Vertrokken onbekend waarheen Demografische en sociaal-economische kenmerken van personen die bij de gemeente geen aangifte doen van vertrek

Vergelijkbare documenten
Arbeidsparticipatie icipatie Almere 2006

Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden

Uitstroom uit de WW binnen twee jaar na instroom

Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden

Jongeren met een tijdelijk contract in 2009 en 2010

Vluchtelingen in Nederland Stromen op de arbeidsmarkt Linda Muller, Jeroen van den Tillaart en Caroline van Weert

werkwillendheid eid van ouderen (50-64 jaar) in 2007

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Uitstroom uit het mbo schooljaar 2006/ 07

Nulmeting 60%-doelstelling Uitstroom naar ar werk (voorlopige cijfers)06

binnen Rotterdam

Voortijdig schoolverlaten 0c het voortgezet et onderwijs in

Voorpublicatie Diversiteit in cijfers 2005

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet

Binnensteden en hun bewoners

Verhuizingen 0n n van personen tussen Twentse gemeenten, 2007

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet

De arbeidsmarkt- en inkomenspositie van moeders met jonge kinderen in Karin Hagoort, Maaike Hersevoort en Mariëtte Goedhuys

SRG-uitstroom Conclusie

Persbericht. Niet-westerse allochtonen tweemaal zo vaak een uitkering. Centraal Bureau voor de Statistiek

Vergelijking huishoudenspositie op basis van AOW-registratie en Basisregistratie Personen, 2016 en Wouter van Andel en Thomas Slager

Samenloop van zorg en inkomen 2009

Locatie van banen, opleiding van niet werkend werkzoekenden, in- en uitstroom van uitkeringen

Kinderopvang per wijk in Den Bosch, Nicol Sluiter en Anouk de Rijk

Inkomens en verhuizingen Almelo,

re-integratieondersteuning

Jongeren buiten beeld 2013

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Personen met een uitkering naar huishoudsituatie

Instromers in de WW in 2007 en hun arbeidsverleden

Ouderen zonder baan, één jaar later

Tweemeting Uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning Voorlopige cijfers 2006 en eerste halfjaar 2007

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Aan het werk met of zonder re-integratieondersteuning

Statistisch Bulletin. Jaargang

Arbeidsparticipatie van jarigen

Allochtonen bij de overheid, 2003 en 2005

Rapport Databases PC Technische toelichting

Statistisch Bulletin. Jaargang

Participatiepotentieel aandachtswijken 2006 Maatwerktabellen Raad voor Werk en Inkomen Centrum voor Beleidsstatistiek

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Met re-integratieondersteuning 0g op weg naar werk

Redenen van in- en uitstroom WWB

Verschillen in cijfers over huisartscontacten. en de statistiek tiek Geregistreerde contacten met de huisarts

Ziekteverzuim naar leeftijd en geslacht,

Inkomens en verhuizingen binnen Rotterdam

veiligheid en economische zaken, minder voor bijstand en onderwijs

Arbeidsparticipatie 20 tot en met 64-jarigen

Voortijdig schoolverlaters 0c van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Pensioenfondsen ndsen en hun deelnemers,

Geheel of gedeeltelijk eltelijk uit de uitkering naar werk

Geen stagnatie in participatie

Uitbreiding van de Europese Unie 2004 en 2007

Kinderopvang per wijk in Den Bosch, Nicol Sluiter en Sander Dalm

10. Veel ouderen in de bijstand

Dynamiek in de WW. Uitkomsten en toelichting. Centrum voor Beleidsstatistiek. Mathilda Coppinga Marleen Geerdinck Linda Muller Alderina Dill

Werkt begeleiding naar werk?

Inkomsten uit arbeid van vrouwen en hun partners

IN EERSTE HALFJAAR Paula van der Brug en Robert Selten. April Het aantal gestarte trajecten in het eerste halfjaar van 2002.

Banen en zelfstandigen

Statistisch Bulletin. Jaargang

Aan het werk met re-integratie ondersteuning

Centrum voor Beleidsstatistiek en Microdata Services. Documentatierapport Hackaton bestand

Buitenlandse vrachtwagens op de Nederlandse wegen

Inkomens en verhuizingen in Rotterdam Uitkomsten en toelichting (update)

Migratieachtergrond van werkzoekenden naar regio, beroep en opleidingsniveau, 2017 pilot Barometer culturele diversiteit

Bijlage verzuimcijfers

van de COROP-gebieden Achterhoek en Arnhem/Nijmegen

Verkenning niet-westerse derde generatie

Statistisch Bulletin. Jaargang

Voorlopige uitkomsten Sluitende Aanpak 2003

Aan het werk met re-integratie ondersteuning

Aan het werk met of zonder reintegratieondersteuning.

Rapport Databases PC Technische toelichting

27 september Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Administratieve correcties in de bevolkingsstatistieken

Statistisch Bulletin. Jaargang

Welke bijstandsontvangers willen aan het werk?

Wie willen er werk? 2007

Factsheet Jongeren buiten beeld 2013

Migratieachtergrond van werknemers in Nederland naar bedrijfstak en uurloon, 2017 pilot Barometer culturele diversiteit

VUT-fondsen kalven af

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2014

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

VUT-fondsen op weg naar het einde

12. Vaak een uitkering

Uitstroom naar Werk. Centrum voor Beleidsstatistiek Dennis Lanjouw, Frank van der Linden, May Hua Oei, Mathilda Copinga

Statistisch Bulletin. Jaargang

In wat voor gezin worden kinderen geboren?

Statistisch Bulletin. Jaargang

Bevolkingstrends Bevolkingsgroei in grote steden vooral dankzij Vinex-wijken

Statistisch Bulletin. Jaargang

OSB Statistisch Onderzoek voor brancheverenigingen OSB - Ondernemersorganisatie Schoonmaak- en Bedrijfsdiensten

Met re-integratieondersteuning op weg naar werk

Aan het werk met re-integratie ondersteuning

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015

Onderzoeksmethode Basisregistratie Personen

Met begeleiding naar werk

Eenmeting uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning

Transcriptie:

Vertrokken onbekend waarheen Demografische en sociaal-economische kenmerken van personen die bij de gemeente geen aangifte doen van vertrek 11 Harold Kroeze Frank van der Linden Lotte Oostrom Nicol Sluiter Centraal Bureau voor de Statistiek

Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer ** = nader voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) = het getal is kleiner dan de helft van de gekozen eenheid niets (blank) = een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen 2010 2011 = 2010 tot en met 2011 2010/2011 = het gemiddelde over de jaren 2010 tot en met 2011 2010/ 11 = oogstjaar, boekjaar, schooljaar enz., beginnend in 2010 en eindigend in 2011 2008/ 09 2010/ 11 = oogstjaar, boekjaar enz., 2008/ 09 tot en met 2010/ 11 In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen. Colofon Uitgever Centraal Bureau voor de Statistiek Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Prepress Centraal Bureau voor de Statistiek Grafimedia Bestellingen E mail: verkoop@cbs.nl Fax (045) 570 62 68 Internet www.cbs.nl Omslag Teldesign, Rotterdam ISSN: 1877 3028 Inlichtingen Tel. (088) 570 70 70 Fax (070) 337 59 94 Via contactformulier: www.cbs.nl/infoservice Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen, 2011. Verveelvoudiging is toegestaan, mits het CBS als bron wordt vermeld. 6018520120 X-42

Inhoud Inhoud 3 1. Inleiding 5 1.1 Aanleiding en doel van het onderzoek 5 1.2 Leeswijzer 5 2. Belangrijkste uitkomsten 6 2.1 Inleiding 6 Vertrokken onbekend waarheen (VOW) 7 2.2 Aantal VOW ers 7 2.3 Wie komen er weer terug? 9 2.4 Arbeidsmarktpositie van de VOW ers 11 3. Beschrijving van het onderzoek 12 3.1 Populatie 12 3.2 Onderzoeksmethode 12 3.3 Bronnen 12 3.4 Kwaliteit van de uitkomsten 13 3.5 Opmerkingen bij de tabellen 13 4. Begrippen en afkortingen 15 4.1 Begrippen 15 4.2 Afkortingen 16 Tabellenoverzicht 21 3

