Stuk 536 (1990-1991) - Nr. 1 ARCHIEF VLAAMSE RAAD TERUGBEZORGEN VLAAMSERAAD ZITTING 1990-1991 4 JULI 1991 VOORSTEL VAN DECREET - van de heer L. Peeters C.S. - betreffende de toegankelijkheid van openbare gebouwen voor gehandicapten TOELICHTING DAMES EN HEREN, Op 17 juli 1975 werd de wet betreffende de toegang van gehandicapten tot gebouwen toegankelijk voor het publiek aangenomen. De huidige wetgeving slaat enkel op openbare gebouwen. Het is aangewezen dat ze ook van toepassing wordt gemaakt op de gebouwen en ruimten toegankelijk voor het publiek. Tevens moeten we vaststellen dat met die wet vooral de toegankelijkheid voor fysieke gehandicapten werd beoogd, waardoor een grote groep van gehandicapten, bijvoorbeeld zintuiglijk en mentaal gehandicapten, in de kou bleven staan. Hoewel de wet al ruim vijftien jaar oud is, moeten we vaststellen dat tot vandaag nog slechts weinig openbare gebouwen ook effectief toegankelijk zijn voor gehandicapten. De belangrijkste oorzaken daarvan zijn het toestaan van tal van afwijkingen in artikel 5, het ontbreken van sancties en het feit dat gebouwen van voor 1977 die geen belangrijke verbouwingen hebben ondergaan, niet onder het tpepassingsgebied van de wet vallen. Het inbouwen van een subsidiëringsmogelijkheid zal alleszins een stimulans kunnen betekenen om de nodige aanpassingswerken uit te voeren. Ten opzichte van de openbare besturen wordt er bovendien een verstrenging ingebouwd, die erop neerkomt dat niet alleen de voor het publiek toegankelijke ruimte toegankelijk moet zijn voor gehandicapten, maar ook de niet voor het publiek toegankelijke ruimten. 1265
536 (1990-1991) - Nr. 1 PI Het is immers zo dat een volledige toegankelijkheid van de gebouwen een voorafgaande voorwaarde is voor de professionele integratie van de gehandicapten en dat de openbare besturen in deze aangelegenheid het voorbeeld moeten geven. Een aanpassing en aanvulling van lijkt bijgevolg meer dan aangewezen. de huidige wetgeving Commentaar bij de artikelen Artikel 1 Openbare gebouwen en ruimten moeten volledig toegankelijk zijn voor gehandicapten, dit wil zeggen de ruimten toegankelijk voor het publiek en de niet voor het publiek toegankelijke ruimten. Bij niet-openbare gebouwen en ruimten moet de toegankelijkheid voor gehandicapten ten minste bij de voor het publiek toegankelijke gedeelten gewaarborgd zijn. Wegens de verruiming van het ontwerp van decreet, dat al in de titel werd benadrukt, is ook dit artikel 1 in deze ruimtere zin opgevat. Dergelijke aanpassingen zullen verder in het voorstel van decreet nog ingebouwd zijn. Artikel 2 De notie belangrijke verbouwingen wordt al te gemakkelijk gebruikt of misbruikt om de toegankelijkheid voor gehandicapten niet mogelijk te maken. Een omschrijving van wat moet worden verstaan onder belangrijke verbouwingen is aangewezen. Een ruime opvatting is hier aan te bevelen, in die zin dat met belangrijke verbouwingen worden bedoeld de werken die de inrichting van het gebouw en van de ruimte veranderen, of alle werken die betrekking hebben op de toegang, het binnenverkeer en de accomodatie. Artikel 3 Het ontbreken van sancties is een van de belangrijkste gebreken aan de wet van 17 juli 1975 en het uitvoeringsbesluit van de wet. Aan dit euvel wil de voorgestelde tekst een oplossing geven. Het zou eveneens aangewezen zijn dat de Vlaamse Executieve in haar besluit een einddatum bepaalt, waartegen alle hier bedoelde openbare gebouwen uiterlijk moeten voldoen aan de bepalingen van dit decreet. Artikel 4 Niet alleen de openbare gebouwen en de voor het publiek toegankelijke gebouwen en ruimten die door de gehandicapten worden gebruikt zonder hulp van een andere persoon, maar ook die welke worden gebruikt met hulp van een andere persoon, moeten zijn voorzien van een plaat waarop het internationaal symbool van toegankelijkheid en/of het symbool van slechthorenden voorkomt. De Vlaamse Executieve bepaalt de vorm van beide symbolen.
