Deel 3: Verkeerskundig beleid
Inhoud Internationaal beleid Europees beleid Federaal beleid Regionaal beleid Provinciaal beleid Gemeentelijk beleid
Algemeen Mobiliteitsbeleid = complex Wordt bepaald op verschillende schaalniveaus en hangt samen met verschillende andere bevoegdheidsdomeinen (ruimtelijke ordening, milieu, economie, tewerkstelling, innovatie, ) Rol van het Europees beleid wordt steeds belangrijker Bindende richtlijnen, verordeningen en adviserende mededelingen Lidstaten zijn verantwoordelijk voor tijdige en correcte omzetting naar eigen richtlijnen
Zesde staatshervorming m.b.t. wegvervoer Verkeersreglement blijft federale materie, maar de gewesten worden bevoegd voor: het bepalen van de snelheidsbeperkingen op de openbare wegen (behalve autosnelwegen); de regelgeving m.b.t. het plaatsen van verkeerstekens (verkeersborden, verkeerslichten, wegmarkeringen) en de technische eisen, met inbegrip van de controle op de verkeerstekens, behalve de verkeerstekens met betrekking tot douanestroken, aan overwegen en kruisingen met spoorwegen en op de militaire wegen; de regelgeving m.b.t. de maximaal toegelaten massa en massa s over de assen van voertuigen die gebruik maken van de openbare weg. Inclusief de ladingzekering, de afmetingen en de signalisatie van de lading;
Zesde staatshervorming m.b.t. wegvervoer De gewesten worden bevoegd voor: het toezicht op de naleving van de technische federale voorschriften voor voertuigen m.b.t. hun inverkeersstelling en de technische keuring van voertuigen in toepassing van de federale normen. Belangrijk hierbij is dat de natuurlijke personen en de rechtspersonen die gevestigd zijn in een gewest vrij zijn om hun voertuig te laten controleren in een centrum voor technische keuring dat in een ander gewest ligt; de homologatie van radars en andere instrumenten; de bevordering, de sensibilisering en informatie m.b.t. verkeersveiligheid
Zesde staatshervorming m.b.t. wegvervoer De gewesten worden bevoegd voor: de rijscholing en rijexamens, met inbegrip van de organisatie en erkenningsvoorwaarden van rijscholen en examencentra, en de controle op de rijgeschiktheid van bestuurders en kandidaat-bestuurders met verminderde functionele vaardigheden. De federale overheid blijft bevoegd voor het bepalen van de kennis en de vaardigheden die nodig zijn voor het besturen van voertuigen. De inwoners van een gewest zijn vrij om een rijschool of examencentrum te kiezen dat in een ander gewest ligt;
Zesde staatshervorming m.b.t. wegvervoer De gewesten zullen voor deze overtredingen ook de opbrengsten uit onmiddellijke inningen, geldboeten en minnelijke schikkingen ontvangen. De gewesten worden ook bevoegd om de administratieve en strafrechtelijke sancties te bepalen voor overtredingen van de geregionaliseerde verkeersregels.
Bevoegdheden Europees/internationaal Voertuignormering Concurrentiebeleid Rijopleiding Federaal Verkeersreglementering (wegcode) deels* Fiscaal beleid Spoorbeleid Delen van luchthavenbeleid (bv. vergunningen) Delen van maritiem beleid (bv. Vergunningen) Handhavingsbeleid deels* Sanctioneringsbeleid deels* * = voor niet geregionaliseerde bevoegdheden
Bevoegdheden Vlaanderen Planningsbevoegdheden (ruimtelijke ordening, mobiliteit, verkeersveiligheid, ) Aanleg, onderhoud en beheer infrastructuur (autosnelwegen, gewestwegen, waterwegen, luchthavens, zeehavens ) Sturing van het verkeer (DVM) Openbaar vervoer over de weg (VVM-DeLijn) Provincies (wijziging sinds Vl. Regeerakkoord 2014) Vanaf 1 januari 2014 gaat hun aandacht in principe uit naar de grondgebonden materies zoals ruimtelijke ordening, mobiliteit, leefmilieu en economie. Deze beleidsdomeinen stoppen niet aan de grenzen van een gemeente of hebben wegens belangenconflicten nood aan een bovenlokaal bestuur. De provincies verliezen echter hun bevoegdheden op vlak van niet-grondgebonden materies zoals cultuur, welzijn, sport en jeugd.
