Bijlage 1. A. Vragenlijst Gezondheidstoestand (PBGO)



Vergelijkbare documenten
Sportduiker. Intrede onderzoek

DE ARBOUW-MONITOR. Analyses van de PBGO-bestanden 1989/1990, 1993/1994, 1995/1996 en 1997/1998. December

Achtergrond scores bedrijfsrapport mijnvolandis

WERK EN GEZONDHEID IN DE BOUWNUVERHEID EEN BEROEPENOVERZICHT

Voor de door u aangevraagde keuring zijn de hieronder aangekruiste blokken van bijzonder belang. U dient deze in ieder geval te beantwoorden.

Vragenlijst Specifieke keuring

Voor de door u aangevraagde keuring zijn de hieronder aangekruiste blokken van bijzonder belang. U dient deze in ieder geval te beantwoorden.

Vragenlijst. Datum:... Persoonlijke gegevens

Brancheportret. Natuursteen - bedrijf. juni 2013

Keuringseisen Parachutespringen

Brancheportret. Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf. juni 2013

Brancheportret. Natuursteen - bedrijf. mei 2015

Brancheportret. Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf. mei 2015

Naam: Voornaam: Adres: Postcode: Woonplaats: Geboortedatum: M/V. Tel.nr.: adres: Beroep: Opleiding: Sport, Hobby: Medicijngebruik:

Bedrijfstakatlas 2010

ARS GEZONDHEID EN WERKBELEVING IN DE BOUW ATLAS. J.P.J. Broersen A. Bloemhoff J.C. van Duivenbooden A.N.H. Weel F.J.H. van Dijk

Bedrijfstakatlas 2012

Gezondheidsverklaring

MEDISCHE VRAGENLIJST

Intake Fightclub Zeeland

Intake formulier fysiotherapie / manuele therapie

Chiropractie Brunssum intake formulier nieuwe klant

SPORTMEDISCHE VRAGENLIJST VeVa

INTAKE ADEMSPECIALIST

Gezondheidsverklaring

Naam en voorletters :... Man / Vrouw Roepnaam :...

Wij brengen uw huisarts graag op de hoogte van de keuring, gaat u hiermee akkoord? Ja / Nee. Huisarts :... Adres :... Postcode en woonplaats:...

Waar kent u Medisch Centrum Breda van? Huidige behandelingen en medicatie: ja nee

SPORTMEDISCHE VRAGENLIJST DUIKEN

Praktijk voor Massagetherapie Josephine van der Woude Beroepsvereniging NVST A-Therapeut lidnr SR BAG lidnr.

pro personal fit medisch intakeformulier Achternaam: Voorletters: M V Adres: Telefoon: Mobiel: 06 Beroep: Werkgever:

Intake formulier. Heeft u ook last van bijwerkingen? Zo ja, welke? 1 Wat is de reden van uw komst?... 3 Wanneer zijn deze klachten ontstaan?...

SPORTMEDISCHE VRAGENLIJST

SWI-P & SWA-P. Subjectieve Werkbelevings- Index & Analyse Prevent

SPORTMEDISCHE VRAGENLIJST

Sportmedische anamnese

Geachte mevrouw, meneer,

Achtergrond scores bedrijfsrapport mijnvolandis

Eigen medische verklaring van:

Vragenlijst voor de keuring van een stamcel-/lymfocytendonor.

Vragenlijst voor volwassenen:

Vragenlijst over arbeidsgerelateerde luchtwegklachten.

Lees meer in de Toelichting onder het kopje Verandert uw gezondheid?. Hoeveel uren werkt u per week? Uw werk bestaat uit: - lichamelijke arbeid uur

2. Bent u op dit moment onder behandeling van de huisarts, bedrijfsarts of een specialist? nee ja:

Gezondheidsvragenlijst Endoscopie

Geachte mevrouw /meneer, verzorger(s),

HEALTHCHECK VRAGENLIJST GEZONDHEIDSDAG 2014

Intake formulier. Heeft u ook last van bijwerkingen? Zo ja, welke? 1 Wat is de reden van uw komst?... 3 Wanneer zijn deze klachten ontstaan?...

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Anamneseformulier. Natuurgeneeskundig Centrum Samenwerken aan gezondheid. Naam Geboortedatum Adres Postcode & Woonplaats Telefoon Beroep

De vragenlijst bestaat uit enkele vragen over uw algehele gesteldheid en specifieke vragen over mogelijke buikklachten die u ervaart.

Gezondheid en inzetbaarheid: trends en cijfers Glastuinbouw 2013

sedatiefolder heeft gelezen en begrepen en dat u toestemming geeft voor sedatie. Zonder uw toestemming kunnen wij uw onderzoek niet plannen.

Bedrijfstakatlas 2014

Lees meer in de Toelichting onder het kopje Verandert uw gezondheid?. Hoeveel uren werkt u per week? Uw werk bestaat uit: - lichamelijke arbeid uur

Wat is de hoofdklacht waarvoor u behandeling zoekt? (bijkomende klachten kunt u verderop vermelden)

Mesoloog D.M. Fysiotherapeut NAET - therapeut SiVAS therapeut

Gezondheidsverklaring

Resultaten voor Brussels Gewest Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997

Dit formulier wordt anoniem verstuurd en op basis van het patiëntnummer aan uw dossier gekoppeld. Ter controle graag uw geboortedatum: / / Beroep:

1 Algemene gegevens. gezondheidsverklaring voor een levensverzekering met arbeidsongeschiktheidsdekking. Polisnummer Naam verzekerde

Vragenlijst voor de keuring van een stamcel/lymfocytendonor

1 Algemene gegevens. gezondheidsverklaring voor een levensverzekering zonder arbeidsongeschiktheidsdekking. Polisnummer Naam verzekerde

Vragenlijst Sportmedisch onderzoek SMA Mediweert

Naam: Geboortedatum: 3a. Hebt U een acuut reuma gehad? (II) (I)

Naam:... Adres:... Postcode en woonplaats:... Telefoon privé:... Werk:... Mobiel :... adres:... Geboortedatum :... Geslacht :... Huisarts:...

Inventarisatie behoeften van

Gezondheidsverklaring voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering of een levensverzekering met arbeidsongeschiktheidsdekking

Resultaten voor België Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997

Medisch acceptatieformulier

o man o vrouw Geboortedatum: Telefoonnr. 0 - Mobiel 06- wijd open blijven staan van de mond blokkeren van de kaken

IN TE VULLEN DOOR ASSURIA:

PAGO-bedrijfsrapport. PAGO-Bedrijfsrapport uitgebreid. november 2013

Gezondheidsverklaring voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering of een levensverzekering met arbeidsongeschiktheidsdekking

1 Voor welke klacht(en) komt u hier? (in volgorde van belangrijkheid) 2 Wanneer zijn uw klachten begonnen? Jaar... maand...(eventueel exacte datum)

Postadres Postbus CP s-gravenhage T (070) Inschrijving Handelsregister K.v.K AFM-register

Osteopathie Leeuwarden Harlingerstraatweg CN Leeuwarden Tel

Vragenlijst. S.v.p. helemaal invullen vóór uw bezoek aan de vaatverpleegkundige

Inleiding. Bespreking pagina 1

Gezondheidsverklaring

pre-operatieve vragenlijst

Overlijdensrisicoverzekering

Naam:... Telefoon thuis: Adres:. Telefoon werk: Postcode :.. Woonplaats:. Telefoon mobiel:.

