H.C. Noppen secretaris

Vergelijkbare documenten
Nota investeren, waarderen en afschrijven Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant Versie 2

Notitie software Mei 2007

Nota Waardering, Activering & Afschrijving RUD NHN 2018 pagina 1 / 8

NOTA INVESTERINGEN, WAARDERINGEN EN AFSCHRIJVINGEN RECREATIESCHAP ROTTEMEREN

Regeling waardering en afschrijving activa 2016 Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland (BSGR)

Provincie Zuid-Holland. Beleidsnota Investeringen, Waarderingen en Afschrijvingen 2017

NOTA VASTE ACTIVA 2010

NOTA ACTIVEREN EN AFSCHRIJVEN Gemeente Simpelveld. «3? parkstad «" "to limburg. Poort van het Heuvelland

Nota vaste activa gemeente Heerhugowaard 2017

NOTITIE RICHTLIJNEN ACTIVEREN EN AFSCHRIJVEN VASTE ACTIVA MGR RIJK VAN NIJMEGEN

NOTITIE RICHTLIJNEN ACTIVEREN EN AFSCHRIJVEN VASTE ACTIVA MGR RIJK VAN NIJMEGEN

Nota Waarderen, activeren en afschrijven vaste activa

NOTA INVESTERINGS- EN AFSCHRIJVINGSBELEID GEMEENTE

NOTA WAARDERING EN AFSCHRIJVINGSBELEID VASTE ACTIVA GEMEENTE DOETINCHEM

Nota Waarderen en afschrijven vaste activa gemeente Papendrecht 2015

Gemeente Stadskanaal: nota Waardering en afschrijving vaste activa

November Nota Activabeleid

Inhoudsopgave nota activabeleid 2013

Nota waardering en afschrijving vaste activa

Nota activa en afschrijvingen 2014

Inhoud. 2 Waarderen. 1.1 Soorten activa. 4 Financiële regels grondbeleid Materiële vaste activa. 1 Activeren

FINANCIËN EN CONTROL. Afschrijvingsbeleid en waardering activa Afschrijvingsbeleid en waardering activa blz. 1

Inhoudsopgave. Nota activabeleid 2

Notitie activeringsen. afschrijvingsbeleid. Gemeente Ferwerderadiel

INHOUDSOPGAVE. Nota vaste activa

Nota activa en afschrijvingen Gemeente Nieuwkoop

Nota waarderen en afschrijven vaste activa gemeente Papendrecht 2018

Betreft: Activerings- en Afschrijvingsbeleid Samenwerking Kempengemeenten Datum: 7 november 2011

JAARSTUKKEN 2018 BATEN EN LASTEN

Ad 1: De kosten voor het sluiten van geldleningen en het saldo van (dis)agio worden geactiveerd.

Waarderings- en afschrijvingsbeleid Gemeentelijke Gezondheidsdienst regio Utrecht 2015

datum: 12 april 2016 Nota Activabeleid 2018

Nota waarderings- en afschrijvingsbeleid Gemeente Buren

NOTITIE WAARDERINGS- EN AFSCHRIJVINGSBELEID GEMEENTE MOERDIJK 2014

Versie VV d.d. 14 februari Nota activabeleid 2018

Nota afschrijvings- en activeringsbeleid. Gemeente Leeuwarderadeel

Nota activabeleid 2016

1. Inleiding. 1.1 Aanleiding. 1.2 Doelstelling. 1.3 Wettelijk kader. 1.4 Leeswijzer

Nota afschrijvingsbeleid voor het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard

Nota Activabeleid 2016

JAARSTUKKEN 2017 BATEN EN LASTEN

Notitie Waardering en afschrijving vaste activa 2015 gemeente Landerd

Raad. Auteur E.M. Spetter Tel.: c. Inspraak extern. Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee -

Nota activabeleid 2016

Nota waardering en afschrijving vaste activa

Nota investeringsbeleid gemeente Someren 2017

Nota waardering en afschrijven 2017 Eijsden-Margraten

Nota afschrijvingsbeleid voor het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard

Nota Vaste Activa 2018, gemeente Krimpen aan den IJssel

Raadsvoorstel onderwerp Activabeleid Gemeente Haarlemmermeer 2015

Deel II. Jaarrekening

Notitie Activabeleid

Eemsmond en nota activabeleid gemeente Eemsmond

Stichting Carrefour, Welzijnsgroep Noordoostpolder Emmeloord. Jaarrapport 2014

Nota waardering en afschrijving vaste activa Gemeente Bedum

Nota Vaste Activabeleid Gemeente Roermond 2017

Publicatierapport 2017

1. JAARREKENING Stichting Beeldende Kunst Noord-Kennemerland mei 2017

Nota activa en afschrijving Gemeente Beesel

VOORSTEL DRECHTRAAD CARROUSEL MIDDELEN 5 NOVEMBER 2013 VOORSTEL DRECHTRAAD 3 DECEMBER 2013

Nota activa beleid Gemeente Ouder-Amstel Datum:

Nota investeringsbeleid

GEMEENTEBLAD. Nr Beleidsnotitie Activabeleid

STICHTING POPPODIUM TWENTE TE HENGELO Rapport inzake jaarstukken 2018 verkort tbv ANBI verantwoording

Nota Activa en afschrijving 2017

Financieel verslag Stichting Waga Winschoten. Fin verslag Stichting Waga 2018.xlsx

Stichting bevordering muziekimprovisatie Paradox te Tilburg. 1 BALANS PER 31 DECEMBER 2014 Na resultaatbestemming. 31 december 2013.

Notitie waardering en afschrijving vaste activa 2017

Activanota. Gemeente Opmeer Nota over het beleid en het administratieve beheer van de activa. Activanota Gemeente Opmeer

Stichting Vrienden van het Mauritshuis te s-gravenhage

NE-iT Hosting B.V. De Tienden 26c 5674 TB NUENEN. Publicatierapport Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer

NOTA WAARDERING EN AFSCHRIJVING. Gemeente Dordrecht

Nota Waarderen, Activeren en Afschrijven 2012

FFEGBE Jaarverslaggeving -- Hoofdstuk 6. Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Hoofdstuk 6. Financiële vaste activa Vaste activa

SPECIALISTERREN B.V. KOBALTWEG CE UTRECHT PUBLICATIERAPPORT 2016

Vaste activa Materiële vaste activa

VOORSTEL DRECHTRAAD 3 DECEMBER 2013

Jaarstukken Versie:

Nota afschrijvingsbeleid gemeente Oss

1. JAARREKENING Stichting Beeldende Kunst Noord-Kennemerland mei 2016

Nota activeren, waarderen en afschrijven 2014

Beleidskader rente en afschrijvingen 2016

Nota waarderen, activeren en afschrijven van vaste activa

Nota activa en afschrijving Gemeente Beesel

Beleidsnota activeren en afschrijven

FINANCIËN EN CONTROL

VASTE ACTIVA

Financieel verslag Stichting Wasven Boerderij Eindhoven

JAARREKENING 2015 STICHTING KENNISBANK FILANTROPIE

Stichting Katimo Roermond JAARVERSLAG Stichting Katimo. Spikkerweg KS Roermond KVK : Pagina 1

Financieel verslag Stichting Groendomein Wasven Eindhoven

Handelsregister Kamer van Koophandel te Woerden, dossiernummer

NE-iT Automatisering B.V. De Tienden 26c 5674 TB Nuenen. Publicatierapport 2016

Nota waarderings- en afschrijvingsbeleid

Nota Activa, investerings- en afschrijvingsbeleid 2011

Handelsregister Kamer van Koophandel te Woerden, dossiernummer

INHOUDSOPGAVE. Nota vaste activa

Hierbij bieden wij u de nota Activabeleid 2018 voor de gemeente Zandvoort aan.

