examentraining: opgaven bij de onderwerpen diagrammen (2005-1) Op plaatsen waar we naaldhout uitdunnen, keert op de open plekken het gevarieerde inheemse bos terug. Daarin vind je onder meer bomen als eik (Quercus robur) en berk (Betula pendula). Daaronder kunnen zich nu, anders dan in het naaldbos, wél struiken vestigen, zoals vlier (Sambucus nigra), kamperfoelie (Lonicera periclymenum), braam (Rubus arcticus) en vogelkers (Prunus padus) en ook kruidachtige schaduwplanten als salomonszegel (Polygonatum multiflorum), sleutelbloem (Primula veris) en bosviooltje (Viola riviniana). 1. Teken in één diagram een mogelijke tolerantiekromme voor de factor verlichtingssterkte van de salomonszegel en ook een van de eik. Benoem de assen 2009 Ademtest bij het bepalen van lactose-intolerantie Sommige mensen maken geen lactase. Hierdoor wordt lactose (melksuiker) niet verteerd Als men vermoedt dat een patiënt geen melksuiker kan verteren, wordt behalve de ademtest ook vaak een lactose-(in)tolerantietest uitgevoerd. De patiënt moet een zestal uren niet eten of drinken. Daarna krijgt hij een bepaalde hoeveelheid lactose toegediend. Na verloop van tijd meet men het glucosegehalte van het bloed. In afbeelding 2 wordt het glucosegehalte in het bloed weergegeven. Na zes uur krijgt de patiënt lactose toegediend. Afbeelding 2 1. Welke lijn geeft de glucoseconcentratie in het bloed weer als de patiënt daadwerkelijk aan lactose-intolerantie lijdt? Bloedsomloop 2012 Hulp voor de diabetespatiënt Sommige diabetespatiënten vinden het niet prettig om zichzelf in te spuiten, waardoor zij niet vaak genoeg spuiten en voortdurend een afwijkende glucoseconcentratie in het bloed hebben. Er is een methode ontwikkeld, waarbij
de patiënt niet hoeft te spuiten, maar insuline inhaleert. Patiënten die de insuline-inhaler gebruiken moeten diep inhaleren om de insuline in de longblaasjes te krijgen 1. Een insulinemolecuul wordt door de longblaasjes opgenomen en komt zo in het bloed. Noem de bloedvaten en de delen van het hart die dit molecuul passeert om via de kortste weg vanuit de longen in de lever terecht te komen. 2014 Een koe: meer dan een melkfabriek? De opgenomen enkelvoudige suikers die na de vertering van gras door de koe ontstaan worden vervoerd door het bloed. Deze suikers worden onder andere gebruikt als bouwstof bij de vorming van lactose (melksuiker) bij een koe die gekalfd heeft en als brandstof door het ongeboren kalf van een drachtige koe. 2. Hoe vaak passeert een suikermolecuul minimaal het hart van de koe voordat het gebruikt wordt voor de productie van een molecuul lactose in de melkklier? Hoe vaak passeert een suikermolecuul minimaal het hart van een drachtige koe, voordat het als energiebron dienst doet in het ongeboren kalf? productie van lactose energiebron in ongeboren kalf A 0 keer 1 keer B 0 keer 2 keer C 1 keer 1 keer D 2 keer 2 keer 2012 DNA profielen Onderzoekers van het AMC hebben de oorzaak van een erfelijke aandoening ontdekt die op jonge leeftijd een plotselinge hartstilstand kan veroorzaken: ventrikelfibrilleren. Bij ventrikelfibrilleren gaan de hartspiercellen van de hartkamer zeer onregelmatig samentrekken waardoor de kamer het bloed niet kan wegpompen. Door DNA-onderzoek is bepaald welk gen betrokken is bij de aandoening. In afbeelding 5 zijn profielen te zien van twee verschillende genen (P en Q) van vijf personen. Het bovenste profiel laat alle bekende allelen zien. Te zien is dat er twee P- allelen en drie Q-allelen zijn. Van de controlepersonen is bekend, dat ze de aandoening niet hebben. afbeelding 5
A B C D 1. Voor welk gen is of voor welke genen zijn de controlepersonen heterozygoot? voor geen van beide genen alleen voor gen P alleen voor gen Q voor beide genen 2. Leg uit welk allel de onderzochte aandoening veroorzaakt. Voedselweb/voedselketen 2011 De grote gruttoslachting De grutto is een weidevogel. Het beheer van weilanden waarin de grutto nestelt is de de laatste jaren regelmatig onderwerp van discussie tussen natuurbeheerders en boeren. Natuurbeheerders waarschuwen dat maaien van graslanden resulteert in een massale slachting onder de kuikens van deze vogel. En omdat het goed gaat met verschillende nestrovers, zoals kiekendieven, buizerds en hermelijnen die een gruttoeitje of -kuikentje wel weten te waarderen, neemt het aantal grutto s in Nederland nog verder af. De grutto is van oorsprong een toendravogel, die in Nederland lange tijd uiterst zeldzaam was. Toen de landbouw intensiever werd, begin vorige eeuw, kwam er een biotoop tot ontwikkeling die leidde tot een toename van het aantal grutto s. Er kwam meer grasland dat door organische bemesting veel regenwormen bevatte, het voedsel voor de grutto. Naast regenwormen eten grutto s ook emelten, de larven van langpootmuggen. Deze larven leven onder andere van wortels van het in weilanden veel voorkomende Engels raaigras. 1. Teken het voedselweb van de in de tekst genoemde organismen. - Geef met pijlen de richting van de energiestroom tussen de organismen aan. Onderzoek doen
