragraaf 4 beschrijft welke bijdrage de toezichthoudend stralingsdeskundige levert bij het opstellen van een personen-rias. 1 Dit voorschrift maakt deel uit van de Regeling Stralingsbescherming Erasmus MC en vervangt het voorschrift met nummer A&Msv13001. 2 Om de leesbaarheid te vergroten wordt in dit voorschrift alleen de term handelingen gebruikt. Er wordt echter handelingen of werkzaamheden bedoeld. 3 De risico-analyse is in het Besluit stralingsbescherming verbonden aan het arbeidsomstandighedenbeleid en dus uitsluitend gericht op de bescherming van werknemers. In het Erasmus MC wordt de rias in bredere zin toegepast en worden ook de stralingsrisico s voor andere blootgestelde personen, zoals patiënten, bezoekers en omwonenden meegenomen. Echter, in de eerste fase van implementatie van het rias-systeem wordt de rias beperkt tot de in paragraaf 2.1 vermelde groepen van personen. 4 Een voorziene, onbedoelde gebeurtenis leidt tot een potentiële blootstelling. Dit is een blootstelling die niet met zekerheid zal optreden, maar waarvan de waarschijnlijkheid van optreden en de bijbehorende dosis van tevoren kunnen worden geschat. 5 Een personen-rias richt zich op de persoon die een blootstelling ondergaat. Hoe de personen-rias tot stand komt, is beschreven in het stralingsbeschermingsvoorschrift Gedragsregels voor het opstellen van een persoonlijke risicoinventarisatie en -analyse van stralingstoepassingen. 1/19

2. Handelingen-rias: blootgestelde personen Bij een handelingen-rias staan de stralingsbron en de daarmee te verrichten handelingen centraal. Bij de beschrijving en analyse van de handelingen worden de volgende drie groepen personen meegenomen: (1) de uitvoerende, (2) de omstander en (3) de buitenstaander. (1) Uitvoerende: een uitvoerende is een radiologisch werknemer die zelf handelingen met of aan stralingsbronnen verricht. De uitvoerende zal zich in de regel in dezelfde ruimte bevinden waarin ook de stralingsbron aanwezig is. De uitvoerende kan echter ook vanuit een andere ruimte een stralingsbron bedienen, bijvoorbeeld een deeltjesversneller. (2) Omstander: een omstander is een radiologisch werknemer die tijdens handelingen met een stralingsbron zelf geen handelingen met of aan die bron verricht, maar beroepshalve in dezelfde ruimte verblijft waarin de stralingsbron, of degene die de stralingsbron bedient aanwezig is. (3) Buitenstaander: een buitenstaander is een persoon die als gevolg van handelingen met een stralingsbron bloot kan staan aan ioniserende straling, maar zelf niet beroepsmatig betrokken is bij die handelingen en zich buiten de ruimte bevindt waarin de stralingsbron zich bevindt. Bij het samenstellen van een handelingen-rias wordt verondersteld dat alle handelingen die in de rias worden beschreven worden uitgevoerd door slechts één persoon. Bij de berekeningen voor de omstander en de buitenstaander wordt er eveneens vanuit gegaan dat het telkens dezelfde persoon betreft, die bij alle deelhandelingen aanwezig is. Pas later bij het opstellen van de personen-rias wordt rekening gehouden met de mogelijke verdeling van de uitvoering van de handelingen over meerdere personen (uitvoerenden) en mogelijke beperking van aanwezigheid van omstanders. De TSD zorgt er voor dat van alle handelingen met stralingsbronnen die binnen zijn verantwoordelijkheidsgebied vallen een handelingen-rias is of wordt opgesteld. Voor het vastleggen van de belangrijkste resultaten van de handelingen-rias wordt gebruik gemaakt van het samenvattingsblad handelingen-rias. Omdat een handelingen-rias later wordt gebruikt bij het opstellen van een personen-rias, wordt de handelingen-rias op toegankelijke wijze bewaard en wordt elke handelingen-rias van een uniek nummer voorzien, zodat hiernaar kan worden verwezen bij het opstellen van een personen-rias. 3. Opstellen van een handelingen-rias De uitvoering van de handelingen-rias verloopt volgens een stappenplan 6 : - Risico-identificatie, - Risico-berekening, - Risico-evaluatie, - Conclusie en borging van de maatregelen. 6 Zie ook het RIVM-rapport Leidraad risicoanalyse stralingstoepassingen (rapport 620850001/2010). 2/19

