MENSEN ZIJN LUI BOVENBOUW

Vergelijkbare documenten
MENSEN ZIJN LUI ONDERBOUW

René van der Velde. met tekeningen van Georgien Overwater. Uitgeverij Ploegsma Amsterdam

Tommie, Dik en Esmeralda

Ik keek naar haar oren. Van dichtbij zagen ze er nog wat zachter en hariger uit dan van veraf. En ze bewogen. Terwijl Ariane de rest van haar kop

2

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

Edward van de Vendel Toen kwam Sam. Met tekeningen van Philip Hopman

Niemand op mijn kerstfeest

JURG EN DE MENSEN. Thijs Goverde. gebaseerd op de oude verhalen De zeemeermin van Muiden en De zeemeermin van Westerschouwen

ACTIVITEIT 1 : Verhaaltje «Joris en de Ikkietikkietijd»

Lust ik niet! Junior. groep 1/2/3/4


MESSEN IN HENNEN. David Harrower. Vertaling Tom Kleijn ********** PERSONEN:

De jongen die niet griezelen kon

Een buik van wol. Tom! Tom! Cato kwam hard aan rennen. En zei: vandaag word mevr. Catharina. 90 jaar en ik wil haar een heel mooi cadeau

Geschreven voor Ivy en Tess. met hun woordje Brompeltje

Ik ben geen vis! riep hij nu tegen Konijn. Dat was tenminste al een opluchting. Hij ging zitten en staarde wat voor zich uit. Nee, zei Konijn breed

Het leukste boek. De strijd om CC. Iris Penninga

Het Verloren Ei. Geschreven door. Judie McEwen Illustraties van. Dick Rink

Ankie. het meisje uit de bossen van Karoetsja. Antoon Kersten ooit geschreven voor zijn kleindochter Karin. blad 1

Kikker in de kou. geschreven door Max Velthuijs

gans e n broer Moeyaert Dendooven met tekeningen van

Hansje en Fransje. F.A. Haak-Ochsendorf. Zie voor verantwoording:

Extra Materiaal groep 1-2

Toen ze opkeek, zag ze dat ze niet meer alleen was. Bij de koeien stond een jongen met een stok. Hij had blond haar, dat rood leek in het late

"Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5"

\C-o. Hansje en Fransje wonen boven op een berg Naar boven is het sjouwen, maar naar beneden is het niet erg.


We bespieden de Watergeest

De kleine draak vindt het drakenland Iris Kater. Vandaag wil ik jullie iets vertellen over een kleine draak.

Tik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak.

WOUTER KLOOTWIJK ANNE, HET PAARD EN DE RIVIER MET ILLUSTRATIES VAN ENZO PÉRÈS-LABOURDETTE LEOPOLD / AMSTERDAM

Nooit had zijn moeder over haar vader gesproken en nu hij dood was, moest ze de hele dag huilen.

Vlinder en Neushoorn

2016 Marianne Busser en Ron Schröder 2016 Illustraties: ivan en ilia 2016 Moon, Amsterdam Ontwerp omslag en binnenwerk: Petra Gerritsen

Toen ze buiten stond, knipperde Sabien met haar ogen. Overal zag ze sneeuw en ijs, zelfs op de vijver en op de heuvel.

DE TIJD VOOR DE GEK ONDERBOUW

H utnieuws

Saskia en Jeroen In de lente

Televisie. binnenwerk_herrie 64 pagina s inclusief schutbladen_ indd 4

klasniveau Het verhaal Tekening 1 Tekening 4 Tekening 5 Tekening 2 Tekening 6 Tekening 3

Het olifantenboekje. het eigenwijze Fantje. C.A. Leembruggen. Zie voor verantwoording:

Het Drakenfeestje Tekst Mathias Dellaert Illustraties Siri Austvik

De eekhoorn. œ œ œ œ œ. Ó Œ œ œ. œ œ œ œ. œ j. œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ Œ. œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ. œ J. - hoorn, de eek - hoorn eet.

