Intern memo. Projectteam Uitwerkingsplan Almere Poort - Duin 1e fase. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp



Vergelijkbare documenten
Intern memo. Projectgroep bestemmingsplan Youri Egorovweg. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Intern memo. Projectteam bestemmingsplan Staatsliedenwijk. Archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobilliteit. Gert-Jan van de Bovenkamp

Quickscan externe veiligheid t.b.v. bestemmingsplan De Hoven, De Werven en De Gouwen

Intern memo. Projectteam Sportpark Buitenhout. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Intern memo. Projectteam bestemmingsplan Almere-Pampus en Markermeer. Archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobilliteit

Intern memo. Wimbart de Kleuver. Archief afdeling ROM. Gert-Jan van de Bovenkamp

Intern memo. 1. Inleiding. Projectteam bestemmingsplan Bloemenbuurt Faunabuurt. archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobiliteit

Intern memo. 1. Inleiding. Projectteam bestemmingsplan Agrarisch gebied Buitenvaart. archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobiliteit

Intern memo. 1. Inleiding. Projectteam bestemmingsplan Waterwijk. archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobiliteit. Gert-Jan van de Bovenkamp

Intern memo. 1. Inleiding. Projectgroep bestemmingsplan Kruidenwijk Beatrixpark. archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobiliteit

Intern memo. 1. Inleiding. Projectteam bestemmingsplan Hannie Schaftpark en Fanny Blankers-Koenpark

Intern memo. 1. Inleiding. Projectteam bestemmingsplan Muziekwijk. archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobiliteit. Gert-Jan van de Bovenkamp

Intern memo. 1. Inleiding. Projectgroep bestemmingsplan Stedenwijk en Weerwater Noord. archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobiliteit

Intern memo. 1. Inleiding. Projectteam bestemmingsplan Indische Buurt. archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobiliteit

Intern memo. 1. Inleiding. Projectgroep bestemmingsplan Literatuurwijk. archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobiliteit

Intern memo. 1. Inleiding. Projectteam bestemmingsplan Centrum Almere Buiten. archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobiliteit

memo betreft: Quickscan externe veiligheid woontoren Bètaplein Leiden (120728)

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Externe Veiligheid Stationskwartier, deelgebied C

Quickscan externe veiligheid Woningbouw Merellaan te Capelle aan den IJssel

Externe veiligheid. Algemeen

Quickscan externe veiligheid

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax

Intern memo. 1. Inleiding. Projectgroep bestemmingsplan Veluwsekant, Sallandsekant en Het Atelier

Goirle, Vennerode. Onderzoek externe veiligheid. Auteur(s) drs. M. de Jonge. Opdrachtgever Woonstichting Leyakkers Postbus AB Rijen

Notitie. Onderzoek externe veiligheid Lelystad bestemmingsplan Stadsrandgebied. 1 Inleiding

Planlocatie Nuland Oost te Nuland

Bestemmingsplan Kern Roosteren. Teksten t.b.v. verantwoording groepsrisico

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 29 januari 2015

Ten behoeve van besluitvorming omtrent de mogelijk te maken ruimtelijke ontwikkeling is onderzoek verricht naar het aspect externe veiligheid.

Risicoanalyse transport Spoor en Vaarwegen

Quickscan externe veiligheid Zorglandgoed Stegerveld te Stegeren

Externe veiligheidsparagraaf. Bestemmingsplan Skoatterwald

Quickscan externe veiligheid woningbouwlocatie Beekzone in Twello

Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Quickscan externe veiligheid Landgoed 'Klein Wolfswinkel' te Renswoude

Externe veiligheidsrisico s transport gevaarlijke stoffen over het spoor. DWI-locatie, Polderweg 1 te Amsterdam

Externe Veiligheid beheersverordening Prins Hendrikpark te Baarn

Verantwoording hulpverlening en plasbrandaandachtsgebied spoor

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Verantwoording groepsrisico

Checklist Externe Veiligheid

MILIEUADVIES. Gemeente Woerden College van burgemeester en wethouders B. Wouda en C. Roodhart WOE1513.T001

Rapportage quickscan externe veiligheid

B.R01. IJsselstein Clinckhoeff - onderzoek externe veiligheid Bunnik Projekten in IJsselstein. datum: 10 oktober 2013

Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie

BUREAUSTUDIE EXTERNE VEILIGHEID BEDRIJVENTERREIN STEPELERVELD

Risicoanalyse transport spoor

Inventarisatie van risicobronnen en verantwoording Molenhoefstraat 2

Datum 18 maart 2010 Distributie Projectnummer Externe Veiligheid Klein Engelenburg te Brummen

BEOORDELING Exter n e v e i l i g h e i d B e s t e m m i n g s p l a n Z u i d - W e s t, L e i d e r d o r p 2 1 d e c e m b e r

Datum : 24 januari : Frederik Stouten. : Marcel Scherrenburg. Betreft : Paragraaf externe veiligheid BP Valburg Zuid.

