DE BRAND1HEID Specialist in brandbeveiliging

Vergelijkbare documenten
DE BRAND1HEID Specialist in brandbeveiliging

PROGRAMMA VAN EISEN BRANDMELDINSTALLATIE

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie

Programma van Eisen Brandmeldinstallaties (BMI) Volgens NEN 2535:2017

Bijlage A. Programma van Eisen (PvE)

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie conform NEN C1-2010

A.3 Model PvE BEM

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie Conform NEN 2535:2009 en correctie C1:2010

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie Conform NEN 2535:2009 en correctie C1:2010

Programma van Eisen (PvE) branddetectie

PROGRAMMA VAN EISEN BMI & AOI

PROGRAMMA VAN EISEN BEM ZK Behorend bij de installatie: Ouderenzorg Anders Van Glymesstraat LM Steenbergen

Programma van Eisen (PvE) Brandmeldinstallatie conform NEN 2535

Programma van Eisen. (Conform NEN2575:2004 met wijzigingsplan NEN2575:2004/C1:2006) : 20 mei 2011

Programma van Eisen. Het Programma van Eisen is onderverdeeld in een drietal blokken, te weten: 1. Gegevens 2. Eisen 3.

Programma van Eisen Brandmeld- en Ontruimingsalarminstallatie

Programma van Eisen HANDLEIDING

Programma van Eisen (PvE)

Programma van Eisen. Programma van eisen nr. 1165MA10-PvE01. Logiesfunctie. Amsterdamsestraatweg MA Halfweg

PROGRAMMA VAN EISEN ONTRUIMINGSALARMINSTALLATIE LUIDALARM TYPE B

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie

Programma van Eisen. Handleiding

Programma van Eisen. Brandmeldinstallatie (conform NEN2535:2009 bijlage A) Ontruimingsinstallatie (conform NEN2575:2012 bijlage A)

Programma van Eisen nr /PvE/BMI-OAI Revisie B. Brandmeldinstallatie Ontruimingsalarminstallatie. 4 november 2016

Programma van Eisen (PvE) Brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie van het Gastenhuis te Leusden

PROGRAMMA VAN EISEN BRANDMELDINSTALLATIE

PROGRAMMA VAN EISEN BRANDMELDINSTALLATIE (NEN2535) ONTRUIMINGSALARMINSTALLATIE (NEN2575)

Programma van Eisen. Brandmeld- en Ontruimingsalarminstallatie Gezondheidszorgcomplex te Schagen

Uitgangspuntendocument Brandveiligheidsinstallaties

Programma van Eisen. Documentnr.: UPD-T7485 pve 0.1 Brandmeld- en ontruimingsalarminstallaties versie 2015a1. - Concept -

PROGRAMMA VAN EISEN BRANDMELD-/ONTRUIMINGSALARMINSTALLATIE NIEUWBOUW BEDRIJFSPAND ROMAR VOSS BV ROGGEL

Naam: Adres: Hoog. Midden. Laag n.v.t. Adres: Newtonstraat 1. Telefoon: Brandweer. Verzekeraar. Eigenaar / Gebruiker

Voor HEMA te Leiden (Haarlemmerstraat )

PROGRAMMA VAN EISEN. Kreekweg AZ Vlaardingen, Postbus AG Vlaardingen

Programma van Eisen Ontruimingsinstallatie conform NEN 2575:2012

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie

Programma van Eisen Brandmeldinstallaties

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie

Programma van Eisen nr /PvE/BMI-OAI Revisie C. Brandmeldinstallatie Ontruimingsalarminstallatie Warehouse 2 - Unit 8 en 9.

Uitgangspuntendocument Brandveiligheidsinstallaties

Programma van Eisen. Brandmeld- en Ontruimingsalarminstallatie Noordzee Résidence Dishoek

project: Uitbreiding v d Bedrijfshal iov Knapen Trailers a/d Theo van Doesburgstraat 8 te Deurne

Programma van Eisen. Brandmeldinstallatie Ontruimingsalarminstallatie /PVE/BMI-OAI. 24 november Auma Benelux Le Pooleweg 9 Leiden

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie

Programma van Eisen brandmeldinstallatie

Programma van Eisen nr /PvE/SMC-BMI-OI Revisie C. Sprinklermeldsysteem Brandmeldinstallatie Ontruimingsinstallatie.