1. Inleiding 1.1 Aanleiding en doel van het onderzoek In het voorjaar van 2011 doken in de pers verhalen op over spookburgers. Het gaat hierbij om personen waarvan de gemeente constateert dat ze niet op het adres wonen waar ze in de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA) staan geregistreerd, en waarvan de feitelijke woonplaats onbekend is. Ze zijn dan in de GBA opgenomen onder de noemer vertrokken onbekend waarheen (VOW). Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) heeft het Centrum voor Beleidsstatistiek (CvB) van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) gevraagd een onderzoek uit te voeren naar deze personen. Het onderzoek laat zien wat het verloop is van de VOW-populatie in de GBA, en wat de demografische en sociaaleconomische kenmerken zijn van deze populatie. 1.2 Leeswijzer Hoofdstuk 2 laat de belangrijkste uitkomsten van het onderzoek zien. Het hoofdstuk beschrijft de demografische kenmerken van de VOW-populatie, zoals leeftijd, geslacht en herkomst. Van lang niet alle VOW ers blijft de woonplaats onbekend. We maken onderscheid tussen personen die wel en niet binnen twee jaar terugkeren. Verder gaat het hoofdstuk in op de sociaal-economische positie van de VOW ers één jaar voor de VOW-melding. Het gaat dan bijvoorbeeld om kenmerken als het hebben van een baan of een uitkering. Hoofdstuk 3 geeft een beschrijving van het onderzoek: hoe is het onderzoek opgezet, en welke bronnen zijn gebruikt? Daarnaast besteedt het aandacht aan de kwaliteit van de uitkomsten. Begrippen en afkortingen staan in hoofdstuk 4, waarna het rapport eindigt met een tabellenset. Deze tabellenset geeft een kwantitatief overzicht van de kenmerken die in het rapport zijn genoemd. 5

2. Belangrijkste uitkomsten 2.1 Inleiding In de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA) worden de persoonsgegevens van alle personen die in Nederland wonen geregistreerd door de gemeenten. Als iemand gaat verhuizen, binnen de gemeente, naar een andere gemeente of naar het buitenland moet hij of zij dat melden. Dit gebeurt niet altijd. Hierdoor komt het voor dat de gemeente er na onderzoek achter komt dat personen niet meer wonen op een adres in Nederland. Deze personen worden dan geregistreerd als vertrokken onbekend waarheen (VOW) in de GBA. Ze staan dan nog wel in de GBA maar worden niet meer meegeteld als inwoner van Nederland (ze zijn dan niet meer actueel ). Een deel van deze groep meldt zich weer en wordt dan weer actueel in de GBA. Toch blijft de groep VOW groeien omdat ook een aanzienlijk deel niet meer terugkeert in de GBA. Wie zijn deze personen die verdwijnen uit de GBA? Door verschillende demografische en sociaaleconomische kenmerken van de VOW ers in beeld te brengen geven we hier een antwoord op. We kijken naar kenmerken van deze personen vlak voordat ze worden geregistreerd als VOW, maar ook op moment dat zij weer opduiken in de GBA. Deze uitkomsten kunnen handvatten bieden voor gemeenten voor het maken van een protocol voor het doen van onderzoek voorafgaand aan een VOW-melding. Dit hoofdstuk begint met de beschrijving van de groep die tijdens de meest recente meting, op 1 januari 2011, stond geregistreerd als VOW in de GBA. Daarna gaan we kijken naar de groep personen die binnen twee jaar weer terugkeren in de GBA. Verschilt deze groep van de groep die niet meer terugkeert? Het hoofdstuk sluiten we af met kenmerken over banen, uitkeringen en het volgen van hoger onderwijs van de VOWpopulatie. 6

Vertrokken onbekend waarheen (VOW) We gebruiken in dit rapport vaak de term vertrokken onbekend waarheen (VOW) om onze populatie aan te duiden. Daarmee bedoelen we uitschrijvingen uit de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA) waarbij de gemeente vaststelt dat de betreffende persoon niet meer in enige gemeente in Nederland ingeschreven is. Het is op moment van uitschrijving niet bekend waar deze personen zich bevinden. In dit onderzoek maken we onderscheid tussen personen die zelf hebben aangegeven dat ze vertrokken zijn naar een onbekend buitenland (in dit onderzoek: emigratie naar een onbekend land ) en personen die dat niet hebben gedaan ( overige afvoer ). De laatste groep is veruit het grootst en ook de focus van het onderzoek. Als we het bij het bespreken van de resultaten hebben over aantal VOW bedoelen we het aantal uitschrijvingen uit de GBA onder de noemer overige afvoer. Als we het hebben over VOW ers bedoelen we het aantal personen dat is uitgeschreven onder de noemer overige afvoer. 2.2 Aantal VOW ers Op 1 januari 2011 stonden er 380 duizend personen in de GBA geregistreerd als VOW. Dit zijn alleen de personen met de code overige afvoer. Als ook de personen met de vermelding emigratie bestemming onbekend worden meegeteld, gaat het om ruim 387 duizend personen. De uitkomsten die we bespreken gaan echter alleen over de groep VOW met de code overige afvoer. Vanaf de invoering van de elektronische GBA op 1 oktober 1994 kunnen VOW ers in de tijd worden gevolgd. Het aantal VOW ers dat gevolgd kan worden, wordt elk jaar groter. Tot 2002 nam de VOW-populatie jaarlijks toe met gemiddeld 18 duizend personen. Vanaf 2003 groeit de VOW-populatie sneller met gemiddeld 28 duizend personen per jaar. Misschien heeft dit te maken met een meer actieve opsporing van potentiële VOW ers door gemeenten. De verwachting is dat het aantal personen dat als VOW geregistreerd staat in de GBA zal blijven doorgroeien als deze manier van registreren wordt gehandhaafd. Dit komt omdat er altijd personen zijn die nooit meer terugkeren en waarvan nooit meer de verblijfplaats zal worden achterhaald. Deze groep is groter dan de groep die weer terugkomt in de GBA. In paragraaf 2.3 zullen we verder ingaan op de verschillen tussen VOW ers die wel en niet terugkeren in de GBA. 7

1. Aantal VOW ers op 1 januari naar geslacht, 1996-2011 x 1000 400 350 300 250 200 Man Vrouw 150 100 50 0 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 De typische VOW er is een jonge, mannelijke allochtoon Om tot een beleid te komen rondom de VOW-registratie is het belangrijk om te kijken wat de kenmerken zijn van deze groep. Zo kunnen er bijvoorbeeld maatregelen worden ontwikkeld speciaal gericht op risicogroepen voor VOW. We hebben de VOW-populatie vergeleken met de totale Nederlandse bevolking op verschillende demografische variabelen. Op deze manier ontstaat een goed beeld welke groepen oververtegenwoordigd zijn onder VOW ers. In figuur 2 staan een aantal van deze uitkomsten voor 2011. De conclusie is dat de typische VOW er een jonge, mannelijke allochtoon is. Bijna tweederde van de VOW ers is man. Ook zie je duidelijk terug dat vooral jongvolwassenen een VOW-melding krijgen. Relatief weinig 45-plussers zijn VOW er. Verder zijn VOW ers vaker allochtoon, ongeveer even vaak westers als nietwesters allochtoon. Mogelijk zijn veel VOW ers weer terug gegaan naar hun land van herkomst. Is onder de totale Nederlandse bevolking ongeveer 20 procent allochtoon, onder de VOW-populatie is dat bijna 90 procent. Veel van de niet-westerse allochtonen hebben overigens wel de Nederlandse nationaliteit (zie de begrippenlijst in hoofdstuk 4 voor een omschrijving van herkomstgroep en nationaliteit). 2. Verdeling naar geslacht van de VOW ers en de totale bevolking, 1 januari 2011 Geslacht VOW'ers Geslacht totale bevolking Man Vrouw 8

