ffi '?jrîhorrnnd $vntëþ'"1 - Flevoland en Zuid-Holland kennen beide een groeiende populatie jaarrond verblijvende ganzen;



Vergelijkbare documenten
Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD) (d.d. 16 juni 2016) Nummer Onderwerp Roeken

van Gedeputeerde Staten op vragen van

van Gedeputeerde Staten op vragen van

Deelrapportage ontheffing artikel 68 Flora- en faunawet

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD) en J.A.R.M. van Egmond (GroenLinks) (d.d. 12 februari 2014) Nummer 2900

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 16 juni 2014) Nummer 2948

Beantwoording schriftelijke vragen van de Statenfractie PvdD over het provinciale ganzenbeleid

Wet natuurbescherming Stap vooruit voor natuur en economie?

Was-wordt overzicht aan de hand van de tekst van Verordening en Beleidsregel

lv. dat deze opdracht geldig is tot 15 augustus 2017 HAAGLANDEN lll. de voorschriften 1. tot en met 4. te verbinden aan deze opdracht; Besluit

PROVINCIAAL BLAD. In de regionale ganzenwerkgroepen zijn de volgende organisaties vertegenwoordigd:

Stichting Faunabeheereenheid Groningen

4 november 2003 Nr , LG Nummer 37/2003

Fauna & Schade LLTB - Ubachsberg - 14 dec 2015

Fauna en wet Natuurbescherming

Besluit van GS van 15 september 2014, kenmerk 2014/ gehoord het Faunafonds van 18 juli 2004, kenmerk BIJ F F OVERWEGENDE;

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Via deze nieuwsbrief informeren de provincie Fryslân en de Faunabeheereenheid u over de stand van zaken rondom het Friese ganzenbeleid.

Introductie Faunabeheer. FBE Limburg - Alfred Melissen

Wij beginnen met een herhaling van de vraag en geven vervolgens de antwoorden (cursieve tekst):

Faunaf onc l s 11 JAN 2006 PROVINCIAL^ STATEN VAN OVERU^SEL. Provinciale Staten Overijssel Postbus GB ZWOLLE. lojanuari 2006 bijlagen

7.1 Grote Canadese gans (Branta canadensis canadensis)

Deelrapportage ontheffing artikel 68 Flora- en faunawet

Deelrapportage ontheffing artikel 68 Flora- en faunawet

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân

Gelezen de voordracht van Gedeputeerde Staten van «pm», nummer «pm»;

Groninger ganzenakkoord Definitief 27 mei 2014

Zomerganzentelling Provincie Utrecht

9 Zwarte kraai (Corvus corone)

Nieuwsbrief Faunabeheereenheid Noord Holland - 1 mei 2014

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD) (d.d. 21 maart 2016) Nummer 3158

Technische vragen over de stand van zaken van het Ganzenakkoord en het ganzenbeleid in Noord-Brabant. 2

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

I f HOV.2015 ^ Onderwerp Beantwoording statenvragen PvdD

Stichting Faunabeheereenheid Groningen

ffi SrnTEN '?",iffhorrand ETf,E Lid Gedeputeerde Staten 2,0 MEI 1016 Nulmeting Aan Provinciale Staten

Aanvraag ontheffingverlening ex art. 68 van de Flora- en faunawet

Beheer en schadebestrijding in Noord-Brabant

JACHT, BEHEER EN SCHADEBESTRIJDING IN DE WET NATUURBESCHERMING. Presentatie t.b.v. Faunabeheerbijeenkomst d.d

8.9 Konijn (Oryctolagus cuniculus)

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

maken bekend dat in hun vergadering van 1 juli 2003 is vastgesteld hetgeen volgt:

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. Nummer Aan de leden van Provinciale Staten

Nota Faunabeleid Zeeland AANVULLEND VOORSTEL

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 23 juli 2011) Nummer 2515


Deelrapportage ontheffing artikel 68 Flora- en faunawet

BESLUIT. PROVINCIALE STATEN van FRYSLÂN. Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 10 september 2013, nr ;

1nvexo. Interreg Vlaanderen Nederland. minder invasieve planten en dieren. Europese Unie Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling

Betreft: ontheffingaanvraag artikel 68 Flora- en faunawet voor de Wilde eend

Houtduiven Bijgedragen door Faunabeheereenheid

7.2 Kauw (Corvus monedula)

Van: Verzonden: maandag 21 maart :10. Onderwerp: Opvolgingsmarkering: Markeringsstatus: Gemarkeerd. Categorieën: Geachte heer/mevrouw

Wij zien uw reactie graag tegemoet.

Uitgangspunten inzake gebiedsbescherming (Natura 2000), soortenbescherming, faunabeheer en bescherming houtopstanden

provincie Zeeland M/V* M/V* inschrijfnummer Kamer van Koophandel: plaats van inschrijving: datum van inschrijving: Ga verder met vraag 6.

BESLUIT. PROVINCIALE STATEN van FRYSLÂN. gelezen de voorstellen van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 31 maart 2015, nr.

