Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergelijkbare documenten
Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rapport Fatale Woningbranden 2011 en Rapport Fatale woningbranden 2003 en 2008 t/m 2011: een vergelijking 1

Model. convenant betaald voetbal. Seizoen 200x 200y. Naam club Naam gemeente Regionaal Politiekorps Arrondissement Openbaar Ministerie

Verkenning doorberekenen kosten inzet politie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

CONVENANT BETAALD VOETBAL t/m

20 secondant #6 december Fotoserie Werken aan veilig voetbal. Werkvloer

REGLEMENT DEELNAME EUROPESE CLUBCOMPETITIES EN PLAY-OFF VOOR EUROPEES TICKET BETAALD VOETBAL SEIZOEN 2011/'12

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Projectrapporteur Nieuwe Competitieopzet

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Instrument risico-inschaling voetbalwedstrijden

Model lokaal convenant Voetbal en Veiligheid

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

OPZET WORKSHOP PAGINA 3 VAN

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Allereerst verzoek ik u deze pleitnotities aan het zittingsverbaal te hechten.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rapport. Rapport over een klacht betreffende de Voedsel en Waren Autoriteit uit Den Haag. Datum: 4 mei Rapportnummer: 2011/131

B en W. nr d.d

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Reglement cameratoezicht

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Reglement play-off europees ticket betaald voetbal seizoen 2015/'16

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Bergkamp (D66) over de aanpak van pgb-fraude (persoonsgebonden budget) (2013Z07932).

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 10 september 2014 Betreft Beantwoording Kamervragen van de leden Bruins Slot en Omtzigt (beiden CDA) (2014Z13486)

De Voorzitter van de Tweede Kamer de Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 17 juli 2017 Betreft Monitor betaaltermijnen overheid

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De minister van Veiligheid en Justitie T.a.v. contactpersoon Nationale ombudsman mevrouw XXX Postbus EH DEN HAAG. Geachte heer Blok,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2018D22525 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ECLI:NL:RBLEE:2009:BJ8522

ME/MW RL/FvK/2002/ Advies departementale actieprogramma s vermindering administratieve lasten 2002

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage. Geachte voorzitter,

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

REGLEMENT DEELNAME EUROPESE CLUBCOMPETITIES EN PLAY-OFF VOOR EUROPEES TICKET BETAALD VOETBAL SEIZOEN 2012/'13

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Regeling melden (vermoeden van een) misstand of schending integriteit

2 Vergaderjaar

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Gelet op het bepaalde in artikel van de Algemene Plaatselijke Verordening Helmond 2008;

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN (050)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan het college van Burgemeester en Wethouders v/d gemeente

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 november 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De ondergetekenden, Zijn het volgende overeengekomen: Er is een samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid.

Regeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Lijst van vragen - totaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 13 augustus 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over Aangiftebereidheid van minderjarige slachtoffers mensenhandel

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2015D Lijst van vragen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De inwerkingtreding is, zoals in het besluit geregeld, gesteld op 28 januari 2015, de dag na bekendmaking in het gemeenteblad

Datum 11 juni 2019 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht Boek over politieonderzoek Nicole van den Hurk moet worden aangepast

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Reglement play-offs europees ticket betaald voetbal seizoen 2013/'14

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Richtlijn termijn stadionverbod Seizoen 2014/'15

Transcriptie:

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 25 232 Voetbalvandalisme Nr. 45 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 3 juni 2005 Op24 maart stuurden de vaste commissies voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, voor Justitie en voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) het verzoek aan mij, aan de minister van Justitie en aan de staatssecretaris van VWS om geïnformeerd te worden over de afspraken die op16 maart 2005 door mij zijn gemaakt met de burgemeesters met een betaald voetbalorganisatie in hun gemeente en de KNVB over de nieuwe competitieopzet en de inzet van politie, de bevoegdheden en de veiligheid van stewards, de nieuwe toegangsregeling en alle andere maatregelen die noodzakelijk zijn voor een goed en veilig verloopvan de wedstrijden in de nieuwe competitieopzet. Met deze brief voldoe ik, mede namens mijn collega s van Justitie en VWS, gaarne aan uw verzoek. Ik heb gewacht met het u toesturen van deze brief tot na de bijeenkomsten van de interdisciplinaire stuurgroep voetbalvandalisme van 15 en 27 april jl. en tot na de definitieve afronding van de onderhandelingen over de nieuwe competitieopzet. Dit om u zo volledig mogelijk te informeren. In deze brief wil ik u informeren over de volgende onderwerpen: 1. Proces nieuwe competitieopzet KNVB 2. Burgemeestersoverleg betaald voetbal 16 maart 2005 3. Maatregelen rond de invoering van de nieuwe competitieopzet KNVB 4. Overige onderwerpen 1. Proces nieuwe competitieopzet KNVB Op24 september 2004 maakte de KNVB in de media bekend in het seizoen 2005 2006 te willen starten met een nieuwe competitieopzet van de Holland Casino Eredivisie en de Gouden Gids Divisie. Tijdens het AO van 5 oktober 2004 heb ik hierover kort met u van gedachten gewisseld. Op25 november 2004 ontving ik een brief van het Korpsbeheerdersberaad en de Raad van Hoofdcommissarissen met daarin een reactie op KST87249 0405tkkst25232-45 ISSN 0921-7371 Sdu Uitgevers s-gravenhage 2005 Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 232, nr. 45 1

de nieuwe competitieopzet. Deze reactie is meegenomen in het burgemeestersoverleg betaald voetbal (hierna BMO) van 29 november 2004 over o.a. de nieuwe competitieopzet. Tijdens dit overleg is besloten tot de instelling van een werkgroep nieuwe competitieopzet (hierna: werkgroep). Deze werkgroep had tot taak om eind februari 2005 de overheid te adviseren hoe zij kon reageren op de nieuwe competitieopzet zoals door de KNVB aangekondigd. Over deze gang van zaken heb ik u tijdens het AO van 19 januari 2005 (25 232, nr. 43) geïnformeerd. Eind februari van dit jaar heeft de werkgroephaar advies uitgebracht. De werkgroep adviseerde om in te stemmen met de nieuwe competitieopzet voor een beperkte periode, onder voorwaarde dat een pakket veiligheidsmaatregelen wordt ingevoerd. Daarbij werd geadviseerd om de invoering en het effect van het pakket veiligheidsmaatregelen nauwgezet te monitoren en te evalueren. Het pakket aan veiligheidsmaatregelen moet ervoor zorgen dat de extra politie-inzet voor play-off wedstrijden gecompenseerd wordt binnen de totale competitie (zie ook paragraaf 3). Op16 maart 2005 kwam het BMO bijeen en is afgesproken dat de KNVB de nieuwe competitieopzet één seizoen (2005 2006) mag uitproberen en dat het pakket veiligheidsmaatregelen moet worden ingevoerd. De KNVB kreeg deze toestemming onder voorbehoud dat eredivisieclubs met ingang van seizoen 2005 2006 pasfoto s gaan verzamelen van hun supporters met een seizoens- of clubkaart. Dit voorbehoud is gemaakt omdat de KNVB tijdens het BMO geen mandaat van de clubs had om hierover een beslissing te nemen. De KNVB is gevraagd de eredivisieclubs te overreden om in te stemmen met de invoering van pasfotoregistratie. Het auditteam voetbalvandalisme is gevraagd voor 15 april 2005 te onderzoeken wat de juridische, technische en organisatorische haalbaarheid is van de invoering van pasfotoregistratie per 2005 2006. In paragraaf 2 zal ik uitgebreider ingaan opde (overige) uitkomsten van het burgemeestersoverleg. De interdisciplinaire stuurgroep voetbalvandalisme (hierna: stuurgroep) kwam 15 en 27 april 2005 bijeen om te spreken over het voorbehoud dat tijdens het BMO was gemaakt. Het auditteam rapporteerde 15 april dat een zorgvuldige invoering van pasfotoregistratie niet eerder dan met ingang van seizoen 2006 2007 kan plaatsvinden, en niet met ingang van seizoen 2005 2006 zoals door het BMO gevraagd. De KNVB meldde op 27 april dat alle eredivisieclubs instemmen om met ingang van seizoen 2006 2007 pasfotoregistratie in te voeren. De stuurgroepheeft mij na 27 april jl. geadviseerd het voorbehoud opde nieuwe competitieopzet op te heffen en de KNVB toestemming te verlenen de nieuwe competitieopzet uit te proberen in het seizoen 2005 2006. De landelijke invoering van pasfotoregistratie zal starten met ingang van seizoen 2006 2007. Gedurende het seizoen 2005 2006 wordt een pilot gehouden bij tenminste twee eredivisieclubs. De overige afspraken die tijdens het BMO zijn gemaakt blijven gelden. Dit advies heb ik 13 mei jl. overgenomen en dienovereenkomstig besloten. Daarover heb ik een persbericht uit laten gaan. Ik ben tevreden dat de nieuwe competitieopzet is gekoppeld aan een stevig pakket veiligheidsmaatregelen en goede afspraken om te zorgen dat de maatregelen ook daadwerkelijk worden ingevoerd. Ik verwacht hiervan een positieve invloed op de bestrijding van voetbalvandalisme en voetbalgeweld. Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 232, nr. 45 2