Het stappenplan bevat een aantal tussenstappen om meer inzicht te krijgen in het nut en de noodzaak van (extra) beschermingsmaatregelen (zie stroomschema in bijlage E). De vier stappen zijn nader beschreven in de paragrafen 3.1 t/m 3.4. 3.1 Handelingen-rias: risico-identificatie Omschrijf de reguliere blootstellingen Een reguliere blootstelling is een blootstelling aan ioniserende straling onder normale bedrijfsomstandigheden, die voor aanvang van de handelingen met behulp van een rias is geschat. Om een inschatting te kunnen maken van de reguliere blootstelling dienen gegevens over de beginsituatie te worden vastgelegd. Denk hierbij aan de volgende onderdelen 7 : Type stralingsbron (toestel, ingekapselde bron, open radioactieve stof, deeltjesversneller), Eigenschappen van de bron (toesteltype, instellingen, nuclide, fysische toestand, bronsterkte, enz), Beschrijving van de handelingen 8 ( opslag, transport, laboratoriumhandelingen, doorlichting, enz), Typeer de blootgestelde personen en hun (verwachte) categorie-indeling (uitvoerende, omstander, buitenstaander), Opleiding uitvoerende en omstander, De verwachte categorie-indeling, Blootstellingswegen bij reguliere blootstellingen (uitwendig en/of inwendig door inhalatie), Tijdsduur van de handeling, Frequentie waarmee de handeling op jaarbasis plaatsvindt/ aantal verrichtingen per jaar, Plaats van de handeling (omschrijving en classificatie van de ruimte), De basisbeschermingsmaatregelen die worden meegenomen in de berekeningen (zie bijlage B), Foto s van de (meet)opstelling, Stralingsniveaumeetwaarden en andere dosisinformatie, Gebruikte meetapparatuur (incl. kalibratiedatum). Breng de voorziene, onbedoelde gebeurtenissen in kaart Een voorziene, onbedoelde gebeurtenis leidt tot een potentiële blootstelling. Een potentiële blootstelling is een blootstelling die niet met zekerheid zal optreden, maar waarvan de waarschijnlijkheid van optreden en de grootte van de daarbij eventueel optredende blootstelling van tevoren kunnen worden geschat, en die voor aanvang van de handelingen met behulp van een rias is bepaald. Beschrijf de voorziene, onbedoelde gebeurtenissen (wat kan er fout gaan), zie bijlage C, Kwantificeer de bronterm (bijv. hoeveel radioactieve stoffen kunnen vrijkomen), Typeer de blootgestelde personen (uitvoerende, omstander, buitenstaander), Vermeld de mogelijke blootstellingswegen (uitwendig, inwendig door ingestie, inwendig door inhalatie, huidbesmetting, wondbesmetting, enz.) en tijdsduur van de blootstelling, 7 Een aantal van deze onderdelen kunnen worden vastgelegd in de in paragraaf 3.2 genoemde Excelbestanden voor de risicoberekening. 8 Bij de beschrijving van de handelingen ligt het voor de hand het werkprotocol als uitgangspunt te nemen. Als tijdens de rias blijkt dat de handeling nog niet voldoende goed is omschreven in het werkprotocol, wordt dit genoteerd als een verbeterpunt en toegevoegd aan de lijst van (nog) te nemen maatregelen. In dat geval wordt tijdens de rias de benodigde informatie op andere wijze verzameld. Een onvoldoende of ontbrekend werkprotocol leidt in de regel tot een grotere kans op een voorziene, onbedoelde gebeurtenis. Hiermee kan men bij het opstellen van de gebeurtenisscenario s rekening houden. 3/19

Beschrijf/vermeld de basisbeschermingsmaatregelen die worden meegenomen in de berekeningen (zie bijlage B). Maak een schatting van de kans op optreden van deze voorziene, onbedoelde gebeurtenis, d.w.z. bepaal de waarschijnlijkheidsfactor van deze gebeurtenis (zie bijlage A voor verdere uitleg). De structuur van een rias verloopt volgens de arbeidsbeschermingsstrategie. Dit wil zeggen dat men bij een rias begint met het bepalen en vastleggen van de zogenoemde basismaatregelen. Indien nodig, worden hieraan vervolgens aanvullende maatregelen toegevoegd. Als ook daarna nog significante risico s resteren, voegt men persoonlijke beschermingsmiddelen toe. 3.2 Handelingen-rias: risico-berekening Voor de risicoberekening bij reguliere handelingen en bij voorziene, onbedoelde gebeurtenissen zijn twee formats 9 beschikbaar. Een Excel-bestand met handleiding voor radioactieve stoffen, genaamd RIAS-RS 10. Een Excel-bestand met handleiding voor röntgentoestellen, genaamd RIAS-toestellen 11. De risicoberekening bestaat uit twee onderdelen. Eerst wordt een schatting gemaakt van het stralingsrisico als gevolg van de reguliere blootstelling bij normale uitvoering van de handelingen. Hierbij wordt in beginsel verondersteld dat tijdens de handelingen geen significante afwijkingen voorkomen. Aanvullend hieraan wordt een schatting gemaakt van het stralingsrisico (potentiële blootstelling) bij voorziene, onbedoelde gebeurtenissen. Voor de berekening van het stralingsrisico door zowel de reguliere uitvoering van de handelingen als door voorziene, onbedoelde gebeurtenissen, wordt een afgeleide vorm van de Fine-Kinney methode gebruikt. Met deze methode wordt de combinatie van stralingsbelasting en de kans op de blootstelling naar één numerieke waarde geconverteerd: het risicogetal. Het risicogetal is een combinatie van het effect en de kans van optreden van dit effect. Bij stralingstoepassingen wordt het effect blootstelling aan ioniserende straling, kwantitatief omschreven m.b.v. dosisgrootheden, zoals de effectieve dosis. De dosis van de blootstelling kan worden omgerekend in een effectfactor (E f ). De kans wordt bepaald door de frequentie van de handelingen (B) en de waarschijnlijkheid van optreden (W). Het risicogetal (R) wordt afgeleid met behulp van de volgende relatie: R = E f B W Hierin zijn: E f de effectfactor B de belastingfactor W de waarschijnlijkheidsfactor. 9 Risicoberekeningen voor stralingstoepassingen die niet in één van de twee formats passen, zoals bijvoorbeeld de toepassing van deeltjesversnellers, zullen op een andere wijze moeten worden uitgevoerd. 10 De RIAS-RS is een door de SBE ontwikkeld spreadsheet, gebaseerd op het model van de NVKF-NVNG. 11 De RIAS-toestellen is een door de SBE aangepaste versie van het Excel-bestand dat de Nederlandse Commissie voor Stralingsdosimetrie (NCS) in 2011 beschikbaar heeft gesteld. 4/19