DE BRAND1HEID Specialist in brandbeveiliging

Programma van Eisen brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie

Brandveiligheid volgens plan

Programma van Eisen Ontruimingsalarminstallatie

Soetendaalseweg 68 70, Rotterdam. Programma van Eisen. Brandmeldinstallatie

A.1 Uitgangspunten en opbouw van het PvE

DE BRAND1HEID Specialist in brandbeveiliging

Brandpreventie. Werk nr Datum: HOOFDGEBOUW (2014)

PROGRAMMA VAN EISEN ONTRUIMINGSALARMINSTALLATIE

Inspectiecertificaat Conform Bouwbesluit 2012

Beschrijving. Vervallen trap in monumentaal gebouwtje. Advies Definitief

Programma van Eisen brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie

NU.VU en parkeergarage

Programma van Eisen Brandmeldins tallatie On truimin gs alarmin s tallatie /PVE/ BMI -OAI 15 jun i 2017

VEILIGHEIDSREGIO HAAGLANDEN RAPPORT VAN OPLEVERING BRANDMELDINSTALLATIE

Programma van Eisen Ontruimingsinstallatie

Programma van Eisen Brandmeld- en Ontruimingsinstallatie NEN2535+C1:2010 // NEN2575

Bouwbesluit 2012, kantoorfunctie, nieuwbouw, vluchtroute, brandmeldinstallatie (BMI), Datum: 25 maart 2019 Status:

Programma van Eisen Regeling: Brandmeldinstallaties januari 2011

Beschrijving. Wel of geen brandmeldinstallatie in stallingsgarage. Advies Definitief

Programma van Eisen. Programma van eisen nr. 5751VJ01-PvE001. De Vlieger. Schelde VJ Deurne. Brandmeld-, ontruimingalarminstallatie

Programma van Eisen. Blok 2 Eisen: De paragraafnummers in dit model PvE, verwijzen naar de desbetreffende paragrafen van de onderhavige norm.

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie Conform NEN 2535:2009 en correctie C1:2010

Programma van Eisen. PVE BMI/OAI conform NEN2535;2009 NEN2575;2004. Adres: Gyroscoopweg 6-8. Documentnummer: Status: Definitief

ADVIES. Pagina 1 van 5. Adviescommissie praktijktoepassing brandveiligheidsvoorschriften. Secretariaat info@adviescommissiebrandveiligheid.

Bedrijfspand Hilvarenbeek

Brandveilig met Solar. Raymond Cremer Adviseur brandbeveiliging

Art 3.64 / / Verkeersruimte wordt verkeersroute Een verkeersruimte mag volgens het bouwbesluit niet door een verblijfsgebied lopen. Pag

<> Inhoudsopgave 1 Algemene projectgegevens Sterkte bij brand (afdeling 2.2) Beperking van het ontstaan van een brandgevaarlijke situa

Beschrijving. Adviesvraag ADVIES

Prog ramma van Eiser IIIWlm~~~~!!~~~l~~""p"".,;,

Programma van Eisen. Handleiding

BEM Omschrijving : Toetsing bebouwing t.b.v. het houden van een Agrarische Kinderopvang aan De Zeeweg 4 te Nieuw-Vossemeer (Gem. Steenbergen).

ADVIES. Adviesvraag Is hier terecht een beroep gedaan op het gelijkwaardigheidsbeginsel?

VEBON. VEBON-NOVB Eind- en toetstermen Onderhoudsdeskundige Brandmeldinstallaties

Programma van Eisen Brandmeld- en Ontruimingsalarminstallatie Bedrijfshal - Nieuwe Hemweg Amsterdam. Document nr pve-01v0.1 d.d.

Inhoud Beheer Brandmeldinstallaties Hardware Brandmeldinstallatie 3 Beheerdersfunctie

NIEUWBOUW KINDERDAGVERBLIJF DE ARK AGRA MATIC BV

Eind- en toetstermen BMI

NIEUWBOUW WIJKSPORTVOORZIENINGEN PERNIS

CERTIFICEREN BMI / OAI IN DE PRAKTIJK

FAQ Brandveiligheid NEN 2535

Servicebedrijf HR. Brandveiligheid II UMC St Radboud

VEBON. VEBON-NOVB Eind- en toetstermen Projecteringsdeskundige Brandmeldsinstallaties

Programma van Eisen. Documentnummer: Datum opmaak: PvE-opsteller. Inspectiefrequentie: Bouwwerk:

PRODUKTINFORMATIE. BRANDMELDCENTRALE essertronic 8000C esserbus-plus

Nieuwbouw kantoor Bon Holding

Brandveiligheidsadvies Gelijkwaardigheid

Overzicht Frequently Asked Questions normcommissie Brandmeldsystemen versie 3 januari 2006

Sector Risicobeheersing

Brandmelding en Ontruimingsalarm Productbrochure

Brandmeld en Ontruiming Regelgeving en certificering

NIEUWBOUW 78 APPARTMENTEN HABITAGE TE HEERHUGOWAARD

Transcriptie:

Zandrug 1 8105 BJ LUTTENBERG 06-14482942 info@brand1heid.nl www.brand1heid.nl Programma van Eisen brandmeldinstallatie (met niet automatische bewaking) Betreffende de brandmeld- en ontruimingsinstallatie in: Distributiecentrum Corning Life Sciences B.V Fogostraat 1060 LJ Amsterdam Datum : 03-03-2016 Nummer : 16.013PVE Versie : B Opdrachtgever : HVBM Vastgoed Prof. Cobbenhagenlaan 105 5037 DB Tilburg Opgesteld door : DE BRAND1HEID A.E.M. (August) Habers

