DE VRIJMAKING VAN DE ELEKTRICITEITS- EN GASMARKT: DE FEDERALE WETGEVING IN EEN STROOMVERSNELLING?

Vergelijkbare documenten
INHOUDSOPGAVE OVERZICHT VAN DE EVOLUTIE VAN DE VRIJMAKING VAN DE ELEKTRICITEITS- EN GASMARKT IN BELGIË TOM VANDEN BORRE...1

INHOUD. WOORD VOORAF... v

INHOUDSTAFEL. WOORD VOORAF... v RECENTE ONTWIKKELINGEN IN HET EUROPEES ENERGIEBELEID EN -RECHT JAN GEKIERE...1. Inleiding...1

DE RECENTE VOORSTELLEN TOT WIJZIGING VAN DE EUROPESE REGELGEVING INZAKE DE LIBERALISERING VAN DE ELEKTRICITEITS- EN GASMARKT Jan Gekiere...

WOORD VOORAF... v. Tom Schoors en Didier Pacquée... 1

Gesloten industriële netten: begrip en wetgeving

(A) november 2017

(A) december 2018

ADVIES (A) CDC-1584

BESLISSING COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS

BESLISSING (B) CDC-626E/17

Inleiding bij de Bibliotheek Milieurecht en Ruimtelijke Ordening Larcier... Voorwoord... Milieu en energie in de inkomstenbelastingen

BESLISSING COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

BESLISSING (B) CDC-628E/26

BESLISSING (B) CDC-637G/16

DE GROEPSVERZEKERING ALS AANVULLEND PENSIOEN

HANDBOEK FISCALE PROCEDURE BTW

Brussel, 24/12/2004. Persbericht

KNELPUNTEN VERKOOP ONROEREND GOED

INHOUDSOPGAVE DE RECENTE ONTWIKKELINGEN IN HET EUROPEES ENERGIEBELEID EN HET EUROPEES ENERGIERECHT SAM EMMERECHTS... 1

BESLISSING (B) CDC-656G/25

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Zelfs met hoge energieprijzen op de internationale markten kan de stijging van de eindfactuur van de Belgische verbruiker worden ongedaan gemaakt

Toelichting bij de raadpleging over de tariefmethodologie voor de transmissie van elektriciteit

Wetboek Media en Journalistiek 2011

DE PROCEDUREGIDS. Stappenplan voor civiele, strafrechtelijke en bestuursrechtelijke geschillen. Frederic Eggermont Saskia Kerkhofs

Advies van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 7 oktober 2003

TARIEVEN VOOR OPENBARE DIENSTVERPLICHTINGEN EN TAKSEN EN TOESLAGEN

TARIEVEN VOOR OPENBARE DIENSTVERPLICHTINGEN EN TAKSEN EN TOESLAGEN

Knelpunten Verkoop onroerend [vol]

Inhoudstafel. Woord vooraf... Dankwoord... Lijst van veel gebruikte afkortingen... Inleiding... 1

ACTUALIA OVERHEID EN EIGENDOM

RECHTSPRAAKFICHES FAMILIAAL VERMOGENSRECHT

TARIEVEN VOOR OPENBARE DIENSTVERPLICHTINGEN EN DE TOEPASSING VAN TAKSEN EN TOESLAGEN

ADVIES AR ALGEMENE RAAD COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS. over

UITGEBREIDE INHOUDSOPGAVE

Door het Wetboek van economisch recht opgeheven bepalingen

ADVIES DR

Deze toeslagen zijn geldig vanaf januari 2008 tenzij anders vermeld.

Extern standpunt. Workshop FOD Economie 22/5/13. Zakenrecht & zakelijke zekerheden Prof.Dr. R. Feltkamp

TARIEVEN VOOR OPENBARE DIENSTVERPLICHTINGEN EN TAKSEN EN TOESLAGEN

DE ONTEIGENINGSVERGOEDING

(A) juli Artikel 23, 2, van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt. Niet-vertrouwelijk

PREJUDICIËLE VRAGEN PRAKTISCH

TARIEVEN VOOR OPENBARE DIENSTVERPLICHTINGEN EN TAKSEN EN TOESLAGEN

Inhoud. Voorwoord...v Proloog... vii Over de auteurs...xv Inleiding... xvii Verkort geciteerd... xxi