BESLUIT FLORA- EN FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BELEIDSKADER FAUNABEHEER DEN HAAG, 27 november Algemeen

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Bekijk deze nieuwsbrief online

VOORSCHRIFTEN BIJ ONTHEFFING GROFWILD FAUNABEHEEREENHEID GELDERLAND

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 10 januari 2010) Nummer 2340

9.1 Meerkoet (Fulica atra)

Nieuwsbrief edelherten Agrarische Enclave Tussenbericht, 16 december 2014

Fauna Beheerplan provincie Gelderland

ECLI:NL:RBOVE:2015:3971

Ontheffing Knobbelzwaan

13.3 Meerkoet (Fulica atra)

PROVINCIE FLEVOLAND. mr.drs. T. van der Wal - J.N.J

AANVRAAGFORMULIER HOOFDSTUK 3 SOORTEN FAUNABEHEER

Faunabeheereenheid Fryslân. Wat gaan we doen?

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PvdD) (d.d. 18 mei 2015) Nummer Onderwerp Vergassing ganzen

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

FBE Nieuws Bijgedragen door Faunabeheereenheid

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Betreft: ontheffingaanvraag artikel 68 Flora- en faunawet voor de Wilde eend

Verzenddatum Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk 25 februari

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Vergunningverlening. I. Besluit.

'?",iffhorrand STnTEN

BESLUIT. PROVINCIALE STATEN van FRYSLÂN

GESCAMD OP 2 3 SEP Gemeente Oostzaan

Vergunningverlening. I. Besluit.

GANZEN IN NEDERLAND OVERZOMERENDE GANZEN

Zienswijzennota besluit goedkeuring en ontheffing verlening Faunabeheerplan Ganzen

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Zomerganzentelling Provincie Utrecht. Canadese gans

Betreft: ontheffingaanvraag artikel 68 Flora- en faunawet voor de Spreeuw

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 10 juli 2008) Nummer 2183

Agenda Gedeputeerde Staten ^ : ^ ^

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND. : Sachem Europe BV Postbus 52 Zaltbommel Zaaknummer :

Provincie Noord-Holland

Fbe Fryslân Swichumerdyk AP Wirdum faunabeheereenheid.nl KvK

7.3 Zwarte kraai (Corvus corone)

HOLLAND BM Lid Gedeputeerde Staten

Transcriptie:

Lid Gedeputeerde Staten $vntëþ'"1 Mr. J.F. (Han) Weber Contact 070 441 61 96 jf.weber@pzh.nl '?jrîhorrnnd Aan de leden van Provinciale Staten van Zuid-Holland Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl Datum 15 juli 2015 Ons kenmerk Uw kenmerk Bijlagen Onderwerp Resultaten onderzoek ganzenbeleid Zuid-Holland in vergelijking met Flevoland Geachte statenleden, Op 10 september 2014 is een brief van de Dierenbescherming besproken in de statencie Groen en Water. Toen heb ik toegezegd een vergelijkend onderzoek te laten doen naar het ganzenbeleid van Zuid-Holland in vergelijking met Flevoland. Het onderzoek is afgerond en het rapport is opgeleverd (zie bijlage). De resultaten van het onderzoek zijn als volgt (kort) samengevat: - Flevoland en Zuid-Holland kennen beide een groeiende populatie jaarrond verblijvende ganzen; - de relevante populatie grauwe ganzen in Zuíd-Holland is circa 8 keer zo groot als die in Flevoland; - daarnaast heeft Zuid-Holland in tegenstelling tot Flevoland nog circa 60.000 andere jaarrond verblijvende ganzen als brandgans, Canadese gans en Nijlgans, zodat de totale Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 259ôAW Den Haag Tram 9 en de buslünen 90, 385 en 386 stoppen dichtbij het provinciehuis. Vanaf station Den Haag CS is hettien minuten lopen. Dè parkeenuimte voor auto's is beperkt. EITf;EI ffi Zuid-Hollandse jaarrond verblijvende populatie ganzen circa 14 keer zo groot is; - Zuid-Holland heeft een twee tot zeven maal hogere landbouwschade door grauwe ganzen dan Flevoland (exclusief de Zuid-Hollandse schade door andere ganzensoorten); - de schade per grauwe gans ligt in Zuid-Holland lager dan in Flevoland; - Zuid-Holland heeft ook andere vormen van schade, bijvoorbeeld schade aan natuurwaarden en schade aan waterkwaliteit; - er is een verschil van inrichting tussen Zuid-Holland en Flevoland; Zuid-Holland is dichter bevolkt, heeft een uitgebreidere infrastructuur en heeft een grotere oppervlakte landbouwgrond; - de scheiding tussen natuur en landbouwgrond is duidelijker in Flevoland; in Flevoland is de natuur in hoofdzaak aan de randen van de provincie gesitueerd, Zuid-Holland kent een meer versnipperd kaartbeeld; - het gevoerde ganzenbeleid is vergelijkbaar; - de uitvoering van het beleíd verschilt aanzienlijk; Flevoland heeft één Faunabeheereenheid en één Wildbeheereenheid met professionele uitvoerders; Zuid-Holland heeft ook één FBE maar heeft twintig Wildbeheereenheden, met vrijwillige uitvoerders.