Het totale risico bij stralingstoepassingen bestaat uit een risico bij reguliere uitvoering van de toepassingen en een risico als gevolg van voorziene, onbedoelde gebeurtenissen. R totaal = R regulier + Σ j R gebeurtenis,j, waarin j refereert aan de verschillen gebeurtenisscenario s. In bijlage A is beschreven hoe het risico van de reguliere en van de voorziene, onbedoelde gebeurtenissen wordt berekend. Tevens zijn in deze bijlage tabellen opgenomen voor de waarden van E f, B en W. 3.3 Handelingen-rias: risico-evaluatie Nadat de stralingsrisico s van een type handeling zijn geïdentificeerd en berekend, worden deze geëvalueerd. Hiertoe wordt het risicogetal getoetst aan grenswaarden. Dit is in de paragrafen 3.3.1 en 3.3.2 verder uitgewerkt. 3.3.1 Risico-evaluatie voor de uitvoerende en omstander 3.3.1.1 Toetsing aan de grenswaarden voor de uitvoerende en omstander bij toepassing van de basismaatregelen Toets de combinatie van de berekende waarde voor R totaal,i en de verwachte categorie-indeling voor de uitvoerende aan tabel 3.3.1. Als het risicogetal voor de uitvoerende terechtkomt in een groen vak, zijn de getroffen basismaatregelen afdoende. Deze handeling kan dan zonder aanvullende maatregelen en zonder persoonlijke beschermingsmiddelen worden uitgevoerd door een persoon die wordt ingedeeld in de verwachte categorie-indeling 12. Als het risicogetal voor de omstander terechtkomt in een groen vak, kan de omstander, ingedeeld in de verwachte categorie, in dezelfde ruimte aanwezig zijn zonder aanvullende maatregelen en zonder persoonlijke beschermingsmiddelen 10. De categorie-indeling 13 voor uitvoerende en omstander en de basismaatregelen worden vastgelegd in een samenvattingsblad. De risico-evaluatie voor de uitvoerende en/of omstander is hiermee afgerond. Komt het risicogetal in een geel vak, dan is een nadere analyse nodig om te bepalen of aanvullende maatregelen kunnen worden getroffen. 12 Vanuit het alara-beginsel blijft de verplichting bestaan het stralingsrisico zo laag als redelijkerwijs mogelijk te houden (alara is ook van toepassing in het groene en het gele gebied!) 13 De basisindeling gebeurt onafhankelijk van de riassen van andere type handelingen. Later, tijdens de personen-rias wordt per persoon of per persoonsgroep bekeken hoe vaak een persoon als uitvoerende of omstander betrokken is bij handelingen. Pas dan kan op individueel niveau een definitieve categorie-indeling voor deze persoon worden bepaald. Aanvullende opmerking: In het Erasmus MC wordt bij de categorie-indeling van een persoon niet alleen de resultaten van de personen-rias betrokken, maar ook bijvoorbeeld zijn/haar medische verantwoordelijkheid. 5/19

Komt het risicogetal in een oranje vak, dan zijn aanvullende maatregelen noodzakelijk. Een nadere analyse kan helpen om te bepalen welke aanvullende maatregelen nodig zijn om het risico te verkleinen. Tabel 3.3.1: Maatregelen per categorie radiologisch werknemer R totaal, i categorie A categorie B categorie C categorie D* 1500 maatregelen nodig maatregelen nodig maatregelen nodig maatregelen nodig 600-1500 nadere analyse maatregelen nodig maatregelen nodig maatregelen nodig 150-600 geen nadere analyse nadere analyse maatregelen nodig maatregelen nodig 75-150 geen nadere analyse geen nadere analyse nadere analyse maatregelen nodig 45-75 geen nadere analyse geen nadere analyse geen nadere analyse nadere analyse <45 geen nadere analyse geen nadere analyse geen nadere analyse geen nadere analyse * Opmerking: met categorie D* wordt de categorie bedoeld die in de Regeling Stralingsbescherming Erasmus MC (versie 1.1, dec 2009) is aangeduid als categorie D. De in die regeling vermelde indelingscriteria voor categorie D dienen nog te worden geactualiseerd. 3.3.1.2 Nadere analyse ter bepaling van aanvullende maatregelen voor de uitvoerende en omstander Bepaal of R totaal,i voor de twee groepen uitvoerende en omstander voornamelijk wordt bepaald door de reguliere handelingen of door voorziene, onbedoelde gebeurtenissen. Stem de te treffen maatregelen af op de grootste risico s. In bijlage E is een overzicht gegeven van mogelijk te treffen maatregelen. Bereken het risicogetal voor de twee groepen uitvoerende en omstander opnieuw met gebruikmaking van de aanvullende beschermingsmaatregelen en toets opnieuw aan tabel 3.3.1. Als het risicogetal voor de uitvoerende na de aanpassingen in een groen vak terechtkomt, kan deze handeling zonder persoonlijke beschermingsmiddelen worden uitgevoerd 12. Als het risicogetal voor de omstander terechtkomt in een groen vak kan de omstander zonder persoonlijke beschermingsmiddelen in de ruimte aanwezig zijn.. De categorie-indeling voor uitvoerende en omstander, de basismaatregelen en de aanvullende maatregelen worden vastgelegd in een samenvattingsblad. De risico-evaluatie voor de uitvoerende en/of omstander is hiermee afgerond. Komt het risicogetal in een geel vak terecht en zijn verdere maatregelen (geen persoonlijke beschermingsmiddelen) niet mogelijk of te kostbaar, dan wordt de categorie-indeling samen met de basismaatregelen en de aanvullende maatregelen vastgelegd in een samenvattingsblad 12 Komt het risicogetal in een oranje vak terecht, dan wordt de categorie-indeling samen met de basismaatregelen en de aanvullende maatregelen vastgelegd in een samenvattingsblad. Er wordt onderzocht of het risico met behulp van persoonlijke beschermingsmiddelen kan worden teruggedrongen. 6/19