2. Resultaat burgemeestersoverleg betaald voetbal 16 maart 2005 Tijdens het BMO zijn de volgende afspraken gemaakt. a. De KNVB mag de nieuwe competitieopzet met play-offs organiseren in het seizoen 2005 2006, onder voorbehoud dat eredivisieclubs een vorm van pasfotoregistratie invoeren per 2005 2006. Over de afspraken met betrekking tot de invoering van pasfotoregistratie heb ik u hierboven reeds geïnformeerd. b. Gedurende het seizoen 2005 2006 zal er een pilot plaatsvinden bij tenminste twee clubs, waarbij het verzamelen van pasfoto s wordt gekoppeld aan uiteenlopende technische mogelijkheden. Op basis van de ervaringen die in deze pilot worden opgedaan, zal bepaald worden welk systeem van pasfotoregistratie uiteindelijk door de clubs moet worden gehanteerd. c. Het door de werkgroepvoorgestelde pakket aan veiligheidsmaatregelen moet worden ingevoerd. Deze maatregelen gelden alleen voor eredivisieclubs, aangezien de nieuwe competitieopzet alleen in de eredivisie leidt tot een uitbreiding van het aantal wedstrijden. d. Er wordt een programmamanager aangesteld om de invoering van de maatregelen te bewaken. De programmamanager legt voor zijn activiteiten verantwoording af aan de stuurgroep. e. De programmamanager rapporteert in december 2005 aan de stuurgroepover de invoering van de maatregelen door alle partijen. Op basis van deze rapportage bepaalt de stuurgroep of de maatregelen voldoende zijn ingevoerd. Zo niet, dan zal de stuurgroepde nieuwe competitieopzet na het seizoen 2005 2006 niet meer steunen. De stuurgroep zal de nieuwe competitieopzet niet tijdens het seizoen 2005 2006 belemmeren. Indien de stuurgroepdecember 2005 van mening is, dat uit de rapportage van de programmamanager blijkt dat de maatregelen voldoende zijn ingevoerd, dan mag de KNVB de nieuwe competitieopzet ook het seizoen 2006 2007 organiseren. f. Indien de stuurgroep besluit dat de KNVB de nieuwe competitieopzet ook het seizoen 2006 2007 mag organiseren, dan wordt december 2006 geëvalueerd of het pakket aan veiligheidsmaatregelen daadwerkelijk heeft voorkomen dat de nieuwe competitieopzet extra politieinzet kost. Indien de stuurgroepdecember 2006 van mening is dat de nieuwe competitieopzet ondanks de nieuwe maatregelen extra politieinzet kost, dan zal de stuurgroep de nieuwe competitieopzet niet langer te steunen. Indien de stuurgroepdecember 2006 van mening is dat de nieuwe competitieopzet dankzij de nieuwe maatregelen geen extra politie-inzet kost, dan zal de stuurgroep besluiten hoe per 2007 2008 en verder met deze vorm van competitieopzet wordt omgegaan. 3. Maatregelen rond de invoering van de nieuwe competitieopzet KNVB 1 Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer. De nieuwe competitieopzet heeft 16 tot 22 extra (play-off) wedstrijden in de eredivisie tot gevolg en leidt volgens berekening van het Centraal Informatiepunt Voetbalvandalisme (CIV) en de KNVB gemiddeld tot 11 100 12 400 uren extra inzet van politie. De doelstelling om de inzet van politie ten behoeve van betaald voetbal te verminderen blijft onverminderd van kracht, ook bij een toename van 16 tot 22 play-off wedstrijden in de eredivisie. Om dit te bereiken heeft de «werkgroepnieuwe competitieopzet» een uitgebreid pakket aan maatregelen voorgesteld. U treft een overzicht van de maatregelen in de bijlage 1 aan. De maatregelen zijn onderverdeeld in zeven categorieën: Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 232, nr. 45 3

