Industrie - Sector prognoses

Vergelijkbare documenten
Industrie - Sector prognoses

bouwsector als geheel; er worden geen uitspraken gedaan over de financiële situatie van individuele bouwbedrijven.

operationele marges bleven hierdoor onder druk staan. Ontwikkeling productie en omzet bouw

Bouw - sector prognose

Stand van Food. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Sector Advisory Nadia Menkveld Februari 2017

Bouw - regionale update

Lagere zuivelprijs in 2018 drukt op omzet

Sector Update - Industrie

Prognoses Economie & Sectoren

Bouw - regionale update

last van prijsdruk. Schoonmaak- en beveiligingsbedrijven hebben niet alleen te Omzet overige diensten groei p. kw, joj, in %

Bouw - regionale update

Woningbouw - sector focus

Bouw - regionale update

De halfgeleiders hebben in de eerste helft van dit jaar een stijging laten zien van 10% j-o-j. Dit is dus goed nieuws voor de luchtvrachtsector.

Transport. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Nadia Menkveld Maart 2015

steeg met 5,4% j-o-j. In de overige leeftijdsgroepen was een daling te zien. Vooral meer uitzendkrachten % groei j-o-j eerste halfjaar 2016

Branche update - Advocatenkantoren

Ontwikkeling productie per kwartaal. kw1 kw2 kw3 kw Bron: CBS (2010=100)

Prognoses Economie & Sectoren

Installatie - branche update

Industrie - Sector prognoses

Bouw - sector prognose

Sector Update: Uitzendbranche

Biologische voeding groeit verder

blijven, omdat daar geen vergunning voor hoeft te worden aangevraagd. Vergunningen renovatie minder volatiel Bron: CBS, ABN AMRO Economisch Bureau

Hoogconjunctuur stuwt dienstensector

Bouw - sector update. Randstad bepaalt ontwikkelingen Nederlandse bouwsector

Ontwikkeling woning- en utiliteitsbouw Oost Nederland eerste halfjaar Bron: CBS, ABN AMRO Economisch Bureau

Bouw - sector prognose

als voorlopende indicatoren aanwijzingen geven of en wanneer herstel in de verschillende branches van de bouw te verwachten is.

Autoretail - sector update

Zomer in zakelijke dienstverlening

Thema: faillissementen in de Retail

ZZP - focus. Opmars zzp ers zet door ondanks nieuwe regelgeving

Schriftelijke vragen van de PvdA Statenfractie Noord-Brabant

Stand van Transport. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Nadia Menkveld Februari 2016

Bouw - sector update. Bouwbedrijven in Noord Nederland moeten meer inspelen op bevolkingskrimp en vergrijzing

Zakelijke dienstverlening - prognoses

Industrie - Sector prognoses

Kasper Buiting Senior Sectoreconoom. Stand van TMT. Sector Advisory. September Sector Advisory september 2017

Transport. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Nadia Menkveld November 2015

Transport. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Nadia Menkveld December 2015

Bouw - sector update. Bouwsector Noord-Brabant heeft beste vooruitzichten in Zuid Nederland

Deurwaarders en incassobureaus: lage groei en grote uitdagingen

Sectorupdate voeding- & drankenindustrie

Transport. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Nadia Menkveld Augustus 2015

Autoretail - sector update

Leisure Economisch Bureau Nederland Kasper Buiting +31 (0) Juli 2016

Wachten op herstel. Sector Advisory. Maandupdate Grondstoffen prijsvooruitzichten grondstoffen. ABN AMRO Economisch Bureau ABN AMRO Sector Advisory

Industriële Metalen Monitor

Bouw - branche update

Agrifood - Update. Forse groei voor biologisch, maar ook achterblijvende productie

Stabiele Sector Advisory grondstofprijzen op korte termijn, maar opwaartse trend blijft intact in 2017

Retail - sectorupdate

Agrarisch branche update

Bouw - branche update

Sector Update - Foodretail

Zakelijke dienstverlening - prognoses

Duurzame ketens, kans of obstakel. voordekost Wilbert Hilkens

Transport. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Nadia Menkveld Maart 2016

Branche update - Glasgroenten

Bouw - focus op sociale woningbouw

Agrarisch/Food sector update

Economisch Bureau - Sector Advisory 1 augustus Update faillissementen - Minder ontsporingen: economie loopt als een trein

Branche update - Glasgroenten

Stand van Transport. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Nadia Menkveld November 2016

Stand van Transport. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Nadia Menkveld Juni 2016

Agrifood - sector prognoses

informatietechnologie een nog belangrijker onderdeel binnen de bedrijfsprocessen wordt.

