Huurbeleid Veel gestelde vragen en antwoorden INHOUD. Versie juli 2016



Vergelijkbare documenten
Huurbeleid Veel gestelde vragen en antwoorden INHOUD. Versie april 2016

Veel gestelde vragen en antwoorden over de huurverhoging per 1 juli 2016

Inkomensafhankelijke huurverhoging: Veel gestelde vragen en antwoorden Versie 1 februari 2014

====================================================== Hoe hoog mag dit jaar de huurverhoging zijn van een sociale huurwoning?

Inkomensafhankelijke huurverhoging 2016 Veel gestelde vragen en antwoorden (bron: Rijksoverheid, Aedes en SSW )

Inkomensafhankelijke huurverhoging: Veel gestelde vragen en antwoorden Versie april 2017

Inkomensafhankelijke huurverhoging 2015 Veel gestelde vragen en antwoorden (bron: Aedes en SSW )

Inkomensafhankelijke huurverhoging 2018 Veel gestelde vragen en antwoorden (bron: Rijksoverheid, Aedes en SSW )

Huurbeleid Veel gestelde vragen en antwoorden INHOUD. Versie januari 2017

SAMENVATTING HUURBELEID

Inflatie Huuropslag Totaal. Inkomen lager dan ,- 2,5% 1,5% 4% - 4% Inkomen tussen ,- en ,-

Veel gestelde vragen en antwoorden over de inkomensafhankelijke huurverhoging per 1 juli 2015

Vragen en antwoorden over de inkomensafhankelijke

Vragen en antwoorden over de inkomensafhankelijke

Vragen en antwoorden over de inkomensafhankelijke

Veel gestelde vragen en antwoorden over de inkomensafhankelijke huurverhoging 2014

Veel gestelde vragen Huurverhoging 2018

Veel gestelde vragen Huurverhoging 2017

meestgestelde vragen huurverhoging

FAQ jaarlijkse huurverhoging 2013

Veel gestelde vragen en antwoorden over de inkomensafhankelijke huurverhoging

Veelgestelde vragen over de huurverhoging 2016

Veelgestelde vragen over de huurverhoging 2014

Vraag en antwoord huurverhoging 2015

DIR/SdB/ Adviesaanvraag huurverhoging per 1 juli 2015

Huishoudinkomen Overheid Woongoed GO. Tot en met ,5 % 1,5% Meer dan en minder dan % 2% Meer dan 43.

Veel gestelde vragen huurverhoging Huurverhoging algemeen

vraag- en antwoordlijst HUURVERHOGING 2016

Tot en met % Meer dan en minder dan ,5% Meer dan ,5%

Inkomensafhankelijke huurverhoging. Veel gestelde vragen

Vraag- en antwoordlijst huurverhoging 2018

Inkomensafhankelijke huurverhoging. Veelgestelde vragen

Huurverhoging KLIK HIER. U heeft een huurverhoging tussen de 0% en 2,1% KLIK HIER. U heeft een huurverhoging van 2,6% of 4,6%

Huurverhoging 2019 Vragen en antwoorden

DIR/SdB/ALG Adviesaanvraag huurverhoging per 1 juli 2018

Géén huurverhoging per 1 juli Waarom krijg ik per 1 juli 2018 géén huurverhoging?... 6

Veelgestelde vragen huurverhoging 2016

FAQ Huursombenadering 2017 December 2016

Meest gestelde vragen

Toelichting op de huurverhoging 2014

Inkomensafhankelijke huurverlaging na inkomensdaling

Huurverhoging Uitleg over het hoe en waarom van de jaarlijkse huurverhoging.

Huurprijsbeleid voor de periode 1 juli 2013 tot en met 30 juni 2014 Informatie

Veelgestelde vragen huurverhoging 2019

Uitleg over het hoe en waarom van de jaarlijkse huuraanpassing.

Veelgestelde vragen huurverhoging 2018

Nieuwsflits 2 februari 2018

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Uitleg over het hoe en waarom van de jaarlijkse huuraanpassing

TER ILLUSTRATIE. I. Boek 7 BW. Artikel 248

Huurverhoging Over het hoe en waarom van de huurverhoging

Verandert mijn huurprijs in 2014? Uitleg over ons huurbeleid. Huurbeleid 2014 Huur betalen

Uitleg over het hoe en waarom van de jaarlijkse huuraanpassing

Jaarlijkse huuraanpassing 2017: veel gestelde vragen

Huurbeleid Verandert mijn huurprijs in 2015? Uitleg over ons huurbeleid.

Huurverhoging 2016 Adviesaanvraag

Huurverhogingen bij woningcorporaties in Amsterdam 2019

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Jaarlijkse huurverhoging - verzoekschrift

Huurprijsbeleid voor de periode 1 juli 2014 tot en met 30 juni 2015 Informatie

Huurprijsbeleid voor de periode 1 juli 2014 tot en met 30 juni 2015 Informatie

Jaarlijkse huurverhoging - verzoekschrift

Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:

aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Huurprijsbeleid voor de periode 1 juli 2011 tot en met 30 juni 2012

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Huurprijsbeleid voor de periode 1 juli 2015 tot en met 30 juni 2016 Informatie

Huurprijsbeleid voor de periode 1 juli 2012 tot en met 30 juni 2013

Nieuwsflits 31 januari 2019

Huurverhoging 2015 Adviesaanvraag

Huurverhoging 2018 Adviesaanvraag

Wet doorstroming huurmarkt Anne Maren Langeloo 22 juni 2016

ARTIKEL I. Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd: Artikel 232, vierde lid, vervalt.

HUURBELEID 2015 Maart 2015

Veel gestelde vragen Jaarlijkse Huurverhoging 2015

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Huurverhoging 2017 Adviesaanvraag

Huurverhoging na woningverbetering - verzoekschrift

MEMO (vertrouwelijk) In 2017 zijn de huren als volgt verhoogd:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Uitvoeringsregeling huurprijzen woonruimte wordt als volgt gewijzigd:

Namens Arjen Jongstra leg ik u de adviesaanvraag voor de jaarlijkse huurverhoging voor.

Huurinformatie Bijlage bij de huuraanzegging van 2014

Met deze brief sturen wij u de adviesaanvraag toe met betrekking tot de voorgenomen huurverhoging per 1 juli Aanvullend het volgende.

Algemene Ledenvergadering van de. Huurdersvereniging De Stroken

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

juni 2017 Informatie Geacht college, geacht bestuur,

Huurinformatie Bijlage bij de huuraanzegging van 2013

Huurverhoging na woningverbetering - verzoekschrift

Hoogte huurprijs en de rol van de Huurcommissie

Adviesaanvraag. Landelijke kaders en uitgangspunten

Veel gestelde vragen over Passend Toewijzen

Wij maken een uitzondering voor de groep huurders in Amsterdam met een langdurig laag inkomen, zij krijgen geen huurverhoging.