CONTINUÏTEIT VAN ONDERNEMINGEN

BESLISSING (B) CDC-1269G/1

VOORSTEL (C) CDC-567

DE ONTEIGENINGSVERGOEDING

De ontwikkeling van de elektriciteits- en aardgasmarkten in België

MISBRUIK- EN FRAUDEBESTRIJDING IN HET SOCIAAL RECHT

RECHTSPRAAKFICHES FAMILIAAL VERMOGENSRECHT

BESLISSING (B) CDC-495

DE HERVORMING VAN DE GERECHTELIJKE VEREFFENING EN VERDELING

TARIEVEN VOOR OPENBARE DIENSTVERPLICHTINGEN EN TAKSEN EN TOESLAGEN

ECHTSCHEIDING, VOORLOPIGE MAATREGELEN EN ONDERHOUDSGELDEN IN DE FAMILIERECHTBANK

Voorstel van decreet. van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck

OBSERVATORIUM VAN DE GAS- EN ELEKTRICITEITSPRIJZEN BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

OVERHEIDSOPDRACHTEN Personal copy of ()

ADVIES (A) CDC-1316

Tweede Kamer der Staten-Generaal

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK II. HORIZONTALE OVEREENKOMSTEN RELATIES MET CONCURRENTEN JULES STUYCK...47

UAV 2012 Toegelicht. Handleiding voor de praktijk. prof. mr. dr. M.A.B. Chao-Duivis. Eerste druk

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

PRIJZEN/TARIEVEN. 1. Aanbeveling sociaal tarief

BESLISSING (B) CDC-657G/12

Elektrisch tekenen: begeleiding

Deze 3 verslagen dienen in onderlinge samenhang te worden gelezen en kunnen niet afzonderlijk van elkaar worden gezien of gebruikt.

BESLISSING (B) CDC-658E/37

BESLISSING (B) CDC-1235

(B) juni Artikel 21bis, 4, van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt. Niet-vertrouwelijk

AANGIFTEN BTW. Marc Govers Els Meynendonckx Heidi Deschacht

HANDBOEK BOEKHOUDEN CONSOLIDATIE TWEEDE EDITIE

INHOUDSOPGAVE GESELECTEERDE BIBLIOGRAFIE...

Inhoudstafel. Opzet van het onderzoek en centrale onderzoeksvraag... 21

BESLISSING (B) CDC-1224G/8

BESLISSING (B) CDC-490

HET VRIJ BEROEP NA HET WETBOEK VAN ECONOMISCH RECHT

van 22 november 2013

FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE [C 2013/11421]

(B) oktober 2017

OBSERVATORIUM VAN DE GAS- EN ELEKTRICITEITSPRIJZEN BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Inhoudstafel. Deel 1 Context en situering van het onderzoek Deel 2 De essentiële waarborgen van rechtsbescherming in het ambtelijk statuut...

(B)1224G/10 26 januari 2017

BESLISSING (B) CDC-1323E/7

De nieuwe ordonnanties Gas-Elektriciteit: wat verandert er?

VOORSTEL COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS

Euronext Brussels SA / NV, Rue du Marquis, 1 b.1, Markiesstraat Brussels Belgium

De ontwikkeling van de elektriciteits- en aardgasmarkten in België

GEDEELTELIJKE ONTEIGENING

(B)1227G/20 27 oktober 2017

TOESLAGEN. Deze toeslagen zijn geldig vanaf 01 januari Federale bijdrage

Feedback consultatie toegangscontract 16 mei 2014

Inhoudsopgave VI. SOCIAALRECHTELIJKE ASPECTEN INZAKE BOUW VII. FISCAALRECHTELIJKE ASPECTEN INZAKE BOUW. a. Tewerkstelling. a. BTW

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

ADVIES COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS

Transcriptie:

DE VRIJMAKING VAN DE ELEKTRICITEITS- EN GASMARKT: DE FEDERALE WETGEVING IN EEN STROOMVERSNELLING?

