LADINGZEKERING Peter Saey Preventieadviseur - Adviseur ladingzekering Copyright, alle rechten voorbehouden. Niets van deze hand-outs of presentatie mag worden gepubliceerd, gekopieerd en/of verspreid zonder de uitdrukkelijke toestemming van Consintra Veiligheidsadviseur gevaarlijke goederen peter.saey@consintra.be - GSM 0486/123.380 Ladingzekering uitgave 10, 01/06/2011
Kosten voor interventies Kosten voor berging Kosten voor reiniging Kosten voor behoud milieu (saneringen, beplantingen, aquatisch milieu, staalnames, ) 2 1. Gevolgen Bron: Internet & GVA
Nuttige definities in het besluit! Koninklijk besluit 27/04/2007 (B.S. 07/05/2007) Art. 1. 2.58 (aanvulling op Art. 2 van het besluit van 01/12/1975) Verankeringspunt : deel van de structuur, de apparatuur of het toebehoren van een voertuig of van een lading waaraan een stouwvoorziening wordt vastgemaakt. 2. Wetgeving & richtlijnen 3 Bron: Consintra
Koninklijk besluit 27/04/2007 (B.S. 07/05/2007) (aanvulling op Art. 2 van het besluit van 01/12/1975) Art. 4. De samenstellende onderdelen van een ladingzekeringssysteem van een voertuig van groep C: 1 moeten correct functioneren; 2 moeten geschikt zijn voor het gebruik dat ervan wordt gemaakt; 3 mogen geen knopen, beschadigde of verzwakte elementen vertonen die hun werking met het oog op de zekering van de lading kunnen aantasten; 4 mogen geen scheuren, sneden of uitrafelingen vertonen; 5 moeten conform de hiervoor geldende Europese en/of internationale productnormen zijn. Het ladingzekeringssysteem dat wordt gebruikt om een lading in of op een voertuig van groep C te omsluiten, vast te zetten of tegen te houden, moet geschikt zijn voor de afmetingen, de vorm, de stevigheid en de kenmerken van de lading. 2. Wetgeving & richtlijnen Autoriteiten kunnen een P.V. ten laste van de werkgever opstellen bij ontoereikendheid van ladingzekeringsmateriaal of opleiding. 4 Bron: TIS-GDV
MTM 3,5 t 400 dan Verankeringspunten (vanaf 01/05/2009) Koninklijk besluit 27/04/2007 (aanvulling op Art. 19 van het besluit van 01/12/1975) Art. 7. 4. Elk voertuig dat gebruikt wordt voor het vervoer van zaken moet voorzien zijn van een voldoende aantal verankeringspunten, aangepast aan de lading. Deze verankeringspunten moeten aan een minimale kracht kunnen weerstaan van: MTM > 3,5 t en 7,5 t 800 dan MTM > 7,5 t en 12 t 1.000 dan Bron: EN 12640: 2000 Laadvloer 2,20 m 6 sjorringen Afstand ts 2 sjorringen max. 1,20 m (laadvloer niet boven de assen) Afstand ts 2 sjorringen max. 1,50 m (laadvloer gedeelte boven de assen) Test..daN x 1,25 (min. 3 minuten) MTM > 12 t 2.000 dan 2. Wetgeving & richtlijnen 5 Bron: Consintra en Krone
Vehicle weight 046.305 kg Koninklijk besluit 19/12/1998 (B.S. 31/12/1998) Aslastendecreet Hoofdstuk XIV Schade aan het wegdek door gewichtsoverschrijding bron: www.wegenenverkeer.be Art.57 1 legt een gevangenisstraf van 8 dagen tot 1 jaar op incl. progressieve geldboete OVERLADING PER AS BOETE MINIMAAL BOETE MAXIMAAL tot 500 kg 50 ( x6 opdeciemen ) 5.000 ( x6 opdeciemen ) 500 tot 1.000 kg 100 ( x6 opdeciemen ) 10.000 ( x6 opdeciemen ) 1.000 tot 1.500 kg 200 ( x6 opdeciemen ) 20.000 ( x6 opdeciemen ) 1.500 tot 2.000 kg 300 ( x6 opdeciemen ) 30.000 ( x6 opdeciemen ) 2.000 tot 3.000 kg 500 ( x6 opdeciemen ) 50.000 ( x6 opdeciemen ) meer dan 3.000 kg 750 ( x6 opdeciemen ) 75.000 ( x6 opdeciemen ) 2. Wetgeving & richtlijnen MAXIMAAL 5% OVERSCHRIJDING WORDT TOEGESTAAN 6