Ons kenmerk e'ijfjuonand Een belangrijke conclusie van het rapport is dat in beide provincies de omvang van de schade min of meer onder controle lijkt, maar de uitvoering van het ganzenbeleid in beide provincies een gevolg is van (en toegespitst op) de situatie in de provincie. De werkwijze zoals toegepast in Flevoland is (onder andere vanwege de financiering ervan) in Zuid-Holland geen haalbare kaart. Daarnaast is het zeer de vraag of de inzet van een aantal betaalde faunabeheerders tot een beter resultaat zou leiden dan in de huidige situatie met de inzet van vrijwilligers. De eindconclusie is dat er geen noodzaak is om de Zuid- Hollandse aanpak in de praktijk te wijzigen. Gezien de resultaten zie ik geen aanleiding ons huidige beleid te wijzigen Met vriendelijke groet, mr (Han) Weber Energie, Natuur&Recreatie en Landbouw Bijlagen: - Onderzoek ganzenbeleid Flevoland-Zuid-Holland 2t2

Royat E n h a n ci ng SocÞty To g ether Provincie Zuid-Holland T.a.v. de heer J.J. van der Kaaden Postbus 90602 2509 LP Den Haag Haskon ngdhv Nederland B.V. Planning & Strategy Laan 1914 nr. 35 3818 EX Amersfoort Postbus 1132 3800 BC Amersfoort T (088) 348 35 04 F (088) 348 28 01 E Legalconsultãncy@rhdhv.com W www.royalhaskoningdhv.com Amersfoort, 17 maarl 2Q15 uw kenmerk dossier project betreft behandeld door telefoon, e-mail classifìcatie PZH-201 5-503973283 8D6617-10'1-100 Ondezoek ganzenbeleid Flevoland-Zuid-Holland Eindrapport mr. W.M. (Willem) Lambooij 06 5375581 0, willem.lambooij@rhdhv.com Geachte heer Van der Kaaden, Naar aanleiding van uw vezoek, hierbij onze bevindingen inzake (de uitvoering van) het beleid aangaande de ovezomerende grauwe ganzen in Zuid-Holland en Flevoland. lnleiding Zowel in Flevoland als in Zuid-Holland bevinden zich agrarische ondernemingen en - gedurende het gehele jaar - aanzienlijke aantallen ganzen. Deze twee zaken betnvloeden elkaar. Beide provincies zien zich gesteld voor de opgave om de (negatieve) invloed van de ganzen op de agrarische en andere belangen te beperken. Flevoland en Zuid-Holland kiezen hierbij voor een verschillende aanvliegroute. Op verzoek van de provincie Zuid-Holland wordt in deze quickscan het beleid en de uitvoering daarvan ten aanzien van de ovezomerende grauwe gans in beide provincies met elkaar vergeleken. Het ondezoek beperkt zich tot de grauwe gans, omdat deze soort in beide provincies in behoorlijke aantallen voorkomt en ook schade veroorzaakt. Naast de grauwe ganzen bevinden zich gedurende het gehele jaar in Zuid-Holland ook nog aanzienlijke aantallen brandganzen, Canadese ganzen, nijlganzen etc. ln dit rapport worden verschillende zaken met elkaar vergeleken: het landschap in beide provincies, de populatieontwikkeling van de grauwe ganzen in de zomerperiode, de ontwikkeling van de schade en de genomen maatregelen daartegen. Populatieontwikkeli ng De populaties ovezomerende grauwe ganzen breiden zich in beide provincies uit. ln de grafiek zijn de getelde aantallen grauwe ganzen weergegeven voor de periode van 2010 tot en met 2014. ln Zuid-Holland wordt al langere tijd jaarlijks geteld in de maand juli. lnmiddels heeft ook Flevoland sinds 2013 de in Zuid-Holland gehanteerde telmethode overgenomen, zodat voor Flevoland in onderstaande grafiek de telgegevens uit 2013 en 2014 konden worden veniverkt. Van de periode daaraan voorafgaand zijn geen telgegevens voorhanden, maar uit het Faunabeheerplan Flevoiand kan wel de conclusie worden getrokken dat er ook in Flevoland sprake is van een positieve trend. Dit blijkt ook uit mededelingen van de Fâunabeheereenheid Flevoland en de.provincie Flevoland. Volgens de grafiek zijn er in Flevoland ca. 10.000 tot 12.000 grauwe ganzen geteld. Dat is overigens exclusief de ruiende exemplaren in de natuurgebieden (mondelinge mededeling FBE en provincie Flevoland). Royal, met het hoofdkantoor n Amersfoort, is een van Europa's loonaangevende projectmanagement-, ngenieurs- en adviesbureaus. Haskon ngdhv Nederland B.V. is onderdeel van Royal Haskon ngdhv. Kamer van Koophandel nr. 56515154. Het kwal te tssysteem van Haskon ngdhv Nederland B.V. is gecertificeerd volgens ISO 9001.

