1. Format verslaglegging algemeen Organisatie Contactgegevens initiatiefnemer (naam, email, telefoonnummer) Naam bijeenkomst Gegevens evenement RWE/Essent Datum 16-06-2016 Locatie Deelnemer namens EZ (naam en email) Adriaan van der Maarel adriaan.van-der.maarel@essent.nl 06 46081513 Diner-seminar RWE/Essent EYE Amsterdam. IJpromenade 1, 1031 KT Amsterdam, Nederland N.v.t. Naam en contactgegevens moderator Naam en contactgegevens verslaglegger Rol (deelnemer)ez Moderator Spreker Inhoudelijk expert Toehoorder Anders, nl. Harro Homan harro.homan@essent.nl 06 11385441 Saqib Butt saqib.butt@essent.nl 06 11494768 N.v.t. Doel - Bewustwording klimaatverandering/energietransitie - Activering - Agendastellend richting overheid - Kennisuitwisseling - Anders, nl.. Doel, stakeholdergroep en inhoud evenement Kennisuitwisseling Ontwikkelen nieuwe perspectieven Stakeholdergroep - Energieconsumenten, prosumers (algemeen publiek en mkb) - Voorlopers in de energietransitie (bedrijven, organisaties die al voorop lopen in de transitie) - De (energie) sector A. Aanbodzijde (energieproducenten en leveranciers) B. Vraagzijde (energieintensieve bedrijven - industrie, vastgoed en verkeer&vervoer. - Rijk, provincies, gemeenten - Kennis- en onderzoeksinstellingen - Voorlopers in de energietransitie/toonaangevende denkers, in hun vakgebied, die niet direct uit de energiesector komen. - Voorlopers in de energietransitie - De Energiesector
Thema - Continue beschikbaarheid van Energie - Flexibel energiesysteem - Actieve energiebesparing door burgers/bedrijven - Draagvlak ruimtelijke inpassing nieuwe opwek en delfstofwinning - CO2 sturing - Economische ontwikkeling en innovatie - Anders, nl Energiefunctie EZ rapport - Ruimteverwarming - Proceswarmte - Verkeer & Vervoer - Kracht, elektriciteit en licht - Anders, nl.. Hoe kwalificeert u (verslaglegger) de sfeer van het evenement/bijeenkomst - Positief - Negatief - Energiek - Onder spanning - Algemeen Beeld: Anders, nl: Sfeer van de bijeenkomst - Hoe gaat Nederland om met, en wat zijn de gevolgen van compleet decentrale energieopwekking in Nederland? - Hoe kan er draagvlak worden gecreëerd voor projecten die gelinkt zijn aan decentrale opwek, onder andere onder andere windturbineparken en zonnevelden? - Kracht, elektriciteit en licht Positief, dynamisch en begaan. Algemeen beeld: De uitgenodigden waren aangenaam verrast over de diversiteit binnen de groep, en vonden dat daardoor een betere discussie gevoerd kon worden dan wanneer er allemaal gelijkgestemden zouden zijn. Afwijkend Beeld: Wat is de status quo, wat gaat volgens deelnemers goed en wat niet? Hoofdpunten dialoog (Kernvragen) Positieve punten: De acceptatie vanuit de overheid dat er dingen moeten veranderen, in tegenstelling tot andere landen in de EU die zich hier niet of nauwelijks mee bezig houden. Negatieve punten: De energietransitie gaat volgens de deelnemers nog te langzaam. Besluitvorming, voor bijvoorbeeld windparken, lijkt niet op gang te komen mede vanwege het NIMBY-effect. Voor een dorpsmolen echter is het veel makkelijker om draagvlak te creëren. Het lijkt niet te lukken om de gemiddelde burger te laten warmlopen voor de energietransitie. Het gevoel van urgentie is er nog niet. Hoe zien deelnemers de toekomst? Een andere rol voor energiebedrijven, namelijk die van serviceprovider die klanten ontzorgt door middel van het aanbieden van meer comfort. Hieronder valt niet alleen elektriciteit, maar ook bijvoorbeeld de isolatie van huizen. Het ontstaan van nog meer kleinschalige energiecoöperaties die collectief energie inkopen voor hun afnemers. Dus de trend naar het kleinschaliger organiseren van energie.