Mirjam Oldenhave. Mees Kees. Op de kast. Met illustraties van Rick de Haas. Uitgeverij Ploegsma Amsterdam

Hoofdstuk 14 Botsingen

Het Drakenfeestje. Tekst Mathias Dellaert Illustraties Siri Austvik

't gummybeertje le journal D' Hoge School redactie: Tom & Senne jaargang 3 nr. 7 frankieweyns@hotmail.

Spreekbeurt Dag. Oglaya Doua

uitgeverij luitingh-sijthoff

Klein Kontakt. Jarigen. in april zijn:

Wie maalt om de molens?

Joep van Deudekom. 10 tegen 1. Tekeningen Michiel van de Vijver. Leopold / Amsterdam

In de ene hand draagt hij een koffer, in de andere een kistje. Bok is de nieuwe buurman van Kip. Hij is een professor, zegt Kat. Iemand die heel veel

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.

De gelukkige olifant

Water Egypte. In elk land hebben mensen hun eigen gewoontes. Dat merk je als je veel reist. Ik zal een voorbeeld geven.

Zombie! Tommy Donbavand. Met tekeningen van Tom Percival

Ook van René van der Velde: Stijn, uitvinder! Stijn, uitvinder: Bommetje!

Licht Een vertelling

OPGELEGDE TEKSTEN DERDE JAAR (EERSTE JAAR TWEEDE GRAAD) Drama

Mapje en Papje in het Hazenbosch

De gans en zijn broer

Themalied Levensadem Levensadem

Bijbellezing: Johannes 4 vers Zit je in de put? Praat es met Jezus!

De eekhoorn kon niet slapen. Hij liep van zijn deur om zijn tafel heen naar zijn kast, bleef daar even staan, aarzelde of hij de kast zou opendoen,

Tot kijk. Sylvia Vanden Heede met tekeningen van Thé Tjong-Khing

DE NAAM JON FOSSE. NAMNET (1995) Een toneelstuk. Vertaling Tom Kleijn ********** PERSONEN. Meisje Jongen Zus Moeder Vader Bjarne ***********

Het paaltje van Oosterlittens Er stond weer een pot met bonen! Elke avond kreeg de schoenmaker van Oosterlittens bonen te eten. Maar de schoenmaker

Mirjam Oldenhave. Mees Kees. De rekenrap. Met illustraties van Rick de Haas. Uitgeverij Ploegsma Amsterdam

NAAM. Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever.

Ander werk van Wolf Erlbruch bij Querido. Ander werk van Bart Moeyaert

De magische deur van KASTEEL013

Het apenboekje. drie stoute aapjes. C.A. Leembruggen. bron C.A. Leembruggen, Het apenboekje. W. van Hoeve, Deventer 1944.

OP het bord dat uit de sneeuw stak, stond:

Face-bookvrienden *** Uitgeverij.

Kinder Woord Dienst van Oase. Elke keer dat je komt, krijg je een Bijbel verhaal, Ze verschijnen ook op de Oase website.

Voor Indigo en Nhimo Papahoorjeme_bw.indd :02

De ijsmuts van Prins Karel

Titel van de sketch: WAAR ZIJN DE KADOOTJES?

Met de koets naar Dromenland

BART MOEYAERT DE MELKWEG

eerste communieproject H. Theobaldusparochie, Overloon Hoofdstuk 6 Het leven kan een feest zijn

Het Bazzeroet journaal

Jan Klaassen en Katrijn in Afrika door Nellie de Kok. Samenvatting

Het tweede avontuur van Broer Vos en Broer Konijn

Eerste druk, april Piety Alkema Illustraties: Studio Roede te Grootegast en Piety Alkema

Hoofdstuk 1. De eerste dag op een nieuwe school met een nieuw begin

Starttest. nee. nee. nee. nee. nee. nee. nee. Doe voorafgaand aan het verhaal de starttest. Kruis hieronder aan wat jij denkt.