1. Kaartverkoop 2. Toegangsbeleid/gastheerschap 3. Inzet politie door lokale overheden 4. Lokale organisatie play-off wedstrijden 5. Aansluiting eredivisieclubs ophet voetbal Volg Systeem 6. Sanctieregime KNVB en overheid 7. Technologische verbeteringen Een van de maatregelen «Clubs in eredivisie regelen zelf de orde en veiligheid en verkeersstromen voor wat betreft het private stadion (-terrein)» wil ik graag nader toelichten. De verantwoordelijkheid voor de orde en veiligheid in en rond het stadion wordt hiermee neergelegd waar deze mijns inziens hoort, namelijk bij de clubs. De clubs zullen hun eigen veiligheidsorganisatie moeten uitbreiden en verbeteren. Deze maatregel zal leiden tot een andere vorm van samenwerking tussen club en politie. De politie verdwijnt niet. Voorafgaand aan en na afloop van de wedstrijd zal er politie nodig zijn om de openbare orde en veiligheid te garanderen buiten het stadionterrein. Tijdens de wedstrijd blijft de politie buiten het stadion opafroepbeschikbaar. Bij incidenten in het stadion of ophet stadionterrein die niet door de veiligheidsorganisatie van de club opgeloste kunnen worden, kan de politie worden opgeroepen om de orde en veiligheid te herstellen. De nieuwe samenwerking tussen club en politie zal er toe leiden dat de inzet van politie op den duur minder wordt, omdat bepaalde taken die nu nog door de politie worden uitgevoerd, dan door de clubs worden overgenomen. De politie krijgt een andere, beperktere rol, wat uiteindelijk de grootste winst aan politie-inzet zal opleveren. De stuurgroepheeft besloten de reductie van politie-inzet door deze maatregel in eerste instantie als volgt te meten. Per ingezette politiefunctionaris worden de twee wedstrijd-uren die zij buiten het stadion verblijven niet meer meegerekend als inzet ten behoeve van voetbal. Er wordt nagegaan of en hoe de politie gedurende deze twee uren kan worden ingezet voor andere taken in de nabijheid van het stadion. Het veiligheidspersoneel van de clubs en de stewards krijgen geen extra bevoegdheden. Bij ongeregeldheden die niet opgelost kunnen worden door de veiligheidsorganisatie van de club, zal de politie het stadion ingaan en ingrijpen. De KNVB en clubs zullen hun veiligheidspersoneel en stewards wel grondig moeten voorbereiden ophun nieuwe rol om te voorkomen dat zij en de bezoekers onnodige veiligheidsrisico s lopen. De afgesproken maatregelen betekenen een omwenteling in de aanpak van voetbalvandalisme door bestuur, politie en clubs. Vooralsnog is niet objectief te berekenen hoeveel uren politie-inzet worden bespaard door de maatregelen. Ik verwacht echter dat een consequente, daadkrachtige uitvoering van het gehele pakket aan maatregelen leidt tot een compensatie en wellicht zelfs tot een besparing van politie-inzet in het algemeen. Tevens krijgen de overheid en KNVB meer instrumenten ter beschikking om de veiligheid in en rond stadions beter te organiseren. De KNVB heeft de eerste week van augustus 2005 en 1 en 4 januari 2006 teruggetrokken als speeldata en zal op zaterdag 29 april 2006 (de dag waaropde Koninginnedagfestiviteiten plaatsvinden) geen wedstrijden plannen en uitwijken naar zondag 30 april. Voor 26 en 29 december 2005 zal het lokale bestuur gevraagd worden of er onoverkomelijke bezwaren zijn om te spelen op die data. In dat geval zal er geen thuiswedstrijd worden gepland. Ten aanzien van het plannen van wedstrijden in de play-offs bestaat een zekere mate van flexibiliteit, net zoals bij gewone competitiewedstrijden. Deze flexibiliteit strekt zich uit over het weekeinde (zaterdag of zondag) Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 232, nr. 45 4