Thema update - Leegstand in de winkelstraat

Branche update - Drukkerijen

Transport. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Nadia Menkveld Januari 2016

Dienstensector houdt vertrouwen

Branche-update: Reclamebureaus

Industriële Metalen Monitor

Branche update - Beveiliging

Industrie. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Casper Burgering. Senior sector econoom

Conjunctuurenquête Nederland. Tweede kwartaal Coenrapportomslag eerstekwartaal.indd 1

Koperprijs en economie

Focus op consumptie. Balansherstel consument drukt consumptie

Zakelijke dienstverlening

Herstel in de industrie zet door. Samenvatting. Totale industrie. Omzet stijgt. Eerste kwartaal 2014

Industrie. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. november Economisch Bureau Nederland Casper Burgering. Senior sector econoom

Stand van de Industrie

Bouw - sectorprognose

Agrarisch/Food sector update

Food - Sector prognoses

Industrie. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Casper Burgering. Senior sector econoom

Economie in 2015 Kans of kater?

Economisch Bureau - Sector Advisory 5 februari Update faillissementen - Aantal faillissementen op weg naar de bodem

Industrie. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Economisch Bureau Nederland Casper Burgering. Senior sector econoom

Stand van de Industrie

Binnenvaart - sector update

Industriële omzet stijgt opnieuw

Conjunctuur enquête. Technologische Industrie Nederland

Branche update - Fruitteelt

Stand van Transport. Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses. Sector Advisory Madeline Buijs Februari 2017

Stand van de Industrie industrieel bedrijfsleven in economisch perspectief

Transcriptie:

Industrie - Sector prognoses Economisch Bureau Nederland Casper Burgering +31 20 383 26 93 3 oktober 2014 Groei industriële productie houdt stand De industrie maakte na een goede start in het eerste kwartaal (K1), een relatief zwak tweede kwartaal (K2) mee. Terwijl de productie in K1 nog met gemiddeld 3,5% joj groeide, nam de groei in K2 af naar 0,8% joj, met zelfs een krimp van de productie in juni (van 1,3% joj). Het beeld past echter in het seizoenspatroon van de industriële productie. We hebben onze sector- en brancheprognose voor dit en volgend jaar naar beneden licht bijgesteld. We gaan nu uit van een groei van de productie van 2,5% joj. Wat zijn hiervoor onze redenen? Productiegroei minder beweeglijk De industrie krijgt door de jaren heen diverse impulsen. De jaren 50 tot 70 werden gekenmerkt door toenemende mechanisatie bij bedrijven. Zo kwam de landbouw begin jaren 50 nog veel handen tekort en bracht een grote verscheidenheid aan nieuwe machines verlichting. Vanaf de jaren 60 krijgen ook de huishoudens te maken met de modernisering en werden allerlei huishoudelijke apparaten geïntroduceerd (TV, koelkast, wasmachine). De groei van de productie was in die periode zeer sterk, met een jaarlijks groei van gemiddeld 5,9% in de periode 1954-1973. Vanaf 1974 ligt de gemiddelde productiegroei lager en komt uit op circa 2,0%. De productiegroei is vanaf deze tijd aanzienlijk beweeglijker geworden en kent sterkere pieken en dalen. De jaren 70 brachten werden vooral gekenmerkt door de oliecrises en recessies. Vanaf de jaren 80 eisen verstoringen hun tol, zoals de economische crises in de jaren 80, de internetzeepbel van begin 2000 en de kredietcrisis vanaf 2007. Ook productie verplaatsingen naar lage lonen landen spelen hierbij deels een rol. Productiegroei in historisch perspectief Bron: CBS, ABN AMRO Economisch Bureau Mutaties productie naar branche 2012 2013 2014 2015 Industrie -0.7-1.1 2.5 3.0 chemische industrie 5.4-4.4 2.5 3.0 rubber- & kunststofindustrie -1.9 0.2 3.5 3.5 basismetaalindustrie 1.4 1.8 5.0 5.5 metaalproductenindustrie -2.9-1.7 3.5 4.0 elektrotechnische industrie 4.1-2.7 2.0 2.5 elektrische apparatenindustrie -5.9-2.7 2.5 3.0 machine-industrie -2.6 0.5 6.0 7.0 transportmiddelenindustrie -10.3-6.4 2.5 4.5 meubelindustrie -2.4-6.9-0.5 0.5 Bron: CBS, ramingen en prognoses ABN AMRO Economisch Bureau Kerncijfers Nederlandse economie 2012 2013 2014 2015 Bbp -1.6-0.7 0.5 1.5 Particuliere consumptie -1.6-1.6-0.5 0.5 Overheidsconsumptie -0.7-0.2-0.2-0.2 Investeringen -6.0-3.9 2.0 4.0 Uitvoer 3.2 2.2 3.0 4.4 Invoer 2.8 1.0 2.8 4.5 Consumentenprijzen (CPI) 2.8 2.6 0.5 1.0 niveau Werkloosheid (% beroepsbev.) 6.4 8.3 8.5 8.2 Bron: CBS, ramingen en prognoses ABN AMRO Economisch Bureau Noot: De kleur van de bollen in dit document (v.a. pagina 2, onder elke kop) geven een indicatie van de positie van de betreffende grootheid weer. Deze positie is gebaseerd op de huidige stand ten opzichte van zijn lange termijn. Een groene bol geeft gunstige omstandigheden weer, oranje is neutraal (rond het lange termijn gemiddelde met een marge) en rood betekent ongunstige omstandigheden. De werkelijke ontwikkeling van de grootheid wordt weergegeven aan de hand van de groene lijn in de figuur. De oranje lijn geeft het lange termijn gemiddelde weer. Bij de vooruitblikkende indicatoren (zoals BBP, investeringen, export, wereldhandel en productie) wordt de verwachting afgezet tegen zijn lange termijn gemiddelde.