Mensen zijn en blijven tevreden met het leggen van de verantwoordelijkheid voor energieopwekking bij een (relatief) grote energieleverancier. Men wil niet zelf de hele stroomvoorziening regelen, en de ruimte voor energieleveranciers blijft. Wat zijn wensen/zorgen van deelnemers die men graag de komende 4 jaar geadresseerd ziet? Het door de overheid mogelijk maken van de levering van zogenaamde comfortpakketten door middel van het weghalen van belemmerende wetgeving. Regelgeving met big data staat nog in de weg, evenals regelgeving m.b.t. de opslag van elektriciteit. Een stevigere hand van de overheid m.b.t het stellen van normen/targets voor duurzaam opgewekte energie. Een oplossing voor de toekomst hoeft niet op systeemniveau/landelijk niveau geregeld worden. Maatwerk is nodig omdat regio s binnen Nederland van elkaar verschillen.
Hoofdpunten dialoog (inhoudelijke thema vragen/dilemma s) In te vullen per thema (zie format vraagstelling) Deze bijeenkomst was opgedeeld in een deel waarbij de deelnemers werden gesplitst in twee groepen en een plenair gedeelte. In het eerste gedeelte werd een discussie gevoerd binnen de afgesplitste groep, waarna in het tweede gedeelte de uitkomsten van deze discussie plenair gedeeld werden. Aan tafel 1, waar de beschikbaarheid en prijs van energie onderwerp van gesprek was, werd de aanname dat een oplossing op landelijk systeemniveau moet worden gevonden ter discussie gesteld. Want waarom moeten betaalbaarheid en leveringszekerheid op systeemniveau worden geregeld? Een idee zou zijn om een wijk/buurt zelf verantwoordelijk te maken voor leveringszekerheid en af te stappen van het idee van collectiviteit op nationaal niveau. Gedeelde gedachte daarbij was dat klanten ontzorgd willen worden. Ze willen comfort/warmte/licht, en zijn niet geïnteresseerd in de energie die ze kopen. Daarom moeten energiebedrijven geen energie meer verkopen, maar comfort: daarmee krijgen de energiebedrijven een andere rol: geen stroom/gasleverancier maar een serviceprovider. Hiermee verschuift de verantwoordelijk om energie te besparen van de eindgebruiker naar de leverancier. Als vergelijking: een passagier in een vliegtuig betaalt voor de vlucht, en niet voor de kerosine die het kost om te vliegen. Energiebedrijven moeten de why van hun bestaan opnieuw uitvinden. Praktisch obstakel is wel hoe deze nieuwe service uit te rollen zonder tegen belemmerende regelgeving aan te lopen die stelt dat je klanten niet voor langere tijd aan je moet binden. Dit zou juist op te lossen zijn door af te stappen van levering van stroom en gas, maar te spreken van een dienst. Verder werd geconstateerd dat de gemiddelde klant niet geïnteresseerd is in waar stroom vandaan komt; ook het idee van zelf elektriciteit opwekken interesseert het grootste deel van de bevolking niet. Val klanten daarom niet lastig met zonnepanelen en andere duurzame oplossingen maar zorg dat verduurzaming aan de achterkant gebeurt en geregeld wordt. Een ander inzicht is dat het erom gaat dat je consumenten het gevoel geeft dat je een productaanbieding doet, speciaal voor hem/haar, terwijl dat product in feite voor een heel collectief wordt aangeboden. Ga de wijk in met isolatieproducten, en als een significant aantal mensen meedoet, worden alle huizen in één keer geïsoleerd. Aan tafel 2 werd gesproken over de acceptatie van en draagvlak voor