Bevoegdheden Gemeentes Planningsbevoegdheden (ruimtelijke ordening, mobiliteit, ) Handhaving op gemeente en gewestwegen Infrastructuur (aanleg en onderhoud van gemeentewegen) Afleveren van vergunningen Aanvullende reglementen op de wegen Parkeerbeleid
Algemene beleidskaders Op Europees niveau Europees witboek (2011-2020) Stappenplan voor een interne Europese vervoersruimte werken aan een concurrerend en zuinig vervoerssysteem Europees groenboek Bedoeling om discussie over een specifiek onderwerp te bevorderen. Bijv. Groenboek stedelijke mobiliteit (2007) Groenboek Trans Europese Netwerken (2009)
Algemene beleidskaders Op Europees niveau Enkele voorbeelden: Bindende bepalingen Trans-Europese Netwerken (TEN): toekomstbeeld van kwalitatief hoofdwegennet, spoorwegennet, waterwegennet en luchthavens met bijhorende specificaties zoals comfort, veiligheid, doorstroming, etc. Milieuperformantie van wagenpark (vanaf 2020 gemiddeld 95gr CO2 voor nieuwe wagens) Verkeersveiligheidsmanagement van weginfrastructuur Veiligheid in tunnels Grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over verkeersveiligheidsgerelateerde verkeersovertredingen
Algemene beleidskaders Op Federaal niveau Federaal plan inzake duurzame ontwikkeling (2009-2012) Algemene Beleidsnota Mobiliteit (2014) 3de Staten-Generaal Verkeersveiligheid (2011) Federaal regeerakkoord (2014) Op Vlaams niveau Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen 2011 Ontwerp Mobiliteitsplan Vlaanderen 2014 Pact 2020: Vlaanderen in Actie Vlaams regeerakkoord (2014-2019) Ontwerp Vlaams Klimaatbeleidsplan (2013-2020) Milieubeleidsplan (2011-2015) Vlaams jeugdbeleidsplan (relatie openbaar vervoer en onderwijs) Vlaams ouderenbeleidsplan (collectief vervoer, vervoersarmoede, ) Beleidsbrief Mobiliteit en Openbare Werken Op Provinciaal niveau Provinciale ruimtelijke structuurplannen
Specifieke beleidskaders Europees Towards a European Road Safety Area (2010-2020)
Specifieke beleidskaders Vlaanderen Beleidsnota/Beleidsbrief Mobiliteit Decreet basismobiliteit Decreet betreffende het mobiliteitsbeleid (2009) BVR tot bepaling van de nadere regels betreffende de organisatorische omkadering, de financiering en de samenwerking voor het mobiliteitsbeleid (2013) Mobiliteitsvisie 2020 De Lijn Ontwerp Vlaams Totaalplan Fiets (2002) Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen (2008) in herziening
Instanties Europees Directoraat Generaal Mobiliteit & Transport (DG MOVE) Directoraat Generaal Energie (DG Energy) Europese Commissie
Instanties Federaal NMBS holding: sinds 2005 is het vroegere NMBS (1926) opgesplitst in 3 overheidsbedrijven (ondernemingen van publiek recht) ingevolge de Europese liberalisering NMBS holding: moedervennootschap, belast met gemeenschappelijke opdrachten zoals personeelsbeleid, informatica en financiële consolidatie NMBS: exploitatie van reizigers- en goederenvervoer Infrabel: beheerder van de spoorinfrastructuur Sinds 1 januari 2014: 2 spelers, een spooroperator (NMBS) en een infrastructuurbeheerder (Infrabel)
Instanties NMBS: exploitatie reizigers- en goederenvervoer Beheerscontract met de Staat bepaalt niveau waarop de openbare dienstverlening moet gebeuren (uitbating stations, net, stopplaatsen, frequentie en kwaliteit dienstverlening, tariefbeleid, etc.) Ondernemingsplan bepaalt de strategie die beoogd wordt op het behalen van de exploitatiedoelstellingen Opdrachten van openbare dienst: Binnenlands vervoer van reizigers Grensoverschrijdend vervoer van reizigers tot kort over de grens Prestaties ten behoeve van de natie Commerciële activiteiten goederenvervoer
Instanties Infrabel: beheerder van de spoorinfrastructuur Bouw & onderhoud van het spoorwegennet Uitbouwen van de spoorinfrastructuur (GEN, HST, Diabolo, ) Garanderen van de veiligheid via modernisering van de infrastructuur Treinverkeer coordineren Organisatie van het treinverkeer in realtime Toegang tot het netwerkverlenen Ter beschikking stellen van de infrastructuur aan spoorwegondernemingen Bepalen van de vergoedingen voor het gebruik van het netwerk