Onderzoek externe veiligheid

Risicoberekeningen Schoutenstraat te Barneveld. Risicoberekeningen Schoutenstraat Barneveld

Externe Veiligheid haalbaarheidstoets Stationsstraat short stay appartementen

memo betreft: Quickscan externe veiligheid, Westzijde , Zaandam, ons kenmerk

Quickscan Externe Veiligheid uitbreiding recreatieterrein d'olde Kamp te Ansen

Quickscan externe veiligheid Centrum Vught e.o. Kwalitatieve beschouwing relevante risicobronnen

Bijlage VIII Onderzoek externe veiligheid

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel

EV rapportage N983 - Rondweg Aduard

Risicoinventarisatie externe veiligheid

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 16 maart C. Land

Externe veiligheid en 20 woningen Noordwolderweg te Bedum

datum 26 februari 2015 aan Ben van der Waal Gemeente Muiden Joris Jennen Roel Kouwen

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID INVLOEDSGEBIEDEN

Quickscan Externe veiligheid Ontwerpbestemmingsplan Bentinckspark, deelplan Kalkoven

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 3 september 2014

N307 Passage Dronten Quickscan externe veiligheid

Opdrachtgever: Contactpersoon: Uitgevoerd door: Contactpersoon: Datum: Rapportnummer: P

Gemeente Lansingerland 01 Inkomende Post d.d. 01/11/ /III IIII IIIII IIII IIIIII IIIII IIIII IIIII IIIII IIII IIII 116.

Onderzoek externe veiligheid bestemmingsplan Rivierenbuurt

Kazernelaan te Weert Quickscan externe veiligheid. Datum 2 december 2011 Referentie

Madewater en Westmade te Monster externe veiligheid. Concept

: De heer H. Draaisma : Postbus 126 : 2200 AC Noordwijk

ANALYSE EXTERNE VEILIGHEID HEIDELAAN A ERMELO

RUD Utrecht. Toetsing plaatsgebonden risico (PR) en verantwoording groepsrisico (GR) Bestemmingsplan Oog in Al

RBMII-berekeningen weg en spoor t.b.v. bp Bedrijventerrein Duurkenakker

Advies externe veiligheid

Verantwoording groepsrisico. Bestemmingsplan VOSKO, Goudse Poort gemeente Gouda

Externe Veiligheid bestemmingsplanherziening Kavel 15 Vathorst (Ierse Pond)

Intern memo. Projectgroep bestemmingsplan Centrum Almere-Stad. archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Tonnaer. De heer G. Veugen. WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax.

Dorado Beach. Externe Veiligheid. Definitief. Grontmij Nederland B.V. Arnhem, 29 oktober GM , revisie 00

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 7 december 2015

Quickscan externe veiligheid Paleisweg in Ermelo

Notitie Externe veiligheid

Externe veiligheid Bestemmingsplan Koningin Julianaplein. Datum 17 juli 2012 Referentie

Van : M.H. van der Wielen Paraaf : MW. Betreft : Verantwoording groepsrisico Tiendzone te Papendrecht

Externe Veiligheid bestemmingsplan ABC Liendert

Advies Externe Veiligheid inzake bestemmingsplan Buitenpost-Centrum te Buitenpost

risico inventarisatie Felland Haren

Datum Documentnummer Project Auteur 25 mei L.C. Luijendijk

RUD Utrecht. Toetsing plaatsgebonden risico (PR) en verantwoording groepsrisico (GR) Bestemmingsplan Paardenveld de Kade

Paragraaf externe veiligheid bij planbesluit Zijlweg 245 Haarlem met een verantwoording van het groepsrisico

Verantwoording groepsrisico. Esse-Kleinpolder gemeente Zuidplas

Inventarisatie van risicobronnen en verantwoording groepsrisico Zandleij 6 e herziening, Kuil 40.