2012 witlof Het effect van licht op de groei en ontwikkeling van taugé en alfalfa kan op school onderzocht worden. De zaden kiemen gemakkelijk op natte watten. Je beschikt over: kweekbakjes watten water luzernezaden geodriehoek/meetlatje groeilampen donkere ruimte/deksels/aluminiumfolie/zilverpapier 2. Maak een proefopzet om de volgende hypothese te testen: Naarmate de lichtintensiteit toeneemt, neemt de lengtegroei van alfalfa af. 2012: chocolade, lekker en gezond. Cacao bevat veel flavonolen. Flavonolen zijn stoffen die verouderingsprocessen, waaronder slagaderverkalking, voorkomen. Het was al bekend dat cacao bloeddrukverlagend kan werken maar andere stoffen in chocolade zouden dit effect weer teniet kunnen doen. Om dit voorlopig te testen hebben voedingsdeskundigen 44 vrijwilligers dagelijks chocolade laten eten. Dat waren gezonde proefpersonen met een iets verhoogde bloeddruk. De helft van hen kreeg dagelijks 6 gram pure chocolade te eten, de andere helft evenveel witte chocolade. Witte chocolade bevat weinig cacao. Uit de resultaten concludeerden de voedingsdeskundigen dat het juist de cacao in de chocolade was die een verlagend effect heeft op de bloeddruk. 3. Welke twee resultaten zullen de conclusie van de voedingsdeskundigen rechtvaardigen? Evolutie 2011 Kreeft verovert Zeeuwse meren en restaurants In 2005 werd in de Oosterschelde en het Grevelingenmeer (zie afbeelding 1) ruim 14 ton kreeft gevangen. Onder wetenschappers wordt vaak gesproken over de overlevingsdrift van dit bijzonder sterke schaaldier. Het feit dat de dieren in de Oosterschelde kunnen overleven, hebben zij aan veranderingen in het DNA te danken. Deze kreeft was een immigrant, afkomstig uit de Atlantische Oceaan. De Zeeuwse zandbodem was geen ideale plek voor deze kreeften omdat ze het liefst vanuit donkere schuilplaatsen jagen. Alleen een beperkt stukje van de Oosterschelde voldeed in de 19 e eeuw aan deze voorwaarde. Omdat er nauwelijks uitwisseling van water tussen Noordzee en Oosterschelde is, konden de kreeften hier in isolement voortleven. Toch waren er nogal wat ongunstige factoren, waardoor het een wonder is dat de kreeft zich heeft kunnen handhaven. De kreeften in de Oosterschelde werden bijvoorbeeld bedreigd door extreem koude winters. In het ijskoude water zijn veel kreeften doodgevroren, doordat ze hier geen uitwijkmogelijkheden naar dieper gelegen rotsbanken hadden. De kreeften werden niet alleen bedreigd door de kou maar werden ook overspoeld met zoet water dat door de Oosterschelde naar de Noordzee vloeide. Het verlaagde zoutgehalte zorgde opnieuw voor een gevecht om overleving. Steeds opnieuw moesten de dieren de populatie weer opbouwen. Uiteindelijk ontstond
een superkreeft die in DNA van de oorspronkelijke immigranten afwijkt. 4. Leg in drie stappen uit dat, door veranderingen in het DNA, in deze nieuwe leefomgeving een populatie van superkreeften kon ontstaan waarvan de eigenschappen afwijken van die van de oorspronkelijke immigranten uit de Atlantische Oceaan. 5. Wanneer kunnen we bij deze zogenaamde superkreeft spreken van een aparte soort? 2012 Groenlander van weleer geeft zijn DNA prijs Voor het schrijven van een essay over De geschiedenis van de mensheid vonden Luc en Bas, twee leerlingen uit HAVO-5, een artikel in een krant over de oorspronkelijke bewoners van Groenland. Uit een paar diepgevroren haren en kleine botfragmenten, gevonden in Groenland, blijkt het gezicht van een man, Inuk genoemd, af te lezen De onderzoekers uit het krantenartikel wisten de complete genetische code van Inuk te ontcijferen. Met de DNAbepaling werden verschillen in het DNA vastgesteld tussen Inuk en de huidige mensen uit Noord-Siberië.
Met dit DNA-onderzoek kon men het ruwe signalement van Inuk afleiden. Belangrijker nog dan het uiterlijk van Inuk, is wat uit zijn DNA blijkt over de etnische herkomst van de Saqqaq. Het maakt duidelijk dat zij minder verwant zijn aan de huidige bewoners van Groenland, de Inuit, en de Noord-Amerikaanse Indianen, maar meer met de volkeren van Noordoost-Siberië. Het DNA van Inuk en van Siberiërs laat zien dat de voorouders van de Saqqaq en die van de huidige Siberiërs al 5500 jaar geleden uiteen zijn gegaan. In afbeelding 4 staat een afstammingsreeks van de verschillende etnische bevolkingsgroepen in Siberië en Amerika weergegeven. In de stamboom staan de letters P, Q, R en S. afbeelding 4 6. Op welke plaats in de stamboom kunnen volgens de gegeven informatie de Saqqac worden weergegeven?