Transcriptie:

Voorstel : Vergadering Algemeen Bestuur d.d.: 25 september 2014 Agendapunt : 5.b Vertrouwelijk : Nee Aan het Algemeen Bestuur, In artikel 5 van de Financiële Verordening Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant (2013) wordt vermeld dat de regels omtrent de waardering en afschrijving van de vaste activa in een aparte beleidsnotitie worden vastgelegd. Tevens is hierin opgenomen dat het Dagelijks Bestuur deze nota investeren, waarderen en afschrijven eenmaal per vier jaar aanbiedt aan het Algemeen Bestuur. Wij stellen u voor de nota investeren, waarderen en afschrijven vast te stellen. Eindhoven, 4 september 2014 Het Dagelijks Bestuur van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant, W.J.F. van der Rijt - van der Kruis voorzitter H.C. Noppen secretaris Z.10143/D.40429 Pagina 1 van 14 25 september 2014

Het Algemeen Bestuur van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant; gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur van de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant d.d. 4 september; ja gelet op artikel.van de. BESLUIT Vast te stellen de navolgende nota investeren, waarderen en afschrijven Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur van de Omgevingsdienst Zuidoost- Brabant 25 september 2014, W.J.F. van der Rijt - van der Kruis voorzitter H.C. Noppen secretaris Z.10143/D.40429 Pagina 2 van 14 25 september 2014

2014 Z.10143/D.40429 Pagina 3 van 14 25 september 2014

1. Inleiding 1.1. Aanleiding In artikel 5 van de Financiële Verordening Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant (2013) wordt vermeld dat de regels omtrent de waardering en afschrijving van de vaste activa in een aparte beleidsnotitie worden vastgelegd. Tevens is hierin opgenomen dat het Dagelijks Bestuur deze nota investeren, waarderen en afschrijven eenmaal per vier jaar aanbiedt aan het Algemeen Bestuur. 1.2. Doelstelling De doelstelling van deze nota is het formuleren van beleid en vastlegging van uniforme regels ten aanzien van: Investeren en activeren; Waarderen; Afschrijven. 1.3. Relevante wet- en regelgeving De volgende wet en regelgeving is in acht genomen bij de opstelling van deze nota: Financiële verordening Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant; BBV; BBV Notitie verkrijging/vervaardiging en onderhoud van kapitaalgoederen; BBV Notitie investeringen / kredieten; BBV Notitie software. In de tekst wordt verwezen naar de betreffende relevante artikelen van deze wet en regelgeving. Tevens zijn deze artikelen als bijlage opgenomen. 1.4. Leeswijzer Na de inleiding in hoofdstuk I volgt in hoofdstuk 2 de beschrijving van investeren en activeren en de verschillende soorten activa. Hoofdstuk 3 beschrijft hoe de waardering van deze activa dient te geschieden. In Hoofdstuk 4 is beschreven hoe de afschrijving op deze activa bepaald dient te worden. 2. Investeren en activeren 2.1. Investeren Een investering is een uitgave voor een (productie)middel, kapitaalgoed of gebruiksgoed waarvan het nut zich over meerdere jaren uitstrekt. 2.2. Activeren Activeren is het als bezitting op de balans opnemen van aangeschafte of vervaardigde zaken die langer dan één jaar tot de beschikking van de ODZOB staan. Conform Artikel 59 van het BBV dienen alle investeringen met een economisch nut te worden geactiveerd, uitgezonderd kunstvoorwerpen met een cultuurhistorische waarde. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut kunnen worden geactiveerd. Dit laatste geniet niet de voorkeur van commissie BBV. Z.10143/D.40429 Pagina 4 van 14 25 september 2014

