Ontwerp-Omgevingsvergunning

Vergelijkbare documenten
Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. Onderdeel van de beschikking vormt de ruimtelijk onderbouwing Project Veeneiken.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning, fase 2

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning 2 e fase

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Ontwerp-Omgevingsvergunning

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning UV/

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Ontwerp Omgevingsvergunning

* *

Overige bijgevoegde documenten Onlosmakelijk onderdeel van deze vergunning zijn de bijgevoegde en als zodanig gewaarmerkte stukken.

het oprichten van een appartementengebouw Onyxdijk 167 te Roosendaal

* *

* *

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

OMGEVINGSVERGUNNING nr

* *

ONTWERP Omgevingsvergunning UV 23675

* *

en met toepassing van artikel 3.3 lid 3 van de Wabo de aanhoudingsplicht van artikel 3.3 van de Wabo te doorbreken.

* *

Omgevingsvergunning uitgebreide procedure WBD

* *

* *

Onderwerp Datum

"Omgevingsvergunning 2013, herbouw woning met bijgebouw Dorpstraat 3"

- het (ver)bouwen van een bouwwerk. - het gebruik van gronden of bouwwerken in strijd met bestemmingsplan.

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend overeenkomstig de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte documenten.

* *

Gelet op hoofdstuk 3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) zijn wij bevoegd om op deze aanvraag te beslissen.

* *

Omgevingsvergunning UV/

Overige bijgevoegde documenten Onlosmakelijk onderdeel van deze vergunning zijn de bijgevoegde en als zodanig gewaarmerkte stukken.

Overige bijgevoegde documenten Onlosmakelijk onderdeel van deze vergunning zijn de bijgevoegde en als zodanig gewaarmerkte stukken.

* *

OMGEVINGSVERGUNNING (Ontwerp)

* *

OMGEVINGSVERGUNNING. GemHG/UIT/48430 Zaaknummer: O 2017/169 Bagid.:

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend overeenkomstig de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte documenten.

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen deel uitmaken van de vergunning.

* * omgevingsvergunningomgevingsvergunning

Ontwerp omgevingsvergunning

GECORRIGEERD EXEMPLAAR OMGEVINGSVERGUNNING. GemHG/UIT/48301 Zaaknummer: O 2017/131

OMGEVINGSVERGUNNING VOORBLAD

* *

OMGEVINGSVERGUNNING. daarom besluiten wij u de gevraagde omgevingsvergunning te verlenen.

De Pirk BV. Greutelseweg 51. Ontwerp omgevingsvergunning

ONTWERP-OMGEVINGSVERGUNNING

Omgevingsvergunning. Bijgevoegde documenten De volgende bij het besluit behorende gewaarmerkte documenten worden digitaal nagezonden:

* *

* *

[ONTWERP] Omgevingsvergunning UV 31844

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend overeenkomstig de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte documenten.

Omgevingsvergunning. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit.

Omgevingsvergunning. Documentnummer: 01-CG

Gebr. van Stiphout Projectontwikkeling B.V. Postbus AA SINT-OEDENRODE. Geachte heer Merks,

Dit besluit is voorbereid volgens de procedure van paragraaf 3.3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

Omgevingsvergunning uitgebreide procedure 8241

Omgevingsvergunning

Ontwerp Omgevingsverguuning (fase 1)

Transcriptie:

