Carina VAN CAUTER volksvertegenwoordiger BELGISCHE NATIONALITEIT. Met de wet van 4 december migratieneutraal gemaakt.

Vergelijkbare documenten
Aanvraag Belgische nationaliteit

Wetboek van de Belgische nationaliteit

Belg worden. Derde editie, januari 2013 ~ 1 ~ Nieuwe wet UPDATE 14 MAART 2013

Belg worden. Nieuw Wetboek van de Belgische Nationaliteit. Derde editie, januari 2013 ~ 1 ~

BELG WORDEN. Vierde editie april 2014

Het wetboek van de Belgische nationaliteit.

nationaliteitsverklaring naturalisatie juridische begrippen een aanvraag doen Belg worden Procedures om de nationaliteit te verwerven

Familierechtbank Brussel (Ned.), vonnis van 28 mei 2018

De nieuwe wetgeving inzake de Belgische nationaliteit

Datum : 21/10/2002 BS : 29/10/2002

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN

ONDER DE LOEP. Een heel andere filosofie. De mogelijke situaties. Strengere bewijzen

BERICHT AAN DE GEMEENTEN GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2012

Hof van beroep Gent, arrest van 19 oktober 2017

De Europese Economische Ruimte

Rolnummer Arrest nr. 85/2009 van 14 mei 2009 A R R E S T

Instructie m.b.t. de toepassing van het oude artikel 9,3 en het artikel 9bis van de vreemdelingenwet.

REGULARISATIE 7/2009 Samenvatting opgesteld door het advocatenkantoor

Familierechtbank West-Vlaanderen (afd. Brugge), vonnis van 19 februari 2018

Hof van beroep Gent, arrest van 26 oktober 2017

Hof van beroep Gent, arrest van 24 december 2015

Hof van beroep Gent, arrest van 14 januari 2016

TYPEFORMULIER Regularisatieaanvraag

OMZENDBRIEF AAN DE GEMEENTEBESTUREN HOOFDSTUK 28 HET INTERNATIONALE RIJBEWIJS

INFORMATIEBROCHURE VOOR DE GARANTEN

Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994

OMZENDBRIEF AAN DE GEMEENTEBESTUREN TITEL

HOOFDSTUK 23 HET INTERNATIONALE RIJBEWIJS

HOOFDSTUK 16 PRAKTISCH EXAMEN

DE INHOUD, VOORWAARDEN EN DE PROCEDURE OM DE MEDISCHE KOSTEN VIA DE ZIEKTEVERZEKERING TE LATEN BETALEN

Hof van Cassatie van België

I.T BEPALING VAN DE HOOFDVERBLIJFPLAATS

INFORMATIEBROCHURE VOOR DE GARANTEN

belg worden Nationaliteitsverklaring

HOOFDSTUK 23 HET INTERNATIONALE RIJBEWIJS

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

I.T. 031 NATIONALITEIT EN RECHTVAARDIGING

Omzendbrief tot wijziging van de omzendbrief van 15 september 1998 betreffende het verblijf van vreemdelingen die in België wensen te komen studeren

De nieuwe reglementering inzake schijnhuwelijken en schijn-wettelijke samenwoning

Bedrijfsvoering Dienst Burgerzaken Migratie

Hof van Cassatie van België

Datum: 30/09/1997 (Bijgewerkt 28/08/2007) BS: 14/11/1997 Gewijzigd ingevolge de omzendbrief van 06/12/2005 (B.S. 30/12/2005)

Wetboek van de Belgische nationaliteit

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 39 / 2006 van 27 september 2006

De Betere Belg -wet *

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID. Directie-generaal Sociaal Beleid. Domein Regelgeving Kinderbijslag. Ministeriële Omzendbrief nr.

Gepubliceerd op : FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE

PERSONEN DIE NIET MEER

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer

GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN 2006

Als uw aanvraag betrekking heeft op meerdere personen, betaalt u een bijdrage per persoon.

opgesteld en stelt hem in het bezit van een attest van immatriculatie model A, waarvan de geldigheid negen maanden na de datum van afgifte van het

Basisopleiding gezinshereniging

WEGWIJS VOOR studenten. Versie januari 2017 Studenten

De Dublin-criteria teneinde de verantwoordelijke staat te bepalen.