Deze vragenlijst kan daarbij helpen. Checklist binnenklimaat I. Informatie over de werkplek. jaar

Gezondheidsverklaring

Gezondheidsverklaring voor een levensverzekering (zonder arbeidsongeschiktheidsdekking)

GEZONDHEIDSVRAGENLIJST

De 10 Dagen Detox Test

AANVRAAGFORMULIER AZPAS-VERZEKERING

Snurkvragenlijst. Ik heb een afspraak op de snurk-/slaap apneupoli op: Snurkt u `s nachts? Sinds hoeveel jaar snurkt u?

ATTENTIE voor u gaat invullen: DIT FORMULIER EERST DOWNLOADEN EN OPSLAAN OP UW EIGEN COMPUTER!

Overlijdensrisicoverzekering

4. Wat zijn uw klachten? Specifieke omschrijving patiënt;

Vragenlijst Hoofdpijn Centrum Zutphen

Gezondheidsvragenlijst voor sedatie met Propofol

AANVRAAGFORMULIER AZPAS-VERZEKERING

Vragenlijst Baan- en Wegatleten

Samenvatting. SBO Focus/ Venray. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO Focus. Ouders vinden 'Kennisontwikkeling' op school het belangrijkst

Mastocytose klachten lijst

6 Meervoudige problematiek bij werknemers

Transcriptie:

Bijlage 1 A. Vragenlijst Gezondheidstoestand (PBGO) 1. Bent u vaak moe Zo ja: - Bij het opstaan? - Na het werk? - 's Avonds? 2. Bent u vaak slaperig of suf? 3. Slaapt u slecht? 4. Heeft u voortdurend het gevoel dat U er niet tegenop kunt? 5. Heeft u nerveuze klachten (last van "zenuwen")? Zo ja: - Bent u vaak prikkelbaar? - Bent u opgewonden of gejaagd? 6. Draagt u een bril of contactlenzen? 7. Heeft u klachten over het zien? (zelfs als U contactlenzen of Uw bril draagt)? Zo ja: - Bij zien veraf? - Bij zien dichtbij? 8. Heeft U klachten over de oren? Zo ja: - Slecht horen? - Oorsuizen? - Loopoor? 9. Is uw neus regelmatig verstopt? Zo ja: - Langer dan 3 maanden achter elkaar? 10. Bent u vaak hees? 11. Moet U regelmatig hoesten? Zo ja: - Moet U gedurende de laatste twee jaar regelmatig hoesten? - Hoest U langer dan 3 maanden achter elkaar? - Moet U ook slijm ophoesten? 12. Heeft nogal eens last van kortademigheid? Zo ja: - In rust? - Bij lichte lichamelijke inspanning (gewoon lopen)? - Bij zwaardere lichamelijke inspanning (de trap oplopen, tegen de wind inlopen of fietsen)? - Komt de kortademigheid in aanvallen van benauwdheid (astma)? 13. Heeft U 's nachts vaak last van benauwdheid? Zo ja: - Is het noodzakelijk op meer dan één kussen te slapen? 14. Heeft U nogal eens pijn of een beklemd gevoel op de borst of in de hartstreek? Zo ja: - In rust? 47

- Bij lichte lichamelijke inspanning (gewoon lopen)? - Bij zwaardere lichamelijke inspanning (de trap oplopen, tegen de wind inlopen of fietsen)? - Bij opwinding? - Bij overgang van warmte naar koude? - Na de maaltijd? 15. Moet U 's nachts gewoonlijk meer dan eens plassen? 16. Heeft U 's avonds vaak dikke voeten? 17. Heeft u regelmatig klachten in de maagstreek? Zo ja: - Maagpijn? - "Zuur branden" 18. Heeft u regelmatig buikpijn? Zo ja: - In hevige aanvallen? - Langdurig en zeurend? 19. Heeft U regelmatig problemen met de ontlasting? Zo ja: - Verstopping? - Diarree? - Bloed bij de ontlasting? 20. Heeft u een breuk (liesbreuk, navelbreuk, of andere breuk)? 21. Heeft U klachten bij het plassen? Zo ja: - Moet U vaak plassen? - Plast U moeilijk? - Heeft u een branderig gevoel bij het plassen? 22. Heeft u regelmatig pijn of stijfheid in de bovenste ledematen? Zo ja: - Schouder? - Bovenarm? - Elleboog? - Onderarm? - Pols? - Hand of vingers? 23. Heeft u regelmatig pijn of stijfheid in de onderste ledematen? Zo ja: - Heup? - Bovenbeen? - Knie? - Onderbeen? - Enkel? - Voet of tenen? 24. Heeft u regelmatig pijn of stijfheid in de nek? Zo ja: - Trekt het ergens naar toe? 25. Heeft u regelmatig pijn of stijfheid in de rug? Zo ja: - Midden in de rug? - In de lendestreek? - Trekt het ergens naar toe? 48

26. Heeft u regelmatig last van ernstige hoofdpijn? Zo ja: - Migraine? 27. Bent u vaak duizelig? Zo ja: - Moet U dan gaan zitten? - Valt U dan flauw? - Bent U duizelig bij verandering van houding? 28. Heeft u spataderen? 29. Heeft U pijn in de kuit(en) gedurende het lopen? 30. Bent U ergens overgevoelig voor? Zo ja: hebt U daarbij last van: - De huid (bijv. uitslag, jeuk)? - De neus (bijv. loopneus)? - De ademhaling (bijv. benauwd, kriebelhoest)? 31. Bent U de afgelopen 6 maanden wel eens van uw werk thuis gebleven wegens ziekte of ongeval? Zo ja: om wat voor ongeval, ziekte of klacht ging het? (s.v.p. hiernaast aangeven) 32. Bent u de laatste vijf jaar onder behandeling geweest voor één of meerdere van de hieronder genoemde ziekten of aandoeningen (geneesmiddelen, operaties, dieet, rustkuur, bestraling, massage of leefregels); - Suikerziekte? - Hoge bloeddruk? - Hartziekte? - Vaatziekte (bijv. trombose)? - Overgewicht? - Overspannenheid? - Slapeloosheid? - Epilepsie (of vallende ziekte)? - Huidziekte - Bronchitis (of astma)? - Rheuma? - Spier- of gewrichtsklachten? - Langdurige nek- of rugklachten? - Maag? - Galblaas? - Lever (bijv, geelzucht)? - Nieren of blaas? - Ernstig ongeval? - Andere ziekten of aandoeningen? Zo ja, welke (s.v.p. hiernaast aangeven) 33. Bent u de laatste vijf jaar geopereerd? - Waarvoor? (korte omschrijving hiernaast) 34. Gebruikt U nogal eens geneesmiddelen (ook slaapmiddelen, aspirine, enz.)? Zo ja: welke (s.v.p naam en aantal hiernaast aangeven) 49