DE VRIJMAKING VAN DE ELEKTRICITEITS- EN GASMARKT: DE FEDERALE WETGEVING IN EEN STROOMVERSNELLING? TOM VANDEN BORRE Editor Antwerpen Oxford

Serie Energie en Recht Serie onder redactie van: Prof. mr. dr. Martha Roggenkamp, Simmons & Simmons Rijksuniversiteit Groningen Prof. dr. Kurt Deketelaere, Instituut voor Milieu- & Energierecht, K.U. Leuven Prof. dr. Leigh Hancher, Universiteit Tilburg Dr. Rolf Künneke, Technische Universiteit Delft Dr. Tom Vanden Borre, Commissie voor de Regulering van Elektriciteit en Gas (CREG) De vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt: de federale wetgeving in een stroomversnelling? Tom Vanden Borre (editor) 2006 Antwerpen Oxford http://www.intersentia.be ISBN 90-5095-528-2 D/2006/7849/6 NUR 823 Alle rechten voorbehouden. Behoudens uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, op welke wijze ook, zonder de uitdrukkelijke voorafgaande toestemming van de uitgevers.

VOORWOORD Het Instituut voor Milieu- en Energierecht (IMER) van de K.U. Leuven heeft sinds een drietal jaar de traditie opgebouwd om één keer per jaar een studienamiddag te organiseren waar de recente ontwikkelingen inzake energierecht (zowel gewestelijk als federaal) worden belicht. Ter gelegenheid van een dergelijke studienamiddag werd telkens ook een Jaarboek Energierecht gepubliceerd (uitgegeven door de uitgeverij in de reeks Energie & Recht). Aldus kwamen de Jaarboeken Energierecht tot stand voor de jaren 2002, 2003 en 2004. Voorliggend boek wijkt iets af van de prille traditie van de jaarboeken energierecht: het beperkt zich namelijk tot een analyse van de belangrijkste ontwikkelingen van het federale energierecht. De afwijking van de prille traditie is gerechtvaardigd omdat zich de afgelopen maanden namelijk belangrijke ontwikkelingen hebben voorgedaan in het federale (wetgevende) kader betreffende de vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt. In de eerste plaats kwamen de wetten van 1 juni 2005 tot wijziging van de elektriciteitswet van 29 april 1999 en tot wijziging van de gaswet van 12 april 1965 tot stand. Deze nieuwe wetten implementeren de Europese elektriciteits- en gasrichtlijn van 26 juni 2003. Maar deze wetten gaan veel verder dan dat: er wordt uitvoering gegeven aan een aantal bepalingen van het federale regeerakkoord van juli 2003 waarin bepaald is dat er wordt overgegaan tot de invoering van meerjarentarieven en dat een duidelijke lijn zou worden getrokken tussen de beleidsvoorbereidende taken van de administratie en de taken van de regulator (CREG). Het betreft zonder meer de meest ingrijpende wijzigingen aan de elektriciteits- en gaswet sinds de wetten van 1999. Daarnaast werden de elektriciteits- en gaswet ook gewijzigd door de wet van 20 juli 2005 houdende diverse bepalingen en door de wet van 27 juli 2005 tot organisatie van de mogelijkheden tot beroep tegen de beslissingen genomen door de CREG. Door deze wijzigingen werd de zgn. degressiviteit van de federale bijdrage ingeschreven in de elektriciteitswet en werd een specifiek beroepsregime tegen beslissingen van de CREG ingesteld. Een derde belangrijk element is dat op de Ministerraad van 20 juli 2005 opnieuw de procedure in gang werd gezet tot wijziging van de elektriciteits- en gaswet, met name wat betreft de oprichting van een federale ombudsdienst. v

