Energie audit verslag

Vergelijkbare documenten
Energie audit verslag

Project energie audit verslag

Energie audit verslag

Energie audit verslag

Energie audit verslag

Project energie audit verslag 2015

Energiebeoordeling. Conform 2.A.3. Bos Infra B.V. Op basis van de internationale norm ISO

Energiebeoordeling. Conform 2.A.3. PUK Benelux B.V. Op basis van de internationale norm ISO

Energie beoordelingsverslag januari 2016 (definitief)

Energie Audit verslag 2017 Energie Management Actieplan 2016 t/m 2021

Energie beoordelingsverslag januari 2016 (definitief)

Energie beoordelingsverslag februari 2017

Energie Audit verslag 2019 Energie Management Actieplan 2016 t/m 2021

Energie Management Actieplan

Energie audit verslag Certificering op CO 2 -prestatieladdder

Energie Beoordeling Co2 reductie

Energie management plan

Energie Management Actieplan

Energie beoordelingsverslag 2016

Energie Audit verslag 2017 Energie Management Actieplan 2016 t/m 2020

Energie management actieplan

Energie Audit verslag 2016 Energie Management Actieplan 2016 t/m oktober 2016

ENERGIEBEOORDELING P.C.

Energie management plan

De verbruiksdocumenten die als basis hebben gediend zijn te vinden in het (digitale) dossier CO2-prestatieladder.

Energie management actieplan

Document: Energie management actieplan

Energie beoordelingsverslag

Periodieke rapportage e helft. N.C. Zwart Verhuur BV

Energie Audit verslag 2014 Energie Management Actieplan 2015

Periodieke rapportage 2016 H2

Periodieke rapportage 2016 H1

Periodieke rapportage 2014

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2013 (1 e halfjaar) Periode: 1 januari t/m 30 juni 2013

Energie beoordelingsverslag

Periodieke rapportage 2014

Energie beoordelingsverslag

Periodieke Rapportage 2 e helft 2016

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014

Periodieke rapportage 2 e helft 2016

PERIODIEKE RAPPORTAGE 1E HELFT 2015

Periodieke rapportage 2015 H1 + H2

Voortgang CO 2 -footprint 2018 (1e half jaar)

Periodieke rapportage 2 e helft September 2016

Energiebeoordelingsverslag 2016

Inhoud. Pagina 2 van 7

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2010, 2011 en 2012

CO2-reductieplan. Samen zorgen voor minder CO2. Rapportage M

Periodieke rapportage 1 e helft 2014

Periodieke rapportage 1 e helft 2016

Periodieke rapportage 2016 H1

Energie Management Actieplan 2017 t/m

Energie beoordelingsverslag

Energie Audit verslag 2013 Energie Management Actieplan maart 2014 DB

PERIODIEKE RAPPORTAGE 2015

Energiemanagement CO 2 -prestatie

Herberekening Basisjaar CO 2 -Footprint

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2017

De voortgangsrapportage van CO 2 -reductie Visscher Oldebroek Eerste half jaar 2016

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2013

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2017

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017-H1

Herberekening Basisjaar CO 2 -Footprint

Herberekening Basisjaar CO 2 -Footprint

Voortgangsrapportage CO2-emissiereductie.

Periodieke rapportage 2016 September 2016

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2014

Periodieke rapportage tot juli 2013 [3.A.1] HOOIJER Renkum B.V. HOOIJER Wegenbouw B.V. Versie d.d , Geactualiseerd d.d.

Energiemanagement actieplan

Document: Energiemanagementplan

ENERGIE AUDIT VERSLAG 2014

Periodieke rapportage 2015 H2. 20 januari 2016

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2016

Herberekening Basisjaar CO 2 -Footprint

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang

Periodieke rapportage 2 e helft maart 2015 versie definitief

CO2-reductieplan 2015

Energiebeoordeling 2017

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2016 Juni 2017

CO-2 Rapportage Inhoudsopgave. Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2013

Periodieke rapportage eerste helft 2018

Energie Management Actieplan

Energie beoordelingsverslag februari 2017

Energie Audit verslag 2014 Energie Management Actieplan juni 2014

CARBON FOOTPRINT RAPPORTAGE 2017 CO 2 -EMISSIE INVENTARIS 3.A A B.2.

