VLAAMSE RAAD VOORSTEL VAN DECREET

Transcriptie

1 Stuk 101 ( ) - Nr. 2 ARGWIEF VLAAMSE RAAD TERUGBEZORGEN VLAAMSE RAAD ZITTING JUNI 1982 VOORSTEL VAN DECREET - van de heer L. Dhoore C.S. - houdende wijziging van de bij koninklijk besluit van 15 september 1919 gecoördineerde wetten op de mijnen, groeven en graverijen, zoals onder meer gewijzigd bij de wet van 24 januari 1958 betreffende de concessiemogelijkheid der Kempische kolenreserves AMENDEMENTEN 1. AMENDEMENTEN voorgesteld door de heer W. Claes C.S. Artikel 2 Dit artikel vervangen door wat volgt :,,Artikel2 Het eerste lid van artikel 38bis van $2 van Afdeling I van Titel Wvan de bij koninklijk besluit van 15 september 1919 gecoördineerde wetten op de mijnen, groeven en graverijen; wordt vervangen door wat volgt :,,Van de hem geconcedeerde steenkolenmijnen kan de Staat alleen deze overdragen of verpachten welke gelegen zijn in de terreinen, die op de bij deze gecoördineerde wetten gevoegde kaart B bis in gearceerd veld en met de letters A 1, B 1 en C I zijn aangeduid. De Staatsconcessies kunnen alleen door de NV Kempense Steenkolenmijnen worden ontgonnen. Zie : 101 ( ) - Nr. 1 : Voorstel van decreet 141

2 ,4 +..

3 [ ( ) - Nr. 2 Artikel 3 Artikel 4, VERANTWOORDING Om enkele ontginningszetels van de NV Kempense Steenkolenmijnen in staat te stellen de tot nu toe gevoerde exploitatietechniek voort te zetten en in het vooruitzicht van de geboden rationele exploitatie in alle ontginningszetels gedurende de volgende tien jaar, dient de mogelijkheid geschapen te worden om de ontginningen zonder ontbreking over de concessiegrenzen heen te kunnen vervolgen. De noodzaak tot verkrijging van nieuwe reserves is vooral dringend voor de bedrijfszetel Beringen. Het is bijgevolg noodzakelijk in een eerste fase de mogelijkheden tot overdracht of verpachting van sommige delen van de Kempense Staatsconcessie dringend te verruimen. Daartoe dient artikel 38bis van de gecoördineerde mijnwetten gewijzigd te worden. Deze wijziging sluit aan bij en is in overeenstemming met artikel 8, laatste lid van de gecoördineerde mijnwetten volgens hetwelk de verpachting van een mijn alleen plaats heeft ten voordele van een buurtconcessionaris? om het verpachte gedeelte van het mijnveld met zijn eigen installaties te ontginnen. Bovendien wordt bepaald dat in een latere fase de Staatsconcessies alleen door de NV Kempense Steenkolenmijnen kunnen worden ontgonnen. W. CLAES L. VANVELTHOVEN H. RUBENS II. AMENDEMENTEN voorgesteld door de Vlaamse Executieve Artikel 2 Dit artikel vervangen door wat volgt :,,Artikel 2 De wetten op de mijnen, groeven en graverijen, gecoördineerd door het koninklijk besluit van 15 september 1919, gewijzigd door de wetten van 31 december 1925, 15 september 1928, 3 maart 1929,19 juli 1935,5 mei 1936,23 december 1946,19 augustus 1948,29 mei 1949,2 februari 1951,25 juli 1952,12 mei 1955,2Ojuli 1955, Sjanuari 1957, ISjuli 1957,24januari 1958, lójuli 1960,16november 1961,lO oktober1967, het koninklijk besluit nr. 40 van 24 oktober 1967 en de wetten van 16 maart 1971 en 2 juli 1973, worden aangevuld met een nieuwe Titel XIII,,Bepalingen die enkel van toepassing zijn op het Vlaamse Gewest > waarvan de nieuwe artikelen 137 tot 141 luiden als volgt :

4 101( ) - Nr. 2 I141,,Titel XIII Bepalingen die enkel van toepassing zijn op het Vlaamse Gewest Artikel 137 De artikelen 18, 37, 38 en 38bis houden op van toepassing te zijn op het Vlaamse Gewest. Artikel 138 De eigenaar mag zonder voorafgaande formaliteit opsporingen doen op de bij artikel 17 voorbehouden plaatsen, evenals op de overige gedeelten van zijn eigendom ; maar hij moet een vergunning tot ontginningverkregen hebben vooraleer er een ontginningszetel aan te brengen. Boringen en andere verkenningsactiviteiten kunnen op of in een geconcedeerd terrein slechts uitgevoerd worden na voorafgaande schriftelijke toestemming van de concessiehouder. De resultaten van deze verkenningsactiviteiten dienen integraal aan de concessiehouder te worden medegedeeld. De uitvoerder van bedoelde activiteiten kan hieruit generlei recht putten. Artikel 139 Het Vlaams Gewest, wanneer het aanvrager is van een vergunning, is niet verplicht te bewijzen dat een ontginbaar kolenveld aanwezig is, noch dat het over de nodige middelen beschikt om de werken te ondernemen en te leiden, of om de rechten en vergoedingen te betalen die door de vergunningsakte worden opgelegd. De aanvragen van het Vlaams Gewest worden van rechtswege toegestaan, behoudens de vergoedingen in voorkomend geval verschuldigd aan de ontdekkers en aan de eigenaars van de bovengrond. De Raad van State neemt daarvan kennis overeenkomstig Artikel 1 van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de Afdeling Administratie van de Raad van State, zoals gewijzigd door artikel 1 van het koninklijk besluit van 5 september 1952, doch alleen wat betreft het toezicht over de formaliteiten en de bepaling derprivé-belangen die behoren te worden aangezuiverd door de akte waarbij vergunning tot exploitatie wordt verleend aan het Vlaamse Gewest. Bij uitzondering op artikel 25 eensdeels brengt de mijningenieur evenwel geen verslag uit en beveelt de bestendige deputatie, onmiddellijk nadat de aanvraag van het Vlaamse Gewest overgeschreven is, dat deze wordt aangeplakt en bekend gemaakt ; en bij uitzondering op artikel 30 anderdeels, blijven het verslag van de mijningenieur en het advies van de bestendige deputatie achterwege. Het vast recht is aan de eigenaar van de bovengrondpas verschuldigd vanaf het tijdstip waarop het Vlaams Gewest tot de ontginning van de concessie overgaat of deze verpacht. Artikel 140 Het Vlaams Gewest kan geheel of ten dele afstand doen van zijn concessies of deze verpachten. De overdracht kan slechts gebeuren bij wijze van inbreng en te-