Instanties Federaal BIVV: Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid volgens zesde staatshervorming deels over te dragen naar de regio s (bv. campagnes, rijgeschiktheid,..) Onderzoekscentrum voor de Wegenbouw (OCW): expertises, handleidingen, meetmethoden, opzet kwaliteitssystemen wegenbouw, etc. FOD Mobiliteit
Instanties Vlaams Departement Mobiliteit en Openbare Werken: ondersteunt de minister actief bij de beleidsvoering, zowel voor mobiliteit en verkeersveiligheid als voor investering, beheer en exploitatie van de transporten de haveninfrastructuur Agentschap wegen en verkeer: beheer en onderhoud van autosnelwegen en gewestwegen en de organisatie van het verkeer daarop NV Waterwegen en Zeekanaal: beheert de bevaarbare waterwegen en heel wat van de gronden erlangs in het westen en centrum van Vlaanderen NV De Scheepvaart: beheert en exploiteert het Albertkanaal, de Kempense kanalen, de Schelde- Rijnverbinding en de Grensmaas (Noorden-Oosten van Vlaanderen) Vlaamse vervoersmaatschappij De Lijn: organisatie van het stads- en streekvervoer met bus en tram in Vlaanderen
Instanties De Lijn (Vlaams gewest), TEC (Waals gewest, MIVB (Brussels Hoofdstedelijk gewest) De Lijn (opgericht in 1991): Autonoom overheidsbedrijf Commerciële naam voor de Vlaamse Vervoers Maatschappij (VVM) Opdracht: stads- en streekvervoer met bus en tram in Vlaanderen Dotatie van de Vlaamse Overheid, geregeld via een beheersovereenkomst die de afspraken vastlegt m.b.t. dienstverlening (vervoeraanbod, tarieven, ) Tariefsysteem: Buzzy pas (-25j), Omnipas (25-64j), gratis MOBIB 65+ Derdebetalersysteem, werkgeversbijdrage Basismobiliteit, Netmanagement
Instanties Vlaams Beheersmaatschappij Antwerpen mobiel (BAM) (2003): realisatie van het Masterplan 2020 en de coördinatie van de verschillende projecten Mobiliteitsraad Vlaanderen (MORA): adviseert de Vlaamse Regering en Vlaams Parlement over de hoofdlijnen van het mobiliteitsbeleid, de voorontwerpen van decreet en strategische besluiten. Om de vijf jaar maakt de MORA een mobiliteitsrapport op met een analyse van de mobiliteitsproblematiek op middenlange termijn Vlaamse Stichting Verkeerskunde (VSV): Opstellen van programma's, organisatie en coördinatie van opleiding, bijscholing en permanente vorming inzake verkeerskunde. Stimuleren van wetenschappelijk onderzoek en universitair onderwijs inzake verkeerskunde. Adviseren van het Vlaams Parlement en de Vlaamse Regering inzake verkeerskunde.
Instanties Vlaams Steunpunt Verkeersveiligheid: beleidsondersteunend wetenschappelijk onderzoek op het vlak van Verkeersveiligheid Steunpunt Goederenstromen: beleidsondersteunend wetenschappelijk onderzoek op het vlak van goederenstromen Vlaams Instituut voor Mobiliteit (VIM): Vlaamse competentiepool die innovatieve mobiliteitsprojecten bij bedrijven ondersteunt Vlaams Instituut voor de Logistiek (VIL): Vlaamse competentiepool die innovatieve logistieke projecten bij bedrijven ondersteunt Flanders Drive: Vlaamse competentiepool die innovaties in de voertuigindustrie ondersteunt (voortaan onderdeel SOC Maakindustrie)
Decreet betreffende het mobiliteitsbeleid (2009) Doelstellingen 1. de bereikbaarheid van de economische knooppunten en poorten op een selectieve wijze waarborgen; 2. iedereen op een selectieve wijze de mogelijkheid bieden zich te verplaatsen, met het oog op de volwaardige deelname van eenieder aan het maatschappelijk leven; 3. de verkeersonveiligheid terugdringen met het oog op een wezenlijke vermindering van het aantal verkeersslachtoffers; 4. de verkeersleefbaarheid verhogen, onafhankelijk van de ontwikkeling van de mobiliteitsintensiteit; 5. de schade aan milieu en natuur terugdringen onafhankelijk van de ontwikkeling van de mobiliteitsintensiteit
Decreet betreffende het mobiliteitsbeleid (2009) Bijkomend: 1. het STOP-beginsel, op grond waarvan de volgende rangorde wordt gerespecteerd voor de wenselijke mobiliteitsvormen : a) de voetgangers (Stappers); b) de fietsers; (Trappers) c) het collectieve vervoer (Openbaar vervoer); d) het individueel gemotoriseerde vervoer (Personenwagen); 2. het participatiebeginsel, op grond waarvan aan de burgers vroeg, tijdig en doeltreffend inspraak wordt verleend bij het voorbereiden, het vaststellen, het uitvoeren, het volgen en het evalueren van het mobiliteitsbeleid.