Klever Boor- en Perstechniek BV Postbus CB Lopik

Document: Energiemanagementplan

Energiemanagement actieplan

Energiemanagementplan

CO2-reductieplan 2015

Energiemanagement plan

Energie Management Actieplan 2014 tot Extern

W & M de Kuiper Holding

Energie Audit verslag 2014 Energie Management Actieplan maart 2015 versie definitief

Voortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder 2016

VOF Van der Heijden & Zn

Half jaarverslag Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0 en ISO norm Opgesteld door Paul Jonk Opgesteld op

CO 2 -Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V.

Transcriptie:

Energie audit verslag Conform 2.A.3 Op basis van de internationale norm ISO 50001-4.4.3. Bruco Zegveld B.V. Ouwejan & F. de Bruijn Infra B.V. Ouwejan & F. de Bruijn Materieel B.V. Heifra B.V. Auteur(s): De heer D. Slothouber, Nedcon Organisatieadvies B.V. Doc.code: EAV Versie: 01 Datum: 13-10-2014

Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Verantwoording werkwijze... 4 2.1 Verkregen informatie... 4 3. Energiestromen... 5 3.1 Actuele emissie inventaris... 5 3.2 Gekwantificeerde energiestromen... 5 3.3 Historische gegevens... 6 4. Energieverbruik bedrijfspand... 7 4.1 Elektriciteit - Controle energiestromen en gebruikte data... 7 4.2 Gasverbruik - Controle energiestromen en gebruikte data... 8 5. Energieverbruik op projecten... 9 5.1 Projecten met CO 2 gerelateerd gunningsvoordeel... 9 5.2 Mobiele werktuigen (materieel)... 9 5.3 Wagenpark (goederenvervoer en zakelijk verkeer)...10 5.4 Zakenreizen Privé auto...11 5.5 Elektriciteitsgebruik op projectlocatie...11 6. Betrouwbaarheid / Verbetering kwaliteit data...12 6.1 Gebruikte rekenwijze...12 6.2 Gebruikte data inclusief onnauwkeurigheden...12 6.3 Aanbevelingen ter verbetering van de kwaliteit van de data...12 7. Significante veranderingen in energieverbruik...13 7.1 Corrigerende / preventie maatregelen...13 8. Reductiemogelijkheden...13 9. Aanbevelingen...14 Energie Audit Verslag pagina 2

1. Inleiding Op 13 oktober 2014 hebben wij een energie audit uitgevoerd. Een energie audit is een milieu audit met de focus op de energieaspecten van ons bedrijf. Dit document geeft de uitkomsten van de energie audit en hiermee geven wij invulling aan de eisen 2.A.3 en 1.B.2 van het handboek CO 2-prestatieladder. Om gerichte maatregelen te kunnen nemen voor het verminderen van het energieverbruik en de daaraan verbonden kosten is het nodig een inzicht te verwerven in het bestaande energieverbruik, in de verdeling ervan over de verschillende bedrijfsdoeleinden en de oorzaken van energieverlies. Conform het gestelde in het Handboek CO 2 Prestatieladder betreft het hier een energie audit verslag van een beperkte energie audit. Het gaat hier met name om een analyse van de meest significante energieaspecten. Een en ander conform paragraaf 4.4.3. van de norm NEN-ISO 50001. Tijdens de audit is onderzoek gedaan naar: - Energieverbruik, actueel en in het verleden, en energiefactoren die op metingen en andere gegevens zijn gebaseerd. - Identificatie van gebieden waar sprake is van significant energieverbruik, met name van significante veranderingen in het energiegebruik over de afgelopen periode. - Identificeren, vastleggen van prioriteiten en documenteren van kansen voor verbetering van de energie-efficiëntie. De bevindingen zijn gedocumenteerd in deze rapportage. Energie Audit Verslag pagina 3