Huurprijsbeleid voor de periode 1 januari 2019 tot en met 30 juni 2020 Informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Huurprijsbeleid voor de periode 1 januari 2017 tot en met 30 juni 2018 Informatie

Huurprijsbeleid voor de periode 1 januari 2018 tot en met 30 juni 2019 Informatie

Wij verzoeken u ons uw advies te geven binnen de termijn van zes weken, dat wil zeggen uiterlijk op maandag 16 maart2015.

Uitspraak. van de Huurcommissie

No.W /II 's-gravenhage, 9 december 2015

Transcriptie:

Huurbeleid Veel gestelde vragen en antwoorden Versie juli 2016 INHOUD VRAGEN OVER HUURVERHOGING 2016... 5 Hoe hoog mag de maximale huurverhoging per 1 juli 2016 zijn voor huurders van een zelfstandige woning?... 5 Geldt er een huursombeperking voor de huurverhoging per 1 juli 2016?... 5 Hoe wordt de huursomstijging gemeten?... 5 Tellen alle huurverhogingen mee in de bepaling van de huursom?... 5 Wanneer de corporatie in 2016 de huurverhoging niet per 1 juli doet, maar op een latere datum, kan de corporatie dan in 2017 de huurverhoging weer per 1 juli doen?... 5 Geldt de inkomensafhankelijke huurverhoging ook voor huurders van onzelfstandige woningen, woonwagens en woonwagenstandplaatsen?... 5 Wat wordt verstaan onder huishoudinkomen?... 5 Tellen alle inkomens mee?... 5 Wat zijn de peildata bij het vaststellen van de maximale huurverhoging?... 5 Welke huishoudgegevens hanteert de Belastingdienst bij de eerste opvraag van de inkomensindicaties?... 6 Mag de huurprijs boven de liberalisatiegrens uitstijgen?... 6 Wanneer kan de huur niet extra worden verhoogd?... 6 Welke groep gehandicapten en chronisch zieken zijn door de minister aangewezen?... 6 Geldt de inkomensafhankelijke huurverhoging ook voor geliberaliseerde huurovereenkomsten?... 6 Wat is een geliberaliseerde huurovereenkomst?... 6 Vervalt de huurtoeslag als de huur door de huurverhoging boven de liberalisatiegrens stijgt?... 6 Welke huurverhoging krijgen huurders met een onbekend inkomen?... 6 VRAGEN OVER HUURVERHOGING 2017... 7 Hoe hoog mag de huurverhoging per 1 juli 2017 zijn voor huurders van een zelfstandige woning?... 7 Geldt er een huursombeperking voor de huurverhoging per 1 juli 2017?... 7 Tellen alle huurverhogingen mee in de bepaling van de huursom?... 7 Is er per 1 juli 2017 nog sprake van een inkomensafhankelijke huurverhoging?... 7 Hoe werkt deze inkomenstoets?... 7 Telt de extra huuropbrengst als gevolg van de inkomenstoets mee in de huursom?... 7 VRAGEN OVER INKOMENSVERKLARINGEN... 8 Wanneer mag een corporatie inkomensverklaringen bij de Belastingdienst opvragen?... 8 Waar kan ik de inkomensverklaring opvragen?... 8 Wanneer wordt een inkomensverklaring verstrekt?... 8 Wat wordt er op de inkomensverklaring vermeld?... 8 Waarvoor mag de verhuurder de inkomensverklaring gebruiken?... 8 Moet de inkomensverklaring bij de huurverhogingsbrief worden gevoegd?... 8 Mag de verhuurder inkomensindicaties vragen voor al zijn woonruimten?... 8 Wordt de huurder op de hoogte gesteld als de woningcorporatie voor zijn woning een inkomensverklaring heeft opgevraagd?... 8 Hoe lang mag de verhuurder de inkomensindicaties bewaren?... 8 1

Wanneer is een voorgestelde huurverhoging overeengekomen?... 8 Wanneer is onherroepelijk over de huurverhoging beslist?... 8 VRAGEN OVER BEZWAAR TEGEN DE INKOMENSAFHANKELIJKE HUURVERHOGING... 9 Welke bezwaargronden zijn er op basis van het inkomen?... 9 Wanneer is de corporatie verplicht een tweede inkomensverklaring op te vragen?... 9 Hoe kan de huurder bewijzen dat het huishoudinkomen in 2015 lager was dan in 2014?... 9 Hoe vraagt een huurder een inkomensverklaring aan?... 9 Hoe kan een huurder bezwaar maken?... 9 Kan de corporatie bezwaren afwijzen omdat ze onterecht zijn?... 9 Kan de corporatie aanmaningen sturen naar huurders die de huurverhoging op 1 juli niet betalen?... 9 Hoe werkt de rappelprocedure?... 9 De huurder levert inkomensverklaringen waarop nog geen definitief inkomen staat. Is dat een geldige onderbouwing van het inkomen in 2015?... 9 De huurder komt pas na 1 juli met bewijsstukken voor zijn bezwaar. Moet de bezwaarprocedure niet vóór 1 juli zijn afgerond?... 10 Hoe en wanneer moet de corporatie bezwaren tegen de huurverhoging naar de Huurcommissie sturen?... 10 Is de corporatie de betaalde leges voor de Huurcommissie altijd kwijt?... 10 Hoe weet de corporatie of deze een bezwaar wel of niet moet doorsturen naar de Huurcommissie?... 10 VRAGEN OVER HUURVERLAGING... 11 Wanneer kan de huurder een huurverlaging voorstellen?... 11 Welke stukken moet de huurder voegen bij zijn verzoek om huurverlaging?... 11 Om hoeveel huurverlaging kan de huurder vragen?... 11 Welke termijn moet de huurder in acht nemen bij een verzoek tot huurverlaging?... 11 Werkt een huurverlaging met terugwerkende kracht?... 11 VRAGEN OVER HET WONINGWAARDERINGSTELSEL... 12 Heeft het woningwaarderingsstelsel (WWS) invloed op de huurverhoging?... 12 Kan deze maximale huurprijs volgens het WWS jaarlijks wijzigen?... 12 Moet de corporatie de woningwaardering meesturen met het huurvoorstel en moet het huurvoorstel ook de maximale huurprijs voor de woning vermelden?... 12 VRAGEN OVER TIJDELIJKE HUURCONTRACTEN... 13 Wat zijn de belangrijkste vormen van tijdelijke verhuur waarmee de wet per 1 juli 2016 wordt uitgebreid?... 13 VRAGEN OVER TIJDELIJKE VERHUUR VAN ZELFSTANDIGE WOONRUIMTE VOOR DE PERIODE VAN TWEE JAAR13 Wanneer mogen toegelaten instellingen gebruik maken van de tijdelijke huurovereenkomst van maximaal twee jaar?... 13 Kan de huurovereenkomst tussentijds door de huurder of verhuurder worden opgezegd?... 13 Moet de tijdelijke huurovereenkomst voor de duur van twee jaar door de verhuurder worden opgezegd?... 13 Heeft de huurder na opzegging van de huurovereenkomst recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten en op een vervangende woonruimte?... 13 VRAGEN OVER TIJDELIJKE VERHUUR VAN ONZELFSTANDIGE WOONRUIMTE VOOR DE PERIODE VAN VIJF JAAR... 13 Met wie mogen toegelaten instellingen een huurovereenkomst van maximaal vijf jaar voor onzelfstandige woningen sluiten?... 13 Kan de huurovereenkomst tussentijds door de huurder of verhuurder worden opgezegd?... 13 Moet de tijdelijke huurovereenkomst voor de duur van maximaal vijf jaar door de verhuurder worden opgezegd? 13 Heeft de huurder na opzegging van de huurovereenkomst recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten en op een vervangende woonruimte?... 13 VRAGEN OVER JONGERENCONTRACTEN... 13 Met wie kan het jongerencontract worden afgesloten?... 13 Welke woningen kunnen op basis van het jongerencontract worden verhuurd?... 14 Moet de verhuurder de huurovereenkomst opzeggen?... 14 2

