De dialyse shunt. Wat is een shunt? Is een shunt noodzakelijk voor dialyse? Gebruik van de shunt



Vergelijkbare documenten
De dialyse shunt. Wat is een shunt? Gebruik van de shunt

Dialyse shunt. Dialyse

INTERNE GENEESKUNDE. Als u na het lezen nog vragen heeft, dan kunt u deze vragen stellen aan de arts of verpleegkundige.

SHUNTS Hemodialyse Shunt

Shunt bij dialyse INTERNE GENEESKUNDE. Nazorg bij shunt

Toegang tot de bloedbaan voor hemodialyse

SHUNTS Hemodialyse Shunt

Interne Geneeskunde Dialyse Centrum Groningen. Toegang tot de bloedbaan voor hemodialyse

CODIA. Aanprikken en controleren van een shunt. Codia Waterland. Dialysecentrum voor de regio Waterland

Interne Geneeskunde Dialyse Centrum Groningen. Toegang tot de bloedbaan voor hemodialyse

Dialyse shunt Radboud universitair medisch centrum

Toegang tot de bloedbaan voor hemodialyse

Dialyse shunt. Dialyse. te vinden in de JBZ Zorgapp. Deze informatie is ook.

CODIA. Aanleggen van een shunt. Codia Waterland. Dialysecentrum voor de regio Waterland

Toegang tot de bloedbaan - shunt

Een inwendige toegang tot de bloedbaan (Shunt)

Toegang tot de Bloedbaan. Wat moet u weten?

Een onderhuidse verbinding tussen slagader en ader

Een shunt. Toegang tot de bloedbaan

Toegang tot de bloedbaan Shunt of dialysekatheter

De shunt. Voorlichting over shunt en shuntcontrole

Shunt bij hemodialyse

Toegang tot de bloedbaan

H De Shunt

shunt voor hemodialyse

Informatie over de shunt bij dialyse

Weer naar huis met een shunt

Shunt voorbereiding en aanleg

De verzorging van de shunt. Afdeling Dialyse

Shunt - Autologe shunt (shunt van het eigen bloedvat)

Shunt; aanleggen en controleren

Totale Parenterale Voeding (TPV) via een shunt

Shunt - Heterologe shunt (shunt van kunststof)

Toegang tot de bloedbaan voor Hemodialyse

Shunt - Autologe shunt (shunt van het eigen bloedvat)

Shunt - Heterologe shunt (shunt van kunststof)

Informatieboekje over Toegang tot de Bloedbaan

Shuntoperatie. Shuntoperatie

Shuntoperatie. Afdeling dialyse

PATIËNTEN INFORMATIE. De hemodialyse shunt

Inhoudsopgave Pag. Inleiding 2 Dialyseshunt 2 Wat is een shunt? 2 Waarom is een shunt nodig? 2 Soorten shunts 2 Voorbereiding op de operatie 4

Effectieve dialyse met een shunt

Vaattoegang (shunt) Vaattoegang (shunt)

Vaattoegang voor hemodialyse

Toegang tot de bloedbaan

Een shunt Dialysecentrum locatie Alkmaar.

Shunt. Wat is een shunt? Soorten shunt. Ciminoshunt

Informatie over een shunt

TOEGANG TOT DE BLOEDBAAN Informatie over het aanleggen en onderzoeken van een shunt en katheter

Een shunt. Dialyse. mca.nl

TOEGANG TOT DE BLOEDBAAN INFORMATIE OVER HET AANLEGGEN EN ONDERZOEKEN VAN EEN SHUNT EN KATHETER

Dialysekatheter Radboud universitair medisch centrum

Dotteren (PTA) van een shunt

HEMODIALYSE VAATACCES: A.V. FISTEL

Effectieve dialyse met een shunt

Inhoud. Wat is dialyse?... 5 Toegang tot de bloedbaan Een fistel Een katheter... 8

Dialyse-afdeling. Patiënteninformatie. Dotteren van een shunt. Slingeland Ziekenhuis

Röntgenonderzoek van een shunt

INFORMATIE PORT-A-CATH

Röntgenonderzoek van een shunt

Onderzoeken van de shunt

Sparen van de bloedvaten (venepreservatie)

Wat u moet weten over een centraal veneuze katheter

Poortkatheter. Dagbehandeling Oncologie

Inleiding Wat is dialyse? Hemodialyse

Port-a-cath (implanteerbaar poortsysteem)

Trombolysebehandeling: behandeling met Urokinase

PICC-lijn (centraal infuus)