3.3.1.3 Persoonlijke beschermingsmiddelen Bepaal of persoonlijke beschermingsmiddelen het risico verder kunnen verkleinen. Bereken hiertoe het risicogetal voor de twee groepen uitvoerende en omstander opnieuw met gebruikmaking van de persoonlijke beschermingsmiddelen en toets opnieuw aan tabel 3.3.1. Let op: de categorie-indeling verandert door het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen niet. Als het risicogetal van de uitvoerende (mede) door het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen in een groen vak terechtkomt, kan deze handeling worden uitgevoerd. Als het risicogetal voor de omstander door het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen in een groen vak terechtkomt, kan de omstander in de ruimte aanwezig zijn Aanvullend op de categorie-indeling, de basismaatregelen, en de aanvullende maatregelen worden nu ook de persoonlijke beschermingsmiddelen vastgelegd in een samenvattingsblad. De risico-evaluatie voor de uitvoerende en/of omstander is hiermee afgerond. Komt het risicogetal voor de uitvoerende door het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen in een geel vak terecht, dan worden de dan nog resterende (potentiële) blootstellingen als een aanvaardbaar restrisico beschouwd 12. Komt het risicogetal van de omstander door het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen in een geel vakje terecht, dan kan de omstander in de ruimte aanwezig zijn. Aanvullend op de categorie-indeling, de basismaatregelen, en de aanvullende maatregelen worden nu ook de persoonlijke beschermingsmiddelen en de restrisico s vastgelegd in het samenvattingsblad. De risico-evaluatie voor de uitvoerende en/of omstander is hiermee afgerond. Komt het risicogetal ondanks het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen in een oranje vak terecht, dan kunnen deze handelingen niet allemaal door slechts één persoon worden uitgevoerd. Aanvullend aan de categorie-indeling, de basismaatregelen, en de aanvullende maatregelen worden nu ook de persoonlijke beschermingsmiddelen, het restrisico en het minimaal aantal personen waarover de handelingen gelijkelijk dient te worden verdeeld vastgelegd. 3.3.2 Risico-evaluatie voor de buitenstaander 3.3.2.1 Toetsing aan de grenswaarden voor buitenstaander bij toepassing van de basismaatregelen Toets de berekende waarde voor R totaal,i voor de persoonsgroep buitenstaander aan tabel 3.3.2. Tabel 3.3.2: Maatregelen buitenstaander R totaal, i 75 Buitenstaander niet toegestaan, maatregelen nodig 45-75 nadere analyse nodig; verificatiedosismetingen zijn verplicht <45 geen nadere analyse vereist 7/19