Heeft de huurder na opzegging van de huurovereenkomst recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten en op een vervangende woonruimte?... 14 VRAGEN OVER HET PROMOVENDICONTRACT... 14 Wanneer mag de verhuurder deze huurovereenkomst gebruiken?... 14 Wanneer kan de verhuurder de huurovereenkomst opzeggen?... 14 Heeft de huurder na opzegging van de huurovereenkomst recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten en op een vervangende woonruimte?... 14 VRAGEN OVER HUUROVEREENKOMSTEN VOOR GROTE GEZINNEN... 14 Wanneer mag de verhuurder deze huurovereenkomst gebruiken?... 14 Wanneer mag de verhuurder de huurovereenkomst opzeggen?... 14 Heeft de huurder na opzegging van de huurovereenkomst recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten en op een vervangende woonruimte?... 14 VRAGEN OVER TIJDELIJKE VERHUUR VAN TE KOOP STAANDE HUURWONINGEN... 14 Hoe lang mogen te koop staande huurwoningen worden verhuurd?... 14 Hoe eindigt de huurovereenkomst?... 14 3

SAMENVATTING HUURBELEID 2016 Laatste huurronde (1 juli 2015) Inkomensafhankelijke Huurverhogingen Inflatie = 1% Maximale huurverhoging 1 < 34.229 euro Inflatie + 1,5% 2,5 % 2 34.229 43.786 euro Inflatie + 2% 3% 3 > 43.786 euro Inflatie + 4% 5% Komende huurronde 1 juli 2016 Inkomen Inflatie = 0,6% Maximale huurverhoging 1 < 34.678 euro Inflatie + 1,5% 2,1% 2 34.678 44.360 euro Inflatie + 2% 2,6% 3 > 44.360 euro Inflatie + 4% 4,6% - Huuraanpassing per 1 juli via inkomensafhankelijke huurverhogingen (net zoals in 2015). - Voor individuele huishoudens maximale huurstijging conform tabel. - De maximaal gemiddelde huurstijging (huursom) is 1 procent (inflatie + 0,4 procent). Alleen de huurverhoging per 1 juli 2016 telt mee in de huursom. De huursomstijging wordt gemeten door de huursom van 1 juli 2016 te vergelijken met de huursom van 30 juni 2016. Het verschil tussen beiden mag niet meer dan +1 procent zijn. - De huursom wordt berekend op basis van alle huurverhogingen van 2,1 procent of lager, onafhankelijk van de inkomenscategorie. Een corporatie die hogere inkomens (categorie 2 en 3) een huurverhoging geeft van 2,1 procent of lager, moeten deze dus ook meetellen in de huursom. - Alleen de huurverhogingen voor categorie 2 en 3 die hoger zijn dan 2,1 procent vallen buiten de huursom. Deze huurinkomsten zijn niet geoormerkt en kunnen vrij besteed worden. - Huursomstijging is exclusief harmonisatie. - N.B. Een corporatie mag alleen inkomensverklaringen opvragen bij de Belastingdienst wanneer zij van plan is om één of meerdere huurders een huurverhoging te vragen die hoger is dan 2,1 procent. Alleen huurverhogingen boven de 2,1 procent worden als inkomensafhankelijke huurverhogingen aangemerkt. Huursombenadering per 1 januari 2017 Inkomen Maximale huurverhoging 1 < 39.874 euro (nog te indexeren) Inflatie + 2,5% 2 > 39.874 euro (nog te indexeren) Inflatie + 4% - Jaarlijkse inkomenstoets, extra huurverhoging mogelijk bij inkomens boven toewijzingsgrens. - Uitzonderingen extra huurverhoging: huishoudens met gepensioneerden en gezinnen met vier of meer personen. - Huuraanpassingsronde blijft op 1 juli. - Maximale huursomstijging berekend per kalenderjaar. - Maximale huursomstijging: inflatie + 1 procent. - Huursomstijging is inclusief harmonisatie. - Huursomstijging exclusief huurverhoging bij mutatie na woningverbetering / renovatie. - Extra huurinkomsten op basis van inkomensafhankelijke huurverhogingen (categorie 2) vallen buiten de huursom, mits ingezet voor investeringen vastgelegd in prestatieafspraken. 4