2.2.1. Ondergrens activering De ODZOB hanteert als ondergrens voor het activeren van uitgaven een bedrag van 1.000,- excl. btw. Groepen objecten, waarvan de afzonderlijke uitgaven niet boven de 1.000, - uit komen, worden wel als investering beschouwd als deze een gelijksoortige functie dienen en de totale waarde van deze samengevoegde objecten minimaal 5.000, - is. 2.3. Verschillende soorten vaste activa Het BBV onderscheid 3 soorten vaste activa. Onder de vaste activa worden afzonderlijk opgenomen de immateriële, de materiële en de financiële vaste activa (artikel 33 BBV). Immateriële vaste activa: Immateriële vaste activa worden door het BBV als volgt gedefinieerd (artikel 34 BBV): kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio; kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief. Op dit moment staan op de balans van de Omgevingsdienst geen immateriële vaste activa. Indien en voor zover voor de Omgevingsdienst in de toekomst van toepassing geldt het volgende: M.b.t. kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio: De ODZOB houdt zich niet bezig met het verstrekken van leningen. Kosten en agio of disagio zijn voor het verstrekken van leningen dan ook niet aan de orde. Eventuele kosten verbonden aan het aangaan van leningen worden direct ten laste van de exploitatie gebracht. Ten aanzien van de mogelijkheid tot activering van gemaakte kosten als bedoeld in artikel 34 lid b (kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief) gelden enkele voorwaarden. Deze voorwaarden zijn opgenomen in artikel 60 BBV. De ODZOB brengt kosten voor onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief direct ten laste van de exploitatierekening. Materiële vaste activa: Ten aanzien van de materiele vaste activa zegt het BBV het volgende (artikel 35 BBV): 1. In de balans worden onder de materiële vaste activa afzonderlijk opgenomen: a. investeringen met een economisch nut; b. investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven; c. investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. 2. Van de materiële vaste activa wordt aangegeven welke in erfpacht zijn uitgegeven. Bij de ODZOB zijn uitsluitend investeringen van categorie 1a aan de orde. Deze worden hiernavolgend kort toegelicht: Investeringen met een economisch nut In artikel 59 lid 1 van het BBV is opgenomen dat activa met een economisch nut worden geactiveerd. (zie aanvullend ook notitie software van de Commissie BBV). Investeringen hebben een economisch nut indien ze verhandelbaar zijn en/of ze kunnen bijdragen aan het genereren van middelen. Z.10143/D.40429 Pagina 5 van 14 25 september 2014

Kunstvoorwerpen met een cultuurhistorische waarde mogen niet worden geactiveerd. Volgens de notitie software van de Commissie BBV kunnen implementatiekosten van nieuwe hard- en of software worden geactiveerd. Ze vallen onder de bijkomende kosten die op grond van artikel 63.2 BBV als onderdeel van de verkrijgingsprijs worden gezien. De implementatie is noodzakelijk om het actief in gebruik te kunnen nemen. Implementatiekosten kunnen zowel de kosten van externen als kosten van eigen medewerkers betreffen. Voor de ODZOB geldt dat een besluit tot activering van dergelijke kosten altijd door het Dagelijks Bestuur bekrachtigd dient te worden Kosten voor onderhoud komen niet voor activering in aanmerking. Uitgaven die de oorspronkelijk ingeschatte levensduur van een bestaand actief verlengen komen daarentegen wel voor activering in aanmerking. Financiële vaste activa: Volgens BBV dienen in de balans de financiële vaste activa afzonderlijk te worden opgenomen. Financiële vaste activa zijn (artikel 36 BBV): a. kapitaalverstrekkingen aan: 1. deelnemingen; 2. gemeenschappelijke regelingen; 3. overige verbonden partijen; b. leningen aan: 1. openbare lichamen als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet financiering decentrale overheden; 2. woningbouwcorporaties; 3. deelnemingen; 4. overige verbonden partijen; c. overige langlopende leningen; d. uitzettingen in s Rijks schatkist met een rentetypische looptijd van één jaar of langer; e. uitzettingen in de vorm van Nederlands schuldpapier met een rentetypische looptijd van één jaar of langer; f. overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer; g. bijdragen aan activa in eigendom van derden. Op dit moment staan op de balans van de Omgevingsdienst geen financiële vaste activa. 3. Waarderen 3.1. Methoden van waardering De gekozen methodiek voor de waardering van activa is in het stelsel van baten en lasten van invloed op de exploitatie van de ODZOB en daarmee op de financiële resultaten die behaald worden. Daarom is het van belang aandacht te schenken aan deze methodiek. In het BBV zijn bepalingen opgenomen voor de waardering van activa. Hiermee wordt enerzijds voorkomen dat organisaties met de waardering van activa hun financiële resultaten kunnen beïnvloeden en anderzijds wordt bereikt dat de financiële gegevens in de loop van de tijd vergelijkbaar blijven. Z.10143/D.40429 Pagina 6 van 14 25 september 2014