Vehicle weight 046.305 kg 16/01/2007 Persmededeling van het Kabinet van Minister Hilde Crevits Vlaams Minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur Weigh in Motion in strijd tegen spoorvorming! E40 Brussel Gent (Erpe-Mere) E40 Gent Oostende (Brugge) N16 Sint-Niklaas Puurs (Scheldebrug) E34/E313 Antwerpen (Ranst) 2. Wetgeving & richtlijnen 7 Bron: Internet
m = totaal gewicht van de lading 0,5 g (of 50% van laadgewicht) 1 g (of 100% van laadgewicht) 0,5 g (of 50% van laadgewicht) 0,5 g (of 50% van laadgewicht) 0,8 g (of 80% van laadgewicht) 3. Optredende krachten 8
2. Massatraagheidskracht De kracht die een verandering van de bewegingsrichting tegenwerkt noemt men de massatraagheidskracht (traagheidskracht, vliedende of centrifugaal kracht). Elke massa heeft volgens de massatraagheidswet het streven om met dezelfde snelheid te blijven voortbewegen welke ze op dat moment heeft. De massatraagheidskracht verzet zich tegen elke optredende versnelling, vertraging of het veranderen van richting, m.a.w. de goederen willen blijven verder rijden ondanks het voertuig vertraagt bij een noodstop. 4. Natuurkundige principes Op de lading werkende krachten 9
3. Wrijvingskracht (µ) Het verschuiven van de lading wordt zeer sterk beïnvloed door de wrijvingskracht (µ) tussen de laadvloer en de goederen. Ze werkt TEGEN het verschuiven van de lading en mag in mindering worden gebracht van de te berekenen zekeringskracht. De grootte ervan is afhankelijk van het wrijvingscoëfficiënt (µ) tussen de lading en de laadvloer (proper of vuil, besneeuwd, vorst, ijsvorming, oliën of vetten, nog productresten, poeder, korrels, ). 4. Natuurkundige principes Op de lading werkende krachten 10
Huiftrailer met houten of aluminium insteeklatten, zijborden, rongen en kastwagens (boxwagens) Norm EN 12642 Type XL (vanaf 07/2002) Achterwand 30% LVM over een hoogte van 75% (geen max.) Zijwand 40% LVM over een hoogte van 75% Kopschot 50% LVM over een hoogte van 75% (geen max.) 11 5. Constructies Bron: LAG
Europese richtlijnen voor beste praktijken over het zekeren van lading voor wegtransport Gepalletiseerde goederen dienen zorgvuldig te worden gezekerd op de pallet, rekeninghoudend met de zijwaartse kantelhoek (zowel in de lengte als in de breedte van de pallet) van 26. Kanteltest slaagt pas bij een kantelhoek van 26 indien geen teken van merkbare of aanzienlijke vervorming optreedt. Kanteltest van 26,6 komt overeen met een belasting van 0,5 g. x x x 26 minstens 26 zonder kantelen 6. Stabiele laadeenheden 26 minstens 26 zonder vervorming 26 minstens 26 zonder schuiven 12
1 ste Methode: Het opsluiten van de lading Enkele voorbeelden 7. Methodes van ladingzekering 13 Bron: TIS-GDV