evenals over de aanvangstijdstippen. Wedstrijden zullen pas na overleg met de lokale autoriteiten worden vastgesteld. Voor play-off wedstrijden geldt een streng regime in verband met de korte voorbereidingstijd (zie bijlage, maatregel 8). Aanvullend aan voornoemde maatregelen zijn een tweetal afspraken gemaakt in de stuurgroep. Bij de clubs bestaat enige twijfel over het te bereiken resultaat van het verzamelen van pasfoto s. De clubs zullen onderzoeken of er een betere, alternatieve methode is voor het bereiken van alle doelstellingen van pasfotoregistratie. De clubs verwachten dat technologische ontwikkelingen over enkele jaren tot een betere, alternatieve methode zullen leiden. De stuurgroepzal te zijner tijd besluiten of een door de clubs voorgedragen, alternatieve methode de afgesproken systematiek van pasfotoregistratie kan vervangen. Het onderzoek door de clubs naar een alternatieve methode laat onverlet de afspraken over pasfotoregistratie en een pilot zoals eerder gemeld. Voorts is in de stuurgroepafgesproken dat een werkgroeponder leiding van het ministerie van Justitie het nut en de noodzaak zal onderzoeken van een bundeling en/of opstellen van regelgeving (bijvoorbeeld in de vorm van een voetbalwet) opbasis waarvan voetbalvandalisme bestreden kan worden. 4. Overige onderwerpen Rol SOVS in de werkgroep nieuwe competitieopzet De Samenwerkende Organisaties van Voetbal Supporters (SOVS) maakte geen deel uit van de werkgroep nieuwe competitieopzet. De SOVS heeft u daarover reeds geïnformeerd. Ik heb de SOVS niet actief gevraagd te participeren in de werkgroep en overigens heeft de SOVS zich ook niet gemeld voor deelname. Overigens maakten de ministeries van VWS en van Justitie en het OM evenmin deel uit van de werkgroep. Tijdens de stuurgroepvan 27 april jl. is de rol van de SOVS in het algemeen besproken. Daarbij is uitgesproken dat de stuurgroep de SOVS actiever zal betrekken. Informatieverstrekking aan SOVS Tijdens het Algemeen Overleg Betaald voetbal van 19 januari 2005 is aangegeven dat de SOVS het CIV kan verzoeken gewenste informatie te leveren opgrond van de Wet openbaarheid van bestuur. De SOVS en uw Kamer vonden dat een wat minder gelukkige werkwijze. Ik heb uw Kamer toegezegd mee te denken over een voor alle partijen aanvaardbare oplossing. Gesprekken tussen medewerkers van mijn ministerie en van het ministerie van Justitie met het CIV en de SOVS hebben ertoe geleid dat het CIV en de SOVS onlangs werkafspraken hebben gemaakt over de gewenste informatievoorziening, zoals de manier van aanvragen, de afhandeling daarvan en termijnen waarbinnen informatie geleverd zal worden. Zwarthandel Tijdens het Algemeen Overleg voetbalvandalisme van 10 september 2003 (25 232, nr. 37) stelde de heer Rijpstra de aanpak van zwarthandel en het destijds verworpen initiatiefwetsvoorstel van de heren Atsma en Rosenmöller tot strafbaarstelling daarvan (TK, 1999 2000, 26 892, nr. 2) aan de orde. Volgens de heer Rijpstra is sprake van een leemte in de wet als het gaat om de aanpak van zwarthandel, omdat een organisatie die wegens zwarthandel werd vervolgd, in hoger beroepis vrijgesproken. De heer Rijpstra oordeelde dat deze leemte in de wet alsnog moet worden opgevuld. De Minister van Justitie heeft daaroptoegezegd de desbetreffende zaak te zullen bestuderen teneinde een standpunt te kunnen innemen of Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 232, nr. 45 5