Voorwoord Ten vierde kwam het koninklijk besluit van 20 oktober 2005 met betrekking tot de oprichting en de organisatie van een Belgische markt voor de uitwisseling van energieblokken tot stand. Dit koninklijk besluit is van groot belang, want het legt het wettelijke kader vast van de elektriciteitsbeurs. Van deze beurs wordt verwacht dat zij de liquiditeit op de markt zal verhogen. Ten slotte velde het Europees Hof van Justitie op 7 juni 2005 in de zaak C-17/03 een belangrijk arrest betreffende de zgn. historische contracten tussen Nederland en Frankrijk. Omwille van al deze redenen was het dus meer dan opportuun om aan de recentste ontwikkelingen van het federale energierecht en -beleid méér aandacht te schenken dan één enkele studienamiddag. Vandaar werd ervoor geopteerd om op 23 januari 2006 een gehele studiedag te wijden aan al deze evoluties. Voorliggend boek bundelt de bijdragen van elk van de sprekers. De nieuwe wetten, alsook het koninklijk besluit betreffende de oprichting van een elektriciteitsbeurs, alsook het arrest van het Europees Hof zijn beleidsmatig van zeer groot belang voor de vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt. Louter op grond van dit kwantitatieve criterium kan zeker worden gesproken van een stroomversnelling. De vraag rijst evenwel of ook sprake is van een kwalitatieve stroomversnelling. Het oordeel is aan de lezer, die op grond van de diverse bijdragen die in dit boek worden gebundeld, kennis kan nemen van het standpunt van een aantal auteurs. Ten behoeve van de lezer die minder vertrouwd is met de situatie op de Belgische elektriciteits- en gasmarkt of met het federale (wetgevende) kader, wordt in een eerste bijdrage een overzicht gegeven van de evolutie van de vrijmaking van de elektriciteitsen gasmarkt in België. Dit moet toelaten om de thema s die in dit boek aan bod komen, beter te situeren. In ieder geval hebben we de thema s in dit boek dusdanig geselecteerd dat een zo breed mogelijk beeld wordt gegeven van de problematiek. Hierbij worden welbepaalde thema s zoals de nieuwe tarifaire bepalingen, de regels inzake corporate governance, de elektriciteitsbeurs en de historische contracten door verschillende auteurs behandeld. De lezer zal merken dat de visie van deze auteurs niet noodzakelijk gelijklopend is. Het zal dan ook aan de lezer toekomen om de argumenten te vergelijken en te wegen. Het leek ons academisch zeer waardevol om op deze wijze mogelijke tegenstellingen of andere zienswijzen aan het licht te brengen. We menen ook dat de selectie van sprekers en auteurs borg staat voor kwaliteit. De diverse sprekers zijn sinds jaren werkzaam in de energiesector en/of in een domein dat nauw aansluit bij een van de besproken thema s; het boek kan dan ook profiteren van hun vi

Voorwoord expertise en kennis. De bijdragen in dit boek werden geschreven door Tim Vermeir, Roel Nieuwdorp, Iris Vervoort, Frank Vandermarliere, Bram Delvaux, Kathleen Van Boxelaer, Lennart Deridder, Geert Van Calster, Patrick Baeten, Ilse Tant, Fabrice Mourlon Beernaert, Régine Feltkamp, Christine Vanderveeren en ondergetekende. Bovendien kon de studiedag rekenen op de actieve en steeds enthousiaste steun van prof. dr. Kurt Deketelaere en van prof. dr. Ronnie Belmans. Ik wens beide heren daarvoor nadrukkelijk te bedanken. Mijn dank gaat ook uit naar Ann Groffils, die de praktische organisatie feilloos op zich heeft genomen. Tot slot nog dit: op het einde van het boek is een officieuze coördinatie opgenomen van de elektriciteits- en gaswet. Ingevolge de recente wijzigingen, waarvan er een aantal nog niet in werking zijn getreden, is het een waar puzzelwerk om te weten welke bepaling nu al dan niet van kracht is. Door de inlassing van de officieuze coördinatie hopen we dat puzzelwerk iets te vergemakkelijken. Dr. Tom Vanden Borre Leuven, 30 november 2005 vii

INHOUDSOPGAVE VOORWOORD...v OVERZICHT VAN DE EVOLUTIE VAN DE VRIJMAKING VAN DE ELEKTRICITEITS- EN GASMARKT IN BELGIË TOM VANDEN BORRE...1 1. Overzicht van de evolutie van het wetgevend kader...2 1.1. De Elektriciteitswet van 29 april 1999...3 1.1.1. Productie...3 1.1.2. Beheer van het transmissienet...5 1.1.3. Toegang tot het transmissienet, directe lijnen en invoer...10 1.1.4. Tarifering, verplichtingen van openbare dienst en boekhouding...11 1.1.5. Regulering op grond van de Elektriciteitswet van 29 april 1999...12 1.1.5.1. Het Controlecomité voor Elektriciteit en Gas...12 1.1.5.2. De Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas (CREG)...13 1.2. De Gaswet van 29 april 1999...17 1.2.1. Vervoersvergunningen...17 1.2.2. Leveringsvergunningen...18 1.2.3. Algemene rechten en plichten van de houder van een vervoersvergunning...18 1.2.4. Toegang tot het vervoersnet...19 1.2.5. Organisatie van de toegang tot het net...19 1.2.6. Tarifering en boekhouding...21 1.2.7. Openbare dienstverplichtingen (ODVS)...22 1.2.8. Indicatief plan van bevoorrading in aardgas...23 1.3. Wet van 12 augustus 2000...23 1.4. De wetten van 16 juli 2001...24 1.5. De programmawet van 30 december 2001...25 1.6. De programmawet van 24 december 2002...26 1.7. De wet van 14 januari 2003...28 1.8. De wet van 31 januari 2003...29 1.9. De wet van 20 maart 2003...30 1.10. De wet van 12 augustus 2003...33 ix