Decreet betreffende het mobiliteitsbeleid (2009) Grote inhoud: 1. Mobiliteitsplanning op Vlaams niveau Tijdshorizon Voor een periode van 10 jaar, met een tijdshorizon van 20 jaar en een doorkijkperiode (bv. 30 jaar) Opvolging Jaarlijkse verslaggeving Tweejaarlijkse voortgangsrapportage Vijfjaarlijkse evaluatie Procedures en inspraak Timing, advies MORA, openbaar onderzoek, terugkoppeling naar Vlaams Parlement Afstemming met gemeentelijke mobiliteitsplannen
Decreet betreffende het mobiliteitsbeleid (2009) Mobiliteitsplanning op Vlaams niveau (vervolg) Inhoud Informatief gedeelte een omschrijving, analyse en evaluatie bestaande mobiliteitstoestand een onderzoek naar de toekomstige mobiliteitsbehoeften van de onderscheiden maatschappelijke activiteiten een opsomming, analyse en evaluatie van de relevante voorschriften van de gewestelijke beleidsplannen, waaronder minstens het RSV, het gewestelijk milieubeleidsplan, en de relevante gewestelijke beleidsdocumenten een beschrijving, analyse en evaluatie van het mobiliteitsbeleid, de relevante beleidsplannen en beleidsdocumenten van de Europese Unie, naburige staten, de federale staat of de gewesten die een invloed hebben op de mobiliteitstoestand in het Vlaamse Gewest een omstandige omschrijving van de redelijkerwijs in aanmerking te nemen alternatieven om de gewenste mobiliteit te bereiken
Decreet betreffende het mobiliteitsbeleid (2009) Mobiliteitsplanning op Vlaams niveau (vervolg) Inhoud Richtinggevend gedeelte Gewenste mobiliteitsontwikkelingen Operationele doelstellingen Actieplan op hoofdlijnen, bestaande uit maatregelen, middelen, termijnen, prioriteiten en raakvlakken met andere beleidsdomeinen Mobiliteitsplanning op gemeentelijk niveau Tijdshorizon Kan om de 5 jaar een mobiliteitsplan opstellen met een tijdshorizon van 10 jaar en kan doorkijk van 30 jaar hebben Opvolging Wordt minstens elke 5 jaar geëvalueerd (via sneltoets) en zo nodig herzien
Decreet betreffende het mobiliteitsbeleid (2009) Mobiliteitsplanning op gemeentelijk niveau (vervolg) Inhoud Informatief gedeelte een omschrijving, analyse en evaluatie van de bestaande, lokale mobiliteitstoestand; een onderzoek naar de toekomstige mobiliteitsbehoeften van de onderscheiden maatschappelijke activiteiten; een omschrijving, analyse en evaluatie van de relatie met onder meer het Mobiliteitsplan Vlaanderen, de relevante provinciale en gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen, de provinciale en gemeentelijke milieubeleidsplannen, en de relevante provinciale en gemeentelijke beleidsdocumenten een omstandige omschrijving van de redelijkerwijs in aanmerking te nemen alternatieven om de gewenste mobiliteit op het lokale vlak te bereiken
Decreet betreffende het mobiliteitsbeleid (2009) Mobiliteitsplanning op gemeentelijk niveau (vervolg) Inhoud Richtinggevend gedeelte een beschrijving van de gewenste lokale mobiliteitsontwikkeling; de operationele doelstellingen betreffende de lokale mobiliteitsontwikkeling; een actieplan, uitgewerkt in hoofdlijnen, dat bestaat in de maatregelen, middelen, termijnen, en de prioriteiten die daarbij gelden, en, in voorkomend geval, een lijst met punten waarvoor overleg en samenwerking met naburige gemeenten wenselijk zijn. Procedures en inspraak Als geen regels worden vastgesteld voor de participatie van de bevolking en de informatievoorziening, dan minstens een openbaar onderzoek Resultaat wordt voorgelegd aan Provinciale Auditcommissie