sprake is van een gebrek aan bevoegdheden. Naar hem is gebleken, betrof het geen strafzaak, maar een civiele zaak: het kort geding in eerste aanleg van 9 juni 2000 (LJN-nummer AA6300, zaaknr. KG 00/1315 OdC), het kort geding in hoger beroepvan 28 juni 2001 (LJN-nummer AB2405, zaaknr. 822/00) en het kort geding in eerste aanleg van 29 oktober 2002 (LJN-nummer AE9437, zaaknummer 85 836 / KG ZA 02-634). Thans loopt tussen betrokken partijen nog een bodemprocedure over hetzelfde geschil (zaaknummer 73115/HA ZA 01-2438). Het geschil komt, kort gezegd, neer opde vraag of het handelen in toegangskaarten voor het EK 2000 een onrechtmatige daad is jegens de organisator van het EK 2000. De Minister van Justitie ziet geen reden om opbasis van voornoemde rechterlijke uitspraken reeds aan te nemen dat sprake is van een gebrek aan mogelijkheden om via de civiele weg zwarthandel aan te pakken en zijn standpunt ten aanzien van het strafbaar stellen van zwarthandel, zoals het genoemde initiatiefwetsvoorstel beoogde, te wijzigen. De destijds geuite bezwaren tegen het initiatiefwetsvoorstel gelden naar onze mening nog steeds. Nu de zaak nog onder de rechter is, kan nog geen finaal standpunt worden ingenomen. Meldingsplicht Wat betreft de meldingsplicht heb ik tijdens het Algemeen Overleg Betaald voetbal van 19 januari 2005 aangegeven dat ik hieropnader zou ingaan. Zoals ik u eerder heb geïnformeerd (TK, 2002 2003, 25 232, nr. 35 en TK, 2003 2004, 25 232, nr. 38) bestaat alleen in het strafrecht de mogelijkheid om een meldingsplicht aan een strafrechtelijk stadionverbod te koppelen. De KNVB kan aan een civiel stadionverbod een meldingsovereenkomst verbinden. Tijdens wedstrijddagen meldt een persoon die een dergelijke overeenkomst is aangegaan, zich opeen politiebureau. Het CIV is behulpzaam bij het zoeken naar een politiebureau in de buurt van de woonplaats van de betrokkene. Voorts kan de burgemeester een stadionomgevingsverbod opleggen. De vraag die telkenmale naar voren komt, is of aan een civiel stadionverbod een meldingsplicht is te koppelen. Dit punt is meegenomen in het pakket van maatregelen rond de invoering van de nieuwe competitieopzet van de KNVB (zie ook paragraaf 3). De KNVB onderzoekt op dit moment de mogelijkheden voor een civiel stadionverbod met meldingsplicht. Mijn medewerkers en die van Justitie worden hierbij betrokken zodra de KNVB de eerste onderzoeksresultaten oplevert. Zodra hierover meer bekend is, zal ik u nader berichten. Wat betreft de strafrechtelijke meldingsplicht kan ik u melden dat onder leiding van het Openbaar Ministerie met ingang van het nieuwe seizoen een pilot «elektronische meldingsplicht door stemherkenning» wordt gehouden in drie arrondissementen, te weten Amsterdam, Rotterdam en Arnhem, vanaf het begin van het voetbalseizoen 2005 2006 tot 1 januari 2007. De pilot houdt in dat wanneer de strafrechter aan een voetbalvandaal een stadionverbod met meldingsplicht oplegt, betrokkene zich niet hoeft te melden op een politiebureau, maar dat via de telefoon elektronisch wordt gecontroleerd of hij thuis is. De verwachting is dat door deze manier van handhaven van stadionverboden vaker zal worden overgaan tot het opleggen van een meldingsplicht. Aan de hand van de resultaten van de pilot zal worden bezien of in de toekomst ook de civiele stadionverboden met een meldingsovereenkomst opelektronische wijze kunnen worden gehandhaafd. Ook zal na de pilot worden bezien of het instrument van elektronische stemherkenning zou kunnen worden toegepast in andere situaties dan met betrekking tot voetbalvandalen. Conferentie voor clubs, politie en gemeenten Mede naar aanleiding van het verzoek van mevrouw Verbeet tijdens het Algemeen Overleg van 19 januari jl. heeft de stuurgroepbesloten eind Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 232, nr. 45 6