Inhoudsopgave 1.11. De wetten van 1 juni 2005... 34 1.11.1. De wet van 1 juni 2005 tot wijziging van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt... 34 1.11.2. De wet van 1 juni 2005 tot wijziging van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen... 40 1.12. De wet van 20 juli 2005... 44 1.13. De wet van 27 juli 2005... 45 1.14. De wetten van december 2005... 46 2. Markante feiten in 2005... 46 3. Vooruitblik naar 2006... 47 DE TARIFAIRE BEPALINGEN IN DE NIEUWE ENERGIEWETGEVING TIM VERMEIR... 51 1. Inleiding... 51 2. Tarifaire bepalingen in de vroegere wetgeving... 51 3. Het Europeesrechtelijk kader... 53 3.1. Principes... 53 3.2. Uitwerking... 53 3.3. Uitzonderingen (art. 22 Richtlijn 2003/55/EG)... 55 4. De Gaswet... 57 4.1. Algemene regel... 57 4.2. Definities... 57 4.3. Totaal inkomen... 57 4.4. Tarieven... 59 4.5. Procedure... 60 4.6. Rapportering (art. 15/5octies)... 62 4.7. Uitzonderingen... 62 5. Elektriciteitswet... 63 5.1. Totaal inkomen... 63 5.2. Kwalitatieve WKK... 65 5.3. Tarieven... 66 5.4. Procedure... 66 5.5. Rapportering... 67 5.6. Afwijkingen... 68 Eindbemerking... 68 x

Inhoudsopgave CORPORATE GOVERNANCE IN DE ENERGIESECTOR ROEL NIEUWDORP EN IRIS VERVOORT...69 1. Inleiding...69 2. Corporate governance in de Europese richtlijnen...72 3. Corporate governance in België...72 3.1. Regulerend kader inzake corporate governance in België...73 3.1.1. Algemeen...73 3.1.2. Elektriciteits- en gasmarkt...74 3.2. Corporate governance en raad van bestuur...75 3.2.1. Corporate governance betreffende de raad van bestuur...75 3.2.2. Belgische energiewetgeving anno 1999...76 3.2.3. Code Lippens dd. 9 december 2004...76 3.2.4. Belgische energiewetgeving anno 2005...77 4. Besluit...81 DE NIEUWE TARIFAIRE BEPALINGEN EN CORPORATE GOVERNANCE IN DE ELEKTRICITEITS- EN GASWET: VISIE VAN DE ENERGIE- VERBRUIKERS FRANK VANDERMARLIERE...83 1. Inleiding...83 2. Betekenis van de nieuwe Europese richtlijnen voor een betere Belgische markt...84 3. De tarifaire bepalingen in de Elektriciteitswet...85 3.1. Het tarifair beleid van de CREG in de voorbije jaren...86 3.2. De wijzigingen aan de tarifaire methodologie. De wet van 1 juni 2005.. 89 3.2.1. Doel van de nieuwe tariefbepalingen...89 3.2.2. Voornaamste verschilpunten...90 3.2.2.1. Tariefmethodologie...90 3.2.2.2. Meerjarentarieven...90 3.2.2.3. Onderscheid tussen beheersbare en niet-beheersbare kosten...91 3.2.2.4. Uitzonderingen op de billijke winstmarge en de afschrijvingen...93 4. De nieuwe corporate governance regels...95 5. Conclusies...98 xi