PI 536 (1990-1991) - Nr. 1 Artikel 5 Afwijkingen op de regels betreffende de toegankelijkheid voor gehandicapten van openbare gebouwen en gebouwen en ruimten toegankelijk voor het publiek, moeten tot een minimum worden beperkt. Het al of niet toestaan van een afwijking moet gebeuren na een grondig onderzoek betreffende de redenen van een eventuele afwijking. Dit onderzoek gebeurt door een commissie, die is samengesteld uit vertegenwoordigers van de gehandicapten, en afwijkingen mogen slechts op voorstel van deze commissie worden toegestaan. Artikel 6 Om zowel de openbare besturen als andere eigenaars aan te sporen de nodige aanpassingen aan hun gebouwen door te voeren, is het aangewezen hiervoor een vorm van subsidiëring in te voeren. Artikel 7 Dit artikel behoeft geen commentaar. L. PEETERS
536 (1990-1991) - Nr. 1 PI VOORSTEL VAN DECREET Artikel 1 Ten behoeve van de volledige toegankelijkheid voor gehandicapten tot openbare gebouwen en voor het publiek toegankelijke gebouwen en ruimten, wordt door de bevoegde overheid slechts een bouwvergunning verleend mits die openbare gebouwen en voor het publiek toegankelijke gebouwen en ruimten voldoen aan de normen door de Vlaamse Executieve vastgesteld inzake de toegankelijkheid voor gehanditapten. Artikel 2 Artikel 1 van dit decreet is eveneens van toepassing op de openbare gebouwen en ruimten toegankelijk voor het publiek die belangrijke verbouwingen moeten ondergaan. De Vlaamse Executieve bepaalt wat moet worden verstaan onder belangrijke verbouwingen. Artikel 3 De Vlaamse Executieve legt de lijst van de in artikel 1 bedoelde openbare gebouwen en voor het publiek toegankelijke gebouwen en ruimten vast, alsmede de normen voor het ontwerpen, bouwen en verbouwen met het oog op de toegankelijkheid voor gehandicapten, evenals de handicaps die in aanmerking komen voor de toepassing van dit decreet. De Vlaamse Executieve bepaalt tevens de sancties bij het niet naleven van dit decreet. Artikel 4 De openbare gebouwen en de voor het publiek toegankelijke gebouwen en ruimten die door de gehandicapten worden gebruikt met of zonder hulp van een andere persoon, moeten worden aangeduid door middel van een plaat waarop het internationaal symbool van toegankelijkheid en/of het symbool voor slechthorenden voorkomt. De nadere kenmerken en de regels bij het aanbrengen van die plaat worden door de Vlaamse Executieve vastgesteld. Artikel 5 Het besluit van de Vlaamse Executieve, bedoeld in artikel 3, bepaalt dat het lid van de Vlaamse Executieve dat bevoegd is voor de ruimtelijke ordening en stedebouw, op voorstel van een door de Vlaamse Executieve op te richten technische commissie, afwijkingen mag toestaan van de bepalingen genomen met toepassing van artikel 3 van dit decreet, wanneer plaatstelijke omstandigheden of specifieke eisen van technische aard een bijzondere bouwwijze vorderen. Artikel 6 Het Vlaamse Gewest verleent, onder de voorwaarden en binnen de grenzen vastgesteld door de Vlaamse Executieve, een financiële tegemoetkoming van drie vijfde in de kosten die door de eigenaar worden gemaakt om de gebouwen toegankelijk te maken voor gehandicapten, dit naar aanleiding
PI 536 (1990-1991) - Nr. 1 van belangrijke verbouwingen in de zin van artikel 2 van dit decreet. Artikel 7 De wet van 17 juli 1975 betreffende de toegang van gehandicapten tot gebouwen toegankelijk voor publiek wordt opgeheven. L. PEETERS M. DE MEYER