2005 / begin 2006 een conferentie te organiseren voor met name clubs, gemeenten en politie. De conferentie zal onder andere gaan over de nieuwe samenwerking tussen politie en club en de afgesproken maatregelen naar aanleiding van de nieuwe competitieopzet. De conferentie wordt georganiseerd door het Congresbureau VNG. De inhoudelijke inbreng wordt verzorgd door een commissie bestaande uit vertegenwoordigers van de partijen binnen de stuurgroep. Actualisatie beleidskader Ik zal de actualisatie van het beleidskader 2003 afronden voor 1 juli 2005. Het beleidskader kent als bijlage een overzicht van relevante wet- en regelgeving, inclusief een model noodbevel en model APV. Zoals toegezegd tijdens het Algemeen Overleg van 19 januari jl. zal ik ook deze bijlage actualiseren en zo nodig uitbreiden. Het geactualiseerde beleidskader zal ik u doen toekomen. Inzet politievrijwilligers De heer Atsma vroeg tijdens het Algemeen Overleg van 19 januari jl. of ik een verklaring heb voor het feit dat de inzet van politievrijwilligers met ongeveer de helft is afgenomen. De cijfers van het CIV laten een teruggang zien, maar mijns inziens een beperktere dan de heer Atsma stelde. Voor de dalende inzet van politievrijwilligers heb ik geen volledige verklaring. Het is in ieder geval niet het gevolg van een beleidslijn. Het CIV doet verder geen onderzoek naar de inzet van politievrijwilligers, aangezien zij niet meetellen voor de politie-inzet bij betaald voetbal. Rellen FC Groningen NAC op26 februari 2005 Het rapport van het auditteam heb ik 30 mei jl. mogen ontvangen. Ik zal u het rapport met mijn reactie zo spoedig mogelijk toesturen. Ik zal dit combineren met mijn reactie op het rapport van het auditteam over de wedstrijd Feyenoord Ajax van 17 april jl. Rellen bij Feyenoord Ajax op17 april 2005 Met de brief van 18 april (TK 2004 2005, 25 232, nr. 44) heb ik u een reactie gegeven opde gebeurtenissen rondom deze wedstrijd. Het aangekondigde onderzoeksrapport van het auditteam verwacht ik op niet al te lange termijn te ontvangen. Zoals toegezegd zal ik het rapport aan u doen toekomen met daarbij een uitgebreide reactie. Opde uitkomsten en mogelijke aanbevelingen wil ik nu nog niet vooruitlopen. Monitor sociaal preventief supportersbeleid In de brief van 14 januari 2005 (TK 2004 2005, 25 232, nr. 42) is gemeld dat door de DSP-groepeen monitor naar een aantal kwalitatieve aspecten van het sociaal preventief supportersbeleid wordt uitgevoerd. Inmiddels is de rapportage afgerond en kan daarover in algemene zin het volgende gezegd worden. Een aantal clubs organiseert allerlei activiteiten voor schoolkinderen (bijv. het Support-it project bij FC-Utrecht, dat beoogt kinderen van 10 12 jaar te leren en te stimuleren intolerant gedrag te voorkomen en tegen te gaan). Er worden meer (kansrijke) initiatieven die wellicht een positief effect kunnen hebben ophet vóórkomen van ongewenst gedrag rondom voetbalwedstrijden beschreven. DSP geeft verder aan, dat de benadering van de groep13 17 jarigen (de groepwaaruit in de regel de «jonge aanwas» voortkomt) een geheel eigen aanpak behoeft. Nieuwe methodieken dienen ontwikkeld te worden om met deze groepsuccesvol te werken. Daarbij is oplokaal niveau een goede samenwerking tussen jongerenwerk, (voortgezet) onderwijs, gemeente en club van groot belang. DSP concludeert samenvattend dat tot nu toe niet goed meetbaar is gemaakt of, en zo ja in welke mate, activiteiten ook inderdaad vandalisme voorkómen. Ofwel, de meetbaarheid van zowel de activiteiten Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 232, nr. 45 7

als van de resultaten en effecten ervan is in de regel nog moeilijk vast te stellen. Voor de continuïteit van het beleid zou daaraan volgens DSP gewerkt moeten worden. De uitkomsten zullen betrokken worden bij de verdere discussies over de inrichting van het sociaal preventieve beleid. Stichting meer dan Voetbal Deze Stichting is opinitiatief van de KNVB, ECV en CED eind 2004 opgericht en heeft kort gezegd als missie uit te dragen dat het (betaald) voetbal «meer dan twee doelen kent». Men wil bevorderen en uitdragen dat de clubs ook een belangrijke sociaal-maatschappelijke functie hebben. Met dit initiatief speelt de Stichting tevens in op het Breed Initiatief Maatschappelijke Binding zoals het kabinet dat voorstaat. De Stichting beoogt daarbij vooral de jeugd bij het voetbal en de clubs te betrekken en zo mee te werken aan meer binding aan en in de samenleving. De ontwikkelingen opdit terrein worden door het kabinet met belangstelling gevolgd. De door DSP in haar monitor beschreven activiteiten bij een aantal clubs passen goed in het door de Stichting voorgestane beleid. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J. W. Remkes Tweede Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 25 232, nr. 45 8