IJsselland SEKSUEEL GEDRAG Jongerenmonitor 2015 7% geslachtsgemeenschap gehad 10.163 jongeren School Klas 2 13-14 jaar Klas 4 15-16 jaar 49% negatieve houding homoseksualiteit 55% altijd een condoom gebruikt Genotmiddelen Psychosociale gezondheid Seksueel gedrag Voeding, bewegen, gewicht Samenvatting en aanbevelingen
RUIM 10.000 JONGEREN In schooljaar 2014-2015 hebben 10.163 leerlingen woonachtig in de regio IJsselland een vragenlijst ingevuld over gezondheid, welzijn, leefstijl en schoolbeleving. Het onderzoek vond plaats in klas 2 en 4 op het voorgezet onderwijs. Deze vragenlijsten worden door de jeugdgezondheidzorg (JGZ) gebruikt voor de individuele zorg voor de leerlingen. Daarnaast worden de gegevens gebruikt voor de jongerenmonitor die iedere 4 jaar wordt uitgevoerd. Met deze monitor wordt de gezondheidssituatie van de jongeren in de regio IJsselland in kaart gebracht. Hiermee kan het regionaal en lokaal gezondheidsen jeugdbeleid onderbouwd worden. Omdat een deel van de jongeren buiten de regio naar school gaat, zijn er gegevens van GGD Flevoland toegevoegd. Waar mogelijk wordt met recente landelijke cijfers vergeleken. De landelijke cijfers zijn verzameld door middel van de landelijke Jongerenmonitor die in het najaar van 2015 is uitgevoerd door alle GGD en in Nederland. In het landelijk onderzoek hebben de jongeren anoniem een vragenlijst ingevuld. De jongeren in de regio IJsselland hebben de vragenlijst niet anoniem ingevuld. Omdat de onderzoeksmethodiek en doelgroep van de jongerenmonitor 2015 verschilt van de eerdere jongerenmonitoren is het niet mogelijk een trend weer te geven. Deze factsheet gaat over het seksueel gedrag van jongeren. Veel jongeren hebben in de puberteit hun eerste seksuele ervaringen: zoenen, een liefdesrelatie, voor het eerst met iemand naar bed gaan. Het is belangrijk dat jongeren dit veilig en vrijwillig doen. Condoomgebruik beschermt behalve tegen ongewenste zwangerschap ook tegen seksueel overdraagbare aandoeningen (soa). Geslachtsgemeenschap Zeven procent van de totale groep jongeren heeft weleens geslachtsgemeenschap gehad. In klas 2 heeft 2% van de jongeren geslachtsgemeenschap gehad. Jongeren in klas 2 op het VMBO (3%) hebben iets vaker geslachtsgemeenschap gehad dan jongeren in klas 2 op HAVO/ VWO (<1%) In klas 4 heeft 14% van de jongeren geslachtsgemeenschap gehad. Hierbij is ook een verschil te zien tussen het VMBO en HAVO/VWO (16% vs. 12%). Weleens geslachtsgemeenschap gehad (%) Jongens Meisjes VMBO HAVO/VWO 0 2 4 6 6 7 8 8 8 10 Weleens geslachtsgemeenschap gehad KLAS 2 2% KLAS 4 14%
Landelijk heeft 4% van de jongeren in klas 2 ooit geslachtsgemeenschap gehad. In klas 4 is dat landelijk 21%. Deze percentages liggen dus iets hoger dan in de regio IJsselland. Ooit geslachtsgemeenschap gehad Jongeren uit klas 2 en 4 die weleens met iemand naar bed zijn geweest, waren de eerste keer gemiddeld 14,7 jaar oud. Er is hierbij geen verschil tussen jongens en meisjes. Aantal bedpartners Meer dan de helft (57%) van de jongeren die met iemand naar bed is geweest, is op het moment van het onderzoek met 1 persoon naar bed geweest. Jongens hebben vaker dan meisjes 5 of meer sekspartners gehad (14% vs. 5%). Jongeren op het VMBO zijn vaker met 5 of meer verschillende personen naar bed geweest dan hun leeftijdsgenoten op HAVO/VWO (12 % vs. 4%). Klas 2: 4% Klas 4: 21% Klas 2: 2% Klas 4: 14% Voorbehoedsmiddelen 1 Condoomgebruik De meeste jongeren gebruikten altijd (55%) of meestal (18%) een condoom. Bijna 10% van de jongeren gebruikte soms een condoom en bijna een vijfde gebruikte (vrijwel) nooit een condoom. In klas 4 gebruikt 55% van de jongeren een condoom. Dit ligt iets hoger dan het landelijke percentage van 49%. Jongeren die met 5 of meer verschillende partners naar bed zijn geweest gebruiken minder vaak altijd een condoom dan jongeren die met minder personen naar bed zijn geweest (30% en 52%). Op de vraag gebruikte je de laatste keer dat je met iemand naar bed ging een condoom, antwoordt 27% ja, 63% nee en 11% weet het niet meer. Jongens geven vaker aan altijd een condoom te gebruiken (62%) en de laatste keer een condoom te hebben gebruikt (29%) dan meisjes (48% en 25%). (Vrijwel) nooit Soms Meestal wel Ja, altijd Condoomgebruik per schooltype (%) 9 7 12 17 15 21 18 17 19 0 10 20 30 40 50 60 70 47 55 61 Totaal VMBO HAVO/ VWO Altijd condoom gebruikt Jongens 62% Meisjes 48% 1 Deze paragraaf gaat over jongeren die al eens geslachtgemeenschap hebben gehad.
Ik gebruik geen condoom omdat Andere voorbehoedsmiddelen Naast het condoom werd ook de anticonceptiepil veel gebruikt (71%) bij de laatste keer dat jongeren geslachtsgemeenschap hadden. Slechts 4% van de jongeren gebruikte een ander voorbehoedsmiddel dan het condoom of de pil. Zeven procent van de jongeren geeft aan, bij de laatste keer dat zij geslachtsgemeenschap hadden, geen condoom of ander voorbehoedsmiddel gebruikt te hebben. de pil of ander voorbehoedsmiddel werd dit zo onhandig of moeilijk is (11%) gebruikt (62%) we allebei maagd waren (7%) we elkaar vertrouwden (28%) de ander het niet wilde (6%) wij vaste verkering hadden (28%) we teveel gedronken hadden (6%) vrijen met condoom niet zo lekker is (23%) ik het zelf niet wilde (5%) we geen condooms bij ons hadden (15%) ik niet durfde te zeggen dat ik met we er niet aan dachten (14%) condoom wilde vrijen (2%) Redenen om geen condoom te gebruiken Als reden om geen condoom te gebruiken, geven de meeste jongeren in klas 2 en 4 aan dat de pil of een ander voorbehoedsmiddel werd gebruikt, dat ze een vaste relatie hebben en/of dat ze elkaar vertrouwden. SOA consulten Jongeren kunnen zich laten testen op een SOA bij zowel de GGD als de huisarts. Jongeren tot 25 jaar behoren tot de risicogroep en komen daarom in aanmerking voor een gratis consult bij de GGD. SOA vindpercentage in de regio IJsselland (%) 20 Het aantal bezoekers bij de centra seksuele gezondheid (GGD en) in Oost-Nederland (Overijssel en Gelderland) nam in 2015 iets af, maar er werden meer soa s gevonden dan in 2014. Bij vrouwen werden de meeste soa s gevonden in de leeftijdscategorie 15-19 jaar. 2 18 19 Het SOA vindpercentage is in de regio IJsselland de afgelopen jaren toegenomen tot 20%. De meest voorkomende SOA in regio IJsselland is, net als landelijk, chlamydia. In regio IJsselland werd bij 17,2% van de cliënten chlamydia vastgesteld. 3 2013 2014 2015 Loverboys Een grote meerderheid van de jongeren in klas 2 en 4 heeft weleens van loverboys gehoord, respectievelijk 87% en 88%. Van de meisjes geeft 1% aan slachtoffer van een loverboy te zijn geweest en 2% zegt niet te weten of ze slachtoffer is geweest. Vier procent van de jongeren geeft aan weleens een loverboy op of in de buurt van de school gezien te hebben en 3% kent een meisje dat met een loverboy omgaat. 2 Bron: Thermometer Seksuele Gezondheid Oost Nederland, 2015. 3 Bron: Thermometer Seksuele Gezondheid IJsselland, 2015.