Inhoudsopgave Pag. 1 Inleiding 4 2 Algemene beschrijving van het object 8 2.1 Situering 8 2.2 Gebouwspecificaties 9 2.3 Bouwaard-specificaties 11 3 Brandmeldinstallatie 12 3.1 Algemene gegevens 12 3.2 Omvang van de brandmeldinstallatie 13 3.3 Ruimtebewaking van samenvallende vluchtroutes: 13 3.4 Rookdetectie bij deurvastzetinrichtingen 13 3.5 Overige eisen brandmeldinstallatie 13 3.6 Indeling detectiezones 14 3.7 Sturingen automatische brandmeldinstallatie 15 4 Brandweeringang/brandmeldpaneel 16 4.1 Brandmeldcentrale 16 4.2 Brandweer (neven)ingang 16 4.3 Brandmeldpaneel 16 4.4 Bedienings/signaleringspaneel (nevenpanelen) 17 4.5 Opties brandmeldcentrale 18 5 Doormeldingen 18 6 Signalering interne organisatie 18 7 Eisen ontruimingsinstallatie 19 7.1 Type ontruimingssignaal 19 7.2 Luid alarm/flitslichten 20 7.3 Ontruimingsgebied 21 8 Systeembeschikbaarheid brandmeld- en ontruimingsinstallatie 21 9 Algemeen 22 9.1 Voorschriften 22 9.2 Beheersnormen 22 9.3 Functiebehoud 22 10 Overzicht akkoordverklaringen 23 Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 2 van 23

Versie Uitvoering Datum Wijziging A 27-01-2016 - B 03-03-2016 Wijziging ivm toepassen NEN6060 Dit PvE kan eerst worden aangemerkt als definitief nadat het door de eisende partijen is gevalideerd c.q. goedgekeurd. Disclaimer: Opdrachten zijn door DE BRAND1HEID aanvaard en uitgevoerd in overeenstemming met de "Rechtsverhouding opdrachtgever en adviseur" - DNR 2011. De DNR 2011 is op 21 juli 2011 gedeponeerd ter griffie van de Rechtbank Amsterdam onder nummer 78/2011. De DNR 2011 is te downloaden op www.nlingenieurs.nl/dnr. De aanbevelingen in dit rapport zijn vrijblijvend, DE BRAND1HEID kan niet aansprakelijk worden gesteld door haar opdrachtgevers of elk ander persoon of organisatie voor verlies of schade die (mogelijk) is veroorzaakt door de informatie verstrekt in dit rapport. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 3 van 23

1 Inleiding In opdracht van HVBM Vastgoed is door DE BRAND1HEID voor de nieuwbouw van Distributiemagazijn Corning, gesitueerd aan de Fogostraat te Amsterdam dit programma van eisen tbv de brandmeld- en ontruimingsinstallatie opgesteld. De uitgangspunten voor deze installaties zijn verwoord in dit Programma van Eisen. Afgeleide doelstelling brandmeld- en ontruimings Ter ondersteuning van de primaire doelstellingen moet de brandmeldinstallatie invulling geven aan de volgende afgeleide doelstelling. De brandmeldinstallatie moet een beginnende brand in een vroeg stadium detecteren en lokaliseren en signaleren, waardoor de aangesloten brandbeveiligingsvoorzieningen tijdig in werking worden gesteld en hierdoor de interne- en externe brandbeveiligingsorganisaties in actie kunnen komen. Verder als doel: persoonlijke veiligheid schadebeperking sturen brandbeveiligingsinstallaties continuering bedrijfsvoering Afgeleide doelstelling ontruimingsinstallatie Ter ondersteuning van de primaire doelstellingen moet de ontruimingsinstallatie invulling geven aan de volgende afgeleide doelstelling. Een ontruimingsinstallatie heeft als doel om in geval van brand of andere noodsituatie een tijdige en in voldoende mate akoestisch en/of optisch informatie geven aangaande de ontruiming, om een snelle, ordelijke en veilig ontruiming te initiëren, Verder als doel: Het alarmeren van de aanwezige personen na het ontdekken van een brand, zodat een snelle en ordelijke ontruiming van de aanwezige personen kan plaatsvinden. Het alarmeren van de aanwezige personen bij een calamiteit in het gebouw anders dan brand zodat een snelle en ordelijke ontruiming van de aanwezige personen kan plaatsvinden. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 4 van 23