Vanaf de jaren 90 neemt de beweeglijkheid van de productiegroei verder af. De enige uitzondering is de sterke productiekrimp op het moment dat Lehman- Brothers failliet gaat en de financiële crisis van 2008-2009 inluidt. Zonder deze twee jaren van sterke krimp blijft de productiegroei redelijk stabiel. Wereldeconomie behoudt groeipad Mede dankzij het open karakter van zijn economie, is Nederland gebaat bij economische voorspoed in het buitenland. Voor de Nederlandse industriële sector in het bijzonder is dit relevant. De industrie heeft namelijk een aandeel van circa 60% in de totale uitvoerwaarde. De verwachtingen ten aanzien van de groei van de wereldhandel zijn dit jaar nog relatief ongunstig. Hierdoor zal de groei wederom onder zijn lange termijn gemiddelde uitkomen. Desondanks zijn de laatste tijd veel andere mondiale macro-economische cijfers overwegend vrij hoopgevend. De economie in de VS wint aan kracht. De inkoopmanagersindex (PMI) voor de verwerkende industrie in de VS staat comfortabel boven de neutrale grens van 50 punten en het ondernemersvertrouwen is sterk. Ook de arbeidsmarkt in de VS laat zijn veerkracht zien en recente cijfers geven aan dat de woningbouwsector verder herstelt. In China wijzen echter recente cijfers erop dat de economie afkoelt. Met name de kredietverlening en de onroerend goed markt kennen nog veel risico s. Daarentegen is het aantrekken van de uitvoer een welkome steun in de rug. Bovendien zal de Chinese overheid bij meer economische tegenvallers gerichte steunmaatregelen nemen om de groeidoelstelling dit jaar te halen. De economie van Europa worstelt nog en recente macro-cijfers vielen ietwat tegen. Ondanks de vlakke BBP-ontwikkeling in K2 ten opzichte van K1, wat verband hield met de milde winterperiode, zal 2014 toch nog worden afgesloten met een bescheiden herstel. Een sterkere wereldeconomie en de verdere daling van de euro zullen in de komende maanden steun bieden aan de groei van de industriële sector in de eurozone. Voor Nederland zijn met name de ontwikkelingen in Duitsland, onze grootste handelspartner, van belang. Ook hier geldt dat veel indicatoren gedurende K2 hun neerwaartse lijn hebben gehandhaafd, maar de meest recente cijfers (zie kader) staan er nog relatief gunstig bij, op de PMI voor de verwerkende industrie na. De verwachting is dat de marktomstandigheden in de rest van het jaar zullen verbeteren. Nederlandse economie groeit In navolging van het gematigde groeipad van economieën in Europa, geldt voor de Nederlandse economie een vergelijkbaar perspectief. De Indicatoren Duitse industrie 2,8% De industriële productie in Duitsland groeide in juli met 2,8% joj. Dit is een sterk herstel na een zwak K2, met een gemiddelde productiegroei van slechts 0,9% joj. In K1 van dit jaar nam de productie ook sterk toe, met gemiddeld met 3,2% joj. Gemiddeld is de productie tot dusver met 2,1% joj gegroeid in 2014 en dit ligt boven het lange termijn gemiddelde van 1,3% per jaar. 104,7 De IFO index in Duitsland, die het ondernemersklimaat weergeeft, staat in september op 104,7. Daarmee is het klimaat verder afgezwakt. De index zit al sinds begin dit jaar in een dalende trend en staat nog net boven zijn lange termijn gemiddelde van 104,4. 84,0% De bezettingsgraad in Duitsland is in het derde kwartaal licht afgezwakt: van 84,3% in K2 naar 84,0% in K3. Daarmee staat de bezettingsgraad nog boven zijn lange termijn gemiddelde. De fabrieksorders in Duitsland staan er nog gunstig voor en zijn dit jaar met gemiddeld 4,4% joj gegroeid, met alleen een lichte krimp in de maand juni. 49,9 De Duitse inkoopmanagersindex (PMI), die een beeld geeft van de economische bedrijvigheid in de industrie, daalde in september fors (naar 49,9 t.o.v. 51,4 in augustus). Dit duidt op krimp in activiteit en de index staat nu ruim onder zijn lange termijn gemiddelde van 51,9. Na de piek in januari (56,5) zit de index in een dalende trend.

economische groei trok in Nederland licht aan in K2, na een teleurstellend K1. De groei is vooral te danken aan de uitvoer, wat verband houdt met de lichte toename van de wereldhandel. En met de toenemende internationale bedrijvigheid krijgen de verhandelde volumes op Schiphol en in de Rotterdamse haven een impuls. Het producentenvertrouwen zal daardoor verder BBP, investeringen, export en productie Bron: CBS, Thomson Reuters Datastream stijgen, wat positief uitwerkt op de bezettingsgraden en investeringsbereidheid. Het is daarna wachten op de bestedingen van consumenten voordat de economie volledig is hersteld. Diverse resultaten van de Conjunctuur enquête van het CBS wijzen voor de industrie al in de goede richting. Veel ondernemers blijken nog steeds optimistisch te zijn wat betreft het economische klimaat voor de rest van het jaar. Op het moment dat de vraag naar industriële producten en investeringsgoederen toeneemt, zal de bezettingsgraad van machines en dus de productie ook worden opgevoerd. Sentiment ondernemers blijft nog achter Het optimisme in de industrie wordt echter nog gedrukt, ondanks het feit dat het aantal faillissementen in de sector dit jaar al sterk is gedaald op jaarbasis. Het producentenvertrouwen is nog niet volledig hersteld en schommelt sinds begin dit jaar rondom zijn lange termijn gemiddelde. Dit wijst erop dat ondernemers er nog niet volledig van overtuigd zijn dat het economische herstel echt doorzet. Dit is op zich niet verwonderlijk, gezien het nog broze herstel van de economie in de eurozone en de geopolitieke spanningen die wereldwijd de kop opsteken. Deze effecten zien we terug in het oordeel over de (verwachte) orderontwikkeling van het CBS en van de PMI. Het CBS ondervraagt 20.000 bedrijfsvestigingen (met 5 werknemers of meer), terwijl bij het PMI onderzoek maandelijks 300 inkoopmanagers van voornamelijk grotere bedrijven worden ondervraagd. Volgens het CBS heeft een groot deel van de ondervraagde ondernemers nog steeds niet voldoende vertrouwen in de inkomende orders voor de komende 3 maanden. Aan de andere kant ligt het lange termijn gemiddelde van deze reeks op bijna (min)10, wat aangeeft dat ondernemers door de tijd heen (sinds 1989) een continue negatieve grondhouding hebben ten aanzien van de orderontwikkeling. Het feit dat deze reeks dus nu rond zijn lange termijn gemiddelde schommelt, is nog relatief gunstig. Want ondanks het feit dat de verwachte nieuwe orders nog steeds onder het vriespunt staan, verwachten wel meer ondernemers dat zij extra orders zullen plaatsten bij hun leveranciers, zijn de orders in maanden werk toegenomen en is men bovendien minder pessimistisch gestemd over de personeelssterkte en de vacature-ontwikkeling in 2014. Orderontwikkeling: PMI en CBS Bron: CBS, NEVI, Thomson Reuters Datastream Ook de PMI voor de nieuwe orders schommelt rond zijn lange termijn gemiddelde, maar staat de index op 53 en zolang de index niet onder de 50 punten uitkomt, suggereert dat expansie in activiteit voor met name de grote industriële bedrijven in Nederland. De dalende trend sinds de start van 2014 in de reeks blijft echter een punt van zorg en duidt op een afvlakking van de groei. De groei van de industrie moet namelijk vooral