l\oyar Enhonci ng Society Together ln de natuurgebieden (met name de Oostvaardersplassen) ruien circa 28.000 grauwe ganzen, zodat er binnen het totale grondgebied van de provincie Flevoland sprake is van een kleine 40.000 grauwe ganzen in de zomerperiode. De ruiende ganzen zijn echter afkomstig uit Noord- en Oost Europa en zijn slechts gedurende de rui in Nederland. Deze groep grauwe ganzen vertoont zich gedurende de ruiperiode niet buiten de moerasgeb eden en veroozaakt derhalve geen schade aan bedrijfsmatig geteelde gewassen. ' Volgens het Zuid-Hollandse fauna-beheerplan zou de populatie grauwe ganzen, gelet op het beschikbare rust- en foerageerhabitat, in omvang nog kunnen groeien wanneer er niet wordt ingegrepen in de populatie. Ook in Flevoland is er sprake van een groeiende populatie grauwe ganzen, waarbij het plafond niet in zicht is.. 100000 80000 60000 Populatieontwikkeling gra uwe ga ns als standvogel, geteld in juli r zuid-hollãnd I Flevoland Conclusie wat betreft de populatie-ontwikkeling is 40000 dat er in beide provincies sprake is van een 20000 groeiende populatie grauwe ganzen, waarbij de populatie van jaarrond verblijvende vogels in 0 2010 2011 2012 2013 20L4 Zuid-Holland circa 7 à I keer zo groot is. Teaijde moet hierbij worden opgemerkt dat er in Zuid-Holland tevens sprake is van forse jaarrond verblijvende populaties van andere ganzensoorten, zoals de brandgans, nijlgans en de Canadese gans. Voor de beeldvorming: naast de grauwe ganzen werden er in Zuid-Holland in de periode 2O10-2014 jaarlijks gemiddeld meer dan 58.000 exemplaren van andere soorten ganzen geteld. Ook deze ganzen verblijven gedurende het gehele jaar in de provincie en veroozaken schade en overlast op vergelijkbare wijze als de grauwe ganzen. Van dergelijke andere schadeveroozakende ganzensoorten is in Flevoland geen sprake. Daarom blijven de genoemde andere ganzensoorten in deze rapportage verder buiten bespreking. Ontwikkeling schade Grauwe ganzen veroozaken schade aan diverse belangen. Het meest in het oog springend is wel de schade aan bedrijfsmatig geteelde gewassen. Het Faunafonds registreert de aangerichte schade voor zover er een vezoek tot tegemoetkoming in de schade wordt ingediend. ln de grafiek zijn de schadecijfers van de periode 201Q-2014 verwerkt voor zowel Zuid-Holland als Flevoland2. Deze cijfers hebben betrekking op de getaxeerde schade in de zomerperiode. Hierbij moet men zich realiseren dat de hoogte van het schadebedrag aanzienlijk wordt beïnvloed door de op dat moment geldende prijzen. Het in de grafiek weergegeven verschil tussen 2011 en2012 þetekent bijvoorbeeld niet dat er in 2012 feitelijk meer schade is aangericht. 400.000,00 300.000,00 200.000,00 100.000,00 Schade door greuwe ganzen in de zomerper ode 0,00 r zuid-hollend r Flevoland "-1" "d) "dp "o9 "or} 1 De relatief lage telresultaten in Zuid-Holland in 2013 zijn (grotendeels) veroorzaakt door het feit dat op Goeree-Overflakkee (een belangrûk ganzengeb ed) in dat jaar niet geteld is. 2 Schadecijfers zijn opgevraagd bij en afkomstig van het Faunafonds. Ondezoek ganzenbeleid Flevoland-Zuid-Holland 17 maart 2015-2-