Doel Programma van Eisen Dit PvE is de basis voor het ontwerpen, aanleggen, beheren en onderhouden van de brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie. Het is de eerste stap in het proces om tot een door de eisende partijen goedgekeurde brandmeldinstallatie en ontruimingsalarminstallatie te komen. De inhoud is gebaseerd op onder ander de NEN 2535 en de NEN 2575. De inhoud is verder uitgebreid met: De eisen en/of gegevens waarvoor in de praktijk is gebleken dat zij noodzakelijk zijn om tot een doelmatige brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie te komen. De gegevens noodzakelijk voor het eventuele certificatieproces. Het PvE dient, conform de NEN 2535 en NEN 2575, door alle eisende partijen te worden ondertekend voor akkoord. Conform het antwoord van de Helpdesk Bouwregelgeving, is het echter niet nodig om reeds bij het indienen van de aanvraag om omgevingsvergunning al te beschikken over een door het bevoegd gezag goedgekeurd PvE. Er wordt geadviseerd om het PvE echter wel tijdig (voor het indienen van de aanvraag om omgevingsvergunning) door het bevoegd gezag te laten beoordelen en accorderen, om mogelijke vertraging door een door het bevoegd gezag afgekeurd PvE te voorkomen. De betrokken partijen dienen bij afwijking van het normatief kader contact op te nemen met de inspectie-instelling en de PvE-opsteller. De volgende eisende partijen zijn bij de certificering betrokken: Overheid Betreffende het voldoen aan de bouwvoorschriften, zoals omschreven in oa bouwbesluit 2012 Opdrachtgever Betreffende persoonlijke bescherming en beperking van schade/letsel Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 5 van 23

Eisen vanuit bevoegd gezag Op grond van Bouwbesluit artikel 6.20 dient bepaald te worden of het gebouw voorzien moet worden van een brandmeldinstallatie. Indien een installatie vereist is, is ook aangegeven welke bewakingsomvang zoals bedoeld in NEN 2535 vereist is. In onderstaande tabel is aangegeven welke bewakingsomvang vereist is voor de verschillende gebruiksfuncties. Gebruiksfunctie Bewakingsomvang Toelichting/herkomst eis lichte industriefunctie - in een lichte industriefunctie is geen brandmeldinstallatie vereist industriefunctie niet-automatische bewaking Oppervlaktes zijn groter dan 2.500 m², hierdoor is een brandmeldinstallatie vereist. kantoorfunctie - in een kantoorfunctie kleiner dan 500 m² is geen brandmeldinstallatie vereist overge gebruiksfunctie - in een andere overige gebruiksfunctie is geen algemeen ruimtebewaking middels automatische bewaking brandmeldinstallatie vereist als vanuit een uitgang van een verblijfsruimte slechts in één richting kan worden gevlucht (doodlopend eind), zijn de buiten die verblijfsruimte gelegen ruimten waardoor die enkele vluchtroute voert en de aan die ruimten grenzende verblijfsruimten en ruimten met een verhoogd brandrisico voorzien van een brandmeldinstallatie met ruimtebewaking als bedoeld in NEN 2535, indien: - de loopafstand tussen de uitgang van een verblijfsruimte en het punt van waaruit in meer dan één richting kan worden gevlucht meer dan 10 m is; - de totale vloeroppervlakte van de ruimten waardoor die enkele vluchtroute voert alsmede van de daarop aangewezen verblijfsruimten meer dan 200 m is, of - het aantal aan de enkele vluchtroute gelegen verblijfsruimten meer dan twee is. Indien een brandmeldinstallatie voor een gebruiksfunctie vereist is, dan is deze eis ingevolge artikel 6.20, tweede lid, van toepassing op het gehele brandcompartiment. Concreet betekent dit dat het gebouw moet worden voorzien van niet automatische bewaking en evt. aangevuld met automatische melders als doodlopend eind detectie. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 6 van 23

Bij het opstellen van dit PvE is o.a. gebruik gemaakt van: Bouwbesluit 2012, incl. wijzigingen t/m 1 juli 2015 Uitgangspuntendocument sprinklerbeveiliging, opgesteld door DE BRAND1HEID Situatietekening 25-01-2016 Terrein-indeling 25-01-2016 Begane grond 25-01-2016 1 e verdieping 25-01-2016 Gevels- doorsnedes 25-01-2016 Demarcatie Dit Programma van Eisen beschrijft de brandmeld- en ontruimingsinstallatie. De overige in het object aanwezige brandbeveiligingsinstallaties maken geen deel uit van dit uitgangspuntendocument en vallen buiten deze scope. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 7 van 23

2 Algemene beschrijving van het object 2.1 Situering Het terrein waarop gebouwd wordt, is gesitueerd in Amsterdam- Osdorp. De nieuwbouw komt aan de Fogostraat (Hoek Fogostraat/Etnastraat) te Amsterdam. Figuur 1: situatietekening Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 8 van 23

2.2 Gebouwspecificaties Het plan betreft een magazijn met een inpandig/voorliggend kantoorpand, met een totale gebruiksoppervlakte van 9.326m². De maximale hoogte bedraagt ~12m 1 met een tussenvloer op 5,1m 1. Het pand incl. kantoor wordt geheel gesprinklerd. Het gehele pand wordt als 1 brandcompartiment uitgevoerd, bestaande uit: Warehouse : Hoogte warehouse is ~12m1 Warehouse voorzien van 1 tussenvloer op 5,1 m 1. Onder en boven de mezzaninevloer bevinden zich expeditie (BG) en kantoorgedeelten Warehouse 7.987 m² Kantoren A (begane grond) 251 m² Kantoren B (begane grond) 65 m² Overige functies 99 m² Mezzaninevloer 751 m² Kantoren (verdieping) 173 m² Totaal gebruiksoppervlakte 9.326 m² Figuur 2: Plattegrond (begane grond) met beveiligingsomvang Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 9 van 23