Ongewenste seksuele ervaringen Onder een ongewenste seksuele ervaring vallen alle seksuele handelingen zoals zoenen, intiem betast worden tot met iemand naar bed gaan zonder dat diegene het wil. Van de hele groep jongeren geeft 3% aan weleens een ongewenste seksuele ervaring te hebben gehad. 2% geeft daarnaast aan de vraag niet te willen beantwoorden. In klas 4 ligt dit percentage iets hoger dan in klas 2 (4% en 2%). Ruim 2% van de jongens heeft weleens tegen zijn zin een seksuele ervaring gehad, en 2% geeft aan dat hij deze vraag niet wil beantwoorden. Van de meisjes rapporteert ruim 3% ongewenste seksuele ervaringen en 3% wil deze vraag niet beantwoorden. Daarnaast geeft <1% van de jongens en 2% van meisjes aan slachtoffer te zijn (geweest) van seksueel misbruik. Houding ten opzichte van homoseksualiteit Bijna de helft van de jongeren (49%) heeft een negatieve houding ten opzichte van homoseksualiteit. Onder een negatieve houding wordt hier verstaan dat de jongeren op minstens één van drie de vragen met betrekking tot het omgaan met homoseksuele jongeren negatief antwoorden. Ze willen geen vriendschap sluiten met een homoseksuele jongere en/ of ze laten merken dat de ander van hen af moet blijven en/of ze gaan liever naast iemand anders zitten in de pauze. Jongens zijn vaker negatief over homoseksualiteit dan meisjes en jongeren op het VMBO zijn vaker negatief over homoseksualiteit dan jongeren op HAVO/VWO. Negatieve antwoorden op vragen over omgaan met homoseksuele jongeren (%) Ik zou in de pauze liever ergens anders gaan zitten Ik zou laten merken dat hij/zij van me af moet blijven Ik zou niet rustig vriendschap met 15 hem/haar sluiten 0 10 20 30 40 50 26 39 Op de vraag of een homoseksuele jongere op school uit kan komen voor zijn/haar seksuele voorkeur antwoordt 14% dat hij/zij het tegen iedereen op school kan zeggen. Achtendertig procent geeft aan dat het alleen tegen zijn of haar vrienden Negatieve houding ten opzichte van homoseksualiteit (%) verteld kan worden en 16% zegt dat je op school niet uit kunt komen voor homoseksualiteit. Bijna een derde van de jongeren weet het niet. Klas 2 Klas 4 45 52 In klas 4 geven meer jongeren aan dat ze op school iedereen over de eigen homoseksualiteit zouden kunnen vertellen dan in VMBO HAVO/VWO 38 58 klas 2 (21% vs 9%). Jongeren op het HAVO/VWO antwoorden hier vaker positief op dan jongeren op het VMBO (20% vs 9%). 0 10 20 30 40 50 60 Negatieve houding ten opzichte van homoseksualiteit Jongens 63% Meisjes 35%
IJsselland Colofon School GGD IJsselland De jongerenmonitor 2015 wordt in een vijftal factsheets beschreven: Kennis- en Expertise Centrum Postbus 1453 8001 BL Zwolle T. 038 428 16 24 E. KEC@ggdijsselland.nl I. www.ggdijsselland.nl Genotmiddelen Psychosociale gezondheid Seksueel gedrag Voeding, bewegen en gewicht Samenvatting en aanbevelingen Gemeentelijke cijfers zijn te vinden op www.gezondheidsatlasggdijsselland.nl