Het inbrengen van een peritoneale dialysekatheter

Totaal implanteerbaar toedieningssysteem. Toediening van medicijnen en vloeistoffen in het bloedvat via een poortkatheter

Vaattoegang hemodialyse. Alles wat u moet weten over uw shunt of centraal veneuze catheter

Interne geneeskunde Dialyse en Dialyse Centrum Groningen. Getunnelde hemodialyse katheter

PICC-lijn (centraal infuus)

H Port-a-Cath

Angiografie en/of dotterbehandeling

Radiologie. DSA (Digitale Subtractie Angiografie) en PTA (Percutane transluminale Angioplastiek) van de shunt

DIALYSEKATHETER INFORMATIE OVER HET PLAATSEN EN GEBRUIK VAN DE DIALYSEKATHETER

Angiografie, Dotter / Stent behandeling

Dialysecatheter. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Inbrengen van een onderhuidse poort

Angiografie, Dotter/Stent behandeling

Het inbrengen van een hemodialysekatheter

Percutane niersteenverwijdering

Dotterbehandeling van de dialyseshunt

Operatie wegens een vernauwing of afsluiting van een buik en/of bekkenslagader

Operatie wegens een vernauwing of afsluiting van één of meerdere beenslagaders

Hoe draag ik er zorg voor?

Perifeer Ingebrachte Centrale Catheter (PICC-lijn)

Operatie aan een spatader in het scrotum

RÖNTGENONDERZOEK VAN DE BLOEDVATEN eventueel met behandeling

Port-A-Cath (PAC) Radboud universitair medisch centrum

Angiografie met eventueel dotterprocedure van dialyseshunt

Tijdelijke dialysekatheter

Liesbreukoperatie. Hernia Inguinalis. Een liesbreuk. Diagnose en onderzoek. De opname

H Port-a-Cath

Verwijderen van een nier via een kijkoperatie. Laparoscopische operatie

Angiografie, Dotter/Stent behandeling

Het verwijderen van een testikel

Lymfeklierverwijdering, urologisch

nierbiopsie Wat is een nierbiopsie?

Transcriptie:

De dialyse shunt In deze brochure vindt u informatie over wat een shunt is, de leefregels met een shunt, de operatie en bijkomende onderzoeken ter bewaking van de shunt. Het aanleggen van een shunt is een operatieve ingreep. Daarom bent u door uw behandelend internist-nefroloog doorverwezen naar een chirurg van Gelre ziekenhuizen. De chirurg voert de operatie uit. Wat is een shunt? Een shunt is een inwendige verbinding tussen ader en slagader die operatief wordt aangelegd. Door deze verbinding stroomt het bloed van de slagader in de ader. In de ader ontstaat een hogere druk en het bloed gaat sneller stromen. De ader zet uit en krijgt een dikkere wand, zodat de shunt makkelijker te prikken is. Een shunt is de toegang tot uw bloedbaan om te kunnen dialyseren. Via deze toegang kan voldoende bloed naar de kunstnier stromen, zodat daar afvalstoffen en vocht uit uw bloed kunnen worden verwijderd. De shunt wordt meestal aangelegd in één van de onderarmen. Is dit niet mogelijk dan wordt de shunt in de elleboog of bovenarm geplaatst. Bent u rechtshandig dan wordt de shunt in het algemeen in de linkerarm geplaatst; bent u linkshandig dan komt de shunt in uw rechterarm. Is een shunt noodzakelijk voor dialyse? Als er geen goed functionerende shunt beschikbaar is, kan voor dialyse ook kortdurend gebruik worden gemaakt van een dialysekatheter in een groot bloedvat (ongetunnelde katheter). Vanwege het risico van infectie wordt het gebruik van tijdelijke dialysekatheters echter zo veel mogelijk vermeden. Gebruik van de shunt De shunt wordt gebruikt bij de hemodialyse. De shunt wordt over het algemeen aangeprikt met twee naalden, namelijk (zie figuur 1): één naald voert uw ongezuiverde bloed naar de kunstnier; één naald voert het bloed dat gezuiverd is door de kunstnier weer terug naar uw lichaam. Na de dialyse verwijdert de dialyseverpleegkundige de twee naalden en drukt u zelf de prikgaatjes dicht totdat het bloeden is gestopt. Dialyse DIAL-502.2 22 december 2015 pagina 1/7