In artikel 62 van het BBV is bepaald dat alle vaste activa worden geactiveerd voor het bedrag van de investering. In lid 2, 3 en 4 wordt echter een uitzondering gemaakt, namelijk: bijdragen van derden die in directe relatie staan met een actief mogen bij de waardering in mindering worden gebracht; reserves kunnen in mindering worden gebracht op investeringen, als bedoeld in artikel 59, het vierde lid; Dit is uitsluitend van toepassing bij investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut. Daarmee is deze uitzondering niet van toepassing op de ODZOB. voorzieningen, als bedoeld in artikel 44, eerste lid, onder d, (voorzieningen ten behoeve van vervangingsinvesteringen waarvoor een heffing wordt geheven) moeten in mindering gebracht worden op de investeringen, bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder b. Dergelijke voorzieningen zijn niet aan de orde binnen de ODZOB. In artikel 63 BBV is de hoofdregel opgenomen dat vaste activa worden gewaardeerd tegen historische kostprijs. Hierbij wordt de verkrijgings- of vervaardigingsprijs gehanteerd. De verkrijgingsprijs bestaat uit de inkoopsprijs (excl. BTW) en bijbehorende kosten. 3.2. Uitgangspunten ODZOB Immateriële vaste activa: De ODZOB bezit geen immateriële vaste activa. Materiële vaste activa: De materiele vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs, verminderd met de van derden ontvangen investeringsbijdragen en afschrijvingen. De verkrijgingsprijs bestaat uit de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van het product of dienst en de overige kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegekend. Financiële vaste activa: De ODZOB bezit geen financiële vaste activa. 3.3. Op- en afwaarderen Artikel 65 van het BBV geeft de voorschriften weer voor de afwaardering van activa. Artikel 65 BBV 1. Naar verwachting duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. 2. Voorraden en deelnemingen worden tegen de marktwaarde gewaardeerd indien de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. 3. Een actief dat buiten gebruik wordt gesteld wordt afgewaardeerd op het moment van buitengebruikstelling, indien de restwaarde lager is dan de boekwaarde. Het eerste en tweede lid van artikel 65 BBV hebben betrekking op waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. Het is in een dergelijke situatie niet de verwachting dat de waardevermindering van tijdelijke aard is. Gedacht kan worden aan nieuwe inzichten in de technische en/of economische levensduur van activa of de aantasting van het vermogen of deelnemingen. In het Z.10143/D.40429 Pagina 7 van 14 25 september 2014