Ontwerp-Omgevingsvergunning Burgemeester en wethouders van de gemeente Molenwaard hebben op 5 november 2013 van Stichting Werelderfgoed Kinderdijk een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het aanpassen van 5 bestaande steigers en het realiseren van 3 nieuwe aanlegplaatsen, Lage Boezem van de Overwaard en Lage Boezem van de Nederwaard te Kinderdijk, kadastraal bekend gemeente Kinderdijk, sectie D, nummers 202, 467 en 1037 en gemeente Alblasserdam, sectie C, nummer 5513. De aanvraag is geregistreerd onder nummer 73165. Ontwerpbeschikking Burgemeester en wethouders nemen voor/besluiten, gelet op artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, om de omgevingsvergunning te verlenen. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de in deze vergunning vermelde stukken en bijlagen deel uitmaken van de vergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend voor de volgende activiteiten: Bouwen Het gebruiken van gronden en bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan Het uitvoeren van een werk Onderdeel van de ontwerpbeschikking vormt het afwijken van: de artikelen 33.1 en 35.1 van het bestemmingsplan Buitengebied op grond van artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 1 van de Wet algemene bepaling omgevingsrecht, in combinatie met de artikelen 33.2, lid 1 en 35.3 van het bestemmingsplan. de artikelen 9.1 en 12.1 van het bestemmingsplan Landelijk gebied Alblasserdam 2006 op grond van artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 2 van de Wet algemene bepaling omgevingsrecht, in combinatie met artikel 4 van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht. De overwegingen om te komen tot dit besluit staan in de bijlage welke een onderdeel is van dit besluit. Procedure De besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.10 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. De aanvraag is getoetst aan de artikelen 2.10, 2.11, 2.12 en 2.27 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Tevens is de aanvraag getoetst aan het Besluit omgevingsrecht en de Ministeriele regeling omgevingsrecht. Gebleken is dat uw aanvraag voldoet en daarom verlenen wij / zijn wij voornemens u de gevraagde omgevingsvergunning te verlenen. Voorschriften Wij verbinden aan dit besluit voorschriften welke vermeld staan in de bijlage. Pagina 1 van 9

Overige bijgevoegde documenten De volgende documenten maken onderdeel uit van de ontwerpbeschikking: Type document Documentnaam Kenmerk Laatste versie (datum) Formulier Aanvraag omgevingsvergunning 1058921 05-11-2013 Projectomschrijving Aanleg infrastructuur t.b.v. 05-11-2013 (rondvaart) boten in de Lage Boezems Projectomschrijving Verbinding attractiepunten binnen het 05-11-2013 Werelderfgoed Kinderdijk Rapport Quickscan Flora- en Faunawet februari 2014 Mail Toelichting natuurtoets steigers 17-12-2013 Brief Toelichting op de aanvraag Tekening Overzicht locaties steigers 13100/JST/4 26-09-2013 Tekening Aanlegplaats Lage Boezem Overwaard 05-11-2013 (locatie 8) Tekening Aanlegplaats molen De Blokker 00.30-058 05-11-2013 Tekening Steigers 1423/B-04 17-02-2014 VVGB VVGB aanleg aanpassing steigers Lage Boezems in Natura 2000 Boezems Kinderdijk - Natuurbeschermingswet ODH-2014-00 67236 02-05-2014 Zienswijzen De aanvraag en de ontwerpbeschikking met bijbehorende stukken worden op grond van de Algemene wet bestuursrecht met ingang van 23 mei 2014 ter inzage gelegd. U kunt binnen zes weken na start van de ter inzage termijn eventuele zienswijzen tegen de ontwerpbeschikking indienen bij burgemeester en wethouders van de gemeente Molenwaard, postbus 5, 2970 AA te Bleskensgraaf. Voor meer informatie over deze clausule verwijzen wij u naar de bijlage. Beroepsclausule Tegen een besluit kan binnen zes weken na verzending aan vergunninghouder beroep worden aangetekend. Het beroepsschrift moet in tweevoud worden ingediend bij de Rechtbank Rotterdam, Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam. De beschikking treedt in werking nadat de termijn voor het indienen van een beroepschrift is verstreken. Het indienen van een beroepschrift schorst de werking van het besluit niet. Hebben u of derde belanghebbenden er veel belang bij dat dit besluit niet in werking treedt, dan kan een voorlopige voorziening worden gevraagd bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam, Sector Bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM te Rotterdam. Wanneer een voorlopige voorziening wordt aangevraagd treedt de beschikking pas in werking nadat hierover een beslissing is genomen. U kunt ook digitaal het verzoekschrift indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden. Deze beschikking is digitaal gegenereerd zodat een fysieke handtekening ontbreekt. Namens het college van burgemeester en wethouders van gemeente Molenwaard De heer C. Putters Teamleider Team Vergunningen Datum Besluit:datumstempel Pagina 2 van 9