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2012

Geachte Dames, geachte Heren,

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 12 mei 2005; A. CONTEXT VAN DE AANVRAAG EN ONDERWERP ERVAN

VREEMDELINGEN. Wijzigingen in de formulieren die de gemeentebesturen moeten gebruiken

Gelet op de herwerkte aanvraag van FAMIFED, ontvangen op 26/02/2018;

Rolnummer Arrest nr. 26/2015 van 5 maart 2015 A R R E S T

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid van 25 juni 2007;

Gelet op de geldende wettelijke en reglementaire bepalingen inzake vestiging en invordering van de gemeentebelastingen;

- de toepasselijke procedure inzake de indiening en de behandeling van het verzoek tot machtiging tot terugkeer;

AANVRAGEN OM MACHTIGING TOT VERBLIJF VOOR HUMANITAIRE REDENEN.

Bedrijfsvoering Dienst Burgerzaken Migratie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Gelet op de aanvraag van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding ontvangen op 16 maart 2017;

INSCHRIJVING VAN NIET-BELGISCHE KIEZERS OP DE KIEZERSLIJSTEN

NIETIGHEID TERUGGAVE DUPLICAAT OMWISSELING VAN EEN OUD

Rechtsbijstand bij bemiddeling

Versie van DEEL VI Titel II Hoofdstuk VII Vergoeding voor de personeelsleden die het slachtoffer zijn van een opzettelijke gewelddaad

AANVRAGEN OM MACHTIGING TOT UITZONDERLIJK VERBLIJF

Financiën - Belasting op de afgifte van administratieve documenten - Reglement - Hernieuwing.

Hof van Cassatie van België

AANVRAGEN OM MACHTIGING TOT UITZONDERLIJK VERBLIJF

HOOFDSTUK 11 THEORETISCH EXAMEN

Aan de Dames en Heren Burgemeesters en aan de Ambtenaren van de burgerlijke stand van het Rijk,

Deze richtlijn dient nog omgezet te worden in Belgisch recht. De termijn voor omzetting verstrijkt op 30 april 2006.

Toelating tot arbeid en verblijf de gecombineerde vergunning/single permit voor buitenlandse werknemers

OMZENDBRIEF AAN DE GEMEENTEBESTUREN TITEL

HOOFDSTUK 03 TOEPASSINGSVELD

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin

HOOFDSTUK 23 HET INTERNATIONAAL RIJBEWIJS

14 /07/2009. Omzendbrief betreffende de status van langdurig ingezetene B.S. 11/08/2009

Hof van beroep Gent, arrest van 18 oktober 2018

Bedrijfsvoering Dienst Burgerzaken Loket Migratie

AANVRAGEN OM MACHTIGING TOT VERBLIJF VOOR HUMANITAIRE REDENEN

AANVRAGEN OM MACHTIGING TOT UITZONDERLIJK VERBLIJF

I.T. 123 WETTELIJKE SAMENWONING

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Steven Dewulf Studiecentrum voor militair recht en oorlogsrecht KMS 15 mei 2013

Dat dit reglement op de bepalingen van de ordonnantie van 3 april 2014 door een beslissing van het College op 26 juni 2014 aangepast is;

REGELEN VOOR ALLE VOORLOPIGE RIJBE- WIJZEN M36, M18 EN M3

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR

Transcriptie:

BELGISCHE NATIONALITEIT Met de wet van 4 december 2012 1 migratieneutraal gemaakt. wordt de verwerving van de nationaliteit opnieuw geobjectiveerd en 1. Verblijf in België Van de verwerving van de Belgische nationaliteit kan slechts sprake zijn indien de vreemdeling op het ogenblik van het onderschrijven van de nationaliteitsverklaring of de -aanvraag over een onbeperkt verblijfsrecht beschikt. De vreemdeling moet zijn hoofdverblijfplaats in België hebben gevestigd op grond van een wettelijk verblijf, en dit zowel op het ogenblik van het indienen van zijn verzoek of verklaring als gedurende de onmiddellijk hieraan voorafgaande periode. Zowel het wettelijk verblijf als het hoofdverblijf dienen ononderbroken te zijn. Dit verblijf blijkt uit de hierna volgende stukken : 1 de verblijfstitel B. het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister, opgesteld overeenkomstig de bijlage 6 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 2 de verblijfstitel C. identiteitskaart voor vreemdeling, opgesteld overeenkomstig de bijlage 7 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 3 de EG-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetene, opgesteld overeenkomstig de bijlage 7bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 4 de verklaring van inschrijving, opgesteld overeenkomstig de bijlage 8 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 5 het document ter staving van duurzaam verblijf, opgesteld volgens de bijlage 8bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 6 de verblijfskaart van een familielid van een burger van de Unie, opgesteld overeenkomstig de bijlage 9 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 7 de duurzame verblijfskaart van een familielid van een burger van de Unie, opgesteld overeenkomstig de bijlage 9bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Wat de periode die aan het verzoek of de verklaring voorafgaat betreft, moet de vreemdeling toegelaten of gemachtigd zijn geweest tot een verblijf van meer dan drie maanden in het Rijk, of gemachtigd zijn geweest om 1 Wet van 4 december 2012 tot wijziging van het Wetboek van de Belgische nationaliteit teneinde het verkrijgen van de Belgische nationaliteit migratieneutraal te maken, B.S. 14 december 2012, tweede uitgave. 1

er zich te vestigen. Zgn. korte verblijven worden m.a.w. niet in aanmerking genomen. In tegenstelling tot het moment van de indiening van het verzoek of de verklaring, moet hier dus eveneens rekening worden gehouden met het beperkt verblijf van meer dan drie maanden Dit verblijf blijkt uit de hierna volgende stukken : 1 de verblijfstitel A. het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister B-tijdelijk verblijf, opgesteld overeenkomstig de bijlage 6 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 2 de verblijfstitel B. het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister, opgesteld overeenkomstig de bijlage 6 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 3 de H. Europese blauwe kaart, opgesteld overeenkomstig de bijlage 6bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 4 de C. identiteitskaart voor vreemdeling, opgesteld overeenkomstig de bijlage 7 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 5 de EG-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetene, opgesteld overeenkomstig de bijlage 7bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 6 de verklaring van inschrijving, opgesteld overeenkomstig de bijlage 8 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 7 het document ter staving van duurzaam verblijf, opgesteld overeenkomstig de bijlage 8bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 8 de verblijfskaart van een familielid van een burger van de Unie, opgesteld overeenkomstig de bijlage 9 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 9 de duurzame verblijfskaart van een familielid van een burger van de Unie, opgesteld overeenkomstig de bijlage 9bis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen; 10 het document opgesteld overeenkomstig de bijlage 15 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, voor zover het in de volgende gevallen afgegeven werd : a. indien de Burgemeester of diens gemachtigde zich in de onmogelijkheid bevindt de vreemdeling onmiddellijk in de bevolkingsregisters in te schrijven, of indien hij zich in de onmogelijkheid bevindt het verblijfsdocument waarop hij recht te kunnen afgeven; b. indien de Minister die de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft, of diens gemachtigde, geen beslissing kan nemen 2

inzake de aanvraag voor vernieuwing van de voorlopige machtiging tot verblijf die door de vreemdeling werd ingediend vóór het verstrijken van zijn huidige machtiging tot verblijf. Het ononderbroken karakter van het verblijf wordt niet beïnvloed door tijdelijke afwezigheden van hoogstens zes maanden, voor zover deze afwezigheden in totaal de duur van een vijfde van de vereiste termijnen voor verkrijging van de nationaliteit niet overschrijden. De in het buitenland gelijkgestelde periodes worden afgeschaft. Welke verblijfsdocumenten in aanmerking komen voor de vaststelling van het wettelijk verblijf, wordt nader geregeld in artikelen 3 en 4 van het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 2. De nationaliteitsprocedures moeten altijd worden opgestart in België zelf, en niet langer vanuit het buitenland. 2. Vereenvoudigde procedures De wet van 4 december 2012 brengt het hoge aantal procedures tot verkrijging van de Belgische nationaliteit terug tot vier eenduidige en overzichtelijke procedures: 1 de nationaliteitsverklaring van een in België geboren vreemdeling; 2 de korte nationaliteitsverklaring na 5 jaar wettelijk verblijf : a) met maatschappelijke integratie en economische participatie; b) met maatschappelijke integratie voor wie gehuwd is met een Belg en minstens drie jaar met hem samenwoont of wie ouder is van een minderjarig of niet-ontvoogd minderjarig Belgisch kind; c) voor gehandicapten, invaliden of personen die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt; 3 de lange nationaliteitsverklaring na 10 jaar wettelijk verblijf; 4 de naturalisatie in uitzonderlijke gevallen, indien men buitengewone verdiensten kan aantonen die bijdragen aan de internationale uitstraling van ons land, en voor staatlozen. De Belgische nationaliteit kan via de nationaliteitsverklaring worden verkregen door : 1 de vreemdeling die: b) en die in België geboren is en er sedert zijn geboorte wettelijk verblijft; 2 a) de vreemdeling die: b) en vijf jaar wettelijk verblijf heeft; c) en het bewijs levert van de kennis van één van de drie officiële landstalen d) en zijn maatschappelijke integratie bewijst door: 2 Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot uitvoering van de wet van 4 december 2012 tot wijziging van het Wetboek van de Belgische nationaliteit teneinde het verkrijgen van de Belgische nationaliteit migratieneutraal te maken, B.S. 21 januari 2013 3