derde lid wordt voorgeschreven dat van een actief dat buiten gebruik wordt gesteld, waarvan de restwaarde lager is dan de boekwaarde, wordt afgeschreven tot de restwaarde. Bij een volledige buitengebruikstelling dient het actief uiteraard te worden afgewaardeerd tot hetzij nul, hetzij tot de restwaarde, indien die redelijkerwijs verwacht kan worden. Wanneer een actief gedeeltelijk buiten gebruik wordt gesteld, dient het actief proportioneel te worden afgewaardeerd. Duurzame waardevermindering van vaste activa wordt onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. 4. Afschrijven 4.1. Algemeen In voorgaande hoofdstukken is aangegeven welke investeringen (kunnen) worden geactiveerd en wat de te hanteren waarderingsgrondslag is. In dit hoofdstuk komen de lasten van de geactiveerde investeringen aan bod. Als een investering is geactiveerd dient op grond van artikel 64 lid 3 van het BBV daarop te worden afgeschreven. Een uitzondering hierop is een geactiveerde investering met een economisch nut in grond. Gronden zijn duurzame goederen die niet aan slijtage onderhevig zijn oftewel er vindt geen duurzame waardevermindering plaats. Er bestaat dan ook geen noodzaak tot afschrijven. Afwaarderen als gevolg van verlaging van marktwaarde is beschreven in paragraaf 3.2. Afschrijven is het op methodische wijze, volgens een stelsel dat is afgestemd op de verwachte toekomstige gebruiksduur, ten laste van de exploitatie brengen van activa. De gedachte daarachter is dat een actief een technische of economische levensduur (periode waarin van het actief gebruik kan worden gemaakt) heeft. De periode waarin de afschrijving plaats zal vinden dient te worden bepaald op grond van de op het moment van investering geschatte technische of economische levensduur. Afschrijving geschiedt steeds op basis van de kortste van deze twee geschatte levensduren. 4.2. Methode afschrijven De belangrijkste afschrijvingsmethoden zijn: vast percentage van de aanschafwaarde (lineaire afschrijvingsmethode); vast percentage van de boekwaarde (degressief afschrijven, niet gebruikelijk bij de overheid); jaarlijks gelijkblijvende rente- en afschrijvingslasten (annuïtaire afschrijvingsmethode). 4.3. Methode van afschrijving per genoemde activagroep Immateriële vaste activa: De ODZOB bezit geen immateriële vaste activa. Materiële vaste activa: Uitgangspunt ODZOB: De ODZOB past de lineaire afschrijvingsmethode toe voor de afschrijvingen van activa. Financiële vaste activa: De ODZOB bezit geen immateriële vaste activa. Z.10143/D.40429 Pagina 8 van 14 25 september 2014

4.4. Moment van afschrijving De Commissie BBV doet de aanbeveling om in de financiële verordening (of een nadere uitwerking daarvan) op grond van artikel 212 van de Gemeentewet op te nemen wanneer met afschrijven van een nieuw kapitaalgoed wordt begonnen. Mogelijke keuzes daarbij zijn: óf in het jaar waarin het kapitaalgoed gereed komt/verworven wordt en vanaf het moment dat het door de gemeente in gebruik kan worden genomen; óf medio het begrotingsjaar waarin het gereed komt/verworven wordt; óf in het begrotingsjaar dat volgt op het jaar waarin het gereed komt/verworven wordt. Uitgangspunt ODZOB: De afschrijving van een nieuw kapitaalgoed start in het jaar waarin het kapitaalgoed gereed komt/ verworven wordt en vanaf het moment dat het door de ODZOB in gebruik kan worden genomen. 4.5. Afschrijvingstermijn De gehanteerde afschrijvingstermijnen zijn terug te vinden onder bijlage 1. Op de activa die (tegen boekwaarde) overgenomen zijn van SRE-Milieudienst, is de afschrijvingstermijn gebaseerd op de historische aanschafdatum. Hiermede wordt het actief volledig afgeschreven gedurende het resterende gedeelte van de levensduur van dit actief. 4.6. Boekwinst en restwaarde Indien een actief met een bepaalde restwaarde wordt afgestoten, dient afboeking van de restwaarde plaats te vinden. Indien bij het afstoten een boekwinst wordt gerealiseerd (de opbrengst is hoger dan de boekwaarde), dient deze boekwinst te worden verwerkt als incidentele bate in de jaarrekening. Z.10143/D.40429 Pagina 9 van 14 25 september 2014