VRAGEN OVER HUURVERHOGING 2016 Hoe hoog mag de maximale huurverhoging per 1 juli 2016 zijn voor huurders van een zelfstandige woning? Voor een zelfstandige woning is de maximale huurverhoging afhankelijk van het huishoudinkomen van de huurder (peiljaar 2014). Voor de verschillende inkomensgroepen geldt de volgende verdeling: Inkomen 34.678 euro basishuurverhogingspercentage = 2,1% (inflatiepercentage 2015 + 1,5%) Inkomen > 34.678-44.360 euro basishuurverhogingspercentage + 0,5% = 2,6% Inkomen > 44.360euro basishuurverhogingspercentage + 2,5% = 4,6% Het inflatiepercentage in 2015 bedroeg 0,6 procent. Als wordt afgezien van een inkomensafhankelijke huurverhoging is de maximaal toegestane huurverhoging 2,1 procent. Geldt er een huursombeperking voor de huurverhoging per 1 juli 2016? Ja. Voor alle woningen die per 1 juli 2016 een huurverhoging krijgen van 2,1 procent of lager geldt dat voor al deze woningen gemiddeld de huurverhoging niet hoger mag zijn dan 1 procent (= inflatiepercentage + 0,4 procent). Alle inkomensafhankelijke huurverhogingen (huurverhogingen boven de 2,1 procent) tellen niet mee in de huursom. Hoe wordt de huursomstijging gemeten? Door de gemiddelde huurprijs van de woningen van de toegelaten instelling op 1 juli 2016 te vergelijken met de gemiddelde huurprijs van die woningen op 30 juni 2016. Huurverhogingen die na 1 juli 2016 worden gegeven vallen buiten deze berekening. Tellen alle huurverhogingen mee in de bepaling van de huursom? Nee, er zijn uitzonderingen. In de volgende situaties telt de huurverhoging van een woning niet mee in de huursom: 1. Woningen met een geliberaliseerde huurovereenkomst; 2. Woningen die met ingang van 1 juli 2016 voor het eerst of aan een opvolgende huurder zijn verhuurd; 3. Woningen waarvan de huurprijs met ingang van 1 juli 2016 inkomensafhankelijk worden verhoogd; 4. Woningen waarvan de huurprijs met ingang van 1 juli 2016 als gevolg van een woningverbetering worden verhoogd; 5. Woningen waarvan de huurprijs naar aanleiding van een voorstel daartoe als bedoeld in artikel 252b lid 1 van dat boek is verlaagd; 6. Woningen die zijn verbonden met werkzaamheden die als gevolg van toepassing van artikel 50 of 50a, tweede lid, eerste volzin, of als gevolg van een besluit als bedoeld in artikel II, derde lid, eerste volzin, van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting niet meer behoren tot de diensten van algemeen economisch belang; 7. Woningen die een onzelfstandige woonruimte vormen. Wanneer de corporatie in 2016 de huurverhoging niet per 1 juli doet, maar op een latere datum, kan de corporatie dan in 2017 de huurverhoging weer per 1 juli doen? Ja. Het is toegestaan om af te wijken. In 2017 kan de huurprijs dan weer worden verhoogd tegen het einde van een tijdvak dat even zoveel korter dan twaalf maanden is als het daaraan voorafgaande tijdvak langer dan twaalf maanden is geweest.(artikel 7:250 lid 3 BW). Dat zou dus weer op 1 juli kunnen. Geldt de inkomensafhankelijke huurverhoging ook voor huurders van onzelfstandige woningen, woonwagens en woonwagenstandplaatsen? Nee. Voor onzelfstandige woningen, woonwagens en woonwagenstandplaatsen geldt het basishuurverhogingspercentage van 2,1 procent (inflatiepercentage over 2015 plus 1,5 procent) als maximaal huurverhogingspercentage. Wat wordt verstaan onder huishoudinkomen? De inkomens van de huurder(s) en de overige bewoners van de woonruimte samen. Het huishoudinkomen bestaat uit het gezamenlijk verzamelinkomen van de huurder en de overige bewoners van de woning. Tellen alle inkomens mee? Ja, alle inkomens tellen mee, dus ook die van inwoners en kamerhuurders. Het inkomen van inwoners die op 1 januari 2016 nog geen 23 jaar waren, telt alleen mee voor zover dat boven het minimumloon ligt. Door de Belastingdienst wordt dit inkomen automatisch gecorrigeerd. Op de inkomensverklaring wordt dus alleen dat deel van het inkomen meegenomen dat boven het minimumloon ligt. Wat zijn de peildata bij het vaststellen van de maximale huurverhoging? Voor de huishoudsamenstelling geldt als peildatum 1 juli 2016. Voor het inkomen wordt gekeken naar het inkomen verdiend in 2014. 5

Welke huishoudgegevens hanteert de Belastingdienst bij de eerste opvraag van de inkomensindicaties? Dat zijn de gegevens van de samenstelling van het huishouden zoals die op het moment van de aanvraag bijvoorbeeld in maart of april 2016 bij de Belastingdienst bekend zijn. De huurder kan bezwaar maken tegen het huurverhogingsvoorstel als tussen het moment van de eerste gegevensopvraag en 1 juli 2016 (het officiële peilmoment) wijzigingen in het huishouden leiden tot een lager inkomen in het peiljaar. Mag de huurprijs boven de liberalisatiegrens uitstijgen? Ja, dat mag als de woning voldoende punten volgens het Woningwaarderingsstelsel heeft en de maximaal toegestane huurprijs boven de liberalisatiegrens ligt. Wanneer kan de huur niet extra worden verhoogd? Dat kan als iemand in het huishouden van de huurder behoort tot een door de minister aangewezen groep gehandicapten of chronisch zieken. Of als het huishoudinkomen in 2015 lager was dan in 2014. Uiteraard moet het inkomen van 2015 dan wel in een lagere categorie vallen dan in 2014. Omdat de verhuurder deze gegevens niet vooraf heeft, zal de huurder die informatie moeten inbrengen in een bezwaarprocedure tegen de huurverhoging. Welke groep gehandicapten en chronisch zieken zijn door de minister aangewezen? De door de minister aangewezen groep gehandicapten en chronisch zieken die bezwaar kunnen maken tegen een inkomensafhankelijk huurverhogingsvoorstel (dus een huurverhogingsvoorstel van meer dan 2,1 procent) bestaat uit huishoudens waarbij: a) in geval een huurder of een ander lid van het huishouden op grond van artikel 2.1 van het Besluit zorgverzekering voor een periode van ten minste een jaar en ten minste 10 uur per week verpleging of verzorging als bedoeld in artikel 2.10 van dat besluit (verpleging en verzorging zonder verblijf) ontvangt; b) in geval van een meerpersoonshuishouden aan de huurder of een ander lid van dat huishouden een blijk van waardering voor mantelzorgers is verstrekt als bedoeld in artikel 2.1.6 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en waarbij die mantelzorg is verleend aan een ander lid van datzelfde huishouden; c) de huurder of een ander lid van dat huishouden in het bezit is van een indicatiebesluit als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Wet langdurige zorg voor verblijf als bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid, onderdeel a van die wet, of voor direct oproepbare assistentie bij algemene dagelijkse levensverrichtingen als bedoeld in artikel 10.1.4 van die wet; d) aan de huurder of aan een ander lid van dat huishouden een beschikking is verstrekt ten behoeve van voorzieningen aan de betreffende woonruimte op grond van artikel 1, eerste lid, onder c, van de Wet voorzieningen gehandicapten of artikel 1, eerste lid, onderdeel g, onder 6, van de Wet maatschappelijke ondersteuning, of ten behoeve van een woningaanpassing als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, of e) de huurder of een ander lid van dat huishouden met een verklaring van de huisarts kan aantonen dat hij of zij blind is. Geldt de inkomensafhankelijke huurverhoging ook voor geliberaliseerde huurovereenkomsten? Nee. De inkomensafhankelijke huurverhoging geldt alleen voor gereguleerde huurovereenkomsten. Huurders van geliberaliseerde woningen kunnen wel een huurverhoging krijgen van meer dan 2,1 procent, maar die mag niet inkomensafhankelijk zijn. De hoogte van de huuraanpassing is afhankelijk van de afspraken die partijen daarover hebben gemaakt. Wat is een geliberaliseerde huurovereenkomst? Een geliberaliseerde huurovereenkomst is een huurovereenkomst waarvan de huurprijs op de ingangsdatum boven de op dat moment geldende huurliberalisatiegrens lag. Vervalt de huurtoeslag als de huur door de huurverhoging boven de liberalisatiegrens stijgt? Een zittende huurder die vóór het moment van huurverhoging al huurtoeslag ontvangt, houdt zijn recht op huurtoeslag ook als de huur boven de liberalisatiegrens uitkomt. Bij een nieuwe aanvraag moet de huur wel lager zijn dan de huurtoeslaggrens (= liberalisatiegrens). Welke huurverhoging krijgen huurders met een onbekend inkomen? Dat is de maximale basishuurverhoging van 2,1 procent. Het huurverhogingsvoorstel mag alleen inkomensafhankelijk zijn als er een inkomensverklaring van de Belastingdienst kan worden bijgevoegd. 6