komen van de export naar Europa en Azië (met name China) en juist deze twee regio s worden nu geconfronteerd met een periode van economische onzekerheid. Buitenlandse vraag houdt nog stand Het sentiment staat in Nederland dus onder lichte druk en dit is in lijn met de ontwikkelingen in Duitsland. Ook daar ebde het vertrouwen onder industriële ondernemers en consumenten in september weg. Maar dit suggereert nog niet dat we een periode ingaan van zwakke groei. Want in Duitsland namen de industriële orders (met name in kapitaalgoederen) en de industriële productie na enkele matige maanden in de eerste helft van het jaar weer toe. En wat bovendien helpt is de afzwakking van de euro, wat de concurrentiepositie van industriële bedrijven in de eurozone ten opzichte van bedrijven buiten de eurozone zal verbeteren. In theorie is de afzwakking van de euro een impuls voor de vraag naar industriële (investerings)goederen uit de eurozone. Ook moeten we het effect van seizoensontwikkelingen in de industriële productie niet onderschatten. Gemiddeld genomen neemt de productie in het eerste kwartaal van het jaar relatief sterk toe, om in het tweede kwartaal af te zwakken en het dieptepunt van de eerste helft van het jaar in juni te bereiken. Daarna wint de productiegroei weer aan kracht in het derde kwartaal en groeit de productie in het vierde kwartaal (met name in december) weer sterker door. Seizoenspatroon output per maand (sinds 2004) Bron: CBS, ABN AMRO Economisch Bureau In lijn met het seizoenspatroon is ook de bezettingsgraad in Nederland aan het begin van het derde kwartaal afgezwakt. Van 80,2% in het tweede kwartaal naar 79,7% in het derde kwartaal. Voor het laatste kwartaal gaan wij uit van een versterking van de bezettingsgraad. Want bij een toenemende vraag naar industriële producten en investeringsgoederen, zal de bezettingsgraad van machines wordt opgevoerd en de gebruiksintensiteit van de machines stijgen. En ondanks dat het sentiment nu enigszins onder druk staat, moeten we niet vergeten dat de PMI voor de verwerkende industrie nog steeds op gunstig terrein staat (> 50). Voor 2014 gaan wij uit van een productiegroei van 2,5% joj en dit is een neerwaartse aanpassing van 0,5%-punt ten opzichte van onze voorgaande prognose. Het gemiddelde tot en met juli ligt momenteel op 2,0% en met de huidige stand van de meest relevante indicatoren en de mondiale economische verwachtingen van dit moment, gaan wij ervan uit dat de industriële productie in de laatste 5 maanden van het jaar zal versterken. Maar ook hier geldt dat de risico s en onzekerheden de laatste tijd zijn toegenomen. De geopolitieke spanningen zijn toegenomen en dit kan een negatieve uitstraling hebben op het algemeen vertrouwen. De uitkomst van dergelijke grote ongrijpbare en niet-beïnvloedbare ontwikkelingen zijn moeilijk te voorspellen en kan op termijn een significante uitwerking hebben op de productie van de industrie. Met name de Duitse economie heeft een groot belang bij een aantrekkende wereldhandel en op het moment dat de geopolitieke spanningen wereldwijd toenemen, zal dat een effect hebben op de economische groei van Duitsland. Het zal in een dergelijk scenario dan niet lang meer duren voordat de Nederlandse industriële ondernemers ook met een sterkere afvlakking van de groei te maken krijgen. Export succesfactor voor veel branches Voor de prognoses van de productie van diverse branches die onder de sector industrie vallen speelt de export in veel gevallen een belangrijke rol. In de totale waarde van Nederlandse export van goederen hebben industriële fabrikaten een aandeel van circa 60%. Branches met een nadruk op export relatief zullen beter presteren dan branches die voornamelijk het binnenland als afzetgebied hebben.