De hoed van Oom Nacho

Weg met die krokodil!

Hoe de Koning een kater kreeg van D. blom

Er waren eens vier kleine konijntjes. Ze heetten Flopsie, Mopsie, Wipstaart

Eerste druk, Arinka Linders AVI E5 M6 Illustraties: Michiel Linders

Verhaal spel; Ratten en Raven

rijm By fightgirl91 Submitted: October 17, 2005 Updated: October 17, 2005


Een van de agenten komt naar hem toe. Nou, het is me het dagje wel, zegt hij. Nu zijn er toch rellen in de stad.

ISBN Daniel Nesquens Sergio Mora Tattoo-papa De Vier Windstreken. De Vier Windstreken

Mees Kees. Dit grote. doeboek is van. Naam. Straat Continent. Woonplaats Hemellichaam. Land. Melkweg. Pincode! Dat mag niet. Postcode dan?

Transcriptie:

MENSEN ZIJN LUI BOVENBOUW Thijs Goverde 1

Mensen zijn lui Het was de eerste koude dag van de herfst. Spinnendraden hingen glinsterend tussen de bomen en iedereen die ademde, blies rook uit als een draak. Alles in de wei was nat en koud. Behalve Bles. Bles was zo warm dat ze dampte, want ze had net anderhalf uur gelopen. Lekker, zei Fik de hond. Mag ik erbij komen staan? Hij moest het drie keer vragen, want Bles was een beetje doof. Je doet maar, zei Bles toen ze hem eindelijk verstond. De hond sprong de wei in, en even flitste er een schicht van angst door het paardenhoofd. Een gevoel van duizenden jaren geleden, toen de wolven nog joegen op de voorouders van de paarden. Op de steppen van Rusland. Bles wist daar niets van, van Rusland en jagen, en Fik ook niet, maar het gevoel was er nog. Heel eventjes. Fik ging tussen Bles poten liggen en koesterde zich. Ik heb mijn wintervacht nog niet, klaagde hij. En ik mag ook niet in het huis, bij het vuur. Hmf, deed Bles. Was ik maar een mens, mompelde Fik. Dan kon ik een vuur maken. Mensen kunnen alles. Wat zeg je? Alles, schreeuwde Fik. Dat mensen alles kunnen! Bles snoof laatdunkend. Mensen kunnen niks, bromde ze. Ze kunnen geeneens een wintervacht krijgen. Wij wel. Maar ik heb m nog niet, jammerde Fik. Ren dan een paar keer de wei rond, zei Bles. Dan heb je t zó weer warm. Jottum! Goed idee! Even was het stil. Je hoorde alleen het geluid van rennende hondenpoten en een hele hoop gehijg. 2

Lekker, zei Fik toen hij terugkwam. Hij nestelde zich weer tussen Bles poten. Het was zachtjes gaan regenen, en hij gebruikte haar als afdakje. Rondjes rennen om warm te worden, zei Bles bitter. Dat doen mensen dus ook niet. Haar toon beviel Fik niet. Mensen zijn fantástisch, zei hij streng. Ach, hou toch je muil, stomme hond. Mensen zijn verschrikkelijk. Verschrikkelijk lui. Hebben ze het koud? Dan rennen ze geen rondjes, hoor! Nee, ze stoken een vuur en ze gaan er doodstil voor zitten. En op dat vuur koken ze ook nog hun eten. Zodat hun maag niet zo hard hoeft te werken... Nou vraag ik je! Ze zijn zelfs te lui om hun eten te verteren! En als er op het land gewerkt moet worden, wie trekt er dan de ploeg? Ik! En als het lijnzaad rijp is, wie trekt er dan de KAR naar de molen? Alweer ik! De m len, zuchtte Fik dromerig. Jaaaah, de molen! Wat een knappe uitvinding is dat hè? De mensen zijn wel slim, Bles, dat moet je toegeven. Ze kunnen álles. Met een molen. Graan malen, hout zagen, papier maken ze kunnen zelfs meren droog maken, met hun molens! Nou, en als ze dan het zware werk laten doen door de wind, of door het water van de beek wat dan nog? Dat is toch juist slim? Ik verstond je niet, zei Bles. Slim! brulde Fik. Dat het slim is! Om de wind het werk te laten doen! Of het water! Water? vroeg Bles geërgerd. Wat nou, water? 3