hetzij een diploma of getuigschrift van een onderwijsinstelling opgericht, erkend of gesubsidieerd door een Gemeenschap of de Koninklijke Militaire School en dat minstens van het niveau is van het hoger secundair onderwijs; hetzij een beroepsopleiding van minimum 400 uur erkend door een bevoegde overheid hebben gevolgd hetzij een inburgeringscursus gevolgd hebben zoals voorzien door de bevoegde overheid van zijn hoofdverblijfplaats op het tijdstip dat hij zijn inburgeringscursus aanvat; hetzij gedurende de voorbije vijf jaar onafgebroken als werknemer en/of als statutaire en/of als zelfstandige in hoofdberoep te hebben gewerkt. e) en zijn economische participatie bewijst door: hetzij als werknemer en/of als statutair benoemde in een overheidsdienst gedurende de voorbije vijf jaar minimaal 468 arbeidsdagen te hebben gewerkt; hetzij in het kader van een zelfstandige beroepsactiviteit in hoofdberoep de voorbije vijf jaar gedurende minstens zes kwartalen de sociale kwartaalbijdragen voor zelfstandigen in België hebben betaald; 2 b) de vreemdeling die: b) en vijf jaar wettelijk verblijf heeft; c) en het bewijs levert van de kennis van één van de drie officiële landstalen; d) en gehuwd is met een Belg indien de echtgenoten gedurende ten minste drie jaar in België hebben samengeleefd of de ouder is van een Belgisch minderjarig of niet-ontvoogd minderjarig kind; e) en zijn maatschappelijke integratie bewijst door: - hetzij een diploma of getuigschrift van een onderwijsinstelling opgericht, erkend of gesubsidieerd door een Gemeenschap of de Koninklijke Militaire School en dat minstens van het niveau is van het hoger secundair onderwijs; - hetzij een beroepsopleiding van minimum 400 uurerkend door een /bevoegde overheid hebben gevolgd en in de voorbije vijf jaar als werknemer en/of als statutair benoemde in een overheidsdienst gewerkt hebben gedurende tenminste 234 arbeidsdagen of in het kadervan een zelfstandige beroepsactiviteit in hoofdberoep gedurende minstens 3 kwartalen de sociale kwartaalbijdragen voor zelfstandigen in België hebben betaald. - hetzij een inburgeringscursus gevolgd hebben zoals voorzien door de bevoegde overheid van zijn hoofdverblijfplaats op het tijdstip dat hij zijn inburgeringscursus aanvat; 2 c) de vreemdeling die: b) en vijf jaar wettelijk verblijf heeft; c) het bewijs levert omwille van een handicap of invaliditeit geen betrekking of economische activiteit te kunnen uitoefenen of de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt; 3 de vreemdeling die: 4