35. Zijn één of meer van Uw ouders, broers, zusters voor het 55e jaar lijdende (geweest) aan een: - Hartinfarct? - Beroerte (hersenbloeding)? - Te hoge bloeddruk? - Suikerziekte? - Bronchitis (of astma)? 36. Heeft U nog iets anders ver uw gezondheid aan te merken Zo ja, (s.v.p. hiernaast een korte omschrijving) 37. Heeft U ooit gerookt? Zo nee: dan kunt u doorgaan naar vraag 38 Zo ja: Rookt U nu nog? Zo nee: wanneer bent u gestopt? - afgelopen jaar? - 1 tot 5 jaar geleden? - meer dan 5 jaar geleden? Zo ja: hoeveel sigaretten, shagjes of sigaartjes per dag? - minder dan 10? - meer dan 20? hoeveel pijpen of grote sigaren per dag? - minder dan 5? - 5 tot 10? - meer dan 10? Hoelang rookt u of rookte U? - korter dan een jaar? - 1 tot 5 jaar? - 5 tot 10 jaar? - 10 tot 20 jaar? - langer dan 20 jaar? 38 Drinkt U alcoholische drank (bier, jenever, wijn of dergelijke) Zo ja: hoeveel glazen per week? - minder dan 10? - 10 tot 25? - 25 tot 50? - meer dan 50? 39 Spant U zich lichamelijk wel eens flink in? - Tijdens het werk? - In vrije tijd (bijv. sport)? 40. Denkt U, dat U in deze lijst klachten heeft genoemd die mogelijk met het werk samenhangen? Zo ja, wilt U hiernaast aangeven: nummer van de vraag, klacht en oorzaak volgens U: 41. Voelt u zich gezond? 42. Zijn alle in deze lijst opgenomen klachten bij Uw huisarts of specialist bekend Zo nee, welke klachten niet (wilt U de nummers die voor de desbetreffende vragen staan, hiernaast vermelden, eventueel met korte omschrijving) 43. Heeft U er bezwaar tegen, dat gegevens van dit onderzoek eventueel naar uw huisarts worden gestuurd? 50

B. Vragenlijst Werkomstandigheden (PBGO) 1. Ondervindt U tijdens het werk veel hinder van langdurig zitten? 2. Ondervindt U tijdens het werk veel hinder van langdurig staan? 3. Ondervindt U tijdens het werk veel hinder van langere tijden werken in een dezelfde houding? 4. Ondervindt U tijdens het werk veel hinder van regelmatig bukken? 5. Is u werk lichamelijk inspannend? 6. Is uw werk geestelijk erg inspannend? 7. Moet U zich tijdens het werk sterk concentreren? 8. vereist Uw werk grote nauwkeurigheid? 9. Kunt u gemakkelijk weg van de plaats waar u werkt? 10. Werkt u geregeld onder tijdsdruk? 11. Ondervindt U in het werk veel hinder van lawaai? 12. Ondervindt U veel hinder van (mechanische) trillingen of schokken in het werk? 13. Ondervindt U in het werk veel hinder van - stank? - stof? - rook? - damp of nevel? - gas? 14. Ondervindt U in het werk veel hinder van - koude? - warmte? - temperatuurwisselingen? - tocht? - droge lucht? - vochtige lucht? - gebrek aan frisse lucht? - licht en/of verlichting? 15. Vindt U dat het in orde is met de veiligheid in het werk? 16. Is uw werk meestal boeiend? 17. Hebt U in u werk voldoende afwisseling? 18. Vindt U uw werk te eenvoudig? 19. Hebt U werk dat bij u past? 20. hebt U meestal plezier in uw werk? 21. Wordt uw werk vaak belemmerd door onverwachte situaties? 22. Is het werk doorgaans goed georganiseerd? 23. Werkt U onder een goede dagelijkse leiding? 24. Houdt de dagelijkse leiding voldoende rekening met wat u zegt? 25. Heeft de dagelijkse leiding een juist beeld van uw werk? 51

26. Ergert U zich vaak aan anderen op het werk? 27. Vindt U de onderlinge sfeer op het werk goed? 28. Kunt u voldoende overleggen over uw werk? 29. Wordt U in Uw werk bemoeilijkt door afwezigheid van anderen 30. Wordt U in Uw werk geregeld gehinderd omdat anderen hun werk niet goed doen? 31. Biedt deze werkkring U voldoende zekerheid? 32. verwacht U voor Uzelf binnenkort ongunstige veranderingen in uw werk? 33. Zijn Uw vooruitzichten bij deze werkgever goed? 34. Voelt u zich in dit bedrijf voldoende gewaardeerd? 35. Vindt U Uw beloning in overeenstemming met uw werk? 36. Moet U vaak iets doen wat eigenlijk niet tot uw taak behoort? 37. Weet U waarvoor U wel en niet verantwoordelijk bent in Uw werk? 38. Weet U wat anderen op de afdeling van u verwachten? 39. Zijn er omstandigheden in het werk die en ongunstige invloed hebben op uw privé-leven? 40. Wordt Uw leven ongunstig beïnvloed door onregelmatige werktijden? (zoals: ploegendienst, nachtdienst en overwerk). 41. Welke belangrijke aspecten van Uw werk zijn niet aan de orde gesteld? (s.v.p. hieronder aangeven). 42. Al met al, vindt u nu zelf dat U goed, redelijk, matig of niet goed zit met Uw werk (slechts een hokje aankruisen)? - goed - redelijk - matig - niet goed 52

Bijlage 2 De schalen (clusters) van het PBGO De benamingen van de somscores van de werkvragen uitgesplitst naar de afzonderlijke werkvragen waarop deze gebaseerd zijn. Werkhoudingen: - veel hinder van langdurig staan - veel hinder van langere tijd in een zelfde houding werken - veel hinder van regelmatig bukken Psychologische taakeisen - werk geestelijk erg inspannend - tijdens het werk sterk concentreren - werk vereist grote nauwkeurigheid - geregeld onder tijdsdruk werken Fysieke arbeidsomstandigheden: lawaai, trillingen en stof - in het werk veel hinder van lawaai ondervinden - in het werk veel hinder van (mechanische) trillingen of schokken ondervinden - in het werk veel hinder van stof ondervinden Toxische stoffen: stank/rook/nevel/gas: - veel hinder van stank - veel hinder van rook - veel hinder van dam of nevel - veel hinder van gas Klimaat: - veel hinder van koude - veel hinder van warmte - veel hinder temperatuurwisselingen - veel hinder van tocht Werkorganisatie en leiding: - werk is niet goed georganiseerd - geen goede dagelijkse leiding - onvoldoende inspraak - de leiding ontbreekt het aan werkinzicht Duidelijkheid taken: - doet oneigenlijke dingen - onduidelijke verantwoordelijkheden - weet niet wat anderen verwachten Samenwerking: - werksfeer is slecht - er is onvoldoende overleg - werk wordt bemoeilijkt door de afwezigheid van anderen - wordt gehinderd door slecht werk van anderen 53