In de chemische industrie is de productiegroei in het tweede kwartaal gedaald naar een niveau onder zijn lange termijn gemiddelde. Heel veel sterkere groei wordt dit jaar niet verwacht, daarvoor zijn de huidige structurele problemen nog te hoog. De concurrentiekracht staat namelijk onder druk van internationale partijen, die in staat zijn om tegen lagere kosten dezelfde type producten voort te brengen. Op langere termijn zal dit de sector parten blijven spelen. Relatief hoge grondstofkosten, de hoogte van de energiekosten en de opkomst van goedkoop schaliegas in de VS spelen hier een cruciale rol. De afzwakking van de euro kan echter enige verlichting brengen ten opzichte van bedrijven buiten de eurozone. In internationaal opzicht hebben bedrijven in de VS en het Midden Oosten een sterk voordeel, aangezien de kosten van aardgas daar lager liggen. Voor de sector rest niets anders dan kostenreductieprogramma s te definiëren en bestaande processen efficiënter te maken. Hierbij wordt de voorkeur gegeven aan energie reducerende projecten. Het succes van deze programma s is van belang, aangezien de verwantschap tussen de chemische industrie en overige branche van de industrie namelijk hoog is. In veel gevallen is de chemische industrie een toeleverancier aan andere industriële branches. En op het moment dat de chemische industrie de toegenomen kosten kan doorberekenen aan de eindafnemers, gaat dat ook ten koste van de concurrentiepositie bij die eindafnemers. De rubber- en kunststofindustrie staat er nog relatief gunstig voor. De productiegroei zakte na het (goede) eerste kwartaal in, maar bleef nog net boven zijn lange termijn gemiddelde. Maar ook in deze branche neemt de druk van (internationale) opererende bedrijven toe. De hoogte van de energiekosten en de opkomst van schaliegas spelen in dit verband een prominente rol. Spreiding van de omzet, inzet van ICT ten behoeve van procesefficiency, investeren in 3-D printen (met name in de kunststofindustrie) en een flexibele klantgerichte opstelling zijn hier de succesfactoren. Een belangrijke afnemer van rubber- en kunststofproducten is de bouw. Volgens ABN AMRO zal de bouwproductie in 2014 weer toenemen (met 3% joj) en dat is goed nieuws voor de afzet. De productie van de basismetaalindustrie is tot dusver sterk gegroeid. Na de machine-industrie laat deze branche sterke groeicijfers zien: t/m juli 7,5% groei op jaarbasis. Dit legt in ieder een stevige basis voor de rest van het jaar. De branche heeft de automotive, transport- en energiesector (o.a. distributie) en de bouwsector als belangrijke afnemers. De verwachtingen voor deze branches zijn voor dit jaar positief. Het oordeel over de productiecapaciteit is overwegend optimistisch en de bezettingsgraad is met 81,9% het hoogste van alle branches. De prijzen van basismetalen zullen komend jaar toenemen bij een aantrekkende mondiale wereldeconomie en wereldhandel. De metaalproductenindustrie heeft wat tegenwind gehad aan het eind van het tweede kwartaal en de productie kromp met 1,6% in juni. Per saldo is de productie t/m juli gegroeid met 3,2% op jaarbasis. Het sentiment in deze branche is nog enigszins gedrukt, maar de rest van dit jaar kan positief uitpakken. De bouwsector is een belangrijke afnemer voor deze branche en voor komend jaar zijn de vooruitzichten voor de bouw relatief gunstig. De bedrijven die echter toeleveren aan de meer export-intensieve branches (zoals de machine-industrie), zullen sterker profiteren van de groei van de export in 2014 en 2015. De productiegroei in de elektrotechnische- en elektrische apparatenindustrie laat eind 2013 een kortstondige piek zien, maar zakt daarna meteen weer in. Belangrijke afnemers komen uit de energiesector, industriële sector (o.m. producenten van transportmiddelen, telecommunicatie en elektrotechniek), maar ook uit de technische groothandels en de bouw- en installatiesector. Bij een groot deel van deze eindgebruikers zijn de vooruitzichten relatief gunstig en dit komt terug in onze productieverwachtingen voor 2014 en 2015. In beide jaren neemt de productiegroei bovengemiddeld toe. Met name de groei in de bouw gerelateerde sectoren zal een positieve uitwerking hebben op de productiecijfers.