Inhoudsopgave DE PRAKTISCHE TOEPASSING VAN DE DEGRESSIVITEIT VAN DE FEDERALE BIJDRAGE: NIEUWE UITDAGING VOOR DE LEVERANCIERS KATHLEEN VAN BOXELAER... 99 1. Inleiding... 99 2. De federale bijdrage... 99 2.1. Ontstaan van de federale bijdrage... 100 2.2. De ministerraad van Gembloux... 101 2.3. Timing van de hervormingen... 103 3. De hervormingen van de federale bijdrage op elektriciteit... 104 3.1. Samenstelling van de federale bijdrage... 104 3.2. Inning van de federale bijdrage... 105 3.3. Vrijstelling voor milieuvriendelijk opgewekte stroom... 108 3.4. Degressieve vermindering van de federale bijdrage... 110 3.4.1. Principe... 110 3.4.2. Beperkingen voor de toekenning van de vermindering... 113 3.4.2.1. Energie geleverd voor professioneel verbruik... 113 3.4.2.2. Vermindering per verbruikslocatie... 114 3.4.2.3. Naleving van een convenant of sectorakkoord... 116 Vlaanderen: de convenanten... 118 Wallonië: de sectorakkoorden... 119 Brussel: geen convenanten of sectorakkoorden... 120 3.4.2.4. Verbruik van minimaal 20 MWh per jaar... 120 3.5. Compensatie voor de fondsen... 121 4. Bijzondere situaties bij de berekening van de federale bijdrage... 122 5. Vergoeding van de leveranciers... 124 6. Conclusie... 125 DE FEDERALE OMBUDSDIENST VOOR ELEKTRICITEIT EN GAS: NAAR EEN NIEUW ARTIKEL 27 DR. TOM VANDEN BORRE... 127 1. Inleiding... 127 2. Gesignaleerde problemen bij het in werking stellen van de ombudsdienst... 130 3. De bevoegdheid van de federale ombudsdienst ratione personae... 131 3.1. De vrager of klager: eindafnemer... 132 3.2. De gedaagde... 134 4. De bevoegdheid ratione materiae van de federale ombudsdienst voor elektriciteit en gas... 138 4.1. Volgens de wet van 20 maart 2003... 138 xii

Inhoudsopgave 4.2. De federale bevoegdheid inzake de ombudsdienst elektriciteit en gas. 143 4.2.1. De federale bevoegdheid inzake energie... 143 4.2.2. Andere relevante federale bevoegdheidsdomeinen... 145 4.2.2.1. Algemene regels ter bescherming van de verbruiker. 146 4.2.2.2. Het prijsbeleid... 147 4.3. Conclusie... 148 5. Link met andere instanties die op grond van de Elektriciteits- en Gaswet geschillen kunnen beslechten... 151 6. De geschillenbeslechtingsinstantie in de Elektriciteits- en Gasrichtlijn... 154 6.1. De bevoegdheid ratione materiae van de geschillenbeslechtingsinstantie... 155 6.2. De bevoegdheid ratione personae van de geschillenbeslechtingsinstantie... 158 6.3. De mogelijkheid om geschillen te beslechten... 159 6.4. Bijkomende elementen... 161 7. De financiering van de federale ombudsdienst elektriciteit en gas... 162 8. Conclusies... 165 DE TOEKOMST VAN DE HISTORISCHE CONTRACTEN NA HET ARREST VAN HET EUROPEES HOF VAN 7 JUNI 2005 PROF. DR. GEERT VAN CALSTER EN DR. LENNART DERIDDER... 169 1. Inleiding... 169 2. Het arrest van het Hof van Justitie van 7 juni 2005 in zaak C-17/03... 170 2.1. Historiek... 170 2.2. De prejudiciële vragen... 172 2.3. Argumenten van partijen... 173 2.4. Beoordeling door het hof... 174 2.4.1. Rechtsgrondslag... 174 2.4.2. Technische voorschriften... 175 2.4.3. Discriminatie... 176 2.4.4. Historisch karakter... 177 2.4.5. Rechtvaardiging van bijzondere rechten... 177 3. Beperkte draagwijdte van het arrest... 180 4. Contractuele gevolgen... 182 5. De rol van de nationale overheden... 184 6. Gevolgen voor de praktijk... 185 7. Besluit... 187 xiii