BIJLAGE, behorend bij de ontwerpomgevingsvergunning, nummer 73165 De volgende voorschriften en overwegingen horen bij en maken deel uit van de ontwerpomgevingsvergunning, verleend op datum aan Stichting Werelderfgoed Kinderdijk voor het aanpassen van 5 bestaande steigers en het realiseren van 3 nieuwe aanlegplaatsen, Lage Boezem van de Overwaard en Lage Boezem van de Nederwaard te Kinderdijk, kadastraal bekend gemeente Kinderdijk, sectie D, nummers 202, 467 en 1037 en gemeente Alblasserdam, sectie C, nummer 5513. Procedureel Gegevens aanvrager Op 5 november 2013 hebben wij een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) ontvangen. Het betreft een verzoek van: Stichting Werelderfgoed Kinderdijk Overwaard 2 2961 AT Kinderdijk Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: Het aanpassen van 5 bestaande steigers en het realiseren van 3 nieuwe aanlegplaatsen. Gelet op bovenstaande omschrijving wordt vergunning gevraagd voor de volgende in de Wabo omschreven omgevingsaspecten: Bouwen Bouwwerken en het gebruiken van gronden in strijd met het bestemmingsplan Het uitvoeren van een werk Bevoegd gezag Gelet op bovenstaande projectbeschrijving, alsmede op het bepaalde in artikel 2.4 Wabo zijn wij het bevoegd gezag om de integrale omgevingsvergunning te verlenen. Een klein gedeelte van het project bevindt zich in de gemeente Alblasserdam. Omdat het project in hoofdzaak in de gemeente Molenwaard wordt uitgevoerd wordt, zijn wij voor het gehele project bevoegd gezag. Daarbij zijn wij er procedureel en inhoudelijk voor verantwoordelijk dat in ons besluit alle relevante aspecten aan de orde komen met betrekking tot de fysieke leefomgeving, zoals ruimte, milieu, natuur en aspecten met betrekking tot bouwen, monumenten en brandveiligheid. Verder dienen wij ervoor zorg te dragen dat de aan de omgevingsvergunning verbonden voorschriften op elkaar zijn afgestemd. Verklaring van geen bedenkingen Op grond van artikel 2.27 Wabo wijst het Bor of een bijzondere wet categorieën van gevallen aan waarvoor geldt dat een omgevingsvergunning niet wordt verleend dan nadat een daarbij aangewezen bestuursorgaan heeft verklaard dat het daartegen geen bedenkingen heeft. Omdat het hier een geval betreft als vermeld in artikel 47b, lid 1 Natuurbeschermingswet 1998, wordt de omgevingsvergunning niet verleend dan nadat een daarbij aangewezen bestuursorgaan heeft verklaard dat het daartegen geen bedenkingen heeft. In dit kader hebben wij onverwijld na ontvangst van de aanvraag een exemplaar daarvan toegezonden aan Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland met het verzoek om binnen 6 weken te reageren. Op 2 mei 2014 hebben wij van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland een verklaring ontvangen waaruit blijkt dat er, gelet op het belang van Stichting Werelderfgoed Kinderdijk, geen bedenkingen zijn tegen het verlenen van de gevraagde vergunning. Deze verklaring ligt gelijk met de ontwerpbeschikking ter inzage. Pagina 3 van 9