Figuur 1. de twee naalden in de shunt in de onderarm Twee soorten shunts Er zijn twee soorten shunts, te weten: Een shunt gemaakt van uw eigen vaten. Een shunt gemaakt van kunststof materiaal. Soms is het niet mogelijk om een directe verbinding te maken tussen een ader en slagader met uw eigen bloedvaten. In zo n geval wordt een verbinding gemaakt met kunststof materiaal. Voorbereidingen voor de operatie Voor het aanleggen van een shunt verblijft u twee à drie dagen in Gelre ziekenhuizen Apeldoorn. Meestal wordt u de dag vóór de operatie opgenomen. Voor de operatie zijn enkele voorbereidingen nodig: Gebruik antistollingsmedicijnen Gebruikt u antistollingsmedicijnen ( bloedverdunners : Ascal, Aspirine of Sintrom)? Dan spreekt de chirurg met u af hoe u deze medicijnen moet innemen op de dagen rond de operatie. Bloeddruk meten, bloedafname of infuus aanleggen Let op: als bekend is in welke arm bij u een shunt wordt geplaatst, mag er vanaf dat moment bij die arm geen bloeddruk meer worden gemeten, bloed worden afgenomen of een infuus worden aangelegd. Eventueel moet u een arts of verpleegkundige hieraan herinneren. Vaatonderzoek (Duplex) Voor de operatie moet worden vastgesteld welke bloedvaten er gebruikt kunnen worden voor de aanleg van de shunt. Daarom wordt met een echo-onderzoek de conditie van de vaatwand en de stroomsnelheid van het bloed in de vaten onderzocht. Dit onderzoek heet Duplex en vindt plaats op afdeling Biometrie. Meer informatie leest u in paragraaf Onderzoeken van de shunt. Bezoek anesthesioloog Als voorbereiding op de operatie onderzoekt de anesthesioloog of er nog andere onderzoeken nodig zijn vóór u geopereerd mag worden. De anesthesioloog bepaalt of locale verdoving voldoende is of dat narcose noodzakelijk is. Dialyse DIAL-502.2 22 december 2015 pagina 2/7

Operatie Op de operatiekamer wordt uw arm verdoofd door een injectie in de oksel. In een enkel geval besluit de anesthesioloog in overleg met u tot algehele narcose. De operatie wordt uitgevoerd door een vaatchirurg en neemt ongeveer een uur in beslag. Na de operatie De eerste dagen na de operatie kan het zijn dat uw hand en onderarm enigszins gezwollen zijn. U kunt het beste uw arm wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen.na de operatie controleert de verpleegkundige van de verpleegafdeling regelmatig de shunt op goede doorstroming. De dialyseverpleegkundige komt na de operatie of de volgende ochtend ook de shunt inspecteren. Hij/zij regelt een polikliniek afspraak op het dialysecentrum voor shuntcontrole een week na de operatie. Controles van de shunt Na de operatie controleert de verpleegkundige regelmatig de shunt en leert u hoe u zelf de controles thuis kunt uitvoeren. Wij raden u aan de shunt twee maal per dag te beluisteren, te bevoelen, en te bekijken om eventuele veranderingen in het functioneren van de shunt vast te kunnen stellen. Luisteren Door de shunt regelmatig te beluisteren, gaat u uw eigen shunt herkennen en kunt u veranderingen vaststellen. Voor het luisteren brengt u uw shuntarm naar uw oor. U kunt ook luisteren met een stethoscoop. Luister bij voorkeur steeds op dezelfde plek. Zorg ervoor dat u niet teveel druk uitoefent op de shunt, omdat dit het geluid kan beïnvloeden. Het shuntgeluid dat u hoort wordt veroorzaakt door de kracht waarmee het bloed door de shunt stroomt. Veranderingen die u kunt horen zijn: zachter worden van het geluid; een hoger geluid of geen geluid; geen geluid. Treden er veranderingen op? Neem dan contact op met de dialyseafdeling (zie bereikbaarheid). Kijken en voelen Door regelmatig te kijken en te voelen raakt u bekend met de shunt en kunt u veranderingen vaststellen. De veranderingen kunnen zijn: verkleuring van de huid; slechte wondgenezing van de prikgaatjes en andere wondjes op de huid; zwelling; pijnlijke of harde shunt; gevoelloze vingers; blauwe vingers; de trilling in de shunt is niet of niet goed voelbaar of de shunt is gaan kloppen. Dialyse DIAL-502.2 22 december 2015 pagina 3/7