De machine-industrie blijft het goed doen en is momenteel de parel in de industriële sector. De verwachting is dat dit ook in 2014 en 2015 zo zal blijven. Sinds het vierde kwartaal van 2013 heeft de branche een solide productiegroei laten zien, maar sinds het begin van het tweede kwartaal van 2014 is deze teruggevallen naar zijn lange termijn niveau. Niettemin is dit nog steeds groei en tot en met juli is de productiegroei in de branche al met 8,6% toegenomen op jaarbasis. Het gevaar voor de sector loert in het feit dat de exportgerichte bedrijven nadrukkelijk leunen op Duitsland. De Duitse economie staat er nog relatief gunstig voor, maar de risico s zijn toegenomen. Uitgaande van de huidige prognoses over de meest relevante economieën, zal de vraag naar industriële producten in brede zin aantrekken, alhoewel het groeitempo de komende maanden lager zal liggen. De productie in de transportmiddelenindustrie groeide eind 2013 en begin 2014 door, maar kwam daarna snel in verval. De verkopen van vervoermaterieel op de binnenlandse markt vielen tegen, terwijl de buitenlandse markt de kar moest trekken. De branche is een belangrijke toeleverancier aan de auto-industrie van Duitsland. Daarnaast viel de verkoop van overig vervoermaterieel over land (zoals tractors, fietsen en motorrijwielen), maar ook van schepen en onderdelen voor lucht- en ruimtevaart tegen. De branche heeft te maken met een verhoogd valutarisico, omdat een groot deel van de grondstoffen worden verrekend in dollars. Met de huidige afzwakking van de euro ten opzichte van de dollar, nemen de grondstofkosten toe en dit werkt negatief door op de marges van bedrijven. In de meubelindustrie gaat het nog steeds moeizaam. De productiegroei nam in het eerste kwartaal nog licht toe, maar nam in het tweede kwartaal sterker af. Ook hier geldt dat de buitenlandse vraag naar Nederlandse meubels het beter doet dan de binnenlandse vraag. Per saldo staat de branche nu op een productiekrimp van gemiddeld 0,7% per maand op jaarbasis. De woningmarkt trekt weliswaar aan, maar dat komt nog niet direct terug in de productiecijfers van de meubelindustrie. Daarvoor is de economische situatie nog te broos en is de koopbereidheid van consumenten nog relatief laag. De afzwakking van de euro kan positief uitwerken op de buitenlandse vraag, maar dit zal de branche niet de ommekeer bezorgen. De productie zal in 2014 nog licht dalen en vervolgens in 2015 enig herstel te laten zien. Een nog positief beeld Ondanks dat de economische onzekerheden zijn toegenomen, bieden de huidige macro-economische vooruitzichten een fundament voor positieve productieverwachtingen voor de industrie tot en met 2015. De economische groeiverwachting in 2014 en 2015 voor Duitsland, onze belangrijkste handelspartner, en de wereldhandel blijven relatief gunstig. In 2014 zal de Duitse economie groeien met 1,7% joj, terwijl in 2015 een groei wordt verwacht van 2,2% 1. De wereldhandel neemt in 2014 met 3% joj toe en in 2015 met 6% joj. Dit draagt bij aan de Productie verwachtingen naar branche Bron: ABN AMRO Economisch Bureau Nederlandse industriële productiegroei in 2014 (2,5% joj) en in 2015 (3,0% op jaarbasis). Aanverwante publicaties Stand van de Industrie Maandelijkse update van ABN AMRO over trends en ontwikkelingen in de industrie. De laatste update is van september 2014 en te downloaden op ABN AMRO Insights. Industriële Metalen Monitor Publicatie ABN AMRO over ontwikkelingen in industriële metaalmarkten (aluminium, koper, nikkel, zink, staal). Op 18 september is de meest recente editie uitgekomen. 1) Voor een update van onze visie op de economische groei in Duitsland voor de komende jaren, kijk op ABN AMRO Insights (https://insights.abnamro.nl/)