3. Verdeling naar herkomstgroepering van de VOW ers en de totale bevolking, 1 januari 2011 Herkomstgroepering VOW'ers Herkomstgroepering totale bevolking Autochtoon Westerse allochtoon Niet-westerse allochtoon 4. Verdeling naar leeftijd van de VOW ers en de totale bevolking, 1 januari 2011 Leeftijd VOW'ers Leeftijd totale bevolking Jonger dan 15 jaar 15-24 jaar 25-34 jaar 35-44 jaar 45-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder Bijna helft VOW ers is alleenstaand We hebben ook gekeken naar de huishoudensamenstelling van de VOW ers. Voor gezinnen met kinderen is het minder waarschijnlijk dat ze verhuizen zonder daar melding van te maken dan voor alleenstaanden. Alleenstaanden zijn flexibeler en hoeven met minder personen rekening te houden. Dit zien we ook in de cijfers terug. Van alle VOWmeldingen in de periode 1999-2008 behoren er ruim 45 procent tot de eenpersoonshuishoudens. Dit is veruit de grootste groep. Bij ongeveer een kwart van VOW-meldingen zijn gezinnen met kinderen betrokken. Tot nu toe hebben we gekeken naar personen die op 1 januari 2011 de status vertrokken onbekend waarheen hebben. Deze populatie zal grotendeels bestaan uit personen die al lang zijn vertrokken en die waarschijnlijk niet meer terugkeren in de GBA. Sinds de invoering van de GBA zijn er echter ook veel VOW ers geweest die wel weer zijn ingeschreven in de GBA, en waarvan de status in 2011 dus niet meer vertrokken onbekend waarheen is. In de volgende paragraaf maken we onderscheid naar VOW ers die wel of niet binnen twee jaar terugkeren. 2.3 Wie komen er weer terug? Een groot deel van de VOW-meldingen zal veroorzaakt worden doordat personen vergeten een wijziging van de woonsituatie door te geven. Je verhuist (tijdelijk) naar het buitenland of een andere gemeente, gaat samenwonen of een wereldreis maken en vergeet dit door te geven aan de gemeente. In een aantal gevallen zal dat ook een 9

bewuste keuze zijn. We hebben in dit onderzoek bepaald welke personen met een VOWmelding in de periode 1999-2008 binnen twee jaar weer terugkeren. Verder hebben we gekeken of deze personen verschillen van de personen die niet meer terugkeren. Grootste deel autochtonen binnen twee jaar weer terug in GBA Er zijn in de periode 1999 en 2008 door gemeenten bijna 550 duizend VOW-meldingen gedaan, daarvan keert iets meer dan helft binnen twee jaar weer terug in de GBA. Vaak zelfs binnen een half jaar. Wat direct opvalt, is dat westerse allochtonen het minst vaak terugkeren in de GBA na een VOW-melding. Driekwart schrijft zich niet meer in. Dit zijn misschien personen die tijdelijk in ons land hebben gewerkt en daarna weer zijn vertrokken. We vinden onder de VOW ers die niet meer terugkeren ook veel personen met een Britse, Duitse, Amerikaanse of Poolse nationaliteit terug. Ruim driekwart van de autochtonen keert binnen twee jaar weer terug in het GBA. VOW ers tussen de 15 en 24 jaar worden van alle leeftijdscategorieën het vaakst weer teruggevonden. Verder keert ruim de helft van de kinderen, ouderen en vrouwen met een VOW-melding niet meer terug. 5. Geslacht, herkomst, leeftijd en eerste nationaliteit van VOW ers die wel of niet terugkeren, 1999-2008 Man Vrouw Jonger dan 15 jaar 15-24 jaar 25-34 jaar 35-44 jaar 45-54 jaar 55-64 jaar 65 jaar en ouder Autochtoon Westerse allochtoon Niet-westerse allochtoon Nederlandse Onbekend Brits burger Turkse Marokkaanse Burger van de Bondsrepubliek Duitsland Amerikaans burger Poolse Franse Chinese 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Keert binnen 2 jaar terug Niet binnen 2 jaar terug 10

Tot nu toe hebben we voornamelijk gekeken naar demografische kenmerken zoals geslacht, leeftijd en herkomst van de VOW ers. In het laatste deel van dit hoofdstuk ligt de focus op de arbeidsmarktpositie van de personen voor de VOW-melding. 2.4 Arbeidsmarktpositie van de VOW ers Wat deden personen in het jaar voor de VOW-melding? Zijn het voornamelijk werkenden? Of hadden ze juist geen werk en kregen ze een uitkering? Door de arbeidsmarktpositie van de VOW ers in de periode 2000-2008 in beeld te brengen wordt nog meer duidelijk wat voor personen er verdwijnen uit de GBA. We hebben gekeken of personen van 15 jaar en ouder één jaar voor de VOW-melding een baan hadden, een uitkering ontvingen of hoger onderwijs volgden. Eenderde van de VOW ers heeft een baan Eenderde van de personen boven de 15 jaar heeft één jaar voor VOW-melding een baan. Dat is relatief weinig in vergelijking met de totale Nederlandse bevolking tussen de 15 en 65 jaar, daarvan werkt in 2008 ongeveer 68 procent. VOW ers zijn echter relatief jong en jongvolwassenen werken minder vaak. Zelfs als we vergelijken met aandeel werkzame personen van 15 tot en met 35 jaar oud in Nederland (63 procent) blijft het opmerkelijk dat zo weinig VOW ers een baan hebben. Mannen hebben iets vaker een baan dan vrouwen. Als VOW ers een uitkering hebben, dan was dat vaak een bijstandsuitkering. Opvallend is dat mannen vaker een uitkering hebben dan vrouwen. Van ruim de helft van de VOW ers kunnen we geen baan, uitkering of opleiding in het hoger onderwijs terugvinden. Het is onduidelijk wat de arbeidsmarktpositie van deze personen was. Vooral bij westerse allochtonen is de arbeidsmarktpositie vaak onbekend. Slechts éénderde van de westerse allochtonen vinden we terug in de verschillende registraties één jaar voor de VOW-melding. Overigens is een deel van de VOW ers niet ingeschreven één jaar voor de VOW-melding. Bij westerse allochtonen gaat het om 12,5%, bij niet-westerse allochtonen om 8,5% en bij autochtonen om 4,5%. 6. Aandeel VOW ers met een baan, uitkering of onderwijsvolgend één jaar voor VOW-melding, 2000-2008 Baan Bijstandsuitkering WW-uitkering AO-uitkering AOW-uitkering Volgt hoger onderwijs Geen hoger onderwijs, baan of uitkering Niet ingeschreven in Nederland 0 10 20 30 40 50 60 Man Vrouw Totaal 11

3. Beschrijving van het onderzoek 3.1 Populatie De populatie van het onderzoek bestaat uit uitschrijvingen uit de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA) die vallen onder de noemer vertrokken onbekend waarheen. Het gaat hierbij om records van personen waarbij de gemeente vaststelt dat de betreffende persoon niet meer in de gemeente aanwezig is. Dit onderzoek maakt onderscheid naar personen waarvan bekend is dat ze geëmigreerd zijn, maar waarbij het emigratieland onbekend is ( emigratie bestemming onbekend ), en overige personen ( overige afvoer ). Deze laatste vormen verreweg de grootste groep, en daar ligt ook de focus van dit onderzoek. 3.2 Onderzoeksmethode Uit de GBA zijn de uitschrijvingen geselecteerd die vallen onder de noemer vertrokken onbekend waarheen. Aan deze uitschrijvingen zijn persoonsgegevens gekoppeld: geboortedatum, leeftijd, geslacht, nationaliteit en herkomst. Vervolgens is gekeken of de personen binnen twee jaar weer worden opgenomen in de GBA, en of ze vaker dan eenmaal worden uitgeschreven uit de GBA binnen twee jaar. Vervolgens is het onderzoeksbestand verrijkt met gegevens over uitkeringen, banen en onderwijsinschrijvingen. Deze gegevens zijn afkomstig uit het Sociaal Statistisch Bestand (SSB). De gegevens zijn op verschillende peilmomenten gekoppeld, om een zo goed mogelijk beeld te krijgen van de achtergrond van de onderzochte personen. Het moment van uitschrijving uit de gemeente hoeft namelijk niet samen te vallen met het daadwerkelijke moment van vertrek van de betreffende persoon. Het kan zijn dat de persoon al enige tijd daarvoor is vertrokken. Daarom is één jaar voor uitschrijving gekeken naar deze achtergrondgegevens. Bij een eventuele heropvoering in de GBA zijn de achtergrondgegevens aangekoppeld in de maand na heropvoering. 3.3 Bronnen De gegevens voor dit onderzoek zijn afkomstig uit de GBA en het SSB. Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA) De GBA is een geautomatiseerd persoonsregistratiesysteem van de gemeenten en in werking sinds 1 oktober 1994. In principe staan alle inwoners van een gemeente in de basisadministratie ingeschreven. Gegevens als geboortedatum, geslacht, geboorteland en woonplaats worden in de GBA geregistreerd. Sociaal Statistisch Bestand (SSB) Het SSB is een samenhangend systeem van koppelbare bestanden dat het CBS gebruikt voor de sociale statistieken. Het SSB bevat onder andere gegevens over banen, uitkeringen en re-integratie. De gegevens in het SSB zijn onder andere afgeleid uit de 12