Interessantheid werk - werk meestal niet boeiend - werk onvoldoende afwisselend - werk te eenvoudig - werk past niet bij mij - geen plezier in werk Vooruitzichten - er is onvoldoende zekerheid - verwacht ongunstige veranderingen - vooruitzichten zijn niet goed Oordeel werkbeleving: - werk al met al matig - werk al met al niet goed Psychische klachten: - slecht slapen - vaak nerveus - vaak prikkelbaar - opgewonden of gejaagd Maag- en buikklachten: - regelmatig klachten in de maagstreek - regelmatig buikpijn Klachten aan de bovenste ledematen: - regelmatig pijn of stijfheid in de bovenste ledematen Klachten aan de onderste ledematen: - regelmatig pijn of stijfheid in de onderste ledematen Nek- en rugklachten: - pijn of stijfheid in de nek - pijn of stijfheid in de rug 54

Bijlage 3 De bedrijfstakatlassen De eerste Atlas Gezondheid en Werkbeleving naar beroep 1. Inleiding De bouwnijverheid geldt, als het om veiligheid en gezondheid gaat, als één van de meest onderzochte bedrijfstakken in Nederland. Door de jaren heen is een schat aan gegevens verzameld. Toch is deze informatie niet voor iedereen toegankelijk en is er van een compleet overzicht van de diverse beroepen met hun specifieke gezondheidsrisico's al helemaal geen sprake. Een eerste aanzet om meer inzicht te verkrijgen in de specifieke risico's en het meer toegankelijk maken van de beschikbare informatie werd in 1991 gegeven door het Coronel Laboratorium te Amsterdam in samenwerking met de Bedrijfsgezondheidsdienst (BGD) Oost-Gelderland. Op basis van de gegevens van het Periodiek BedrijfsGezondheidskundig Onderzoek (PBGO) is de eerste 'Atlas Gezondheid en Werkbeleving naar Beroep' opgesteld. Deze atlas had tot doel inzicht te geven in de werkbeleving en de beroepsgebonden gezondheidsrisico's van de werknemers in de regio. Het onderzoek beperkte zich echter niet alleen tot de bouwnijverheid, ook de andere bedrijfstakken werden bij de studie betrokken. Door de brede opzet was het niet mogelijk om gedetailleerd op de afzonderlijke beroepen in te gaan. Toch bood deze eerste 'Atlas Gezondheid en Werkbeleving naar Beroep' voldoende aanknopingspunten voor een vervolgstudie, toegespitst op de bouwnijverheid. De waarde van zo'n bedrijfstakatlas is groot, omdat inzicht wordt verkregen in de specifieke beroepsgebonden gezondheidsklachten en hoe de werknemers in de afzonderlijke beroepen hun werkomstandigheden ervaren. Informatie die de BGD'en in staat stellen om gericht onderzoek naar mens en werkplek te verrichten. Op bedrijfstakniveau kan men beroepsgewijs trends en ontwikkelingen in de gezondheid en de werkbeleving volgen. Op basis hiervan kan de Stichting Arbouw onderbouwd prioriteiten stellen voor onderzoek, gerichte acties en dergelijke. In totaal worden in deze gezondheidsatlas voor de bouwnijverheid 36 bouwberoepen in kaart gebracht. Uniek is dat de gegevens uit de bouwnijverheid afgezet worden tegen die van de gemiddelde werknemer in de industrie. Hierdoor ontstaat een haarscherp beeld van de problematiek en de specifieke knelpunten in de bouwnijverheid. De 'Atlas Gezondheid en Werkbeleving in de bouw' is daardoor niet alleen een belangrijk instrument op bedrijfstakniveau, maar ook voor de bedrijven. is een gezamenlijke uitgave van het Coronel Laboratorium/ Studiecentrum Arbeid en Gezondheid, de Stichting Arbouw, het Nederlands Instituut voor Praeventieve Gezondheidszorg-TNO en de Bedrijfsgezondheidsdienst Oost-Gelderland. Deze atlas is nogal omvangrijk, mede vanwege enkele wetenschappelijk interessante onderdelen, die echter voor de praktische toepassingen van de Stichting Arbouw minder relevant zijn. Daarom heeft Stichting Arbouw ook een populaire uitgave in een wat handzamer formaat uitgebracht, met alle belangrijke informatie uit de atlas onder de titel "Werk en Gezondheid in de Bouwnijverheid: een beroepenoverzicht". Ter verhoging van de gebruikswaarde van deze uitgave zijn bij de beroepsbeschrijvingen ook de ziekteverzuim- en de WAO-cijfers opgenomen die in 1990 bij deze beroepen hoorden. Deze cijfers worden jaarlijks door het EIB (Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid) op verzoek van de Stichting Arbouw geleverd. Ze zijn echter geen onderdeel van de "Atlas Gezondheid en Werkbeleving in de bouw". 2. Materiaal en methoden Als basis voor het rapport "Werk en Gezondheid in de bouwnijverheid: een beroepenoverzicht" zijn de vragenlijsten genomen, die de werknemers tijdens het Periodiek Bedrijfsgezondheidkundig Onderzoek (PBGO) bij de BGD invullen. Voor het onderzoek is gebruik gemaakt van een tweetal bestanden. 55