5 PI 101 ( ) - Nr. 2 gen vergoeding door afgifte van aandelen, die het maatschappelijk kapitaal van de betrokken vennootschappen vertegenwoordigen. De duur van de verpachting mag niet meer dan vijftig jaar bedragen. De overdrachtseen besluit van de en verpachtingsovereenkomsten worden Vlaamse Executieve goedgekeurd. Bij overdracht of verpachting wordt een dwingende bepaling opgelegd voor de termijn binnen dewelke de ontginning moet beginnen ; bij niet-naleving kan de procedure van artikel 71 bis worden ingeroepen. De Vlaamse Executieve heeft het recht alle nodige schikkingen te treffen om er over te waken dat de geconcedeerde reserves volledig worden ontgonnen in voorwaarden die met het algemeen belang stroken. Bij verpachting door het Vlaams Gewest vallen de aan de ontdekkers verschuldigde vergoedingen ten laste van het Vlaams Gewest als concessiehouder en de aan de eigenaars verschuldigde vergoedingen ten laste van elk van de pachters. De aan het Vlaams Gewest verschuldigde pachtvergoeding wordt door de Vlaamse Executieve bepaald op grond van de tonnemaat die jaarlijks in het verpacht gedeelte wordt gewonnen. bij Artikel 141 De Vlaamse Executieve wordt ertoe gemachtigd, binnen de grenzen van haar bevoegdheden en waar nodig, door deze titel XIII niet-gewijzigde artikelen van de gecoördineerde wetten in overeenstemming te brengen met de bepalingen van deze titel. Artikel 3 Artikel 4 VERANTWOORDING Inhoudelijk kan de Vlaamse Executieve volledig akkoord gaan met de door de heer L. Dhoore nagestreefde oplossing voor de drie problemen die zich voor een verdere normale exploratie en exploitatie van de Limburgse steenkoolvelden stellen en die als volgt kunnen worden samengevat. 1. KS wenst verkenningen uit te voeren buiten zijn concessiegrenzen met name in de Kempense Staatsconcessie. 2. Privé-aanvragen voor concessie kunnen thans niet ingewilligd worden. 3. De zetel Beringen zit aan zijn Noordkant aan de grens van de Kempense Staatsconcessie en zou dringend moeten kunnen uitbreiden. Nochtans is het voorstel van de heer L. Dhoore niet conform de legistieke voorschriften opgesteld. Dienovereenkomstig dient het decreet expliciet de te wijzigen artikelen (in casu artikel 18, 37, 38 en 38bis) op te heffen en vervolgens in een nieuwe tekst (hier titel XIII) gewijzigd toe te voegen (hier artikelen 137, 138, 139, 140 en 141). 1. In Artikel 138 wordt de mogelijkheid geschapen om verkenningen toe te laten op concessies mits schriftelijke toestemming, evenwel zonder dat hieruit enigerlei rechten kunen geput worden. (zie punt 1 van voormelde probleemstelling). 2. Artikel 139 regelt zoals vroeger de concessievraagprocedure voor het Vlaamse Gewest, maar heft haar monopolie op. In dit artikel

6 101 ( ) - Nr. 2 Ml immers geen melding meer gemaakt van aan de Staat voorbehouden terreinen. Dit betekent concreet dat het ganse niet-geconcedeerde gebied voor elke willekeurige aanvrager opnieuw toegankelijk wordt. (zie probleemstelling 2). 3. In artikel 140 wordt aan het Vlaams Gewest toegestaan zijn eigen concessies over te dragen of te verpachten (zie probleemstelling 3). 4. Een artikel 141 wordt toegevoegd om alle geschilpunten die zouden kunnen ontstaan door eventuele tegenstellingen tussen de vroegere wet en onderhavig decreet door de Executieve te laten beslechten. De Voorzitter van de Vlaamse Executieve, Gemeenschapsminister van economie en werkgelegenheid G. GEENS III. AMENDEMENT voorgesteld door de heer W. Desaeyere. Artikel 4 Dit artikel vervangen door wat volgt :,,Artikel 38bis De concessies wat steenkool betreft op het grondgebied van de provincie Limburg kunnen enkel door de NV Kempense Steenkoolmijnen worden ontgonnen. W. DESAEYERE