duurzame decentrale opwek, waaronder windmolens. Mensen zijn over het algemeen positief over windenergie, maar niet als dat een windmolen in hun directe woonomgeving betekent. Sterker: er bestaat geen duurzame decentrale opwek waartegen geen (lokale) weerstand is. Tot nu toe slaagt de overheid er niet in om voldoende urgentie te kweken om die weerstand te helpen overwinnen. Duidelijke landelijke targets voor duurzaam opgewekte energie, in combinatie met lokale/regionale vrijheid om die doelstelling in te vullen, zou een goede aanpak zijn. Dat stevige nationale regelgeving een must is, blijkt uit het voorbeeld van het rookverbod. 15 jaar geleden ondenkbaar, maar nu rookt er niemand meer in cafés en restaurants. Lokaal maatwerk in de uitvoering is echter belangrijk vanwege de diversiteit, zowel qua bevolkingsdichtheid als landschappelijk, binnen Nederland. Een optie is het verdelen van Nederland in 30 economische kernen die elk hun eigen oplossing kiezen. Qua aanpak werd hier de interessante parallel getrokken met het programma Ruimte voor de Rivier. Belangrijk uitgangspunt is dat draagvlak gestimuleerd wordt wanneer mensen eigenaar van hun energievoorziening zijn. Elk dorp een eigen dorpsmolen lijkt daarom geen gekke gedachte. Eigen en kleinschaligheid zijn trends, waarvan energiecoöperaties een belangrijk gevolg zijn. RWE/Essent wordt gezien als het tegenovergestelde daarvan, wat het draagvlak voor onze grootschalige windparken zeker niet bevorderd. Idee zou zijn om intensief samen te gaan werken met de coöperaties, die op hun beurt kunnen profiteren van de professionele aanpak, kennis en kunde van een groot energiebedrijf. Net als aan tafel 1 werd opgemerkt dat de energieconsument graag ontzorgd wil worden. Het zelf regelen van de stroomvoorziening lijkt nog teveel poespas voor de gemiddelde klant. Hier zou RWE/Essent in kunnen helpen door te een compleet service-managementsysteem aan te bieden, wellicht in de vorm van alles-in-1 pakketten zoals bij mobiele telefonie, waarbij de consument zich niet meer druk hoeft te maken over de elektriciteits- en gasvoorziening, huisisolatie of warmte, maar dat dat voor hem gedaan wordt. Als alternatieven voor windmolens in de decentrale energievoorziening werden drie creatieve suggesties gedaan: 1. Kitepowering, waarbij een vlieger door bepaalde patronen te vliegen energie opwekt. 2. Het beschikbaar stellen van gratis zonnepanelen omdat de terugverdientijd van zonnepanelen op
het moment te lang is, en dus niet aantrekkelijk. 3. Het lokaal beschikbaar stellen van een zak geld waarmee de gemeenschap zelf een goede decentrale oplossing mag uitvoeren, aan de hand van van tevoren vastgestelde eisen. In de plenaire terugkoppeling werd daarnaast de vraag gesteld waarom flexibiliteit in het energiesysteem nooit eerder een prijs heeft gekregen. Voorbeeld daarbij is het gasveld in Groningen, dat jarenlang meeveerde met vraag en aanbod, zonder daar een prijs voor te krijgen. Roger Miesen gaf aan dat dit een zeer relevante vraag is voor de elektriciteitsmarkt, omdat daar over een paar jaar krapte op zal ontstaan, na jaren van overaanbod. In de nabije toekomst wordt het belonen van flexibiliteit en het achter de hand houden van extra capaciteit noodzakelijk. Dat is de reden waarom RWE/Essent al enige jaren pleit voor een zogenaamde capaciteitsmarkt, waarin dat geregeld wordt.