Als het risicogetal terechtkomt in het groene vak is, deze handeling zonder aanvullende maatregelen toegestaan. De basismaatregelen worden vastgelegd in een samenvattingsblad. De risico-evaluatie voor de buitenstaander is hiermee afgerond. Komt het risicogetal terecht in het gele vak, dan is een nadere analyse nodig om te bepalen of er aanvullende maatregelen kunnen worden getroffen. Zolang het risicogetal in het gele vak blijft zijn verificatiemetingen verplicht (zie Regeling Stralingsbescherming). Als het risicogetal terechtkomt in het rode vak zijn aanvullende maatregelen noodzakelijk. 3.3.2.2 Nadere analyse ter bepaling van aanvullende maatregelen voor de buitenstaander Bepaal of R totaal,i voornamelijk wordt bepaald door reguliere handelingen of door voorziene, onbedoelde gebeurtenissen Stem de te treffen maatregelen af op de grootste risico s. In bijlage E is een overzicht gegeven van mogelijk te treffen maatregelen. Als het risicogetal in het groene vak terechtkomt, kan deze handeling worden uitgevoerd De basismaatregelen en de aanvullende maatregelen worden vastgelegd in een samenvattingsblad. De risico-evaluatie voor de buitenstaander is hiermee afgerond. Als het risicogetal in het gele vak terechtkomt en wanneer verdere maatregelen niet mogelijk of te kostbaar zijn en de schattingen voor de effectieve dosis met metingen zijn of worden gecontroleerd, worden de dan nog resterende (potentiële) blootstellingen als een aanvaardbaar restrisico beschouwd. De basismaatregelen, de aanvullende maatregelen en een verwijzing naar de meetresultaten worden vastgelegd in een samenvattingsblad. De risico-evaluatie voor de buitenstaander is hiermee afgerond. Als het risicogetal na de aanpassingen opnieuw in het rode vak terechtkomt, is deze handeling ondanks de reeds getroffen basismaatregelen en aanvullende maatregelen niet toegestaan. De aanvullende maatregelen dienen te worden uitgebreid en de rias te worden herhaald, totdat het risicogetal terechtkomt in het groene of gele vak, of totdat wordt besloten om af te zien van de uitvoering van de handeling. 3.4 Borging van de handelingen-rias Stel een samenvatting op van de uitgevoerde handelingen-rias. Gebruik hiervoor het Excelbestand samenvattingsblad handelingen-rias (laatste versie zoals gepresenteerd op de website van de Stralingsbeschermingseenheid) Borg de periodieke controle op de goede werking van de beschreven beschermingsmaatregelen. Leg vast wie verantwoordelijk is voor de (periodieke) controle en het onderhoud van de beschermingsmiddelen. 8/19

Stel zo nodig een verbeterplan op, leg hierin vast wanneer welke maatregelen moeten zijn geïmplementeerd en wie daarvoor verantwoordelijk is. Leg de te nemen maatregelen vast in werkprotocollen. Voer de handelingen-rias opnieuw uit bij wijzigingen van een van de onderwerpen die zijn beschreven bij de risico-identificatie. Toets de handelingen-rias bij een SIT-verlenging, doch ten minste 1 keer per 5 jaar aan nieuwe inzichten en controleer of de uitgangspunten van de rias nog voldoende up-to-date zijn. Zo niet, actualiseer de handelingen-rias. Betrek de (potentieel) blootgestelde radiologisch werknemer zoveel mogelijk bij het opstellen van de handelingen-rias. 3.5 Registratie van Voorziene Ongewenste Gebeurtenissen Van voorziene, ongewenste gebeurtenissen wordt registratie bijgehouden in het SIT-dossier. Voor deze registratie kan gebruik worden gemaakt van het formulier Rapportage voorziene, ongewenste gebeurtenis (VOG), zie bijlage F. Ten behoeve van het jaarverslag worden voorziene, onbedoelde gebeurtenissen van het afgelopen jaar voor 1 maart van een nieuwe kalenderjaar gemeld aan de SBE. 4. Bijdrage van de toezichhoudend stralingdeskundige bij de totstandkoming en beoordeling van de personen-rias Toets aan de hand van tabel 4.1 of de betrokkenheid van deze persoon als uitvoerende of als omstander of bij handelingen is toegestaan. Tabel 4.1: Samenhang tussen handelingen en risico s van individuele personen per categorie radiologisch werknemer R totaal, i categorie A categorie B categorie C categorie D* 1500 niet toegestaan niet toegestaan niet toegestaan niet toegestaan 600-1500 nadere analyse niet toegestaan niet toegestaan niet toegestaan 150-600 geen nadere analyse nadere analyse niet toegestaan niet toegestaan 75-150 geen nadere analyse geen nadere analyse nadere analyse niet toegestaan 45-75 geen nadere analyse geen nadere analyse geen nadere analyse nadere analyse <45 geen nadere analyse geen nadere analyse geen nadere analyse geen nadere analyse Komt het risicogetal in een groen vak terecht, dan is de onderzochte betrokkenheid van deze werknemer (als uitvoerende dan wel als omstander) bij zijn handelingen toegestaan. Komt het risicogetal in een geel vak terecht, dan volgt een nadere analyse om te bepalen of er persoonsgebonden maatregelen mogelijk zijn. Is dat niet het geval, dan worden de risico s als restrisico beschouwd. Persoonsgebonden maatregelen legt u samen met de werknemer vast in de personen-rias van de betreffende werknemer. 9/19

Komt het risicogetal in een rood vak terecht, dan is de onderzochte combinatie van zijn betrokkenheid als uitvoerende en/of omstander bij zijn handelingen voor deze werknemer niet toegestaan. Het aantal handelingen of de frequentie van zijn betrokkenheid bij de handelingen moet worden teruggebracht of er moeten persoonsgebonden maatregelen worden getroffen. Persoonsgebonden maatregelen legt u samen met de werknemer vast in de personen-rias van de betreffende werknemer. De door u geaccordeerde personen-rias(sen) koppelt u aan de betreffende persoon in de Philips database (zie handleiding IDORIS) Nadat u een of meerdere handelingen-riassen heeft bijgesteld informeert u de radiologisch werknemers die gebruik hebben gemaakt van deze handelingen-riassen, zodat zij hun personenrias kunnen actualiseren. Januari 2016 Drs. M.J. Huikeshoven, Algemeen coördinerend stralingsdeskundige 10/19