Het eerste bestand, ook wel BGD-bestand of totale referentiepopulatie genoemd, is afkomstig van de BGD Oost-Gelderland en bevat naast de gegevens over werknemers in de bouwnijverheid ook informatie over werknemers uit industriële bedrijven en bedrijfstakken. Voor dit BGD-bestand werden in de periode 1981-1990 36.000 werknemers uit alle bij de BGD Oost-Gelderland aangesloten bedrijven en bedrijfstakken benaderd. Het tweede bestand, Arbouw-bestand, is afkomstig van de Stichting Arbouw en bestaat uit de PBGOgegevens van in totaal 11.035 werknemers. De gegevens zijn afkomstig van vijf BGD'en uit vijf verschillende regio's en zijn verzameld in de jaren 1989 en 1990. In het onderzoek worden de mannelijke en vrouwelijke werknemers afzonderlijk besproken. Bij alle gezondheidsvragen en bij een aantal werkbelevingsvragen is tenslotte nagegaan of er sprake was van een significant verschil (een verschil dat niet op toeval berust). Bij de gezondheidsvragen is eenzijdig getoetst. Bij de werkvragen tweezijdig. Verder zijn de klachtenpercentages voor de leeftijd gestandaardiseerd, zodat de verschillen niet aan verschillen in de leeftijdsopbouw toegeschreven kunnen worden. In de beroepenoverzichten zijn de klachtenpercentages van de beroepsgroepen uit het Arbouw-bestand vergeleken met de percentages van de totale populatie uit het BGD-bestand. Aangezien er verschillen in klachtenpercentages zijn geconstateerd tussen de verschillende regio's, is het klachtenpercentage van de totale populatie in het BGD-bestand gecorrigeerd naar regio. De bedrijfstakatlas 1993/1994 1. Inleiding De Bedrijfstakatlas 1993/1994 geeft per personeelssoort (CAO en UTA) en per beroep een duidelijk beeld hoe de werknemers in de bouwnijverheid hun werksituatie en hun gezondheid ervaren. Dit geschiedt aan de hand van overzichten die zijn gebaseerd op de gemiddelde antwoordpercentages op vragen over hun ervaren gezondheid en werksituatie. Deze vragen zijn gesteld tijdens het Periodiek Arbeids- Gezondheidskundig Onderzoek (PAGO) en het Gericht Periodiek Onderzoek (GPO) die alle werknemers in de bouwnijverheid op vrijwillige basis kunnen ondergaan. De Bedrijfstakatlas 1993/1994 is een geactualiseerde versie van de Arbouw-publicatie 'Werk en gezondheid in de bouwnijverheid', een beroepenoverzicht uit 1992. De belangrijkste verbeteringen van deze nieuwe atlas is dat deze 52 beroepen bevat (de vorige atlas beschreef er 32) en is gebaseerd op gegevens van veel meer werknemers afkomstig uit heel Nederland. De informatie per beroep wordt steeds op twee pagina's naast elkaar overzichtelijk en beknopt weergegeven. Dit is gebeurd door een selectie te maken van de meest relevante vragen. Bij de vragen over het werk werd een aantal bij elkaar horende vragen geclusterd tot een relevant werkaspect met een totaalscore-percentage. De resultaten hiervan, uitgedrukt in gemiddelde klachtenpercentages, staan grafisch weergegeven in het profiel 'Klachten over de gezondheid en de werksituatie'. Het betreft meestal gemiddelde scores op afzonderlijke vragen en soms gemiddelde scores van een aantal items die over hetzelfde onderwerp gaan. Gezien het feit dat klachten van het bewegingsapparaat in de bouwnijverheid de belangrijkste beroepsgebonden klachten zijn, staat bij elk beroep een mannenfiguur afgebeeld niet een overzicht van alle klachtenpercentages van het bewegingsapparaat. De locaties waarover men significant vaker klachten heeft, zijn met rood aangegeven. Door de informatie op deze wijze grafisch en compact weer te geven en daarnaast kort te beschrijven, worden de interpretatie de beoordeling van de resultaten een stuk eenvoudiger. 56

De overzichten per beroep worden voorafgegaan door een overzicht van het CAO-(bouwplaats-)personeel en een overzicht van het UTA-personeel. In deze overzichten wordt de situatie van de werknemers in de bouwnijverheid vergeleken met de gemiddelde situatie van de werknemers in de industrie. Dit geeft een helder beeld van de algemeen geldende problematiek op het gebied van arbeid en gezondheid in de bouwnijverheid. 2. Materiaal en methoden De overzichten per beroep zijn gebaseerd op de antwoorden van werknemers op de vragenlijsten van het Periodiek Bedrijfsgezondheidkundig Onderzoek (PBGO), thans Periodiek ArbeidsGezondheidskundig Onderzoek (PAGO) geheten. Die vragenlijsten gaan uitgebreid in op de gezondheid en het werk. De overzichten zijn gebaseerd op de ingevulde vragenlijsten van alle bouwvakkers uit heel Nederland die in 1993 en 1994 aan het PBGO of GPO hebben deelgenomen. In totaal gaat het hier om gegevens van meer dan 60.000 werknemers uit de bouwnijverheid. De resultaten per beroep zijn in het profiel 'Klachten over de gezondheid en de werksituatie' weergegeven, waarbij de lengte van de balk overeenkomt met het percentage klachten op de betreffende vraag. Ter vergelijking is het percentage klachten van een referentiegroep op dezelfde vraag erin opgenomen. Er zijn twee vergelijkingsgroepen: het CAO- en het UTA-personeel. Elk beroep wordt vergeleken met de vergelijkingsgroep waartoe dat beroep behoort. Het CAO-personeel bestaat uit de werknemers op de bouwplaats. Het UTA-personeel bestaat uit uitvoerders, kantoorpersoneel, technisch personeel en werknemers met huishoudelijke werkzaamheden. De resultaten van de afzonderlijke beroepen zijn steeds vergeleken met de referentiegegevens van de overeenkomende referentiegroep. De kleur van de balk van de beroepsgroep geeft aan of het verschil tussen de klachtenpercentages van het beroep en dat van de vergelijkingsgroep significant is. Met andere woorden: of het een verschil in percentage klachten betreft dat niet op toeval berust. Daarbij wordt het volgende onderscheid gemaakt: - Geel: de gele balk geeft het klachtenpercentage weer van de referentiegroep: - Wit: geen significante verschillen tussen de percentages klachten van het betreffende beroep en de vergelijkingsgroep. Het gezondheids- of werkprobleem waarop de vraag betrekking heeft speelt hier niet in meerdere of mindere mate dan in de vergelijkingsgroep uit de bouwnijverheid; - Rood: de percentages klachten in het beroep zijn significant hoger dan die in de vergelijkingsgroep, hetgeen duidt op problemen op het terrein van de betreffende gezondheids- of werkklacht; - Groen: de percentages klachten in het beroep zijn significant lager dan die in de vergelijkingsgroep, hetgeen er op duidt dat het betreffende probleem in dit beroep in mindere mate speelt, of in ieder geval minder ernstig is dan in de vergelijkingsgroep uit de bouwnijverheid. 3. Opmerkingen De beschrijving van de gezondheid en werksituatie van de werknemers in de bouwnijverheid, zoals gepresenteerd, is gebaseerd op vragenlijstgegevens van het PBGO. Bij de zwaardere beroepen is als gevolg van selectie waarschijnlijk sprake van een overschatting van de invloed van de belastende factoren op de klachtenpercentages. Die onderschatting is het gevolg van het feit dat werknemers in zware beroepen vaker uitvallen als gevolg van gezondheidsklachten. Hierdoor zal het gezondheid gerelateerde verloop in de zware beroepen groter zijn, waardoor een relatief gezonde en sterke selectie van werknemers overblijft. Dit drukt de klachtenpercentages. De verschillen die tussen de beroepen en de referentie worden gevonden, zijn dus een onderschatting van de werkelijke invloed van de arbeidsomstandigheden. Dat betekent dus dat wanneer er significante positieve verschillen (rood) worden gevonden, die verschillen heel serieus genomen moeten worden. Voor slechts een paar beroepen, die met relatief kleine aantallen werknemers (minder dan 50 werknemers) in het beroepenoverzicht zijn opgenomen, geldt enerzijds dat de gemiddelde klachtenpercentages iets minder betrouwbaar zijn (één klacht meer of minder heeft een relatief grote invloed op het gemiddelde klachtenpercentage), en anderzijds dat de verschillen tussen een beroep en de referentie relatief groot moeten zijn voordat die verschillen significant zijn. De interpretatie van de beroepsoverzichten die gebaseerd zijn op kleine aantallen werknemers zal daarom met enige voorzichtigheid moeten gebeuren. 57