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 21 juni L. Gelissen

Onderzoek externe veiligheid Sportpark Van den Wildenberg

Transcriptie:

Intern memo Dienst Stedelijke Ontwikkeling G.J. v.d. Bovenkamp Telefoon (036) 036 5484027 Fax (036) 036 539955 E-mail gjvdbovenkamp@almere.nl www.almere.nl Aan Projectteam Uitwerkingsplan Almere Poort - Duin 1e fase Kopie aan Archief afdeling Ruimte en Wonen Van Gert-Jan van de Bovenkamp Quickscan externe veiligheid Uitwerkingsplan Almere Poort - Duin 1e fase Externe veiligheid: Voor de productie van veel consumentenproducten zijn gevaarlijke grondstoffen nodig. Dit zijn stoffen die schadelijk kunnen zijn voor mens en milieu. Externe veiligheid gaat over het beheersen van de risico's die burgers lopen vanwege gebruik, opslag en transport (weg, water, spoor en buisleidingen) van gevaarlijke grondstoffen zoals vuurwerk, LPG en benzine. De term 'externe' veiligheid wordt gehanteerd omdat het risico van derden (de omgeving) hierin centraal staat. 1/6 Om individuele burgers tegen de risico's van het gebruik en het transport van gevaarlijke stoffen te beschermen geldt er een wettelijk basisbeschermingsniveau. Deze is vervat in het plaatsgebonden risico (PR), waarbij als grenswaarde geldt dat de kans dat iemand op een bepaalde plek overlijdt door een ongeval met een gevaarlijke stof niet groter mag zijn dan één op de miljoen per jaar. Naast de bescherming van het individu moet de kans op een groot ongeluk met veel slachtoffers expliciet worden afgewogen en verantwoord; het groepsrisico (GR). Deze verantwoordingsplicht houdt in, dat de wijziging van het groepsrisico ten gevolge van een ruimtelijk plan moet worden onderbouwd én verantwoord inclusief de mogelijkheden voor rampenbestrijding en zelfredzaamheid van personen. Hierbij is de oriëntatiewaarde een soort ijkpunt voor de omvang van het groepsrisico. Inventarisatie van risicobronnen (zie figuur op de volgende pagina): Inrichtingen: In of nabij het plangebied zijn geen risicovolle inrichtingen 1 of overige inrichtingen aanwezig, waarvoor vaste afstanden 2 gelden of waarvoor ten aanzien van het niveau van het plaatsgebonden risico grens- en/of richtwaarden van 10-6 /jaar gelden. Het uitwerkingsplan maakt de vestiging van nieuwe risicovolle inrichtingen - of overige inrichtingen waarvoor vaste afstanden gelden - niet mogelijk. 1 Een inrichting, bij welke ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen) een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. een risicoafstand moet worden aangehouden bij het in het omgevingsbesluit toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten. 2 Vaste afstanden waarmee wordt voldaan aan de gestelde grens- en richtwaarden voor het plaatsgebonden risico, op grond van o.a. het Besluit externe veiligheid inrichtingen, het Vuurwerkbesluit en de circulaire Opslag ontplofbare stoffen voor civiel gebruik.