Inhoudsopgave DE TOEKOMST VAN DE HISTORISCHE CONTRACTEN NA HET ARREST VAN HET EUROPEES HOF VAN 7 JUNI 2005 POSTJUDICIËLE VRAGEN BIJ PREJUDICIËLE ANTWOORDEN PATRICK BAETEN... 189 1. Inleiding... 189 2. De notie prioritair historisch contract... 190 3. Het EDF/SEP leveringscontract en het EDF/SEP/CPTE doorvoercontract... 191 4. Het arrest van het Europees Hof van 7 juni 2005 (zaak C-17/03)... 193 4.1. De procedure... 193 4.2. De prejudiciële vragen... 194 4.3. Het antwoord van het Hof... 195 5. Vroegere rechtspraak... 197 5.1. De zaak IJsselcentrale... 197 5.1.1. De beschikking van de Commissie van 16 januari 1991... 197 5.1.2. Het arrest van het Gerecht van Eerste Aanleg van 18 november 1992... 198 5.1.3. Het arrest van het Hof van Justitie van 19 oktober 1995... 199 5.1.4. Het arrest van het Gerecht van Eerste Aanleg van 12 december 1996... 200 5.1.5. Voorlopig besluit in verband met de Nederlandse importbeperkingen... 200 5.2. De zaak Almelo... 200 5.3. De zaak Commissie / Nederland... 202 5.3.1. De toepasselijkheid van artikel 31 EG... 202 5.3.2. De rechtvaardigingsgrond ex artikel 86, lid 2 EG... 203 5.3.3. Gevolgtrekkingen... 204 5.4. De zaak Corus & Pechiney... 205 5.5. Samenvatting... 205 6. Vragen bij het arrest van 7 juni 2005... 206 6.1. Is het ongelijk behandelen van verschillende situaties soms toch discriminatie?... 206 6.2. Kan een uitzonderingsregime van afgeleid recht de toepassing van een uitzonderingsregel van primair recht beperken?... 208 6.3. Is financiële steun eventueel te verkiezen boven een bevoorrechte toegang tot importcapaciteit?... 209 7. Conclusies... 210 xiv

Inhoudsopgave DE SPECIFIEKE BEROEPSPROCEDURE TEGEN DE BESLISSINGEN VAN DE CREG BRAM DELVAUX... 211 1. Inleiding... 211 2. Het jurisdictionele beroep van het gemene recht tegen de beslissingen van de CREG... 212 2.1. Rechtsbescherming door de Raad van State... 213 2.2. Rechtsbescherming door de hoven en rechtbanken tegen administratieve rechtshandelingen... 216 2.3. Naar de Raad van State of naar de hoven of rechtbanken tegen de beslissingen van de CREG?... 218 3. De nieuwe beroepsprocedures tegen bepaalde beslissingen van de CREG... 219 3.1. Strekking en verantwoording van de nieuwe beroepsprocedures... 219 3.2. Schorsing door de Ministerraad... 221 3.2.1. Schorsingsbevoegdheid van de Ministerraad in de Elektriciteitswet en Gaswet... 222 3.2.2. Schorsingsbevoegdheid van de Ministerraad in de Telecomwet... 222 3.2.3. Analyse van de schorsingsbevoegdheid van de Ministerraad in de Elektriciteits- en Gaswet... 224 3.3. Beroep bij het Hof van Beroep van Brussel... 228 3.3.1. De beroepsprocedure bij het hof van Beroep van Brussel in de energiesector... 228 3.3.2. De beroepsprocedure bij het hof van Beroep van Brussel tegen beslissingen in de financiële sector... 234 3.3.3. De beroepsprocedure bij het hof van Beroep van Brussel tegen beslissingen in de telecomsector... 236 3.3.4. De beroepsprocedure bij het hof van Beroep van Brussel tegen beslissingen van de Raad voor de Mededinging... 237 3.3.5. Analyse van de bevoegdheid van het hof van Beroep van Brussel in de Elektriciteits- en Gaswet... 238 3.4. Beroep bij de Raad voor de Mededinging... 240 3.4.1. De beroepsprocedure bij de Raad voor de Mededinging in de Elektriciteitswet en Gaswet... 240 3.4.2. Analyse van de bevoegdheid van de Raad voor de Mededinging in de Elektriciteits- en Gaswet... 241 3.5. Bijkomende aspecten in het kader van de nieuwe beroepsprocedure.. 245 3.5.1. Op welke instanties van de CREG is de beroepsprocedure van toepassing?... 245 3.5.2. De overgangsbepaling voor hangende procedures... 247 xv