Indien dit het geval is, staat dit vermeld bij de bespreking van de betreffende resultaten. Bij de meeste beroepen zijn de overzichten gebaseerd op zeer grote aantallen werknemers, en geven de resultaten een helder en betrouwbaar beeld van de specifieke knelpunten met betrekking tot de arbeid en de gezondheid in het betreffende beroep. 4. Conclusies De informatie uit de vragenlijsten van het PBGO is (ook in vergelijking met de voorgaande Beroepenatlas) gecomprimeerd. Dit is bereikt door alleen de meest relevante vragen te selecteren, en een enkele maal door het samenvoegen van een paar bij elkaar horende werkvragen tot één werkaspect met een totaalscorepercentage. Het grote voordeel hiervan is dat snel een overzicht van knelpunten in het betreffende beroep wordt verkregen. Het CAO- en het UTA-personeel zijn vergeleken met overeenkomende groepen werknemers in de industrie. Deze overzichten geven een duidelijk beeld van de werk- en gezondheidssituatie van deze twee groepen werknemers binnen de bouwnijverheid. Het werk van het CAO-personeel blijkt zich met name te kenmerken door de grote lichamelijke inspanning die het werk vergt. Deze problematiek wordt ook bij het UTA-personeel gesignaleerd, hoewel de verschillen met de referentiegroep in lichamelijke inspanning minder groot zijn dan bij het CAO-personeel. Bovendien wordt het verschil met de referentiecijfers gedeeltelijk veroorzaakt door het feit dat de uitvoerders in de groep UTA-personeel zijn ingedeeld. Wat opvalt is dat werknemers in de bouwnijverheid hun werk in veel opzichten gunstiger beleven dan industrie-arbeiders. Bouwvakkers zijn vooral positiever over de waardering, beloning en de interessantheid van hun werk. Een mogelijke oorzaak hiervan is dat er binnen de bouw een groter beroep wordt gedaan op het vakmanschap van de werknemers en er meer afwisseling in taken is dan in de industrie. Naast de meer algemeen voorkomende problematiek in de bouwnijverheid die bij de overzichten per personeelssoort worden gesignaleerd, geven de overzichten per beroep een meer specifiek beeld van de gezondheids- en werksituatie in het betreffende beroep. Voor een deel zullen de signalen algemeen bekend zijn en bestaande ideeën bevestigen. Voor bepaalde andere aspecten kan de informatie uit de beroepenoverzichten onderbelichte problemen onder de aandacht brengen. Zo kan de informatie uit dit rapport gebruikt worden door arbodeskundigen bij de advisering van bouwbedrijven met betrekking tot het arbobeleid. Daarnaast leveren de beroepenoverzichten signalen op die voor de bedrijven, branche- en bedrijfstakorganisaties relevant zijn met betrekking tot het ontwikkelen en onderbouwen van arbobeleid en het stellen van prioriteiten. Zo kan deze Atlas een belangrijk hulpmiddel zijn bij de verbetering van de arbeidsomstandigheden en het verminderen van gezondheidsrisico's in de bouwnijverheid. 58

Bijlage 4a De kerngetallen 1989-1998: klachten over de werkomstandigheden, bouwplaatspersoneel Klachten over de werkomstandigheden Bouwplaatspersoneel 89/90 93/94 95/96 97/98 Hinder van langdurig zitten 4.07% 4.91% 5.01% 5.48% Hinder van langdurig staan 19.57% 17.10% 16.04% 16.61% Hinder van eenzelfde houding 30.18% 25.83% 24.37% 24.19% Hinder van regelmatig bukken 33.80% 30.50% 28.41% 28.03% Werkhoudingen 27.46% 24.01% 22.73% 22.94% Werk is lichamelijk inspannend 56.53% 55.27% 54.83% 55.54% Werk is geestelijk erg inspannend 21.78% 25.25% 26.14% 27.63% Moet zich sterk concentreren 35.36% 39.00% 38.64% 38.51% Werk vereist grote nauwkeurigheid 68.93% 72.87% 73.68% 73.46% Werkt onder tijdsdruk 38.60% 41.93% 43.27% 44.82% Psychologische taakeisen 41.12% 44.77% 45.61% 46.16% Hinder van lawaai 35.37% 37.47% 38.04% 38.06% Hinder van trillingen/schokken 17.34% 18.98% 19.46% 20.96% Hinder van stof 48.34% 47.94% 48.24% 47.69% Lawaai/trillingen/stof 33.54% 34.69% 35.25% 35.57% Hinder van stank 16.00% 16.73% 15.24% 16.19% Hinder van rook 8.05% 8.47% 8.02% 8.25% Hinder van damp of nevel 11.81% 12.88% 11.64% 13.73% Hinder van gas 5.03% 4.78% 4.09% 4.74% Toxische stoffen 9.74% 10.72% 9.75% 10.73% Hinder van koude 38.09% 38.27% 38.73% 37.39% Hinder van warmte 24.71% 25.77% 29.05% 28.55% Hinder van temperatuurwisselingen 43.74% 43.12% 42.01% 40.10% Hinder van tocht 47.96% 44.90% 42.98% 40.57% Klimaat 38.62% 37.81% 38.19% 36.65% Veiligheid is niet in orde 22.25% 15.78% 13.53% 13.60% Belemmerd door onverwachte situatie 23.34% 24.41% 23.40% 23.40% Werk niet goed georganiseerd 18.21% 16.56% 15.37% 16.06% Geen goede dagelijkse leiding 19.11% 18.57% 17.20% 18.54% Onvoldoende inspraak 15.70% 14.90% 13.78% 15.43% Leiding ontbreekt werkinzicht 12.88% 12.21% 11.48% 11.80% Werkorganisatie en Leiding 17.67% 17.12% 16.04% 17.05% 59

Doet oneigenlijke dingen 23.02% 22.26% 20.70% 19.44% Onduidelijke verantwoordelijkheden 4.82% 3.99% 3.67% 3.78% Weet niet wat anderen verwachten 9.71% 7.81% 6.53% 6.75% Duidelijkheid taken 12.52% 11.35% 10.58% 9.99% Ergert zich aan anderen 20.62% 19.68% 20.77% 17.49% Slechte werksfeer 10.82% 9.47% 8.38% 8.61% Onvoldoende overleg 10.20% 9.53% 8.19% 8.92% Storende afwezigheid anderen 11.54% 10.92% 10.48% 10.71% Storende prestaties anderen 14.69% 15.47% 14.79% 15.35% Samenwerking 13.58% 13.11% 12.74% 12.39% Werk meestal niet boeiend 26.44% 21.44% 19.41% 19.57% Werk onvoldoende afwisselend 7.80% 6.25% 5.60% 5.82% Werk te eenvoudig 11.37% 9.80% 9.66% 10.21% Werk past niet bij mij 10.61% 6.99% 6.33% 7.16% Geen plezier in werk 7.29% 5.64% 5.01% 5.38% Interessantheid werk 12.62% 10.02% 9.24% 9.57% Onvoldoende zekerheid 20.58% 19.11% 15.38% 13.24% Ongunstige veranderingen 8.21% 10.14% 7.94% 7.27% Ongunstige vooruitzichten 12.97% 13.29% 9.83% 9.74% Onvoldoende waardering 15.33% 13.99% 12.85% 13.85% Onvoldoende beloond 30.22% 27.21% 27.00% 29.43% Vooruitzichten 17.22% 16.65% 14.56% 14.62% Werk goed 50.32% 57.33% 61.58% 61.22% Werk redelijk 39.96% 35.76% 33.04% 33.17% Werk matig 7.49% 5.21% 4.27% 4.35% Werk niet goed 2.23% 1.70% 1.11% 1.26% Totaal-oordeel werkbeleving 90.00% 93.00% 95.00% 94.00% 60