Ook worden in het uitwerkingsplan geen beperkt 3 - en kwetsbare objecten 4 binnen het invloedsgebied 5 van risicovolle inrichtingen en/of binnen de vaste afstand van overige inrichtingen geprojecteerd. De verantwoordingsplicht groepsrisico en de adviesbevoegdheid voor de Brandweer Flevoland, over de mogelijkheden voor de rampenbestrijding en zelfredzaamheid van de bevolking in het invloedsgebied, zijn niet van toepassing voor deze risicobron. 2/6 Figuur 1: Risicobronnen in of nabij het plangebied [bron: provinciale risicokaart]. Transport: Vervoer over het water Buiten het plangebied ligt de vervoerscorridor Noord-Oost Nederland (zie bijlage, figuur 2). Deze binnenvaarweg wordt gebruikt voor het vervoer van gevaarlijke stoffen en maakt deel uit van het Basisnet Water. De route door het IJmeer/- Gooimeer (groen) is een binnenvaartcorridor zonder toetsafstand. De route door het IJmeer/Markermeer (zwart) is een binnenvaartverbinding met toetsafstand. Er liggen geen wacht- en ketelligplaatsen langs deze corridor. Het plangebied ligt op een afstand van meer dan 6 km van de route door het IJmeer/Markermeer en daarmee buiten het invloedsgebied hiervan (zie bijlage, tabel 4). De route door het IJmeer/Gooimeer is niet opgenomen in bijlage 3 van de Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (hierna circulaire RNVGS). Dit betekent volgens paragraaf 3.3. van deze circulaire, dat het plaatgebonden risico op het water kleiner is dan 10-6 per jaar. En dat het groepsrisico niet beoordeeld en verantwoord hoeft te worden, omdat de hoeveelheid gevaarlijke stoffen die over deze vaarweg wordt vervoerd niet of nauwelijks van invloed is op het groepsrisico. 3 Onder beperkt kwetsbare objecten vallen zaken zoals bedrijfsgebouwen, kantoren met een bruto vloeroppervlakte van minder dan 1.500 m2, (kleine) winkels, sporthallen, zwembaden, speeltuinen. 4 Onder kwetsbare objecten vallen zaken zoals woningen, scholen, kinderdagverblijven, bejaardenhuizen, ziekenhuizen, verpleeghuizen en kantoren met een bruto vloeroppervlakte van meer dan 1.500m2 bvo. 5 Gebied waarin personen voor de berekening van het groepsrisico worden meegenomen en waarbinnen de verantwoordingsplicht groepsrisico geldt. Het invloedsgebied begint bij de risicobron en eindigt als uitgangspunt bij de 1% letaliteitsgrens (uitgezonderd LPG tankstations).

Vervoer over de weg Buiten het plangebied op een afstand van ca. 1.000 m ligt de A6, waarover transport van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Deze weg heeft volgens bijlage 1 van de circulaire RNVGS een veiligheidszone van 0 m. Dit betekent dat het plaatsgebonden risico vanwege het vervoer op het midden van de weg niet meer bedraagt dan 10-6 per jaar. Over het hier relevante wegvak van de A6 vindt transport van onderstaande stoffen 6 plaats: 3/6 Weg DVS code Scenario LF1 LF2 LT1 LT2 GF2 GF3 A6 F001 2006/2007 1874 3540 17 45 0 892 Tabel 1 Het plangebied ligt buiten de eerder genoemde 200 m van deze transportroute, en ook buiten het invloedsgebied (zie bijlage tabel 3) van deze transportroute. Evenmin ligt het plangebied binnen het invloedsgebied van overige wegen waarover significant transport van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. De verantwoordingsplicht groepsrisico en de adviesbevoegdheid voor de Brandweer Flevoland, over de mogelijkheden voor de rampbestrijding en zelfredzaamheid van de bevolking in het plangebied, zijn niet van toepassing voor deze risicobron. Buisleidingen: Ten zuiden van het plangebied op een afstand van meer dan 1.000 m ligt een buisleiding W-533-19-KR-008. Uit eerder uitgevoerde berekeningen met het rekenpakket CAROLA is gebleken, dat deze leiding geen plaatsgebonden risicocontour (PR) van 10-6 /jaar heeft. En dat het invloedgebied ca. 190 m bedraagt. Het besluit externe veiligheid buisleidingen 7 (hierna : Bevb) is niet van toepassing. Vervoer over het spoor Buiten het plangebied op een afstand van meer dan ca. 300 m ligt de Flevolijn. Over de Flevolijn zal in de toekomst (na ingebruikname van de Hanzelijn vanaf eind 2012) transport van gevaarlijke stoffen gaan plaatsvinden. Conform het (concept) Besluit transportroutes externe veiligheid (verder Btev) en de circulaire RNVGS, geldt het volgende. Indien het plangebied waarop het ruimtelijk besluit betrekking heeft in zijn geheel op meer dan 200 m van de transportroute ligt, hoeft het groepsrisico niet te worden verantwoord, vanwege de verwaarloosbare invloed van een dergelijke ruimtelijke ontwikkeling aan de hoogte van het groepsrisico. Er geldt wel een verantwoording over de gevolgen van het voorgenomen besluit voor de mogelijkheden voor de rampenbestrijding en de zelfredzaamheid van mensen, conform Btev en circulaire RNVGS, indien het plangebied binnen het invloedsgebied van de transportroute ligt. Het plangebied ligt deels binnen het invloedsgebied (zie bijlage tabel 2) van de scenario s van het vrijkomen van brandbare gassen en giftige vloeistoffen en geheel binnen het invloedsgebied van de scenario s: het vrijkomen van giftige gassen en het vrijkomen van zeer giftige vloeistoffen. Er zijn voldoende mogelijkheden om het plangebied van meerdere zijden te bereiken en tevens voldoende mogelijkheden om het plangebied te ontvluchten. Het bestuur van de Brandweer Flevoland wordt in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen 6 De Dienst Verkeer en Scheepvaart (DVS) van Rijkswaterstaat heeft op basis van uitgevoerde tellingen in 2006 en 2007, de voor risicoberekeningen benodigde jaarintensiteiten bepaald. 7 Hieronder vallen alleen buisleidingen voor aardgas met de functie van transportleiding met een druk boven 16 bar én een doorsnede van minimaal 5 cm. Aardgasleidingen met een lagere druk en kleinere diameter staan bekend als aardgasdistributieleidingen.