uitkerings- en re-integratieregistraties van gemeenten en UWV, gegevens van de Belastingdienst, onderwijsregistraties en de Polisadministratie. 3.4 Kwaliteit van de uitkomsten De gegevens voor dit onderzoek zijn afkomstig uit integrale registraties, die door de registratiehouders aan het CBS zijn geleverd. De registraties geven in principe een volledig beeld van de populaties, zoals uitkeringsontvangers en ingezetenen. Het CBS voert indien nodig administratieve correcties uit. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitschrijvingen uit de GBA onder de noemer vertrokken onbekend waarheen. Zij voeren een dergelijke uitschrijving op als na adresonderzoek is gebleken dat de betreffende persoon niet woonachtig is op het opgegeven adres. Niet alle gegevens zijn voor de gehele periode 1995-2010 beschikbaar. Van veel sociaaleconomische kenmerken zijn geen gegevens beschikbaar van voor 1999. Daarnaast zijn er over 2010 geen gegevens beschikbaar met betrekking tot de AOW en de inschrijvingen in het hoger onderwijs. Het CBS leidt elk jaar het type huishouden af uit verschillende bronnen. De peildatum is steeds 1 januari. Wanneer een persoon niet op 1 januari woonachtig is in Nederland, kan het CBS geen type huishouden vaststellen. Het type huishouden wordt dan op onbekend gezet. In tabel 5 met gegevens over terugkerende VOW ers is de huishoudenspositie bepaald op 1 januari volgend op het terugkeermoment. In de overige tabellen is de huishoudenspositie bepaald op 1 januari voorafgaand aan het VOWmoment. In een aantal gevallen komt het voor dat een persoon op een peilmoment meerdere soorten uitkeringen heeft. In die gevallen wordt de persoon ingedeeld in een bepaalde categorie aan de hand van een prioritering: AOW-AO-WW-Bijstand. Heeft de persoon bijvoorbeeld gelijktijdig een AO- en een WW-uitkering, dan valt de persoon in de categorie AO. 3.5 Opmerkingen bij de tabellen De cijfers in de tabellen zijn afgerond op tientallen. In de tabellen met sociaaleconomische kenmerken (tabellen 4a, 4b en 6) bestaat de populatie uit uitschrijvingen waarbij de betreffende persoon 15 jaar of ouder was. o o Tabel 1 geeft de stand weer op 1 januari van elk jaar van het aantal personen waarvan op dat moment de status vertrokken onbekend waarheen is. Tabel 2 gaat over het aantal uitschrijvingen uit de GBA onder de noemer vertrokken onbekend waarheen in 2010. De kenmerken zijn bepaald op VOWmoment. o Tabel 3 geeft het totaal aantal VOW-uitschrijvingen weer in de periode 1999-2008. Daarbij is onderscheid gemaakt naar gevallen waarbij de betreffende persoon wel of niet binnen twee jaar weer is opgenomen in de GBA. De 13

kenmerken zijn bepaald op VOW-moment, met uitzondering van de huishoudenspositie (1 januari van het betreffende jaar). o o o o Tabel 4a geeft het aantal VOW-uitschrijvingen in de periode 2000-2009 weer, uitgesplitst naar sociaal-economische kenmerken, herkomst en nationaliteit. De sociaal-economische kenmerken zijn bepaald op één jaar vóór het VOWmoment. Tabel 4b geeft het aantal VOW-uitschrijvingen in de periode 2000-2009 weer, uitgesplitst naar sociaal-economische kenmerken, leeftijd en geslacht. De sociaal-economische kenmerken zijn bepaald één jaar vóór het VOW-moment. Tabel 5 geeft het aantal heropvoeringen weer van personen die binnen twee jaar daarvoor geregistreerd werden onder de noemer vertrokken onbekend waarheen. De kenmerken zijn bepaald op het moment van heropvoering in de GBA, met uitzondering van de huishoudenspositie (1 januari volgend op het moment van heropvoering). Tabel 6 geeft van de populatie van tabel 5 (exclusief 0-14 jarigen) enkele sociaaleconomische kenmerken, bepaald op één maand na heropvoering in de GBA. 14

4. Begrippen en afkortingen 4.1 Begrippen Allochtoon Persoon van wie ten minste één ouder in het buitenland is geboren. AO-uitkering Persoon heeft inkomsten uit een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Deze uitkeringen worden verstrekt op grond van de WAO, WIA, WAZ of Wajong. AOW-uitkering Persoon heeft inkomsten uit een uitkering op grond van de Algemene Ouderdomswet. Autochtoon Persoon van wie de beide ouders in Nederland zijn geboren. Baan Een dienstverband zoals geregistreerd in de Polisadministratie. Bijstandsuitkering Persoon heeft inkomsten uit een reguliere bijstandsuitkering. Deze uitkeringen worden verstrekt op grond van de Wet Werken en Bijstand (WWB). Eenouderhuishouden Particulier huishouden bestaande uit één ouder met thuiswonende kind(eren) (en met mogelijk ook overige leden). Eenpersoonshuishouden Particulier huishouden bestaande uit één persoon. G4 De 4 grootste gemeenten in Nederland (Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht). G31 exclusief G4 De 31 grootste gemeenten in Nederland, exclusief de G4. Het gaat om de gemeenten Alkmaar, Almelo, Amersfoort, Arnhem, Breda, Deventer, Dordrecht, Eindhoven, Emmen, Enschede, Groningen, Haarlem, Heerlen, Helmond, Hengelo, s- Hertogenbosch, Leeuwarden, Leiden, Lelystad, Maastricht, Nijmegen, Schiedam, Sittard- Geleen, Tilburg, Venlo, Zaanstad en Zwolle. Herkomstgroepering Voor de indeling van personen naar etnische achtergrond is de CBS-indeling naar herkomstgroepering gebruikt. De herkomstgroepering van een persoon wordt vastgesteld aan de hand van diens geboorteland en dat van zijn ouders. Hoger onderwijs Een HBO- of WO-inschrijving. Huishouden Een verzameling van één of meer personen die een woonruimte bewoont en daar zichzelf voorziet, of door derden wordt voorzien, in dagelijkse levensbehoeften. Institutioneel huishouden Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en daar bedrijfsmatig worden voorzien in dagelijkse levensbehoeften. Ook de huisvesting vindt bedrijfsmatig plaats. Het gaat om personen in instellingen zoals verpleeg-, verzorgings- en kindertehuizen, gezinsvervangende tehuizen, revalidatiecentra en penitentiaire inrichtingen, die daar in principe voor langere tijd (zullen) verblijven. MOE-landers Personen die zijn geboren in één van de midden- en oosteuropese landen die zijn toegetreden tot de Europese Unie, en zich in Nederland hebben gevestigd. Het gaat om de landen Bulgarije, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Polen, Roemenië, Slovenië, Slowakije en Tsjechië. 15

Nationaliteit De nationaliteit zoals die is opgenomen in de GBA. Heeft een persoon meerdere nationaliteiten, waaronder de Nederlandse, dan is de Nederlandse nationaliteit genomen. In de tabellen is een top-10 opgenomen, die is bepaald op basis van alle VOW-momenten in de periode 1995-2010. Niet-westerse allochtoon Allochtoon met als herkomstgroepering een van de landen in de werelddelen Afrika, Latijns-Amerika en Azië (exclusief Indonesië en Japan) of Turkije. Stedelijkheidsgraad De indeling van naar stedelijkheid is gebaseerd op de omgevingsadressendichtheid. De volgende klassen worden onderscheiden: - omgevingsadressendichtheid van 2500 of meer: zeer sterk stedelijk; - omgevingsadressendichtheid van 1500 tot 2500: sterk stedelijk; - omgevingsadressendichtheid van 1000 tot 1500: matig stedelijk; - omgevingsadressendichtheid van 500 tot 1000: weinig stedelijk; - omgevingsadressendichtheid van minder dan 500: niet-stedelijk. Verblijfstitel In de GBA wordt de verblijfstitel van personen geregistreerd, voor zover van toepassing. In de tabellen worden de voorkomende verblijfstitels ingedeeld in een beperkt aantal categorieën. Westerse allochtoon Allochtoon met als herkomstgroepering een van de landen in de werelddelen Europa (exclusief Turkije), Noord-Amerika en Oceanië of Indonesië of Japan. WW-uitkering Persoon heeft inkomsten uit een werkloosheidsuitkering. Deze uitkeringen worden verstrekt op grond van de Werkloosheidswet (WW). 4.2 Afkortingen AO Arbeidsongeschiktheid AOW Algemene Ouderdomswet CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Cfi Centrale financiële instellingen CvB Centrum voor Beleidsstatistiek GBA Gemeentelijke Basisadministratie HO Hoger onderwijs SSB Sociaal Statistisch Bestand WAO Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering 16