Bijlage 4b De kerngetallen 1989-1998: klachten over de werkomstandigheden, Uta-personeel Klachten over de werkomstandigheden UTA-personeel 89/90 93/94 95/96 97/98 Hinder van langdurig zitten 10.39% 9.90% 9.51% 10.26% Hinder van langdurig staan 9.64% 7.30% 6.66% 6.25% Hinder van eenzelfde houding 16.37% 14.04% 12.84% 13.63% Hinder van regelmatig bukken 10.05% 8.08% 6.65% 8.14% Werkhoudingen 11.62% 9.58% 8.53% 9.34% Werk is lichamelijk inspannend 16.15% 14.32% 13.28% 15.38% Werk is geestelijk erg inspannend 63.58% 68.12% 68.56% 65.19% Moet zich sterk concentreren 65.59% 67.41% 67.09% 65.24% Werk vereist grote nauwkeurigheid 84.58% 85.57% 84.92% 82.89% Werkt onder tijdsdruk 65.65% 70.31% 71.98% 69.85% Psychologische taakeisen 69.85% 73.09% 73.51% 71.09% Hinder van lawaai 12.97% 13.73% 13.20% 14.25% Hinder van trillingen/schokken 5.09% 5.43% 5.14% 5.65% Hinder van stof 15.46% 14.16% 13.95% 13.98% Lawaai/trillingen/stof 10.96% 10.69% 10.52% 11.30% Hinder van stank 5.45% 5.09% 4.77% 5.03% Hinder van rook 4.55% 4.39% 4.01% 4.52% Hinder van damp of nevel 3.44% 3.51% 2.91% 3.59% Hinder van gas 2.28% 1.57% 1.24% 1.93% Toxische stoffen 3.67% 3.56% 3.08% 3.77% Hinder van koude 13.51% 14.11% 13.76% 12.88% Hinder van warmte 10.66% 11.21% 12.63% 12.13% Hinder van temperatuurwisselingen 22.02% 22.65% 21.70% 19.75% Hinder van tocht 18.73% 17.01% 16.32% 15.12% Klimaat 15.97% 16.16% 16.11% 14.97% Veiligheid is niet in orde 14.82% 10.73% 9.12% 10.35% Belemmerd door onverwachte situatie 45.38% 43.34% 42.73% 42.01% Werk niet goed georganiseerd 12.89% 11.38% 10.50% 11.49% Geen goede dagelijkse leiding 25.42% 25.66% 23.49% 25.14% Onvoldoende inspraak 13.49% 13.77% 12.88% 15.04% Leiding ontbreekt werkinzicht 14.68% 14.70% 14.42% 15.28% Werkorganisatie en Leiding 22.09% 21.35% 20.80% 21.79% Doet oneigenlijke dingen 22.57% 23.41% 23.71% 22.57% Onduidelijke verantwoordelijkheden 2.94% 3.24% 2.55% 3.32% Weet niet wat anderen verwachten 4.92% 3.63% 3.46% 3.96% 61

Duidelijkheid taken 10.14% 10.10% 9.90% 9.95% Ergert zich aan anderen 23.45% 22.99% 23.31% 20.08% Slechte werksfeer 8.38% 8.32% 6.84% 7.18% Onvoldoende overleg 9.74% 9.08% 8.45% 8.28% Storende afwezigheid anderen 17.07% 16.78% 15.28% 15.99% Storende prestaties anderen 22.05% 24.46% 24.24% 24.17% Samenwerking 16.08% 16.48% 15.88% 15.28% Werk meestal niet boeiend 8.58% 7.17% 6.44% 7.16% Werk onvoldoende afwisselend 4.17% 3.14% 2.81% 3.30% Werk te eenvoudig 7.03% 5.69% 5.44% 5.95% Werk past niet bij mij 6.14% 4.21% 3.87% 4.38% Geen plezier in werk 4.21% 3.56% 3.14% 3.93% Interessantheid werk 6.01% 4.69% 4.32% 4.84% Onvoldoende zekerheid 10.93% 11.55% 8.63% 7.67% Ongunstige veranderingen 7.05% 8.33% 6.63% 6.28% Ongunstige vooruitzichten 9.97% 10.17% 8.18% 7.96% Onvoldoende waardering 11.23% 12.24% 11.42% 12.00% Onvoldoende beloond 20.22% 20.36% 19.47% 20.61% Vooruitzichten 11.82% 12.48% 10.80% 10.80% Werk goed 65.77% 70.00% 71.76% 70.43% Werk redelijk 28.58% 24.94% 24.16% 25.09% Werk matig 4.06% 3.49% 3.20% 3.35% Werk niet goed 1.59% 1.57% 0.89% 1.13% Totaal-oordeel werkbeleving 94% 95% 96% 96% 62

Bijlage 4c De kerngetallen 1989-1998: klachten over de gezondheid, bouwplaats-personeel Klachten over de gezondheid Bouwplaatspersoneel 89/90 93/94 95/96 97/98 Slecht slapen 8.16% 7.28% 6.70% 7.16% Er niet tegen op kunnen 4.49% 3.33% 2.86% 3.21% Vaak nerveus 25.44% 20.09% 17.66% 17.00% Vaak prikkelbaar 13.31% 8.67% 7.70% 7.43% Opgewonden of gejaagd 18.56% 15.49% 13.55% 12.84% Psychische klachten 13.93% 10.95% 9.73% 9.54% Maag 14.69% 12.84% 12.43% 12.66% Buik 4.12% 3.29% 2.98% 3.23% Maag- en buikklachten 8.84% 7.57% 7.26% 7.41% Schouders 20.24% 18.48% 17.77% 17.90% Bovenarm 11.41% 9.86% 8.82% 9.18% Elleboog 10.79% 9.05% 8.88% 8.90% Onderarm 5.20% 4.27% 3.71% 4.19% Pols 6.41% 5.23% 4.89% 5.13% Hand of vingers 10.00% 8.21% 7.92% 8.29% Bovenledematen 32.37% 30.11% 28.42% 28.72% Heup 11.08% 8.86% 8.42% 8.52% Bovenbeen 7.81% 6.62% 6.23% 6.66% Knie 19.35% 15.79% 14.98% 14.64% Onderbeen 7.50% 5.69% 5.46% 5.32% Enkel 6.41% 5.14% 4.90% 5.03% Voet of tenen 6.16% 5.24% 4.90% 5.37% Onderledematen 34.91% 29.72% 27.93% 27.72% Pijn of stijfheid in nek 19.22% 18.38% 17.51% 17.63% Pijn of stijfheid in rug 44.69% 38.46% 35.39% 34.80% Nek- en rugklachten 27.50% 23.77% 22.14% 21.90% Behandeld voor psychische problemen 5.25% 4.05% 3.21% 3.02% Behandeld voor Spier/gewrichtsklachten 29.24% 27.21% 23.90% 22.20% Behandeld nek/rugklachten 29.55% 26.65% 22.62% 20.84% Behandeld voor maag-aandoeningen 7.92% 6.87% 6.20% 6.20% Klachten in relatie tot werk 39.68% 35.19% 32.43% 31.40% 63