2. Verantwoording werkwijze De energie audit is uitgevoerd door een externe adviseur in samenwerking met de COF. Mede door de inzet en ervaring van de externe adviseur is voldoende kennis en onafhankelijkheid van de energie audit gewaarborgd. De energie audit is opgenomen in de standaardprocedures van Bruco Zegveld B.V. en haar werkmaatschappijen en zal een jaarlijkse review geven van alle energiestromen. 2.1 Verkregen informatie De basis voor deze energie audit zijn de documenten die zijn opgesteld met betrekking tot het energieverbruik op het gebied van elektriciteit, gas en de overige fossiele brandstoffen. Nadere informatie is op verschillende manieren verkregen, o.a. door middel van: - Bedrijfsrondgang d.d.; 13-10-14 - Projectbezoek herbestrating fietspad Middellandbaan te Woerden d.d.; 13-10-14 - CO2-footprints; o 2012 (d.d. 17-12-13), o 2013-1 (d.d. 3-3-14), o 2013-2 (d.d. 23-3-14), o 2014-1 (d.d. 2-9-14). - Portfolio CO2-prestatieladder; - Handboek CO2-prestatieladder uitgave SKAO, versie 2.2. Het portfolio CO2 prestatieladder bestaat o.a. uit; - Urenadministratie Ouwejan & F. de Bruijn Infra B.V. - Energie audit verslag 2013 Ouwejan & F. de Bruijn Infra B.V. d.d. 29-11-2013 - Energie managementplan 2013 Ouwejan & F. de Bruijn Infra B.V. d.d. 17-12-2013 - Directiebeoordeling over 2012 d.d. 23-11-2013. Daarnaast zijn de verschillende inkoopnota s van de diverse aangekochte brandstoffen, elektriciteit en gasverbruik opgevraagd en ingezien. Energie Audit Verslag pagina 4

3. Energiestromen Het energieverbruik van Bruco Zegveld B.V. is te splitsen in verbruik in het bedrijfspand aan de Hoofdweg 177-T, het verbruik veroorzaakt door werkzaamheden op de projectlocaties en het transport van materieel. Deze werkzaamheden bestaan uit het (machinaal) bestraten en grondwerkzaamheden. Inclusief de daarbij behorende activiteiten zoals het transport van materieel en mensen en de activiteiten op het kantoor inclusief de werkplaats aan de Hooftweg 177-T te Zegveld. Sinds 2013 worden ook de scope 3 emissies; papierverbruik en waterverbruik in de CO 2- footprint meegenomen. Dit audit verslag gaat echter alleen over het eigen energie verbruik van het bedrijf en laat Scope 3 buiten beschouwing. Het doel van eis 2.A. is om vast te stellen dat het bedrijf inzicht heeft in het eigen energie verbruik. 3.1 Actuele emissie inventaris Vastgesteld is dat de totale inventaris zoals vastgelegd in de CO 2-Footprints van de jaren 2012, 2013 en 2014 (jan-jun) alle significante energieverbruiken en energieverbruikers bevatten. Het onderhouden van de inventarislijsten (als onderdeel van de CO 2-Footprint) is geborgd door de implementatie van procedure A1 Energiestromen: Inventarisatie en analyse van ons managementsysteem voor CO 2 bewust handelen. 3.2 Gekwantificeerde energiestromen Figuur 1 - Procentuele verdeling energiestromen t.a.v. CO 2-uitstoot eerste half jaar 2014 scope 1 & 2 Energie Audit Verslag pagina 5

Figuur 2 - Procentuele verdeling energiestromen naar scope eerste half jaar 2014 scope 1 & 2 3.3 Historische gegevens Figuur 3 - CO 2 uitstoot per energiestroom 2012-2014 (eerste half jaar) in tonnen. Energie Audit Verslag pagina 6