b) en tien jaar wettelijk verblijf heeft; c) en het bewijs levert van zijn kennis van één van de drie officiële landstalen; d) en het bewijs levert van zijn deelname aan het leven van zijn onthaalgemeenschap. Dit bewijs kan door alle rechtsmiddelen geleverd worden, en bevat elementen waaruit blijkt dat de aanvrager deelneemt aan het economische en/of socio-culturele leven van die onthaalgemeenschap. 3. Integratievereiste De wet van 4 december 2012 voert integratiecriteria in voor alle procedures van nationaliteitsverkrijging (d.i. nationaliteitsverklaring, nationaliteitskeuze, nationaliteit door het huwelijk en naturalisatie). Voor de in België geboren vreemdeling wordt uitgegaan van het vermoeden van integratie, op voorwaarde dat hij de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt en sedert zijn geboorte zijn hoofdverblijfplaats in België heeft. In de overige procedures gelden er voortaan integratiecriteria. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de criteria die gelden bij de korte nationaliteitsverklaring en de lange nationaliteitsverklaring. Hierbij zijn de voorwaarden logischerwijze strenger na verblijf van vijf jaar dan na verblijf van tien jaar. Vreemdelingen die vijf jaar wettelijk in ons land verblijven moeten hun maatschappelijke én economische integratie bewijzen. Maatschappelijke integratie - ofwel een diploma of getuigschrift van een onderwijsinstelling opgericht, erkend of gesubsidieerd door een Gemeenschap of de Koninklijke Militaire School dat minstens het niveau is van het hoger secundair onderwijs; - ofwel een beroepsopleiding van minimum 400 uur erkend door een bevoegde overheid hebben gevolgd; - ofwel een inburgeringscursus van de bevoegde overheid van de woonplaats. Economische participatie Er wordt principieel vereist dat de vreemdeling de afgelopen vijf jaar hetzij als werknemer en/of als statutairbenoemde gedurende de voorbije vijf jaar minimaal 468 arbeidsdagen heeft gewerkt, hetzij in het kader van een zelfstandige beroepsactiviteit in hoofdberoep de voorbije vijf jaar gedurende minstens 6 kwartalen de sociale kwartaalbijdragen in België hebben betaald. 5

Veel vreemdelingen zijn werkzaam in de interimsector. Om de interimsector niet te benadelen, werd daarom bepaald dat men in de vijf jaar voorafgaand aan de aanvraag, minstens 468 arbeidsdagen moet gewerkt hebben. Indien de vreemdeling onderwijs volgt, of een beroepsopleiding volgt, dan bewijzen zij hun wil tot economische participatie. Daarom mag de duurtijd van de onderwijsopleiding, of de beroepsopleiding in mindering gebracht worden van de vereiste 468 dagen die de vreemdeling moet hebben gewerkt. Hierbij moet het aantal uren opleiding verrekend worden aan het aantal uren van een normale werkweek in België, zijnde 38 uren. 4. Kennis van één van de landstalen (niveau A2) De toegang tot de Belgische nationaliteit is voortaan afhankelijk van het bewijs van de kennis van een van de drie officiële landstalen. Hiervoor moet de betrokkene voldoen aan het niveau A2 van het Europees Referentiekader voor talen het wettelijk vereiste niveau. Dit niveau wordt in de Memorie van Toelichting als volgt beschreven : Ik kan zinnen en de meest frequente woorden begrijpen die betrekking hebben op gebieden die voornamelijk van direct persoonlijk belang zijn (bijv. basisinformatie over mijzelf en familie, winkelen, plaatselijke geografie, werk). Ik kan de belangrijkste punten in korte, duidelijke eenvoudige boodschappen en aankondigingen volgen. Ik kan korte eenvoudige teksten lezen. Ik kan specifieke voorspelbare informatie vinden in eenvoudige, alledaagse teksten zoals advertenties, menu's en dienstregelingen en ik kan korte, eenvoudige, persoonlijke brieven begrijpen. Ik kan communiceren over eenvoudige en alledaagse taken die een eenvoudige en directe uitwisseling van informatie over vertrouwde onderwerpen en activiteiten betreffen. Ik kan zeer korte sociale gesprekken hanteren, zelfs terwijl ik gewoonlijk niet voldoende begrijp om het gesprek zelfstandig gaande te houden. Ik kan een reeks uitdrukkingen en zinnen gebruiken om in eenvoudige bewoordingen mijn familie en andere mensen, leefomstandigheden, mijn opleiding en mijn huidige of meest recente baan te beschrijven. Ik kan korte, eenvoudige notities en boodschappen die betrekking hebben op directe behoeften opschrijven. Ik kan een zeer eenvoudige persoonlijke brief schrijven, bijvoorbeeld om iemand voor iets te bedanken. In principe zal een bewijs van maatschappelijke integratie, zoals een onderwijsdiploma, opleidingsgetuigschrift of inburgeringscursus, als een bewijs van taalkennis aanvaard worden. Daaruit volgt dat het bewijs van 6