Na aanvulling ontvankelijk Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze aan de hand van de Mor getoetst op ontvankelijkheid. Daarbij is gebleken dat een aantal gegevens ontbrak. De aanvrager is hierop in de gelegenheid gesteld om aanvullende gegevens te leveren. We hebben de aanvullende gegevens ontvangen op 3 maart 2014 Hierdoor is de wettelijke procedure verlengd met 90 dagen. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag alsmede de latere aanvulling daarop voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook ontvankelijk en in behandeling genomen. Ter inzage legging Een ontwerp van deze beschikking heeft vanaf 23 mei 2014 tot en met 3 juli 2014 ter inzage gelegen en er gelegenheid is geboden om zienswijzen naar voren te brengen. Van deze gelegenheid is gebruik gemaakt. Adviezen bestuursorganen In de Wabo en het Bor worden bestuursorganen vanwege hun specifieke deskundigheid of betrokkenheid aangewezen als adviseur. Gelet op het bepaalde in artikel 2.26 Wabo, alsmede de artikelen 6.1 tot en met 6.5 van het Bor, hebben wij de aanvraag ter advies aan de volgende instanties/bestuursorganen gezonden: 1. de welstandscommissie Dorp, Stad en Land ; 2. de monumentencommissie Molenwaard ; 3. Waterschap Rivierenland; 4. gemeente Alblasserdam. Naar aanleiding hiervan hebben wij de volgende adviezen ontvangen: 1. De welstandscommissie Dorp Stad en Land heeft verklaard dat het bouwplan niet strijdig is met redelijke eisen van welstand, mits de ankerpalen zo laag mogelijk worden uitgevoerd en bij de locaties van de aanlegplaatsen rekening wordt gehouden met het feit dat de boenstoepen kunnen worden teruggebracht op de oorspronkelijke plaats (zie Gebiedsvisie); 2. De monumentencommissie Molenwaard positief is over het bouwplan, mits de ankerpalen zo laag mogelijk worden uitgevoerd en bij de locaties van de aanlegplaatsen rekening wordt gehouden met het feit dat de boenstoepen kunnen worden teruggebracht op de oorspronkelijke plaats (zie Gebiedsvisie); 3. Waterschap Rivierenland heeft positief geadviseerd over het plan; 4. De gemeente Alblasserdam heeft positief geadviseerd over het plan. Over deze adviezen merken wij het volgende op: 1. Het standpunt van de welstandscommissie nemen wij over zodat het bouwplan voldoet aan artikel 12, lid 1 van de Woningwet; 2. Het standpunt van de monumentencommissie nemen wij over; 3. Het standpunt van Waterschap Rivierenland nemen wij over; 4. Het standpunt van de gemeente Alblasserdam nemen wij over. Pagina 4 van 9

Voorschriften Aan de omgevingsvergunning zijn de volgende voorschriften verbonden: Het bouwen van een bouwwerk 1. Schriftelijke kennisgevingen Aan het team Vergunningen moet schriftelijk kennis worden gegeven van: verandering van het adres van degene onder wiens leiding het werk wordt uitgevoerd; de aanvang van de werkzaamheden, tenminste twee werkdagen tevoren; de aanvang van het inbrengen van de ankerpalen, tenminste twee werkdagen tevoren; het gereed zijn voor ingebruikgeving of ingebruikneming van het bouwwerk of een gedeelte daarvan. 2. Constructieve gegevens Ter nadere goedkeuring moeten voor zover van toepassing de volgende bescheiden uiterlijk drie weken voor aanvang van de bouw bij het team Vergunningen worden ingediend: het funderingsplan; een plan dat de dragende constructies en de constructieve gegevens weergeeft; de berekening van de dragende constructies, waaronder ook geprefabriceerde onderdelen worden verstaan. De statische berekeningen dienen berekend te worden overeenkomstig de NEN-normen genoemd in de afdeling 2.1 van het Bouwbesluit. 3. Hoogte ankerpalen De ankerpalen moeten zo laag mogelijk worden uitgevoerd. 4. Locaties aanlegplaatsen Bij de locaties van de aanlegplaatsen dient rekening te worden gehouden met het feit dat de boenstoepen kunnen worden teruggebracht op de oorspronkelijke plaats (zie gebiedsvisie) 5. Bouwbesluit, afdeling 8.2, Afvalscheiding nieuwbouw en bestaande bouw Het bouwafval moet op de bouwplaats ten minste worden gescheiden in de volgende fracties: de als gevaarlijk aangeduide afvalstoffen van hoofdstuk 17 van de Afvalstoffenlijst behorende bij de Regeling Europese afvalstoffenlijst (EURAL; Stcr. 17 aug. 2001, nr. 158, blz 9); steenwol, mits dit meer dan 1 m³ per bouwproject bedraagt; glaswol, mits dit meer dan 1 m³ per bouwproject bedraagt; overig afval. 6. Bouwbesluit artikel 8.2, Veiligheid in de omgeving Het terrein waarop wordt gebouwd moet door een doeltreffende afscheiding van de weg en van het aangrenzende open erf of terrein zijn afgescheiden. 7. Afvalwater Afvalwater van bouwketen en bouwtoiletten mag slechts worden geloosd op de gemeentelijke riolering of worden opgevangen en afgevoerd (mobiele toiletunits). 8. Nader overleg moet plaatsvinden over: de plaats van de bouwkranen/liften; de plaats van de bouwketen; de plaats van het laden, lossen en opslag materiaal; de plaats van de afvalcontainers. Bescherming Natura 2000-gebied 1. De onderdelen van de aanvraag om een omgevingsvergunning die betrekking hebben op de verklaring van geen bedenkingen (hierna vvgb) (waaronder de Quickscan, aanvulling op het ecologisch onderzoek, Toelichting op de aanvraag; omschrijving van de werkzaamheden; Kaart met overzicht locaties steigers voor rondvaartboten; tekeningen Pagina 5 van 9