64

Bijlage 4d De kerngetallen 1989-1998: klachten over de gezondheid, UTA-personeel Klachten over de gezondheid UTA-personeel 89/90 93/94 95/96 97/98 Slecht slapen 7.54% 8.14% 7.75% 8.25% Er niet tegen op kunnen 3.67% 3.01% 2.58% 3.29% Vaak nerveus 22.53% 20.02% 18.16% 17.22% Vaak prikkelbaar 10.53% 7.46% 6.71% 6.66% Opgewonden of gejaagd 17.29% 16.10% 14.35% 13.75% Psychische klachten 12.26% 10.90% 9.99% 9.89% Maag 9.53% 10.33% 10.48% 11.04% Buik 3.19% 3.47% 2.99% 3.37% Maag- en buikklachten 5.76% 6.21% 6.15% 6.53% Schouders 15.33% 14.96% 14.38% 15.31% Bovenarm 8.36% 7.07% 6.72% 7.17% Elleboog 5.22% 5.71% 5.45% 5.34% Onderarm 3.14% 2.50% 2.38% 2.93% Pols 3.35% 3.05% 3.09% 3.48% Hand of vingers 6.44% 6.28% 6.04% 6.71% Bovenledematen 23.84% 23.14% 21.78% 23.01% Heup 8.02% 7.13% 6.58% 7.22% Bovenbeen 5.67% 5.59% 4.92% 5.58% Knie 12.40% 10.75% 10.02% 10.54% Onderbeen 6.52% 5.27% 5.06% 5.26% Enkel 4.76% 3.83% 3.85% 4.23% Voet of tenen 4.92% 4.35% 4.55% 4.92% Onderledematen 24.27% 22.75% 21.73% 22.20% Pijn of stijfheid in nek 19.18% 19.02% 18.41% 19.20% Pijn of stijfheid in rug 31.24% 31.25% 29.79% 29.68% Nek- en rugklachten 20.61% 20.37% 19.66% 19.72% Behandeld voor psychische problemen 6.15% 4.84% 4.35% 4.08% Behandeld voor Spier/gewrichtsklachten 19.70% 18.69% 17.99% 17.33% Behandeld nek/rugklachten 22.04% 21.20% 19.54% 18.95% Behandeld voor maag-aandoeningen 5.56% 5.36% 4.97% 5.32% Klachten in relatie tot werk 27.28% 25.94% 23.77% 23.48% 65

66

Bijlage 5 Veranderingen in de laatste periode: 1995/1996 1997/1998. In onderstaande tabellen staan de veranderingen in de werkbeleving en (ervaren) gezondheid van zowel het bouwplaats- als het UTA-personeel weergegeven. Veranderingen in klachten over de werkomstandigheden in de laatste periode: 1995-1998 Bouwplaatspersoneel UTA-personeel Lichamelijke belasting = t Psychologische taakeisen = Lawaai/trillingen t = Toxische stoffen t t Klimaat u u u Veiligheid = t Werkorganisatie en leiding t t Duidelijkheid taken = = Samenwerking Interessantheid werk Vooruitzichten u u t t = = uu sterke daling (>5%) ulichte daling = over het algemeen gelijk gebleven t lichte stijging (1-5%) tt sterke stijging (>5%) Uit de tabel blijkt dat er zich in de laatste periode op en aantal aspecten een (relatieve) verslechtering van de werkomstandigheden heeft voorgedaan. Het betreft bij het bouwplaatspersoneel een verslechtering op het gebied van lawaai en trillingen, toxische stoffen, de werkorganisatie en leiding en de interessantheid van het werk. Bij het UTA-personeel betreft het meer klachten over: lichamelijke belasting, toxische stoffen; de veiligheid; de werkorganisatie en leiding en de interessantheid van het werk. Verder is de daling van het aantal klachten over de psychologische taakeisen bij het UTA-personeel opmerkelijk. Gedeeltelijk kunnen een aantal van deze (geringe) toenames in klachten, toegeschreven worden aan de afronding van de gegevens. Om daarvan een voorbeeld te geven: in een bepaalde periode geeft 14,456% van de respondenten aan klachten op een bepaald gebied te hebben, hetgeen afgerond wordt naar 14%; in de volgende periode is dat 14,765%, hetgeen afgerond wordt naar 15%. Maar een aantal van deze toenames is moeilijk te verklaren. Dit uit zich ook bijvoorbeeld in het totaal-ordeel over de werkbeleving. In de periode 95/ 96 geeft 95% van het bouwplaatspersoneel aan het werk als goed of redelijk te beoordelen; in de periode 97/ 98 is dat 94%. Bij het UTA-personeel is dat percentage gelijk gebleven: 96%. Dit "verschil" bij het bouwplaatspersoneel wordt eveneens veroorzaakt door afrondingsverschillen, want het percentage van zowel het bouwplaatspersoneel als het UTA-personeel dat het werk als matig of niet goed beoordeeld is hetzelfde gebleven: respectievelijk 5% bij het bouwplaatspersoneel en 4% bij het UTA-personeel. In 67

andere woorden: als de percentages voor 1997/1998 opgeteld worden, is het totaal 99% in plaats van 100%, zoals uit de figuur is af te leiden. Totaal-oordeel werkbeleving in de afgelopen periode: 1995-1998 Bouwplaatspersoneel UTA-personeel Totaal-oordeel werkbeleving u = Maar afgezien van deze afrondingsproblematiek, valt niet te ontkennen dat de klachten over de werkomstandigheden in de afgelopen perioden op een aantal aspecten zijn toegenomen. Veranderingen in gezondheidsklachten in de afgelopen periode: 1995/1996-1997/1998 Bouwplaatspersoneel UTA-personeel Psychische klachten = = Maag- en buikklachten Klachten aan de bovenste ledematen Klachten aan de onderste ledematen = t t t = = Nek- en rugklachten = = Ook op het gebied van gezondheidsklachten is er in de laatste periode op een aantal aspecten een (geringe) toename van klachten waar te nemen, met name bij het UTA-personeel. Een aantal van deze klachten kan ook toegeschreven worden aan de afronding (bijvoorbeeld maag- en buikklachten bij het UTA-personeel in de periode 1995/1996 10,4786% + 2,9880% = 13% gedeeld door 2 = afgerond 6%; in de periode 1997/1998 11,0414 + 3,2655 = afgerond 14%, gedeeld door 2 = 7%), maar ook hier moet opgemerkt worden dat er een (lichte) trend in toename van klachten in de afgelopen periode bestaat. Ten slotte kan opgemerkt worden, dat er zowel bij het bouwplaats- als het UTA-personeel een afname waar te nemen is in het aantal respondenten dat daadwerkelijk behandeld is voor klachten en dat ook het percentage klachten dat mogelijk samenhangt met het werk is afgenomen. 68