Bijlage 1: Afschrijvingstabel ODZOB De volgende materiële vaste activa met economisch nut worden lineair afgeschreven in: a) Gronden en terreinen: n.v.t. b) Woonruimten: n.v.t. c) Bedrijfsgebouwen in eigendom 30 jaar d) Bedrijfsgebouwen (aanpassingen huurpanden): 10 jaar( met een maximum van de resterende looptijd van het huurcontract indien dit is opgezegd.) e) Grond-, weg- en waterbouwkundige werken: n.v.t. f) Vervoermiddelen: 5 jaar g) Machines apparaten en installaties: a. Apparaten 5 jaar b. Hardware 4 jaar h) Overige materiele vaste activa: a. Software 4 jaar b. Inventaris 5 jaar De afschrijving start bij in gebruik name van het actief Z.10143/D.40429 Pagina 10 van 14 25 september 2014

Bijlage 2: Wettelijke voorschriften / Artikelen BBV Hoofdindeling van de balansindeling Artikel 33 Onder de vaste activa worden afzonderlijk opgenomen de immateriële, de materiële en de financiële vaste activa. Artikel 34 In de balans worden onder de immateriële vaste activa afzonderlijk opgenomen: a. kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio; b. kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief. Artikel 35 1. In de balans worden onder de materiële vaste activa afzonderlijk opgenomen: a. investeringen met een economisch nut; b. investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven; c. investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. 2. Van de materiële vaste activa wordt aangegeven welke in erfpacht zijn uitgegeven. Artikel 36 In de balans worden onder de financiële vaste activa afzonderlijk opgenomen: h. kapitaalverstrekkingen aan: 4. deelnemingen; 5. gemeenschappelijke regelingen; 6. overige verbonden partijen; i. leningen aan: 5. openbare lichamen als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet financiering decentrale overheden; 6. woningbouwcorporaties; 7. deelnemingen; 8. overige verbonden partijen; j. overige langlopende leningen; k. uitzettingen in s Rijks schatkist met een rentetypische looptijd van één jaar of langer; l. uitzettingen in de vorm van Nederlands schuldpapier met een rentetypische looptijd van één jaar of langer; m. overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer; n. bijdragen aan activa in eigendom van derden. Toelichting op de balans Artikel 51 In de toelichting op de balans wordt aangegeven volgens welke methoden de afschrijvingen worden berekend. Ook wordt aangegeven welke investeringen in de openbare ruimte met een Z.10143/D.40429 Pagina 11 van 14 25 september 2014

maatschappelijk nut worden geactiveerd, welke afschrijvingstermijn hiervoor wordt voorzien en welke reserves hiervoor naar verwachting beschikbaar zullen zijn. Artikel 52 1. In de toelichting op de balans worden onder de materiële vaste activa afzonderlijk opgenomen: a. gronden en terreinen; b. woonruimten; c. bedrijfsgebouwen; d. grond-, weg- en waterbouwkundige werken; e. vervoermiddelen; f. machines, apparaten en installaties; g. overige materiële vaste activa. 2. In de toelichting op de balans wordt het verloop van de activa, als bedoeld in het eerste lid, gedurende het begrotingsjaar, in een sluitend overzicht weergegeven. Daaruit blijken, voor zover van toepassing: a. de boekwaarde aan het begin van het begrotingsjaar; b. de investeringen of desinvesteringen; c. de afschrijvingen; d. bijdragen van derden direct gerelateerd aan een actief; e. afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen; f. de boekwaarde aan het einde van het begrotingsjaar. Waardering, activeren en afschrijven Artikel 59 1. Alle investeringen met een economisch nut worden geactiveerd. 2. Investeringen hebben een economisch nut indien ze verhandelbaar zijn en/of indien ze kunnen bijdragen aan het genereren van middelen. 3. In afwijking van het eerste lid worden kunstvoorwerpen met een cultuurhistorische waarde niet geactiveerd. 4. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut kunnen worden geactiveerd. Artikel 60 Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief kunnen worden geactiveerd indien: a. het voornemen bestaat het actief te gebruiken of te verkopen; b. de technische uitvoerbaarheid om het actief te voltooien vaststaat; c. het actief in de toekomst economisch of maatschappelijk nut zal genereren en; d. de uitgaven die aan het actief zijn toe te rekenen betrouwbaar kunnen worden vastgesteld. Artikel 61 Bijdragen aan activa in eigendom van derden kunnen worden geactiveerd, indien: a. er sprake is van een investering door een derde; b. de investering bijdraagt aan de publieke taak; c. de derde zich heeft verplicht tot het daadwerkelijk investeren, op een wijze zoals is overeengekomen en; Z.10143/D.40429 Pagina 12 van 14 25 september 2014