\ç $ Royat E n h a n cí ng Socrety To g et he r Het kan ook zo zijn dat de aangerichte schade (uitgedrukt in bijvoorbeeld kilogrammen, of hectares) in beide jaren gelijk was, maar dat de prijzen in 2012 hoger lagen zodat er in financiële zin meer schade was. Andezijds geven de schadecijfers door de jaren heen wel een indicatie van de trend waarlangs de schade zich ontwikkelt. De (voorlopige) conclusie voor wat betreft de schadeontwikkeling is dat er in Zuid-Holland aanzienlijk meer schade aan gewassen door grauwe ganzen is getaxeerd dan in Flevoland. Daarnaast is er in Zuid-Holland sprake van andere vormen van schade en overlast door grauwe ganzen - waar dat in Flevoland niet het geval is - bijvoorbeeld schade aan natuuruvaarden, een bedreiging voor de veiligheid van het luchtverkeer of een negatief effect op de waterkwaliteit. lnrichting van het landschap De schade aan gewassen omvat schade aan gras en schade aan overige landbouwgewassen. Om de schadecijfers goed te kunnen interpreteren is het onder meer van belang te weten hoeveel schadegevoelig oppervlak er per provincie aanwezig is. CBS Statline (geraadpleegd op 19 januari 2015) verschaft gegevens met betrekking tot de oppervlaktes graasdierbedrijven en akkerbouwbedrijven in beide provincies. ln bijgevoegde grafiek is hiervan een weergave te vinden. Uii deze grafiek valt op te maken dat Zuid-Holland een in totaal groter areaal aan potentieel schadegevoelig oppervlak heeft, namelijk ca 35o/o meer. Daarnaast is zichtbaar dat de oppervlakte aan graasdierbedrijven (hoofdzakelijk bestaand uit grasland) in Zuid-Holland bijna vijf keer zo groot is als in Flevoland. Ook dit is van belang, omdat grasland gemiddeld een heel ander schadebeeld vertoont dan akkerbouwgewassen. Dit wordt onder andere veroozaakt door de omstandigheid dat grasland gedurende het gehele jaar gevoelig is voor vraat door ganzen. Dit in tegenstelling tot de meeste akkerbouwgewassen, die met name schadegevoelig zijn in de periode van inzaaien en oogsten. Bovendien zijn niet alle akkerbouwgewassen aantrekkelijk voor ganzen. 150000 100000 50000 0 Oppervlakte agrarische bedrijven n hectares Zuid-Holland Flevoland I akkerbouwbedrijven I graasdierbedrijven Naast de verschillen in hoeveelheid en type agrarisch grondgebruik, zijn er meer (landschappelijke) verschillen tussen Flevoland en Zuid-Holland. Alleen al het aantal inwoners verschilt sterk: ruim 3,6 miljoen inwoners in Zuid-Holland tegenover ruim 400.000 in Flevoland3. Uit onderstaande cirkeldiagrammen blijken de verschillen voor wat betreft de inrichting van het landschap. De gegevens zijn afkomstig van de websites van de provincies Flevoland en Zuid-Holland.a Hieruit blijkt duidelijk dat bijvoorbeeld de oppervlaktes 'bebouwd' en 'verkeer' in Zuid-Holland vele malen groter zijn. Dat is tevens een indicatie voor de versnippering van het landschap, hetgeen de bestrijding van schade door ganzen bemoeilijkt. Ook het aandeel recreatiegebied is in Zuid-Holland aanzienlijk groter dan þ Flevoland en ook in dergelijke, gebieden broeden en rusten vaak ganzen die ter plaatse ook regelmatig verantwoordelijk zijn voor schade en/of overlast. Naast de schade aan bedrijfsmatig geteelde gewassen, kunnen ganzen namelijk ook op andere manieren schade, overlast of gevaar veroorzaken. ln Zuid-Holland worden de grauwe ganzen derhalve niet alleen bestreden ter voorkoming van gewasschade, maar ook vanwege onder andere aantasting van de (zwem-)waterkwaliteit, de veilgheid van het luchtverkeer en schade aan flora en fauna. ln Flevoland is er geen sprake van overlast of schade door grauwe ganzen, anders dan de schade aan gewassen. (Mededeling FBE en provincie Flevoland.) 3 statline.cbs.nl, geraadpleegd op 10 maart 2015. a wrwrn.flevoland.nl en www.zuid-holland.nl, be de geraadpleegd op 10 maart 2015. Ondezoek ganzenbeleid Flevoland-Zuid-Holland 17 rîaart2015-3-

l"täoyar E n h a nci ng Society Ta geth e r Ruimteverdeling Zuid-Holland, totale oppervlakte = 2.818km2 Ruimteverdeling Flevoland, totale oppervlakte =2.4t2kmz 5% 4% r Agrarisch terrein I Bebouwd I Binnenwater I Natuur en bos I Buitenwater t Recreatieterreín I Verkeer I Agrarisch terrein t Bebouwd Binnenwater I Natuur en bos t Buitenwater I Recreatieterre n I Verkeer Grauwe ganzen in de natuurgebieden ln beide provincies rusten en broeden de grauwe ganzen met name in natuurgebieden, al dan niet met de status van Natura 2000 of Beschermd Natuurmonument. De ligging van de Natura 2OO0-gebieden en Beschermde Natuurrnonumenten is te bekijken via de weþsite van het Ministerie van Economische Zakens. Opvallend is dan dat dit type gebieden in Zuid-Holland in vrijwel alle delen van de provincie voorkomt en dat het vrij veel gebieden zijn (23 Natura 200O-gebieden en B Beschermde Natuurmonumenten). ln Flevoland bevinden de gebieden zich langs de randen van de provincie en zijn het er veel minder (9 Natura 2OOO-gebieden en 2 Beschermde Natuurmonumenten). Voor wat betreft de oppervlaktes van de natuurgebieden in beide provincies wordt op het niveau van deze rapportage geen vergelijking gemaakt. Veel gebieden overschrijden namelijk de provinciegrenzen en/of z'rjn slechts voor een deel geschikt voor ganzen. Aantal en ligging van de gebieden is beter vergelijkbaar en lijkt ook meer relevant, gelet op het volgende. U1 gesprekken die gevoerd zijn met medewerkers van de faunabeheereenheden in beide provincies en met vertegenwoordigers van beide provincies, komt het beeld naar voren dat de ovezomerende grauwe ganzen in Zuid- Holland in vrijwel de gehele provincie als een 'probleem' worden ervaren, terwijl dat in Flevoland met name het geval is langs de randen van de provincie, in de nabijheid van de natuurgebieden. Grauwe ganzen kunnen in potentie ook schade aanrichten aan natuurwaarden.zo kunnen ze invloed hebben op riet- en grasvegetaties, en daarmee ook op andere beschermde diersoorten. ln Zuid-Holland is deze vorm van 'schade' onderkend en opgenomen in het faunabeheerplan. ln Flevoland acht men schade door grauwe ganzen aan natuurwaarden in de meeste gebieden geheel afwezig (mededeling FBE, provincie Flevoland, Staatsbosbeheer). ln een gebied dat onder beheer is bij Natuurmonumenten (het Harderbroek, bij Harderwijk) ondervindt men mogelijk wel schade aan nieuw aangeplante rietvegetaties, maar het s nog te vroeg om daarover conclusies te trekken (mededeling Natuurmonumenten). Binnen de natuurgebieden zelf wordt in Flevoland tot op heden in het geheel geen actie ondernomen tegen de grauwe ganzen, terwijl in Zuid-Holland binnen dergelijke gebieden wel degelijk wordt opgetreden tegen de grauwe ganzen. Veelal gebeurt dit door het bewerken van eieren (wat in Flevoland in het geheel niet gebeurt, ook niet buiten de natuurgebieden), maar ook vindt afschot van grauwe ganzen plaats binnen (delen van) de Zuid-Hollandse Natura 2ooo-gebieden en Beschermde Natuurmonumenten. Afschot in natuurgebieden vindt meestal wel in een beperkte periode plaats. u http://www.synbiosys.alterra.nl lnalura2000ldefault.aspx?main=gebieden Onderzoek ganzenbeleid Flevoland-Zuid-Holland 1 7 maart 2015-4-