Economisch Bureau Nederland Contactgegevens ABN AMRO Economisch Bureau Nederland: Aandachtsgebied Telefoonnummer: E-mailadres: Jacques van de Wal (hoofd) Algemeen 020 628 0499 jacques.van.de.wal@nl.abnamro.com Eric Huliselan Zakelijke Dienstverlening 020 628 2138 eric.huliselan@nl.abnamro.com Casper Burgering Industrie (w.o. industriële materialen) 020 383 2693 casper.burgering@nl.abnamro.com Nadia Menkveld Transport & Logistiek 020 628 6441 nadia.menkveld@nl.abnamro.com Frank Rijkers Agrarisch, Food 020 628 6437 frank.rijkers@nl.abnamro.com Mathijs Deguelle Retail, Leisure 020 344 2179 mathijs.deguelle@nl.abnamro.com Hans van Cleef Olie & Gas 020 343 4679 hans.van.cleef@nl.abnamro.com Madeline Buijs Bouw, Real Estate 020-383 8201 madeline.buijs@nl.abnamro.com Nico Klene Macro-economie 020-625 4204 nico.klene@nl.abnamro.com Philip Bokeloh Woningmarkt, Macro-economie 020-383 2657 philip.bokeloh@nl.abnamro.com Theo de Kort Informatie-analist, Autohandel 020 628 0489 theo.de.kort@nl.abnamro.com Ingrid Kroeze Research ondersteuning 020 383 5161 ingrid.kroeze@nl.abnamro.com Volg de Industrie ook op Twitter via: @CasperBurgering Disclaimer This document has been prepared by ABN AMRO. It is solely intended to provide financial and general information on the energy market. The information in this document is strictly proprietary and is being supplied to you solely for your information. It may not (in whole or in part) be reproduced, distributed or passed to a third party or used for any other purposes than stated above. This document is informative in nature and does not constitute an offer of securities to the public, nor a solicitation to make such an offer. No reliance may be placed for any purposes whatsoever on the information, opinions, forecasts and assumptions contained in the document or on its completeness, accuracy or fairness. No representation or warranty, express or implied, is given by or on behalf of ABN AMRO, or any of its directors, officers, agents, affiliates, group companies, or employees as to the accuracy or completeness of the information contained in this document and no liability is accepted for any loss, arising, directly or indirectly, from any use of such information. The views and opinions expressed herein may be subject to change at any given time and ABN AMRO is under no obligation to update the information contained in this document after the date thereof. Before investing in any product of ABN AMRO Bank N.V., you should obtain information on various financial and other risks and any possible restrictions that you and your investments activities may encounter under applicable laws and regulations. If, after reading this document, you consider investing in a product, you are advised to discuss such an investment with your relationship manager or personal advisor and check whether the relevant product considering the risks involved- is appropriate within your investment activities. The value of your investments may fluctuate. Past performance is no guarantee for future returns. ABN AMRO reserves the right to make amendments to this material. ABN AMRO, 2014 Teksten zijn afgesloten op 2 oktober 2014