d. de bijdrage kan worden teruggevorderd, indien de derde in gebreke blijft of de provincie onderscheidenlijk gemeente anders recht kan doen gelden op de activa die samenhangen met de investering. Artikel 62 1. Alle vaste activa worden voor het bedrag van de investering geactiveerd. 2. In afwijking van het eerste lid kunnen bijdragen van derden die in directe relatie staan met een actief op de waardering daarvan in mindering worden gebracht. 3. In afwijking van het eerste lid kunnen reserves in mindering worden gebracht op investeringen, als bedoeld in artikel 59, het vierde lid. 4. In afwijking van het eerste lid moeten de voorzieningen, bedoeld in artikel 44, eerste lid, onder d, in mindering gebracht worden op de investeringen, bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder b. Artikel 63 1. Activa worden gewaardeerd op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. 2. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. 3. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. In de vervaardigingsprijs kunnen voorts worden opgenomen een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak dat aan de vervaardiging van het actief kan worden toegerekend; in dat geval vermeldt de toelichting dat deze rente is geactiveerd. 4. Voor in erfpacht uitgegeven gronden geldt de uitgifteprijs van eerste uitgifte als verkrijgingsprijs. Gronden in eeuwigdurende erfpacht worden gewaardeerd tegen registratiewaarde. 5. Van activa waarvan de bestemming verandert, wordt de actuele waarde van de nieuwe bestemming in de toelichting op de balans opgenomen. 6. In afwijking van het eerste lid is waardering tegen actuele waarde toegestaan voor de activa van de Nazorgfondsen bedoeld in artikel 15.47 van de Wet milieubeheer. 7. Passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, met uitzondering van voorzieningen die tegen contante waarde zijn gewaardeerd. 8. Eventuele voorzieningen wegens oninbaarheid worden met de boekwaarde van leningen en vorderingen verrekend. Artikel 64 1. De afschrijvingen geschieden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. 2. Slechts om gegronde redenen mogen de afschrijvingen geschieden op andere grondslagen dan die welke in het voorafgaande begrotingsjaar zijn toegepast. De reden van de verandering wordt in de toelichting op de balans uiteengezet. Tevens wordt inzicht gegeven in haar betekenis voor de financiële positie en voor de baten en de lasten aan de hand van aangepaste cijfers voor het begrotingsjaar of voor het voorafgaande begrotingsjaar. 3. Op vaste activa met een beperkte gebruiksduur, waaronder begrepen de financiële vaste activa als bedoeld in art. 36, onderdeel g, wordt jaarlijks afgeschreven volgens een stelsel dat is afgestemd op de verwachte toekomstige gebruiksduur. 4. In afwijking van het eerste en het derde lid kan er op de activa, bedoeld in artikel 59, vierde lid, extra worden afgeschreven. 5. In afwijking van het derde lid is de afschrijvingsduur voor de immateriële vaste activa, bedoeld in artikel 34 onder a, maximaal gelijk aan de looptijd van de lening. Z.10143/D.40429 Pagina 13 van 14 25 september 2014

6. In afwijking van het derde lid is de afschrijvingsduur voor de immateriële vaste activa, bedoeld in artikel 34 onder b, ten hoogste vijf jaar. Artikel 65 1. Naar verwachting duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. 2. Voorraden en deelnemingen worden tegen de marktwaarde gewaardeerd indien de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Een actief dat buiten gebruik wordt gesteld wordt afgewaardeerd op het moment van buitengebruikstelling, indien de restwaarde lager is dan de boekwaarde. Z.10143/D.40429 Pagina 14 van 14 25 september 2014