bouw steigers) maken deel uit van de vvgb, tenzij de hierna aangegeven voorschriften anders bepalen. 2. De vvgb is afgegeven voor de aanleg van twee steigers in de Lage Boezem van de Overwaard en één steiger in de Lage Boezem van de Nederwaard in het Natura 2000- gebied Boezems Kinderdijk ; en voor de aanpassing van 5 bestaande steigers, waarvan 4 in de Lage Boezem van de Overwaard en één in de Lage Boezem van de Nederwaard in het Natura 2000-gebied Boezems Kinderdijk. 3. De werkzaamheden voor de aanleg van de steigers dienen buiten het broedseizoen (15 maart 15 augustus) te worden aangevangen en afgerond. 4. De bouw van de steigeronderdelen vindt plaats buiten het Natura 2000-gebied, alleen de montage van de steigers geschiedt ter plaatse. 5. De vergunninghouder dient de aanvang van de werkzaamheden uiterlijk één week voor aanvang van de werkzaamheden te melden bij de afdeling Toezicht en Handhaving, Team Groen van Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, Postbus 550, 3300 AN Dordrecht (telefoonnummer 078-770 85 85, faxnummer 078-770 85 84, e-mail: meldingnbwet@ozhz.nl) onder vermelding van de werkzaamheden. 6. Bij wijzigingen van omstandigheden (bijvoorbeeld de tenaamstelling) waaronder deze vvgb is afgegeven, dient de Omgevingsdienst Haaglanden, Afdeling Toetsing en Vergunningverlening Milieu, team Groen, Geluid, Lucht en Externe Veiligheid, Postbus 14060, 2501 GB 90602 Den Haag, e-mail: vergunningen@odh.nl hiervan terstond in kennis te worden gesteld. Overwegingen Aan de omgevingsvergunning liggen de volgende inhoudelijke overwegingen ten grondslag: Het bouwen van een bouwwerk (locaties 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8) Het uitvoeren van een werk (locatie 6) Bij het nemen van het besluit hebben wij overwogen dat: 1. uw bouwplan voldoet aan de door ons steekproefsgewijze toetsing aan de Bouwverordening 2013. 2. uw bouwplan voldoet aan de door ons steekproefsgewijze toetsing aan het Bouwbesluit. 3. locatie 1, 2, 3, 4, 5, 7 en 8 van het bouwplan in het bestemmingsplan Buitengebied valt en hierin de bestemmingen Water, Waarde-Archeologie-8, Waardecultuurhistorie en Waterstaat-Waterkering (niet voor locatie 2) heeft met de gebiedsaanduidingen vrijwaringszone-molenbiotoop 400 m (niet voor locatie 8) en milieuzone boringsvrije zone (niet voor locatie 7). 4. locatie 7 tevens de gebiedsaanduiding milieuzone-grondwaterbeschermingsgebied heeft. 5. het bouwplan voor wat betreft alle in lid 3 aangegeven locaties in overeenstemming is met de bestemming Water en voldoet aan de daarbij behorende regels. 6. het bouwplan voor wat betreft alle in lid 3 aangegeven locaties in overeenstemming is met de bestemming Waarde-Archeologie-8 en voldoet aan de daarbij behorende regels. 7. het bouwplan voor wat betreft alle in lid 3 aangegeven locaties in strijd is met de bestemming Waarde-cultuurhistorie, omdat zonder schriftelijk advies van een deskundige inzake cultuurhistorie en landschap niet mag worden gebouwd. 8. het bouwplan voor wat betreft de locaties 1, 3, 4, 5, 7 en 8 in strijd is met de bestemming Waterstaat-Waterkering, omdat deze bestemming alleen bestemd is voor voorzieningen ten behoeve van de waterkering en de aangevraagde steigers daar niet voor zijn bedoeld. 9. voor wat betreft locatie 2 er geen sprake is van de bestemming Waterstaat- Waterkering. 10. het bouwplan voor wat betreft de locaties 1, 2, 3, 4, 5 en 7 in overeenstemming is met de gebiedsaanduiding vrijwaringszone-molenbiotoop 400 m omdat de aanlegsteigers niet in strijd zijn met de regels van de gebiedsaanduiding. Pagina 6 van 9