4. Energieverbruik bedrijfspand Het verbruik in het bedrijfspand bestaat uit elektriciteitsverbruik voor verlichting, verwarming, ICT en overige middelen (zoals koffie apparaten, koelkast, fax e.d.) en het verbruik van gas t.b.v. de verwarming. De werkplaats valt ook onder het energieverbruik in het pand. Voor het bedrijfspand is een uitgewerkte emissie-inventaris aanwezig van de grootste energieverbruikers. Deze lijst is opgenomen in de rapportage van de actuele CO 2-footprint. De lijst is nagelopen en een bedrijfsrondgang 13-10-2014 geeft geen indicatie dat de lijst onvolledig is. 4.1 Elektriciteit - Controle energiestromen en gebruikte data Bevindingen Bruco Zegveld B.V. neemt via haar werkmaatschappijen sinds 2013 direct elektriciteit af van Elektrabel. Dit betreft groene stroom. Het is hierbij van belang groene stroom gedocumenteerd te onderbouwen d.m.v. een 'Verklaring van Oorsprong'! Vorig jaar is gestart met een trend analyse van het elektriciteitverbruik en deze zal dit jaar worden voortgezet. Jaar Elektriciteit verbruik (Kwh) 2010 20.987 2011 31.008 2012 28.707 2013 32.695 Het elektriciteitverbruik toont in 2013 een stijging t.o.v. het jaar er voor en is het hoogste verbruik sinds de registratie van het verbruik is gestart. Sinds september 2013 wordt groene stroom ingekocht bij Elektrabel waardoor de totale CO2 uitstoot door het elektriciteitverbruik enigszins gezakt is ten opzichte van 2012 (het basisjaar). De uitstoot is 2013 gereduceerd van 13,7 naar 11,7 ton CO2, een reductie van 15%. In 2014 zal daardoor een grote reductie in de uitstoot worden bereikt. (zie CO2 footprint 2013 en 2014/1). In de eerste helft van 2014 is al een reductie bereikt van 70%! Gegeven dat het gebruik van elektriciteit in het pand wel is toegenomen is het aan te raden om voor reductie in de toekomst het elektriciteitsgebruik te verminderen. Hier liggen nog kansen voor het bedrijf om verdere reductie te bereiken. Met name kijkend naar de mogelijkheden voor doelstellingen in 2015 en verder. Het verdient de aandacht dat de werkplaats ook deel uitmaakt van het pand. De apparaten en machines die daar gebruikt worden zijn, naar alle waarschijnlijkheid, de grootste verbruikers. Er zijn geen andere leveranciers van elektriciteit of andere opwekmethoden van elektriciteit gevonden. Energie Audit Verslag pagina 7

Gebruikte data Voor de kwantificering van de CO 2-uitstoot als gevolg van het elektriciteitsverbruik is de energienota gebruikt. Deze nota is ingezien en gecontroleerd. Het verbruik is aantoonbaar toegerekend naar een geheel jaar waar mogelijk. Om de hoeveelheid verbruikte stroom te bepalen voor het halve jaar wordt de meterstand opgenomen. Elektriciteit is geen significante energiestroom binnen het bedrijf. 4.2 Gasverbruik - Controle energiestromen en gebruikte data Bevindingen Gas wordt gebruikt om het kantoor en de werkplaats te verwarmen. De registratie van het gasverbruik vind plaats d.m.v. de facturen van de leveranciers. Vorig jaar is overgestapt naar Elektrabel en helaas is daarvan nog geen factuur aanwezig. Om toch het verbruik te weten is de meterstand genoteerd. Dit is ook een goede manier om het verbruik bij te houden. In 2013 is de werkplaats geïsoleerd om een reductie is het gasverbruik te realiseren. Uit de onderstaande gegevens blijkt dat het in 2013 nog niet tot een besparing geleid heeft. Na een daling in 2012 is het gasverbruik weer gestegen. Jaar Gas verbruik (m 3 ) 2010 4.787 2011 2.902 2012 2.426 2013 3.177 Naast het kantoor is een werkplaats gevestigd waar onderhoud plaats vind aan de machines. Voor dit onderhoud worden veel elektrische apparaten gebruikt. Tevens wordt gebruikt gemaakt van een lasapparaat. De verbranding van lasbeschermgassen produceert ook CO2. De hoeveelheid gebruikte las beschermgassen (Weldapp 20) is bepaald aan de hand van facturen van de leveranciers. De hoeveelheid die jaarlijks gebruikt wordt is echter minimaal en verwaarloosbaar t.o.v. de totale CO2 uitstoot van het bedrijf. Naast lasbeschermgassen wordt ook zuurstof gebruikt. Ook dit gas wordt in minimale hoeveelheden toegepast en het effect van de verbranding er van is verwaarloosbaar t.o.v. de totale uitstoot. Gebruikte data De energienota die gebruikt is voor de kwantificering voor de CO 2-uitstoot ten gevolge van gasverbruik is ingezien en gecontroleerd. Het verbruik is aantoonbaar toegerekend naar een geheel jaar. Om de hoeveelheid verbruikt gas te bepalen voor het halve jaar wordt de meterstand opgenomen. Het gasverbruik is geen significante energie stroom binnen het bedrijf. Energie Audit Verslag pagina 8