Royat E n h a n ri ng Soclefy To g eth e r Beleid Beide provincies hebben zich min of meer gecommitteerd aan de uitvoering van het voormalige 'G7-akkoord', zo blijkt uit de faunabeheerplannen. Dit houdt onder andere in dat het beleidsdoel is dat de schade door ovezomerende grauwe ganzen wordt teruggebracht tot het niveau van het jaar 2005. Hierbij hoort in beíde gevallen een reductie van het totaal aanwezige aantal ganzen. ln Flevoland is het beleid (met name in de uitvoering) meer gericht op het beperken van de schade, terwijl in Zuid-Holland de focus ligt op het verkleinen van de populatie met als doel daarmee de schade te verkleinen. Uitvoering en organisatie Flevoland ln Flevoland is er één faunabeheereenheid en één wildbeheereenheid (de WBE Faunabeheer Flevoland). Beide organisaties zijn met elkaar verweven en zullen verder gezamenlijk worden aangeduid als 'FBE Flevoland'. De FBE Flevoland huurt in een groot deel van de provincie de jachtrechten van een klein aantal grondeigenaren die gezamenlijk een groot deel van de provincie in eigendom hebben (dit zijn overheden en enkele particuliere grondbezitters). Deze jachtrechten verhuurt men door aan individuele jachtaktehouders of jachtcombinaties. De overeenkomsten op grond waarvan de FBE/VVBE de jachtrechten doorverhuurt aan jachtaktehouders, bevatten de bepaling dat huurders van het jachtrecht het bestrijden van ganzen door de jachtopzichters van de FBE zullen moeten toelateniaccepteren. Doordat de FBE Flevoland met de verhuur van jachtrechten inkomsten genereert, bestaat de mogelijkheid om meer personeel in dienst te nemen. Zo zijn er bij de FBE Flevoland zes personen full-time in dienst, waarvan vier jachtopzichters / faunabeheerders. Deze vier jachtopzichters zijn verspreid door de provincie gestationeerd. Wanneer grauwe ganzen ergens in de provincie schade aanrichten, wordt de desbetreffende jachtopzichter ingeschakeld. De jachtopzichter is hiervoor continu beschikbaar. Hij inventariseert in een dergelijk geval eerst de optredende schade en adviseert over eventueel nog te nemen preventieve maatregelen. Wanneer blijkt dat al het mogelijke is gedaan, zal de jachtopzichter met het geweer de ganzen verjagen en daarbij mogelijk enkele exemplaren doden. Bij een dergelijke verjagingsactie kan de jachtopzichter enkele andere jachtaktehouders inschakelen, maar de jachtopzichter is er zelf altijd bij aanwezig, heeft de leiding en is verantwoordelijk. De jachtopzichters zijn ook houder van de ontheffing. De FBE Flevoland wordt direct op de hoogte gehouden van de uitgevoerde acties. De FBE Flevoland ziet de dienstverlening aan de grondgebruikers in het kader van schadebestrijding als haar belangrijkste taak. De provincie Flevoland verleent de FBE Flevoland jaarlijks in totaal ca. 45.000 Euro subsidie. Deze subsidie staat los van de ganzenproblematiek en is þestemd voor monitoring en personeels- en bestuurskosten. De samenwerking tussen FBE en provincie verloopt goed. Zuid-Holland ln Zuid-Holland is er sprake van een geheel andere wijze van organiseren van de schadebestrijding. Er is één faunabeheereenheid (FBE Zuid-Holland) en er zijn 20 WBE's. De FBE Zuid-Holland is zelf geen jachthouder of verhuurder van jachtrechten en genereert daardoor (bijna) geen eigen inkomsten. De FBE Zuid-Holland heeft dan ook geen jachtopzichters of faunabeheerders in dienst. De FBE Zuid-Holland is houder van de ontheffing en machtigt op vezoek individuele jachthouders om van deze ontheffing gebruik te maken, zonder tussenkomst van de WBE's. De WBE's treden echter wel vaak op als coördinator van de ganzenbestrijding. ln veel regio's worden de grauwe ganzen op gecoördineerde wijze bestreden waarbij meerdere keren per week wordt opgetreden. Hierbij zijn in geheel Zuid-Holland minimaal 650 geregistreerde en gemachtige ontheffinghouders actief die op hun beurt ook andere jachtaktehouders mee kunnen nemen. Alle jachthouders doen op basis van vrijwilligheid mee aan de bestrijding van ganzen. Hier staat geen vergoeding tegenover. De lokale schade van de grondgebruikers is wel sturend, maar niet leidend voor wat betreft het bestrijden van grauwe gànzen. De FBE Zuid-Holland ziet het als haar taak om de stand van de grauwe ganzen naar beneden te brengen, samen met de (bij de FBE aangesloten) jachthouders. Het naar beneden brengen van de stand Onderzoek ganzenbeleid Flevoland-Zuid-Holland 17 maaft2}1î -Ã-

