Eindexamen natuurkunde compex havo I

Vergelijkbare documenten
natuurkunde Compex natuurkunde 1,2 Compex

Eindexamen natuurkunde havo I

Examen HAVO. natuurkunde. tijdvak 1 vrijdag 28 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen natuurkunde havo I

Eindexamen natuurkunde pilot havo I

Examen HAVO. natuurkunde (pilot) tijdvak 1 vrijdag 28 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examentraining Leerlingmateriaal

Correctievoorschrift HAVO

Correctievoorschrift HAVO

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2005-II

De topsnelheid van de Eliica is 190 km/h. Bij die snelheid worden de wielen aangedreven met een nuttig vermogen van in totaal 92 kw.

TENTAMEN NATUURKUNDE

Eindexamen natuurkunde pilot havo I

Opgave 5 Solswitch. Eindexamen havo natuurkunde 2013-II

Examen HAVO. natuurkunde 1,2

Eindexamen havo natuurkunde I

Opgave 3 N-16 in een kerncentrale 2014 II

Examen HAVO. natuurkunde. tijdvak 1 donderdag 12 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2004-II

Eindexamen natuurkunde havo I

natuurkunde havo 2016-I

Eindexamen natuurkunde havo II

In autotijdschriften staan vaak testrapporten van nieuwe auto s. In de figuur op de bijlage is zo n overzicht afgedrukt.

Examen HAVO. natuurkunde. tijdvak 2 woensdag 24 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2006-I

Eindexamen natuurkunde havo II

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Vrijdag 27 mei totale examentijd 3 uur

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2007-II

Eindexamen natuurkunde havo II

Examen HAVO. Natuurkunde 1 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. natuurkunde. tijdvak 1 woensdag 30 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen natuurkunde compex vwo I

Examen VWO. natuurkunde 1,2 Compex. Vragen 1 tot en met 12. In dit deel van het examen staan vragen waarbij de computer niet wordt gebruikt.

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2002-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2004-II

Eindexamen natuurkunde 1 vwo II

natuurkunde Compex natuurkunde 1,2 Compex

Bergtrein. Figuur 2 staat ook op de uitwerkbijlage. a. Bepaal de afstand die de trein op t = 20 s heeft afgelegd.

Examen HAVO. natuurkunde 1. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2006-I

Eindexamen natuurkunde vwo II

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt.

RBEID 16/5/2011. Een rond voorwerp met een massa van 3,5 kg hangt stil aan twee touwtjes (zie bijlage figuur 2).

Examen HAVO - Compex. natuurkunde 1,2 Compex

Opgave 2 Vuurtoren Natuurkunde N1 Havo 2001-II opgave 3

Examen HAVO. natuurkunde 1,2

Eindexamen natuurkunde 1 vwo 2005-I

Toelatingstoets havoniveau natuurkunde max. 42 p, vold 24 p

3HAVO Totaaloverzicht Licht

Eindexamen natuurkunde vwo I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2004-II

Examen HAVO. natuurkunde 1,2. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2004-II

OVERZICHT FORMULES: Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl II. omtrek cirkel = π diameter. oppervlakte cirkel = π straal 2

Examen HAVO. natuurkunde. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Naam: Klas: Toets Kernenergie (versie A)

Eindexamen vwo natuurkunde 2013-I

Uitwerking examen natuurkunde 2009 (tweede tijdvak) 1

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1977 MAVO4 NATUUR- EN SCHEIKUNDE I. Zie ommezijde. Vrijdag 19 augustus,

Eindexamen havo natuurkunde pilot I

Lees dit voorblad goed! Trek op alle blaadjes kantlijnen. Schoolexamen VWO-6: SE-3:

Eindexamen natuurkunde havo I

natuurkunde oud programma havo 2015-I

Examen VMBO-GL en TL 2005

d. Bereken bij welke hoek α René stil op de helling blijft staan (hij heeft aanvankelijk geen snelheid). NB: René gebruikt zijn remmen niet.

natuurkunde havo 2017-I

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2003-II

Je geeft de antwoorden op deze vragen op papier, tenzij anders is aangegeven.

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend.

Maandag 15 juni, uur

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2007-I

a) Bepaal door middel van een constructie de plaats van het beeld van de scherf en bepaal daaruit hoe groot Arno de scherf door de loep ziet.

natuurkunde Compex natuurkunde 1,2 Compex

Woensdag 24 mei, uur

natuurkunde 1,2 Compex

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2003-II

CRUESLI. Een pak Cruesli heeft een massa van 375 gram. De bodem van het pak is 4,5 cm breed en 14 cm lang. 1. Bereken de oppervlakte van de bodem.

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2005-II

Eindexamen natuurkunde havo II

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 23 juni uur

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2003-II

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 31 mei totale examentijd 3,5 uur

Energieopwekking door kernsplijting in een kernreactor. Kerncentrale van Tihange(bij Hoei)

ALGEMEEN 1. De luchtdruk op aarde is ongeveer gelijk aan. A 1mbar. B 1 N/m 2. C 13,6 cm kwikdruk. D 100 kpa.