Figuur 3: Doorsnede tpv kantoor gedeeltelijke mezzanine/hal Figuur 4: Doorsnede tpv mezzanine/hal Opmerking: Aanvullend worden de kantoren dmv een WBDBO van 60 minuten gescheiden van het magazijngedeelte. Tevens zal de pompkamer ivm sprinklervoorschriften een scheiding van 60 minuten krijgen (van buiten naar binnen gezien). Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 10 van 23

2.3 Bouwaard-specificaties Bestemming Gevels: Dak: Luifels Dakopbouwen Lichtstraten Industriefunctie met gedeeltelijk kantoorfunctie Beton sandwichpaneel met isolatie kern (plint). Daarboven sandwichpanelen met PIR isolatie Plat dak onder afschot, Hellinghoek <10 graden Kunststof dakbedekking PIR isolatie Sendzimir verzinkte geprofileerde staalplaten Niet aanwezig Geen 3 stuks daklichten in magazijn Hoofddraagconstructie: Stalen kolommen Kruipruimtes Vloeren: Trappen Verlaagde plafonds: Niet aanwezig Beton Beton en staal In kantoorgedeelte en in kleine kantoortjes en natte groepen in warehouse (rasterplafonds) Technische installaties Verlichting, noodverlichting en wandcontactdozen Verwarming dmv luchtverhitters in magazijn Airconditioning in kantoorgedeelte Transportsystemen Heftrucks en overige transportmiddelen Gebouwhoogte: ~12m1 Opslag In warehouse onder en boven de tussenvloeren In het kantoor tpv berging en archief Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 11 van 23

3 Brandmeldinstallatie 3.1 Algemene gegevens Het betreft geen risico catogorie en een certificaat is voor dit project derhalve hiervoor niet vereist. Echter door de koppeling met de sprinklermeldinstallatie dient de brandmeldinstallatie worden gecertificeerd, conform het CCV Inspectieschema Brandbeveiliging, versie 10.0 (1 juni 2015) Verder wordt de norm NEN 6060 Brandveiligheid van grote brandcompartimenten toegepast. De NEN6060 biedt de mogelijkheid om grotere brandcompartimenten en langere loopafstanden toe te staan dan de grenswaarden welke zijn gesteld in het Bouwbesluit. Hieraan worden onder ander de volgende voorwaarden gesteld: De brandmeldinstallatie moet volgens NEN 2535+C1 of gelijkwaardig zijn uitgevoerd. De brandmeldinstallatie moet zijn voorzien van een geldig inspectiecertificaat dat is afgegeven op grond van het CCV-inspectieschema Brandmeldinstallaties. Het beheer en de controle van de brandmeldinstallatie moet voldoen aan NEN 2654-1. De brandmeldinstallatie heeft een ontruimingsalarminstallatie Voorwaarden aan de doormelding van een brandalarm via de brandmeldinstallatie zijn: De brandmeldmeldinstallatie moet zijn voorzien van een directe doormelding type 2 conform NEN 2535+C1 of gelijkwaardig naar een particuliere alarmcentrale (PAC). De (sprinkler)meldcentrale moet zijn voorzien van een directe doormelding type 1 conform NEN-EN 54-21 of gelijkwaardig naar een particuliere alarmcentrale (PAC). De doormelding moet door de PAC worden behandeld overeenkomstig het Protocol Automatische Branddoormeldingen van de Vebon en Brandweer Nederland De ontruimingsalarminstallatie moet volgens NEN 2575 of gelijkwaardig zijn uitgevoerd. De ontruimingsalarminstallatie moet zijn voorzien van een geldig inspectiecertificaat dat is afgegeven op grond van het CCV-inspectieschema Ontruimingsalarminstallaties. Het beheer en de controle van de ontruimingsalarminstallatie moet voldoen aan NEN 2654-2. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 12 van 23