VRAGEN OVER HUURVERHOGING 2017 Hoe hoog mag de huurverhoging per 1 juli 2017 zijn voor huurders van een zelfstandige woning? Voor een zelfstandige woning is de maximale huurverhoging inflatie plus 2,5 procent. Het inflatiepercentage is nog niet bekend. Geldt er een huursombeperking voor de huurverhoging per 1 juli 2017? Ja. De huurverhogingen van gereguleerde woningen mogen gemiddeld niet hoger uitkomen dan inflatie plus 1 procent. Daarmee dient ook rekening te worden gehouden met de huuraanpassingen (naar boven of beneden) bij nieuwe verhuringen (= harmonisatie bij mutatie) gedurende de periode van 1 januari 2017 tot en met 31 december 2017. Tellen alle huurverhogingen mee in de bepaling van de huursom? Nee, er zijn uitzonderingen. In de volgende situaties telt de huurverhoging van een woning niet mee in de huursom: Een woning waarvoor op 1 januari een geliberaliseerd contract geldt; Een woning die in het betrokken jaar voor het eerst of voor het laatst is verhuurd; Een woning waarvan de huurprijs in het betrokken jaar is verhoogd als gevolg van een woningverbetering en die woningverbetering maximaal een jaar voor de huurverhoging is gerealiseerd; Een woning waarvan de huurprijs inkomensafhankelijk is verhoogd, mits in prestatieafspraken is opgenomen dat de daarmee gepaard gaande extra huurinkomsten worden ingezet voor investeringen en voor zover deze inkomsten, die in die afspraken overeengekomen investeringsbedragen niet overschrijden; Een woning die een onzelfstandige woonruimte vormt. Is er per 1 juli 2017 nog sprake van een inkomensafhankelijke huurverhoging? Ja. Wanneer het inkomen van een huurder hoger is dan de toewijzingsgrens (in 2016 was dit 39.874 euro) kan de corporatie de huur verhogen met maximaal inflatie plus 4 procent. De huishoudverklaring moet dan met het huurverhogingsvoorstel worden meegestuurd. Hoe werkt deze inkomenstoets? Een corporatie kan deze inkomenstoets jaarlijks laten doen. Huishoudens met een gepensioneerde bewoner of huishoudens met 4 of meer personen worden bij deze toets uitgesloten. Telt de extra huuropbrengst als gevolg van de inkomenstoets mee in de huursom? Ja, de extra huuropbrengst telt in principe mee in de huursom, tenzij de corporatie in haar prestatieafspraken heeft vastgelegd dat de extra huuropbrengst wordt ingezet voor de financiering van overeengekomen investeringen. 7

VRAGEN OVER INKOMENSVERKLARINGEN Wanneer mag een corporatie inkomensverklaringen bij de Belastingdienst opvragen? Een corporatie mag alleen inkomensverklaringen bij de Belastingdienst opvragen wanneer de corporatie van plan is de huurprijs voor een of meerdere woningen wil verhogen boven het zogenoemde basishuurverhogingspercentage. In 2016 is dit basishuurverhogingspercentage 2,1 procent. Waar kan ik de inkomensverklaring opvragen? Via het webportaal van de Belastingdienst: www.inkomensafhankelijkhuurverhoging.nl. Verhuurders moeten daarvoor eerst een account aanmaken. Ook als zij in eerdere jaren al eens inkomensverklaringen hebben opgevraagd, moeten zij opnieuw een account aanmaken voor 2016. Dat was mogelijk tot 1 maart 2016. Vanaf 1 april 2016 is het webportaal open voor de aanvraag van inkomensverklaringen. Wanneer wordt een inkomensverklaring verstrekt? Er wordt alleen een inkomensverklaring over een woning afgegeven als het huishoudinkomen van de huurder boven 34.678 euro ligt. De aanvrager moet bovendien op tijd een account hebben aangevraagd voor het webportaal inkomensafhankelijke huurverhoging. Wat wordt er op de inkomensverklaring vermeld? Op de inkomensverklaring worden de inkomensgroep en het aantal inkomensontvangers van een huishouden vermeld. Waarvoor mag de verhuurder de inkomensverklaring gebruiken? De inkomensverklaring mag alleen worden gebruikt voor het doen van een huurverhogingsvoorstel. Het is niet toegestaan de informatie ergens anders voor te gebruiken. Moet de inkomensverklaring bij de huurverhogingsbrief worden gevoegd? Ja, de inkomensverklaring moet tegelijk met de huurverhogingsbrief worden verstuurd. Niet apart, maar in dezelfde envelop. Het is niet toegestaan de inkomensverklaring apart en/of later te versturen. Mag de verhuurder inkomensindicaties vragen voor al zijn woonruimten? Nee, dat mag alleen voor gereguleerde zelfstandige woningen. Voor woonruimte waarvoor geen inkomensafhankelijke huurverhoging mogelijk is (onzelfstandige woonruimte, woonwagens en standplaatsen en geliberaliseerde woningen) mag de verhuurder geen inkomensverklaringen opvragen. Wordt de huurder op de hoogte gesteld als de woningcorporatie voor zijn woning een inkomensverklaring heeft opgevraagd? Ja, de huurder ontvangt van de Belastingdienst een melding per brief. Daarin staan geen details over de verstrekte gegevens, alleen een melding dat de gegevens zijn verstrekte. Hoe lang mag de verhuurder de inkomensindicaties bewaren? De verhuurder mag de inkomensindicaties bewaren totdat ze niet meer nodig zijn, dat wil zeggen zodra de voorgestelde huurverhoging is overeengekomen dan wel zodra over die voorgestelde huurverhoging onherroepelijk (door huurcommissie of rechter) is beslist. De verhuurder moet de inkomensindicaties dan vernietigen. Wanneer is een voorgestelde huurverhoging overeengekomen? Een door de verhuurder voorgestelde huurverhoging geldt als met de huurder overeengekomen als de huurder geen bezwaarschrift tegen het huurverhogingsvoorstel heeft ingediend en de voorgestelde nieuwe huurprijs ook betaalt. In dat geval kan de verhuurder de inkomensindicatie snel na de voorgestelde ingangsdatum van de huurverhoging (meestal 1 juli) vernietigen. Wanneer is onherroepelijk over de huurverhoging beslist? Als de huurder wel een bezwaarschrift tegen een huurverhogingsvoorstel heeft ingediend, of als de huurder dat niet doet maar de voorgestelde huurverhoging ook niet betaalt, moet de verhuurder actie ondernemen om de voorgestelde huurverhoging door te zetten (zie ook bij Verhuurders kunnen bezwaren niet eigenhandig afwijzen op pagina 10). Als de voorgestelde huurverhoging voor een uitspraak aan de huurcommissie is voorgelegd, dan is onherroepelijk over de huurverhoging beslist als noch de huurder noch de verhuurder binnen acht weken na de verzenddatum van de huurcommissie-uitspraak een vordering over de huurverhoging bij de rechtbank hebben ingediend. Als de huurder of de verhuurder wel binnen acht weken na de verzenddatum van de huurcommissieuitspraak een vordering over de huurverhoging bij de rechtbank heeft ingediend, vervalt de uitspraak van de huurcommissie en is pas onherroepelijk over de huurverhoging beslist na de uitspraak van de rechter. Meer weten over de vernietiging van inkomensindicaties? Het ministerie maakte een handig stroomschema (zie pag 29) waarin precies staat wanneer inkomensindicaties vernietigd moeten worden. 8