taalinburgering gewoonlijk zal geleverd worden telkens als de vreemdeling aantoont dat hij voldoet aan de maatschappelijke integratie. De bewijsmiddelen die van toepassing zijn op de vreemdelingen die niet onderworpen zijn aan de voorwaarde van maatschappelijke integratie, worden nader geregeld in artikel 1 van het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013. Als bewijsmiddelen gelden : - een taalcertificaat afgegeven door SELOR; - een attest voor het slagen voor één van de drie landstalen afgegeven door de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding (de VDAB, Bruxelles Formation, Actiris, de FOREm, het Arbeitsamt); - een attest voor het slagen voor een van de drie landstalen afgegeven door een instelling opgericht, erkend of gesubsidieerd door een Gemeenschap. 5. Geen Belgische nationaliteit bij ernstige misdrijven en schijnhuwelijken Het bestaan van gewichtige feiten eigen aan de persoon vormt een beletsel om de Belgische nationaliteit te verkrijgen. Zij zullen aanleiding kunnen geven tot een negatief advies van de procureur des Konings voor de verkrijging van de Belgische nationaliteit. De gewichtige feiten eigen aan de persoon spelen ook een rol bij de beoordeling van het verzoek om naturalisatie en de herkrijging van de Belgische nationaliteit. De wet van 4 december 2012 kwalificeert zelf reeds een aantal feiten als een gewichtig feit eigen aan de persoon, zonder hiermee op een strikte wijze het aantal gevallen van gewichtige feiten te willen omschrijven: - het feit zich te bevinden in een van de gevallen die betrekking hebben op de vervallenverklaring van de nationaliteit; - het feit aanhanger te zijn van een beweging of organisatie die door de Veiligheid van de Staat als gevaarlijk wordt beschouwd; - het feit dat de identiteit of hoofdverblijfplaats onmogelijk kan worden gecontroleerd of de identiteit niet kan worden gewaarborgd; - het feit dat aan de aanvrager, omwille van eender welke vorm van sociale of fiscale fraude, door de rechter een definitieve straf is opgelegd die in kracht van gewijsde is gegaan. De lijst van de gewichtige feiten eigen aan de persoon, kan aangevuld worden door de Koning, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad. Hieraan wordt uitvoering gegeven in artikel 2 van Koninklijk Besluit van 14 januari 2013: - Elke strafrechtelijke veroordeling tot een effectieve gevangenisstraf die voorkomt in het strafregister, vormt een gewichtig feit eigen aan de persoon, tenzij er eerherstel werd bekomen. - Feiten die kunnen leiden tot een veroordeling zoals bedoeld, hierboven vormen een gewichtig feit eigen aan de persoon wanneer er een opsporingsonderzoek tegen de betrokkene in het jaar voorafgaand aan de verklaring of het verzoek werd geopend en voor zover dat opsporingsonderzoek nog altijd hangende is. 7