5. Energieverbruik op projecten Voor het bedrijf en haar projecten is een uitgewerkte emissie-inventaris aanwezig van de grootste energieverbruikers. Deze lijst is opgenomen in de rapportage van de CO 2-footprints van 2012, 2013-1, 2013-2 en 2014-1. De lijst is nagelopen en het projectbezoek van 13-10- 2014 geeft geen indicatie dat er binnen de projecten afwijkende energiestromen zijn, die niet zijn meegenomen in de bestaande inventaris. Het energieverbruik op de projecten vindt plaats door het gebruik van verbrandingsmotoren en dus de verbranding van fossiele brandstoffen voor de kranen, shovels, vrachtauto s en personenauto s. De grootste bron van CO2 binnen het bedrijf is de verbranding van diesel voor de mobiele werktuigen. Onder deze werktuigen vallen de shovel, de kranen maar ook de kleinere apparaten zoals wackerstampers, motorzagen en aggregaten. Deze kleinere machine werken op tweetakt benzine; namelijk Aspen. 5.1 Projecten met CO 2 gerelateerd gunningsvoordeel Er is in deze rapportageperiode een project met CO 2 gerelateerd gunningsvoordeel opgestart, te weten Project "Raamovereenkomst Gemeente Woerden". Dit project is in januari 2014 gestart en loopt nog steeds. De overeenkomst is met de gemeente Woerden in principe afgesloten voor 4 jaar maar kan elk jaar door de opdrachtgever worden opgezegd. Het energieverbruik van dit project wordt apart behandeld in het Energie Audit verslag "Raamovereenkomst Gemeente Woerden" dat deel uitmaakt van het project portfolio. 5.2 Mobiele werktuigen (materieel) Bevindingen In de CO 2-Footprint is de CO 2-uitstoot van de mobiele werktuigen gekwantificeerd. De onderliggende administratie hiervoor, verschillende inkoopnota s van Diesel en Benzine zijn ingezien en gecontroleerd. Ook dit jaar wordt de meeste CO2 uitgestoten door het gebruik van de mobiele werktuigen. Wel blijkt uit de recente footprints dat het dieselverbruik door deze machine aan het afnemen is (zie historische gegevens 3.3). Dit is een goede zaak en ligt in lijn met de doelstelling van het bedrijf die men eind 2014 wil bereiken. In 2014 is geïnvesteerd in nieuwe kranen die een gunstiger brandstofverbruik hebben dan de oudere kranen die in gebruik zijn. Door het vernieuwen van het machinepark zal ook een reductie bereikt worden. Alleen al om het feit dat de nieuwe motoren meestal schoner zijn en zuiniger omdat ze aan actuele wet- en regelgeving moeten voldoen. Tevens hebben sommige nieuwe machine beschikking over een 'ECO' bedrijfsstand wat volgens de fabrikant een reductie van 25% in het brandstofverbruik zou bewerkstellingen. Het is de moeite waard om te vermelden dat het verbruik van de grootste brandstofverbruikers zoals de shovels en de kranen (graafmachines) afhankelijk is van het werk dat gedaan moet Energie Audit Verslag pagina 9