VRAGEN OVER BEZWAAR TEGEN DE INKOMENSAFHANKELIJKE HUURVERHOGING Welke bezwaargronden zijn er op basis van het inkomen? 1. Het inkomen vermeld op de inkomensverklaring klopt niet; 2. Het inkomen in 2015 is lager dan het inkomen in 2014. 3. Het huishouden behoort tot de aangewezen groep chronisch zieken en gehandicapten (zie pag. 3-4 voor toelichting) Wanneer is de corporatie verplicht een tweede inkomensverklaring op te vragen? Als de huurder stelt dat het inkomen op de inkomensverklaring niet juist is. Bijvoorbeeld omdat het aantal inkomensontvangers niet klopt of omdat het inkomen later op een ander bedrag is vastgesteld. De huurder hoeft bij zijn bezwaar geen inkomensgegevens te voegen. Hoe kan de huurder bewijzen dat het huishoudinkomen in 2015 lager was dan in 2014? Dat kan de huurder bewijzen door de volgende stukken aan de verhuurder te overhandigen: 1. Een door de inspecteur van de Belastingdienst afgegeven verklaring omtrent het inkomensgegeven (Verklaring geregistreerd inkomen, voorheen IB60-formulier) van alle bewoners van de woning over het jaar 2015; en 2. Een uittreksel uit de Basisregistratie Personen waaruit blijkt hoeveel personen staan ingeschreven op het adres van de woning. Hoe vraagt een huurder een inkomensverklaring aan? Dat kan via de BelastingTelefoon: 0800-0543. De inkomensverklaring voor 2015 kan worden aangevraagd vanaf juni 2016. Zie voor meer informatie de website van de Belastingdienst: http://www.belastingdienst.nl/wps/wcm/connect/bldcontentnl/belastingdienst/prive/werk_en_inkomen/geregistreer de_inkomen_en_de_inkomensverklaring/inkomensverklaring_aanvragen/inkomensverklaring_aanvragen Hoe kan een huurder bezwaar maken? 1. Voor 1 juli 2016 kan de huurder schriftelijk bezwaar maken bij de verhuurder. Als de verhuurder de huurverhoging in stand houdt, dan moet de verhuurder de Huurcommissie vragen het huurverhogingsvoorstel te beoordelen. De beslissing van de Huurcommissie is bindend, maar partijen kunnen tegen de uitspraak in beroep gaan bij de rechter. 2. Indien de huurverhogingsbrief niet per aangetekende post is verstuurd, kan de huurder ervoor kiezen de huurverhoging niet te betalen. De verhuurder stuurt de huurder binnen drie maanden na de voorstelde datum van de huurverhoging een herinneringsbrief (rappelprocedure). Blijft de huurder het oneens met de huurverhoging, dan kan de huurder de Huurcommissie inschakelen. De beslissing van de Huurcommissie is bindend, maar partijen kunnen tegen de uitspraak in beroep gaan bij de rechter. Kan de corporatie bezwaren afwijzen omdat ze onterecht zijn? Nee, dat is niet mogelijk: de corporatie beoordeelt niet de juistheid van het bezwaar. Het is verstandig huurders erop te wijzen dat een bezwaar naar de mening van de corporatie niet terecht is en de reden daarvoor aan te geven. Maar als de huurder zijn bezwaar niet intrekt, moet de verhuurder het bezwaar doorsturen naar de Huurcommissie. Het is uiteindelijk aan de Huurcommissie om te bepalen of bezwaren wel of niet terecht zijn. De corporatie kan een bezwaar wel erkennen en de eerder voorgestelde huurverhoging aanpassen. Kan de corporatie aanmaningen sturen naar huurders die de huurverhoging op 1 juli niet betalen? Nee, als de huurder een bezwaar heeft ingediend vóór 1 juli, mag het niet-betalen van de huurverhoging niet als een huurachterstand worden behandeld. Dit geldt ook voor huurders die géén bezwaar hebben ingediend, maar ook de huurverhoging niet betalen. Voor hen geldt de rappelprocedure. Voor deze tweede categorie huurders is het logisch ze in eerste instantie te attenderen op de ontbrekende betaling en het feit dat er eerder geen bezwaar tegen de huurverhoging is gemaakt. Soms vergeten huurders hun automatische betaling aan te passen. Hoe werkt de rappelprocedure? De rappelprocedure geldt voor huurders die niet voor 1 juli bezwaar tegen de huurverhoging hebben gemaakt, maar ook de huurverhoging niet betalen. De corporatie moet de huurder vóór 1 oktober een aangetekende herinnering sturen van het voorstel tot huurverhoging. De huurder heeft vervolgens tot 1 november de tijd om alsnog een bezwaar tegen de huurverhoging bij de Huurcommissie in te dienen. In de rappelprocedure ligt het initiatief om naar de Huurcommissie te gaan bij de huurder. De huurder levert inkomensverklaringen waarop nog geen definitief inkomen staat. Is dat een geldige onderbouwing van het inkomen in 2015? Ja, ook inkomensverklaringen met een voorlopig inkomen moet u accepteren. De inkomensverklaringen over 2015 die de Belastingdienst nu afgeeft, geven nog bijna nooit het definitief vastgestelde inkomen. Wel geven die verklaringen de definitieve inkomensgegevens van werkgevers en uitkeringsinstanties en zijn daarom volgens de regelgeving correct bewijsmateriaal. 9