11. voor wat betreft locatie 8 er geen sprake is van de gebiedsaanduiding Vrijwaringszone-molenbiotoop 400 m. 12. de bouwplan voor wat betreft de locaties 1, 2, 3, 4, 5 en 8 in overeenstemming is met de gebiedsaanduiding milieuzone boringsvrije zone, omdat in de regels is opgenomen dat het heien van palen is toegestaan, mits geen palen met verbrede voet worden gebruikt, en hier bij het bouwplan sprake van is. 13. voor wat betreft locatie 7 er geen sprake is van de gebiedsaanduiding milieuzone boringsvrije zone. 14. het bouwplan voor wat betreft locatie 7 in overeenstemming is met de gebiedsaanduiding milieuzone-grondwaterbeschermingsgebied en voldoet aan de daarbij behorende regels. 15. locatie 6 van het plan in het bestemmingsplan Landelijk gebied Alblasserdam 2006 valt en hierin de bestemmingen Maatschappelijk-Molen, Natuur en Water heeft. 16. het plan voor wat betreft locatie 6 in strijd is met de bestemming Maatschappelijk- Molen, omdat zonder schriftelijk advies van een deskundige inzake cultuurhistorie en landschap niet mag worden gebouwd. 17. het plan voor wat betreft locatie 6 in strijd is met de bestemming Natuur, omdat op deze bestemming geen bouwwerken mogen worden gebouwd. 18. voor het aanleggen van een steiger een aanlegvergunning is vereist. 19. de activiteit Het uitvoeren van een werk noodzakelijk is om het plan te realiseren en daarom is toegevoegd aan de aanvraag. 20. het bouwplan voor wat betreft locatie 6 in strijd is met de bestemming Water, omdat steigers uitsluitend zijn toegestaan ter plaatse van de aanduiding jachthaven. 21. door de genoemde strijdigheden uw aanvraag van rechtswege, op basis van artikel 2.10, lid 2 van de Wabo, mede is aangemerkt als een aanvraag om omgevingsvergunning voor de activiteit Bouwwerken en gebruik van gronden in strijd met het bestemmingsplan. Bouwwerken en gebruiken van gronden in strijd met het bestemmingsplan Bij het nemen van het besluit hebben wij overwogen dat: 1. op grond van artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 1 van de Wabo wij af kunnen wijken van het bestemmingsplan. 2. op grond van artikel 33.2, lid 1 en 35.3 van het bestemmingsplan bepaald is dat wij af kunnen wijken van het bepaalde in artikel 33, lid 1 en artikel 35, lid 1. 3. er aanleiding is om de afwijking te verlenen omdat: a. voor wat betreft de bestemming Waarde-Cultuurhistorie de monumentencommissie op d.d. 27 maart 2014 een positief advies heeft gegeven; b. voor wat betreft de bestemming Waterstaat-Waterkering het waterschap op 4 april 2014 een positief advies heeft gegeven; c. er privaatrechtelijk geen belemmeringen zijn. 4. op grond van artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 2 van de Wabo wij af kunnen wijken van het bepaalde in artikel 8.2, 9.1 en 12.1. 5. er aanleiding is om de afwijking te verlenen omdat: a. voor wat betreft de bestemming Maatschappelijk-Molen de monumentencommissie op 27 maart 2014 een positief advies heeft gegeven; b. voor de bestemming Natuur een positieve verklaring van geen bedenkingen is afgegeven door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland; c. voor wat betreft de bestemming Water het waterschap op 4 april 2014 een positief advies heeft gegeven; d. er privaatrechtelijk geen belemmeringen zijn. 6. er tijdens de behandeling van de aanvraag een zienswijze is binnengekomen van de heer C. den Boer te Kinderdijk 7. de zienswijze, kort samengevat, de volgende inhoud kent: a. de aanlegsteigers zijn landschap ontsierend; b. de steiger bij het perceel van de indiener van de zienswijze wordt gezien als een inbreuk op de privacy; Pagina 7 van 9