worden. Bij zwaarder werk wordt meer gevraagd van de motor en dus meer verbruikt. Daarom is het lastig een gemiddeld verbruik van de machines te bepalen. De registratie van het verbruik geschiedt op basis van de facturen van de brandstofleveranciers en daarin zijn individuele machine niet vermeld. Meestal wordt ook vanuit een gezamenlijke tank getankt die op een project staat. Het is nu dus nog niet te bepalen welke machines de grootste verbruikers zijn. Wellicht is dit een mogelijkheid voor de toekomst indien economisch haalbaar natuurlijk. Moderne machines hebben vaak een 'onboard' computer waarin verschillende gegevens kunnen worden afgelezen zoals draaiuren en misschien zelfs verbruik. Een klein deel van de emissies wordt veroorzaakt door het gebruik van kleine machines zoals motorslijpers, trilplaten en aggregaten. Deze verbruiken, op de aggregaten na, een speciale soort benzine namelijk Aspen. Ten opzichte van het dieselverbruik is deze emissiestroom echter bijna verwaarloosbaar. Omdat dit de meest materiële emissie is en waarschijnlijk in de toekomst nog blijft is het belangrijk om hier de aandacht op te blijven vestigen. Voor aanbevelingen ter reductie verwijs ik u naar paragraaf 9 van dit verslag. Significante energiestromen Op basis van het overzicht van mobiele werktuigen zijn de werktuigen met significant brandstofverbruik: - Shovels voor grondverplaatsing - Kranen (graafmachines) voor graafwerk en machinaal bestraten - De stenenschraper voor machinaal bestraten - Heftruck voor transport 5.3 Wagenpark (goederenvervoer en zakelijk verkeer) Bevindingen Het vervoer van medewerkers en materieel door auto s en vrachtauto s is na de uitstoot door de mobiele werktuigen de grootste vervuiler. De meeste auto s en de vrachtauto s gebruiken diesel wat een meer vervuilende brandstof is dan benzine of LPG. Uit de recente CO2 footprints is op te maken dat de procentuele uitstoot van deze twee emissiestromen de laatste jaren toeneemt. Met name de uitstoot door het goederenvervoer. Dit in tegenstelling tot de eerder behandelde uitstoot door mobiele werktuigen dat relatief gezien een steeds kleiner deel uitmaakt van de totale uitstoot. Uit de historische gegevens 3.3. is op te maken dat absolute uitstoot van alle energie stromen dalen. Emissie stroom 2012 2013-1 2013-2 2014-1 Mobiele werktuigen 44% 35% 40% 35% Goederenvervoer 21% 25% 25% 26% Personenauto's 29% 32% 29% 35% Een reden voor deze stijging kan zijn dat de projecten verder bij het bedrijf vandaan aangenomen worden. Indien dit zo is dan is het niet wenselijk om op de afstand een reductie te bewerkstelligen. Energie Audit Verslag pagina 10

De doelstelling van 2014 is gericht op het verbruik van de mobiele werktuigen (scope 1) en de uitstoot van CO2 door elektriciteitsgebruik (scope 2). Gezien de ontwikkeling kan het nuttig zijn om de uitstoot van het wagenpark ook in de doelstelling van de komende jaren mee te nemen. Indien deze ontwikkeling zich doorzet zal de uitstoot van het wagenpark meer zijn dan de uitstoot van de mobiele werktuigen. Ook hier doe ik enige aanbevelingen al is het nu niet het grootste aandachtpunt. Reductie op dit gebied kan in de toekomst wenselijk zijn en heeft natuurlijk altijd een besparing tot gevolg wat weer financiële voordelen met zich meebrengt. Significante energiestromen Op basis van de beschikbare informatie zijn de significante energie stromen: - Het gebruik van de vrachtauto's voor transport van o.a. zand en grond. - Het gebruik van personen auto's (en bussen) voor transport van mensen en materieel. 5.4 Zakenreizen Privé auto Uit de financiële administratie blijkt dat er geen zakelijke kilometers worden gereden met privé auto s die worden gedeclareerd. 5.5 Elektriciteitsgebruik op projectlocatie Op de projecten wordt in sommige gevallen ook elektriciteit verbruikt. In deze gevallen wordt de stroom opgewekt door aggregaten. Deze aggregaten maken gebruik van een verbrandingsmotor en worden behandeld onder de paragraaf mobiele werktuigen. Energie Audit Verslag pagina 11