De huurder komt pas na 1 juli met bewijsstukken voor zijn bezwaar. Moet de bezwaarprocedure niet vóór 1 juli zijn afgerond? Nee, de huurder kan een bezwaar dat vóór 1 juli is ingediend nog na 1 juli nader onderbouwen. Bij voorbeeld door het later leveren van een BRP-uittreksel (voorheen GBA-uittreksel), Verklaring geregistreerd inkomen (voorheen IB60-formulier) of bewijsmateriaal voor de categorie chronisch zieken en gehandicapten. Hoe en wanneer moet de corporatie bezwaren tegen de huurverhoging naar de Huurcommissie sturen? De bezwaren die de corporatie vóór 1 juli heeft ontvangen - en waarover de corporatie geen overeenstemming met de huurder heeft bereikt - moet de corporatie binnen zes weken na de voorgestelde huurverhogingsdatum doorsturen naar de Huurcommissie. Bij een huurverhoging op 1 juli 2016 stuurt de corporatie het bezwaar door vóór 12 augustus. Bij elk bezwaar van een huurder moet de corporatie een verzoekschrift voegen. Indienen van het verzoekschrift kan digitaal. Meer informatie: : https://www.huurcommissie.nl/procedure/verzoekschriften/jaarlijkse-huurverhoging-verzoekschrift-verhuurders/ Is de corporatie de betaalde leges voor de Huurcommissie altijd kwijt? Nee, de Huurcommissie kijkt welke partij gelijk heeft. Degene die een huurgeschil bij de Huurcommissie voorlegt, betaalt in eerste instantie de leges. Alle bezwaren die vóór 1 juli bij de verhuurder zijn ingediend (en waarover u geen overeenstemming heeft bereikt met de huurder), moeten door de verhuurder worden ingediend bij de Huurcommissie. De verhuurder betaalt dan de leges van 450 euro per geschil. De corporatie krijgt de leges terug als de huurder in het ongelijk wordt gesteld of als de corporatie niet op de hoogte kon zijn van bewijsmateriaal. Bij voorbeeld als de huurder de corporatie geen Verklaring geregistreerd inkomen heeft gestuurd. Als een huurder pas bezwaar maakt ná 1 juli moet hij zelf naar de Huurcommissie en betaalt de huurder in eerste instantie een bedrag van 25 euro leges. Als de verhuurder uiteindelijk in het ongelijk wordt gesteld, moet die alsnog 450 euro leges betalen. Hoe weet de corporatie of deze een bezwaar wel of niet moet doorsturen naar de Huurcommissie? Ook als de verhuurder een bezwaar van de huurder toewijst, kan er door de inkomensafhankelijke huurverhoging toch een bijzondere situatie ontstaan. Als de huurder bezwaar maakt tegen een inkomensafhankelijke huurverhoging (op grond van ziekte, handicap of inkomensdaling) blijft de basishuurverhoging in stand. Het kan dan onduidelijk zijn of voldoende aan het bezwaar van de huurder tegemoet is gekomen. Let daarbij op dat het niet aan de verhuurder is om te beoordelen of een bezwaar wel of niet terecht is. Als de huurder volhardt in zijn bezwaar, moet de verhuurder dit toch doorsturen aan de Huurcommissie. Om zeker te zijn van het intrekken van een bezwaar, kan de verhuurder de huurder het beste laten tekenen voor akkoord. 10

VRAGEN OVER HUURVERLAGING Wanneer kan de huurder een huurverlaging voorstellen? Als er sprake is van een inkomensdaling na een of meer inkomensafhankelijke huurverhogingen boven het basishuurverhogingspercentage. Welke stukken moet de huurder voegen bij zijn verzoek om huurverlaging? 1. Een door de inspecteur van de Belastingdienst afgegeven verklaring omtrent het inkomensgegeven (Verklaring geregistreerd inkomen) van alle bewoners van de woning; en 2. Een uittreksel uit de Basisregistratie Personen waaruit blijkt hoeveel personen staan ingeschreven op het adres van de woning. Om hoeveel huurverlaging kan de huurder vragen? De huurder kan vragen om een verlaging van maximaal twee keer de inkomensafhankelijke huurverhoging. Hierbij geldt de nieuwe inkomensgroep als ondergrens. Als het huishoudinkomen is gezakt tot onder de huurtoeslaginkomensgrens, kan de huurder vragen om huurverlaging tot aan de huurliberalisatiegrens. Welke termijn moet de huurder in acht nemen bij een verzoek tot huurverlaging? Een huurverlagingsvoorstel moet, net als een huurverhogingsvoorstel, tenminste twee maanden voor de voorgestelde dag van ingang worden gedaan. Werkt een huurverlaging met terugwerkende kracht? Nee, de huurverlaging werkt niet met terugwerkende kracht, maar gaat pas gelden op de voorstelde ingangsdatum van de huurverlaging. 11

VRAGEN OVER HET WONINGWAARDERINGSTELSEL Heeft het woningwaarderingsstelsel (WWS) invloed op de huurverhoging? Ja, dat is mogelijk. Het WWS bepaalt de maximaal toegestane huurprijs van een woning. Als de huurprijs uitstijgt boven deze maximale huurprijs, dan kan de huurder huurverlaging voorstellen aan de verhuurder. Kan deze maximale huurprijs volgens het WWS jaarlijks wijzigen? Ja, dat is mogelijk. Het WWS bestaat uit een berekening van punten op basis van woningkenmerken en de WOZwaarde van de woning. Die berekeningswijze wordt elk jaar vastgesteld en geïndexeerd met de inflatie. Daarnaast kan de WOZ-waarde elk jaar wijzigen. Moet de corporatie de woningwaardering meesturen met het huurvoorstel en moet het huurvoorstel ook de maximale huurprijs voor de woning vermelden? Nee, dit waren verplichtingen uit het verleden. Deze zijn inmiddels vervallen. 12