Examen VWO. natuurkunde 1. tijdvak 2 woensdag 24 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Exact periode 3.2. Recht evenredig Omgekeerd evenredig Lambert Beer Lenzen en toepassingen

Examen HAVO. natuurkunde 1. tijdvak 1 woensdag 23 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2001-I

Bepaal k met behulp van de grafiek. Geef de uitkomst in twee significante cijfers.

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2006-II

oefen vt vwo5 h6 Elektromagnetisme Opgaven en uitwerkingen vind je op Oefen vt vwo5 h6 Elektromagnetisme Opgave 1.

CRUESLI. Een pak Cruesli heeft een massa van 375 gram. De bodem van het pak is 4,5 cm breed en 14 cm lang. 1. Bereken de oppervlakte van de bodem.

NATUURKUNDE KLAS 5. PROEFWERK H8 JUNI 2010 Gebruik eigen rekenmachine en BINAS toegestaan. Totaal 29 p

Opgave 2 Caravan. Havo Na1,2 Natuur(kunde) & techniek 2004-II.

Uitwerking examen Natuurkunde1 VWO 2006 (1 e tijdvak)

Juli blauw Vraag 1. Fysica

Eindexamen vwo natuurkunde I

Transcriptie:

Opgave 1 Eliica De Eliica (figuur 1) is een supersnelle figuur 1 elektrische auto. Hij heeft acht wielen en elk wiel wordt aangedreven door een elektromotor. In de accu s kan in totaal 55 kwh elektrische energie worden opgeslagen. Het gemiddelde energieverbruik van de Eliica is 0,17 kwh/km. De actieradius van een elektrische auto is de afstand die hij met volle accu s kan afleggen bij gemiddeld energieverbruik. 2p 1 Bereken de actieradius van de Eliica. De topsnelheid van de Eliica is 190 km/h. Bij die snelheid worden de wielen aangedreven met een nuttig vermogen van in totaal 92 kw. 4p 2 Bereken de grootte van de wrijvingskracht die de Eliica bij topsnelheid ondervindt. Ondanks zijn enorme massa van 2400 kg trekt de Eliica zeer snel op, sneller zelfs dan een sportwagen. De Eliica en een sportwagen hielden een onderlinge race waarbij ze naast elkaar startten. In de figuur op de uitwerkbijlage staan de bijbehorende (v,t)-grafieken. Van t = 0 tot t = 2,5 s is de versnelling van de Eliica constant. Volgens de makers van de Eliica is zijn versnelling dan gelijk aan 0,8g. 3p 3 Leg met behulp van de figuur op de uitwerkbijlage uit dat die bewering klopt. 2p 4 Bereken de resulterende kracht op de Eliica in de periode van t = 0 tot t = 2,5 s. Mark en Twan bekijken de twee grafieken. Ze vragen zich af op welk tijdstip de sportwagen de Eliica passeert. Mark zegt: op ongeveer t = 20 s. Twan zegt: op ongeveer t = 40 s. 4p 5 Heeft Mark gelijk, heeft Twan gelijk of heeft geen van beiden gelijk? Licht je antwoord toe met behulp van de grafieken op de uitwerkbijlage. www. - 1 -

uitwerkbijlage 3 80 v (m/s) 70 60 50 40 30 20 10 sportwagen Eliica 0 0 5 10 15 20 25 30 35 40 t (s) ruimte voor een toelichting 5 ruimte voor een toelichting.. www. - 2 -

Opgave 2 Variabele vloeistoflens Sinds enige tijd doet men veel onderzoek naar figuur 1 variabele vloeistoflenzen. Zo n lens bestaat uit een doorzichtig rond doosje dat gevuld is met en. Het scheidingsvlak tussen de twee vloeistoffen is bolvormig. In figuur 1 is een dwarsdoorsnede van zo n vloeistoflens getekend. In werkelijkheid is de lens 5,0 maal zo klein. 2p 6 Bepaal met behulp van figuur 1 de grootte van de straal R van het bolvormige scheidingsvlak. R R Aan de rand van het doosje bevinden zich twee contactpunten waarop een variabele gelijkspanningsbron is aangesloten. Door de spanning te verhogen, wordt de straal van het bolvormige scheidingsvlak kleiner. Zie figuur 2. figuur 2 100 V 200 V De onderzoekers hebben gemeten hoe de straal R afhangt van de spanning. Ook hebben ze gemeten hoe de sterkte S van de lens afhangt van R. Zie de twee grafieken op de uitwerkbijlage. 2p 7 Bepaal met behulp van de twee grafieken op de uitwerkbijlage de sterkte van de vloeistoflens bij een spanning van 120 V. Om de lenswerking te begrijpen is een deel van de figuur 3 vloeistoflens vergroot weergegeven. Zie figuur 3. Op de lens valt een evenwijdige bundel licht. lucht De invloed van het dunne laagje glas aan de boven- en onderkant is te verwaarlozen. Bij de overgang van naar vindt breking plaats. Voor de brekingsindex van naar geldt: n = n n lucht 3p 8 Is n groter of kleiner dan n? Licht je antwoord toe met behulp van figuur 3 en bovenstaande formule. www. - 3 -