WIA WW Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen Werkloosheidswet 17

19 Tabellenset

Tabellenoverzicht Tabel 1 Tabel 2 Tabel 3 Tabel 4a Tabel 4b Tabel 5 Tabel 6 Personen met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) op 1 januari 1996-2011 naar demografische kenmerken Personen met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in 2010 naar demografische kenmerken Personen met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in de periode 1999-2008 naar demografische kenmerken Personen (15 jaar en ouder) met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in de periode 1999-2008 naar sociaal-economische kenmerken, geslacht en leeftijd Personen (15 jaar en ouder) met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in de periode 1999-2008 naar sociaal-economische kenmerken, herkomst en nationaliteit Personen met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in de periode 1999-2008 die binnen 2 jaar terugkeren naar demografische kenmerken Personen (15 jaar en ouder) met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in de periode 1999-2008 die binnen 2 jaar terugkeren in de GBA naar sociaal-economische kenmerken 21

Tabel 1 Personen met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) op 1 januari 1996-2011 naar demografische kenmerken 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 Totaal 22 950 48 400 65 490 82 900 99 560 114 360 129 500 154 660 184 200 213 850 243 170 277 540 303 380 325 790 351 010 380 210 Geslacht Man 16 180 33 630 44 800 56 200 67 220 77 050 86 580 103 310 122 690 142 190 161 120 182 730 198 840 211 920 226 420 244 530 Vrouw 6 770 14 770 20 690 26 690 32 340 37 320 42 910 51 350 61 510 71 660 82 050 94 810 104 540 113 870 124 590 135 680 Leeftijd Jonger dan 15 jaar 1 860 3 820 5 550 7 180 8 880 10 630 12 640 15 630 19 290 22 750 26 320 29 740 32 110 33 790 35 650 37 890 15-24 jaar 3 620 6 750 9 180 11 840 14 830 17 500 20 070 24 500 30 420 36 410 42 130 49 190 53 790 57 940 62 790 67 970 25-34 jaar 8 850 18 660 25 050 31 710 37 820 43 170 48 370 57 540 67 670 77 810 87 460 99 350 108 670 116 440 125 460 136 420 35-44 jaar 5 170 11 460 15 370 19 170 22 690 25 790 29 080 34 350 40 230 46 470 52 700 59 810 65 180 70 180 75 020 80 950 45-54 jaar 2 240 4 860 6 510 8 160 9 640 10 900 12 150 14 290 16 900 19 450 22 280 25 570 28 460 30 990 33 680 37 000 55-64 jaar 830 1 920 2 580 3 280 3 790 4 210 4 700 5 470 6 390 7 300 8 250 9 390 10 330 11 250 12 210 13 380 65 jaar en ouder 390 930 1 260 1 560 1 910 2 170 2 480 2 890 3 300 3 660 4 020 4 490 4 840 5 200 6 200 6 590 Herkomstgroepering Autochtoon 5 100 8 110 10 230 12 130 14 480 16 390 18 200 21 300 25 160 28 140 30 330 33 640 36 430 37 240 37 680 39 050 Westerse allochtoon 7 630 17 990 24 840 32 490 39 230 45 480 52 220 62 250 73 260 85 200 95 950 109 670 121 240 133 550 149 030 164 080 w.v. Moe-landers 260 700 980 1 310 1 620 1 940 2 280 2 780 3 430 4 330 5 350 7 280 9 540 13 000 17 910 23 260 Niet-westerse allochtoon 10 220 22 300 30 410 38 270 45 840 52 490 59 080 71 100 85 760 100 500 116 880 134 210 145 710 154 980 164 290 177 060 Nationaliteit Nederlandse 8 780 14 310 19 160 23 360 29 010 33 820 38 020 45 590 54 520 62 190 69 940 80 100 88 170 92 830 95 900 101 610 Onbekend 130 580 1 380 2 270 3 370 4 890 7 150 12 270 19 560 26 250 33 040 38 010 39 450 39 460 41 160 43 770 Brits burger 1 950 4 510 5 900 7 510 8 880 10 060 11 310 13 120 14 830 16 820 18 480 20 330 21 720 23 030 24 450 25 680 Turkse 1 710 4 090 5 140 5 990 6 610 6 710 6 960 7 360 7 920 8 530 9 260 10 200 10 810 11 390 11 890 12 570 Marokkaanse 1 260 2 510 3 100 3 700 4 180 4 520 4 750 5 170 5 670 6 110 6 510 6 970 7 270 7 690 7 950 8 210 Burger van de Bondsrepubliek Duitsland 830 2 120 3 060 3 820 4 490 5 010 5 660 6 590 7 610 8 860 9 980 11 430 12 870 14 160 15 900 17 490 Amerikaans burger 440 1 390 1 980 2 610 3 230 3 930 4 680 5 450 6 390 7 200 8 090 9 270 10 440 11 540 12 650 13 490 Poolse 110 270 400 530 640 760 860 1 000 1 220 1 520 1 980 3 050 4 170 5 850 8 030 10 330 Franse 350 960 1 340 1 760 2 230 2 600 3 120 3 800 4 430 5 300 6 000 7 110 7 870 8 560 9 530 10 340 Chinese 200 470 700 940 1 120 1 310 1 490 1 830 2 240 2 810 3 620 4 660 5 560 6 540 7 490 8 650 Verblijfstitel Reguliere verblijfsvergunning voor bepaalde tijd 0 0 0 10 10 10 10 90 520 1 820 2 250 2 500 2 790 3 130 3 500 4 240 Reguliere verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd 170 250 310 360 470 530 620 800 1 030 1 430 1 760 2 090 2 260 2 620 2 820 3 160 Asiel 10 20 30 50 60 60 110 400 980 2 420 2 730 2 890 3 050 3 180 3 320 3 570 Vergunning regulier bepaalde tijd EU onderdanen 0 0 0 0 10 30 50 140 390 1 670 2 650 3 860 5 050 5 910 6 610 7 460 Vergunning regulier bepaalde tijd EU onderdanen, toetsing 0 10 10 20 30 20 40 50 100 170 640 1 450 2 180 3 350 4 860 6 830 Vergunning regulier bepaalde tijd nieuwe lidstaten.......... 10 30 110 200 410 710 Vergunning regulier bepaalde tijd nieuwe lidstaten, toetsing....... 0 0 0 40 180 330 510 780 1 170 Geen verblijfstitel (meer) 0 0 10 10 10 30 40 150 720 2 640 4 690 6 430 7 540 8 400 9 050 9 770 Overig 270 450 670 5 480 10 930 12 180 13 250 13 310 13 420 13 670 13 720 13 760 13 780 13 780 13 790 13 800 Niet van toepassing 22 500 47 670 64 460 76 970 88 040 101 510 115 380 139 720 167 030 190 020 214 670 244 340 266 290 284 720 305 880 329 500 Periode ingeschreven in GBA Korter dan half jaar 7 630 8 140 8 830 9 650 10 490 11 400 12 230 13 380 15 100 17 040 19 460 21 310 22 780 24 640 26 900 29 500 Half jaar tot jaar 13 300 14 260 16 390 18 440 21 290 23 510 25 740 29 380 34 000 38 280 42 630 47 620 51 300 55 290 59 730 65 710 Jaar tot 2 jaar 2 010 25 150 27 660 31 960 36 700 40 980 45 150 52 220 60 020 67 600 74 470 83 080 89 040 94 820 101 080 109 130 2 jaar of langer. 840 12 610 22 850 31 070 38 480 46 370 59 680 75 080 90 920 106 620 125 540 140 260 151 040 163 300 175 870 Gemeente van inschrijving G4 13 030 28 580 37 450 46 520 54 290 59 110 64 000 72 030 81 320 90 230 100 320 117 870 129 590 139 870 149 010 160 480 G31 (excl. G4) 4 010 7 540 10 530 13 590 17 160 21 180 24 880 31 820 38 940 47 450 54 670 61 640 68 110 73 220 80 150 86 700 Overig 5 910 12 280 17 520 22 790 28 110 34 070 40 620 50 810 63 940 76 170 88 180 98 030 105 680 112 700 121 860 133 030 NB. Kenmerken zijn vastgesteld op het moment van de VOW-registratie.