VRAGEN OVER TIJDELIJKE HUURCONTRACTEN Wat zijn de belangrijkste vormen van tijdelijke verhuur waarmee de wet per 1 juli 2016 wordt uitgebreid? 1. De tijdelijke verhuur van zelfstandige woonruimte voor een periode van maximaal twee jaar. 2. De tijdelijke verhuur van onzelfstandige woonruimte voor een periode van maximaal vijf jaar 3. Het jongerencontract 4. Het promovendicontract 5. Het contract voor grote gezinnen 6. De tijdelijke verhuur van te koop staande huurwoningen Aedes ontwikkelde met Platform31 en VNTM advocaten modelovereenkomsten die woningcorporaties kunnen gebruiken. Download de modelovereenkomsten. Hieronder staan per overeenkomst vragen en antwoorden opgenomen. Staat uw vraag er niet bij? Kijk dan eens op de website met vragen en antwoorden van de Rijksoverheid. VRAGEN OVER TIJDELIJKE VERHUUR VAN ZELFSTANDIGE WOONRUIMTE VOOR DE PERIODE VAN TWEE JAAR Wanneer mogen toegelaten instellingen gebruik maken van de tijdelijke huurovereenkomst van maximaal twee jaar? Toegelaten instellingen mogen niet onbeperkt van deze vorm van tijdelijke verhuur gebruik maken. Voor de verhuur van zelfstandige DAEB-woningen mag hiervan slechts gebruik worden gemaakt als de huurder behoort tot één van de volgende doelgroepen: - De huurder werkt of studeer tijdelijk in een andere plaats, of in Nederland; - De huurder moet zijn woning verlaten vanwege renovatie of sloop en heeft tijdelijk andere woonruimte nodig; - De huurder krijgt noodopvang; - De huurder heeft een tweede- of laatstekanshuurovereenkomst; - De huurder heeft een tijdelijke huurovereenkomst in combinatie met woonbegeleiding. Voor een nadere toelichting op bovengenoemde doelgroepen verwijzen we naar de ministeriële regeling. Voor de verhuur van niet-daeb-woningen geldt deze beperking niet. In de huurovereenkomst wordt de afgesproken huurtermijn (maximaal twee jaar) opgenomen. Kan de huurovereenkomst tussentijds door de huurder of verhuurder worden opgezegd? De huurder kan de huurovereenkomst tussentijds opzeggen, de verhuurder niet. Moet de tijdelijke huurovereenkomst voor de duur van twee jaar door de verhuurder worden opgezegd? Nee, de huurovereenkomst eindigt automatisch als de afgesproken tijd is verstreken. Maar de verhuurder moet de huurder wel informeren over het moment waarop de huurovereenkomst eindigt. Dit moet hij doen minimaal één en maximaal drie maanden voordat de huurovereenkomst afloopt. Doet de verhuurder dit niet, dan wordt de huurovereenkomst na het verstrijken van de overeengekomen periode voor onbepaalde tijd verlengd. Heeft de huurder na opzegging van de huurovereenkomst recht op een tegemoetkoming in de verhuisen inrichtingskosten en op een vervangende woonruimte? Bij het einde van de huurovereenkomst heeft de huurder geen recht op vervangende woonruimte en ook geen recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Wel behoudt de huurder zijn inschrijfduur. VRAGEN OVER TIJDELIJKE VERHUUR VAN ONZELFSTANDIGE WOONRUIMTE VOOR DE PERIODE VAN VIJF JAAR Met wie mogen toegelaten instellingen een huurovereenkomst van maximaal vijf jaar voor onzelfstandige woningen sluiten? Toegelaten instellingen kunnen met iedereen een huurovereenkomst van maximaal vijf jaar sluiten. De uitzonderingen die voor de huurovereenkomsten voor twee jaar gelden zijn hier niet van toepassing. In de huurovereenkomst wordt de afgesproken huurtermijn (maximaal vijf jaar) opgenomen. Kan de huurovereenkomst tussentijds door de huurder of verhuurder worden opgezegd? De huurder kan de huurovereenkomst tussentijds opzeggen, de verhuurder niet. Moet de tijdelijke huurovereenkomst voor de duur van maximaal vijf jaar door de verhuurder worden opgezegd? Nee, de huurovereenkomst eindigt automatisch als de afgesproken tijd is verstreken. Maar de verhuurder moet de huurder wel informeren over het moment waarop de huurovereenkomst eindigt. Dit moet hij doen minimaal één en maximaal drie maanden voordat de huurovereenkomst afloopt. Doet de verhuurder dit niet, dan wordt de huurovereenkomst na het verstrijken van de overeengekomen periode voor onbepaalde tijd verlengd. Heeft de huurder na opzegging van de huurovereenkomst recht op een tegemoetkoming in de verhuisen inrichtingskosten en op een vervangende woonruimte? Bij het einde van de huurovereenkomst heeft de huurder geen recht op vervangende woonruimte en ook geen recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Wel behoudt de huurder zijn inschrijfduur. VRAGEN OVER JONGERENCONTRACTEN Met wie kan het jongerencontract worden afgesloten? Met jongeren tot 28 jaar. 13

Welke woningen kunnen op basis van het jongerencontract worden verhuurd? Woningen die bestemd zijn voor jongeren. Dit kunnen zowel zelfstandige als onzelfstandige woningen zijn. Na het eindigen van de huurovereenkomst met de jongere wordt de woning weer verhuurd aan een andere jongere, een student of een promovendi. Moet de verhuurder de huurovereenkomst opzeggen? Ja. De huurovereenkomst wordt afgesloten voor minimaal vijf jaar en deze kan met twee jaar verlengd worden. Opzegging is op z n vroegst mogelijk tegen vijf jaar. Heeft de huurder na opzegging van de huurovereenkomst recht op een tegemoetkoming in de verhuisen inrichtingskosten en op een vervangende woonruimte? Nee, bij het einde van de huurovereenkomst heeft de huurder geen recht op vervangende woonruimte en ook geen recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Wel behoudt de huurder zijn inschrijfduur. VRAGEN OVER HET PROMOVENDICONTRACT Wanneer mag de verhuurder deze huurovereenkomst gebruiken? Voor de verhuur van een zelfstandige of onzelfstandige woonruimte die bestemd is voor een promovendi (of student) aan een promovendi. Wanneer kan de verhuurder de huurovereenkomst opzeggen? De verhuurder mag de huurder jaarlijks vragen om een verklaring van de onderwijsinstelling, dat de huurder bezig is met een promotie of voorbereiding daarvan. De huurder moet de verklaring binnen drie maanden aan de verhuurder overhandigen. Doet de huurder dat niet, dan kan de verhuurder de overeenkomst opzeggen. Na het eindigen van de huurovereenkomst moet de woonruimte opnieuw aan een student, promovendi of jongere worden verhuurd. Heeft de huurder na opzegging van de huurovereenkomst recht op een tegemoetkoming in de verhuisen inrichtingskosten en op een vervangende woonruimte? Nee, bij het einde van de huurovereenkomst heeft de huurder geen recht op vervangende woonruimte en ook geen recht op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Ook behoudt de huurder zijn inschrijfduur niet. VRAGEN OVER HUUROVEREENKOMSTEN VOOR GROTE GEZINNEN Wanneer mag de verhuurder deze huurovereenkomst gebruiken? Voor de verhuur van een woning aan een groot gezin. Van een groot gezin is sprake als het huishouden tenminste uit acht personen bestaat. Wanneer mag de verhuurder de huurovereenkomst opzeggen? De verhuurder mag de huurder jaarlijks vragen om een afschrift uit de Basisregistratie personen waaruit blijkt dat het huishouden van huurder uit tenminste vijf personen bestaat. De huurder moet het afschrift binnen drie maanden aan de verhuurder overhandigen. Doet de huurder dat niet, dan kan de verhuurder de overeenkomst opzeggen. Na het eindigen van de huurovereenkomst moet de woonruimte opnieuw aan een groot gezin worden verhuurd. Heeft de huurder na opzegging van de huurovereenkomst recht op een tegemoetkoming in de verhuisen inrichtingskosten en op een vervangende woonruimte? Nee, bij het einde van de huurovereenkomst heeft de huurder geen recht op een tegemoetkoming in de verhuisen inrichtingskosten en ook geen recht op vervangende woonruimte. Wel moet blijken dat de huurder passende woonruimte kan verkrijgen. De huurder behoudt zijn inschrijfduur niet. VRAGEN OVER TIJDELIJKE VERHUUR VAN TE KOOP STAANDE HUURWONINGEN Hoe lang mogen te koop staande huurwoningen worden verhuurd? Te koop staande huurwoningen mogen minimaal drie maanden en maximaal vijf jaar worden verhuurd. Voor deze vorm van tijdelijke verhuur op basis van de Leegstandwet heeft de verhuurder een vergunning van de gemeente nodig. De vergunning wordt verleend voor maximaal twee jaar en kan daarna op verzoek van de verhuurder nog drie keer met een jaar worden verlengd. Hoe eindigt de huurovereenkomst? De huurovereenkomst eindigt als de vergunning eindigt. Dit betekent niet dat de verhuurder daarna niets hoeft te doen. Als de verhuurder toestaat dat de huurder de woonruimte na afloop van de huurovereenkomst blijft gebruiken, kan een reguliere huurovereenkomst ontstaan. Huurder en verhuurder kunnen de huurovereenkomst ook tussentijds opzeggen. Voor huurder geldt een opzegtermijn van minstens één maand en voor de verhuurder een opzegtermijn van minstens twee maanden. 14