De onderzoekers bepalen de sterkte van de lens door een raster vergroot af te beelden. Dat is schematisch en niet op schaal weergegeven in figuur 4. figuur 4 scherm raster lens De (lineaire) vergroting in deze situatie is 17. De afstand tussen de lens en het scherm is 20 cm. 4p 9 Bereken de sterkte van de lens. Het is de bedoeling om vloeistoflenzen te gaan gebruiken in digitale camera s. Op de uitwerkbijlage staan twee vragen waarin het scherpstellen van een digitale camera met een variabele vloeistoflens wordt vergeleken met de wijze waarop het menselijk oog dat doet. 2p 10 Beantwoord de twee vragen op de uitwerkbijlage met ja of nee. www. - 4 -

uitwerkbijlage 7 9 R (10-3 m) 8 7 6 5 4 S (dpt) 110 100 3 0 50 100 150 200 U (V) 90 80 70 60 50 40 4,5 5,0 5,5 6,0 6,5 7,0 7,5 8,0 8,5 R (10-3 m) 10 Beantwoord de twee vragen hieronder met ja of nee. Streep daartoe door wat niet van toepassing is. Een toelichting is niet nodig. 1 In een digitale camera met een variabele vloeistoflens wordt scherpgesteld door de sterkte van de lens aan te passen aan de voorwerpsafstand. Stelt het menselijk oog ook op deze manier scherp? JA / NEE 2 Als de camera met variabele vloeistoflens wordt scherpgesteld op een andere voorwerpsafstand, is de beeldafstand na het scherpstellen even groot. Geldt dat ook voor het scherpstellen van het menselijk oog? JA / NEE www. - 5 -

Opgave 3 De natuurlijke kernreactor van Oklo Lees eerst onderstaande tekst. In 1972 ontdekten Franse kernfysici dat het uranium uit de mijn Oklo in Gabon een iets lager percentage U-235 bevatte dan normaal uranium. Dit verschil in percentage is te verklaren door aan te nemen dat de mijn zo n twee miljard jaar geleden als een natuurlijke kernreactor in actie is geweest. Er zijn twee voorwaarden voor een kettingreactie van het splijten van U-235: het percentage U-235 moet minstens 3% zijn en er moet aanwezig zijn om als moderator te dienen. Waarschijnlijk kon het door aardverschuivingen bij het uranium komen. Normaal uranium bestaat voor 0,7% uit de radioactieve isotoop U-235 en voor 99,3% uit de radioactieve isotoop U-238. Men kan uitrekenen hoe het percentage U-235 in uranium in de loop van de tijd is veranderd. Zie figuur 1. figuur 1 6 perc. U-235 in normaal uranium (%) 5 4 3 2 1 0-2,5-2,0-1,5-1,0-0,5 0 tijd (miljard jaar) Het heden is het tijdstip t = 0. 2p 11 Leg uit waarom het percentage U-235 in uranium in de loop van de tijd is afgenomen. Gebruik in je uitleg de halveringstijden van U-238 en U-235. www. - 6 -

Omdat de samenstelling van het uranium uit de mijn van Oklo iets afwijkt van normaal, heeft men teruggerekend hoe het (massa)percentage U-235 van dit uranium in de loop van de tijd is veranderd. Zie figuur 2. figuur 2 6 perc. U-235 in uranium (%) 5 4 3 2 1 0-2,5-2,0-1,5-1,0-0,5 0 tijd (miljard jaar) normaal uranium uranium uit Oklo Ongeveer twee miljard jaar geleden moet er plotseling U-235 verdwenen zijn door kernsplijting. Men schat de hoeveelheid verdwenen U-235 op 1,1 10 4 kg. 3p 12 Bepaal met behulp van de grafiek de totale massa die het uranium had op het moment dat de reactor begon te werken. Bij de splijting van één U-235-kern komt gemiddeld 200 MeV energie vrij. 4p 13 Bereken de hoeveelheid energie in J die de kernreactor van Oklo heeft geproduceerd. In het uraniumerts uit Oklo zijn sporen van neodynium-145 (Nd-145) gevonden. Dit moet bij de kernsplijting van U-235 zijn ontstaan. Op de uitwerkbijlage is deze reactie onvolledig weergegeven. 3p 14 Maak de reactie op de uitwerkbijlage compleet door de stippellijntjes in te vullen. (Nd-145 en het andere splijtingsproduct staan niet in tabel 25 van Binas; die elementen staan wel in tabel 40 en 99.) uitwerkbijlage 14 235 1 145... 1 92 U + 0 n... Nd +...... + 3 0 n www. - 7 -