Royat E n h a nci n g Socrefy To gether gebeud derhalve in de gehele provincie, hoewel de nadruk bij de bestrijding ligt op de agrarische gebieden waar de schade optreedt. Deze taak van de FBE en de doelstand van de grauwe gans waar men naar streeft in Zuid-Holland zijn vastgelegd in het door gedeputeerde staten goedgekeurde faunabeheerplan. De provincie Zuid-Holland verleent aan de FBE op jaarbasis een subsidie van in totaal ca. 250.000 Euro, waarvan ca. 50.000 Euro specifiek bestemd is voor de coördinatie van de uitvoering van het ganzenbeleid. De rest van het subsidiebedrag is bestemd voor monitoring en personeels- en bestuurskosten. Samenwerking tussen de provinciale organ satie en FBE'verloopt in Zuid-Holland goed, de samenwerking in de driehoeksverhouding tussen provincie, FBE en Omgevingsdienst Haaglanden (de ontheffingverlenende instantie) verloopt niet optimaal (mededeling FBE Zuid-Holland en provincie Zuid-Holland). Voor- en nadelen uitvoeringsorganisatie De manier waarop de uitvoering in Flevoland gestalte krijgt, kent enkele voordelen. De vier professionele faunabeheerders die full-time ten dienste staan van de agrarische ondernemers, vormen een mogelijke meerwaarde ten opzichte van het systeem van vrijwilige uitvoerders dat Zuid-Holland kent. Bij een vrijwillige uitvoering zal er in voorkomende gevallen niet direct (dezelfde dag nog) een jachthouder beschikbaar zijn om de grondgebruiker van advies te voozien en om eventueel de ganzen, ondersteund met afschot, te verjagen. Hierbij moet worden opgemerkt dat ook de professionele faunabeheerder ondersteund wordt door vrijwilligers. Keez'rjde van de professionele uitvoering is natuurlijk wel dat hier een prijskaartje aan hangt. Dankzij de eigen inkomsten van de FBE Flevoland kunnen de jachtopzichters in dienst zijn bij de FBE. Daarnaast is het de vraag of een systeem van professionals zou voozien in een situatie als die in Zuid-Holland, met (veel) grotere aantallen grauwe ganzen. U teraard zouden er bij grotere aantallen ganzen ook in Flevoland meer jachtopzichters moeten worden ingehuurd en de vraag is of de provincie, de FBE of een andere partij deze kosten zou willen dragen. De FBE Flevoland verhuurt het jachtrecht in een groot deel van de provincie en heeft daarmee een machtsmiddel in handen ten opzichte van de jachthouders. Deze zullen de bestrijding van ganzen in hun jachtveld moeten toelaten. D1 is contractueel vastgelegd. ln Zuid-Holland staan de jachthouders in eerste instantie'aan de lat'voorde bestrijding van (schade door) ganzen. Het zal niet eenvoudig zijn om dezejachthouders ermee akkoord te laten gaan dat een derde zal gaan optreden in hun jachtveld. De FBE of de provincie bezitten in Zuid-Holland ook geen machtsmiddel zoals in Flevoland, omdat de jachtrechten in Zuid-Holland in handen zijn van individuele jachthouders. Hierin kan geen verandering worden gebracht, omdat de eigendom van de gronden niet berust bij de overheid of enkele grote private partijen, maar bij een groot aantal individuele grondeigenaren. Hoewel de 4 jachtopzichters in Flevoland niet als enige taak het ganzenbeheer hebben, lijkt toch de conclusie gerechtvaardigd dat er in Zuid-Holland meer jachtopzichters/faunabeheerders nodig zouden zijn om de ganzenschade binnen de perken te houden. Er zijn immers vele malen meer grauwe ganzen aanwezig, bij een groter schadegevoelig oppervlak en een veel meer versnipperd landschap. Vanwege de omstandigheid dat er in Zuid-Holland circa I keer zoveel grauwe ganzen aanwezig zljn plus nog een groot aantal andere ganzensoorten, bij een groter schadegevoelig oppervlak en een veel meer versnipperd landschap, lijkt het een voozichtige schatting dat er in Zuid-Holland een veelvoud van het aantal faunabeheerders dat in Flevoland actief is zou moeten worden aangesteld. Dat betekent een zeer forse kostenpost, waarvan zeker niet op voorhand duidelijk is welke partij deze kosten zou willen dragen. Samenvatting en conclusie Zowel in Flevoland als Zuid-Holland bevindt zich een groeiende populatie jaarrond verblijvende grauwe ganzen, ook wel 'standganzen' genoemd. Deze populatie is in Zuid-Holland grofweg acht keer zo groot als in Flevoland. Daarnaast bevinden er zich in Zuid-Holland nog een kleine 60.000 jaarond verblijvende ganzen van andere soorten. De door grauwe ganzen veroozaakte schade aan bedrijfsmatig geteelde gewassen is in Zuid-Holland twee tot zeven keer zo omvangrijk als in Flevoland. De schade per grauwe gans ligt dus in Zuid-Holland lager dan in Flevoland. Daarnaast lijkt er sprake te zijn van een dalende trend voor wat betreft het totale schadebedrag. Ondezoek ganzenbeleid Flevoland-Zuid-Holland Klant vertrouwelük 17 maar12015-6-