De watermolen! gilde Fik. Bij de beek! Bij de bee-heek! Waar ze papier maken! Ik weet wel wat een watermolen is, bromde Bles. Maar ik hád het niet over de watermolen bij de beek. En ook niet over de op de heuvel. Ik had het over de rosmolen. Waar ze olie uit het lijnzaad malen. En die wordt niet door de wind of de beek bewogen, maar door een ros. En een ros is een paard. En je mag drie keer raden wie het paard is. Ben jij dat? vroeg Fik vol bewondering. Mag jij in een echte molen lopen? Bles gaf geen antwoord. Vol walging draaide ze haar hoofd weg. Wat haar betreft was het gesprek afgelopen. Maar Fik draafde achter haar aan, toen ze die middag weer moest. Van de boer mocht het, zolang hij niet in de kollergang kwam. Het was lekker warm in de R SM LEN, want daar brandt altijd een vuur om de olie warm en vloeibaar te maken. Ademloos keek Fik naar de grote tandwielen en de immense assen die door Bles in beweging werden gebracht. Wat was dat toch knap allemaal! Wat waren de mensen toch slim! Maar al snel zocht hij een veilig heenkomen, want de boer verschoof een hendel en ineens begon de machinerie enorm veel lawaai te maken. Geen wonder dat Bles zo doof is, dacht Fik. Drie weken later bracht hij het paard weer een bezoekje. Hij vertelde over de fabriek die de boeren hadden gebouwd. Een fabriek om kaas te maken. 4

...en al het werk wordt door één machine gedaan! Een stoommachine, waar steenkool in moet. Goed, he? Hmf, deed Bles. Weet je wát goed zou zijn? Als de rosmolen op steenkool ging, zodat ik niet meer elke dag al die rondjes moest lopen. Ach, jij met je gezeur, zei Fik. Ik ben dol op al die machines. Ze worden steeds knapper. Ik ben toch zo benieuwd wat er ná die stoommachine komt! Nog geen drie weken later rende Fik juichend naar Bles: Een nieuwe machine! De Boer heeft een nieuwe machine gekocht! Ik zag een groot wiel en stampers en Op dat moment riep de Boerin: Fik! Hier komen! Blij blaffend holde Fik naar de schuur. Hij mocht het zien, het nieuwe wonder! Hoera! Het bleek een KARNT N te zijn, waar je boter mee kunt maken. Er zaten twee stampers in de ton, en die zaten heel knap vastgemaakt aan een groot, breed wiel. Als het wiel ging draaien, werd de boter vanzelf gekarnd! Nou jaaaa! Knap hoor. Nieuwsgierig snuffelde Fik aan het wiel. Wat zou deze machine in beweging brengen? Wind? Water? Steenkolen? Nee, vast iets nieuws, iets moderns Benzine? Ja Fik, lachte de Boerin. Da s een mooi ding, he? Is nog van mijn opa geweest. Ik had m al veel eerder moeten installeren Nu kun jij eindelijk ook eens wat nuttigs doen, hier in huis! En hup, ze tilde hem op en zette hem in het wiel. En nou lopen, beest! En Fik liep. Hij liep maar door en door, net zo lang tot hij dacht: Bles had gelijk. Mensen zijn verschrikkelijk lui behalve in het verzinnen van nieuwe manieren om alles en iedereen voor hen te laten werken! einde 5