Tabel 2 Personen met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in 2010 naar demografische kenmerken Totaal Totaal 68 640 Geslacht Man 47 990 Vrouw 20 650 Leeftijd Jonger dan 15 jaar 3 900 15-24 jaar 15 530 25-34 jaar 23 160 35-44 jaar 14 320 45-54 jaar 8 230 55-64 jaar 2 720 65 jaar en ouder 790 Herkomstgroepering Autochtoon 18 060 Westerse allochtoon 20 770 w.v. Moe-landers 6 690 Niet-westerse allochtoon 29 820 Nationaliteit Nederlandse 38 210 Onbekend 3 700 Brits burger 1 490 Turkse 1 360 Marokkaanse 1 220 Burger van de Bondsrepubliek Duitsland 1 880 Amerikaans burger 890 Poolse 2 750 Franse 940 Chinese 1 320 Huishoudenssamenstelling Eenpersoonshuishouden 32 520 Stel zonder kinderen 9 010 Stel met kinderen 9 360 Eenouderhuishouden 6 360 Overig huishouden 3 880 Institutioneel huishouden 2 280 Onbekend 5 230 Verblijfstitel Reguliere verblijfsvergunning voor bepaalde tijd 1 300 Reguliere verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd 1 720 Asiel 620 Vergunning regulier bepaalde tijd EU onderdanen 1 110 Vergunning regulier bepaalde tijd EU onderdanen, toetsing 2 410 Vergunning regulier bepaalde tijd nieuwe lidstaten 420 Vergunning regulier bepaalde tijd nieuwe lidstaten, toetsing 500 Geen verblijfstitel (meer) 800 Overig 20 Niet van toepassing 59 750 Periode ingeschreven in GBA Korter dan half jaar 8 770 Half jaar tot jaar 15 670 Jaar tot 2 jaar 17 970 2 jaar of langer 26 230 Gemeente van inschrijving G4 27 840 G31 (excl. G4) 16 650 Overig 24 150 Stedelijkheidsgraad Zeer sterk 34 520 Sterk 19 790 Matig 6 840 Weinig 5 370 Niet 2 130 Onbekend 0 NB. Kenmerken zijn vastgesteld op het moment dat de persoon voor de eerste keer als VOW geregistreerd staat.

Tabel 3 Personen met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in de periode 1999-2008 naar demografische kenmerken Totaal Totaal NIET binnen 2 jaar terug in GBA Totaal WEL binnen 2 jaar terug in GBA Één VOWmelding Meerdere VOWmeldingen Totaal 546 740 271 970 274 780 202 850 71 930 Geslacht Man 386 440 180 690 205 750 144 870 60 880 Vrouw 160 300 91 280 69 020 57 970 11 050 Leeftijd Jonger dan 15 jaar 43 480 27 910 15 570 14 100 1 460 15-24 jaar 122 430 50 710 71 730 58 860 12 860 25-34 jaar 184 800 96 220 88 580 62 550 26 040 35-44 jaar 117 590 58 390 59 200 39 210 19 990 45-54 jaar 54 140 26 150 27 990 19 160 8 840 55-64 jaar 17 730 8 850 8 880 6 590 2 290 65 jaar en ouder 6 570 3 740 2 830 2 390 440 Herkomstgroepering Autochtoon 163 540 38 130 125 420 94 560 30 860 Westerse allochtoon 141 940 106 070 35 870 28 490 7 390 w.v. Moe-landers 14 340 11 350 2 990 2 730 270 Niet-westerse allochtoon 241 260 127 770 113 490 79 810 33 680 Nationaliteit Nederlandse 319 490 90 080 229 410 166 560 62 860 Onbekend 50 260 40 110 10 150 8 860 1 280 Brits burger 17 780 16 050 1 730 1 550 180 Turkse 11 090 6 220 4 870 3 400 1 470 Marokkaanse 12 620 5 060 7 560 4 830 2 730 Burger van de Bondsrepubliek Duitsland 12 410 10 580 1 830 1 610 220 Amerikaans burger 9 470 9 000 470 420 50 Poolse 6 420 5 240 1 180 1 100 80 Franse 7 730 6 970 760 670 100 Chinese 6 750 5 740 1 010 930 80 Huishoudenssamenstelling Eenpersoonshuishouden 247 440 128 360 119 080 86 920 32 160 Stel zonder kinderen 80 150 39 720 40 430 31 360 9 070 Stel met kinderen 92 450 44 330 48 120 39 540 8 580 Eenouderhuishouden 54 140 23 270 30 870 25 430 5 440 Overig huishouden 25 710 14 930 10 780 7 970 2 810 Institutioneel huishouden 16 640 5 300 11 330 6 700 4 630 Onbekend 30 210 16 050 14 160 4 930 9 230 Verblijfstitel Reguliere verblijfsvergunning voor bepaalde tijd 3 420 2 990 430 260 160 Reguliere verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd 11 220 2 660 8 560 4 770 3 790 Asiel 4 960 3 130 1 830 1 010 820 Vergunning regulier bepaalde tijd EU onderdanen 6 870 5 900 970 830 150 Vergunning regulier bepaalde tijd EU onderdanen, toetsing 4 090 3 230 850 630 220 Vergunning regulier bepaalde tijd nieuwe lidstaten 240 180 60 50 10 Vergunning regulier bepaalde tijd nieuwe lidstaten, toetsing 570 470 100 80 10 Geen verblijfstitel (meer) 8 740 8 410 330 250 80 Overig 8 440 8 340 100 80 10 Niet van toepassing 498 210 236 660 261 550 194 870 66 680 Gemeente van inschrijving G4 205 090 104 330 100 760 71 920 28 840 G31 (excl. G4) 139 720 65 490 74 230 53 400 20 830 Overig 201 930 102 150 99 790 77 530 22 260 NB. Kenmerken zijn vastgesteld op het moment dat de persoon voor de eerste keer als VOW geregistreerd staat.