3 de Methode: Directzekeren schuinsjorren en diagonaalsjorren Enkele voorbeelden x Zie bijlage bij deze training voor speciale aanbevelingen voor het zekeren van: Technisch materieel Constructiematerieel Mobiele machines 7. Methodes van ladingzekering 14 Bron: Internet
Krachtsluitende ladingzekering Krachtsluitende ladingzekering is gebaseerd op het verhogen van de wrijvingskracht tussen de goederen en de laadvloer. Neersjorren (met spanbanden, kettingen, kabels, ) is de meest gekende methode. Het neersjorren trekt de lading met grote kracht tegen de laadvloer. Dit verhoogt de wrijving en beïnvloedt de zekering positief. De lading wordt op de juiste plaats gehouden. Het gebruik van antislipmatten ( 0,6 µ) verhoogt het wrijvingscoëfficiënt aanzienlijk. Er zijn dan vaak nog amper spanbanden vereist indien niet wordt gestapeld. 7. Methodes van ladingzekering 15
Sjorbanden met ratelmechanisme voor meermaals gebruik Het spanelement of de ratel Standard Hand Force = 50 dan Lashing Capacity in rechte lijn = 2500 dan Lashing Capacity in omspanning = 5000 dan Standard Tension Force = 500 dan 16 8. Soorten zekeringsmiddelen Bron: SpanSet
De sjorhoek ( ) is medebepalend voor de berekening van het aantal spanbanden. Hoe groter de sjorhoek, des te krachtiger de ladingzekering en een vermindering van het aantal spanbanden. Sjorhoek Sinus Effectieve voorspankracht sjormiddel 90 1,00 100% 80 0,98 98% 70 0,94 94% 60 0,87 87% 50 0,77 77% 40 0,64 64% 30 0,50 50% 20 0,34 34% 10 0,17 17% 8. Soorten zekeringsmiddelen 17
VORMSLUITEND - Berekening bij het kopsjorren voorwaarts (directzekeren) PRAKTIJKVOORBEELD 2 We zekeren een nog grote metalen machine met een gewicht van 20.000 kg (dan) welke geen kantelgevaar oplevert en vrijstaand op het midden van de laadvloer geladen staat. Gewicht van de lading m: 20.000 kg (dan) Breedte van de lading: 2,20 m Hoogte van de lading: 1,20 m Lengte van de lading: 10,50 m Wrijvingscoëfficiënt µ (metaal/hout): 0,6 µ (er werden antislipmatten geplaatst) Eigenschappen van het sjormiddel: LC 2.500 dan en S TF 520 dan 9. Praktijkoefeningen / berekeningen 18
VORMSLUITEND - Berekening bij het kopsjorren voorwaarts (directzekeren) PRAKTIJKVOORBEELD 2 Gewicht van de lading 1 g: 20.000 dan (kg) Versnellingsfactor 0,8 g: 16.000 dan (20.000 x 0,8) Wrijvingscoëfficiënt 0,6 µ: - 12.000 dan (20.000 x 0,6) Verschil: 4.000 dan De Lashing Capacity in omspanning van het sjormiddel moet dus minimum 4.000 dan zijn. 9. Praktijkoefeningen / berekeningen 19
Hoe kan worden bepaald of de goederen wel of niet standvast zijn? Hiervoor dienen we ons te baseren op 2 zaken. Dit zijn enerzijds de zwaartepuntafstand (bz), en anderzijds de hoogte (hz) van het zwaartepunt tot de laadvloer. Lading is standvast als de verhouding van de zwaartepuntafstand tot de bz hoogte van het zwaartepunt groter is > g wel standvast dan de versnellingsfactor (g) in de hz richting waarin de lading dient te worden gezekerd. bz hz < g niet standvast Z (zwaartepunt) K (kantelpunt) hz (zwaartepunthoogte) K bz (zwaartepuntafstand) 9. Praktijkoefeningen / berekeningen 20