Bijlage A. Berekening van het risicogetal Bij de berekening van het stralingsrisico door zowel de reguliere uitvoering van de handelingen als door voorziene, onbedoelde gebeurtenissen, wordt een afgeleide vorm van de Fine-Kinney methode gebruikt. Met deze methode wordt de combinatie van stralingsbelasting en de kans op de blootstelling naar een numerieke waarde geconverteerd: het risicogetal. Het risicogetal (R) wordt bepaald met behulp van de volgende relatie: R = E f B W Hierin zijn: E f de effectfactor B de belastingfactor W de waarschijnlijkheidsfactor. De numerieke waarden van de drie factoren E f, B en W worden afgeleid m.b.v. de tabellen A.1, A.2. en A.3. Dit is toegelicht in de paragrafen A.1 en A.2. Tabel A.1 Effectfactor (E f ) als functie van de stralingsbelasting E f Effectieve dosis Equivalente dosis (ooglens)* Equivalente dosis (huid (per cm 2 ) en extremiteiten) 0 E eff 0,001 msv H oog 0,01 msv H 0,05 msv 1 0,001 < E eff 0,02 msv 0,01 < H oog 0,2 msv 0,05 < H 1 msv 3 0,02 < E eff 0,1 msv 0,2 < H oog 1 msv 1 < H 5 msv 4 0,1 < E eff 0,3 msv 1 < H oog 4,5 msv 5 < H 15 msv 5 0,3 < E eff 0,5 msv 4,5 < H oog 7 msv 15 < H 25 msv 7 0,5 < E eff 1 msv 7 < H oog 15 msv 25 < H 50 msv 10 1 < E eff 2 msv 15 < H oog 30 msv 50 < H 100 msv 15 2 < E eff 6 msv 30 < H oog 50 msv 100 < H 150 msv 40 6 < E eff 20 msv 50 < H oog 150 msv 150 < H 500 msv 100 E eff > 20 msv H oog > 150 msv H > 500 msv *: let op: de effectfactor voor de ooglens is gerelateerd aan een ooglensdosislimiet van 150 msv/jaar. Wanneer deze dosislimiet wordt verminderd tot 20 msv/jaar, wordt de effectfactor op overeenkomstige wijze aangepast. Dit kan (grote) gevolgen hebben voor het risicogetal R. 11/19

Tabel A.2 Belastingsfactor (B) als functie van de frequentie van een handeling B Frequentie van de handelingen Reguliere uitvoering van de handelingen 1 Onafhankelijk van de frequentie van de handeling Voorziene, onbedoelde gebeurtenis 0,5 < 1 keer per jaar 1 Jaarlijks 2 Maandelijks 3 Wekelijks 6 Dagelijks 10 Continu Tabel A.3 Waarschijnlijkheidsfactor (W) als functie van de kans op een blootstelling per handeling W Kwalitatieve omschrijving Kwantitatieve vertaling in kans Reguliere uitvoering van de handelingen 15 Zeker 100 % Voorziene, onbedoelde gebeurtenis 10 Te verwachten 0,5-1 6 Zeer wel mogelijk 0,1 0,5 3 Ongewoon 10-2 (1 op 100 keer) 1 Onwaarschijnlijk 10-3 0,5 Erg onwaarschijnlijk 10-4 0,2 Nagenoeg onmogelijk 10-5 0,1 Bijna niet denkbaar 10-6 0,01 Theoretisch mogelijk, doch in de praktijk nog niet voorgekomen <10-6 A.1 Berekening van het risicogetal voor een reguliere uitvoering van de handelingen Bepaal met behulp van rekenmodellen en/of met dosimetrieresultaten, mits deze voldoende representatief zijn, de stralingsbelasting per jaar (msv/jaar) voor de reguliere handelingen. Maak onderscheid tussen de effectieve dosis, de ooglensdosis en de extremiteitendosis. Bepaal vervolgens met behulp van tabel A.1 de bijbehorende numerieke waarden voor de effectfactor, E f, voor deze dosisgrootheden. Zoals aangegeven in tabel A.2 is de belastingsfactor, B, voor reguliere handelingen gelijk gesteld aan 1; tabel A.3 laat zien dat de waarschijnlijkheidsfactor, W, gelijk is aan 15. Het risicogetal voor de reguliere uitvoering van de handelingen, R regulier,i, is dan gelijk aan: 12/19