Inhoudsopgave 4. Conclusie... 248 DE ONAFHANKELIJKE EN GOEDE WERKING VAN DE BELGISCHE ELEKTRICITEITSBEURS BELPEX ILSE TANT, FABRICE MOURLON BEERNAERT EN DR. RÉGINE FELTKAMP... 251 1. Inleiding... 251 2. Omschrijving en nut van een elektriciteitsbeurs binnen de Belgische context... 252 3. Algemene bespreking van de regelgevende context... 257 3.1. Elektriciteitswetgeving... 257 3.1.1. Europese regelgeving... 257 3.1.2. De wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt... 259 3.1.3. Het koninklijk besluit van 19 december 2002 houdende een technisch reglement voor het beheer van het transmissienet van elektriciteit en de toegang ertoe... 262 3.2. Financiële wetgeving... 262 3.2.1. De wet van 6 april 2005 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs... 263 3.2.2. De wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten... 264 3.2.3. Het koninklijk besluit van 30 november 1939 betreffende het leuren met roerende waarden en demarchage met roerende waarden en goederen of eetwaren... 267 3.2.4. Wet van 22 april 2003 betreffende de openbare aanbiedingen van effecten... 267 3.3. Besluit met betrekking tot het regelgevende kader... 268 4. De basisbeginselen voor de goede werking van een elektriciteitsbeurs en het koninklijk besluit van 20 oktober 2005... 268 4.1. Essentiële voorwaarden voor de goede werking van een elektriciteitsbeurs... 268 4.2. Het koninklijk besluit van 20 oktober 2005... 269 4.2.1. Doel en draagwijdte van het koninklijk besluit van 20 oktober 2005... 269 4.2.2. Onderzoek van de belangrijkste bepalingen van het koninklijk besluit van 20 oktober 2005... 271 4.2.2.1. De onderneming die een markt beheert... 272 4.2.2.2. De liquiditeit op de markt... 276 xvi

Inhoudsopgave 4.2.2.3. De vertrouwelijke behandeling van de orders... 279 4.2.2.4. De rechtsverhouding tussen de marktbeheerder en de deelnemers... 280 4.2.2.5. De toegang tot de markt en de objectieve en niet-discriminerende behandeling van de deelnemers... 281 4.2.2.6. De werking van de markt... 281 4.2.2.7. De financiële afwikkeling van de transacties... 283 4.2.2.8. De integriteit van de markt... 284 4.2.2.9. De naleving van de opgelegde vereisten... 284 5. Evaluatie... 286 DE ONAFHANKELIJKE EN GOEDE WERKING VAN DE BELGISCHE ELEKTRICITEITSBEURS DR. CHRISTINE VANDERVEEREN... 289 1. Inleiding... 289 2. De onafhankelijkheid van de marktbeheerder... 291 2.1. Het beursbesluit... 291 2.2. Evaluatie... 292 3. Beroepsgeheim... 296 3.1. Het beursbesluit... 296 3.2. Evaluatie... 298 4. Transparantie... 300 4.1. Het beursbesluit... 300 4.2. Evaluatie... 301 5. Minimale efficiënte organisatie... 301 5.1. Het beursbesluit... 301 5.2. Evaluatie... 303 6. Voorkomen van en remediëren aan marktmanipulatie... 306 6.1. Het beursbesluit... 306 6.2. Evaluatie... 307 7. Toezicht... 309 7.1. Het beursbesluit... 309 7.1.1. Toezicht op de marktbeheerder... 309 7.1.1.1. Verlenen van een vergunning... 309 7.1.1.2. Goedkeuring van het marktreglement... 310 7.1.1.3. Informatieverplichting... 311 7.1.1.4. Opschorting van de beursactiviteit... 311 7.1.1.5. Algemeen toezicht... 311 xvii

Inhoudsopgave 7.1.2. Toezicht op de deelnemers... 312 7.1.2.1. Toelating tot de beurs... 312 7.1.2.2. Opschorting van de beursactiviteit... 312 7.1.2.3. Algemeen toezicht... 313 7.2. Evaluatie... 314 7.2.1. Toezicht op de marktbeheerder... 314 7.2.2. Toezicht op de deelnemers... 318 8. Liquiditeit... 322 8.1. Het beursbesluit... 322 8.2. Evaluatie... 322 9. Besluit... 323 GECOÖRDINEERDE VERSIE VAN DE WET VAN 29 APRIL 1999 BETREFFENDE DE ORGANISATIE VAN DE ELEKTRICITEITSMARKT VAN 1 JANUARI 2006... 325 GECOÖRDINEERDE VERSIE VAN DE WET VAN 12 APRIL 1965 BETREF- FENDE HET VERVOER VAN GASACHTIGE PRODUCTEN EN ANDERE DOOR MIDDEL VAN LEIDINGEN VAN 1 JANUARI 2006... 369 xviii