over de mogelijkheden voor de rampenbestrijding en de zelfredzaamheid van mensen. Conclusies: Het wettelijk vereiste beschermingsniveau voor burgers (= plaatsgebonden risico) speelt geen rol bij dit uitwerkingsplan. De relevante risicobronnen liggen (inclusief hun plaatsgebonden risicocontour en/of daartoe vastgestelde vaste afstanden) buiten het plangebied, zodat met dit uitwerkingsplan alleen ontwikkelingen worden mogelijk gemaakt die deze milieukwaliteiteis in stand houden. De verantwoordingsplicht met betrekking tot externe veiligheid is van toepassing volgens de verantwoordingselementen in onderstaande tabel. 4/6 Risicobron Groepsrisicoverantwoording, inclusief groepsrisico berekening Verantwoording rampenbestrijding/- zelfredzaamheid Toelichting Spoor nee ja Plangebied geheel buiten 200 m. Bij incident warmte belasting in deel plangebied en toxische belasting in hele plangebied mogelijk. Er worden geen ruimtelijke en bouwkundige maatregelen in dit uitwerkingsplan getroffen om de zelfredzaamheid en bestrijdbaarheid te verhogen, voor het scenario van het vrijkomen van brandbaar gas en giftige vloeistof, voor het scenario van het vrijkomen van een toxisch gas en voor het scenario van het vrijkomen van zeer toxische vloeistof op het spoor. De brandweer Flevoland wordt in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen over de zelfredzaamheid en de mogelijkheden tot voorbereiding van bestrijding en beperking van de omvang van een ramp of zwaar ongeval.

BIJLAGE VERVOER GEVAARLIJKE STOFFEN ALMERE. Spoor: Over de Flevolijn/Hanzelijn worden volgens de 'Marktverwachting vervoer gevaarlijke stoffen per spoor', van ProRail uit 2007 de onderstaande stoffen vervoerd: 5/6 Stofcategorie Voorbeeldstof Invloedsgebied (1% letaliteit) 8 A, brandbare gassen LPG, propaan 460 m B2, giftige gassen Ammoniak 995 m C3, zeer brandbare vloeistoffen D3, giftige vloeistoffen D4, zeer giftige vloeistoffen Tabel 2 Benzine Acrylnitril Fluorwaterstof 35 m 375 m > 4.000 m Weg: Over de weg in Almere worden (in verschillende hoeveelheden) onderstaande stoffen vervoerd: Stofcategorie Voorbeeldstof Invloedsgebied (1% letaliteit) 6 LF1 Diesel 45 m LF2 Benzine 45 m LT1 Acrylnitril 730 m LT2 Propylamine 880 m GF2 n-butaan 280 m GF3 LPG, propaan 355 m Tabel 3 Water: Over het water in Almere is sprake van twee verschillende typen vaarwegen: 1. Categorie binnenvaart met frequent vervoer (zwart in figuur 2): Tabel 4 8 Volgens de concept Handleiding risicoanalyse transport, november 2011'

2. Categorie binnenvaart zonder frequent vervoer (groen in figuur 2): hier vindt weinig of geen vervoer van brandbare vloeistoffen plaats zoals de Randmeren en Hoge en Lage Vaart (overige vaarwegen met CEMT-klasse II, III, IV en hoger, niet genoemd in risico-atlas en nota mobiliteit). De bijbehorende invloedsgebieden zijn: 6/6 Stofcategorie Voorbeeldstof Invloedsgebied (1% letaliteit) 6 LF1 Diesel 35 m LF2 Benzine 35 m GT3 Ammoniak 1070 m Tabel 5 Figuur 2: Kaart Basisnet Water [bron: definitief ontwerp Basisnet Water].