c. het voornemen tot vergunningverlening wordt gepubliceerd terwijl de steigers al zijn aangelegd; d. de steiger bij het perceel van de indiener van de zienswijze wordt oneigenlijk gebruikt. 8. de zienswijze geen aanleiding geeft om het plan aan te passen. 9. voor de volledige beantwoording van de zienswijze verwezen wordt naar bijlage PM. 10. deze zienswijze, gelet op het limitatieve karakter van de weigeringsgronden genoemd in artikel 2.10 van de Wabo, geen aanleiding kan geven tot het weigeren van de omgevingsvergunning voor deze activiteit. 11. na het afwegen van alle belangen het verlenen van de afwijking voor dit bouwplan gerechtvaardigd is. 12. tegen dit bouwplan in planologisch opzicht geen bezwaar bestaat. Bescherming Natura 2000-gebied. Bij het nemen van het besluit hebben wij overwogen dat: In het Ontwerpbeheerplan Boezems Kinderdijk is in hoofdstuk 9 (Ruimte voor toekomstige ontwikkelingen) in de paragraaf Recreatie aangegeven dat de aanwezige rondvaartboot geschikt is voor vervoer van bezoekers met een rolstoel, maar dat er tot op heden voor rondvaarten met deze groep bezoekers in het molengebied geen geschikte voorzieningen zijn. Daarom dienen er vijf bestaande steigers te worden aangepast, drie nieuwe steigers te worden aangelegd en de aansluitende infrastructuur te worden aangepast op het gebruik voor bezoekers met een rolstoel. Er is in deze paragraaf aangegeven dat voor dit project niet zondermeer geldt dat deze voldoet aan de criteria waarmee dit project vergunning vrij voor de Nbwet kan worden uitgevoerd. De gebruiksfase vormt hier geen probleem maar mogelijk wel de aanlegfase (aanpassen en aanleggen steigers) omdat de periode van uitvoering hier kritisch kan zijn. Een eigenstandige beoordeling van de effecten is dan ook aan de orde. Tijdelijke invloed Er worden 5 bestaande steigers aangepast en 3 nieuwe steigers geplaatst. De houten palen worden in de grond gedrukt (niet geheid), zodat weinig geluid wordt geproduceerd. De te gebruiken onderdelen voor de steigers (onder andere de loopvlonders en loopbruggen) worden geheel buiten het Natura 2000-gebeid gefabriceerd. Deze onderdelen worden met pontons naar de locaties binnen het Natura 2000-gebied gebracht, waar deze onderdelen vervolgens ter plaatse aan de palen en aan elkaar worden gemonteerd met gereedschap dat weinig geluid emitteert. De werkzaamheden duren naar verwachting 2 dagen per steiger. Broedvogels Doordat de werkzaamheden voor de aanleg en aanpassingen van de steigers plaatsvinden buiten het broedseizoen, is geen significante verstoring te verwachten op de in de vogelrichtlijn aangewezen broedvogels: Purperreiger (A029), Porseleinhoen (A119), Zwarte stern (A197), Snor (A292). Niet-broedvogels De Smient (A050) is in de Boezems Kinderdijk aanwezig van oktober tot maart en heeft een pleisterplaats in de plas Hoge Boezem van de Overwaard op circa 400 m van het plangebied. Op deze afstand is geen sprake van (akoestische en optische) verstoring door de werkzaamheden. De Krakeend (A051) is voornamelijk aanwezig van augustus tot november, het foerageergebied bestaat onder andere uit sloten, vaarten, begroeide oevers en vochtige weilanden, met de Hoge Boezem van de Overwaard als belangrijkste gebied voor de Krakeend. Deze plas ligt op circa 400 m van het plangebied, waar de werkzaamheden voor de aanleg en aanpassingen van de steigers zullen plaatsvinden. Door deze afstand tot het plangebied zal in Boezems Kinderdijk geen significante verstoring op de Krakeend optreden. De Slobeend (A056) is het jaarrond aanwezig, maar de meeste Slobeenden zijn in april en augustus aanwezig en leven in en om de plas Hoge Boezem van de Overwaard, die op 400 m afstand van het plangebied ligt. Door de grote afstand tot het plangebied zal in Boezems Kinderdijk geen significante verstoring op de Slobeend optreden. Pagina 8 van 9