Treden er veranderingen op? Neem dan contact op met de dialyseafdeling (zie bereikbaarheid). Wanneer kan de shunt gebruikt worden voor hemodialyse? Een shunt van eigen vaten heeft gemiddeld zes tot acht weken nodig om zich te ontwikkelen. Na deze periode kan de shunt worden aangeprikt. Ook een kunststof shunt kan als regel niet direct in gebruik worden genomen. Het duurt namelijk vier tot zes weken tot het weefsel is vastgegroeid aan het kunststof bloedvat. Meestal wordt deze periode afgewacht tot de shunt voor de eerste keer wordt aangeprikt. Onderzoeken van de shunt Om de werking van de shunt te onderzoeken, zijn er verschillende onderzoeken mogelijk. Vaatonderzoek (Duplex) Meestal wordt ongeveer zes weken na de operatie van de shunt een duplex onderzoek gedaan op afdeling Biometrie. Bij dit onderzoek wordt de shunt onderzocht met onhoorbare geluidsgolven. Deze geluidsgolven worden opgevangen en geven een beeld van de shunt en de snelheid van de bloedstroom in de shunt. Er wordt gel op de huid aangebracht om het geluid optimaal te geleiden. Met een apparaatje, dat de geluidsgolven uitzendt en ontvangt wordt over de huid bewogen. Het onderzoek is pijnloos en duurt ongeveer 45 minuten. Dit onderzoek wordt voor een goede bewaking van de shunt meerdere keren per jaar herhaald. Shuntfoto Wanneer wordt vermoed dat een shunt niet meer goed functioneert, wordt een shuntfoto gemaakt. Een shuntfoto is een röntgenfoto waarbij door contrastvloeistof de shunt zichtbaar wordt gemaakt. Met dit onderzoek wordt vastgesteld of en waar in de shunt vernauwingen zijn ontstaan. Vlak voor het onderzoek brengt een radioloog een naald in. De contrastvloeistof wordt toegediend via deze naald. Daarna worden de röntgenfoto's gemaakt. Het onderzoek duurt ongeveer 20 minuten en is niet geheel pijnloos. Bent u overgevoelig voor contrastvloeistof, meld dit dan voor het onderzoek. Shuntflowmeting De dialyseverpleegkundige meet tijdens de dialyse één keer per maand en zo nodig vaker de druk en de bloedstroom (flow) in de shunt. Dit gebeurt met een apparaat (Transonic flowmeter). Door deze metingen kunnen eventuele shuntproblemen zoals vernauwingen in een vroeg stadium worden ontdekt. Indien nodig wordt verder onderzoek gedaan. De metingen zijn pijnloos en duren ongeveer 15 minuten. Dialyse DIAL-502.2 22 december 2015 pagina 4/7

Leefregels Het is belangrijk goed met uw shunt om te gaan om: de shunt zo lang mogelijk te kunnen gebruiken; complicaties zoals stolling, infectie en bloeding te voorkomen; tijdig in te kunnen grijpen als zich complicaties voordoen. Het is belangrijk dat u de volgende leefregels in acht neemt: Ga niet op de shuntarm liggen. Draag geen knellende kleding, armbanden of horloge aan de shuntarm. Krab niet aan korstjes op de shuntarm. Vermijd extreme koude of warmte. Draag geen zware tassen of andere zware dingen met de shuntarm. Gebruik de shuntarm niet voor het meten van de bloeddruk. Gebruik de shuntarm niet voor het afnemen van bloed of aanleggen infuus. Gebruik de shuntarm gewoon, maar overbelast deze arm niet. Mogelijke complicaties De volgende complicaties kunnen optreden. Bloeduitstorting Een bloeduitstorting wordt ook wel hematoom genoemd. Een bloeduitstorting onder de huid kan direct na de operatie ontstaan, maar ook tijdens of na het gebruik van de shunt voor dialyse. Meestal verdwijnt de bloeduitstorting vanzelf binnen enkele dagen. Neem contact op met de dialyseafdeling als de bloeduitstorting groter wordt of wanneer de pijn toeneemt (zie bereikbaarheid). Pijnlijke, rode of gezwollen shunt Een pijnlijke, rode of gezwollen shunt kan wijzen op een infectie en op een irritatie van de huid. Mogelijke oorzaken zijn het gebruik van pleisters, ontsmettingsmiddelen en/of het gebruik van verdovingscrème ter voorbereiding op het aanprikken van de shunt. Neem uw temperatuur op. Neem bij 38 0 C of meer contact op met de dialyseafdeling (zie bereikbaarheid). Nabloeden uit de prikgaatjes Na afloop van de dialysebehandeling kan het zijn dat de prikgaatjes weer gaan bloeden. Druk met uw vinger de prikgaatjes nogmaals af met een gaasje. Is het nabloeden na een uur niet gestopt, neem dan contact op met de dialyseafdeling (zie bereikbaarheid). Gevoelloze, koude en/of blauwe vingers Door de aanleg van de shunt kan een verminderde bloedtoevoer naar uw hand optreden, waardoor u gevoelloze of koude en/of blauwe vingers kunt krijgen. Dialyse DIAL-502.2 22 december 2015 pagina 5/7