3.2 Omvang van de brandmeldinstallatie De brandmeldinstallatie zal bestaan uit niet automatische bewaking, evt. aangevuld met ruimte bewaking (in relatie tot ontvluchten). Toelichting omvang brandmeldinstallatie: Conform het Bouwbesluit 2012 is een brandmeldinstallatie vereist als volgt: Bedrijfshal en kantoordeel: niet-automatische bewaking, aangevuld met ruimtebewaking. 3.3 Ruimtebewaking van samenvallende vluchtroutes: Voor zover vanuit de uitgang van een verblijfsruimte slechts in één richting kan worden gevlucht, zijn de buiten die verblijfsruimte gelegen ruimten, waardoor die enkele vluchtroute voert, alsmede aan die ruimten grenzende verblijfsruimten en ruimten met een verhoogd brandrisico voorzien van een brandmeldinstallatie met ruimtebewaking, indien er sprake is van één of meer van de volgende situaties: De loopafstand tussen de uitgang van een verblijfsruimte en het punt van waaruit in meer dan één richting kan worden gevlucht, bedraagt meer dan 10 m 1. De totale oppervlakte van de ruimten waardoor die enkele vluchtroute voert, alsmede van de daarop aangewezen verblijfsruimten is meer dan 200 m². Het aantal aan de enkele vluchtroute gelegen verblijfsruimten is meer dan twee. Indien de ruimte waardoor slechts in één richting kan worden gevlucht, een niet ingedeelde kantoor is, behoeft niet de gehele kantoor bewaakt te worden met ruimtebewaking maar alleen de denkbeeldige looproute (de vluchtroute) door de kantoor. 3.4 Rookdetectie bij deurvastzetinrichtingen Deuren in brand- en subbrandcompartiment-scheidingen moeten zelfsluitend zijn. Indien deurvastzetinrichtingen (bijvoorbeeld kleefmagneten) zijn toegepast, moet detectie worden toegepast conform bijlage C van de NEN 2535. 3.5 Overige eisen brandmeldinstallatie Proefbrand voor standaard ruimten hoeft niet te worden toegepast Een prestatie-eis voor externe ongewenste en onechte brandmeldingen is bij dit project niet van toepassing (De gebruiksfunctie is in dit geval: industriefunctie met kantoordeel, gebaseerd op een nietautomatische detectie ) Opmerking: Het maximale aantal ongewenste en onechte brandmeldingen moet bij inbedrijfstelling of oplevering in het logboek worden vastgelegd. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 13 van 23

3.6 Indeling detectiezones De volgende detectiezones dienen te worden toegepast (max. 2.500 m² per zone) Zone 1 t/m 4 Magazijn 1 op te delen per 2.500 Zone 5: Kantoorgedeelte begane grond warehouse 1 (gelijk aan sprinkler) Zone 6: Pompkamer (gelijk aan sprinkler) Zone 7: Kantoorgedeelte 1e verdieping warehouse 1 + mezzanine Zone 8: Pompkamer (gelijk aan sprinkler) Figuur 6:Detectiezones begane grond Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 14 van 23

Figuur 7:Detectiezones 1 e verdieping 3.7 Sturingen automatische brandmeldinstallatie Het gebouw zal worden verdeeld in 1 (stuur)zone: Installatie: Actie: Gebied: Activering door: Ontruimingsinstallatie Algemeen Zone 1-8 Handbrand- + sprinklermelding Ontgrendelen vluchtdeuren Algemeen Zone 1-8 Handbrand- + sprinklermelding Luchtbehandelinginst. uit Algemeen Zone 1-8 Handbrand- + sprinklermelding Slagbomen/schuifpoorten Algemeen Zone 1-8 Handbrand- + sprinklermelding Toelichting Alle in het PvE vermelde sturingen moeten worden uitgevoerd conform de uitgave Brandbeveiligingsinstallaties van Brandweer Nederland, 2012. Toegangscontrole op deuren en deurvastzetinrichtingen, dienen de ontvluchting niet te belemmeren. Sturingen moeten (ook bij een brandalarm afkomstig van de sprinklerinstallatie) per stuurzone gestuurd worden. Algemeen: Sturingen dienen te worden uitgevoerd conform NEN 2535 en het boekwerk Brandbeveiligingsinstallaties uitgegeven door Brandweer Nederland. Sturingen moeten zogenaamde harde sturingen zijn. Er mag niet via gebouwbeheerssystemen worden gestuurd. Het tussen schakelen van bijvoorbeeld computers c.q. servers tussen het aansturende relais in de brandmeldcentrale en de uiteindelijke sturing is niet toegestaan. Dit geldt niet voor het automatisch toegangsverleningssysteem indien deze is uitgevoerd conform Brandbeveiligingsinstallaties figuur 10.3. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 15 van 23

4 Brandweeringang/brandmeldpaneel 4.1 Brandmeldcentrale In de sprinklerpompruimte wordt de brandmeldcentrale opgesteld. De brandmeld- en ontruimingsinstallatie wordt gecombineerd met de sprinklermeldinstallatie (gecombineerde lussen, centrale, brandmeldpaneel, nevenpanelen etc.) 4.2 Brandweer (neven)ingang De entree van kantoor functioneert als brandweeringang. De brandweeringang moet worden aangegeven door een rood flitslicht. Het flitslicht moet vanuit de aanrijroute van de brandweer goed zichtbaar te worden aangebracht. 4.3 Brandmeldpaneel In de entrée kantoor warehouse wordt een brandmeldpaneel opgesteld. In verband met aanwezigheid van een sprinklerbeveiliging dient het brandmeldpaneel als geografisch paneel te worden uitgevoerd. Naast de vereiste symbolen volgens de 6.5.3.2 van de NEN 2535 moeten ook de noordpijl, de locatie van brandslangaansluitingen van de natte blusleiding en de afsluiters van de sprinklerinstallatie op het brandweerpaneel aangegeven zijn. Herstelmogelijkheid door brandweer op paneel is niet vereist en tevens is bediening van ventilatie op paneel niet vereist. Op het brandmeldpaneel moeten de meldingen van de sprinklerinstallatie zijn weergegeven. Voor de optische indicaties moeten de volgende kleuren zijn gebruikt: Brand: rood Aanwezigheid primaire en secondaire energievoorziening: groen Technische en supervisiemelding: geel Voor brandmeldpaneel in productie wordt gegeven dient deze ter goedkeuring aan de bevoegde autoriteit (brandweer) te worden voorgelegd. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 16 van 23