Decreet betreffende het mobiliteitsbeleid (2009) Mobiliteitsmonitoring Meetinstrumenten Mobiliteitsindicatoren Centrale, geïntegreerde mobiliteitsdatabank managementinformatiesysteem
Mobiliteitsplan Vlaanderen Nieuwe versie 2014
Waarom Mobiliteitsplan Vlaanderen? Belangrijk voor iedereen wonen Mobiliteit is schakel tussen verschillende maatschappelijke activiteiten; Lange termijn visie (2050) nodig als basis voor fundamentele beleidskeuzes duurzame mobiliteit; Concrete doelen nodig voor 2030 om einddoel 2050 te bereiken; Nood aan maatschappelijk draagvlak en medewerking om doelen te bereiken. werken welzijn
Evoluties 2000-2010 : +14% - van 71 naar 81 miljard personenkilometers/jaar 2000-2010 : +25% - 45 miljard tonkilometer/jaar 2010-2040 : goederenmobiliteit neemt vermoedelijk sterker toe (tussen +19% en +74%) dan personenmobiliteit (tussen +3% en +15%) 2040 : 1 miljoen meer Vlamingen waarbij 1 op 4 Vlamingen ouder dan 65 Toenemende internationalisering en informatisering Nieuwe technologieën maken voertuigen slimmer, veiliger en milieuvriendelijker en energieefficiënter
Strategische doelstellingen Bereikbaarheid Toegankelijkheid Verkeersveiligheid Verkeersleefbaarheid Beperken milieu- en natuurschade GREEP UIT CONCRETE DOELEN 2030: Op congestiegevoelige wegen schommelt de gemiddelde snelheid rond de 90km/u; Binnen stedelijke gebieden reistijden met de fiets, bus en tram fors verbeteren; Het aantal dodelijke slachtoffers beperken tot maximaal 133 (op weg naar 0 - vision zero) en ook minder gewonden; Knelpunten luchtkwaliteit wegwerken langs hoofdwegen en stedelijke gebieden; Mobiliteit blijft betaalbaar voor inkomenszwakke groepen.
Operationele doelstellingen: Hoe realiseren? Samenhang en robuustheid transportsysteem verbeteren Gebruikerskwaliteit modale netwerken verhogen Transportsystemen veilig en efficiënt gebruiken Milieuvriendelijk en energie-efficiënt transportsysteem CONCRETE DOELEN 2030: De stiptheid van het openbaar vervoer sterk verbeteren: 95 % van de treinen en bussen rijdt op tijd; We zorgen ervoor dat de overstap (overslag) tussen de verschillende modi naadloos verloopt; Het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk langs gewestwegen is conform het vademecum gerealiseerd; Netwerk fietssnelwegen 15 km rond Gent, Antwerpen, Brussel; minstens 40% van de woonwerkverplaatsingen gebeurt met collectieve vervoermiddelen, te voet of met de fiets; het aantal autoverplaatsingen van minder dan 5 km is gehalveerd; het gezamenlijk aandeel van spoor en binnenvaart bedraagt minimum 30%; geluidsreducerende maatregelen genomen ter hoogte van de 100 meest gehinderde locaties; Het gebruik van voertuigen op klassieke brandstoffen gehalveerd; bij de personenwagens is aandeel elektrische voertuigen opgelopen tot 15%.
Actieplan Verkeersveilig en milieuvriendelijk inrichten en beheren Efficiënt verknopen, optimaal benutten en selectief versterken modale netwerken CONCRETE MAATREGELEN ZOALS: Waar mogelijk ontvlechten fiets- /voetgangersverkeer en gemotoriseerd verkeer; Meetcapaciteit fietsassen; Vrije tram- en busbanen; Slimme netwerken (ITS, RIS, AIS, ) Multimodale en real-time informatie; Trajectcontrole, weigh-in-motion; (Faciliteren) invoeren lage emissiezones; Wegwerken knelpuntlocaties op vlak van geluid, luchtkwaliteit, enz..; Sociale veiligheid fiets- en voetgangersinfrastructuur; Hoofdinfrastructuurnetwerken (wegen, waterwegen) inrichten conform TEN-T richtsnoeren; Gang-tot-gang vervoer voor mensen met een handicap; Betere integratie deelsystemen OV, fiets en auto; Efficiënte overstap en overslag; Stedelijke distributiesystemen.