Ook wel het 'stealsyndroom' genoemd. U kunt de bloeddoorstroming naar de hand verbeteren door uw hand wat lager te leggen of uw shunthand te verwarmen, bijvoorbeeld door een handschoen aan te trekken. Geef deze klachten wel door aan uw behandelend nefroloog of dialyseverpleegkundige. Vernauwing van de shunt of stolling Een vernauwing of stolling van de shunt is herkenbaar als u luistert en voelt aan de shunt (zie paragraaf Controles van de shunt ). U merkt dan verandering van het shuntgeluid en de trilling in de shunt, doordat u de trilling in de shunt niet goed of helemaal niet meer voelt en het geluid minder is of niet meer te horen is. De complicatie vormt een directe bedreiging voor uw shunt en het is voor het behoud van de shunt noodzakelijk om zo snel mogelijk te proberen deze complicatie te behandelen. Neem direct contact op met de dialyseafdeling (zie bereikbaarheid). Behandeling van complicaties Dotterprocedure Is in de shunt een vernauwing geconstateerd, dan wordt meestal besloten om te dotteren op de röntgenafdeling. Dotteren is het oprekken van de vernauwing door een ballonnetje dat vastzit aan een katheter. Via een naald wordt deze katheter ingebracht in de shunt. Door het ballonnetje op te blazen op de plaats van de vernauwing, verdwijnt de vernauwing na enige tijd. De arts bespreekt voor het onderzoek de pijnstilling (soms via een injectie) met u omdat deze dotterprocedure pijnlijk kan zijn. Meestal wordt de dotterprocedure gepland op een dialysedag zodat u na deze behandeling direct uw dialysebehandeling kan ondergaan. Is dit niet het geval? Dan wordt na de dotterprocedure de naald verwijderd, wordt het prikgaatje weer afgedrukt en kunt u weer naar huis. Verwijderen van een stolsel ('thrombectomie') Wanneer is vastgesteld dat uw shunt niet meer functioneert door stolling van het bloed in de shunt, moet de shunt weer doorgankelijk worden gemaakt om dialyse weer mogelijk te maken. Het doorgankelijk maken van een gestolde shunt vindt plaats op de operatiekamer en wordt door een chirurg gedaan. Met een speciale techniek probeert de radioloog het stolsel uit de shunt los te spoelen. Als er op de foto die hierna gemaakt wordt een vernauwing zichtbaar is, wordt deze meestal direct gedotterd (zie paragraaf 'Dotterprocedure'). Lukt het niet om de shunt tijdig doorgankelijk te maken en moet de dialyse wel doorgang vinden, dan moet er een dialysekatheter worden ingebracht die dan tijdelijk kan worden gebruikt totdat de shunt weer bruikbaar is. Uw behandelend arts bespreekt dit met u. Dialyse DIAL-502.2 22 december 2015 pagina 6/7

Operatie Is er een ernstige vernauwing geconstateerd of is de shunt gestold en is verwijdering van het stolsel niet mogelijk? Dan kan het aanleggen van een nieuwe shunt noodzakelijk zijn. Voor deze operatieve ingreep wordt u waarschijnlijk weer opgenomen in Gelre ziekenhuizen Apeldoorn. Vragen? Heeft u na het lezen van deze brochure nog vragen? Dan kunt u deze stellen aan uw behandelend nefroloog of de dialyseverpleegkundige. Of neem contact op met de dialysecentrum van Gelre ziekenhuizen Apeldoorn. Bereikbaarheid Het Dialysecentrum Apeldoorn van Gelre ziekenhuizen is bereikbaar tijdens kantooruren: maandag t/m vrijdag: 8.30 17.00 uur tel: 055-581 88 10 Op alle andere tijden kunt u contact opnemen met de dialyseverpleegkundige die bereikbaarheidsdienst heeft. U belt dan het algemene nummer van het ziekenhuis: 055-581 81 81 en vraagt naar de dienstdoende dialyseverpleegkundige. Merkt u veranderingen op aan de shunt (zie controles van de shunt )? Dan hoeft u hiervoor niet na 21.00 uur contact op te nemen. U kunt hiervoor de eerstvolgende ochtend (ook op zondag) contact opnemen met het dialysecentrum of de dienstdoende dialyseverpleegkundige. Dialyse DIAL-502.2 22 december 2015 pagina 7/7