6. Betrouwbaarheid / Verbetering kwaliteit data 6.1 Gebruikte rekenwijze Bij het kwantificeren van de CO 2-footprint is de methodiek aangehouden zoals is voorgeschreven in het door SKAO uitgegeven Handboek CO 2-Prestatieladder versie 2.2. Deze methode schrijft voor om vliegkilometers (Business Air Travel) en gedeclareerde zakelijke kilometers (Personal Cars for Business Travel) tot scope 2 te rekenen. De directe (scope 1) en indirecte (scope 2) emissies zijn in de footprint gekwantificeerd. De conversiefactoren zijn gebruikt zoals opgenomen in het SKAO Handboek 2.2 bijlage C Conversiefactoren (geldig vanaf 4 april 2014). De GHG emissies van de airconditioning zijn niet meegenomen binnen de CO 2-rapportage. Tot op dit moment heeft er geen opname van CO 2 of biomassaverbranding binnen de bedrijfsactiviteiten plaatsgevonden. 6.2 Gebruikte data inclusief onnauwkeurigheden De energieverbruikscijfers zijn afkomstig van ontvangen facturen of meterstanden. Indien facturen onvolledig zijn of waar gegevens missen, zijn deze geëxtrapoleerd. Hierbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met factoren als seizoensinvloeden en productie-uren. Door veel aandacht te geven aan het registreren van brongegevens (meterstanden) trachten we de betrouwbaarheid te verhogen van onze uitstootgegevens. 6.3 Aanbevelingen ter verbetering van de kwaliteit van de data Om de kwaliteit van de data in de toekomst te verbeteren zijn er de volgende mogelijkheden; M.b.t. de mobiele werktuigen: - Registreer het aantal draaiuren per machine. Dit heeft de volgende voordelen: o U krijgt inzicht in uw grootste verbruikers. o U krijgt beter inzicht in het aantal draaiuren per dag wat een verbetering van de kwaliteit van uw gegevens oplevert. M.b.t. het wagenpark: - Relateer de uitstoot van het wagenpark aan het aantal gemaakte kilometers om een correct beeld te krijgen van de uitstoot. Dit kan helpen om nauwkeuriger de reductie te bepalen. Energie Audit Verslag pagina 12

7. Significante veranderingen in energieverbruik Ten tijde van het opstellen van dit verslag zijn geen significante veranderingen in het energie verbruik geconstateerd t.o.v. de voorgaande jaren. Het dieselverbruik, met name van de mobiele werktuigen, blijft de meest significante bron van CO 2 uitstoot binnen het bedrijf en het blijft belangrijk om daar de aandacht op te blijven richten als het om reductiedoelstellingen gaat. Wel is er een ontwikkeling gaande, mede door de reductie-inspanningen op het gebied van de werktuigen, waarbij de uitstoot door het wagenpark qua verhouding net zo groot wordt als dat van de mobiele werktuigen. Dit is vooral te merken aan de uitstoot door het goederenvervoer; de vrachtauto's. Afhankelijk of deze trend zich doorzet is het aan te raden dit te bespreken in het volgende MT overleg n.a.v. de CO 2 footprint over heel 2014 in het eerste kwartaal van 2015. Zo nodig kunnen de reductie doelstellingen voor de komende jaren daarop aangepast worden. 7.1 Corrigerende / preventie maatregelen Er zijn op dit moment geen corrigerende of preventieve maatregelen nodig. 8. Reductiemogelijkheden Er zijn reductiemogelijkheden onderzocht voor de meest materiële emissies. Dit blijkt uit de directiebeoordeling over 2012. Zie hiervoor procedure B.1 van het Handboek CO 2 Prestatieladder. De onderzochte reductiemogelijkheden zijn in kaart gebracht. Onderzoek van websites die besparingstips geven als www.duurzaammkb.nl en www.skao.nl/tips leidden niet tot nieuwe inzichten of tot andere (niet eerder onderzochte) reductiemogelijkheden. De mogelijkheid tot besparing is uitgewerkt naar concrete acties. De acties zijn opgenomen in het Energie Management Actieplan 2013 d.d. 17-12-2013. Dit plan is tijdens de audit ingezien en als adequaat beoordeeld. Energie Audit Verslag pagina 13