4.4 Bedienings/signaleringspaneel (nevenpaneel) Het nevenpaneel van de brandmeldinstallatie wordt bij entree van het kantoor opgesteld. Figuur 8:Plaats brandmeldcentrale en brandmeldpaneel, nevenpaneel Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 17 van 23

4.5 Opties brandmeldcentrale De volgende opties worden op de brandmeldcentrale aangebracht Vertraging van de uitgangssignalen E (doormelding brandweer) Uitschakelen van adresseerbare brandmelders en andere elementen Toelichting Vertragingstijd, E (doormelding brandweer) De installatie dient voorzien te zijn van het vertraging van de doormelding naar de brandweer (RAC) waarbij de installatie geschikt moet zijn voor onderstaande uitgangspunten: Acceptatie melding: 60 seconden. Vertraging doormelding maximaal 600 seconden (inclusief acceptatietijd). Bij oplevering van de installatie dient de installatie ingesteld te zijn op: Acceptatie melding: 0 seconden. Vertraging op doormelding: na 0 seconden. De vertragingstijd dient in overleg met de brandweer te worden bepaald en de interne organisatie dient hierop afgestemd te worden. Jaarlijks dient er een evaluatie plaats te vinden of de gehanteerde uitgangspunten/de situatie aanleiding geven tot bijstelling van de vertragingstijd. De vertragingstijd dient vastgelegd te worden in het logboek. De vertragingstijd mag pas ingesteld worden na schriftelijke goedkeuring van de brandweer. 5 Doormeldingen Voorwaarden aan de doormelding van een brandalarm via de brandmeldinstallatie zijn: De brandmeldmeldinstallatie moet zijn voorzien van een directe doormelding type 2 conform NEN 2535+C1 of gelijkwaardig naar een particuliere alarmcentrale (PAC). De (sprinkler)meldcentrale moet zijn voorzien van een directe doormelding type 1 conform NEN-EN 54-21 of gelijkwaardig naar een particuliere alarmcentrale (PAC). In beginsel vind geen (directe) doormelding plaats naar de Gemeentelijke Meldkamer (RAC) (Bron: Schrijven Brandweer Amsterdam-Amstelland 19-02-16) 6 Signalering interne organisatie De interne organisatie dient via de volgende onderdelen te worden geinformeerd Brandmeldcentrale in sprinklerruimte. Bedienings/signaleringspaneel (nevenpaneel) in productieruimte Luid ontruimingsalarminstallatie (NEN 2575) Het brandmeldpaneel dient tevens als informatie paneel voor de interne organisatie Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 18 van 23

7 Eisen ontruimingsinstallatie 7.1 Type ontruimingssignaal Slow-whoop toonsignaal (B-installaties) Wijze van activeren Via het bedieningspaneel Via een handbrandmelder Via een automatische brandmelder ** Via een sprinklermelding Optische alarmering (flitslichten): Wijze van activeren Via het bedieningspaneel Via een handbrandmelder Via een automatische brandmelder ** Via een sprinklermelding Flitslichten moeten in ruimten geplaatst worden als er op basis van de arboregelgeving gehoorbescherming gedragen moet worden (bij equivalent geluidsniveau > 80 db(a) (NEN 2575:7.3)). Deze optische signaalgevers moeten dusdanig krachtig zijn dat de attentiewaarde ook bij daglicht voldoende wordt gewaarborgd. Ook moet in de gehele ruimte waar een optische signaalgever is geplaatst, de signaalgever vanuit elke mogelijke positie, waar zich personen kunnen bevinden, zichtbaar zijn. Opmerking **: alleen automatische melders in/bij situaties met samenvallende vluchtroutes. Hier is sprake van indien: de loopafstand tussen de uitgang van een verblijfsruimte en het punt van waaruit in meer dan één richting kan worden gevlucht meer dan 10 m 1 is, of; de totale vloeroppervlakte van de ruimten waardoor die enkele vluchtroute voert alsmede van de daarop aangewezen verblijfsruimten meer dan 200 m² is, of; het aantal aan de enkele vluchtroute gelegen verblijfsruimten meer dan twee is. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 19 van 23

7.2 Luid alarm/flitslichten Conform het Bouwbesluit 2012 moet in het gebouw moet een ontruimingsalarminstallatie met luid alarm worden gerealiseerd als volgt: warehouse (industriefunctie): luid alarm type B; kantoor warehouse (kantoorfunctie): luid alarm type B; De luid ontruimingsalarminstallatie moet onvertraagd worden geactiveerd door: de handbrandmelders; de automatische melders in situaties met samenvallende vluchtroutes; de sprinklerinstallatie; het bedieningspaneel; Figuur 9:Stuurmatrix Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 20 van 23