Actieplan Verbeteren dienstverlening en komen tot sterke uitstraling Realiseren van mental shift en attitudewijziging CONCRETE MAATREGELEN ZOALS: Multimodale routeplanners; Personaliseren van reisinformatie; Verbetering toegankelijkheid voertuigen, haltes OV en routes naar knooppunten; Voordelige tariefsystemen voor inkomenszwakke groepen; Goed onderhouden netwerken (fiets- en voetpaden, wegen, waterwegen, tramnetten, enz.); Verjonging voertuigenpark De Lijn; Verbeterde beeldvorming alternatieve modi; Via promotie, marktprospectie en marketing gebruik spoor en binnenvaart promoten; Levenslang leren (veilig rijgedrag); Slimme mobiliteitsoplossingen (gedeelde mobiliteit, mobiliteitsbudget, ); Slimme kilometerheffing.
Conclusie In 2050 andere mobiliteit noodzakelijk Mental en modal shift en innovatie Gedurfde keuzes door overheid Medewerking van academische wereld, bedrijfsleven, maatschappelijk middenveld en burgers
Waar staan we nu?
PERSONENMOBILITEIT: KERNCIJFERS Personenkilometers: +14% (2000-2010) gem. jaarlijkse groei 1,3% +15% (1990-2000) gem. jaarlijkse groei 1,4% laatste tien jaar: Sterkste groei bij lichte vrachtwagens en motoren Sterke toename personenkm openbaar vervoer Afzwakking groei personenauto s Modale verdeling: Aandeel personenauto van 83% in 1990 =>81% in 2000 => 76% in 2010 42
Personenmobiliteit: personenkilometers
Personenmobiliteit: modale verdeling Aandeel meer duurzame vervoermiddelen = 25%
Personenmobiliteit: evolutie verplaatsingsgedrag
GOEDERENMOBILITEIT: KERNCIJFERS Tonkilometers +25% (2000-2010) - gem. jaarlijkse groei 2,2% +27% (1990-2000) - gem. jaarlijkse groei 2,4% laatste tien jaar: Groei lager als gevolg van economische crisis Vooral weg en binnenvaart groeien sterk Modale verdeling: Aandeel wegtransport rond de 80 % Spoor en binnenvaart sterke concurrenten van elkaar 46
Goederenmobiliteit: tonkilometers
Goederenmobiliteit: modale verdeling tonkm
Goederenmobiliteit: modale verdeling ton
GEBRUIK TRANSPORTSYSTEEM: Gemot. wegverk Voertuigkm: +8% (2000-2010) gemid. Jaarlijkse groei 0,775% +26% (1990-2000) gemid. Jaarlijkse groei 2,37% Vooral goederenvervoer kent sterke groei: aandeel economisch verkeer van 14% (1990) naar 19% in 2008 verkeer neemt toe op zowel gemeente- als gewestwegen voertuigkilometers personenauto s sterk afgezwakt: + 6% (2000-2010) t.o.v. +20% (1990-2000). Nog steeds sterke groei lichte vrachtwagens +33% (2000-2010) t.o.v. 120% (1990-2000) 50
Gemotoriseerd wegverkeer: voertuigkm
Gemotoriseerd wegverkeer: modale verdeling Personenauto s blijft dominant maar daalt van 85% in 1990 naar 81% in 1998 en 76% in 2010 Aandeel lichte vrachtwagens neemt toe van 5% in 1990 Naar 8% in 1998 Tot 10% in 2008 Aandeel zware vrachtwagens blijft stabiel (9%) Aandeel bus/autocar en motoren beperkt elk tot 1% 52
Verkeersdruk: gemiddeld aantal voertuigen
Gebruik collectieve systemen: reizigersritten Reizigersritten stads- en streekvervoer +129% (2000-2010) tegenover +14% (1990-2000) Reizigersritten spoor +50% (2000-2010) tegenover +8% (1990-2000) Vooral binnenlands vervoer groeide sterk laatste tien jaar (+50%) t.o.v. +33% bij internationaal vervoer Jaren negentig binnenlands vervoer +4% en internationaal vervoer +54% 54