R regulier, i = E f, i 15 waarin de index i refereert aan respectievelijk de effectieve dosis, de ooglensdosis, en de extremiteitendosis. A.2 Berekening van het risicogetal voor een voorziene, onbedoelde gebeurtenis Maak m.b.v. literatuurgegevens en/of rekenmodellen per voorziene, onbedoelde gebeurtenis een schatting van de potentiële blootstelling (msv). Maak onderscheid tussen de effectieve (volg)dosis, de ooglensdosis, extremiteitendosis en de huiddosis. Bepaal vervolgens per gebeurtenis met behulp van tabel A.1 de bijbehorende numerieke waarden voor de effectfactor, E f, voor deze dosisgrootheden. De frequentie 14 waarmee een handeling per jaar wordt uitgevoerd en tabel A.2 leidt tot een numerieke waarde voor de belastingfactor, B. De waarschijnlijkheidsfactor, W, wordt afgeleid m.b.v. tabel A.3 en een inschatting van de kans op optreden 14 van de voorziene, onbedoelde gebeurtenis. Het risicogetal voor een voorziene, onbedoelde gebeurtenis R gebeurtenis,i is dan gelijk aan: R gebeurtenis, i = E f B W. waarin de index i refereert aan respectievelijk de effectieve (volg)dosis, de ooglensdosis, de extremiteitendosis en de huiddosis. A.3 Berekening van het totale risicogetal (reguliere blootstelling plus voorziene, onbedoelde gebeurtenissen) Het berekende risicogetal voor de reguliere blootstelling, R regulier, wordt opgeteld bij de som van de risicogetallen voor de voorziene, onbedoelde gebeurtenissen, Σ j R gebeurtenis. Waarin j refereert aan de verschillen gebeurtenisscenario s. Hieruit volgt het totale risicogetal voor de uitvoering van de handeling: R totaal = R regulier + Σ j R gebeurtenis,j. Zoals blijkt uit het voorgaande, wordt R totaal afzonderlijk bepaald voor de effectieve dosis (R totaal, eff ), voor de ooglensdosis (R totaal, oog ), de extremiteitendosis (R totaal, extr ) en de huiddosis (R totaal, huid ). 14 Informatie over de frequentie van de handelingen en de kans op optreden van een gebeurtenis is beschikbaar gekomen in de eerste stap, de risico-identificatie. 13/19

Bijlage B. Niet-limitatief overzicht van voorziene, onbedoelde gebeurtenissen Open stoffen (inclusief splijtstoffen in open vorm) Code omschrijving O1 Morsen/aanraken besmette onderdelen met huidbesmetting, 10 minuten aanwezig O2 Morsen/aanraken besmette onderdelen met huidbesmetting, 30 minuten aanwezig O3 Morsen/aanraken besmette onderdelen met huidbesmetting, 1 uur aanwezig O4 Morsen/aanraken besmette onderdelen met huidbesmetting, 5 uur aanwezig O5 Morsen/aanraken besmette onderdelen met huidbesmetting, 24 uur aanwezig O6 Morsen/aanraken besmette onderdelen met huidbesmetting, 1 week aanwezig O7 Morsen/aanraken besmette onderdelen met inwendige besmetting tot gevolg O8 Handeling duurt 3 keer langer dan gepland O9 Handeling duurt 10 keer langer dan gepland O10 Deel van de handelingen duurt 3 keer langer dan gepland O11 Deel van de handelingen duurt 10 keer langer dan gepland O12 Uitvallen ventilatie met inwendige besmetting tot gevolg O13 Overkoken, met inwendige besmetting tot gevolg O14 Niet werken in een zuurkast terwijl dit wel is voorgeschreven, met inwendige besmetting tot gevolg O15 Verlies van controle over het beheer van de bron O16 Verlies van containment met verspreiding van radioactieve stoffen buiten de radiologische ruimte O17 Ongeplande blootstelling van derden die zich bevinden in annexruimten, zoals kruipruimten daken, of gevels O18 Kortere afstand dan gepland O19 Ontbreken van afscherming (bijvoorbeeld door verkeerde positie) O20 Prikaccident O21 Besmetting van een handschoen O22 Brand in radiologische ruimte Ingekapselde bronnen (inclusief splijtstoffen als ingekapselde bron) Code I1 I2 I3 I4 I5 I6 I7 I8 I9 I10 I11 omschrijving Handeling duurt 3 keer langer dan gepland Handeling duurt 10 keer langer dan gepland Deel van de handelingen duurt 3 keer langer dan gepland Deel van de handelingen duurt 10 keer langer dan gepland Lekkage van de bron, met huidbesmetting tot gevolg Lekkage van de bron, met inwendige besmetting tot gevolg Verlies van controle over het beheer van de bron, met ongeplande blootstelling tot gevolg Ongeplande blootstelling van derden die zich bevinden in annexruimten, zoals kruipruimten, daken of gevels Kortere afstand dan gepland Ontbreken van afscherming (bijvoorbeeld door verkeerde positie) Brand in radiologische ruimte Röntgentoestellen 14/19

Code R1 R2 R3 R4 R5 R6 R7 R8 R9 R10 R11 R12 R13.. omschrijving Binnenlopen van onbevoegden Langer stralen dan noodzakelijk (bijvoorbeeld: opnameknop blijft hangen) Ongeplande blootstelling van derden die zich bevinden in annexruimten, zoals kruipruimten, daken of gevels. Blootstelling van lichaamsdelen, bijvoorbeeld de handen, aan de primaire röntgenbundel. Onnodig dicht bij de patiënt gaan staan (bijvoorbeeld tijdens doorlichten). Verkeerde instelling van het toestel. De lekstraling rondom het röntgenbuishuis is (aanzienlijk) groter dan verwacht. (Bijvoorbeeld doordat de technische staat van het toestel niet in orde is) De loodflappen, loodacrylscherm of loodmatjes worden foutief gebruikt Buis boven de tafel loodschort niet gebruikt Medewerker stapt of staat binnen Deur, voorzien van afschermend materiaal, staat open Patiënt ondersteunen bij bucky of mobiele opname Deeltjesversnellers Code V1 V2 V3 V4 V5.. omschrijving In de directe bundel op 1 meter van de patiënt Niet in de directe bundel op 1 meter van de patiënt ongeplande blootstelling van derden die zich bevinden in annexruimten, zoals kruipruimten, daken of gevels meer gestraald dan gepland minder afscherming dan gepland 15/19