7.3 Ontruimingsgebied Ontruimingsgebied bestaat uit 1 zone (kantoor en magazijn) Ruimten die van het ontruimingsgebied worden uitgesloten: Noodtrappenhuizen (alleen in gebruik tijdens vluchten); Toiletruimten (niet de voorruimten) (geen 65 db(a) vereist door laag gemiddeld omgevingsgeluid, wél 6 db(a) boven gemiddeld omgevingsgeluid vereist); Bergruimten < 2 m² (alleen in gebruik met deur open); Kleine technische ruimten (zoals bouwkundige kasten met elektra verdeelkasten, waar men uitsluitend werkt met geopende deuren, niet betreedbare leidingschachten, etc.); niet voor de beheerder toegankelijke ruimten van het energiebedrijf zoals de traforuimte. Geluidsniveau van toonsignalen, volgens conform de NEN 2575, bij gesloten deuren en ramen Het gehele gebouw bestaat uit 1 alarmeringszone (stuur- en ontruimingszone) met Luid alarm. De bedieningspanelen zijn is opgenomen in de gecombineerde brandmeld-ontruimings- en sprinklernevenpanelen. 8 Systeembeschikbaarheid brandmeld- en ontruimingsinstallatie Prestatie-eis voor de systeembeschikbaarheid bedraagt 99,7% Tijdelijke activiteiten als gevolg van een verbouwing of renovatie die kunnen leiden tot ongewenste of onechte meldingen, mogen het uitschakelen van delen van de installatie tot gevolg hebben, zonder dat dit invloed heeft op de systeembeschikbaarheid. Voorwaarde daarbij is dat met organisatorische maatregelen en procedures (bv het instellen van brandwachten) een gelijkwaardige oplossing wordt gerealiseerd. De invulling van deze organisatorische maatregelen en procedures moet schriftelijk worden vastgelegd en worden goedgekeurd door de bevoegde autoriteit. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 21 van 23

9 Algemeen 9.1 Voorschriften Brandveiligheid in gebouwen, conform NEN 2535, uitgave 2009 Correctieblad 2535, C1, uitgave 2010 Ontruiming conform NEN 2575-1/3 uitgave 2012 Wijzigingsblad NEN 2575-3/A1, uitgave 2013 Bekabeling met functiebehoud, conform NPR 2576, uitgave 2005 Opleveren conform bijlage B NEN 2575-3 uitgave 2012 Controle, beheer en onderhoud conform NEN 2654-1 en 2, uitgave 2002 9.2 Beheersnormen De eisen met betrekking tot beheer en controle van de brandbeveiligingsinstallaties zijn aangegeven in deze Bouwbesluitartikelen: Artikel 6.20, achtste lid, voor wat betreft de brandmeldinstallatie; Artikel 6.23, vijfde lid, voor wat betreft de ontruimingsalarminstallatie. 9.3 Functiebehoud Functiebehoud (bekabeling en ophanging) conform NEN 2535 moet in de brandmeldinstallatie zijn gerealiseerd voor transmissiewegen, zoals genoemd in NEN 2535. Door te voldoen aan de NPR 2576 wordt in de meeste gevallen voldaan aan functiebehoud. Voor de invulling van functiebehoud van transmissiewegen mag rekening worden gehouden met de aanwezigheid van de sprinklerinstallatie. De sprinklerinstallatie heeft in dat kader mede het doel als gelijkwaardige oplossing voor functiebehoud van transmissiewegen op basis van de NPR 2576, paragraaf 6.4. In alle gevallen dient naast de eisen voor functiebehoud eveneens te zijn voldaan aan de eisen voor aanleg van bekabeling uit de NEN 2535 en de NEN 1010. Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 22 van 23

10 Overzicht akkoordverklaringen Het programma van Eisen BM-OI, versie B is tot stand gekomen in opdracht en met goedkeuring van: Opdrachtgever/gebruiker: Naam: Adres: Postcode/Plaats: Contactpersoon: Datum: Handtekening: Het uitgangspuntendocument is geaccordeerd door: Bevoegd gezag/brandweer Naam: Adres: Postcode/Plaats: Contactpersoon: Datum: Handtekening: Naam: Adres: Postcode/Plaats: Contactpersoon: Datum: Handtekening: Het uitgangspuntendocument is opgesteld door: UPD-opsteller Naam: DE BRAND1HEID Datum: 03-03-2016 Adres: Zandrug 1 Postcode/Plaats: 8105 BJ Luttenberg Contactpersoon: August Habers 06-14482942 Het uitgangspuntendocument is beoordeeld door: (Inspectie-instelling type A) Naam: Adres: Postcode/Plaats: Contactpersoon: Datum: Handtekening: (of via inspectieverslag) Referentie: 16.013PVE versie B, PvE brandmeld en ontruiming DC Corning A dam blz 23 van 23