- Feiten die kunnen leiden tot een veroordeling zoals bedoeld hierboven, vormen eveneens een gewichtig feit eigen aan de persoon wanneer er een hangend gerechtelijk onderzoek tegen de betrokkene bestaat. Lopende strafonderzoeken die kunnen resulteren in een strafrechtelijke veroordeling die wordt gekwalificeerd als een gewichtig feit eigen aan de persoon, kunnen bijgevolg ook aanleiding geven tot een negatief advies. In geval van een opsporingsonderzoek is als bijkomende voorwaarde bepaald dat dit onderzoek maximaal één jaar oud is en nog steeds hangende is, dit om te verhinderen dat een opsporingsonderzoek oneigenlijk lang zou kunnen aanslepen en blijvend verhindert om de Belgische nationaliteit te verkrijgen. Leidt het onderzoek tot een seponering, een vrijspraak, of een veroordeling die niet kwalificeert als een gewichtig feit eigen aan de persoon, dan is het dossier niet meer hangende, en kan de betrokkene opnieuw een verklaring of verzoek indienen. - Het feit dat de aanvrager activiteiten heeft die de fundamentele belangen van de Staat bedreigen of zouden kunnen bedreigen, wordt aanzien als een gewichtig feit eigen aan de persoon. - Het feit dat de aanvrager zijn wettelijke verblijfstitel heeft verkregen door een schijnhuwelijk, gedwongen huwelijk, schijnsamenwoonst of gedwongen wettelijke samenwoning, die vastgesteld werd door een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissing, vormt eveneens een gewichtig feit. Bovendien kan de rechter voortaan bij bepaalde veroordelingen of schijnhuwelijk ook op vordering van het Openbaar Ministerie de verkregen nationaliteit vervallen verklaren. 6. Eén procedure, met toegang tot de rechter Er komt één uniforme procedure voor nationaliteitsverklaringen (dus niet van toepassing op naturalisatie). Het parket, DVZ en de Staatsveiligheid moeten advies uitbrengen binnen de vier maanden. Deze vier maanden beginnen te lopen vanaf het moment dat het dossier volledig is. Het parket onderzoekt of er gewichtige feiten zijn (cf. infra), evenals of de grondvoorwaarden vervuld zijn (zoals o.a. de verblijfsvoorwaarden en integratievoorwaarden). Na deze adviestermijn, kunnen zich vier situaties voordoen: 1. Het parket beslist geen negatief advies uit te brengen => de nationaliteit wordt toegekend. 2. Het parket beslist niets binnen de termijn => de nationaliteit wordt toegekend. 3. Het parket beslist niets omdat het dossier niet werd overgezonden => de nationaliteit wordt NIET toegekend (er kon dus niet onderzocht worden of er bezwaren waren) 4. Het parket beslist een negatief advies uit te brengen => de nationaliteit wordt NIET toegekend. 8

Indien de vreemdeling van oordeel is dat de Belgische nationaliteit hem onterecht werd geweigerd, dan kan hij beroep aantekenen bij de rechtbank van eerste aanleg. Dit betekent dus concreet dat er een beroep mogelijk is tegen de laatste twee situaties. 7. Enkel nog in zeer specifieke uitzonderlijke gevallen naturalisatie De naturalisatie wordt teruggebracht naar zijn oorspronkelijke bedoeling, namelijk een gunst die door de wetgever wordt verleend in uitzonderlijke gevallen honoris causa. De betrokkene moet België buitengewone verdiensten hebben bewezen of kunnen bewijzen op het wetenschappelijke, sportieve, culturele of sociale vlak en die daardoor een bijzondere bijdrage kunnen leveren voor de internationale uitstraling van ons land. De ontvankelijkheidsvoorwaarden om als honoris causa te kwalificeren worden uitdrukkelijk en limitatief opgenomen in de wet. Deze verschillen naargelang het geval : - honoris causa wetenschap: een doctoraatstitel; - honoris causa sport: het halen van de internationale selectiecriteria van of de voorrondes van een EK, WK of BOIC voor de desbetreffende sporttak of indien de federatie van de betrokken sporttak van oordeel is dat de betrokkene een meerwaarde kan betekenen voor België in het kader van devoorronde van of het eindtoernooi van een Europees Kampioenschap, Wereldkampioenschap of de Olympische Spelen; - honoris causa cultuur: de eindselectie van een internationale cultuurwedstrijd gehaald hebben; - honoris causa sociaal: internationaal geprezen worden omwille van zijn sociale en maatschappelijke inzet. 8. Registratierecht Er wordt opnieuw een registratierecht ingevoerd voor de procedures tot verkrijging van de Belgische nationaliteit. Bij het afschaffen van het registratierecht werd vastgesteld dat het aantal aanvragen enorm steeg, ondanks het feit dat vele aanvragen weinig tot geen kans op slagen hadden. Dit veroorzaakte een administratieve overlast, zowel bij de gemeente, als bij de adviserende parketten die op zich vaak al overbelast zijn. Een registratierecht moet voldoende hoog zijn om een ontradend effect te hebben op personen die dossiers indienen zonder reële slaagkans. De zegelrechten werden inmiddels afgeschaft. Geoordeeld wordt dat een registratierecht van 150 euro nog steeds een ontradend effect zal hebben. Hierdoor zullen de vreemdelingen met een goed onderbouwd dossier sneller bediend kunnen worden, aangezien de workflow niet meer vertraagd wordt door dossiers zonder reële slaagkans. Carina VAN CAUTER Volksvertegenwoordiger 9