Bijlage C. Niet limitatief overzicht van maatregelen per stralingsbron, onderverdeeld in basismaatregelen, aanvullende maatregelen en persoonlijke beschermingsmiddelen Versnellers basis: aanvullend: persoonlijk: afscherming radiologische ruimte (bunkermuren) lichtcellen stralingsbereidheidknoppen noodknoppen verkeerslichten waarschuwingsborden n.v.t. Röntgentoestellen basis: aanvullend: persoonlijk: afscherming radiologische ruimte (kamerparameters) lood-acrylscherm loodflappen verrijdbaar loodscherm afstand vergroten tijd verkorten loodschort schildklierkraag loodglasbril Ingekapselde bronnen basis: aanvullend: persoonlijk: afscherming radiologische ruimte, afscherming die is aangebracht op basis van het Besluit vervoer splijtstoffen, ertsen en radioactieve stoffen afscherming aan de bron (verrijdbaar loodscherm, loodpotjes e.d.) afstand vergroten (handling tools) tijd verkorten (bijvoorbeeld door koud oefenen) lekcontroles voorgeschreven werkwijze vergroten ervaring door koud oefening eventueel handschoenen tegen besmetting 16/19

Open stoffen Basis: Aanvullend: Persoonlijk: afscherming radiologische ruimte, afscherming die is aangebracht op basis van het Besluit vervoer splijtstoffen, ertsen en radioactieve stoffen verplicht radionuclidenlab, volgend uit bijlage vergunning (HORS-protocollen) zuurkast indien volgend uit bijlage vergunning (HORS-protocollen) afscherming aan de bron (loodscherm, perspexscherm afstand vergroten (handling tools) tijd verkorten voorgeschreven werkwijze ervaring vergroten door oefening gebruik lekbakken besmettingscontroles (tussentijds en na afloop handelingen) handen wassen na afloop handelingen bij besmetting toezichthoudend stralingsdeskundige waarschuwen laboratoriumjas handschoenen veiligheidsbril oversloffen laarzen gesloten schoenen waterdichte overall 17/19

Bijlage D. Nadere analyse Mogelijk te treffen maatregelen om de risico s voor de uitvoerende en de omstander te verminderen Reguliere blootstelling bij uitvoering van de handelingen: Kunnen de handelingen worden uitgevoerd door gebruik te maken van een stralingsbron die tot een lagere stralingsbelasting leidt? Kan de afstand worden vergroot? Kunnen extra fysieke afschermingen worden aangebracht? Kan de tijdsduur van de (blootstellingen tijdens de) handeling worden verkort? Kan de frequentie van de handelingen omlaag? Kunnen andere beschermingsmaatregelen worden getroffen? Kunnen bijv. handelingen met open stoffen in een laminaire airflowkast, zuurkast, gesloten kast worden uitgevoerd, of kan gebruik worden gemaakt van een (nog aan te brengen) lokaal luchtafzuigpunt? Is de aanwezigheid van omstanders noodzakelijk? Kunnen de uitvoerenden en/of de omstanders in een andere categorie worden ingedeeld? Voorziene, onbedoelde gebeurtenissen: Bepaal op eenzelfde wijze als voor de reguliere blootstelling bij uitvoering van de handelingen of het stralingsrisico door een voorziene, onbedoelde gebeurtenis kan worden beperkt. Let op: het betreft hier niet alleen het terugdringen van de potentiële stralingsbelasting maar ook het verkleinen van de kans op een dergelijke gebeurtenis. Mogelijk te treffen maatregelen om de risico s voor de buitenstaander te verminderen Mogelijke aanvullende maatregelen kunnen zijn: extra fysieke afscherming, beperking of belemmering van het verblijf van personen, onderdruk in de radiologische ruimte ten opzichte van de omgeving vergroten maatregelen ter vermijding van onbedoelde gebeurtenissen en/of ter beperking van de gevolgen daarvan. 18/19

Sector Veiligheid & Milieu Bijlage E. Flowschema 19/19

Veiligheid & Milieu V&Msf15001 Invoering: 01-12-2015 Versie 1: 01-12-2015 Formulier Rapportage voorziene onbedoelde gebeurtenis (VOG) nummer: VOG.. Samenstelling: SBE-akkoord: Afdeling : Ruimte/stralingsbron : TSD : Datum van melding aan SBE: Datum en tijdstip van VOG: Handelingen RIAS: Codering VOG 1 : O../I../R../V.. 1. Oorzaak en detectie van de VOG: 2. Genomen acties.... 3. De bij de VOG betrokken personen of groepen personen.... 4. Toename van de stralingsbelasting van personen binnen en/of buiten de instelling 5. Moet de handelingen-rias waarin de VOG is beschreven eventueel worden bijgesteld 6. Meetresultaten en dosisschattingen 7. Eventuele uit te voeren vervolgacties ter verkleining van de kans op herhaling.... 1 Zoals bedoeld in de kolom blootstelling per voorziene onbedoelde gebeurtenis in de handelingen RIAS, keuze uit: O1 t/m O22, I1 t/m I11, R1 t/m R13 of V1 t/m V5 1/1