Tabel 4a Personen met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in de periode 1999-2008 naar sociaal-economische kenmerken 1), geslacht en leeftijd Totaal Man Vrouw Totaal NIET binnen 2 jaar terug in GBA WEL binnen 2 jaar terug in GBA Totaal NIET binnen 2 WEL binnen 2 jaar terug in GBA jaar terug in Totaal Één VOWmeldinmeldingemelding Meerdere VOW- GBA Totaal Één VOW- Meerdere VOWmeldingen Totaal 471 530 340 530 155 620 184 920 127 350 57 570 131 000 72 900 58 100 48 130 9 970 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs 13 800 8 090 3 080 5 010 4 650 360 5 710 2 300 3 410 3 240 170 Volgt geen hoger onderwijs 457 730 332 450 152 540 179 910 122 700 57 210 125 290 70 600 54 690 44 890 9 800 Arbeidsmarktpositie Baan 157 600 122 060 39 120 82 950 61 020 21 930 35 530 10 280 25 250 21 870 3 390 Geen baan 313 940 218 470 116 500 101 970 66 330 35 640 95 470 62 620 32 850 26 260 6 580 Uitkeringspositie AOW-uitkering 3 510 2 180 830 1 350 1 090 260 1 330 550 780 730 50 AO-uitkering 18 140 14 110 3 240 10 870 7 380 3 490 4 030 840 3 180 2 550 630 WW-uitkering 7 380 6 160 1 790 4 380 3 020 1 350 1 220 350 870 720 160 Bijstandsuitkering 34 630 26 400 6 760 19 640 11 520 8 120 8 240 2 970 5 270 3 950 1 310 Geen uitkering 407 880 291 690 143 000 148 690 104 340 44 350 116 190 68 190 48 000 40 170 7 820 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 212 170 144 000 87 540 56 460 40 420 16 040 68 170 48 960 19 210 16 030 3 180 Niet ingeschreven in Nederland 39 310 28 310 15 760 12 550 4 550 8 000 11 010 7 590 3 410 2 040 1 370 Totaal 15-24 jaar 115 480 74 380 29 120 45 260 35 940 9 320 41 090 18 640 22 460 19 400 3 060 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs 7 050 3 790 1 220 2 570 2 460 110 3 260 1 070 2 190 2 130 60 Volgt geen hoger onderwijs 108 420 70 590 27 900 42 690 33 480 9 200 37 830 17 570 20 270 17 280 2 990 Arbeidsmarktpositie Baan 39 490 27 160 6 070 21 090 17 220 3 880 12 330 2 370 9 960 8 870 1 100 Geen baan 75 990 47 220 23 060 24 170 18 730 5 440 28 770 16 270 12 500 10 540 1 960 Uitkeringspositie AOW-uitkering........... AO-uitkering 1 600 1 090 120 970 760 210 520 50 470 390 80 WW-uitkering 450 320 60 260 220 40 120 20 110 90 10 Bijstandsuitkering 4 890 3 310 700 2 610 1 850 760 1 580 380 1 200 950 250 Geen uitkering 108 540 69 670 28 240 41 430 33 120 8 310 38 880 18 190 20 680 17 970 2 720 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 55 210 34 600 17 460 17 140 14 140 3 000 20 610 11 820 8 790 7 620 1 180 Niet ingeschreven in Nederland 11 040 6 600 3 940 2 650 1 110 1 550 4 440 3 210 1 230 790 440 Totaal 25-34 jaar 172 090 124 160 59 830 64 330 42 890 21 450 47 940 30 040 17 900 14 540 3 360 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs 6 270 3 970 1 680 2 280 2 060 230 2 310 1 140 1 170 1 060 110 Volgt geen hoger onderwijs 165 820 120 190 58 140 62 050 40 830 21 220 45 630 28 900 16 730 13 480 3 250 Arbeidsmarktpositie Baan 61 940 48 320 16 200 32 130 23 020 9 110 13 610 4 640 8 980 7 690 1 290 Geen baan 110 160 75 840 43 630 32 210 19 870 12 340 34 320 25 400 8 920 6 850 2 070 Uitkeringspositie AOW-uitkering........... AO-uitkering 3 330 2 440 440 2 000 1 320 680 890 150 750 590 160 WW-uitkering 2 400 1 970 530 1 440 1 050 400 430 110 310 270 50 Bijstandsuitkering 12 600 9 620 2 320 7 300 4 170 3 120 2 980 1 160 1 820 1 330 490 Geen uitkering 153 770 110 130 56 540 53 590 36 340 17 250 43 640 28 620 15 020 12 350 2 660 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 76 630 51 160 33 450 17 710 11 920 5 800 25 470 20 620 4 850 3 870 980 Niet ingeschreven in Nederland 14 660 10 830 6 200 4 630 1 750 2 880 3 820 2 630 1 190 780 410 Totaal 35-44 jaar 110 230 85 980 40 350 45 640 28 530 17 110 24 250 14 330 9 920 7 810 2 110 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs 380 260 150 110 100 10 120 80 40 40 0 Volgt geen hoger onderwijs 109 850 85 720 40 200 45 520 28 430 17 100 24 130 14 250 9 870 7 770 2 100 Arbeidsmarktpositie Baan 36 460 30 390 10 920 19 470 13 370 6 100 6 080 2 110 3 970 3 350 620 Geen baan 73 770 55 600 29 430 26 170 15 160 11 010 18 170 12 220 5 950 4 460 1 480 Uitkeringspositie AOW-uitkering........... AO-uitkering 5 300 4 170 930 3 240 2 060 1 190 1 130 230 890 690 200 WW-uitkering 2 640 2 250 690 1 550 1 030 530 390 130 270 220 50 Bijstandsuitkering 10 680 8 420 2 240 6 180 3 400 2 780 2 260 860 1 400 1 020 380 Geen uitkering 91 620 71 150 36 480 34 660 22 050 12 620 20 470 13 110 7 360 5 880 1 480 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 49 110 35 990 22 550 13 440 8 670 4 770 13 120 10 010 3 110 2 520 600 Niet ingeschreven in Nederland 8 550 6 880 3 500 3 380 1 030 2 350 1 670 1 060 610 290 320 Totaal 45-54 jaar 50 980 39 580 18 360 21 220 13 840 7 380 11 400 6 190 5 210 4 080 1 130 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs 80 60 20 40 30 10 20 10 10 10 0 Volgt geen hoger onderwijs 50 900 39 520 18 340 21 180 13 810 7 370 11 380 6 180 5 200 4 070 1 130 Arbeidsmarktpositie Baan 15 820 12 910 4 740 8 170 5 840 2 320 2 910 980 1 940 1 610 330 Geen baan 35 160 26 670 13 620 13 050 7 990 5 060 8 490 5 220 3 270 2 470 800 Uitkeringspositie AOW-uitkering........... AO-uitkering 4 870 3 890 1 020 2 870 1 930 940 980 270 710 560 150 WW-uitkering 1 430 1 220 390 830 540 290 220 70 150 110 40 Bijstandsuitkering 5 020 3 940 1 140 2 810 1 600 1 210 1 070 390 680 520 160 Geen uitkering 39 660 30 530 15 820 14 720 9 780 4 940 9 130 5 460 3 670 2 890 780 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 21 460 15 770 9 780 5 990 4 060 1 930 5 690 4 050 1 640 1 310 330 Niet ingeschreven in Nederland 3 800 3 010 1 560 1 450 480 970 790 500 300 140 160 Totaal 55-64 jaar 16 710 12 820 6 070 6 760 4 790 1 970 3 890 2 210 1 680 1 420 260 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs 10 0 0 0. 0 10 0 0 0 0 Volgt geen hoger onderwijs 16 700 12 820 6 060 6 760 4 790 1 970 3 880 2 210 1 670 1 420 250 Arbeidsmarktpositie Baan 3 670 3 080 1 140 1 950 1 460 490 590 190 400 350 50 Geen baan 13 040 9 740 4 930 4 810 3 330 1 480 3 300 2 020 1 280 1 080 200 Uitkeringspositie AOW-uitkering........... AO-uitkering 2 860 2 380 690 1 700 1 240 460 480 130 350 310 40 WW-uitkering 440 390 110 280 190 100 50 10 40 30 10 Bijstandsuitkering 1 290 1 000 290 710 470 240 290 140 150 120 30 Geen uitkering 12 120 9 050 4 980 4 070 2 900 1 180 3 070 1 920 1 150 970 180 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 7 810 5 500 3 470 2 030 1 520 510 2 310 1 600 710 620 90 Niet ingeschreven in Nederland 1 100 870 480 390 150 240 240 160 80 40 40 Totaal 65 jaar en ouder 6 050 3 610 1 900 1 720 1 360 350 2 440 1 500 940 880 70 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs........... Volgt geen hoger onderwijs 6 050 3 610 1 900 1 710 1 360 350 2 440 1 500 940 880 70 Arbeidsmarktpositie Baan 220 200 60 140 110 30 20 10 10 10 0 Geen baan 5 830 3 410 1 840 1 570 1 250 320 2 420 1 490 930 870 60 Uitkeringspositie AOW-uitkering 3 500 2 180 830 1 350 1 090 260 1 330 550 780 730 50 AO-uitkering 180 150 50 100 80 20 30 10 20 20 0 WW-uitkering 20 20 10 10 10 0 0 0 0 0. Bijstandsuitkering 170 110 60 40 30 10 60 50 20 10 0 Geen uitkering 2 180 1 160 940 220 160 60 1 010 880 130 120 10 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 1 950 990 840 150 120 40 960 850 110 100 10 Niet ingeschreven in Nederland 160 120 80 40 20 20 40 40 10 10 0 1) Sociaal-economische kenmerken één jaar voor VOW-moment.