9. Aanbevelingen Ten aanzien van de meest significante energiestromen (de werktuigen en het wagenpark). - Geef de machinisten en de chauffeurs instructie d.m.v. een cursus het nieuwe rijden of het nieuwe draaien. - Besteed regelmatig aandacht aan het gebruik van de machines en maak mensen bewust van het brandstof verbruik. Sommige machine hebben een ECO draaistand. Maak hier gebruik van. - Aangezien veel gebruik gemaakt wordt van onderaannemers raad ik aan ook hen aan te moedigen aan een cursus het nieuwe rijden of het nieuwe draaien te laten deelnemen. Minimaal dient met in een plan op te nemen hoe men de onderaannemers wil beïnvloeden. Dit omdat zij grote invloed hebben op de uitstoot en het brandstof verbruik. - Overweeg om over te stappen op een zuinigere of alternatieve brandstof (indien haalbaar natuurlijk). Denk aan brandstoffen zoals Shell Fuel Save of equivelant of een volledig alternatief als bio-brandstof. Opmerking; de Nederlandse overheid verplicht nu al dat 4% van de diesel die getankt wordt bij reguliere pompen uit bio-diesel bestaat. Dit zit al verwerkt in de diesel die nu getankt wordt. - Overweeg het gebruik van brandstof toevoegingen die de motoren schoner en zuiniger laten werken. - Wees actiever in het bevorderen van individuele bijdragen aan het reductie beleid. De medewerkers en wellicht de onderaannemers kunnen goede ideeën hebben. - Voor de vrachtauto; Verlaag de rolweerstand van de banden door banden met een lagere rolweerstand te gebruiken, de as- en wielposities regelmatig te laten uitlijnen (1x per 2 jaar), een bandenspannings monitoringsysteem te laten installeren. (2-4% reductie) Ten aanzien van het elektriciteitsverbruik. - Kies voor energie zuinige verlichting b.v. spaarlampen of LED lampen. LED lampen b.v. besparen to 60% in het stroomverbruik en gaan 10x langer mee dan een gewone lamp. Deze zijn ook in TL-versie te verkijgen. Het nadeel is dat ze in de aanschaf ongeveer 4 to 5 keer duurder zijn van een normale TL-lamp. - Zet apparatuur uit en laat ze niet in de stand-by stand staan. Een normaal huishouden verspilt jaarlijks ong. 300Kwh aan apparaten die in de stand-by stand staan. Door printers, computer beeldschermen, keukenapparatuur en ander randapparatuur uit te zetten kunt u dit voorkomen. - Laat verlichting niet onnodig branden. Eventuele bewegingssensoren kunnen van dient zijn om ervoor te zorgen dat verlichting niet onnodig blijft branden. - Gebruik minder lampen of lampen van een lager wattage. Het kan mogelijk zijn dat op sommige plaatsen meer lampen hangen dan nodig zijn. Denk aan opslag ruimten, de werkplaats, zolders etc. - Slim gebruik van de computers Zet het energiebeheer aan op je computer en verwijder screensavers. Dit levert een besparing op van 11 euro voor laptop-computers, en tot 33 euro bij een desktop-model. - Haal opladers uit het stopcontact (bespaar tot 11 euro per oplader) Haal de oplaadapparatuur uit het stopcontact als je deze niet gebruikt. Opladers hebben een sluipverbruik als je ze in het stopcontact laat. Zeker oudere opladers (die warm worden) verbruiken veel energie. - Schaf energie zuinige apparatuur aan wanneer een apparaat aan vervanging toe is. Energie Audit Verslag pagina 14

- Controleer of machines in de werkplaats niet onnodig aan staan. Ten aanzien van het gasverbruik. - Zet de kachel uit waar niet gewerkt wordt Daar waar niet gewerkt wordt is ook geen warmte nodig. Radiatoren kunnen uit gezet worden in lege ruimten en pas aangezet worden als iemand daar gaat werken. - De verwarming s 'avond laag zetten Door de thermostaat in te stellen dat de verwarming pas aanslaat een uur voordat de eerste persoon aan het werk gaat. B.V. of door de temperatuur over het algemeen lager te zetten - Maak gebruik van tochtstrips (bespaar 45 euro per jaar) Veel warmte gaat verloren door kieren bij ramen, deuren en de aansluiting met het dak. Met tochtstrips en een brievenbusborstel voorkom je dat koude lucht naar binnen waait. Een bijkomend voordeel van tochtwering is dat je thermostaat een graadje lager kan. - Radiatorfolie (bespaar 50-100 euro per jaar) Een radiator geeft ook warmte af aan de achterkant. Een deel van de warmte trekt dus in de muur. Radiatorfolie zorgt ervoor dat vrijwel alle warmte die de radiatoren afgeven, in de woning blijft. - Bespaar met een modern HR-ketel (bespaar 175 euro per jaar) Een cv ketel van 15 jaar of ouder verbruikt te veel gas. Met een nieuwe HR ketel bespaar je jaarlijks 15% tot 20% vergeleken met een gewone cv ketel. Zo verdient de nieuwe cv ketel zichzelf terug. En zorg er ook voor dat je de druk van je CV ketel op peil houdt. Als er te weinig waterdruk is, draait je verwarming minder efficiënt. Hiermee kan je tot 107 euro per jaar besparen. Energie Audit Verslag pagina 15