ì\oyat E n h a n ci n g Socrety Tog eth e r Naast de schade aan gewassen treden er in Zuid-Holland ook andere vormen van schade en overlast op, waar dergelijke zaken in Flevoland achterwege blijven. Één en ander kan te maken hebben met het verschil in inrichting tussen beide provincies. Zuid-Holland is veel dichter bevolkt, heeft een uitgebreidere infrastructuur, kent een aanzienlijk groter bebouwd oppervlak en beschikt in zowel relatieve als absolute zin over een groter oppervlak aan landbouwgronden dan Flevoland. Daarnaast is de scheiding tussen natuur (als broed- en rustplaats voor de grauwe gans) enerzijds en schadegevoelige oppervlakken andezijds, in Flevoland veel duidelijker dan in Zuid-Holland. Waar de natuurgebieden in Flevoland zich concentreren langs de randen van de provincie, zien we in Zuid-Holland een veel meer versnipperd kaartbeeld. Het þeleid inzake de grauwe ganzen is in beide provincies vergelijkbaar, maar er zijn aanzienlijke verschillen in de uitvoering. ln Flevoland is er één WBE en één FBE. Deze eenheden vormen in de praktijk één organisatie. Deze organisatie huurt de jachtrechten van enkele grondeigenaren die samen vrijwel het gehele oppervlak van de provincie Flevoland bezitten. Door de wederverhuur van deze jachtrechten ontvangt de FBE/VVBE Flevoland inkomsten waarmee de inzet van onder meer vier jachtopzichters/faunabeheerders wordt gefinancierd. Deze jachtopzichters zijn op afroep beschikbaar om schade door grauwe ganzen bij de grondgebruikers te voorkomen. De overeenkomsten op grond waarvan de FBEAffBE de jachtrechten doorverhuurt aan jachtaktehouders, bevatten de bepaling dat huurders van het jachtrecht het bestrijden van ganzen door de jachtopzichters van de FBE zullen moeten toelaten/accepteren. ln Zuid-Holland is er sprake van één FBE en 20 WBE's. De individuele jachthouders zijn in eerste instantie aan zet voor het bestrijden van ganzen, maar in de meeste regio's vindt de bestrijding in mindere of meerdere mate gecoördineerd plaats. De FBE beschikt in Zuid-Holland niet over jachtrechten, waarvan de wederverhuur voor inkomsten zou kunnen zorgen. Vanwege de versnipperde eigendomssituatie is dat in Zuid-Holland ook niet te realiseren. Het genereren van eigen inkomsten, waarmee jachtopzichters/faunabeheerders in dienst zouden kunnen worden genomen, is dan ook geen haalbare kaart. Gelet echter op het trend qua schadebedragen en gelet op de verhouding tussen aantallen ganzen en de totale schade, zeker in de vergelijking tussen Flevoland en Zuid-Holland, is er ook geen noodzaak om de Zuid-Hollandse aanpak in de praktijk te wijzigen. ln beide provincies lijkt de omvang van de schade min of meer onder controle, maar de uitvoering van het ganzenbeleid is in beide provincies een gevolg van (en toegespitst op-) de situatie in de provincie. De werkwijze zoals toegepast in Flevoland is (onder andere vanwege de finaciering ervan) in Zuid-Holland geen haalbare kaart. Daarnaast is het zeer de vraag of de inzet van een aanial betaalde faunabeheerders tot een beter resultaat zou leiden dan in de huidige situatie met de inzet van vrijwilligers. Onderzoek ganzenbeleid Flevoland-Zuid-Holland Klant vertrouwe ijk 17 maat12o15-7-

Royat E n h a ncí ng Society Togethe r Geraadpleegde bronnen Er is gesproken met vertegenwoordigers van de volgende organisaties - FaunabeheereenheidFlevoland - FaunabeheereenheidZuid-Holland - Provincie Flevoland - ProvincieZuid-Holland - NatuurmonumentenFlevoland - StaatsbosbeheerFlevoland Daarnaast zijn de volgende schriftelijke en/of digitale bronnen geraadpleegd: - Faunabeheerplan Flevoland, Professioneel maatwerk voor mens en dier, 2O14-2Q18 (oktober 2013) - A. Visser, D. Keuper, A. Guldemond & M. Huber, Faunabeheerplan ganzen Zuid-Holland 2015-2020 (september 2014, nog niet vastgesteld) - www.synbiosys.alterra.nl/natura2000 - statline.cbs.nl - www.flevoland.nl - wvw.zuid-holland.nl Ook is informatie opgevraagd bij het Faunafonds Onderzoek ganzenbeleid Flevoland-Zuid-Holland '17 maar12015-8-