Tabel 4b Personen (15 jaar en ouder) met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in de periode 1999-2008 naar sociaal-economische kenmerken 1), herkomst en nationaliteit Totaal Niet nederlandse nationaliteit Nederlandse nationaliteit Totaal NIET binnen 2 jaar WEL binnen 2 jaar terug in GBA terug in GBA Totaal NIET binnen 2 jaar terug in WEL binnen 2 jaar terug in GBA Totaal Één VOWmelding Meerdere VOWmeldingen Totaal Één VOWmelding Meerdere VOWmeldingen Totaal 471 530 194 370 154 520 39 850 31 370 8 480 277 170 74 000 203 170 144 110 59 060 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs 13 800 5 550 4 240 1 310 1 210 100 8 250 1 140 7 110 6 680 430 Volgt geen hoger onderwijs 457 730 188 810 150 270 38 540 30 160 8 380 268 920 72 860 196 060 137 420 58 630 Arbeidsmarktpositie Baan 157 600 35 690 22 950 12 740 9 680 3 060 121 900 26 440 95 460 73 200 22 260 Geen baan 313 940 158 670 131 560 27 110 21 690 5 420 155 260 47 560 107 710 70 900 36 810 Uitkeringspositie AOW-uitkering 3 510 550 370 180 160 20 2 960 1 010 1 950 1 660 280 AO-uitkering 18 140 1 420 600 820 560 270 16 720 3 490 13 230 9 380 3 850 WW-uitkering 7 380 1 100 530 570 390 190 6 280 1 600 4 680 3 350 1 320 Bijstandsuitkering 34 630 5 620 2 250 3 370 2 150 1 230 29 010 7 480 21 530 13 320 8 210 Geen uitkering 407 880 185 670 150 770 34 900 28 120 6 780 222 200 60 420 161 790 116 390 45 400 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 212 160 122 800 106 230 16 580 13 830 2 750 89 360 30 260 59 100 42 620 16 470 Niet ingeschreven in Nederland 39 310 23 920 18 560 5 360 4 220 1 140 15 390 4 800 10 600 2 370 8 230 Totaal autochtoon 145 170 420 350 70 50 10 144 750 33 540 111 210 82 250 28 950 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs 5 080 0. 0.. 5 080 520 4 560 4 400 160 Volgt geen hoger onderwijs 140 090 420 350 70 50 10 139 670 33 020 106 650 77 860 28 790 Arbeidsmarktpositie Baan 68 240 60 40 20 10 10 68 180 13 580 54 600 43 930 10 670 Geen baan 76 930 360 310 50 40 10 76 570 19 960 56 610 38 320 18 290 Uitkeringspositie AOW-uitkering 2 040 20 20 10 10. 2 020 590 1 430 1 240 190 AO-uitkering 11 680 10 10 10 10 0 11 660 2 330 9 330 6 690 2 640 WW-uitkering 3 080 0 0 0 0. 3 080 630 2 450 1 830 620 Bijstandsuitkering 11 900 10 10 0 0. 11 890 2 110 9 780 6 140 3 650 Geen uitkering 116 470 370 310 50 40 10 116 110 27 890 88 220 66 360 21 860 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 43 770 260 230 30 30 10 43 510 12 980 30 530 22 480 8 050 Niet ingeschreven in Nederland 6 520 50 50 0 0 0 6 470 1 810 4 660 810 3 850 Totaal westerse allochtoon 121 260 93 880 81 140 12 740 11 150 1 590 27 380 8 630 18 750 13 480 5 270 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs 3 800 2 840 2 250 590 550 40 960 190 770 730 40 Volgt geen hoger onderwijs 117 470 91 040 78 890 12 150 10 600 1 550 26 430 8 450 17 980 12 750 5 230 Arbeidsmarktpositie Baan 30 670 18 910 14 510 4 400 3 820 580 11 760 2 860 8 910 6 890 2 020 Geen baan 90 590 74 970 66 630 8 340 7 330 1 010 15 620 5 780 9 850 6 590 3 250 Uitkeringspositie AOW-uitkering 670 240 180 60 60 10 430 180 250 220 40 AO-uitkering 2 150 500 280 220 160 60 1 650 370 1 280 920 350 WW-uitkering 1 140 460 320 140 100 40 680 170 510 360 150 Bijstandsuitkering 3 390 920 480 450 300 150 2 470 650 1 820 1 100 720 Geen uitkering 113 910 91 760 79 890 11 870 10 530 1 340 22 150 7 260 14 890 10 880 4 010 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 66 360 57 040 52 520 4 520 4 000 520 9 320 4 000 5 320 3 870 1 450 Niet ingeschreven in Nederland 15 140 13 800 11 140 2 660 2 420 240 1 340 460 880 180 700 Totaal niet-westerse allochtoon 205 100 100 070 73 030 27 040 20 160 6 880 105 030 31 820 73 210 48 370 24 840 Onderwijspositie Volgt hoger onderwijs 4 930 2 710 1 990 720 650 70 2 210 430 1 780 1 560 230 Volgt geen hoger onderwijs 200 170 97 360 71 040 26 320 19 510 6 810 102 820 31 390 71 430 46 820 24 610 Arbeidsmarktpositie Baan 58 690 16 730 8 400 8 320 5 850 2 480 41 960 10 000 31 960 22 380 9 580 Geen baan 146 410 83 340 64 630 18 720 14 320 4 400 63 070 21 820 41 250 25 990 15 260 Uitkeringspositie AOW-uitkering 790 280 170 110 100 20 510 240 260 210 50 AO-uitkering 4 310 910 320 590 390 200 3 410 790 2 620 1 760 860 WW-uitkering 3 160 640 210 430 280 150 2 520 800 1 720 1 160 560 Bijstandsuitkering 19 340 4 690 1 760 2 920 1 840 1 080 14 650 4 720 9 930 6 090 3 840 Geen uitkering 177 500 93 550 70 570 22 980 17 550 5 430 83 940 25 270 58 680 39 140 19 540 Geen hoger onderwijs, baan of uitkering 102 030 65 500 53 480 12 030 9 810 2 220 36 530 13 290 23 240 16 270 6 970 Niet ingeschreven in Nederland 17 650 10 070 7 370 2 700 1 800 900 7 580 2 520 5 060 1 370 3 690 1) Sociaal-economische kenmerken één jaar voor VOW-moment.

Tabel 5 Personen met als kenmerk vertrokken onbekend waarheen (VOW) in de periode 1999-2008 die binnen 2 jaar terugkeren naar demografische kenmerken 1) 1e keer terug 2e keer terug 3e keer terug Totaal 202 850 49 420 15 220 Geslacht Man 144 870 40 890 13 380 Vrouw 57 970 8 530 1 840 Leeftijd 1) Jonger dan 15 jaar 13 650 1 230 140 15-24 jaar 54 280 9 020 1 660 25-34 jaar 64 490 17 860 5 790 35-44 jaar 40 490 13 150 4 790 45-54 jaar 20 210 6 070 2 200 55-64 jaar 7 170 1 730 550 65 jaar en ouder 2 560 360 90 Herkomstgroepering Autochtoon 94 560 21 510 6 370 Westerse allochtoon 28 490 5 260 1 460 w.v. Moe-landers 2 730 220 30 Niet-westerse allochtoon 79 810 22 660 7 390 Nationaliteit 1) Nederlandse 166 620 42 950 13 410 Onbekend 8 860 1 040 200 Brits burger 1 550 150 30 Turkse 3 400 1 010 330 Marokkaanse 4 810 1 730 660 Burger van de Bondsrepubliek Duitsland 1 610 180 40 Amerikaans burger 420 50 10 Poolse 1 100 70 10 Franse 670 80 10 Chinese 930 80 10 Huishoudenssamenstelling 2) Eenpersoonshuishouden 75 250 20 420 6 530 Stel zonder kinderen 32 720 6 840 1 920 Stel met kinderen 39 780 7 090 1 730 Eenouderhuishouden 24 240 4 520 1 020 Overig huishouden 8 060 1 900 590 Institutioneel huishouden 9 710 3 740 1 560 Onbekend 13 090 4 910 1 870 Verblijfstitel 1) Reguliere verblijfsvergunning voor bepaalde tijd 980 270 70 Reguliere verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd 5 910 2 520 1 010 Asiel 1 630 570 220 Vergunning regulier bepaalde tijd EU onderdanen 1 620 170 20 Vergunning regulier bepaalde tijd EU onderdanen, toetsing 2 340 220 40 Vergunning regulier bepaalde tijd nieuwe lidstaten 250 20. Vergunning regulier bepaalde tijd nieuwe lidstaten, toetsing 250 10 0 Geen verblijfstitel (meer) 960 120 30 Overig 90 20 0 Niet van toepassing 188 820 45 500 13 820 Termijn van terugvinden Binnen half jaar 104 210 22 460 6 800 Half jaar tot jaar 53 910 14 090 4 420 Jaar en twee jaar 44 730 12 860 4 000 Gemeente van inschrijving 1) G4 71 580 19 020 6 080 G31 (excl. G4) 52 910 13 930 4 440 Overig 78 360 16 480 4 700 1) Bepaald op moment van terugkomst. 2) Bepaald op 1 januari van het jaar na terugkomst.