In de kleine plassen en watergangen nabij het plangebied zouden foeragerende vogels mogelijk kunnen worden verstoord. Het betreft echter een zeer kleine oppervlakte van het totale foerageergebied en de werkzaamheden vinden plaats in een gebied waar ook veel toeristen langs komen lopen of fietsen en duren slechts enkele dagen. Er is voldoende ruimte en voedsel in het Natura 2000-gebied aanwezig, zodat vogels bij verstoring elders in het gebied kunnen uitwijken om te foerageren, om na afloop van de kortdurende werkzaamheden terug te keren. De werkzaamheden hebben geen invloed op de draagkracht van het Natura 2000-gebied voor de niet-broedvogels. Permanente invloed Er zal gebruik worden gemaakt van elektrische rondvaartboten (geschikt voor vervoer van bezoekers met een rolstoel) met een zeer laag geluidsniveau. De huidige boot met brandstofmotor wordt omgebouwd tot een elektrisch aangedreven vaartuig en produceert daarna dus nog minder geluid. Daardoor wordt eventuele verstoring door de boten veroorzaakt door het geluid van pratende mensen en optische verstoring. In het Ontwerpbeheerplan Boezems Kinderdijk is in hoofdstuk 7 (Beoordeling huidig gebruik) in de paragraaf Recreatie binnen Natura 2000 aangegeven dat de recreatievaart op de Lage Boezems (locatie van de rondvaarten) is onderzocht met een passende beoordeling. In dit onderzoek is voor de recreatievaart uitgegaan van het geluidsniveau van groepen pratende mensen. Uit de passende beoordeling blijkt dat (significant) negatieve effecten op de instandhoudingsdoelstellingen (broedvogels en niet-broedvogels) door de recreatievaart op de Lage Boezems zijn uitgesloten. Aandachtspunten 1. Beroep Na het verstrijken van de beroepstermijn (6 weken) mag u starten met uw vergunde activiteit. Is er een beroepschrift ingediend dan kunt u de beslissing op het beroep afwachten. U loopt namelijk een risico wanneer u eerder gaat starten met uw werkzaamheden. De uiterste consequentie van een ingesteld beroep kan zijn dat de omgevingsvergunning wordt vernietigd. Wij adviseren u vooraf met degene te overleggen van wie een beroepschrift verwacht wordt en/of te overleggen met de behandelend ambtenaar. Wanneer bij de rechtbank een verzoek om een voorlopige voorziening wordt ingediend heeft u geen keuze en mag u (gedeeltelijk) geen werkzaamheden uitvoeren. De omgevingsvergunning treedt niet eerder in werking nadat hierover een beslissing is genomen. 2. Bodem Grond die tijdens de bouwwerkzaamheden vrijkomt kan op de locatie worden hergebruikt. Bij hergebruik van deze grond elders dienen de eisen in acht te worden genomen, zoals gesteld binnen het Besluit bodemkwaliteit of de bodembeheernota regio Zuid-Holland Zuid. 3. Intrekken omgevingsvergunning De omgevingsvergunning kan geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken wanneer er gedurende drie jaar geen handelingen zijn verricht met gebruikmaking van de omgevingsvergunning. In het geval van bouwen, aanleggen, kappen of slopen is deze termijn gesteld op 26 weken of de in de omgevingsvergunning gestelde termijn. Voorafgaand aan een eventuele intrekking zal altijd uw zienswijze worden gevraagd. U of andere belanghebbenden kunnen een verzoek indienen om de omgevingsvergunning in te trekken. 4. Rechthebbende De omgevingsvergunning kan op verzoek van degene op wiens naam de omgevingsvergunning is gesteld of zijn rechtverkrijgenden, op naam van een ander worden overgeschreven. Pagina 9 van 9